SlÉP' ïP| f C0EBERGH )atis „levend begraven" in de Roezien j e-ge vangenis VREUGD Volkomen lege dagen: geen bezoek, geen kranten en geen radio Kortenaer bracht onderzeeboot „tot zinken" in het donker Spumy if wfiC Uil Prins Bernhard kan moeilijk van de jungle scheiden Koningin lunchte en sprak met gerepatrieerden 5 WOENSDAG 30 SEPTEMBER 1953 MAANDEN ZONDER FRISSE LUCHT (Door William Oatis) (Door William Oatis) EEN GEVANGENIS als die te Roezienje te leven lijkt op levend be graven te zijn. De tijd schiet niet op. Roezienje, zoals de gevangenis ir de plaats, waar zij is gelegen, ook zelf wordt genoemd, was niet groot ir een gevangenis. In de tijd, die ik er heb doorgebracht, is echter een uwe afdeling in gebruik genomen en nu is er, geloof ik, plaats voor meer 1000 personen. Het merkwaardige van die plaats was, dat bijna allen daar zaten, op hun berechting wachtten. Zij waren niet veroordeeld en indenlang slechts verdachten. Van vrijlating tegen borgtocht was geen ake. Zij mochten geen bezoek van verwanten ontvangen en konden. de acte van beschuldiging niet was opgesteld, niet in verbinding len met een advocaat. Ik heb achtereenvolgens in elf cellen gezeten. De Kitste was ongeveer vijf meter in het vierkant met een ruim drie meter plafond, de kleinste mat ongeveer 2 bij 3 meter met een circa twee in halve meter hoog plafond. een; ki I Bei >P^ t was alsof ik op de bodem van eèft diepe put was gevallen en naar boven moést zwemmen, hoger en hoger, met ingehouden adem, om mijn leven te red- beste cellen bevonden zich in het gebouw. Ze waren groter, luchtiger armer. De vloeren waren van hout tlke cel had één of twéé grote ramen, „Turks toilet", een wasbak, een kleine ii tafel, één of twee stoelen, die één der wanden waren aangebracht, en matten en kussens om op te i. De centrale verwarming was goed. het nieuwe gebouw, waarheen ik jetober 1951 verhuisde, waren de cel- veel kleiner en de ramen ongeveer beter breed en een halve meter hoog. normale afmeting der cellen was tveer twee bij drie meter met één i. Het „toilet" was een ondiepe por- bak in de vloer van ongeveer meter breed met twee ijzeren voet- inen. ss wasgelegenheid bestond uit niets trs dan een koudwaterkraan boven toilet. De vloeren waren van beton het grootste deel van het meubilair metaal. Het was allemaal op- ibaar. Overdag waren tafel en stoelen, ichts was het bed neergeklapt. stonk in deze cellen zo erg, dat de (akers de neus optrokken als ze bin- kwamen. De omstandigheid, dat alles metaal en steen was, maakte de cel- kil. In sommige, welke beneden ge il waren, drong het zonlicht nooit r en de verwarming was er onregel- !g- i Januari 1952 werden mijn voeten iw van de kou, die door kieren in het n binnendrong. In November van elfde jaar werkte de verwarming in i cel in de regel niet langer dan if 30 minuten. Op een koude, naar- itige dag was er zelfs in het geheel 1 verwarming. Des nachts was de warming gewoonlijk beter, maar het ik voorgekomen, dat het 's nachts zo I was, dat noch ik, noch mijn cel- ot slapen kon. Onwetendheid ramen van alle cellen waren ge- ed en de ruiten waren van matglas, at .de gevangenen niets konden zien hetgeen buiten gebeurde. Deze waren ir de toestand, waarin de ingenen verkeerden: eenzame opslui- gedwongen onwetendheid. Ikwijls zat ik twee weken in een cel ier ooit buiten de deur te komen al het maar om voor een douche door gang te lopen. Eens gingen meer dar maanden voorbij, zonder dat ik ir mltenlucht kwam. Bij een ander duur- dit zelfs eens negen maanden, in zo eenzame afzondering in zulk onzekerheid maakt sommige gev; en gek. Iemand in de buurt van mijn placht van tijd tot tijd wartaal uit tot de bewakers hem douche zetten. der, die aan klaustrophobie leed