J
Wisf U dat
Een avondje uit
6
ZONDAGSBLAD 24 JULI 1954
Correspondentie betreffende deze
rubriek aan de heer W. Jurg. Jan
Luytcenlaan 12, Oen Haag.
IN deze rubriek introduceren we een
voor het merendeel onzer lezers nieu
we naam. Het is reeds vele jaren gele
den dat de heer Bouwman eens een
tweede prijs won in een internationale
problemistenwedstrijd. dooh nu geelt
hier blijk het nog niet verleerd te zijn.
ondanks het feit dat hij zich bij het
gangbaar worden der z.g. scherpe regels
enigszins heelt moeten aanpassen bij de
stijl der ..modernen".
No 213 is van het lichtere genre, doch
no. 21!) dat een dam in de aanvangs-
stand vertoont geven we om die oplos
sers te plezieren, die ook in de zomer
wel eens een zware kluif te verteren
Een "miniatuur van Scheyen gaat het
oeuvre van Bouwman vooraf- Voor de
geroutineerden om van het blad op te
No. 211. J. H. H. Scheyen, Kerkrade.
Zwart: 8. 17. 29. 31. 33. 36.
Wil: 18. 38. 41. 43. 47, 50-
Na *18 J A Rouumin. Den Haar.
Zwart: 7. 8. 13. 14. 17. 18. 26. 30. 35.
Wit: 28. 31. 32, 40, 41/44. 49.
No. 219. J. A. Bouwman. Dcu llaa?;.
lil
s
m
m
0 0
m
L.J
m
0 B
liïÜ
m
0 .o
0 B'
0
üf SB
Q
ei
t& B
Zwarf 2, 4. 6, 8/10. 13. 18. 26. 28. 33.
Witi'nr 21. 22. 27, 29. 30. 33. 37. 39. 40.
43. 47. 48. 50.
Voor alle drie luidt de opgave: wit
begint en wint.
De kunst van het rijk
geschakeerde stilleven
(Vervolg van pag. 4.)
treft in een kubistische verwarring.
Rijker is dat ene stilleven van André
Dunoyer de Ségonzac, .Stilleven met
soepterrien" (no. 175). Dunoyer be
hield de verbondenheid met de natuur,
hij erkent de van ouds bestaande
normen, maar toch is hij van deze
tijd, toch is hij modern.
Deze grote en grootse tentoonstel
ling. waarvan zoveel werken voor het
eerst in ons land zijn en zelfs voor het
eerst worden geëxposeerd, moet u be
slist eens gaan bekijken. Maar dan
rustig en langdurig, niet zo even in
een half uurtje. Als u geen tijd ge
noeg heeft, ga dan later nog eens te
rug en zie wat de schilders in de loop
der eeuwen gemaakt hebben van de
onbezielde voorwerpen en de levende
bloemen. Het is een gelegenheid die
u waarschijnlijk nooit meer zult krij
gen. CORN. BASOSKI.
Zwart: 3. 8, 9, 11/13, 15/18, 20. 22.
25. 28.
II. N. v. Mourik.
Wit: 24. 26. 27. 29, 31. 33, 34. 36. 38.
39. 40. 43. 45. 48.
De zwartspcler. vader v. Mourik en
de nestor van het genoemde dam-district
had zich bij zijn laatste zet (2328, drei
gende met schijfwinst door 2832). wat
al te zeer door zijn begerigheid laten
leiden Zonder pardon voor het ouder
lijk gezag strafte wit dit als volgt af:
24—19; 26—21; 38-32; 33x2; (24x35); 36x
27; 45—40; 34-30; 26-21 en de witte
dam maakte een gezapige wandeling
over de schijven 11. 27. 28. 20, 34 en 44
naar 50 met gewonnen eindstand!
De vrouw met de baardmaar is zy niet charmant
in haar glinsterend zomerkleedje?
i allerliefst
UIT DE LEZERSKRING
Van de heer W. J. J. Vos te Rotter
dam, ontvingen we een reactie op pro
bleem no. 204 (B. J. Pranger). De stand
luidt: Zwart: 1. 6. 8. 10. 18. 20. 22, 23.
25. 27. 32. 37. 45. Wit: 26. 29. 30. 34/36,
39. 40. 43. 44. 47/49. Opl 48—42. 39—33.
