Daadwerkelijke erkenning en belangrijk dienstbetoon ANDRÉ PETROFF LEZERS1 iPELGRIMAGE Reformatorisch is iets anders dan alleen „anti-rooms'' Evangeliseren: meest normale functie van de kerk NIEUWE LDDSCHE COURANT Nijhoffs Verzamelde Gedichten KERKHOF- Het uitgeven van het verzamelde werk van een gestorven auteur is jegens de overledene een bewijs van daadwerkelijke erkenning en jegens het lezerspubliek een belangrijk dienst betoon. De levende dichter is van ons gegaan, maar alles wat hij zijn werk genoemd heeft wordt zorgvuldig bijeengebracht, in het besef dat het alleen in zijn volledigheid het beeld van zijn maker kan benaderen. Het publiek beseft echter veel te weinig welk een daad van idealisme door het ondernemen van zulk een volledige uitgave wordt verricht. Er wordt veel geld in gestoken, zonder dat men weet of het er wel ooit uitkomt. Wanneer bij het lezers publiek eenzelfde begrip voor het noodzakelijke van zulke uit gaven bestond als bij de uit gevers die het ondernemen, zou de situatie heel wat gezonder zijn. Wanneer echter Ter Braak. Multatuli. Gbrter. Marsman. Leopold. Willem de M ér ode, Ja cob Israël de Haan. Aart van der Leeuw poëzie», ja zelfs levenden als Hoornik en Bloem in verzamelvorm zijn of wor den uitgegeven 'Henriëtte Ro land Holst en P. N van Eyk wachten nog hun beurt), dan kon een dergelijke uitgave van Nyhoffs werk niet achterbüj- Martinus Nijhoff (1894 1953) is als dichter al terstond bi; zijn debuut tijdens de eer ste wereldoorlog gewaardeerd. Die waardering is door de jaren heen onaangetast ge bleven, ja uitgegroeid tot een bewondering, die nu. kort na zijn dood. een voorlopig hoog tepunt heeft bereikt. Als men vraagt hoe dat komt. zal men moeten zeggen: Nijhoff was onmiskenbaar een dichter met een eigen stempel. Hij was ten opzichte van zijn kunst onomkoopbaar (iets wat my ook altijd :o trof by Hein de Bruin). Nijhoff zocht zijn kracht niet in het bijzondere, maar hij heeft onafgebroken gestreefd naar een verbinding t'an het bijzondere met het gewone. Ook de wonderlijke verbinding van heidense en Christelijke elementen in zijn werk houdt de aandacht voort- Cultureel venster Uit de tijdschriften Welkom pleidooi voor de verteller In het Septembernummer van het zeer lezenswaardige maand blad Critisch Bulletin (Daamen N.V., Den Haag», waarin ove rigens vogels van diverse plui mage zeker niet te benauwd zijn hun literaire stokpaardjes te berijden, troffen we ter verademing een rondborstige uiting van de dichter J. B. Charles onder motto: „De mis kende kunst van het ver tellen". Zuks naar aanleiding van twee romans van Den Doo laard en Noëll de Gaulle „In Nederland", aldus Charles, „willen vele schrijvers liever geen vertellers heten. Ik ken een dichter-romancler. die mij na een nieuw boek en de cri- tieken daarop bitter bedroefd zei: bah. ze vinden mij alléén maar een goede verteller! Deze teleurstelling laat zich moeilijk begrijpen. De kunst om een verhaal te vertellen of een roman te schrijven geldt elders in het schrijversmeticr In geen onkel opzicht als minder aanzienlijk dan welke andere kunst; maar de Nederlander wil nu eenmaal liever dichter of essayist zijn. Hij wil ten minste iets ..te zeggen" hebben met zijn boek. Zodat hii. als hij dan al een ron«n schrijft, deze spiritueel maakt of spiri tistisch. kafkaiaans of symbo lisch. profetisch of desnoods humoristisch; als het maar geen gewoon „leesboek" wordt. A1- de literator maar meer wezen dan een verteller Dit berust niet alleen dwaze voorstellingen, maar schaadt zijn slachtoffer: verteller. Deze zal iets onnodigs willen uitvindon. zich een mis sie gaan