het benauwd kreeg, kreunde de hele at: „Help, help". ok hoorde ik dat een ander in de; minutenlang zat te brabbelen bij de «voorstelling, dat hij met zi. o foneerde. edurende de eerste weken van mijn angenschap liep ik als een gekooid in mijn cel heen en weer met duize- 1 hoofd en een gevoel In mijn maag, •f ik moest overgeven. Het was me if ik dood zou gaan als ik er niet kwam. Het heeft maanden geduurd, r ik tot zo iets als berusting kwam. 1 denken in de gevangenis werd be rst door de verbeelding; ik was ook rer van de werkelijkheid verwijderd, /enmin als andere gevangenen in zienje mocht ik kranten of tijdschrif- lezen of naar de radio luisteren. Wel cht ik boeken lezen, e nieuws, dat ik daar hoorde, kon minakkelijk op een speldeknop worden :u|chreven. medegevangenen, die later »n, hoorde ik, dat Churchill its premier was geworden, dat Eliza- t koningin van Engeland was en lolf Slansky. de voormalige secretai leraal van de Tsjechoslowaakse co listische partij, was gearresteerd. Pas na mijn vrijlating vernam ik, dat ij was opgehangen. Veel brieven verloren Ongeveer eenmaal in de zes weken mocht ik naar mijn vrouw schrijven en kreeg ik brieven van haar, soms twee of drie tegelijk. Van mijn brieven gingen »r veel verloren. Eens ontving zij meer ian een jaar geen woord van mij. Zij vermeed wijselijk politiek nieuws te ichrijven. Dat zou nooit de censor van de gevangenis zijn gepasseerd, maar zij mij mede te delen, dat Harold Ross, Mildred Baily en John Dewey overleden In November werd ik bij een politie functionaris ontboden om aan mijn vrouw te schrijven. Ik vroeg hem, wie president an de V.S. was geworden. Hij weigerde te antwoorden, maar twee taanden later vertelde hij me, dat het generaal MacArthur was. Vijf dagen voor mijn vrijlating kreeg ik een paar carica- en rijmpjes, die mijn vrouw uit New Yorks tijdschrift had geknipt. Op de achterzijde van één van die uit knipsels stond een deel van de kolom: Waar de stad over spreekt". Het leek -op het verslag van de een of andere plechtigheid en er stond in, dat „President en mevrouw Eisenhower" er bij waren geweest. Zo vernam ik, dat de piesident in werkelijkheid een andere generaal was. Toch lijkt het, als ik er op terugzie, of de weken en maanden snel voorbij jn gegaan. Dat komt, omdat ze leeg Juist die leegheid maakt echter, dat elke dag op zichzelf zo langzaam voorbij schijnt te gaan. Ik placht wakker te worden als de reveille voor de bewakers werd geblazen dan dacht ik: 16 uur tot ik weer kan lift! «end bla. amilieberichten uit andere bladen Wachten, steeds maai wachten In een cel leeft een mens terwijl hij slaapt zolang hij wakker is, bestaat hij alleen maar. In zijn dromen leeft hij het leven dat hij in werkelijkheid niet kan leven. Ik droomde dat ik kranten kocht, door de straten liep, in de trein reed, in restaurants at, met mijn vrouw en met vrienden praatte. De tijd gaat het langzaamst, als de gevangene alleen is, want dan is hij ge heel op zichzelf aangewezen. De kans is dan groot, dat zijn geest hem parten speelt en hem noodlottig wordt. Als hij een celgenoot heeft, beschikt hij over de kracht van twee. Naast zijn eigen krachten heeft hij nog die van een Ik ben slsechts ongeveer drie maanden alleen geweest in Roezienje, maar ik heb een man gekend, die meer dan negen maanden in eenzame opsluiting heeft doorgebracht en een ander, die alleen of met een metgezel meer dan twee jaar op zijn berechting heeft gewacht. Ik heb achtereenvolgens zeven celge noten gehad: twee Tsjechen, twee Mora- viërs, écn Slowaak. één Slowaakse jood en één Oostenrijker. De leeftijden varieerden van 20 tot 60 jaar. Twee van hen waren monteurs, één was schrijver, één priester, één politiebeambte, één of ficier en één