Werkgelegenheid, verdediging, betalingsbalans
Sinterklaas Van de Kieft
deelde cadeautjes uit
Ondanks gunstige ontwikkeling
nog geen horoepen
r*i
NOG GEEN STABILISATIE
D'05
In 1953 wordt geïnvesteerd
voor 556 millioen
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
DINSDAG 16 SEPTEMBER 1952
Drie allesbeheersende factoren:
KAPITAALSUITGAVEN
SUBSIDIES OP
LEVENSMIDDELEN
80 MLH j
DAGELIJKS TERUGKERENDE
UITGAVEN
406! Mlft
DE'STAAT GEEFT UIT 5.616.000.000-
In de weikkamei van de minister
IlOE WORDEN DE GERAAMDE UITGAVEN in 1953 van liefst
vijf milliard, zes honderd zestien millioen gulden nu verdeeld?
Wij zullen het U vertellen. Op het voetspoor van de milliarden-nota
volgen wij hier niet de indeling naar departementen. Dat zou ook
moeilijk gaan: er zijn nu eenmaal zaken, waar verschillende departe
menten mee te maken hebben. Maar er is nog een extra reden: de
departementen-indeling heeft tijdens de jongste kabinetsformatie
wijziging ondergaan. En dat komt in de begrotingen nog niet tot
uiting. Er zullen dus nog verschillende nota's van wijziging moeten
worden ingediend, waarbij tevens gebruik gemaakt wordt van de
gelegenheid, dat iedere nieuwe minister wat concreter van zijn eigen
zienswijze kan doen blijken.
WIJ WAREN ZO GEWEND GERAAKT, na de oorlog prof. Lieftinck in de Tweede Kamer de
milliardennota met bijbehorende begroting te zien indienen, dat wij er even aan moesten wennen,
het veel spitsere gezicht van de nieuwe minister van Financiën, de heer Van de Kieft, achter de regerings
tafel te zien. Meen nu niet, dat prof. Lieftinck het „afwennen" niet gemakkelijk heeft gemaakt.
Verleden jaar immers werd de begroting ingediend door de minister-president, dr Drees, omdat
Nederlands meest verguisde en meest geëerde man op dat ogenblik in Amerika zat. Maar de millioenen-
nota was toen een staatsstuk, dat geheel voor rekening van prof. Lieftinck kwam. Nu is er een echte,
nieuwe minister van Financiën. Maar ondanks het Turkse bad, dat onze vroegere bewindsman heeft
genomen, waart ook nu nog zijn geest door de begrotingsstukken. Hij immers heeft, met zijn andere
inmiddels afgetreden ambtgenoten de begrotingsarbeid voor verreweg het grootste deel verricht. En
de heer Van de Kieft zou geen goed socialist zijn, wanneer hij zijn ambtsvoorganger-partijgenoot
geen grote pluim gaf. De financiële toestand kan, vergeleken met vroegere jaren, al blijven er grote
onzekerheden, als betrekkelijk gunstig worden gekenschetst. En dat schrijft de nieuwe bewindsman
niet in de laatste plaats toe aan de nimmer aflatende werkkracht en onverflauwde toewijding van
prof. Lieftinck aan. de financiële belangen van het land gedurende zeer moeilijke jaren.
Wij nemen U mee naar de werkkamer
van minister Van de Kieft. Daar zit
hij met een aantal pakjes voor zich,
om Sinterklaas te spelen. Zo succe~~~
velyk laat hij de mensen, die hij
pleizier wil doen, binnenkomen,
kijkt eerst naar het grootste pakje. De
deur gaat open en daar komt minister
Staf binnen, gezeten op een tank. Wel
bewust neemt hij zijn pakje in ontvangst.
Maar eventjes ter
waarde van anderhalf
milliard gulden. Hij
kan zelfbewust zijn: er
is immers in interna
tionaal verband afgesproken, dat Ne
derland vier jaar lang zo'n groot bedrag
op de begroting zal plaatsen. Land-
Luchtmacht krijgen dit keer meer
deze grote „pot", maar voor Marine kan
volstaan worden met 37 millioen
der dan in 1952. Van het hele bedrag
zal ook betaald worden de legering van
eenheden in Nieuw-Guinea, Suriname
en de Nederlandse Antillen en de kosten
van het Nederlandse Detachement Ver
enigde Naties in Korea.