inbeelden, zich inspan nen iets in het verhaal te enten dat dit qua niveau moet ver hogen. doch hij zal er zijn ver telling mee bezwaren. De schrij ver. die. buiten het verhaal, het' verhaal presenteert, uitlegt, opdringt, die de toeschouwer ziin ernst wil bewijzen en van zijn missie wil overtuigen, doet dit verhaal meestal onherstei- bschade." durend gespannen. Hij heeft met zijn voorbeeld bewezen, dat een hedendaags dichter dienen en dus gehoorzamen kan. zoals hij zich ook in de oorlog een goed officier en vaderlander betoond heeft. Met dat dichterlijk dienen be doel ik in het bijzonder zijn volledige overgave bij het schrijven van de in Het Heilig Hout verzamelde drie leke- spelen (voor Kerstmis, Pasen en Pinksteren), alsook zijn aandeel in het werk der nieu we psalmberijmingen. Verzorgd door Gerrit Kamphuis De tekst van Nijhoffs Verza meld Werk wordt verzorgd door Gerrit Kamphuis, wiens naam onze lezers zich uit een Cultu reel Venster van enige weken geleden zullen herinneren in ver band met het vraaggesprek, dat P. J. Risseeuw met hem gevoerd had. De uitgevers, die dit werk hebben ondernomen en zich daar mede voor letterkundig Neder land verdienstelijk hebben ge maakt. zijn de heren Bert Bakker 'Daamen N.V.' Den Haag en G. A. van Oorschot te Amsterdam. Het boek bevat een karakteris tieke portret-foto van de dich ter. vervaardigd door W. S. Nij hoff. met. na de tekst van het verzameld dichtwerk, een facsi mile van het nagelaten gedicht De Vijand, gevolgd door Kamp huis' Verantwoording. Aanteke ningen en een beknopte biblio grafie van 's dichters oorspronke lijke poëzie. De eigenlijke poë zietekst omvat ongeveer 520 blad zijden druks. Ongeveer gelijktijdig met dit eerste deel van het Verzameld Werk is een boekte verschenen, getiteld Martinus Nijhoff. waar in een 17-tal herdenkingsartike len over de dode dichte, zijn bij eengebracht. Hoewel deze bij dragen onderling sterk in toon en opzet verschilen. geven zij in hun geheel toch wel ongeveci weer hoe vlak na het heengaan van de dichter over hem werd gedacht. Wie echter meent, zich uit deze stukken een helder beeld van de dichter Nijhoff te kunnen vormer, vergist zich De dichter ging naar zijn innigste wezen m de mens schuil en de figuur Nij hoff bluft een zekere raadsel achtigheid behouden, die opper vlakkig bezien in tegenspraak is met de helderheid en eenvoud van zijn poëzie. Zo wordt men toch altijd weer op het dichtwerk zelf teruggeworpen en dat is nee immers wat van de gestorvene. voor allen die hem niet Persoon lijk hebben gekend, overblijft. Niettemin vindt men m de her denkingsartikelen treffende op merkingen. Zo schril ft Anton van Duinkerken, die Nijhoff als sym bolist behandelt, over s dichters ■esthetisch programma; ..Hy weigert, aan de voorwerpen hun gebruikelijke zinnebecldigheid toe te kennen Ze hebben geen pers pectief. zodat een duif bekeken kan worden als duif. zonder te moeten optreden als zinnebeeld van de vrede. Nijhoff wü de din gen ontslaan vr.n hun emblema tische verplichtingen Ze moeten hun simpele werkelykheidswer- king terugwinnen. Elders treft ons een omschrijving van het doel der kunst, gegeven door Nijhoff zelf in zijn tot de tweede druk van de „Gedach ten op Dinsdag" en welke luidt. .D« werkelijkheid te verwerken, én haar werkelijkheid te laten, ziehier het doel van de kunst. Schoonheid dichtbij „Schoonheid, hom nog niet" zong Bout ens. Maar Nijhoff toont ons, hoe dichtbij de schoonheid ligt, in het leven zowel als in de taal; het is niet nodig om „auf Flügeln des Gesanges" te vluchten naar de oevers van de Ganges, zoals Heinrich Heine inder tijd zijn