politicus. De lange dag begon met de reveille omstreeks half zes 's morgens en eindigde met de taptoe te ongeveer half tien des Daar tussenin was alles wat gebeurde, hoezeer ook behorende tot de dagelijkse sleur, een mijlpaal, die betekende, dat een zekere hoeveelheid tijd voorbij en dat de gevangene weer zoveel dichter bij bedtijd was gekomen. Na de reveille kleedden wij ons aai vouwden onze dekens op, wasten ons mi harde wasserijzeep in koud water e onbeten. Dan wachtten wij op het bote: hammetje, dat zwakke gevangenen zoals ik midden op de morgen kregen, daarna weer op de lunch. Na de lunch was het wachten op het boterhammetje van de namiddag en daar na op het avondeten. Vervolgens nog drie uur verstrijken voor het bedtijd was. Elke maaltijd was een gebeurtenis belang, want hij betekende, dat er i tijd voorbij was en wij luisterdèn langend naar de geluiden, waaruit konden opmaken, dat bewoners van arbeidskamp in de nabijheid door onze gang schuifelden om achter elke deur Ondertussen hielden wij ons bezig met de fascinerende vraag, wat we zouden krijgen. Voor elke maaltijd opende een bewaker de deur van de cel, zodat wij ons eten binnen konden halen. Elke gevan gene kreeg een kleine dubbele ketel, iarvan de onderste helft met vloeibaar de bovenste met vast voedsel gevuld Het ontbijt bestond onveranderlijk uit een stuk grof roggebrood met een koffiesurrogaat, dat vermoedelijk was bereid uit gebrand graan. De lunch omvatte soep, die ge woonlijk uitstekend was, en aai'd- appelpuree met jus, spinazie, zuur kool en andere kool dan wel wor telen, of anders zware Tsjechische knoedels met jus. Het avondmaal kon bestaan uit aardappelen, rijst of gekookte parel gerst, een smakeloos gerecht, dat vele gevangenen door het toilet spoelden. Ongeveer twee keer per week kregen e in onze jus stukjes blikvlecs van ge deelten van het dier, die hadden moeten orden weggegooid, maar op Zon- en feestdagen was er een deugdelijk stuk lees. Soms was het goed gebraden varkens lees, soms taai en droog gekookt rund- lees. Nu en dan kregen we verse groen ten, dikwijls met nog wat zand er in. Het eten was niet fijn, maar in de regel smakelijk en voedzaam. Zingen in de cel We verzonnen enkele dingen om de tijd tussen de maaltijden te doden. Van mijn celgenoten leerde ik 'n weinig Tsjechisch Slowaaks en een paar woorden Rus sisch, Hongaars, Hebreeuws en Arabisch. Met de priester sprak ik een primitief Frans en ik leerde hem Engels. Wij zongen liederen in verscheidene talen. De politicus leerde mij „Zwarte ogen" in het Russisch en ik leerde hem „Dinah", .Me and my shadow" en „the battle hymn of the republic" in het Engels. Wij speelden vraag- en antwoordspelen, tekenden een schaak- en dambord closetpapier en kneedden de stukken roggebrood, dat zo hard als steen w als het droog was. De priester kleurde de witte sukken iet tandpasta en zo hadden we er vee spelen bij. Wij kregen uit de gevangenisbibliotheek boeken in het Tsjechisch en Slowaaks )f twee per week dit waren tendeels propagandaromans. Ik kreeg ook drie pakketten Engelse boeken, van mijn vrouw, van Succes bij oefening Mariner Aanvallen van twee groepen Thunderjets werden snel afgeslagen DE NEDERLANDSE torpedobootjager Kortenaer heeft Zondagavohd laat een groot succes geboekt, door een onderzeeboot „tot zinken" tè bren gen. Kort voor middernacht werd op het radarscherm in de commando centrale een schip waargenomen. Lichten kon de uitkijk niet ontdekken. Dichterbij komend, kon men echter op de brug de vage omtrekken van een onderzeeboot zien. De onderzeeër was door de plotselinge verschijning van de Koirienaer volkomen verrast. Wel dook hij onmiddellijk, maar het was reeds te laat. De dieptebommen hiervoor werden handgranaten