Bloemlezing van na-oorlogse poëzie
van cle christelijke dichters
Jiere regeert
ZONDAGSBLAD 7 AUGUSTUS 1954
HET is zeer belangrijk de christe
lijke lezer van tijd tot tijd te
confronteren met wat hij aan schoon
op eigen literair erf bezit. Niet min
der belangrijk is het voor hen die
buiten het christelijk erf staan en me
nen, dat de christelijke auteur in
dit geval de dichter nog lang niet
aan een erkenning toe is; een ge
dachte die soms ook wel leeft in ei
gen kring, waarom men dan ook dik
wijls geen moeite doet kennis van dit
werk te nemen. Men weet soms nog
wel van een Anema, van een Willem
de Merode of van een meer populaire
Jan H. de Groot, maar verder moet
men meestal niet vragen. Daarom is
de verschijning van de bloemlezing
„Vloedlijn" toe te juichen, waarin ons
een overzicht wordt geboden van de
na-oorlogse poëzie van onze christe
lijke dichters, die leiden kan tot een
kennen en liefhebben.
Het experimentele karakter van
het werk der moderne dichters heeft
er zeker de laatste jaren niet toe ge
leid, de belangstelling voor dit genre
levendig te houden. En toch, hel is
niet goed zich er zonder meer van af
te keren. De worsteling om een nieu
we vormgeving is niet zonder zin, in
tegendeel, het hangt samen met de
spanningen en geestelijke achtergron
den van onze tijd. Het is niet alleen
de lust tot het experiment, dat de
dichter drijft, het is hem opgelegd.
Wie het moderne gedicht „onder
gaat", ondergaat ook de levensdrang,
de noodzaak. Hij zoekt in zijn werk
naar een totaliteit in de uitdrukkings
vorm, naar een omvatten en een dra
gen van het leed der wereld en hier
uit wordt het experiment gevoed tot
soms overmatige spanningen, die het
woord uitzuigen tot de laatste drup
pel leven. Maar de nuchtere mens,
hij, die de ontroering, de zuiver
menselijke ontroering zoekt, stuit
hier op een, op het eerste gezicht.
(Vervolg van pag. 1)
Speten parkeren verplicht
voor wie ter veemarkt gaat
Voor het vee zijn speciale drenk
plaatsen op verscheidene plekken
gemaakt. Graansilo's moesten
worden gebouwd om hongersnood
tegen te gaan als de oogst eens
tegenvalt en tevens om te zor
gen, dat de mannen, die verplicht
zijn elders te werken om nieuw
land te winnen, voldoende te
eten krijgen.
Ook werd er het een en ander
gedaan om de Iraqw en Mbulu
enigermate te ontwikkelen Beide
stammen behoren namelijk tot de
primitiefste in Oost-Afrika Doch
de mannen en vrouwen bleken
bevattelijk en aanvaarden het
nieuwe Moeilijker was het, om
duidelijk te maken, dat al die
verbeteringen geld kosten. Het
vijfjarenplan is geraamd op een
bedrag van 1.250.000.Een
vierde deel van dit bedrag beta
len de Iraqw en Mbulu zelf. Lon
den zorgt voor de rest.
Het eigenlijke werk komt ge
heel voor rekening der Afrikanen.
Maar zij slaagden en als het plan
ten volle ten uitvoer zal zijn ge
legd, is er een gebied van circa
18.000 km2 in Noord-Tanganyika
als woongebied gered. Hard en
gestadig werken de eens zo ge
duchte krijgers der Iraqw en
Mbulu nu voor het welzijn van
hun vaderland. Natuurlijk is nog
niet alles geheel in orde en
komen er nog wel eens min of
meer onaangename verrassingen
voor, doch de leden van beide
stammen kennen thans het klap
pen van de zweep en daarom is
hun toekomst verzekerd.
Toch blijft vooralsnog „Speren
parkeren verplicht" een noodza
kelijke maatregel. De Iraqw en
Mbulu zijn nog te kort geleden
de moderne wereld binnengeste
vend om dit parkeer-gebod buiten
werking te stellen.
geëxalteerdheid die hem onmiddellijk
tegenstaat.
De tragedie van een verloren pa
radijs wordt eerst volstrekt een tra
gedie, wanneer men het uitzicht op
een nieuwe hemel en aarde verliest.
De dood wordt het bitter noodlot, als
hij het einde aller dingen is. Hier
bij moot de ziel in nood geraken en
omkomen!