Dan komen er twee ministers binnen:
Suurhoff van Sociale Zaken en Volks
gezondheid (in overall) en ir Witte van
Volkshuisvesting (met het cement nog
tussen zijn tanden). Zij krijgen samen
een pakje ter waarde van 819,2 mil
lioen. Hiervan is meer dan 300 millioen
bestemd voor sociale zekerheid. 23 mil
lioen voor arbeidsbemiddeling, 29 mil
lioen voor emigratie en meer dan 120
millioen voor maatregelen in het belang
van de werkgelegenheid. De volksge
zondheid vraagt 55% millioen. Minister
Witte zal met zijn bijna 180 millioen
proberen klaar te spelen, dat er in 1953
55.000 woningen worden gebouwd. Daar
bij gaat hij uit van
27.500 woningwetwo
ningen, 20.000 (particu
liere) premie-wonin
gen, 5.000 woningen
wegens herbouw onder de Wet Mate
riële Oorlogsschaden en 2500 woningen
in geheel vrije bouw. Het totale bouw-
program zal ruim 1600 millioen gulden
vergen, waarvan 680 millioen bestemd
is voor woningen. De door het rijk in
1953 te dragen exploitatie-tekorten van
woningwetwoningen worden geschat op
65,5 millioen. Voor de premiebouw is
82 millioen uitgetrokken. Van woning-
spli/tsing zal wel niet veel meer komen.
Daarom wordt meer de aandacht gericht
op woningverbetering k raison van 3%
millioen. Van het bouwprogram-1953
komt in ronde cijfers 500 millioen voor
rekening van het rijk, 470 millioen voor
rekening der lagere publiekrechtelijke
lichamen en 650 millioen voor rekening
van particulieren.
Peinzend keek minister Van de Kieft
naar het volgende pakje. Het bleek voor
hem zelf te zijn. Dus zette
"IK* hij zich voor de spiegel en
sprak aldus: Gij krijgt hier
een cadeau ter waarde van
704 millioen gulden. Dat
moet gij gebruiken voor aflossing en
rente van de nationale schuld. Dat is
een hele zak vol, maar die schuld is
er dan ook naar. Op 30 Juni van dit
jaar bedroeg zij in totaal 23.613 millioen
gulden, waarvan 20.505 millioen in het
binnenland en 3.113 millioen in het
buitenland. In twee jaar daalde de to
tale schuld met niet minder dan drie
en een half milliard. Maar zij moet nog
verder dalen!
Haastig hing de minister de spiegel
•weg, want hij hoorde vleugelgewiek bij
de deur. Daar stapte de volgende be-
bezoeker al binnen: een wijze uil. Het
bleek minister Cals-in-vermomming te
zijn. Glunderend nam hij zijn pakje in
ontvangst. Er hing een label aan: Voor
onderwijs en cultuur 510.6 millioen. Bent
U blij met die 55 millioen meer dan
vorig jaar? vroeg de goede gever. Dat
zou ik denken, was het antwoord. Maar
ik heb het hard nodig. Het aantal leer
lingen, dat op de lagere school komt.
groeit maar steeds, er moet een nieuwe
R.H.B.S. komen, de veria-
ging van de schoolgeld-
tarieven en het verlenen 'y
van gezinsreductie moeten
uit mijn portemonnaie ko
men. Bovendien komt er veel meer
belangstelling voor het nijverheids
onderwijs (19 pet meisjes en 8 pet jon
gen/. Voorts moet coUega Mansholt
zorgen voor meer lagere land- en tuin
bouwscholen, terwijl er ook een paar
middelbare land- en tuinbouwonderwys-
inrichtingen moeten worden gesticht.
Belangrijke bedragen zijn in 1953 ook
nodig voor uitbreiding en modernise
ring van universiteiten en met name
van de Delftse Technische Hogeschool.
En dan heb ik nog een stokpaardje:
monumentenzorg. Daaraan kan ik nu
een 2 millioen meer besteden. Bly
fladderde de uil het vertrek uit.
Vlug pakte de minister sear—
pakket. Dat wilde hij ook
i uit
tjes 431 millioen in voor
SSffS herstel van oorlogsschade.
