Leiden werd even met de neus op de kunst gedrukt Groten van statig en vroeger zwierig togen ons voorbij Politiemannen openden de dag met een loflied Er waren leuke momenten bij „haring en wittebrood" Allouez won de kortebaan- draverij nieuwe leidsche courant 3 zaterdag 4 october 1952 Waf viel het mee met het weer! Alleen Lucas van Leyden was niet tevreden Het is de stad Leiden in de loop der eeuwen steeds gelukt op een of andere manier van zich te doen spreken en daardoor de aandacht der historici tot zich te trekken. Alvorens hun intrek te nemen in het Binnenhof te 's-Gra- venhage, resideerden de Hollandse graven achter de Pieterskerk in het Gravensteen. De belangrijke textielindustrie zorgde op handelsgebied voor bekendheid in 't gehele land en tot zelfs ver daarbuiten. Het Spaanse beleg, met welks uitslag het lot van geheel Holland zo nauw verweven was, en niet minder het dappere verzet van 't garnizoen, de stadsbestuurders en de burgerij, werden in de historie gekenmerkt met een kruisje. De academie aan het Rapenburg, de oudste en beroemdste des lands, waarvan hoogleraar of student te zyn een grote eer was, heeft sinds haar oprichting als een flonkerende ster geschitterd aan de internationale wetenschappelijke hemel. En ten slotte: de uitgebreide schare van Leidse groten op schildergebied, die door de eeuwen hun gouden sporen trokken, hebben de naam der Sleu telstad blijvend gevestigd in de wereld van cultuur. In de musea van vrij wel alle belangrijke steden ter wereld kan men ze vinden, de kostbare kleinodiën, die geschapen werden door hen, die eenmaal binnen Leidens poorten leefden en werkten. Gisteren zijn ze aan ons voorbij getrokken, deze groten: vier eeuwen Leidse ridders van 't palet. satijnen robes en wambuizen, de kanten kragen en jabots, de wonderlijke karos- 'erlijk getuigde paarden. Zeker, de wijdingsure en de koraalmu- ziek zijn voor hen, die ook op déze wijze opnieuw het grootse feit van het ontzet willen herdenken. De uitdeling van ha ring en wittebrood is voor hen, die er zich voor opgaven. Het hosfeest en 't vuurwerk schaft genoegen aan degene, die niet vroeg naar bed wil en niet bang is voor een paar moddervoeten. Maar de optocht is voor iedereen. Daarbij ont breekt, om zo te zeggen niet één Leide- Als een enorme slang kronkelden zich de beide metersdikke hagen van toe schouwers door de stad, en wie wat laat was, had een lang lichaam, een uitrek- bare hals of een paar fikse tenen nodig, om over de hoofden der anderen heen iets te kunnen zien van de satijnen, flu welen en kanten pracht, in karos, te paard, zowel als te voet, die statig en zwierig voorbij trok. Ijdeltuiten De optochtcommissie had een zware taak op zich genomen, door zich aan de Leidse meesters te wagen. Maar ze is er volkomen in geslaagd een goed, summier overzicht te geven van wat onze stad alzo in de loop der eeuwen heeft opgebracht aan befaamden op 't gebied der schilder kunst. Dit slagen is voornamelijk te dan ken. naast de kundigheid der organisa tors en adviseurs, aan het onderwerp- Éelf. Want het is een dankbaar onder werp. De schilderkunst, en zeker die uit voorbije tijden, spreekt toch altijd. Tot leek zowel als deskundige, tot intellec tueel als ook tot de minder geletterde. Bedenken wij daarbij, dat het onderwerp zich uitstrekt over een viertal eeuwen, die alle hun eigenaardigheden op 't ge bied van klederdracht meebrachten, dan zijn de factoren voor een succesrijke uit beelding aanwezig. Al zijn wij er van overtuigd, dat deze optocht, benevens de daarmee verband houdende etalagewedstrijd, het grote pu bliek een ogenblik bij de kraag heeft ge pakt en met de neus op de kunst heeft gedrukt, een al te grote voorstelling van de resulaten moet men, dunkt ons, niet hebben. De mensen hebben zich en nu spreken wij uiteraard over de grootst ge mene deler