J SCH E VEN IIN G E N - R ADIIO <2>e óprookjeó van *3-1. &&ncleróen Tekeningen: BOERCE PRAMVIG - ..-.«si 9. Daar zat hij nu. En toen zei men hem: jongen vloog weg om het vuurslag te ha- wil niet!" zei de koning, maar de grootste „Morgen zal je gestraft worden!" Alle men- len en bracht het bij de soldaat. horxl pakte de koning en de koningin beet sen liepen uit; daaronder was ook een Buiten de stad zou de soldaat gestraft wierp hen de hoogte in. Toen schrokken schoenmakersjongen met een schootsvel worden. Maar vóór dit gebeurde wilde hij e solisten hevig en het volk riep: ..Dap- ,oor pantoffels aan. Een van zijn pantof- „og zo graag een pijp ubak roken. Da, 5^moSSe^'r^è', ïibbe™'"m"" fels vloog van zijn voeten en kwam juist wilde de koning hem niet weigeren. Toen Toen zetten zij de soldaat In de koets tegen de muur terecht, waarachter de sol- nam de soldaat zijn vuurslag en sloeg vuur, van de koning. De jongens floten op hun daat voor de tralies zat te kijken. een. twee. driemaal en daar stonden vingers en de soldaten presenteerden het „Hei joh!" zei de soldaat, „wil je niet al de honden. „Helpt mij vrienden!" riep geweer. De prinses werd koningin. De brui eens even mijn vuurslag-halen, dan zal ik de soldaat, en toen vielen de honden op loft duurde acht dagen, de honden zaten je vier kwartjes geven!" De schoenmakers- de rechters en de gehele raad aan. „Ik mee aan tafel en zetten grote ogen op. II. DE NIEUWE KLEREN VAN DE KEIZER ^FELE jaren geleden was er eens een keizer, die zo buitengewoon veel van mooie kleren hield, dat hij al zijn geld uit gaf om heel mooi gekleed te gaan. Hij had voor ieder uur van de dag een andere rok. en evenals men van een koning zegt: „Hij Is In de raadszitting", zo zeide men altijd hem: „De keizer zijn kleedka- In de grote stad waar hij woonde, ging het zeer vrolijk toe. Op zekere dag kwa men er ook twee oplichters, die zich voor wevers uitgaven en zeiden, dat zij de kunst verstonden de prachtigste stoffen te we ven. De kleren bezaten de wonderlijke eigenschap, dat zij onzichtbaar werden voor ieder mens. die niet deugde voor zijn ambt. of die onvergefelijk dom was. ..Dat zullen nu eerst eens prachtige kle ren zijn", dacht de keizer; en hij gaf aan de beide bedriegers veel geld vooruit, op dat zij aan hun arbeid zouden kunnen be ginnen. Zij zetten dan ook twee weefgetouwen op en deden alsof zij werkten, maar zij had den volstrekt niets op het touw. Zij ver langden de fijnste zijde en het prachtigste goud. doch staken dit in hun eigen zak. 2. ..Nu zou ik toch wel een. len weten, hoe ver zij met zijn!" dacht de keizer. ..Ik za eerlijke minister naar de we\ Hij kan het best zien. hoe het valt. want hij heeft verstand. graag wil- un weefsel mijn oude. n niemand j!" de zaal in. waar de twee bedriegers aan hun lege weefgetouwen zaten te werken ..Wat is dat nu: ik kan er niets van zien!" dacht hij. „zou ik dom zijn? Zou ik niet voor mijn ambt deugen" Neen. dat gaat niet. te vertellen, dal ik het weefsel niet zien kan!" „Nu. gij zegt er niets zei t „O. het is beeldig, allerkeurigst!" zei de oude minister, terwijl hij door zijn bril keek. „welk een patroon en welke kleuren! Ja ik zal de keizer zeggen, dat het mij goed bevalt!" 3. Toen wilde de keizer het weefsel zelf zien. Met een heel gevolg van uitgelezen mannen begaf hij zich naar de beide slim me bedriegers, die nu uit alle macht weef den. „Wat is dat!" dacht de keizer, „ik zie niets! dat is toch vreselijk! Ben ik dan dom! Ben ik niet geschikt om keizer te zijn? Dat zou het ergste zijn, wat mij overkomen kon!" „O. het is bijzonder mooi!" zei de kei zer. want hij wilde niet zeggen, dat hij niets zien kon. „Het is heerlijk! verrukkelijk! excel lent!" ging het van mond tot mond. en allen waren er hogelijk mee ingenomen. De keizer vereerde elk van de bedrie gers i te dri De gehele nacht vóór de morgen, waar op de optocht zou plaats hebben, zaten de bedriegers op en hadden meer dan zestien lichten opgestoken. Men kon zien. dat