„het dak der wereld"
Nieuwe avonturen van mijnheerPimpelmans
De sprong naar
*NA/\/V\AAA/^N/\AA/V<rfV/*^WWWA/\A/WN/WVA/S/V/\AAAA/VA/VAAAAA
DOOR G. TH. ROTMAN
157. Als een veldheer stond hij bo
ven op het platform en strekte zijn
armen uit of hij ging zwemmen. „Al
lemaal opzij!" riep hij. ofschoon er
niemand in de weg stond. Toch bib
berden zijn knieën wel 'n beetje en
hij dacht: ..Waar ben ik aan begon
nen!" Toen deed hij een stapje naar
158. Ach, hij ging in zijn zenuwachtig
heid precies een stapje te ver en raak
te eerder aan 't glijden dan de bedoe
ling was. en wel rechtovereind op z'n
voeten in plaats van zittend. Jammer
lijke noodkreten weerklonken door de
speeltuin en mevrouw stond te beven
op haar benen
159. Boem! Daar schoot meneer Pim
pelmans onderuit en kwam zittend op
de baan terecht; een hevig gekraak
volgde, want de dunne planken waren
niet op een gewicht van honderd kilo
berekend; het vloertje bezweek en me
neer Pimpelmans ging er glad door-
Pimpelmans net
was als hij, want dikke men
ren volgens hem de beste, dat wist
hij bij ondervinding. En vooral toen
meneer Pimpclmans zei, dat alles voor
zijn rekening gerepareerd kon worden,
was hij de tevredenheid zelf.
161. Je moet echter niet denken, dat
meneer Pimpelmans nu zijn bekomst
had van de speeltuin; o nee hoor, hij
moest en hij zou eerst nog eens op de
wip. En daar ging me het echtpaar
Pimpelmans, tot groot vermaak van de
jeugd, aan het wippen
162. Ach, ook dit onschuldige genoe
gen was de arme man niet gegund.
Buiten langs het hek wandelde boer
Hamstra met z'n hond voorbij en niet
zo gauw herkende Houvast zijn belager
of hij stoof woest blaffend de speel
tuin in en zette zijn tanden in i
Pimpelmans' kuiten
163. ..Vrouw, blijf beneden, blijf be
neden!" gilde de armé man, terwijl
hij tegelijk zo ver mogelijk naar voren
kroop. Mevrouw, als een echt opoffe
rende levensgezellin, gehoorzaamde, en
haar man was voorlopig buiten schot.
Maar nu kwam het monster grommend
op haar af
164. Nu was mevrouw toch al gewel
dig bang voor honden, en toen ze het
ongedierte met z'n groene ogen recht
op zich af zag komen, vergat ze haar
hele man, liet zich van de wip val
len en rende gillende weg. Meneer Pim
pelmans kwam met een smak op de
grond terecht, zodat hij met wip en al
wel tien centimeter diep de grond in-
165. Het zag er lelijk uit voor me
vrouw Pimpelmans, maar als de nood
op het hoogst is, is de redding nabij.
Ze vloog met een bons regelrecht te
gen de kelner aan, die juist met een
presenteerblad vol broodjes met ham
kwam aanlopen, welke heerlijkheden na
tuurlijk op de grond terechtkwamen.
166. De hond was nu opeens me
vrouw Pimpelmans totaal vergeten; hij
begon ijverig de broodjes met ham te
consumeren en boer Hamstra moest ze
allemaal betalen. Mevrouw Pimpelmans
raapte haar bril, die ze verloren had.
weer op en weer een illusie armer
verliet het waardige echtpaar de speel
tuin
167. Met een paar veiligheidsspelden,
die Mcvrbuw steeds bij zich droeg,
repareerde ze, op een stil en afgelegen
plekje, haar mans gehavende broek zo
goed mogelijk. Steeds bcdrukter wer
den hun gezichten; zelfs de lucht scheen
er van onder de indruk te komen, want
die werd steeds donkerdertot op
eens een hevige regenbui losbarstte.
168. ,,Man, denk aan je gezondheid!"
zei Mevrouw, en op haar voorstel gin
gen ze een boerderij binnen, die juist
vlakbij aan de weg \ag. Ze werden met
veel gastvrijheid onthaald; hun kleren
werden bij de oven gedroogd en ter
wijl ze daar, in oude kleren van de boer
en z'n vrouw gehuld, op zaten te
wachten, kregen ze nog een bord pap
t,pe.