der Leidenaars voorname lijk vergaapt aan de fluwelen mantels, de De heer Commandeur-te-paard was weer overal. Hij reed zich zelf voorhij. Naast ons stond een echtpaar van mid delbare leeftijd aandachtig mee te leven, i toen de Nachtwacht voorbij trok, Wij troffen hem in Oud-Hortuszicht in, gezeten achter een flesje coca-cola, alhoewel het ons beter leek vanwege de locale sfeer als het een pul biers ware geweest. „Bent u tevreden over uw oude vader stad?" vroegen wij, toen hij omzichtig en smakkend z'n lippen afgeveegd had. „Nee"', kwam het prompt. „Alles behalve. Ik heb tot m'n grote schrik ge merkt, dat er van mijn doeken maar heel weinig binnen die Leidse poorten zyn gebleven. M'n drieluik „Het laatste oor deel" is er gelukkig nog, heb ik in de Lakenhal gezien. Ik had het eigenlijk gemaakt voor de Pieterskerk, ter ere van een zekere sinjeur Claes Dircksz. van Swieten. Ze hebben er nogal mee ge sjouwd, heb ik gehoord. De beelden stormers hebben het gegapt, maar 't is toch later teruggevonden en opgehangen in de burgemeesterskamer van 't stad huis. Waarom het nu in de Lakenhal hangt, weet ik niet." ,,'n Mooi stuk werk. al zeg ik het zelf. 'k Heb er 25 pond Vlaams voor gekre gen. Lang niet gek- Jullie schijnen er, en terecht, nogal trots op te zijn. dat het niet verkocht is. Indertijd in 1602 geloof ik wilde Rudolf van Habsburg 'm kopen. Hij wil de er evenveel goudstukken voor geven als er nodig waren om het drieluik mee te bedekken. Maar de burgemeesters zijn wel zo wijs geweest om hier niet op in te gaan. Maar de rest van mijn werk? Hopeloos, gewoonl Wat hebben jullie daar slecht op gepast! Je vindt ze in de musea van Brussel, Bremen, Chicago, Keulen. Parijs, Leningrad, Londen, New York, Oslo en Philadelphia, maar niet Leiden! Dat lijkt nergens op!" Dr K. Reitsma stelde in de optocht Gerrit van Loo, secretaris van de gc- meete Het Bildt (Fr.), voor. ras vrouwliefs enige commentaar: „Jul ie mannen waren in der tijd toch ijdeltuiten, met die lange lokken en kleu rige kleren". Tja. En toen de Professo- renwijkse „Staalmeesters" Waardige expositie Maar dat allen, al die tien- en tiendui zenden langs de straten, genoten hebben, staat vast. En dat is een verdiend succes, dat de organisatoren van harte gegund Want zij hebben deze waardige expo sitie van Leidens beroemdheden met grote kennis van zaken en met liefde ec respect in het leven geroepen en tot eer onvergetelijke episode van deze dag ge maakt. Bestond aanvankelijk de vrees, dat mèt e andere duizenden bezoekers-- buiten de drie door De Bilt gesignaleerde depressies eveneens naar Leiden zouden komen, het weer had niet béter kunnen zijn. Men moet zich niet indenken, wat gebeurd zou zijn, wanneer eenzelfde regen als die van de laatste weken op stad was gevallen. De optocht, waar- 440 costumes waren gehuurd, waar onder zeer kostbare, zou afgelast zijn ge worden Eerlijk gezegd hebben wij ons hart vastgehouden over de uit te beelden be roemde doeken, zoals de „Staalmeesters" en de „Herbergscène". Wanneer men deze doeken zelf gezien heeft, valt het moeilijk genoegen te nemen met ee andere vorm van plaatsvervanging. De wijze, waarop de organisatoren dit heb ben weten te organiseren, is boven alle lof verheven. In het bijzonder de „Staal meesters" was buitengewoon goed. Niet tevreden Van de duizenden mensen, die wij ge zien hebben, en van de tientallen die wij aanspraken, was er één, die niet tevreden was. Dat was Lucas Huygsz. Beter be kend als Lucas van Leyden. Zij gaven daarmee aan hun (eesffaaJc een bijzonder cachet Men zal niet kunnen ontkennen, dat de politie op 3 October een allesbehalve gemakkelijke taak heeft. Dat is ook gis teren weer dubbel en dwars gebleken. De geüniformde dienaren zijn de hele dag in de weer geweest om „het volk" en alle dingen, die het in de loop van de dag en avond