<48x50Ai. 47—41. 49—44, 36-31. 26—21;
30x17, 21—17. enz. Bij A wint wit. aLs
zwart anders slaat, door 4741, 3631 en
verder als boven.
Onze scherpzinnige correspondent nu.
merkt op dat schijf 44 feitelijk overbo
dig is. slechts bijgeplaatst om slagkeu
ze teweeg te brengen (de A-variant).
Dit laatste verhoogt wel de waarde van
het probleem, maakt de oplossing - wel
ke zonder 44 eenvoudig zou luiden: 48
-42. 39—33, 40—44 enz. moeilijker.
Toch neemt één en ander niet weg, dat
als te verwezenlijken ideaal overblijft
het gewraakte stuk op 44 ook een an
dere. actieve, functie te laten vervullen-
Wellicht komen we nog eens terug op
dergelijke constructie-perikelen!
OPLOSSINGEN
No. 211, (B. J. Pranger). Zwart: 5. 13/
15. 19. 22 24, 31. 36. Wit: 25. 82. 34. 41/45,
47. 48 Opl 32—28, (22x33 gedw 42—
37. 47x29 44—39, (47x24 gedw.), 25-20!
(24—35, weer gedw.. want op 2447
vulgl 45-40. 89—33 enz.). 39—33, 45—40.
(35x29 een halve Coup Turc!) 34x14, (24
—29). 14-9. (29-34), 9—3. (34—40), 3—
17 enz., bekende Tric-Trac winst. Het
geestige moment dat ontstaat na de
zwarte slag 47x24 vergoedt ruimschoots
het gemis aan scherpte van het overblij
vende eindspelleje.
No. 212, (J. v. d. Bogaard). Zwart: 9/
12. 17/20. 22/24. 35. Wit: 27. 31/33. 37. 39.
40. 42/44, 48. 50. Opl.: 27—21; 32—28; 42
—37; 50-45; 48—42; 33—29; 34x8; 8—2; 2
x6 (achtereenvolgens over do stukken
19. 44. 32. 18. 9. 10. 20 en 11). Altijd spec
taculair zo'n rondslag!
No. 213. (J. Viergever). Zwart: 5. 7, 12/
14. 18. 22. 23. 28. 32. 35. 36. Wit: 15. 16.
24. 26. 29/31. 34. 39. 40. 43. 44. 43. Opl.:
30-25. 34 -30. 26—21, 25—20. 39x30. 44—
40. 43—38, 48x16, 21x1, (29—33 of 16
x7, (33—38, naar 39 maakt geen ver
schil). 72. (want wit dreigt met 15-10
2—19 enz 15x4. (38—43. of 42), 4—13 en
de vangstclling is voltooid, waar zwart
ook dam haalt, offert wit zijn dammen
1 en 13 om met die op 2 het vonnis te
voltrekken. Een echt Viergever-pro
bleem!
ópUZZLE
1van rli
van de week
Cryptogram
Horiiontaal: l. Een grauwe erwt die
ook in een klooster kan, 4. Een ketel voor
de trom, het geluid wordt rom-bo«n-
bom, 7. Een blozende vis. 9. Wederom
openbaarheid bij het onweer, 13. Bij het
bouwland moet een geldstuk om deze
lipbloemige plant te doen groeien, 15.
Als er iets bijzonders te zien is gaan
de Indonesiërs een kloosterzuster voor
Verticaal: 1. Nog een derde bij de twee
in het etui en het wordt iets groots. 2.
Ondanks woningnood, ziet men in deze
kamer geen brood. 3. Een masker en een
opstootje geeft zwijnderij. 5. Zó zwemt
een Engelse minister wel. 6. Deze Oos
terse winkel komt uit een beentje, 8.
Twaalf min een wordt, u ziet het zelf,
toch geen elf, 9. Komaan, hier staat een
maat in een verkeerde mening, 10. Een
wereldvermaarde stad uit grondsop. 11.
Hetzelfde uit dit kledingstuk, 12. Deze
landen laten voelen, 14. In de Zuid-
amerikaanse rivier schuilt een erf
genaam.
Inzendingen per briefkaart uiterlijk
Donderdagmorgen as. aan het bureau
van dit blad. In de linkerbovenhoek aan
de adreszijde vermelden: .Puzzle-oplos-
sing". Er zijn drie prijzen: 1 f 5; 2 f 2.50
en 3 f 2.50.