liefje voorstelde. Men kan. om schoonheid te vin den, ook naar de keuken gaan waar koffie gezet wordt, of zich het Loosduinen uit de mobilisatietijd 19141918 her inneren; men kan de trerk- vrouw bij haar bezigheden MARTINUS NIJHOFF volgen, of een eerste tramrit meemaken, of zoveel andere gewone dingen verrichten, die onder 's cLichters handen op een geheimzinnige manier tot poëzie worden. Zo was Nijhoffs instelling in wezen onromantisch. Was hij daarom een dichter van de wer kelijkheid? Toch weer niet, want ze is. om met zijn eigen woorden te spreken, „verwerkt". Die spanning tussen voor de hand liggende werkelijkheid en de daarin schuilende poëzie, dramatiek, diepere zin. verbor genheid. vormt het wezen van Nijhoffs dichtkunst. Ongetwijfeld zal na jaren een herziening van de waarde van zijn werk nodig zijn. Maar nu hij getracht heeft „(z)ijn per soonlijkste gevoelens uit te druk ken in de spreekwijze van iedereen" maakt hij een goede kans nog lang verstaanbaar te blijven. Dat verscheidene van zyn ge dichten. alsoók met name zijn lekespelen, rechtuit tot de Chris telijke poëzie gerekend moeten worden, is des te verblijdender. Het is dus een belangrijk werk. dat hier tot stand gebracht wordt. C. RIJNSDORP. Hier rusten, tot de komst des Heren, in aandacht naar Hem toegewend, wie, uit de wervel van begeren hun doelwit hebben onderkend. Hun enig streven is verwachten; géén gaat gewis de tijd zo ras als we hier uur noch eeuwen achten en waken onder mos en gras. Hun namen zijn sinds lang versleten, met kweek en woeker overdekt: wie hier verstopt ligt en vergeten, wordt met een nieuwe naam gewekt. Zij zijn een kind, dat met beloven des avonds is te rust gebracht, dat in verlangen en geloven de ganse nacht de morgen wacht, een oor, dat ingespannen luistert, een oog, dat speurt de morgenschijn. Zo rusten in der graven duister die in de Heer ontslapen zijn. KEES VAN DUINEN. (Uit „Vloedlijn". Uitg. Bosch en Keuning de Russische schilder Zijn kunst is als een poésie picturale sische schilder, die in Frankrijk zijn tweede vaderland vond. Ruim een jaar geleden exposeerde hij bij Galerie Loujetzky (Pr. Mauritsplein) in Den Haag boten, portretten en zigeunerinnen. In dezelfde kunstzaal hangen nu bloemen, bloemenverkoopsters en boten van hem, voor het grootste deel nieuw werk. Het was vorig jaar een her ontdekking na een afwezigheid van 13 jaren en ook nu. bij de nieuwe werken, kan men weer ontdekkingen doen. Op de kunst van Petroff raakt men namelijk niet uitgekeken; telkens openba ren zich nieuwe facetten. Welk een prachtige toon in zijn bloem stukken. welk een wonderlijke kleurharmonieën welk een steeds weer sterke, abstraheren de verbeeldingen. Op Petroff s bloemen zijn van toepassing de woorden die eens van de bloemstukken van de Franse schilder Odilon Redon ge- gd zijn: .,11 fit des fleurs qu on Encyclopaedic der wereldliteratuur t> Bezige Bij te Amsterdam A W Bruna er. Zoon te Utrecht ieze beter te begrijpen, te be- hebben een nieuwe encyclopaedic oorcielen. ofzelf te kun- I nm dichten". De samensteller Nu weet ik meer van gedichten De Nederlandse Uitgeversmij. N.V. te Leiden geeft onder de verzamelnaam Onderwijs. Kun sten cn Wetenschappen een reeks monografieën over op voeding en cultuur uit, welke per deeltje f 2.25 kosten. Als nummer 57 is een handleiding verechenen „voor hen. die meer willen weten van poëzie. en inierdaad. ..een rijk geïl lustreerd naslagwerk, dat de ge bruiker in bondige v^rm zo volle dig mogelijk inlicht ten aanzien van schrijversnamen, pseudonie men boektitels en literaire be grippen" Wie bij het woord ..na slagwerk" denkt aan