kreeg voorgezet, in verant woorde banen te leiden, voor zover er tenminste op een dag als deze van een verantwoorde organisatie sprake kan zijn. 3 October heeft z'n eigen regels en systemen en het is vaak moeilijk vast te stellen wanneer die regels worden over schreden. Maar goed, de politie is er en zij werkt op volle sterkte. Daarom is het des te meer toe te juichen, dat het politie-muziekgezel- schap elk jaar bereid is de feestdag te openen met haar vermaarde re veille op het achterbordes van het Foto's 3 October: N. van der Horst stadhuis. Het zal de muzikanten nen zijn. En niet minder aan de vroege genaam hebben gestemd, dat zovelen naar hun instrumentale opening kwa men luisteren. Dat heeft natuurlijk ook aan het weei gelegen, dat immers niet beter had kun- uitdeling van haring en wittebrood, die al om zeven uur begon en dus duizenden mensen omstreeks zes uur uit de deed springen. Het programma bevatte acht waarvan de eerste vier van „ernstige' aard waren. Ernstig en toch vrolijk. Want als in de vroege morgen psalm 118 door de ijle lucht schalt, dan is het allerminst nodig er met een geplooid-ernstig ge zicht bij te staan. Integendeel. Dat moest het diepste wezen van de aandachtige zo aanraken, da er in hem ook iets gaat zingen. Zo wordt de echte lach ge boren, die bij het 3-Octoberfeest past. Met vreugde hebben we dan ook naar onze politiemannen geluisterd. Hun werk aar het begin van deze dag is al even tradi tioneel als al het andere, maar als het goed is. kan men er toch altijd iets in ontdekken. Nu ja, één ontevreden mens, temidden van honderdduizend anderen, is nu ook weer niet zo héél erg. Zieke vrind kreeg serenade Toen de taptoe Donderdagavond was afgelopen, ging de drumband van de Na tionale Reserve niet naar huis. Men moest in de Kraaierstraat nog een sere nade gaan brengen, en wel aan een zieke vrind, die tot zijn spijt niet aan de fees telijkheden kon deelnemen. Deze muzi kale groet was een opfrissertje voor hem, dat hij wel nodig had. Op zulke dagen is ziek-zijn helemaal pijnlijk. Ruim 13.000 Leidenaars gingen de feestgave halen Er moeten heel veel nieuwe gezichten langs de pilaren van de omloop in het Waaggebouw zijn gegaan. Het aantal poorters en poorteressen met be langstelling voor haring en wittebrood was zoveel groter dan vorig jaar, toen er 8000 mensen de zij-ingang van de Waag betraden, dat het niet anders kan. Er waren er nu een dikke 13.000. Was de stemming er beter om? Nee, de haringvrouwen, de Kenau's, zoals de praeses collegii, de heer H. L. J. Roelvink ze noemde, vonden de uitdeling een beetje zouteloos, er zat weinig pit in. Maar enkele mooie ogenblikken waren er toch wel. Bij voorbeeld, toen hupse dames van het Levendaal zichzelf al zingend uitnodigden de hoed af te zetten, er in te komen en net te doen of ze thuis waren. En ook, toen Hendrik van Loef, die zeker géén nieuw gezicht ln de Waag bracht, met de haring in de emmer en het brood in de tas aan de haringvrouwen kwam vertellen, dat hij vandaag 64 jaar getrouwd was. Dat was de moeite van felicitatie en een spontaan „Lang zal hij leven" waard. Voldaan verwijderde Hendrik zich. Voor de 64ste maal had hij haring en wittebrood gehaald. Onder de grote groepen, die de spijze an 't hongerende volk ten tijde van Lei dens ontzet haalden, was de buurtvereni ging Tuinstadwijk. Toen we dr mr W. Hugenholtz zich in ;n vrolijke bui door het Waaggebouw zagen bewegen, wilden we vragen, hoe hij nu over al die haringen dacht. Maar bedenkend, dat de heer Hugenholtz in een vrolijke bui was, hebben we de moed maar laten zakken, 't Is pas vandaag Dierendag. Burgemeester Van Kinschot lust wel haring, maar hij heeft het zee banket in onverzorgde vorm liever niet in handen. Niet, dat de schout van Leiden zijn handen schoon kon houden. Hij was niet zo goed of hy moest de haringuitdcelsters