Oplossing van Kruis-tal
Raadsel van 17 Juli
HorisoaUal: 1. (9876). 4. (2134). 6. (543),
8. (731), 10. (219). 12. (45617), 15. (41).
17. (273), 18. (24). 19. (237). 21. (276),
22. (413), 23. (654), 24. (692). 26. (314).
28. (58). 29. (834). 31. (65). 32. (47621),
34. (276). 36. (781), 38 (745), 40. (1829)
41. (6491).
Verticaal; 2. (853). 3. (65). 4 (23). 5.
(341). 7. (45671), 8. (7642), 9. (14) 10. (27),
11. (9346). 13. (52). 14. (13). 16. (13498),
18. (27416). 20. (712), 21 (253) 24. 6532),
25. (73684). 27. (4521). 29. (87). 30 (42),
32. (46). 33. (17). 35. (728), 37. (879). 38.
(79). 39. (56).
cJJ-bnormale zomert
WAREN ER VAKER
TN deze gure dagen hoort men spre
uken van „winter in zomertijd". Som
migen willen de atoomproevcn de schuld
geven van de abnormale weersgesteld
heid.
En toch... we kunnen ons moeilijk
voorstellen, dat de atoomproef het weer
in de war heeft gebracht.
Sla maar eens oude kronieken op en
ge leest eveneens van abnormale weers
gesteldheden Zo leest men, dat in 1185
de winter uitbleef, waardoor alles in
bloei stond, alsof het zomer was.
Dit abnormale weer gaf aanleiding tot
de meest absurde voorspellingen, waar
van die van de ondergang der wereld
wel de voornaamste was Dit vooruit
zicht sloeg alle activiteit met lamheid.
Geen hamerslag werd meer in de be
drijven gehoord, verlaten bleef de ak
ker, waarop niet meer werd gezaaid.
Gevolg: geen graan, geen voedsel en
dus ellende, hongersnood.
Zo bleef dit jaar lang in de herinne
ring voortleven.
Dan, een hele sprong over eeuwen, is
daar de merkwaardige zomer van 1831,
toen er een regenperiode heerste van
niet minder dan 84 dagen. Begonnen in
Juni, eindigde het natte tijdvak eerst
medio September. Ook hier laten de ge
volgen zich gemakkelijk raden: over
stromingen, ziekten, enz.
In scherp contrast hiermede staat de
zomer van 1842, toen er in 119 dagen
geen druppeltje regen viel, zodat alles
verschrompelde. - verdorde, verdroogde.
Geen grassprietje groeide, geen koren-
korrel ontkiemde, geen akkerproduct
viel te oogsten. Dat werd voedselgebrek
voor mens en dier.
De rivieren versmalden tot linten,
smalle beekjes droogden uit tot stoffige
Het brandgevaar was zeer groot: me
nige woning werd in de as gelegd.
Vraag de boer waaraan hij de voor
keur geeft, als hij tussen twee kwaden
moet kiezen: een te natte of een te droge
zomer, dan zal zijn keus op de eerste
vallen. Want oogst na een te nat zomer
seizoen valt in de regel nog wel mee.
ZONDAGSBLAD 24 JULI 1954
kan dat kwaad?
DE moeder stond het hoofd om 4 uur
op te wachten. Ze was de school
deur stond open met het oog op de
jeugd, die het gebouw zou gaan
verlaten tot de deur van de spreek
kamer doorgedrongen. En nauwelijks
kwam het schoolhoofd zijn lokaal uit,
of ze klampte hem aan.
„Of hij even tijd had?"
Natuurlijk had hij tijd: met een paar
woorden liet hij zijn klas gaan en was
toen ter beschikking van zijn bezoekster.
„Ik ben de moeder van Greta, weet
U. Van Greta Jansens. Hoe gaat het
met Greetje?"
doet wel goed haar best, hè? Ja, ziet
U, ze zit 's avonds trouw aan haar
huiswerk. Maar ze kan het haast niet
af krijgen."
„Zó veel is het toch niet, mevróuw?
Tenminste, we proberen het opgeven van
werk binnen redelijke grenzen te hou
den."
„O, j-a, mijnheer; dat is het niet, ziet
U. Ik geloof wel, dat Greetje het zou
kunnen doen. wat haar verstind be
treft. maar haar gezóndheid. ziet U
•en tameüjk zwak 1
heeft erg veel last
De onderwijsman knikte: „Zenuwen"
verzamelnaam, waar ouders allerlei
Verschijnselen onder samenvatten en
mee verontschuldigen.