gébruikt werden afgeworpen en troffen doel. De onderzeeboot gaf het gebruikelijke signaal, dat hij getroffen was. De com mandant van de Britse Tenacious, waar mee de Kortenaer patrouilleert stuurde zijn collega van de Kortenaer terstond een telegram waarin hij hem compli menteerde met dat behaalde succes. Het tot zinken bron-gen van een onderzee boot is ook in werkelijkheid iets, wat nu ndet da gelijks gelukt. Overste de Vos, zijn officieren en bemanning, waren dan ook zeer te spreken over dit resultaat van hun actie. Aan de Nederlandse torpedobootjagers Kortenaer en Evertsen was tezamen met de Engelse Tenacious de belangrijks taak opgedragen in het middelste deel van Het Kanaal te patrouilleren ter be scherming van de convooien, die tussen Engeland en Frankrijk en uit de Ver enigde Staten naar en van l^est-Europa vairen. De jagers behoren tot de blauwe partij, die wordt aangevallen door de Oranje partij. Deze heeft de beschikking over onderzeeboten, kleine snelvarende motortorpedoboten en kanonneerboten voor korte aanvallen en uiteraard vliegtuigen. Op een morgen doken plotseling uit een laag hangende regenwolk drie Thun derjets van de vijand op de torpedoboot jagers neer en scheerden met enorm ge raas over de schepen heen. Ogenblikke lijk werd het vuur geopend en de aan- 5EVALLEN: Me\ JVERLEDEN: S C v Buui A Donker-Philipszoc i; Ch Ider. vr. 8fl jr. Utrecht; A K H Breebaart. n, 47 jr Poortugaal; L A Bartelds, man. jr R'dam; G H Faddegon. man. 73 jr. Hum; J P M Stuyt-Fagot. vr. 88 jr. Put- val afgeslagen. Diezelfde middag deed een groep van acht Thunderjets nogmaals een aanval, waarbij zij echter danig ge hinderd werd door twee Meteoi-s van de Blauwe partij, die er in slaagden de formatie uit elkaar te Zaterdag namen de luchtaanvallen io> hevigheid toe De Tenacious kreeg voltreffer op een der vitale installaties en de commandant verklaarde zijn schip uitgeschakeld. Hij werd door het hoofd kwartier aan de formatie onttrokken, droeg het commando aan de Evertsen en kreeg een nieuwe taak toebe deeld Juist even voor middernacht rin kelden Zaterdag de alarmbellen, waren twee vijandelijke jagers gerap porteerd door een verkenningsvliegtuig. Zwijgend stond ieder op zijn post in af wachting van het komende gevecht. Als een grauwe schim sneed de Kortenaer zich met grote snelheid een weg ia door zilverwit maanlicht beschenen een bruisend zog achter zich trekkend. Lp de brug stonden commandant fieieren, de donkergroene helm op het hoofd, weggedoken in de waohtj turende naar de vijand, die deze nacht echter verstek liet gaan. Het werk, d'at oi marine verrichten, stelt aan uithoudings vermogen en waakzaamheid de hoogste Hebt U ook wel eens zo'n hoofdpijn? Neem dan Aspirin (alleen echt met het BAYER- kruis). Amerikaanse Ambassade en van Asso ciated Press, romans, toneelstukken, gedichten en geschriften over muziek en etenschap. Ik kreeg ook enkele Sowjetpublicaties het Engels: Gorki, Dickens, Howard Fast en enkele tijdschriften van propa gandistische aard van mijn „rapporteur". Zo hadden we iets te lezen. In Januari 1952 begon ik liédjes schrijven eenstemmige melodieën met woorden op closetpapier. Voor ik vrij kwam, had ik meer dar 400 liedjes, drie revues en tal van schet sen geschreven. U moet er maar nie bij uw muziekhandelaar naar vragen! Wij zagen met verlangen uit naar d< vastgestelde programmapunten van elki week: het kopen van sigaretten, versna peringen en fruit bij een functionaris var de gevangenis, die bij de celdeuren de bestellingen opnam en de artikelen paar dagen later afleverde en de komst van schoon ondergoed van ongebleekt katoen uit de gevangeniswasserij. Onze bovenplunje van taankleurige jute werd slechts vervangen, wai het al te vuil werd