mevr. Kramp en mevr. Gccrtsema de hand schudden. Hetgeen gevolgen had. Maar hoe kan een man weerstand bieden aan de klassieke uitdaging „U durft niet?" Met een royaal gebaar greep de burgemeester toe. Ondertussen was de Nederlandse dag blad- en radiopers uiterst actief. Repor ter De Visser van de* N.C.R.V. praatte rap met de witgejaste haringvrouwen en met enkelen van de „afgewerkte" Lei denaars. De lange zwarte microfoonkabel werd toen onder vele verschrikt opsprin gende voeten door naar het Waaghoofd verlegd, waar de harmonie kapel T. en D. een frisse melodie op de plaat speelde. Opname klaar^ Vertrekken maar. Persfotografen lieten de blitz-appara- ten flikkeren. Filmoperateurs stonden met snorrende camera's op kaasbakken en tafels. Journalisten uit Amerika, Ca nada. Arabië en Zuid-Afrika vroegen be zoekers en leden van de commissie van bijstand naar gegevens over de eeuwen oude traditie van haring- en witjebrood- uitdeling. En onderwijl riep de heer J. Brouwer, bestuurslid van de Drie-Octo- bervereniging, bijna onafgebroken „Door lopen, dames en heren, achteraan is ruimte genoeg". Maar wonder, waar de nen van Polygoon-Profilti werkten of de heer Timan van de Leidse Film liga met een toegeknepen linkeroog ach ter de camera stond, stokte steeds de vlotte gang van de stroom mensen. Er waren meer belangrUke figuren uit onze goede stad ln het Waagge bouw. Mr W. J. Geertsema, de voor zitter van de Drie-Octobervereniging, stak juist een stukje (nette) haring (aan een stokje) in de mond, toen hecj het jongste lid van de vereni ging werd voorgesteld. Arthur Wil lem Jan Mostert, twee Jaar oud, keek wat /erlegen, toen hy mr Geertsema Koraalmuziek in het park Veranderde opstelling van koris'en kwam zang ten goede Krans aan de katheder van Leo Mens „Drie jaar geleden ben ik naar Gelderland verhuisd, maar vandaag heb ik er toch weer voor kunnen zorgen, dat ik zo vroeg in Leiden was, dat ik aan de koraalmuziek kon deelnemen", vertelde ons gistermorgen een oud- Leidenaar, die er een voettocht van een dag voor over zou hebben om op 3 October maar in Leiden te zijn. Maar hij is dan'ook in Leiden geboren. En wie in de Sleutelstad geboren is en dus Leids bloed in z'n aderen heeft, doet soms dingen, waarvan je kunt opkijken. We hebben nog meer respect. Voor Leo Mens bijvoorbeeld, die al 25 jaar de koraalmuziek heeft mogen dirigeren tot grote tevredenheid van zyn 3-October- superieuren en niet minder van z'n ko risten. Respect verder voor de heer H. W. de Nie, die ook al een kwarteeuw op deze dag onder Leo Mens zingt. Met de spontaneïteit van iemand, die daar onder het historische geboomte van het Van der Werffpark voor het eerst zingt en wordt geboeid door de feestehjke gevoelens van dit ogenblik, gevoelens die zo moei lyk te beschreven zyn. Ten slotte koesteren we een warme sympathie voor al die Leidenaars, die elk jaar weer zorgen voor een verheven in zet van het feest, verheven dan zo be doeld, dat wy mensen onze feestdag met God mogen beginnen. Met een zekere trots vertelde Leo Mens ons na afloop, dat gisteren zeker duizend mensen aan de koraalmuziek hebben deelgenomen. Over hun zang was hy niet ontevreden. Van belang is de wijziging in de opstelling der zangers. Vroeger stonden ze met het gezicht naar de Bree- straat, nu naar het Kamerlingh-Onnes- laboratorium, waartegen het geluid breed weerkaatste. De klanken, die in de grote ruimte van het park geen goede bodem konden vinden, kwamen daardoor veel beter tot hun recht. Bovendien had de gewijzigde opstelling dit voor, dat er een breed pad vrij was voor de burgemees ter. die de krans naar de arm van Van der Werff moest hijsen. Een grote krans in de kleuren van Lei den. Mevrouw Van Kinschot vergezelde haar man. Zy droeg een bouquet ook in de Leidse kleuren. Toen de burgemeester zijn werk had gedaan, was