„De dokter zegt het ook. De dokter
zegt. dat ze veel in de frisse lucht moet
zijn. En nu wou ik U vragen; of het
goed was, dat ze minder huiswerk
maakte".
„Als dat nodig is ja. de gezond
heid van het kind is een zeer belang
rijk ding. Eerlijk gezegd, dacht ik dat
een leerling als uw dochter niet langer
dan een uur of anderhalf per avond
nodig had..."
,,Ja mijnheer, maar de dokter zegt.
dat ze veel in de frisse lucht moet, en
als U er mee zou willen rekenen..."
„Zeker, mevrouw al zal het dan
misschien voor Greetje niet mogelijk
zijn. met de klas gelijk te blijven."
„O, dat geeft niet, mijnheer. Het duurt
toch nog lang genoeg tot de overgang."
Even glimlachte de ander: het kind
kon dus niet de gehele jaartaak op zich
nemen, maar moest toch wèl het gestel
de jaardoel bereiken. Toen zei hij: „Als
het werkelijk om de gezondheid van Uw
dochtertje gaat, mevrouw, dan zou een
eventueel doubleren van de klas toch
niet zo onoverkomelijk zijn?"
„Onoverkomelijk nee mijnbeer;
maar als het even kon dat ze over
ging..."
Een week of wat later lag er een uit
nodiging op de werktafel van het
schoolhoofd.
„Het bestuur van de vereniging"zou
het zeer op prijs stellen, wanneer U,
als blijk van belangstelling en meeleven,
haar jaarvergadering op Dinsdag a.s.
zoudt willen bezoeken. De vergadering
zal een enigszins feestelijk karakter dra
gen. Aanvang 7.30 uur precies in de
grote zaal van „Irene".
Gevolg van die uitnodiging: Dinsdag
avond tegen 9 uur stapte het hoofd der
school de feestzaal binnen. „De hele
avond behoeft U niet te komen." was
tig." En steunende op die inlichting
was het plan aldus opgezet: om 9
uur komen, en dan blijven tot het eind.
In de zaal klonk geroes van stem
men, want het was juist pauze. Tal
van leerlingen waren aanwezig; knik
ten lachend, toen ze „mijnheer" zagen.
Na de pauze: een samenspraak, een
voordracht, wat muziek...
„Mijnheer" keek eens rond. Daar had
je Gerrit; en kijk. daar waren Jansje
en Rika. En daar: Greta met haar
moeder. Mevrouw knikte van de over
kant der zaal een vriendelijke groet.
Het verwonderde het hoofd d-er school
wel even, Greta hier te zien. Blijkbaar
amuseerde het kind zich even uitste
kend als de rest.
De tijd vloog om. En toen het half
elf was verwachtte de bezoeker, dat de
vergadering zo-onder-de-hand zou wor
den gesloten. Maar op een desbetref
fende vraag aan de voorzitter liet deze
hem het getypte programma zien: er
stond nog héél wat op; een uur of
twaalf zou het allicht worden
„Dan zal ik het slot niet meer mee
maken ik zou tegen 11 uur thuis
zijn. En, om U eerlijk mijn mening te
zeggen, voor de kinderen wordt het ook
wel te laat"
„Het is hun jaarfeest, moet U den
ken." voerde de voorzitter aan en brak
tegelijk het gesprek af door zich aan
zijn plichten te wijden. De gast verliet
de zaal: hij was de eerste en de enige.
Een paar dagen later was de moeder
van Greta Jansens weer op school. Dit
keer werd het gesprek niet in hoofdzaak
Ik zie hem gaan
H Ik zie hem gaan langs ongebaande wegen,
een man, die voor zijn werk zichzelf vergat;
dte vaak des nachts in neerstriemende regen
g en groeiend stormgetij geen schuilplaats had.
De Joden haten hem. Zie: Geselslagen
g striemen zijn rug. Vloek Paulus. Vloek zijn woord.
Wie heeft als hij de wrede dorst verdragen?
Wie heeft de laagste lastertaal gehoord?