Verrassende handel
die veel schoons
op eigen erj toont
Maar juist hier onderscheidt zich
de christelijke dichter. Naar de mens
ondergaat ook hij het leed der we
reld want niet altijd staat zijn ge
loof sterk en onwankelbaar in de
branding maar hij behoeft het leed
niet te dragen. Als hij klaagt, klaagt
hij met de hoop op Christus en de
ze levenshouding zet onmiskenbaar
een stempel op zijn werk. Er is geen
vlucht, geen eeuwige ondergang, maar
uiteindelijk een zich gewonnen geven
aan de leiding Gods.
Natuurlijk, elke tijd zet mede zijn
stempel op de vorm, en dat de chris
telijke dichter ook hier de vruchten
plukt van de experimentelen laat
zich denken. Het zou waarlijk een
interessante studie op zichzelf zijn de
voorgaande bloemlezingen met
„Vloedlijn" te vergelijken en de in
vloeden te ontdekken, zonder dat
daarbij het eigen geluid verloren is ge
gaan.
W. penscliouw
Het was in 1918 dat P. Keuning
voor het eerst met een overzicht
kwam van de christelijke poëzie van
na 1900, nl. de bundel „Christelijke
kunst". Sindsdien is men dit voor
beeld trouw gebleven en is van tijd
tot tijd een „wapenschouw" gehou
den. Daaraan hebben we het ontstaan
te danken van de uitgaven „Stille
opvaart", „Het derde reveil", Chris
telijke dichters van deze tijd" en
„Spektrum".
De laatste bundel verscheen zestien
jaar geleden en thans waren het P.
J. Risseeuw, Koos van Doorne en J.'
Das, die het initiatief namen tot de
nieuwe bloemlezing „Vloedlijn", uit
gegeven door de uitgever Bosch en
Keuning te Baarn.
Hoewel de verzamelaars behoren
tot de kring van „Ontmoeting", heb
ben zij hun keus van dichters niet tot
deze kring beperkt, maar allen op
genomen „voor wie Christus in het
centrum van hun geestelijk leven
staat". Zo luidt de term door de
verzamelaars in de inleiding gebruikt.
Dit is een waardeerbaar standpunt
geweest.
Bij alle gedachten, die men in het
woord „Vloedlijn" heeft willen vast
leggen is dit wel een van de meest
sprekende, dat de vloedlijn is het
grensgebied waar kracht en tegen
kracht elkaar ontmoeten in een voort-
l
„Toen Abimelech drie jaar over
Israël had geheerst, zond God een
boze geest tussen Abimelech en de
burgers van Sichem, zodat de bur
gers van Sichem ontrouw werden
aan Abimelech, opdat de misdaad,
begaan aan de zeventig zonen van
Jerubbaal, vergelding zou vinden
Richtcren 9 22 e.v.
WIJ geloven dat de Here regeert.
Zijn doen is enkel majesteit. Daar
in ligt al opgesloten, dat wij die re
gering Gods niet begrijpen. Wc zien
het, maar we doorgronden het niet.
Toch zijn er wel gelegenheden, waar
bij de Here ons iets laat zien van Zijn
durende werkzaamheid: de zuigkracht
van de stroom, het bestand van de be
lopen grond! Zij bepalen het verloop
van de vloedlijn, die op haar beurt
de zwakte en de sterkte registreert,
de uitschieters en de inhammen te
kent. Deze lijn van hoop, geloofs
kracht, zwakte en inzinking tekent
zich ook af in deze bloemlezing. We
zullen er ook onze eigen lijn in ont
dekken en dat kan niet anders dan
vruchtbaar zijn.
Kanttekeningen
Wat de bundel zelf betreft, daar
over zouden we nog het volgende wil
len opmerken: Elke bloemlezing is
een resultaat van keuze, en daarover
valt uiteindelijk niet te twisten, maar
enkele dichters, die we in hun na-oor
logse publicaties hebben kunnen vol
gen, zouden we soms graag met an
dere verzen vertegenwoordigd zien.
Ook missen we b.v. de naam van A.
Wapenaar, die toch ook na de oorlog
gepubliceerd heeft. Had dit een spe
ciale reden? Voorts hebben de ver
zamelaars de alphabetische volgorde
gekozen, wat o.i. toch niet geheel
bevredigend werkt. Groepering van
de ouderen en jongeren onder onze
dichters zou misschien geholpen heb
ben het inzicht en het overzicht te
verdiepen.