of gaten begon te Ongeveer om de twee weken kregen we een douche en we mochten naar be hoefte naar de spreekkamer van de dok ter of de tandarts. Laatstgenoemde heeft bij mij verschei dene holle kiezen geplombeerd. De dokter stopte me in het ziekenhuis van de gevangenis wegens wat hij had gediagnosticeerd als tuberculose. Soms, maar zelden, mochten we op de binnenplaats van d,e gevangenis wande len en ik ben vijfmaal per auto Praag geweest. Hoe hongerig dronken mijn ogen ln al wat op straat was te zien: de huizen, de mensen, de bomen, het gras, de Laat nu de kat maar komen <~r- f- 1 Ov-v. 51 CowrigM P l 8 Bo» 6 ComaIisjwi S//Z Vertrek een dag uitgesteld Een nacht onder de blote hemel doorgebracht temidden van leeuwen en neushoorns (Van onze correspondent Alfred van Sprang) HET IS HEEL MOEILIJK, iets te weten te komen over de avonturen, welke Prins Bernhard meemaakt in zijn junglekamp. De geheimhou ding omtrent het doen en laten van de Prins, die nu eens werkelijk on bespied zichzelf wil zijn in deze vacantie, is waarlijk nog groter dan die rond de atoomproeven in Australië. Natuurlijk is dit niet. omdat er ge heimzinnige dingen zouden gebeuren, maar eenvoudig omdat de Prins van geen publiciteit wil weten en gewoon als ieder Het is de bedienden en de chauffeurs in de trucks die de jachttropeeën naar de bewoonde wereld brengen, verboden, is over te praten. Vraag ik hun, hoe A-eer is, dan zeggen zij zelfs: „Wij hebben niets te vertellen". Toch ben ik er achter gekomen dat het gezelschap van de Prins een nacht n het kamp, aan de oever van een mversnelling heeft doorgebracht. Zij bleven op het jachtterrein, ook toen de duisternis viel en hadden dikke wol len dekens bij zich om zich te bescher- en tegen de koude van de nacht. In gezelschap van de jager Douglas leschijn, het uitspansel, maar vooral de uimte, die ik miste in mijn cel. De eerste keer moest ik in de Pankrac- gevangenis getuigen in het proces van p Tsjechen, die waren aange klaagd wegens spionnage en die langs in verband waren gebracht met mijn eigen zaak. De politiek maakte mij duidelijk, hoe ik moest getuigen. Dat was i Maart 1952. Naar de ambas sadeur Zes weken later werd ik naar een po litiebureau in het centrum van de stad gebracht om een ontmoeting te hebben met de ambassadeur der Verenigde Sta ten. Ellis O. Briggs. Pas toen kwam ik eten, dat de politie het mis had ge had, toen zij mij vertelde: „De Ameri kaanse ambassade zal niets voor U doen". In October daaraanvolgende had het be zoek een onderhoud met een andere func tionaris van de ambassade, de zaakge lastigde P. King, ten doel. Voorts moest ik vijf maanden later een keer naar i iekenhuis om onderzocht te worden slechts twee dagen voor mijn invrijheid stelling had ik opnieuw een onderhoud met King. Gebeurtenissen als deze waren zeld- ime onderbrekingen van mijn eentonig bestaan. In de cel kwam altijd een ogen blik, waarop wij niet meer wisten wat wij moesten doen en dan liepen wij op nieuw op en neer en zagen reikhalzend uit naar het ogenblik om naar bed te gaan. Er bestond een voorschrift ver moedelijk ten doel hebbend zelf- moord te voorkomen dat elke ge vangene, behoudens speciale vergun ning, met zijn handen boven zijn dekens moest slapen. Omdat ik een buitenlander was, e er zwak uitzag en geacht werd zich niet van kant te zullen maken, kreeg ik vergunning met de handen onder het dek te slapen. Enkele van de bewakers, in het bijzonder de jongere en nieuwere, dwongen mijn celgenoot, zich aan de letter van dit voorschrift te houden. Als iemand slaapt steekt hij ech ter uit macht der gewoonte gemak kelijk zijn handen onder de dekens en als mijn celgenoot dat deed, bons den zulke bewakers op de deur en schreeuwden: „Handen boven