zij zich haasten moesten om de nieuwe kle ren van de keizer gereed te krijgen. wordt over de zeven wereldzeeën gehoord Op één na drukste kuststation ter wereld. Deze maand ÖOjaar in de aether AAN een reeds In vredestijd goed opgezette waarsohuwingsorganisa- tie is het te danken, dat Radio Sche- veningen in Mei 1910 practisch de ge hele vloot uit handen van de vijand kon houden, liet was de laatste dienst, welke het kuststation bewees voordat het voor de tijd van vijf be zettingsjaren uit de aether ver dween. jfLLE marconisten van de grote vaart en de meeste zeelieden, van welke nationaliteit ook, kennen P.C. II., de roepletters van Scheveningen- Radio, want over de gehele wereld wordt het Nederlandse kuststation ge hoord. En niet alleen gehoord, maar ook gewaardeerd om zijn service, snelheid en nauwkeurigheid. Doch vele Nederlanders, voor zo ver zij tenminste niet op enigerlei wijze met de zee in contact staan, kennen hun prachtige kuststation ter nauwernood, laat staan dat zij we ten, dat het 19 December a.s. reeds vijftig jaar geleden zal zijn, dat Sche- veningcn-Radio haar werkzaamheden begon in een optrekje van slechts en kele vierkante meiers, met een Tele- funken vonkzender en een paar man personeel. Een prachtig kuststation, inder daad. Niet zozeer om de behuizing, hoewel die er ook zijn mag, maar vooral om het werk, dat daar ver richt wordt voor de veiligheid, de ge zondheid en het moreel van beman ning en passagiers van de schepen, die, onverschillig onder welke vlag, de wereldzeeën bevaren. In vroeger tijden waren de sche pen, zodra zij de haven hadden ver laten, overgeleverd aan de willekeur der elementen, die, bij gebrek aan tijdige waarschuwingen, meestal niet te omzeilen waren. Zodra de schepen zee gekozen hadden, waren alle ver bindingen met de vaste wal verbro ken tot het ogenblik, waarop zij de volgende haven binnenvielen. Het einde van deze eenzaamheid en verlatenheid kwam in zicht toen de Italiaanse natuurkundige Guiglielmo Marconi in December 1894 dus de ze maand zestig jaar geleden! tot de ontdekking was gekomen, dat men de door de Amerikaanse uitvinder en portretschilder Samuel Morse voor de lijntelegrafie uitgedachte morsete kens ook door de aether kon over brengen. welke ontdekking niet alleen aan de draadloze telegrafie het aan zien heeft gegeven, maar ook de ont wikkeling van de radio, de televisie en radar mogelijk heeft gemaakt. IN 1897 werd het eerste Marconi- station aan de Needies op het eiland Wight opgericht en op 12 De cember 1901 werd reeds voor de eer ste maal over de Atlantische Oce aan een bericht overgebracht per draadloze telegrafie. Marconi seinde toen van Poldu Station in Cornwall aan de zuidwestkust van Engeland naar St. Johns op New Foundland, een afstand van 1800 mijlen. Een arts van 't Rode Kruis geeft een scheepskapitein advies wat deze met een zieke heeft te doen. Geschiedde de draadloze overbren ging van berichten aanvankelijk tus sen vaste punten, al spoedig was men ook in staat ontvangers en weer la ter ook zenders aan boord van sche pen op te stellen en het bleek mo gelijk hoewel eerst nog maar over betrekkelijk korte afstanden met varende schepen mededelingen en be richten uit te wisselen. Reeds in De cember 1899 was het Britse East Goodwin lichtschip met een toestel voor draadloze telegrafie uitgerust. Toen het op 3 Maart van het jaar daarop door het s.s. ,,R. F. Mat thews" werd geramd, werd voor de eerste maal een nuttig gebruik ge maakt van deze vinding, die vooral voor de scheepvaart van onnoemelij ke betekenis is geweest. Het Duitse stoomschip Kaiser Wilhelm der Grosze" is in Maart 1900 het eerste handelsschip geweest, dat met een station voor draadloze tele grafie werd uitgerust, maar nog in datzelfde jaar kreeg ook de Belgische postboot ..Princesse Clémentine" van de dienst OstendeDover een derge lijke installatie. Ook Lloyds zag di rect het grote belang van Marconi's vinding in, want reeds in 1898 wer den de eerste twee