Dit zijn echter maar enkele kant
tekeningen, want de uitgave als ge
heel is en blijft belangrijk. Zij is uit
stekend verzorgd en behoort in de boe
kenkast van elke lettervriend en ze
ker in elke christelijke bibliotheek.
HERM. STEGGERDA
bedoelingen. We behoeven er dan niet
naar te raden, neen, dan zegt de Here
het zelf duidelijk. Dan wijst Hij als het
ware met Zijn vinger aan, welke be
doelingen Hij heeft met bepaalde ge
beurtenissen.
Die aanwijzingen vindt u in de Bijbel-
o.a. in Richteren 9. Gideón. hier Jerub-
baiil genoemd, heeft geijverd voor de
Here, maar is toch niet ontkomen aan
heidense invloeden. In het hebben van
meer vrouwen heeft hij geleefd als een
oosters vorst, heeft hij als Richter een
slecht voorbeeld gegeven. Na zijn daad
wreekt zich dat kwaad. Meer dan 70
zonen zijn er. Wie zal de leiding van
vader overnemen? Wie zal Richter wor
den over het volk des Verbonds? Abi
melech neemt een beslissing. Hij
doodt bijna al zijn broeders en heerst
zo drie jaar over Israël. Hij is geen
koning, geen richter. Hij heerst alleen
maar. Na drie jaar heeft Israël daar
al genoeg van en aan die heerschappij
wordt door verraad een einde gemaakt,
's Levens beloop!
Ja, dat ook.
Maar heel duidelijk wordt ons gezegd,
dat het de Here Zelf is, die door een
boze geest de verhoudingen laat ver
derven. Daarbij wordt ons 's Heren
doel meegedeeld. De Here wreekt op
deze wijze het vergoten bloed. De vraag
kan hier gesteld worden: mag men zo
de wraakgedachte op de voorgrond
plaatsen? Is hier dan geen Evangelie
te vinden? Ik zou die tegenstelling niet
willen maken. Het Evangelie, dat Jezus
Christus voor zondaren gestorven is.
houdt toch ook in, dat God de zonde
met de dood gestraft heeft aan Zijn
Zoon? Door het wreken van het vergo
ten bloed, dus door de wraak des Heren
over Israels zonde, wordt de zonde in
dat volk bestreden en dat ls 't begin
van de verlossing. Anders gezegd: Hei
dense praktijken beginnen hun invloed
uit te oefenen op Gods volk. De Here
verstoort dat door een boze geest en
de heerschappij van Abimelech, rustend
op broedermoord en geweld, wordt door
de Here Zelf beëindigd. En dan ligt
's Heren doen en 's mensen handelen
voor ons oog als door elkander vervloch-
Een verhaal, zonder meer?
Een verhaal met een zedelijke strek
king?
Meer dan dat. De Here zegt ons dui
delijk, dat Hij regeert en dat Hij, soms
door middel van mensen, de dingen
zo leidt als het Hem behaagt. Wat zijn
er velen, die met die regering Gods
niet meer rekenen. En wat heeft de we
reld te vechten tegen boze geesten. Zien
wc wel voldoende, dat de Here zo, door
oordelen heen, leidt naar de verlossing?
Zien wc. dat het oordeel op Christus
gekomen is en dat zo verlossing moge
lijk is? Dan is deze geschiedenis zeer
leerzaam. Doorzichtig zelfs! Dan ls
't laatste woord hier niet: de wraak
des Heren. Dan mag het laatste woord
hiër zijn: voor gelovigen.
Gij vindt In gunst en niet in
wraak Uw lust,
De hitte van Uw gramschap
is geblust
]?EN Rotterdamse glaivnwasser kijkt niet op een raam meer oj
mindermaar je moet geen hoogtevrees hebben by zulk 'n
karweitje I
ZONDAGSBLAD 7 AUGUSTUS 1954
5
inula
eenmaal van weRelbBetekenis,
nu onoekenöe PROvinciestaö
BIM-bam! Bim-bam!
Helder en klaar klinken de tonen
van de Gunilla-klok over het oude
Uppsala, de Zweedse Universiteits
stad, ruim 70 km ten Noorden van
Stockholm gelegen.
Die morgenklok betekent voor ve
len: reveille.