de dekens". Dan waren we beiden wakker en opnieuw met ons bewustzijn in de gevangenis. We sliepen weer in, maar al heel j hoorden we opnieuw hetzelfde geschreeuw voor ons eigen deur of voor die van eer ander, verder in de gang. In zulke nach ten sliep niemand goed. De gehele nacht brandde boven om hoofd het electrische licht en om de paai minuten loerde een bewaker door het kijkgat in de deur. Als hij van de goede soort was, konden we desondanks slapen. Maar op elke dag volgde een morgen en moesten we een nieuwe dag zien door te komen: 16 uur, 960 minuten, 57.600 secon den. Zo worstelde ik mij door twee Jaren heen. Kort vóór middernacht op 15 Mei 1953 maakte een bewaker mij wakker. Hij bracht mij voor een officier van de ge heime politie, die mij vertelde, dat presi dent Antonin Zapotocky mij op de smeek bede van mijn vrouw het is mij niet bekend wat er nog meer achter gestoken kan hebben de rest van mijn straf had kwijtgescholden. En de volgende morgen om half tien verliet ik de gevangenis voor de laatste Minder dan zes uur later bracht auto van de Amertkaanse ambassade mij over de grens van Tsjechoslowakije. I (Copyright Ass. Press). vacantie houdt. Hunting bracht de Prins een wonder lijke nacht in de jungle dooi stille hemel als dak en de vreemde nachtgeluiden van leeuwen, rhinoceros- olifanten rondom, leerden het echte jagerslevi den zelfs een aam-al va: rondsluipende leeuw. Prins Bernhard is zo enthousiast deze ongekende avonturen, dat hij tegen zijn vrienden zei: „Tk heb nog noc zo'n heerlijke vacantie gehad en n< nooit heeft het mij zo gespeten, ei vacantie te moeten beëindigen." Daarom heeft men besloten, het ve trek van de Prins nog een dag uit Het gezelschap heeft al zoveel dien geschoten, dat hele truckladingen jachttropeeën. waarbij ook olifantstan den, naar Arusha zijn gezonden, waar zij bewaard worden in de tuin van jager Douglas. Het Czeminpaleis in Praag, waar het ministerie van Bui tenlandse Zaken zetelt. Hier kreeg Oatis de eerste maal te horendat zijn vergunning als correspondent niet zou worden verlengd. vJ Zijn vrouw vergiftigd twintig jaar Medeplichtige vriendin krijgt 15 jaar De rechtbank te Almelo heeft gisteren de 34-jarige C. van der S„ wie moord op zijn vrouw was ten laste gelegd, ver oordeeld tot 20 jaar gevangenisstraf. Zijn medeplichtige, de 37-jarige mej. A. W. H.. kreeg 13 jaar en vier maanden en ber beschikkingstelling van de regering. De eis luidde rasp. 20 en 15 jaar. Nad-at indertijd de 36-jarige vrouw van S„ moeder van vier kinderen, was over leden. deden in Hengelo geruchten de ronde dat zij niet een natuurlijke dood was gestorven. Nog vóór de begrafenis stelde de poli tie een onderzoek in. waarbij het ver moeden rees. dat de vrouw door vergif tiging om het leven was gekomen. Haar man en de 37-jarige fabrieksarbeidster A. W. H.. met wie de man een verhou ding had, werden gearresteerd. Zij leg den toen een volledige bekentenis af. Zij hadden de vrouw vergiftigd. Enige tijd laber ontkenden de verdachten echter de moord te hebben bedreven. Ook voor de Almelose rechtbank ont kenden beide verdachten thans hard nekkig. Volgens de getuige-deskundige. dr Zeldenrust, stond echter onomstotelijk vast dat de vrouw door fosforvergiftiging om het leven is gekomen. Op de Ernst Sillemhoeve Minister Witte stelt 1.000 extra-woningen beschikbaar voor het komende jaar SAMEN MET 21 gerepatrieei'den heeft Koningin Juliana gistermiddag het noenmaal gebruikt op de Ernst Sillemhoeve te Lage Vuursche, waar zij de conferentie van het Centraal Comité van Kerkelijk en Particu lier Initiatief voor Sociale Zorg ten behoeve van Gerepatrieerden bijwoon de. De belangstelling van de Koningin voor het lot der gerepatrieerden was zeer groot. Zij