zenders door deze Engelse maatschappij aangeschaft, in hetzelfde jaar dus, waarin de draadloze telegrafie voor het eerst door de pers werd benut. Dat ge schiedde door de Dublin Express, die zich draadloos een verslag van de grote zeilwedstrijd van Kingston liet doorseinen. Omstreeks 1907 waren er |:ceds 140 schepen met telegrafisten aan boord, die een toestel bedienden van Mar coni, die in November 1909 de Nobel prijs voor natuurkunde kreeg toege wezen. De marconisten bestonden hoofdzakelijk uit telegrafisten, die hun betrekking bij het spoor en bij de posterijen hadden verlaten om zich op nieuw terrein te begeven. IN September 1904 viel het besluit om ook in Nederland een radio- telegrafisch kuststation op te richten, aanvankelijk met een werkingssfeer van slechts 200 km. Op een terrein nabij de Scheveningsr vissershaven verrezen de zendermasten en een klein gebouwtje en op 19 December 1904 kon het P.T.T. radiostation „Scheveningenhaven" zijn werkzaam heden begiiuien, d.w.z. het onderhou den van het contact met de schepen op de Noordzee. De werkzaamheden breidden zich allengs uit, zodat, mede uit techni sche overwegingen werd besloten de zenders en de ontvangers te schei den, hetgeen in 1926 geschiedde. De zenders bleven te Scheveningen, maar de ontvangers, het bedienend perso neel en de directie verhuisden naar IJmuiden Het radiokuststation werd toen Scheveningen-Radio genoemd. Het seinde telegrammen naar de onder weg zijnde schepen over gaandeweg 22 November 195/: Met een druk op de knop schakelt de heer L. Neher, directeur-generaal PTT., Scheveningen-Radio in gebruik. grotere Afstanden, dank zij de ont wikkeling van de kortegolf techniek. Ten slotte, toen de radiotelefonie meer en meer toepassing had gevon den, en radio-telefonie ontvangers ook op de schepen, voornamelijk vissers schepen op de Noordzee waren inge voerd, zodat de reders hun vissers instructies konden geven en deze kon den rapporteren over de vangst, het weer, de vooruitzichten enz. werd op 9 November 1931 door Schevenin gen-Radio ook de radio-telefonie in gevoerd. Het eerste vissersvaartuig, dat zee koos met een volledige installatie voor radio-telefonie. was in 1931 de motortrawler „Antje" RO 15 van de Visserij Mij „Piscator" te Rotter dam. Spoedig werden de grote voor delen van deze technische toepassing erkend, zodat het gebruik van de ra dio-telefonie zich geleidelijk aan uit breidde, met het gevolg, dat of schoon van wettelijke voorschriften geen sprake is thans het overgrote deel der in de vaart zijnde Neder landse trawlers met een dergelijke installatie is uitgerust. De Ned. Te legraaf Mij „Radio Holland", die het merendeel der installaties in exploi tatie heeft, organiseerde cursussen in de visserij-havenplaatsen voor oplei ding van het certificaat radiotelefo- nlst. De ontwikkeling ging langzaam en geleidelijk, maar het verkeer nam steeds toe tot Het meuwe gebouw van Scheveningen-Radio. op het Sluiseiland te IJmuiden. van buiten en van binnen gezien. In deze zaal s\jn ambtenaren bezig berichten op te nemen. Het personeel voelde geen behoefte om te zorgen voor de veiligheid van Duitse schepen en de Duitsers vrees den ieder internationaal contact, dat niet ten bate van hun eigen troepen werd onderhouden. Vijf jaar van stilstand derhalve. Maar niet van stilstand alleen, ook van afbraak, roof en plundering. Op het ogenblik van de bevrijding van ons land was Scheveningen-Radio vol komen van de aardbodem verdwe nen. In de Scheveningse duinen was het zendergebouw een trieste ruïne; niet minder dan 18 van de 20 zen ders waren verwoest, terwijl de trot se zendmasten als een verwrongen hoop staalsohroot op de sloper lagen te wachten. F,n in IJmuiden was er zelfs gt-en ruïne meer. Keurig opge ruimd was het gehele gebouw, waar van de fundamenten slechts door de insiders te vinden waren. Alle appa ratuur en alle gereedschap was op geblazen of geroofd. (Zie vervolg pag. 3)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 15