Ik zie hem gaan. Wie door Gods levend licht
getroffen werd, zwijgend Zijn stem mocht horen,
hij weet dit eigen spel voorgoed verloren,
<x maar 't spel van God voorgoed zijn dure plicht.
lx
Ik zie hem gaan, het oog omhoog gericht:
Vijand van God, door God tot vriend verkore
t ANTHONIE STOLK.
door haar gevoerd. Het hoofd der school
bracht onder haar aandacht het feit,
dat een kind, waarvan de dokter had
verklaard, dat het zwak en zenuwach
tig was, dat het veel frisse lucht moest
hebben en waarvoor de moeder derhal
ve vermindering of vrijstelling van huis
werk had verzocht, zeker niet op een
feestje behoorde, dat om half acht be
gon en pas nó middernacht eindigde.
Een reeks verontschuldigingen kwam:
..Greta deed zoiets zo graag; al de an
dere kinderen mochten óók; het was
moeilijk je kind zoiets te weigeren...
En dat het zo laat was geworden, dat
kon zij toch niet helpen? Dat was de
schuld van de vereniging; en zó dik
wijls kwam zo iets toch niet voor...
Overigens: vond mijnheer ook niet dat
Greta er tegenwoordig wel wat beter
uit zag?"
Wat mijnheer „vond" op het zijpad,
waarop de bezorgde moeder van zijn
zenuwachtige leerlinge hem wilde
lokken, doet hier weinig ter zake. Wel,
dat hij vond, dat het aantal feestavond-
jes voor schoolkinderen zéér beperkt
moet worden gehouden; dat dergelijke
feestelijke vergaderingen van niet lange
duur moeten zijn en zich zeker niet tot
na elven behoren uit te strekken. Daar
ligt een taak en een verantwoordelijk
heid voor de leiders der verenigingen.
Een verantwoordelijkheid, waardoor
echter die van de ouders kan worden
opgeheven noch verminderd.
De ouders* in de eerste plaats moeten
voor hun kinderen regels stellen en re
gels handhaven. Zij moeten hun kinde
ren een bepaalde tijd „meegeven",
waarop dezen thuis behoren te zijn; en
nóch wat andere kinderen mogen, nóch
ligingen als tijdmaat voor hun
i aannemen of verwerpen mag
de ouders een maatstaf zijn, voor
welke zij hun eigen maatstaf opgeven
of de regels van hun gezin breken.
Niemand, die aan de jeugd, aan de
Schooljeugd, een jaarvergadering of een
gezellig samenzijn misgunt; maar der
gelijke festiviteiten mogen in geen ge
val zoveel tijd in beslag nemen, dat
daardoor het werk de rust. de gezond
heid van de jeugdige deelnemers wor
den geschaad.
samenzijn
De Kerk, het Huis des Heren
Hand. 2 43.
VREES!
Wat is meer actueel? Is dit niet de
modeterm by uitstek? Wy leven in de
eeuw van de vrees! Het is de kwaal
can dit geslacht en de krankheid van
ons hart
De vrees verwart ome gedachten,
versombert onze gesprekken, verwoest
onze verwachtingen, vergiftigt onze
vreugden!
Wij vrezen!
De sluwe Malenkow en de sinistere
DROMERIJ IN SCHAARSE ZOMERZON
Mao Tse Toeng. De radicale goddeloos
heid van het communisme en de naakte
onverschilligheid van het nihilisme.
Het sluipende gevaar van de rode infil
tratie en de machteloze verdeeldheid
van de nationale zelfzucht. De valse
zelfingenomenheid van het blanke ras
en de fanatieke haat der ontwakende
kleurlingen De ruïneuze ontlading der
natuurkrachten en de geperfectioneer
de verdelgingsmethode van de atoom
oorlog. Het explosieve heden en het on
berekenbare morgen.
„En er kwam vrees over alle
ziel;.
Kon dit woord ook niet over de men
sen van 1954 staan geschreven? Pas
nu op!
Want in óns vrezen zien wij naar
véle zijden, behalve naar dc kant,
waarheen Lukas kijkt. Hij weet maar
van één zaak, die vrees, gróte vrees in
de harten der mensen verwekt:
De Pinkstergemeente te Jeruzalem!
Dal is om je ogen uit te wrijven!
Precies het laatste, waar men vandaag
aan zou denken! Bang voor.de
Kérk?!
In 't ergste geval staat men vijandig
tegenover haar, vervolgt en verdrukt
men de kerk. Of zij laat de mensen
finail-onverschillig. Men negéért haar
eenvoudig. Maar vaker nog accepteert
men haar bestaan.