sprak met allen en toonde haar innig medeleven en ook medelijden. „Als een moeder sprak zij tot ons", zei een der gerepa trieerden, de heer Koester, later ontroerd. Na de lunchpauze onderhield de Ko ningin zich buiten nog enige tijd met enkele deelnemers aan de conferentie en met een aantal personeelsleden van de Ernst Sillemhoeve Daarna trok zij zich nog geruime tijd terug om haar gesprek met de gerepatrieerden voort te zetten, dit in afwijking van het programma. Mr Ph. H. M. Werner, voorzitter van de Coördinatiecommissie Gerepatriëer- Koningin Juliana woonde giste ren te Lage Vuursche een ge deelte van de conferentie op de Ernst Sillemhoeve hij, die daar georganiseerd was door het Cen traal Comité voor Sociale Zorg aan Gerepatrieerden. H.M. ge bruikte met de deelnemers een Indische rijsttafel. Boerinne tjesoffreren de spijzen. den, deelde mee dat minister Witte voor 1954 nog 1 000 extra-woningen aan gere patrieerden zal toewijzen. Dit is hard nodig, want op 1 September verbleven nog steeds 1627 gezinnen in woonoorden en pensions. Op die datum waren 7832 ge zinnen aan een huis geholpen. In totaal waren 9700 gezinnen door ae overheid on dergebracht. tegen 270 op 1 Juli 1590. Onder de gerepatrieerden bevindt zich veel administratief personeel, dat moei lijk plaatsbaar is en de omscholing in de rijkswerkplaatsen heeft weinig succes gehad. Zo waren in April nog 57 pet. van de mannen werkloos. Rector P Mommersteeg uit 's-Herto- genbosch beklemtoonde de opdracht van naastenliefde, die hier voor iedere Neder lander ligt. Als ds Nederlandse huisvrouw hair ge repatrieerde buurvrouw eens uitnodigt mee te gaan winkelen, als de heer des huizes zijn buurman inviteert voor een voetbalmatch en als de Jeugdige gerepa trieerden welkom *(Jn In het huls van hun Nederlandse kameraadjes, is dat voor de aanpassing van het grootste belang. Vrouw doodde baby 4 jaar geëist Meisje werd mishandeld tijdens huilbui Voor de Utrechtse rechtbank is giste ren tegen de 25-jarige Indonesische vrouw E. K.-W. uit Utrecht, die door zware mishandeling de dood van haar dochtertje zou hebben veroorzaakt, vier jaar met aftrek geëist. Verdachte, die in 1950 met een Neder lands militair was gehuwd, bleek niet opgewassen te zijn tegen de moeilijk heden waarin zij verkeerde toen haar man in Mei j.L in het hospitaal moest worden opgenomen en zij de zorg voor drie kleine kinderen had. Het was be kend. dat zij de kinderen herhaaldelijk sloeg en speciaal het huilen van haar tweeling van negen maanden scheen haar hevig te irriteren. Toen het kleine meisje op 12 Mei j.L een huilbui had. was het haar te mach tig geworden. De vrouw sloeg de baby met een dekenklem en drukte het kindje tegen de houten rand van het ledikantje. Dit had de dood tengevolge. Haar verweer voor de rechtbank luid de. dat zij zeer zenuwachtig was ge weest. doch niet de bedoeling zou heb ben gehad het kind te doden. Thans verklaarde verdachte spyt te hebben van het gebeurde. Uitspraak op 13 October. Delfzijl krijgt zijn 100ste kustvaarder De honderdste DelfzijLse kustvaarder zal binnenkort in de vaart worden ge bracht. Voor zover bekend is. heeft Delf zijl, de haven van het Noorden nog nooit zo n grote vloot van zeeschepen gehad. Het aantal van honderd zal, m verband met de nog in aanbouw zynde schepen, dit jaar nog belangrijk worden over schreden. Er kan eigenlijk nog slechts van kustvaarders worden gesproken, daar de grootste „kustvaarders" om en bh de 1000 ton d.w. meten. De honderdste kustvaarder werd ge bouwd voor rekening W. en T. K Boot»- i sr en F. Bootsman. Het schip heeft -- inhoud van 4O0 ton brt De offceiffl» proefvaart zal Maandag plaat* hebben.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1953 | | pagina 5