En er was een briefje by:
Jullie mogen volgend jaar 46.7 mil
lioen meer „uitdelen" dan verleden jaar
in September werd beloofd. Aan over-
heidseigendommen mag ruim 65 mil
lioen worden besteed, aan onroerende
goederen en schepen van particulieren
182 millioen, aan roerende goederen
voor beroep of bedrijf 67% millioen,
aan huisraadschade 49 millioen,
landbouwherstel 20 millioen en
andere soorten schade 40 millioen. Het
apparaat der schaae-enquète-i
sies kan worden ingekrompen, m
de andere kant schept het „inpompen"
van geld weer werkgelegenheid. Voor
de herbouw van schepen is meer nodig
dan vorig jaar, want waarschijnlijk
moet in 1953 voor de herbouw van de
„Statendam" ruim 12 millioen gulden
worden uitgekeerd.
Weer ging de deur open. Tastend
kwam een geblinddoekte binnen. Het
as de nieuwe minister
n Justitie, die gewend
het Donker te lopen. Hij
had de weegschaal der
rechtigheid in de hand,
de hoop, dat ook zijn cadeautje
rechtvaardigheid was uitgebalanceerd.
Hij kreeg voor politie en justitie van
de Goede September-Sint een waarde
bon van 216 millioen gulden. Strikt
rechtvaardig vertelde hy, dat hij var
plan was. de paraatheid van de Rijks-
gemeentepolitie en de reservekorpsen
veel mogelijk op te voeren, om ei
zeker van te kunnen pijn, dat bij even
tuele ernstige verstoringen van de open
bare orde het gezag doeltreffend kan
worden gehandhaafd. Over het algemeen
zal de sterkte worden gehandhaafd, maar
die van de reserve-politie zal worden
opgevoerd. De geblinddoekte was echter
bang, dat het aantal criminele gedeti
neerden zal toenemen. Daartegenover
staat echter de verwachting, dat het
aantal politieke delinquenten, dat medio
Februari 1952 1088 bedroeg, in de loop
1953 zal teruglopen tot gemiddeld
750.
Minister Van de Kieft hoorde enig
gemopper op de gang. „Gij geblind
doekte rechtvaardige waart voor Uw
beurt", hoorde hij de nieuw-gekomene
zeggen. Haastig keek hij naar zijn pak
jes en inderdaad, er was er een
groter formaat blijven liggen. Dat
bestemd voor Verkeer en Water:
Mr Algera, spelend met een brug
mecano-onderdelen. nam het in
vangst. Zijn aanvankelijk oppositionele
houding liet hij geheel
varen, toen hij zijn
pakketje ter waarde van
412 millioen gulden in
ontvangst mocht nemen.
vas maar eventjes zo'n 39 millioen
dan zijn ambtsvoorganger verleden
jaar toegewezen kreeg. Maar nu ja, dat
was dan ook een exponent van de derde
macht. Voor Waterstaat zat in het pakje
dan 242 millioen en voor ver
keer was er bijna 170 millioey. Gelukkig
Verkeer en Waterstaat nu iets min
der te lijden hebben van de investerings
beperking, dank zij de werkgelegenheids-
politiek. Nu kunnen meer onderhouds
werken aan de waterwegen worden
uitgevoerd, begonnen kan worden met
de verbreding van het gedeelte Amster
dam—Utrecht van het Amsterdam—Rijn
kanaal, de Twenthekanalen kunnen af
gemaakt worden en de indijking van de
Biesbosch kan voortgang vinden. Bij
de Oosterpolder kan begonnen worden
met de aanleg van drie nieuwe dijk
vakken en in de Noord-Oostpolder
kunnen definitieve bedrijfsgebouwen,
ter vervanging van de noodschuren uit
1947, worden gebouwd. In de P.T.T.
wordt 100 millioen geïnvesteerd. De
Nederlandse Luchtvaart-industrie kan
beter worden gesteund, er komt een
hoge snelheidstunnel bij het Nationaal
Luchtvaartlaboratorium en er wordt een
school gebouwd op het luchtvaartterrein
te Eelde. Tenslotte zal gepoogd worden,
nog enkele schepen in exploitatie te
nemen voor het vervoer van emigranten.