het slagwerk van -en klok. die b acht uur xiaat als de wijzers tien over ach- inwijzen. is een kniezoor Gedurende de tijd. dat Uw recen sent het boek in lijn bezit heeft, heeft hij het bijna dagelijks met vrucht geraadpleegd, al was net maar voor de spelling van een naam. of voor een jaartal Het boek heeft een mooie, zware band en blijft overal, waar men net opslaat, gehoorzaam openliggen wat men niet van elk naslag werk" zeggen kan. omdat men daar vaak. wanneer heeft een lofwaardige poging gedaan om in het bestek van 64 bladzijden een massa wetens waardigs te persen en de pagi na's toch niet te overladen. De vragen met achterin gegeven antwoorden hebben mijn be wondering niet. maar overigens valt meer goeds dan kwaads van dit boekje te zeggen, mits de gebruiker na deze wel heel summiere inleiding grijpt naar uitvoeriger werken over poëzie Of hij er iets aan heeft om zelf te kunnen dichten, is een moei lijk te beantwoorden vraag. Het zich optrekken aan uitste kende voorbeelden zal voor de beginnende dichter altijd wel het belangrijkste en bovendien heef. i mvermijdelijke hulpmiddel blij- C. R. J~)E jonge vrouw schroeft de dop van haar vulpen af en begint te schrijven, nadenkend eerst, dan vlugger, snel: Kunt ii er niet eens op wijzen, hoe pijnlijk het is als iemand be schermend tegen je doet, wan neer je voelt dat hij er eigen lijk geen recht toe heeft en ook niet werkelijk beschermen wil? Ik vind het leven hard en wreed en het ergste is, dat men er geen eelt te gen vormen kan. tenminste «k kan het niet. Integen deel, de gevoelig heid en vatbaarheid voor gees telijke pijn neemt toe. Ik be grijp met hoe sommige mensen zich op hun fijngevoeligheid kunnen verheffen. Ik weet dat velen er onder lijden, ik zelf ook. Dat zou zo erg niet zijn. wanneer men niet af en toe als het ware verraden werd door mensen, met wie je tot een zelfde groep behoort. Ik hoorde eens van het verborgen verdriet van een dorpsdominee, die een oud studievriend ont moette. Deze laatste, een mid delmatig begaafd, maar handig en glad man. was getrouwd met een freule met geld, had zich tot een gevierd kansel redenaar ontwikkeld, woonde in een groot huis. was gerid derd en zijn boeken brachten reel geld op. De andere daar entegen u-as zijn leven lang met uit zijn dorp u-eggekom leefde karig, werkte hard c danks tragische tegenslag deed veel goed in stilte. ontmoetten, veranderde de succesrijke het kinderlijk-blije plezier van zijn collega in gal door hem te behandelen met precies dat mengsel van vriendschappelijkheid en be denkelijke aanmoediging, waar tegen je geen verweer hebt. Of een ander voorbeeld: een meisje ontmoet een school vriendin die juist veertien dagen verloofd is. Het niet ver loofde meisje heeft het een en ander be leefd dat voor haar pleit en stilte een offer gebracht waarvan de sporen in haar ziel nog dagelijks pijn doen. Waarom nu bij het ver loofde meisje diezelfde soort beschermelijkheid? Het is dus -o: deze mensen missen het recht beschermend te doen, omdat er meestal niets te be schermen valt, trant de be schermde is niet de mindere. Ook willen ze niet werkelijk beschermen, maar het effect ontstaat door minder-ach- ting, die veel meer pijn doet dan minachting. Het is de kleine dosis die hier bijna dodelijk is. Het is de homoeo pathic t de duivel. ne trouve pas sur terre. des fleurs qui font rêver comme la musique." Bloemen die men nergens vindt, bloemen die doen dromen zoals muziek. Dat is het schone en het mysterieuze van deze kunst, die geheel geboren as uit de zuiverheid der oude. primitieve Russische iconen en zich door de Franse beweeglijk heid