het even stil. Ten slotte werden twee verzen van het Wilhelmus gezongen. Ook het programma een hand gaf. Hy voelde zich kenne lijk nog niet op zyn gemak tussen de bestuursleden van de vereniging, waarvan hij officieel lid is. Voor de heer Wichers Rollandet had Arthur een passend Drie-October ge schenk meegenomen. De secretaresse ver borg het geschenk angstvallig onder eer feestpluim en het was toch een drank met flink Hollands karakter. Om 10 uur waren de haringtonnen leeg, op de bodem van de kaasbakken lagen nog slechts gele broodkruimels en was bijkans rustig geworden in het oude Waaggebouw. De haring- en wittebrood uitdeling van 3 October 1952 was in vlo' tempo in kannen en kruiken gekomen. In het Waaggebouw: onze burgervader moest weer eens voor de lens Oude Leidse meesters toon den belangstelling voor het werk van mej. Rita Jansen, die enkele tekeningen voor ons blad maakte. van de koraalmuziek had veranderingen ondergaan. Het bleek wel, dat veel zan gers de repetitie in de Waag hadden bij gewoond. We zagen nog een krans In rood-wit Die hing aan de katheder van de diri gent. Geschonken door het bestuur van de 3-Octobervereniging aan Leo Mens ter gelegenheid van zijn zilveren jubi leum. „Het was beslist ndjn bedoeling im'n jubilea stil te laten voorbijgaan. Ik moet echter zeggen, dat men het my niet zo heel moeilyk heeft gemaakt. De waar dering was alleszins sympathiek en is ook in goede banen geleid", zei de heer Mens ons nog. De koraalmuziek stemde hem weer hoogst dankbaar. Sr was eens... Het Scapino-jeugd-ballet, dat reeds meermalen en verdiend lauweren heeft geoogst, bracht gistermorgen on der de artistieke leiding van Hans Snoek in de Stadsgehoorzaal de opvoe ring van „Er was eenseen syn these van sprookjes, gedanst rond de figuren van de sprookjeskoning, die zijn kroon kwijt was, en de gelaarsde kat, die als boodschapper rondging om mede werking by het zoeken te krijgen. Choreografie en decors bevredigden de artistiek ingestelde volwassenen, de costuums waren verzorgd en de jeugd genoot, vooral by de meer mimische scè nes. Uiteraard was de grens tussen ballet en pantomime vaak zeer moeilyk te trek ken. Voor een jeugdballet is de vermen ging van deze twee ook wel noodzakelyk De mimische uitingen van het ballet waren het best in het komische. Dat be grepen de kinderen direct. Zy reageer den er spontaan op. Overigens was er toch ook een commentator by nodig, wiens voordracht wy niet te allen tyde konden bewonderen- Wat verder naar achteren in de zaal was hy soms bijna niet te verstaan, omdat hy veel te v:ug De zaal was slechts voor een derde gevuld, wat echter toch ook weer mee viel, gezien de vele festiviteiten, die de Leidse jeugd overal in de stad wachtten. MINDER 1ËZOEKERS AAN DE HUTSPOT Het aantal bezoekers aan De Lakenhal van het vorige jaar werd dit jaar niet bereikt. Pelgrimeerden er op 3 October 1951 3200 Leidenaars naar de hutspot en de relieken van het beleg, ln 1952 kon den we het niet verder brengen dan 1836 bezoekers. Toch altyd nog een behoor- lyk aantaL Bovendien waren deze gas ten van het museum geïnteresseerde gasten, die minutenlang gebogen konden staan over een vitrine met penningen en de hutspot met nieuwsgierige vingers stiekum betastten- Gelukkig deelden ook de andere zalen van De Lakenhal in het grote bezoek en slenterden er heel wat langs de schilderyen en de meubels, door de vertrekken en over gangen en trappen. Deze gratis toegang op 3 October is nog ieder jaar een goede reclame voor ons mooie stedelyk Dat er dit jaar minder bezoekers wa ren moet o.i. wartlan geweten aan het feit, dat «r nu niets nieuws was aan gekondigd. In 1951 werden de zalen van het beleg geheel gerestaureerd en op nieuw ingericht. Daarover was uitvoerig in de kranten geschreven. En het had de nieuwsgierigheid van de Leidenaars