Ethiopië - het Morenland
van het Oude Testament
Vele oude stammen bevolken
nog geïsoleerde streken
Jeugdig leven in eeuwenoud
Ethiopië
Oeroude kerkgeschiedenis
Reeds vroeg werd het Evangelie aanvaard en
nog bloeit daar de Koptische Kerk
TVOACHS KLEINE ZOON, DE SPOTZIEKE CHAM, komt reeds in het
eerste Bijbelboek voor. Dit is het begin van de nauwe betrekkingen
tussen het oude Morenland-Ethiopië- en Israël. Het is alsof de Bijbel mei
een bepaalde voorliefde spreekt over de hooggewassen nakomelingen van
Cham. De nagedachtenis van althans twee hunner hooggeplaatsten is als
met gouden letteren neergelegd. Daar is allereerst de kamerling van koning
Zedekia, Ebed-Melech, die Jeremia uit de modderkuil verloste, en dan
is daar de kamerling van Candacé, die na de ontmoeting met Philippus
Jesaja 53 begreep en zijn weg met blijdschap verder reisde.
Tot Ebed-Melech zei de profeet Jere-iéén historisch begrip verbeven. Dit hls-
mia: „gij zult uw ziel tot een buit hebben 1 torisch begrip is in de loop der tijden
omdat gij op Mij vertrouwd hebt, spreekt voor iedere Ethiopiër de basis van
de Heer." En de kamerling van Gandacé nationaal bewustzijn geworden.
Het praalgraf van Keizer Menelik II. De vader van de huidige Keizer,
Ras Makonnent was een neef van Keizer Menelik 11 en vertegenwoor
digde deze als ambassadeur op vele buitenlandse posten.
zei tot Philippus: „Ik geloof, dat Jezus
Christus de Zoon van God ia." Is het
wonder, dat een volk met zulke
gangers reeds vroeg in de geschiedenis
van Gods kerk een plaats inneemt.
Het Evangelie kwam in Ethiopië door
een schipbreuk: een Jonge Christen uit
Tyrus, Frumentiua, bereikte zwemmende
de kust van het Morenland en thans
wordt hij daar hoog geëerd als de Abba
Salama de vader van de vrede. Hij
was het, die als slaaf in dienst van de
koning van Axtim, diens zoon ging on
derwijzen en de eerste beginselen van
het Christendom bijbracht Zijn prediking,
Frumentius was een begaafd en gelet
terd man, maakte diepe Indruk op de
koning, die spoedig voor het Evangelie
gewonnen werd, waarin hij door velen
gevolgd werd. Na enige jaren begaf Fru
mentius zich naar Alexandrië, om de pa
triarch te verzoeken een bisschop aan te
wijzen voor de nieuwe gemeente. De ons
zo bekende Athanasius, was in die jaren
de Alexandrijnse patriarch en deze wijd
de zelf Frumentius tot de eerste bisschop
van de kerk in Ethiopië. Sinsdien zijn de
kinderen van Kusch, Chams zoon, de
trouwe zonen van de Koptische kerk,
welke haar hoofdzetel nog steeds In
Alexandrië heeft.
Monophysitismè
De naam Kopten is waarschijnlijk een
verbastering van het Griekse Aigyptiol,
waarmede de Egyptenaren werden ge
noemd. Op het Concilie van Chalcedon
In het jaar 451 werd de Koptische kerk
door Paus Leo de Grote veroordeeld we
gens de leer van het monophysitismè.
Deze leer houdt vast aan de absolute een
heid van het vlees geworden Woord door
in Christus slechts één natuur te erken
nen en wel de goddelijke. Het Concilie
te Chalcedon, In de geschiedenis bekend
als het Chalcedonense, heeft de verhou
ding van het goddelijke en het menselijke
in Christus weergegeven met een vierder
lei ontkenning: onvermengd en onveran
derd, ongedeeld en ongescheiden. Sinds
dien zijn de Koptische kerk en de Wes
terse eigen wegen gegaan.
Eerst in onze tijd van oecumenische
toenadering zijn de Koptische Christenen
weer binnen onze gezichtskring gekomen.