tot zulk een rijke uiting heeft weten te ontwikkelen. Innerlijke verbeelding Het werk van Petroff is uit Innerlijke verbeelding ontstaan, het heeft een schier visionnair karakter en wendt zich van alle realisme af. Zijn tere bloem stukken zijn als in een droom ge zien en bezitten stuk voor stuk een stille kleurengloed. Een bloemstuk b.v. als no. 3 (zie af beelding) is van een geestelijke en technische sublimatie, zoals men maar zelden ziet. Het grij zige wit - het wit heeft bij Pe troff een zeer suggestief karak ter - van de bladeren en de zacht-rode tint van de bloem doen denken aan de glazige teer heid van een ballerina-kleed. Als hij dan de bloemen nog te gen een abstract fond zet. dan heeft hij zeer duidelijk de brug geslagen tussen de primitieven en de moderne kunst. De kleu renrijkdom en zuiverheid der oude iconen uit de Russische kerk en het min of meer ab stracte karakter dezer primitie ven heeft Petroff in deze tijd overdragen (no. 6). Overal is er lichtheid en gratie, overal ook beweging. De enorme veelheid van vlekken en streepjes op Pe- troff's werken is nimmer storend, doch geeft er juist een levend element aan, men voelt de ner veuze trilling van een mensen ziel. Wie dan het werk als totaal op zich laat inwerken, zal ont dekken dat die streepjes bij el kaar horen als de talrijke noten van een symphonie. Elke schijn baar willekeurig gezette lijn of streep heeft zijn betekenis, is no dig voor het totaalbeeld der com positie en voor de kracht der uitdrukking. Zo is het ook bij de fantasti sche verbeeldingen van bloe menverkoopsters. Nooit een vol ledig uitgewerkt beeld, maar een volkomen vrije impressie en daardoor een volkomen eigen schepping, (no. 14). Met betrek kelijk weinig middelen bereikt Petroff hier de hoogstdenkbare suggestie. En zijn de grote bo ten van Petroff niet evenzeer een bewijs voor zijn gevoel voor kleur, rhythme en compositie. Zoals b.v. in no. 1 met dat en kele kleine roeibootje tegen die enorme golvende en blauwe Mid dellandse Zee. In Rusland werd Andre Pe troff geboren en aan de Keizer lijke Academie te Petrograd werd hij door Nicolaj Rerich ge vormd. in Frankrijk kon hij aan de Ecole des Beaux Arts te Pa rijs zijn studie voltooien, m vele musea in en buiten Europa is zijn werk vertegenwoordigd, in Nederland vindt hij de liefde van vrienden en bewonderaars. Om dat zijn kunst een directe afscha duwing is van Petroff's grootste karaktereigenschap: zuiverheid. De kunst van Petroff is een ..poésie picturale", waarnaar te luisteren nimmer verveelt. CORN. BASOSKI WAARACHTIG KERK WORDEN" jyE jonge vrouw is al lang opgehouden met schrijven, ze heeft zich in haar woorden en gevoelens verward en het briefje snikkend verscheurd Maar de snippers hebben zich aaneengehecht en de zinnen zijn zich vanzelf gaan afronden tot een Lezers Pelgrimage, die uit nanm nan reien, die onder hun fijngevoeligheid lyden. niet alleen meisjes of jonge vrouwen of oudere dominees, maar tientallen, honderdtallen van eeltlozen. op wie de mo derne maatschappij niet bere kend is. tot de succesrijke en gearriveerde eeltbezitters zegt: bescherm waar het nodig is. maar laat af, laat om Christus' wil af van beschermend doen: C. R. VAN 't jaar viel 31 October op Zondag. „Als u die dag in de kerk bent", schreef ds. M. Groenenberg uit Amsterdam in „De Hervormde Kerk", „zult u ongetwijfeld Maarten Luther weer ijverig zijn 95 stellingen zien aanslaan aan de slotkapel van Wittenberg en zult u al zingend toestemming geven om „vrouw en kind'ren 't graf te delven", om daarna gezellig met hen koffie te drinken." Hoogstwaarschijnlijk levende Woord Gods zelf