^WXAAA/VWWWWVW/WWWWWWWWWWNAA^VWWWVS/WWWWWWVWWWWN/WWWVWWWWWWWSA/S/V
Wekelijkse bijlage
Zaterdag 4 Juli 1953
HET EPOS VAN DE MOUNT EVEREST
Wat Hillary zelf er van vertelde
EDMUND P. Hillary, de stoere Nleuw-
Zrelander, die met de Ncpalees
Tensing de hoogste bergtop ter wereld
bedwong, heeft in een artikelenreeks in
„The Times'' een algemene indruk van
lijn ervaringen gegeven. Meer artikelen
sullen ongetwijfeld volgen en het ligt in
de bedoeling, dat er ook een bock over de
eerste succesvolle Mount Everest-expe-
ditie het daglicht ziet.
Het is tot nu toe geen enkele andere
Engelse krant gelukt een van de negen
expeditie-leden te interviewen, en zelfs
de radio ondervindt moeilijkheden. Met
het oog op het ondoorzichtige gordijn,
dat de leden der expeditie om zichzelf
hebben opgetrokken, vraagt men zich
bijna af, of ..The Times" soms meer
heeft gedaan dan alleen maar het copy
right kopen. Heeft deze krant met haar
eeuwenoude reputatie misschien in be
langrijke mate aan de financiering van
de expeditie bijgedragen?
HET eerste, dat in Hillary's verhaal
opvalt, is... een weglating. De weg
lating namelijk van het kinderachtige
gekibbel, dat in Nepal over de priori
teitskwestie is ontstaan en dat het epos
zijn luister trachtte te ontnemen. JDe
Nieuw-Zcelander. handelend in de geest
van waar teamwerk en ware sportivi
teit, laat zich met geen enkel woord
uit over de vraag, of hij dan wel Tensing
de 29000 voet-hoge bergtop 't eerst be
reikte Wel geeft hij alle eer aan de
expeditie-leden, die het voorbereidend
werk hebben gedaan (het inrichten van
opslagplaatsen, het bouwen van kampen,
het aandragen van voedsel- en zuurstof-
voorraden etc). Duidelijk laat hij uit
komen. dat hij en Tensing de bergtop
nooit hadden kunnen bereiken, als de
overige leden der expeditie er niet
waren geweest.
In de artikelenreeks van ..The Times"
komt verder bijzonder helder naar vo
ren, dat de overwinning van de Mount
Everest geen sinecure is geweest. De
lichamelijke en geestelijke prestaties,
welke de expeditie-leden moesten op
brengen, waren biina bovenmenselijk
en het kan een wonder worden genoemd
dat niemand aan de doorstane ontbe
ringen bezweken is.
Dit laatste mag sommige lezers mis
schien tot de conclusie brengen, dat de
beklimming van de Mount Everest het
werk van desperado's en daarom on
verantwoord is geweest. Maar niets is
minder waar. Alle voorzorgsmaatregelen
welke maar te nemen waren om het ri
sico zo klein mogelijk te maken, zijn
genomen! Van de modernste technische
hulpmiddelen Ls gebruik gemaakt, zo
mede van de ervaringen van vroegere
expedities.
Bovendien is het zo, dat het een men
selijke drift is de natuur te overwinnen.
En de overwinning van de hoogste berg
top ter wereld kan als de zoveelste
overwinning op de natuur wordeu ge
zien, welke de mensheid sinds het be
staan der wereld bevochten heeft.
De Mount Evercst-expedilie onderweg. Dit kamp werd opgeslagen op 6000 meier hoogte.
DE grootste moeilijkheden, welke de
expeditie te overwinnen had, waren
het gebrek aar. zuurstof en de koude.
De loomheid, die als gevolg van de ijle
lucht optrad, moest verholpen worden
door zuurstofmaskers, welke uit draag
bare cylinders gevoed werden. Deze cy
linders oefenden een uiterst ongunstige
invloed op de draagmogelijkheden uit,
want hun gewicht bedroeg ongeveer de
helft van het totale gewicht aer baga
ge...
Bij het inademen van vier liter zuur
stof per minuut voelden de expeditie-le
den zich nog fris, doch zodra ze min
der kregen hetgeen soms wel eens
noodzakelijk was om een reserve aan
zuurstof voor de eigenlijke verovering
te kweken voelden ze zidh niet meer
zo comfortabel. Ze zwakten dan lang
zaam af, leden grotere koude en voel
den zich vervelend en slap.