Keizer én Kerk
De vorsten van Ethiopië waren steeds
het onbetwistbare hoofd van de Kerk en
de legendarische geestelijke en wereld
lijke rijkdommen van de Salomonische
dynastie werden door de gemeenschap
pelijke belangen van Kerk en Staat tot
De oudste dynastie
B\)na 3000 jaren geleden werd
uit de verbintenis tussen Koning
Salomon van Jerusalem en de
Koningin van Sheba een zoon ge
boren, die Menelik genoemd wera.
Deze Menelik was de éérste van
de nu nog in Keizer Haile Selassie
I voortlevende dynastie.
De Koningin van Sheba, Mekeaa
geheten, stamde uit een geslacht
van machtige vorsten, die heer
sten over uitgestrekte gebieden
aan beide oevers van de Rode Zee.
Haar -zoon, Menelik 1, besteeg
na zyn opvoeding voltooid te neb
ben aan het Hof van Koning Salo
mon de troon van Ethiopië en
zijn afstammelingen hebben sinds
dien, met uitzondering van de
periode tussen de jaren 927 en
1260, onafgebroken Ethiopië ge
regeerd.
Keizer Haile Selassie I is de
225ste vorst in de dynastie en de
66ste sinds het herstel van de
dynastie in de 13 eeuw.
Men kan het zo zeggen dat Keizer en
Kerk tezamen de éénmakende elementen
van het Ethiopische Rijk vormen.
Is de Keizer het wereldlijk hoofd van
de Kerk, het geestelijk hoofd is de Kop
tische Patriarch, die te Alexandrië in
Egypte zetelt. Deze Patriarch wijdt de
Aartsbisschop van Ethiopië,'' die de titel
van „Abuna" (Onze Vader) draagt.
Tot voor enkele jaren was de Abuna
steeds een Egyptenaar, maar sinds 1945
kan een Ethiopiër door de Patriarch tot
Aartsbisschop worden gewijd, waarmede
voldaan is aan een eeuwenoud verlangen
van Ethiopië.
Uit de beschikbare gegevens is op te
maken, dat de Abuna steeds onderge
schikt was aan de Keizer, hoewel hij de
enige was, die een Koning of Keizer kon
kronen. Onmiddellijk na de kroning moest
hij evenwel zijn onderworpenheid en die
De Ethiopische staat en
zijn inrichting
Ethiopië Is een constitutionele monar
chie. Op 16 Juli 1931 riep Keizer Haile
Selassie de hoogwaardigheidsbekleders
cn notabelen bijeen en kondigde plech
tig aan, dat hjj zijn volk een geschreven
grondwet gaf.
Bij het opstellen van de grondwet
werd gebruik gemaakt van de onge
schreven wetten, welke gebaseerd wa
ren op de leefregels en gewoonten, zoals
deze sinds onheuglijke tijden zijn vast
gelegd in de „Fetha Negast", het „Boek
der Koningen".
Een parlement werd ingesteld, be
staande uit een Senaat en een Huis van
Afgevaardigden. De leden van de Senaat
worden door de Keizer aangewezen, ter
wijl de leden van het Huis van Afge
vaardigden door middel van getrapte
verkiezingen worden gekozen.
De uitvoerende macht is in handen ge
legd van een Raad van Ministers, waar
van de leden door de Keizer worden
benoemd.
De Keizer presideert de Raad van
Ministers, die gevormd wordt door 13
leden.
De door de verschillende departemen
ten voorbereide ontwerpen van wet wor
den aan het Huis van Afgevaardigden
ter discussie voorgelegd. Daarna worden
zij ter behandeling doorgegeven aan de
Senaat. Wanneer een ontwerp van wet
in beide Kamers besproken is. kan het
rechtskracht verkrygen nadat de Kamer
zijn zegei daaraan gehecht heeft.
van de Kerk aan de nieuwe vorst be
lijden.
De Abuna wordt in rang gevolgd door
de door de Keizer te benoemen „Ichegé",
de „Raadsman bij de Keizerlijke Troon",
wiens positie enigszins te vergelijken valt
met die van een vicaris-generaal.