lied meent ds. M. komen beschermde, leidde, stuw- tekst en preek dan niet de, reinigde de Kerk. ter sprake, maar De Kerk was de bybel handen, ze krygen mandement. We maken onze dominees tot pries ters, die het weten moe zeggen moeten. En als de gemeente hardop bidt, b.v. het Onze Vader, acht men dit Rooms! We wen sen geen priesters te zijn. We wensen geen kerk te zijn in bijbelse betekenis. Heus, we zijn pas waar in achtige kinderen der Re- het formatie als we niet ge- die biologeerd leven kry- neemt het gesprek leven- stralend en schoon. We men elkander bedien', schaduw van Rome, r dig zijn loop roomsen". Geliefd werp! De schrijver heeft dividu ontdekt hebben of ervaren, dat je nooit zo- het geweten van het in- veel mensen bij elkaar dividu. maar als we de krijgt als wanneer het gaat Kerk weer ontdekt heb- over de Roomse Kerk of ben. die wonderlijke ge- het sexuele leven Op de meenschap. waarin^ de kunnen het niet vraag worden geroepen tot gestuwd worden door het het ln- het „dienen der wereld", levende Woord Gods tot i waarachtig kerk-zijn onze tijd. Ook |H|* 'l Bedeigd het betekent enkeling ln deze tijd kind reformatie te zijn zui len heel wat mensen ant woorden: „Als je anti rooms bent". Er lopen heel wat anti-roomse men- Nederland rond. ondergaat. de bijbel, die onder juist ontstaan bestaan kan. De bybel zegt daar van, dat de kerk een volk is van koninklijke gaat worden, w priesters. De bijbelse, de de sacramenten, reformatorische kerk heeft bijzonder dienen van de wereld. En de Roomse kerk dan? Ja. die is er ook. j. We We willen haar graag geen priesters te terugwinnen voor de Ka- _JIervreemdt, in haar het onbekende boek dogma's. maar waartoe smaden ook bij brede scharen in het priesters en leken een Heilig heimwee leeft, dat dooi ..We worden vaak in ontzaglijk veel priesters. Avondmaal door het niet het steeds denken, spreken, han- De reformatie delen, geheel bepaald door grote teruggave Rome. Daarmee doel ik krijgt terug v niet op de katholiserende stromingen binnen de kerken der Reformatie, ook niet op allerlei wat de mensen verwerpen met de woorden„dat is rooms". Nee, dan denk ik juist aan degenen, die daarvan niets willen we ten. Ze zijn eigenlijk hun zelfstandigheid tegenover Rome kwijt. Voortdurend valt de zware schaduw van Rome over hen heen en ze kunnen zich daar niet aan onttrekken. Ik denk vaak: als ik rooms- katholiek was. zou ik het de te vieren, we dienen de de kerk wereld niet, maar trek- it haar ken ons terug in ons iso lement en benijden Rome om haar bisschoppelijke leze bij de Heilige Schrift wordt gestimu leerd op een vaak voor ons beschamende wijze." Aldus ds. Groenenberg. In de evangelisatie gaat het helemaal niet om iets aparts of bijzonders. Maar wij hebben daarin te doen met de meest normale functie van de kerk, iets waarvoor men geen speciaal genre mensen nodig heeft, maar waar ieder gewoon kerklid toe geroepen is en aan kan meedoen, als hij bewijs vinden." dat maar zijn roeping verstaat. Rome de ware kerk omdat mensen, die buiten haar staan, nooit van haar los komen, maar volko men door haar gebiolo geerd worden". Kerkherstel We moeten zegt ds. Groenenberg weer echt kerk worden. „De reformatie is toch het herstel der kerk. Het Woord Gods heeft dit wonder bewerkt. Luther is door alle disputen en discussies teruggedreven tot op dit Woord- Ten slotte stond hij tegen de gedrukt. de het Woord Gods. Het ging niet om een theorie óver het Woord Gods. Het ging niet om een bijbel beschouwing. Maar het Deze opmerking maakt prof. dr. tweede soort gaan voorstellen." G. Brillenburg Wurth uit Kampen In de kerkdiensten