De temperatuur in het gebergte liep
's nachts tot ongeveer dertig graden
onder nul terug. De expeditie-leden droe
gen met bont gevoerde jassen en over
schoenen om zich er tegen te bescher
men en niet minder dan drie paar hand
schoenen. Over een paar zijden gingen
een paar wollen en hier weer over
heen een paar wind- en waterdichte...
Behalve met zuurstofgebrek en grote
koude hadden kolonel Hunt en zijn
mannen ook nog met vele terreinmoei
lijkheden te kampen. De ene keer be
stond hun weg uit verraderlijke poeder
sneeuw, de andere keer uit nauwelijks
begaanbare gletschers en een derde keer
uit steile gladde rotsen met zware
kroonlijsten.
Het opslaan van een tent vergde
soms uren, omdat men in ijs verankerde
rotsstenen moest uitbeitelen om een stuk
vlakke bodem van twee bij twee meter
te vinden, 's Nachts rukten wilde wiud-
vlagen aan de touwen, zo wild zelfs,
dat het vaak noodzakelijk was de tent-
stokken met de handen vast te hou-
T"VE vier dagen, welke
aan de dag van de
bekimming (29 Mei>
voorafgingen, zijn in
alle opzichten uiterst
vermoeiend voor de
leden der expeditie ge
weest. Kolonel Hunt en
een Sherpa hadden op
een hoogte van 27.350
voet een voorlopige
kampplaats ingericht en
keerden volkomen uitge- Hillary (linh
put naar het 1500 voet
lager gelegen kamp
South Col terug. Evans
en Bourdillion twee Engelse
expeditieleden hadden de top
van de Mount Everest tot op een af
stand van 300 voet verkend, doch
oververmoeidheid had hen in het ge
zicht van de haven doen stranden. Hil
lary en Tensing tenslotte, zomede Lowe
en Gregory twee andere Engelse
leden van de expeditie hadden hun
krachten zoveel mogelijk gespaard en
alle hoop was dan ook op hen gevestigd.
Op 27 Mei werd besloten, dat kolonel
Hunt, Evans, Bourdillion en een acht
tal al even vermoeide Sherpa's naar
Kamp Zeven (24000 voet) zouden terug
keren om daar weer wat op verhaal te
komen. Hillary, Tensing, Lowe, Gregory
en de Sherpa Anigma bleven achter:
de eerste twee om alsnog een poging
te wagen de hardnekkig tegenwerkende
bergtop te veroveren; de laatste drie
om de bagage (tenten, matrassen, pe-
troleum-kachelljes, zuurstof-cylindcrs
etc.) zo dicht mogelijk bij de top van
de Mount Everest te brengen.
Het weer was verre van ideaal. De
hele dag door joegen er ijskoude ruk
winden over de kale met sneeuw be
dekte bergruggen heen, en het was met
lood in de schoenen, dat men de vol
gende morgen zijn biezen pakte om een
nieuwe kampplaats hoger op de berg
te zoeken. De vijf ijzersterke bergbe
klimmers die er met hun zuurstof
maskers en sneeuwbrillen als monstert
uitzagen, droegen ieder een last van
ongeveer twintig kilo op de rug. Lang
zaam ging het naar boven, langs de
zelfde weg. die kolonel Hunt, Evans
en Bourdillion twee dagen geleden waren
gegaan. De steile, met ijs bedekte rots
wanden moesten door middel van de
ijshouweel „genomen" worden. Van de
weg, welke de andere expeditie-leden
gebaand hadden, was niets meer ta zien.
Onderweg knapte het weer wat op
en toen men op de plaats aankwam,
waar kolonel Hunt en een Sherpa een
voorlopige kampplaats hadden ingericht,
werd besloten nog wat verder te stij
gen. Hoe dichter de zuurstof, de leef
tocht en de bedekking bij de top kon
den worden gebracht, hoe groter waren
uiteindelijk de kansen op succes!
De steile bergwand, waarlangs men
als het ware naar boven kroop, leek
echter niet op te houden. En erger: ner
gens was een geschikte plaats voor een
kamp te zien! Tensing, die aan zeven
Mount Everejjt-expedities heeft meege
daan. herinnerde zich toen plotseling
dat de uiterst zuidelijke rand van de
Zuid-Oostelijke bergwand vlakke plek
ken had. De vijf mannen weken toen
van hun route af en vonden in de door
Tensing aangegeven richting inderdaad
een plaats, waar hun kleine tent kon
(Zie vervolg op pag 4)