Reorganisaties
Het is de grote verdienste van Keizer
Haile Selassie, dat hij erin geslaagd ls
de Kerk een meer centrale plaats te doen
innemen in de thans gereorganiseerde
Staat Aanvankelijk had hij in ernstige
mate de weerstand te duchten vai
conservatieve geestelijkheid. Het w
vooral de hervormingen op het gebied
van het onderwijs en de invoering var
nieuwe arbeidsmethoden, welke het wan
trouwen van de Kerk wekten. Het rus
tige beleid en de diepe, rellgiouze toe
wijding van de Keizer hielpen de weer
standen te overwinnen. Zijn streven oir
ook het geestelijk onderwijs te verbete
ren is geslaagd. Aan de Kerk vai
Heilige Drievuldigheid in Addis Abeba
werd een theologische hogeschool verbon
den, waar een aantal geleerden van hel
Koptische theologische College uit Cairo
les geven. Naast bijbelse en liturgische
onderwerpen worden verschillende talen
onderwezen, waardoor het dikwijls zeer
zwakke ontwikkelingspeil van de pries-
op een hoger plan wordt gebracht.
Religieuze boeken en bijbelvertalingen,
'elke tot voor kort uitsluitend in de
alleen voor de priesters toegankelijke
oude liturgische taal, het „Go'ez", ge
schreven waren, werden vertaald in het
alom gangbare „Amhaars". De versprei
ding van deze religieuze geschriften heeft
het geestelijk leven van het Ethiopische
voik in belangrijke mate verdiept.
Zijne Keizerlijke Majesteit Haile
Selassie ons land bezoekt, begroeten wij
hem ook als de vertegenwoordiger van
het Christelijk Ethiopië, waar het Evan
gelie, zij het in een andere gedaante, dan
het Westen, is gebleven tot op deze
waar de God van Hemel en Aarde
ds van Oud-testamentische tijden af
Zijn eerbiedige aanbidders heeft geteld.
Van Galla en Gurage
Godsdienstoorlogen hielden de volken in
voortdurende strijd
Ethiopië I, niet alleen klimatologisch en londsehappelUk een land mpt vele karali-
ter», maar ook ethnologlsch. De vulcanisohe activiteit tijdens het ontstaan en de
erosie sindsdien, hebben diepe kloven door het land getrokken, waardoor de groei
tot een staatkundige eenheid vele eeuwen lang vertraagd is. Van de vroegste be
woners is weinig bekend. ZU zUn verdreven, vernietigd of geabsorbeerd door de
oostelijke Hamieten of Koeschleten, uit Azië afkomstig. De Koesohieten ondergin
gen de invloed van het land en splitsten zich in verschillende stammen, die geen
verband meer met elkaar hebben. Thans staan zij nog bekend als de Beja s, de
Agaus, de Galla, de Danakil en de Somali's. Omstreeks 1000 Jaar voor bet begin
onzer Jaartelling weerstonden de Koeschleten de Semietische Invaale uit Zuid-
Arabië. Deze had nog het meeste succes op de vlakte van Sambar en In het aan
grenzende Tigre, te oordelen naar de twee talen, die er heden ten dage nog worden
gesproken, nl. het Tlgre en bet Tlgrinya. Deze twee talen staan nog het dichtst bii
de tegenwoordige Kerktaal, het Ge'ez.
In de tegenwoordige provincies Shoa,
Amhfira en Gojjam was de kracht der In
vallers blijkbaar minder sterk; daar
groeide uit de versmelting met Hamieti-
sche talen het Amhaars, dat thans de
lingua franca voor heel Ethiopië ls en
zelfs het Ge'ez als kerktaal verdringt.
Overal elders moesten de Semieten ue
Hamietische volksgroepen door de ter
reingesteldheid ongemoeid laten.
Reeds de bewoners van Aksoem hadden
te kampen met invallen uit de omringen
de landen; na de geboorte van Moham
med namen die nog in kracht toe om ni
de val van Constant'inopel in 1453, als de
Mohammedaanse macht over geheei
Klein-Azië en de Afrikaanse Middellandse
Zee-oever is gevestigd, snel een culmina
tiepunt te bereiken.
De eersten, die de Mohammedaanse ex
pansie ondervonden, weren de Galla, ge
vestigd langs de kusten van Afrlka's
Noordoost kust. Op drift geraakt door het
Mohammedaanse streven tot expansie
namen zij eerst genoegen met Ogaden en
Boranaland. Als veehoedende nomaden
ontwikkelden zy een primitief politiek
stelsel, dat, hoe gering de onderlinge sa
menhang verder ook bleef, het volk vol
doende spankracht gaf om, nadat het
Centraal Massief overwonnen was, het de
bewoners van het Ethiopisch Massief
moeilijk te maken.