willen velen in „Witte Velden", het maandblad liefst „onder ons zijn". De sfeer voor de Geref. evangelisatiearbeid. is naar binnen gekeerd. De kansel- Hij zegt er bij, dat alle kerkleden taal moge geen „tale Kanaans" aan dat inzicht nog lang niet toe meer zijn, begrijpelijk voor bui zijn. Toch is er vooruitgang. Het tenstaanders is zij evenmin. Ook besef begint door te dringen dat in de inhoxid van de preek wordt kerk en apostolaat bijeen horen. er maar weinig rekening mee ge- Werden vroeger zij, die „aan houden, dat er ook anderen dan evangelisatie deden", vaak gewan- „kerkmensen" in de kerk kunnen trouwd of beschouwd als hobby- zitten. isten, nu groeien de vaste kringen „Maar van een „bouwende" pre en ook intellectuelen beginnen mee diking in de paulinische zin van te doen. Toch zijn er (constateert het woord kan toch alleen sprake de schr.) nog grote kringen, waarin zijn. als het zo is, dat ook „vreem de evangelisatie-roeping weinig den" hier met heilige verwondering wordt verstaan en de evangelisatie- iets gaan verstaan van wat het t?e- mentaliteit nagenoeg ontbreekt. Het tekent, dat God met Zijn heil en is pijnlijk, wanneer anderen (broe- genade in het midden van Zijn ders of zusters uit de gemeente) volk aanwezig is. Dan zijn wij met die mentaliteit „alleen maar als een va*n het anders zo penibele een uiting van slapheid en van ge- probleem van de inrichting van mis aan christelijke belijndheid speciale diensten voor buitenker- kunnen zien en daarom hen min of kelijken af." meer als gereformeerden van de Protestantisme groeit in Brazilië Het protestantisme in Brazilië groeit snel. Dat blijkt weer uit een rapport van de vier verenigde evan gelische synoden. Vooral de synode van Rio Grande del Sol gewaagt van bloei: 553 gemeenten en 125 andere „preekgelc-genheden"; 300,000 zielen. Gevolg van de natuurlijke aanwas der bevolking; er is^ weinig gen van andere kerken over. De evang. synode in de staat Santa Catharine en Parana omvat 130 gemeenten en 27 preekgelcgen- lieden met een kleine 100.000 zie- len. De Middelbraziliaanse synode heeft een 42.000 zielen cn de Lu therse kerk in Brazilië 100.000. Vooral het jeugdwerk is belang rijk. Er zijn honderden jeugdgroe pen en nog meer prot. scholen. Ook het vrouwenwerk neemt toe. In de kerkdiensten nemen velen deel aan het Avondmaal. Overal is een groot gebrek aan predikanten. Tommy Hicks In Buenos Aires (Argentinië's hoofdstad) werkt Tommy Hicks, een Noordamerikaanse evangelist a Ia Billy Graham. Dat wil zeggen: mee ting niet tienduizenden, honderd duizenden hoorders zelfs. Nergens wordt in heel (rooms-kath.) Argen tinië drukker over gesproken dan over de meetings van deze 54-jarige evangelist. Hy begon de week voor Pasen met een gehoor van 5000. Op 24 Mei telden de kranten er 200.000. A la Billy Graham met dit (grote) verschil, dat Hicks zich meer schijnt op te houden met kleine groepjes en niet met „offi ciële" kerken, terwijl zyn practyken met gebedsgenezing Ijjken op het kerkjes vol stromen en de bijbel genootschappen de vraag naar bij bels niet kunnen bijhouden. Kerk in de wereld Afwisselend zullen in Zwit serland iedere Zondag een prot. kerkdienst en een roomse mis door de televisie worden uitgezonden. In sommige Duitse steden voeren winkeliers een actie tegen overdadige „kerstver sieringen" in de etalages. De anglikaanse bisschop in Perzië, W. J. Thompson, die ruim een jaar geleden door de regering Mossadeq werd uit gewezen, mag deze maand terugkomen. De in de oorlog beschadigde Luthercel in het Augustijner klooster te Erfurt (Oostzone) is gerestaureerd in de oude stijl. De Lutherse kerken