Men zou in Uppsala deze klok niet
graag willen missen. Het is een eeu
wenoude traditie, dat 's morgens en
's avonds de klokkenluider de steile
ladder van de klokkenstoel op de heu
vel bij het Slot opklautert om de
bronzen stem van de oude klok te
doen horen. Wie bij, of beter nog:
op de ladder van de kleine klokken
toren staat, heeft een prachtig pano
rama over een deel van Uppsala.
lijke taal
vie slechts luisteren
Stoer en sterk verheffen zich de
muren van het oude Uppsala slot
met zijn twee ronde torens boven de
bomen van het slotpark.
Hier spreekt de historie een duide-
kRuqeR-museum
in cl&R€ns-montR€ux
VIJFTIG jaar geleden, op 14 Juli
1904, stierf te Clarens in Zwitser
land Paul Kruger, President van de
Zuid-Afrikannsc Republiek. Hij woonde
daar gedurende het laatste jaar van zijn
leven in een villa vlak aan het meer
van Genève, nadat hij in 1900 zijn
land verlaten had om een vergeefse reis
door Europa te beginnen, teneinde steun
te zoeken voor de zaak der Boeren. In
November 1900 arriveerde hij met do
Nederlandse kruiser ..Gelderland" te
Marseille. Hij werd te Parijs ontvangen
door de toenmalige president van de
Franse Republiek, Loubet, en begaf zich
vervolgens naar België en naar Neder
land, waar ook Koningin Wilhelmina
hem ontving. Om gezondheidsredenen
verbleef hij enige winters aan de Fran
se Rivièra, alvorens hij zich in 1903 te
rugtrok in de kleine villa te Clarens.
waar hij een jaar later overleed.
Deze villa is nu museum. Een archi
tect heeft de kamers ingericht zoals de
ze 50 jaar geleden waren, met meubels
en verdere aankleding uit die tijd. De
tuin. die door een weg van het meer
is gescheiden, ziet uit op het tegenwoor
dig bewoonde eiland Salagnon.
Onlangs is dit Kruger-Museum ge
opend in tegenwoordigheid van vele be-
"kendc persoonlijkheden, die door de re
gering van de Zuid-Afrikaanse Republiek
daartoe waren uitgenodigd. Dr. P. R.
Botha, gezant van Zuid-Afrika te Brus
sel is benoemd tot curator van het Mu-
Tijdens de openingsplechtigheid hield
hij een toespraak in het Afrikaans, En
gels en Frans, waarin hij o.a. zei, dat
de villa was aangekocht door het Zuid-
Afrikaanse volk als een herinnering aan
zijn grote vrijheidsheld Kruger. Dr.
Botha dankte namens zijn regering de
autoriteiten van het kanton Vaud en de
stad Montreux voor de gastvrijheid, die
zij Paul Kruger destijds hebben ver
leend.
Namens het kanton Vaud werd door de
heer Jaquct en namens Montreux door
de burgemeester, de heer Vogelsang, het
woord gevoerd. Eerstgenoemde vertelde,
r hij destijds als schooljongen
In dit slot nam Gustaaf Adolf met
zijn rijksgroten in 1630 het verstrek
kende besluit deel te nemen aan de
dertigjarige oorlog in Duitsland.. In
deze strijd, die parallel liep met het
laatste tijdperk van onze tachtigjari
ge oorlog, koos hij de zijde der Pro
testanten.
Ja, in die tijd toen Zweden nog een
grote rol speelde in de internationa
le politiek van zijn tijd, toen Zwe
den evenals de kleine Republiek der
Zeven Verenigde Nederlanden nog tot
de grote mogendheden gerekend kon
worden, was menig besluit in Uppsa
la's slot genomen, van wereldhisto
rische betekenis.
Die tijden zijn reeds lang voorbij.
Zweden is geen grote mogendheid
meer. En Uppsala is voor velen, bui
ten Zweden, slechts een onbekende,
stille provinciestad.
Maar in de avond van 30 April is
het toch in het prachtige park bij
de aloude burcht en de kleine klok
kentoren vol leven en vertier. Dan is
de Slotberg voor geheel Zweden tot
een symbool van de jeugd en de len
te. Immers dan verzamelen zich in
de Walpurgisnacht de duizenden stu
denten en zij zingen onder fakkel-
schijn van een nieuwe lente, die weer
is aangebroken.
Dan klinken ook weer de liederen
van de zangerprins Gustav von Carl
Eldh, die zelf slechts 25 jaar oud ge
worden, zijn volk en vooral de stu
derende jeugd zoveel schone liederen
heeft nagelaten.