Maar wie komt daar binnen, gebukt
onder een zware fabrieks-sirene? Het
is de Benjamin van het ministeriële
gezelschap, de man, die Handel en
Nijverheid onder zijn beheer heeft:
prof. Zijlstra. Al is hij dan op voorhand
enfant-chéri. toch krijgt hij van minister
Van de Kieft niet meer dan 146,6
millioen. Maar toch is dat
altijd nog 34 millioen meer
dan prof. Van den Brink
verleden jaar toegedacht
werd. Onder sirene-geloei
legde minister Zijlstra zijn plannen
bloot: bevordering van export en in
dustrialisatie, daarbij voorwaarden
scheppend, welke het voor het bedrijfs
leven mogelijk maken, de nodige initia
tieven te ontplooien. Meer economische
voorlichting. Voortgang met het tot
ontwikkeling brengen van achtergeble-
gebieden en daarnaast financiële
voor de aanleg van industrie
terreinen buiten deze ontwikkelings
gebieden. Vooral aandacht voor de
regionale industrialisatie. Aan de staats
mijnen zal de kapitaalverstrekking in
1953 worden verhoogd tot 87 millioen.
Mogelijkheden tot verruiming van de
grondstoffenbasis zoveel mogelijk be
nutten.
Prof. Zijlstra moest echter plaats ma-
en voor een robuste boer, wie het aan
te zien was, dat hij al zeven jaar lang
de scepter zwaait over land
bouw, veeteelt en visserij. Het
heer Mansholt. die
tuin-
cadeautje van
111 millioen kwam halen.
Hij was tevreden met
25 millioen
Hieronder vinden onze lezers een
beeldgrafiek, die wel wat op een inkt
vis lijkt. Links staan de inkomsten,
rechts de uitgaven, zoals die vo
1953 zijn geprojecteerd. Op pag.
hebben wij reeds vermeld, dat de
„dagelijkse uitgaven" een overschot
te zien geven van 131 millioen,
maar dat er over de gehele dienst,
door het tekort op de kapitaalsuitga
ven van 623 millioen, een nadelig
saldo uit de bus is gekomen van f 492
millioen. Dat behoeft op zichzelf geen
onrust te baren: het is heel mooi, dat
er op de „gewone dienst" een niet
onbelangrijk overschot is.
Wat nu de leidende opzet
nieuwe begroting betreft, er zijn drie
factoren, die allesbeheersend zijn. In
de eerste plaats de defensie-inspan
ning, die, op grond van het aar
de plan in Atlantisch verband
een bedrag van anderhalf milliard
gulden zal vergen. In de tweede
plaats is het uitgestippelde beleid ge
richt op bestrijding van de werkloos
heid, door voor uitbreiding van de
werkgelegenheid niet minder dan
rond 200 millioen meer aan te vra
gen dan aanvankelijk voor 1952 was
gedaan. Dit is een voortzetting van
het reeds in 1952 begonnen beleid,
waarbij de inivesteringsbeperking, no
dig uit het gezichtspunt van de beta
lingsbalans in meerdere of mindere
mate werd losgelaten om werkge
legenheid te scheppen. In de derde
plaats wordt het begrotingsbeeld be
heerst door de gedachte, dat het be
leid gericht moet blijven op handha
ving van het monetaire even\ icht en
daarmee op een blijvend evenwicht
de betalingsbalans.
Nog meer uitgaven
Het tekort is dus voorlopig ge
raamd op 492 millioen. Er hangen
echter nog maatregelen in de lucht,
die ook geld gaan kosten. Er is ge
rekend op nog een 24 millioen
te verwachten extra-uitgaven, wan
neer aanhangige wetsontwerpen wor
den aangenomen. Zo wordt voor hel
kleuteronderwijs aan uitgaven nog
4 millioen ver "acht, 1
"Voorbereidend Hoger Onderwijs r.og
1 millioen, voor het Koopvaardij-
pensioenfonds nog iets meer dan 3£
millioen en en tenslotte niet minder
dan 14 millioen voor de kosten van
de Noodvoorziening ouden van dagen
wegens vrijstelling van een bedrag
van 100 aan eigen inkomsten van
de inkomstenaftrek.