Zij veroverden de provincies Kaffa,
Jimma en Sidamo-Borana, waar zij zich
met de aldaar wonende negerbevolking
assimileerden. Elders op de hoogvlakte
kwamen zij met de Amharen in botsing.
Godsdienstig vertonen de Galla een
heterogeen beeld. Een gedeelte nam het
Koptische geloof aan; zy die In enclaves
een betrekkelijk zelfstandig bestaan had
den, werden Mohammedaan, of bleven
heidenen. Vooral de Mohammedaanse
Galla werd de doodsvijand van het Ara-
haarse volk, dat slechts 32% van de totale
bevolking uitmaakt, tegen 42% Galla.
Nog primitief levend
Verwant met de Galla zijn de Agaus.
Zij waren lange tijd het overheersende
element in de sindsdien geamhariseerde
provincies Waag, Lasta, Bagemdir en
Gojjam. In het gebied, dat door de Omo-
rlvier in tweeën is gedeeld, heeft eev.
sterke groep Agaus, het Amhacrse ant
woord op hun eigen aggressieen de plun
dertochten der Galla lange tijd kunnen
weerstaan. Tenslotte moesten zy echter
met de Agau-stam, die in Kaffa woonde,
tegen Menelik II het onderspit delven.
In enclaves leven nog de Manjo en de
Dschindschero, welke laatste het Am-
haarse woord is voor aap. Deze uiterst
primitief levende mensen vormen waar
schijnlijk de resten van de oer-bevolking
Van oorsprong identiek met de Agaus
zyn de Falasha, de „Zwarte Joden", d'e
eigenlijk in het geheel geen Joden zijn.
Zy werden tot het Joodse geloof bekeerd
door Israëlietische handelaren, die na de
verwoesting van de Tempel in 70 n. C.
door Titus, via Himyar en Yemen naar
Ethiopië waren gekomen. Men neemt
n»u„ dat hun religie de basis was, waar
Frumentius zijn evangelisatie beginnen
Koning Salomon en cle Koningin
van Sheba, de grondleggers der
dynastie. Hun zoon Menelik is
de stamvader van Keizer Hailê
Selassie.
tot het Christendom. Het is de vraag, of
de Falasha ooit het Hebreeuws hebben
gekend, laat staan gesproken. Thans lezen
zy de Koptische Bbbel. Hoewel als rond- i
trekkende smeden en handelaren over de
hele hoogvlakte verspreid voorkomend,
zyn het Semlen-gebergte en de minder
toegankeiyke delen van Lasta, hun oor-
spronkeiyke woongebieden, zy stonden
aan geloofsvervolging bloot en zijn het
slachtoffer van de verachting en byge-
lovige vrees, die men dikwyis in Afrika
koestert Jegens smeden.
Een volk over de afstamming waarvan
verschil van mening bestaat, is dat der
Gurage Ten Zuiden van Addis Abeba
komen zü het meest voor. hoewel zij ir.
de stad zelf hun voornaamste broodwin
ning vinden als straatvegers en huisbe
dienden. Volgens sommigen zouden zy de
afstammelingen zijn van de Europese sla
ven, door de Egyptische koningin Ha%
schepsut naar Ethiopië gezonden om er
ln de mynen te werken. Hun taal ver
toont evenwel een Semietisch karakter
en is sterk doorspekt met de Hamietische
vormen der Galla-talen. Zedeiyk staan zi1
op een hoog peil. Aanvankeiyk waren zy
trots en krijgszuchtig. Door het opdrin
gen der Galla kwamen echter ook zij in
een isolement te verkeren, die ln Ethio
pië de dood van zovele volkeren ten ge
volge heeft gehad. Een deel is Christen,
de rest ls Mohammedaan of helden.