geprikkeld. Het aantal van dit jaar mag dan ook als normaal worden beschouwd. Tuinstadwijk komt op Leidens grote feest altijd op originele wijze r „haring en wittebrood". Grote drukte op het Levendaal De 18-Jarige Allouez heeft de duizenden Leidenaars, die vroeg uit bed waren ge komen om getuige te zyn van de 8-October kortcbaon-draveryen, ln verrukking gebracht. Reeds meer dan 100.000 aan pryzen sleepte het paard voor *yn eigenaar en ryder J. de Vlieger in de wacht en nu is het aan zyn laatste selzioen toe. De scheidende Allouez onderstreepte ln het feestvierende Leiden nog eens uitdrukke lijk, dat het niet voor niets de reus van de Haarlemmermeer wordt genoemd. De beide finale-ritten won het paard en het maakte zUn eigenaar 400 ryker. Allouez bevond zich in een select j zeischap. Niemand minder dan de kam pioen '52 O Nelly Zora en de oud-kam pioen O Nelly Broer dongen mee naar de pryzen. Voorts waren er de uitblinker op de lange baan My Darling en de ster op de korte baan Miss A, O Marijke Litaire A. O Nelly Broer werd al spoedig aan kant gezet door O Nelly Zora. Miss A begon balsturig, in de eerste rit galop peerde het paard waardoor het Mv Dar- aan de overwinning hielp. In de tweede en de kamprit bewees het echter duidelijk zyn meerderheid. Een kamprit was eveneens nodig tussen O Maryke en Litaire A, welke laatste net iets sneller bleek. Allouez versloeg in twee ritten Notre Dame en de wyze waarop ze dat deed. maakte haar in één slag tot de lieveling "in het publiek. De stryd om de pryzen werd dus uitge vochten tussen O Nelly Zora, Miss A, O Maryke en Allouez. O Nelly Zora bleek opgewassen tegen Miss A. die beide ritten won en zich in de finale plaatste. Allouez nam het toen op tegen O Marijke. De kamprechter besliste, dat de eerste rit dead heat was. met welke be slissing velen zich niet konden verenigen. En terecht! Allouez lag zeker een halve meter voor op de eindstreep. De tweede de kamprit brachten echter de over winning aan de sterkste: Allouez. O Nelly Zora legde vervolgens beslag op de derde prijs, vóór O Maryke en Allouez toonde zich in de finale tweemaal sneller dan de veel jongere Miss A, wat een geweldig enthousiasme onder de dui zenden teweeg bracht. Even 10 uur was dit sportevenement, dat >k nu weer tot de meest geslaagde num- lers behoorde, ten einde. De pryzen werden uitgereikt in het Vliea. Weer vele duizenden bij de parade Veie duizenden hadden sich gister ochtend opgesteld langs de route, die de militaire parade zou volgen. Vooral in de nabyheid van het stadhuis was er tegen half tien al geen doorkomen meer Om kwart voor tien stelden zich op het bordes voor het stadhuis op: luite nant-generaal D. C. Buurman van Vree den. territoriaal bevelhebber en bevel hebber van het eerste militaire gewest, de garnizoenscommandant, majoor Gerth van Wyk, kolonel W. van Hinte, inspecteur Nationale Reserve, en kapi tein-luitenant ter zee jhr P. Elias, com mandant van Valkenburg, en de burge- Precies op tyd werd de parade geopend en in ryen van zes marcheerden de troe pen voorbij: het etudenten-wccrbaar- heidskorps met de slerlyke pluimen op het hoofddeksel, een detachement mari niers en een detachement van de marine luchtvaartdienst, de koksschool van het regiment intendancetroepeh, een com pagnie van de Nationale Reserve en een compagnie luchtstrijdkrachten. Als paradecommandant trad op de kapitein der infanterie H. W. Westerhof. Terwijl luitenant-generaal Buurman van Vreeden al bezig was afscheid te nemen van de genodigden, gierden de straaljagers over, die dus ondanks hun snelheid toch enkele minu'en te laat waren. Ze kwamen bovendien niet ln de lengterichting doch dwars over de straat, zodat er niet veel meer te zien was dan een ln de zon zilverachtig fill»- kerende schim.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1952 | | pagina 3