Neutrale dagbladen geven tegen
woordig evengoed als de Christelijke
plaats in hun kolommen aan wat in
de Kerk leeft. Bij officieel gebeuren
wil men óók de diverse kerken verte
genwoordigd zien. Vanzelfsprekend!
Elk zijn overtuiging!
Bang voor de kerk? Wie is dat? Ver
gis U niet!
Lukas overdrijft niet, wanneer hij de
Kerk als aller zielen vrees typeert. Hij
noemt deze vrees in één adem met de
tekenen en wonderen, die óók tonen,
dat de Geest in de Kerk werkt. Dat
verklaart alles God is in Zion groot!
De levende Heiland viert zijn triomf.
Zijn Geest maakt de Kerk tot KERK!
Huis des HEREN.
Bruggehoofd van Zijn onweerstaan
bare yenadcheerschappij! Dan gaat er
een siddering door de wereld. Daar
kan niemand meer om heen lopen.'
Houdt op met klagen, dat zo'n we
reldschokkend optreden slechts de
Kerk-in-Pinkster-extase was voorbe
houden. Toen de Geest stormenderhand
haar veroverde. De brand uif haar deed
laaien van Zijn heilige en zalige tegen
woordigheid. Want dat was enkel maar
het begin. Ook niet de oorzaak van deze
vrees. Die schuilt in wat direct voor
afgaat.
„En zij bleven volharden bij het on
derwijs der apostelen en de gemeen
schap en het breken des broods en de
gebeden". Kan het gewoner?
Dat is niets anders dan Uw catechi
satie- en kerkgang, Uw belijdenis doen
en Avondmaal vieren, Uw bidden en
psalmzingen:
Uw trouw daarin en Uw leven
daaruit! Want dit is Christus' victorie
over deze wereld! Dat hier een ge
meente is hoe dwaalziek ook zó
onder beslag van Zijn Geest, dat zij
bidt:
Ai, zoek Uw knecht, schoon hij
Uw wetten schond
Want hij volhardt naar Uw
geboön te horen!
Mensen als U en ik, die peen rust
kennen, als zij niet telkens hun beven
de hand mogen leggen in Jezus' door
boorde hand en opstaand van Zijn
tafel roemen:
Jezus, mijn Heiland, 'k wil
U niet derven
Laat m' in Uw liefde leven
en sterven!
Een Kerk, waarin de Geest zelf de
bede: Kom Here Jezus! zó levend
houdt, dat zij door alle inzinking en
verleiding heen de wereld voor Hém
blijft opeisen.
Looft die Geest, Hij zal niet wijken
van de Kerk. met bloed gekocht! Looft
Hem door Hem te geloven! Dan staat
ge in brand! Kunt ge het eenvoudig
niet laten Christen te zijn, altijd, in
alles, óveral!
Zo doet gij de wereld, die onaandoen
lijk wereld, bóven. Haars ondanks
voelt, beseft zij het: Het gaat in de
Kerk. om alles of niets. Het is: er in of
er uit! Leven of dood! Knielen of.
sterven!
De bewuste vijandschap van het
agressieve communisme en de blinde
woede van het nihilisme, de minzaam
heid, die de Kerk nivelleert tot een
puur binnenwereldlijk verschijnsel en
de onverschilligheid, die haar hoog
hartig negeert: het is alles reactie op
haar triomfen in en met Christus, het
is publiek of verkapt vrèès, intense
vrèèsü
Uw volharden, om van Christus te
zijn door Zijn Geest zal deze vrees
voeren tot haar hoogste exponent als
de paniek van het:
„Bergen valt op ons, heuvelen be
dekt ons!" Het laatst verweer zal zijn
tegen een bijna-dood-gemartelde Kerk,
die sterk leunt op haar weergekeerde
Heer.
En vrees kwam over alle ziel....
Ja, dit is toch Evangelie!
De gerusten in en buiten Zion moeten
het maar weten: De Kerk is een bran
dend braambos! Gód is in haar met het
ultimatum van Zijn genade. In die
oude man, die geen Kerkdienst over
slaat. In dat kind, dat elke avond zyn
gebedje zegt in puur vertrouwen. In
dat meisje, dat enkel het aards geluk
wil, waardoor zij rijk kan zyn in God!
Als de wereld voor deze Kerk niet
capituleert, zal ze aan haar sterven!
Maar het verbrijzeld hart, dat sidde-