Gloed der vuren
Walpurgisnacht hoog laait de
gloed der vreugdevuren op alle heu
vels en hoogten in en rondom Uppsa
la op.
Een duizendkoppige menigte beweegt
zich bij het licht van flakkerende
flambouwen met vaandels en vlag
gen naar de Slotberg.
Daar bereikt het lentefeest zijn
hoogtepunt! Zwart en scherp tekenen
de silhouetten van de torenspitsen der
St. Laurentius kathedraal zich af te
gen de nachthemel... Het feest van de
lente, gestimuleerd door de studen
ten van de eeuwenoude Universiteit,
wekt herinneringen op aan een groots
verleden...
Het is of Uppsala herleven gaat!
Het feest duurt voort. Straks luidt dc
Gunillaklok de nieuwe dag in. En het
klare licht van de Meimorgen valt
door de boogvensters van het oude
slot op de Slotberg en door het kathe
draalglas van Uppsala's Domkerk en
het nodigt ons uit Uppsala ook eens
bij daglicht te bezien.
En wie als Hollander dit doet komt
al spoedig tot een vergelijking met
een Nederlandse stad, en wel met...
Delft.
zoals ook haar hoofdkerk iets geheel
eigens heeft.
Deze Domkerk dateert uit de der
tiende eeuw en is een van de meest
indrukwekkende bouwwerken van
Noord-Europa.
In de Domkerk
Het interieur van deze kathedraal
maakt op de bezoeker een overwel
digende indruk. De prachtige gebeeld
houwde, en vergulde kansel de
..gouden kansel", zegt men wel in
Zweden is een meesterwerk in
barokstijl van de Duitse kunstenaar
Burchardt Precht.
Dichtbij het altaar bevindt zich het
kroningsgewelf waaronder bijna alle
Zweedse koningen die tussen 1528 en
1721 regeerden zijn gekroond.
Zeer veel belangstelling bestaat ook
by de talrijke bezoekers van deze kerk
voor de verguld zilveren kist van de
dappere Zweedse koning Erik, die in
1160 de marteldood stierf op een van
zijn „kruistochten" onder de toen
maals nog voor een groot deel heiden
se bewoners van Zweden.
Bij wetenschappelijk onderzoek van
deze kist is gebleken, dat zij inder
daad overblijfselen bevat van de
z.g.n. heilige Erik. De schedel, een
doorgehouwen halswervel van de ko
ning, evenals de oudste Zweedse ko
ningskroon uit ongeveer 1150 heeft
men in deze schrijn, die de vorm
heeft van een kerk met een zadel
dak, teruggevonden.
Niet minder dan een vijf en twin
tigtal kapellen tellen de beide zij
beuken en het koor van Uppsala's
hoofdkerk. In de Middeleeuwen wa
ren deze kapellen bestemd vbor de
verering van diverse heiligen. Na de
reformatie werden vorsten en ande
re vooraanstaande mannen ook be
roemde geleerden in deze "kapellen
begraven.
De grootste kapel, achterin het koor
oorspronkelijk aan Maria gewijd,
werd in 1560 de laatste rustplaats
van koning Gustav Wasa, de grond
vester van een sterke Zweedse dy
nastie.
Het fraaie grafmonument, dat tien
jaar na de dood van Gustav Wasa
op deze plaats werd onthuld, is door
onze landgenoot Willem Boy vervaar
digd. Dit beeldhouwwerk geeft een
voorstelling van de oude koning Gus
tav, in koningsornaat rustend tussen
zijn eerste en tweede gemalin, die
reeds vóór 1560 gestorven waren.
Maar niet alleen het slot en de
Domkerk, ook Uppsala's universiteit
is over de gehele wereld bekend.
De Universiteit
De grote plantkundige, Linnae
us in het verleden, Nobelprijsbezit-
ters als The Svedberg en Arne Ti-
selius in déze tijd en vele anderen
met hen, hebben Uppsala als univer-
Luchtfoto
Ja, Uppsala zou men in meer dan
één opzicht het Zweedse Delft kun
nen noemen. Tussen beide steden be
staat een merkwaardige overeen
komst. Beide zijn universiteitssteden,
bezitten vele bezienswaardigheden,
historische plekjes en in het centrum
van beide steden bevindt zich een
machtige kathedraal.
En zoals de Nieuwe kerk te Delft
het Mausoleum der Oranjevorsten is,
zo is de kathedraal van Uppsala de
laatste rustplaats van het Zweedse
vorstenhuis.