In het gebied tussen Gallabat in Ba
gemdir en het Rudolf-meer leven de
Beja's, de Goeboes, de Benl Shangoel en
ln het stroomgebied van de Baro treft
Een Koptische priester leest de
gebeden.
men de Anuak en de Nuer aan. Hamieten
als zy waren, met een sterk negroïde in
slag. stonden zij aanvankeiyk bloot aan
slavenjachten; de rollen werden echter
omgekeerd, toen zy later, fanatieke Mos
lems geworden, de voornaamste leveran
ciers van de Arabische slavenhandelaren
kon. Zelf onthielden zy zich van bekering werden. In de 19de eeuw hielpen zy de
VLIEGTUIGEN BOVEN ONTOEGANKELUKE
BERGEN EN WOESTUNEN
(Van een onzer verslaggevers)
Ethiopië, land van woeste bergen en
uitgebreide woestijnen en steppen, werkt
hard aan zijn toekomst. Het heeft reeds
zijn eigen luchtvaartmaatschappij, de in
1945 opgerichte Ethiopian Airlines Inc.
Een overeenkomst werd gesloten met de
Tran9 World Airlines, welke zeven jaar
lang leidend personeel, technische hulp
en vliegtuigbemanningen zou afstaan.
Twaalf vliegtuigen vliegen over het land
met Amerikaanse bemanningen, doch
zyn reeds Ethiopische vliegers en m
conlsten op de binnenlandse lijnen. Ook
de andere verbindingsmiddelen worden
ontwikkeld. De Franse spoorlijn
Addis Abeba naar Djiboetl verwerkt
reeds 500.000 ton vracht per Jaar of drie
maal zoveel als voor de oorlog. Tevens
zyn er plannen voor een tweede apt
weg van Addla Abeba naar Assab
Zuid-Erlthrea, waar drie Nederlandse In
genieurs in opdracht van de Ethiopische
regering plannen voor een haven uitwer
ken. Van diezelfde haven uit Is een auto
weg naar Addis Abeba in aanleg, welke
reeds halverwege gereed Is, namelijk tot
Dessie. Vrachtauto's ryden al da gehele
route.
Ethiopië la een land met byna even
veel Inwoners als Nederland, neer schat
ting 10 mlllloen, maar de oppervlakte is
veel groter, namelijk meer dan een mil-
lloen vlerkante kilometer of 34 maal Ne
derland. Enige malen groter dan Neder
lands Nieuw Guinea. Het wagennet Is
17.890 kilometer en er bestaat dringende
behoefte aan uitbreiding en herstel
Het hoge Redeelle van het land Is berg
achtig en doorsneden met kloven en die
pe rivierdalen, de lagere delen zyn woes
tijnachtig en zeer warm. Het Zuidelijk
deel ligt even boven de evenaar. De
este regen, ongeveer 80 procent valt
de grote en kleine regentijd, waarvan
eerste duurt van half Juni tot half
September en de tweede valt In Maart
April. Deze tweede blijft aoms echter
koffie en het land ls daarvan zozeer af-
hankeiyk, dat tegenwoordig de noodzaak
wordt ingezien meer aandacht te schen
ken aan andere producten. Ook oliezaden,
thee en granen worden verbouwd en ln
geringere mate tabak, katoen, vezel en
suikerriet. De bodem is dikwijls van vul
kanische oorsprong en zeer vruchtbaar,
maar door de dunne bevolking ligt veel
land break. De koffie groeit in het wild.
Ondernemingen komen nog weinig voor.
DE VLAG
De vlag ven Ethiopië bestaat uit
drie horizontale banen In de kleu
ren (van boven naar beneden)
groen, geel cn rood.
De Ethiopiërs zeggen: „God koos
de drie schoonste kleuren van de
regenboog en schonk d:e aan het
door Hem uitverkoren landl"
kort zyn hun woongebieden, afgezien van
het ongezonde klimaat dat gr heerst,
voor vreemdelingen bereisbaar,
Noemen wy nog de Somali's en de Da
nakil, op enkele negerstammen na «ie
meest primitieve bewoners van Ethiopië.
Physiek staan de Somali's er het beste
voor Hun gebied, Ogaden, is dan ook
ryker met rivierwater gezegend, dan dat
van de Danakil. Zy staan door hun intel
ligentie en hun betrouwbaarheid als gid
sen en kameeldryvers by vele Europese
reizigers gunstiger bekend dan de Dana
kil, die in de woestjjn tussen de Rode Zte
en de Oostrand van de hoogvlakte wonen.