in SleeswijkHolstein mogen voortaan alleen bij kerkelijke plechtigheden de vlag uit steken (een violet kruis op witte ondergrond) en de klokken luiden. I De leiding van de Britse Raad van Kerken zal wegen zoeken om een conferentie mogelijk te maken met ver tegenwoordigers van de Rus sische Kerk. Dominee van alles JTEN dominee is een veelzijdig mens, maar zoals er een in Heerenveen stond Het Centraal Weekblad vertelt: „Deze was niet alleen een kanselredenaar met een hoog cijfer, doch ook het verdere herderlijk werk was bij hem in goede handen. Ook het kerkrecht had hij stevig onder de knie. Daarbij was hij een prima orga nisator, een doorzetter en een advocaat in alle mogelijke zaken vooral kwade). Hij was op elk levensterrein „bij", zo ook in de techniek. Liet het kerkorgel verstek gaan, dominee repareerde; waren de geluidsversterkers of de doven- tetefoons defect, het moest al heel erg zijn, of hij speelde het wel klaar en de meest hopeloze schrijf machines bracht hij weer in het gelid. Menige electricien moest in hem zijn meerdere erkennen, al gebeurde dit natuurlijk niet van harte. Hij toas een uitstekend chauf feur die de motor tot in de puntjes kende), alhoewel veel ouders hun kinderen van de weg hielden, als ze wisten dat dominee straks met meer dan maximum snelheid langs zou komen. Eens op een Zondagmorgen, terwijl hij op de preekstoel stond, bemerkte hij dat de telefoon in de dovenbanken niet function- neerde. Even een seintje naar de ouderlingenbank, waarvan een der inzittenden verdween en op de preekstoel de taak van de leraar overnam: de dominee-electro- technicus had binnen vijf minuten het euvel verholpen." Vruchtbare Canadese sekte leeft in kolonie \7"ROEGER deelden we in deze rubriek iets mee over de sekte der Amische doopsgezinden in Amerika. In het Alg. Doopsgez. Weekblad staat nu iets over een andere groep: de Canadese Hutersen. Deze groep, m de 16e eeuw in Zwitserland gesticht, ging via Moravië naar Rusland. Vandaar emigreerde zij in 1874 en 1877 naar de Ver Staten en tijdens de eerste wereldoorlog naar Canada, dat hun o.a. vrijheid van dienstplicht waarborgde. In de tachtig jaar. dat zij in de nieuwe wereld vertoeven, vonden bij öe hele groep slechts drie echtscheidingen plaats en één echtbreuk De groep heeft gemiddeld twee keer zoveel kinderen als anderen in Canada. Zij leeft naar het woord Gods tot Noach: ..Zijt vruchtbaar en vermenigvuldigt u De Hutersen verdubbelden hun aantal in 16 jaar. In 1950 was daardoor meer dan 61 pet. nog niet volwassen. Huterse vrouwen hebben gemiddeld elf kinderen. R *LN KIND meer is voor een Huterse familie ook geen bezwaar. Door hun leven in gemeenschap (geen persoonlijke bezittingen, behalve één dollar in de maand zakgelddraagt de hele groep deze last gemakkelijk. De moeder zorgt twee maanden voor haar baby. dan moet de kolonie-crèche t school. In ieder geval brenj in^tfjd- JTEN echte Amerikaanse „car toon". overgenomen uit De Hervormde Kerk. Commentaar overbodig deel, bij de Hu.ersen is een sterk gevoel i U DELHEID wordt voorkomen door uniforme Tyroler kledij, waarbij strenge voorschriften gelden over wat al of niet geoorloofd is. Hier komen echter telkens problemen! Zo zijn knopen op den duur toegestaan, maar dan zwart op zwart en wit op wit. Wandversiering met platen en schilderijen is verboden, doch een kalender is geoorloofd. En nu vindt men in sommige huiskamers vijf of zes kalenders aan de wand. alle met platen! Als een groep jongeren zich losmaakt en in de stad gaat wonen, keren al spoedig de meesten naar óe kolonie terug.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 8