Toch heeft Uppsala vanzelfspre
kend een typisch Zweeds karakter,
siteitsstad wereldvermaardheid gege
ven.
In dc beroemde universiteitsbiblio
theek worden niet minder dan ander
half millioen boeken bewaard, waar
onder twintig duizend handschriften.
De fraaiste en oudste van deze
handschriften liggen in een der be
nedenzalen steeds voor het publiek
tentoongesteld.
De grootste belangstelling geniet
uiteraard de Codex Argenteus uit
de 6e eeuw - ongetwijfeld het waar
devolste bezit van Uppsala's Univer
siteitsbibliotheek.
Omstreeks het jaar 500 na Chr.
werd deze Codex, waarschijnlijk op
bevel van de Gotcnbisschop Ulfila,
vervaardigd. Zij bevat vier in het
Gotisch vertaalde Evangeliën. De
letters van zilverblad, op purperkleu
rig perkament, zijn vanzelfsprekend
niet meer zó duidelijk als voorheen,
maar over het algemeen toch nog
goed leesbaar.
Merkwaardig is de geschiedenis
van deze Zilverbijbel. In de Dertig
jarige oorlog uit Praag naar Zweden
overgebracht, kwam dit handschrift
later in Holland terecht. Maar voor
slechts 500 daalders verkocht een
van onze landgenoten in 1660 het
Boek aan de Zweedse Rijkskanselier
Magnus Gabriel de la Gardie. Door
tussenkomst van laatstgenoemde
kwam de Codex Argenteus weer in
Uppsala's Universiteitsbibliotheek te
recht.
Botanische tuin
Wie vol van de opgedane indruk
ken bij een bezoek aan het aloude
Uppsala nog eens stil over de din
gen, die hij zag, wil napeinzen, kan
daartoe geen mooier en rustiger plek
je uitkiezen, dan de Botanische tuin
van Linnaeus.
Men heeft deze botanische tuin in
onze eeuw zoveel mogelijk in zijn
oorspronkelijke toestand terugge
bracht. Kleine groepjes planten, voor
zien van de Latijnse naam, herinne
ren aan het werk van de grote Zweed
se plantkundige, die immers Flo
ra's kinderen indeelde in families.
Welke tuin heeft in de loop der
eeuwen zo'n invloed gehad op de ont
wikkeling der plantkunde als deze?
Stil glijdt het licht van de avond
zon over de veelkleurige bloemen
pracht in Linnaeus' hof...
In de verte klingelt dc Gunilla-
avondklok over Uppsala. Zij luidt de
dag uit...
Toen Zwedens glorietijdperk ten
einde was, geleek het, alsof zij in
dubbele zin de dag uitluidde. Maar
wie Uppsala van heden kent en iets
van zijn betekenis begrijpt, is het
duidelijk, dat Gunilla's klok ook weer
a.h.w. een nieuw tijdperk heeft in
geluid. Een tijdperk, waarin niet meer
zoals weleer in de eerste plaats het
heldendom van het slagveld de lau
werkrans wegdraagt, maar een tijd,
waarin door helden van de geest
mannen van de wetenschap nieu
we, grote triomfen werden behaald.
Hierdoor zal de naam van dc Zweed
se Universiteitsstad Uppsala, bekend
blijven van Pool tot Pool.
J. W. GRISNIGT
Hoe snel VLIEGEN zich
kunnen vermenigvuldigen
Een Portugees bioloog heeft eeng een
berekening gemaakt, hoeveel nakome
lingen een vlicgcnpaar wel zou kunnen
krijgen, wanneer het zonder stoornis
zich zou kunnen voortplanten.
Hij nam aan, dat dit paar in enkele
dagen niet minder dan tienduizend
eitjes legde. Als begin der voortplan-
tingsperiode nam hij aan de
maand April. Tegen het einde van de
zomer zou één vliegenpaar dan reeds 5
milliard spoorwagons geheel met nako
melingen kunnen vullen! De ..vllegen-
trein" zou een lengte van 20 000 000
mijl hebben en enige mensenleeftijden
zouden nodig zijn om al die lastposten
te kunnen tellen.
Een blauwe vlieg legt een 10.000 eitjes
ln enkele dagen. Spoedig ontwikkelen
zich uit de eitjes Insecten, die eveneens
zich weer voortplanten. Zodoende kun
nen we tot deze ontzagwekkende cijfers
komen!