In Addis Abeba zelf wonen zeer vele
vreemdelingen. Het ls een International
stad, waar de hervormingen van de Kei
zer de beste grond vonden om vrucht te
dragen. Groot ls echter nog het gebied,
waar onderwijs; hygiënische verbeterin
gen, ontwikkeling van landbouw en in
dustrie een braak liggend terrein is.
Wapen van Ethiopië
Het wapen van Ethiopië vertoont
twee engelen aan weerszijden
van de Davidsster. Links de en
gel met het zwaard, de Gerech
tigheid voorstellende, rechts een
met de palmtak de Vrede sym
boliserend. Op de voorgrond de
Leeuw van Juda.
bieren, Italianen, enz. In Addis Abeba
zUn enige Industrieën die echter geen
grote omvang hebben. Een katoenspin-
nery met 6000 spindels en de nieuwste
Amerikaanse machines Is geopend. De
Sinclair Petroleum Company bezit een
grote olleconcessie, doch heeft nog niets
gevonden. Delfstoffen zyn er in over
vloed. Er is een kleine exploitatie van
goud en platina. Verder zijn er onbe
kende hoeveelheden koper, tin, lood,
tungsten, cobalt, molybdeem, mica, gra-
phlet. Bruinkool is er veel, doch deze
kan men niet over grote afstanden ver-
De voornaamste plaatsen zijn Addis
Abeba, Harar, Dire Dawa, Gondar, Adoua,
Dessie en Jimma. Addis Abeba, de hoofd,
stad, welker naam Nieuwe Bloem be
tekent, telt thans 300.000 inwoners. Het
is een mengeling van oude cn nieuwe
gebouwen. Men heeft er enige min of
meer Europees aandoende hotels, drie
bioscopen en zeer weinig café's. Er is
een telefoondienst met 2000 aansluitingen
en enige malen per week is er een post
bestelling. Telegraferen kan men naar
alle delen der wereld- Ook kent men er
electrlclteit.
Toen keizer Haile Selassl in 1941 uit
ballingschap terugkeerde was het land
ln een chaotische toestand. De positie
van de Koptische kerk was ondermijnd,
handel en nyverheid verkeerden ln een
treurige toestand, de velden waren ver
waarloosd en de bevolking bleek onder
voed. Er heerste gebrek aan de eenvou
digste geneesmiddelen. Daarentegen wa
ren door de Italianen de verbindingen
verbeterd en er waren openbare werken
uitgevoerd.
In 1942 richtte de keizer een staats
bank op en voerde een Ethiopische dollar
ln, die nu f 1,54 waard is en stabiel is
gebleven. Ethiopië deed dan ook niet
mede met de devaluatie van 194P. De
gouddekking van het geld la meer dan
50 procent. Om de deviezenvoorraad te
versterken werd de Invoer beperkt. Deze
la desniettemin van 1949 tot 1952 met
meer dan 50 procent toegenomen, terwijl
de uitvoer meer dan 150 pet steeg. De
Internationale herstelbank heeft Ethiopië
geholpen met een lening van 20 mlllioen
dollars voor de wegenbouw. Men schat,
dat deze een kleine 50 mlllioen dollars
zal vergen. Grote vooruitgang wordt ge
boekt ln de electriclflcatie en telecom-
wel
i weg.
De steden zijn hoog gelegen op onge
veer 2000 meter boven de zeespiegel, Ad
dis Abeba zelfs 2500 meter. De nachten
zyn daar koud, maar de dagen warm.
De dagtemperatuur ls daar bijna B0 gra
den Fahrenheit, de nachtemperatuur ge
middeld 42,4. Ook ln de regentyd I» er
gemiddeld S uur zon per dag.
Het voornaamste landbouwproduct ia
De H.V.A. heeft een suikerfabriek opge
richt, waarin een kapitaal van f 30 mll
lioen is gestoken. Deze heeft een begin-
capacltelt van 8000 ton per jaar en een
aanplant van 1400 ha. De proefcampagne
is in April begonnen.
De handel ls vrijwel in handen van
buitenlanders, Indiërs, Pakistani, Ara-
municatla. Het zwaar gehavende door de
Italianen gebouwde apparaat 1» hersteld
en belangrijk uitgebreid.
De keizer li de baanbreker van de
vernieuwing in dit land, waar de boer
nu nog op een ezeltje de producten naar
de markt brengt, doch dat ongetwijfeld
een grote toekomst tegemoet gaat.