Het tekort op de kapitaalsdienst
wordt weer gedeeltelijk gedekt door
het overschot op de „dagelijkse uit
gaven". Dit betekent, dat het rijk
niet meer behoeft te lenen dan strikt
noodzakelijk is, teneinde de kapitaal
markt zoveel mogelijk ter beschik
king te laten aan lagere publiekrech
telijke organen en het particuliere
bedrijfsleven.
Het niveau van de rijksuitgaven is
natuurlijk akelig-hoog. Voor het eerst
is in de millioenen-nota hieraan bij
zondere aandacht besteed. Elders op
deze pagina treffen onze lezers een
beeld-statistiek aan, waarin de uitga-
het rijk zijn aangegeven in
procenten van het Nationale Inko
men. Daaruit blijkt, dat dit percen
tage de laatste jaren schommelt tus-
len de 25 en 30 procent- Voor 1953
Jvordt het Nationaal Inkomen geschat
op 21 milliard, zodat het bedrag der
rijksuitgaven van f 5.511 millioen
hiervan meer dan een kwart, nl. 26
In 1938 maakten de rijksuit
gaven 19 pet. uit van het Nationaal
Inkomen. Het hoge percentage baart
zorg, maar er zal voorlopig niet aan
zijn te ontkomen, vooral niet wegens
de hoge uitgaven voor de defensie en
voor rente en aflossing van de Na
tionale Schuld, waarbij dan nog ko
men structurele wijzigingen in
volksleven.
Bijgewerkt
Ook bevat de nota weer een „bij
gewerkt" beeld van de begroting van
het vorige jaar. Hieruit blijkt, dat het
aanvankelijke overschot van de „da
gelijkse uitgaven" (Gewone Dienst,
Buitengewone Dienst I en het tekort
van het Landibouw-Egalisatiefonds)
van 310 millioen is .verminderd met
113 millioen tot 197 millioen. Daar
bij is het tekort op de Kapitaaldienst
van 572 millioen gestegen met 236
millioen op 808 millioen. Een en
ander heeft tot gevolg gehad, dat het
gehele tekort over 1952 is gestegen
met 349 millioen, nl. van 262 mil
lioen tot 611 millioen. Wie dit in
het oog vat zal het duidelijk zijn, dat
er in de cijfers voor 1953 ook nog heel
wat kan veranderen, voor de -olgen-
de begroting wordt ingediend!
Wat de inkomsten betreft, die gro
tendeels uit de belastingen komen,
valt Het op, dat met name de -p-
brengst van de omzetbelasting maar
eventjes op 100 millioen minder ge
raamd wordt dan Li de aanvanke
lijke begroting-1952. Aan invoerrech
ten wordt f 50 millioen minder ver
wacht, terwijl de loon- en inkomsten
belasting 80 millioen minder zullen
opbrengen. In totaal een behoorlijke
aderlating voor de schatkist- Er was
echter uitkomst: de vennootschaps-
inkomsten
de Staatsmijnen 40.000, bij kleinere
rijksinstellingen nog zo'n 5000, voorts
bij de provincies 7000 en bij de ge
meenten 150.000, dan ziet men,
ii\ dienst van d Overheid-in-brede
zin niet minder dan 350.000 mensen
hun brood verdienen.
In zijn slotbeschouwing komt minis
ter Van de Kieft feitelijk tot de con
clusie, dat men met betrekking tot
de vooruitzichten niet ho moet roe
pen, voor men over de brug is. Ze
ker, er zijn verschillende gunstige
factoren. De betalingsbalans is ver
beterd, het dekkingspercentage van
de internationale handel is van 66 ge
stegen tot 92. Bij de Europese beta
lingsunie is er een overschot van 1126
millioen gulden in het betalingsver
keer, terwijl de schuld bij de E-B.U.
werd omgezet in een vordering van
654 millioen. De goud- en deviezen
voorraad overschreed de 3 milliard.
Allemaal aanwijzingen, dat er een
evenwichtige economische en finan-1
ciële ontwikkeling, vergeleken met
een paar jaar geleden, gaand2 is.
Maarde verbetering van deze ex
terne positie is gepaard gegaan met
andere verslechteringen. De defensie-
inspanning raakt de aanloop-periode
voorbij en zal daarom meer offers
gaan vragen. De binnenlandse pro
ductie is teruggelopen en er is een
grotere werkloosheid ontstaan- Het
gevolg van een en ander is, dat de
noodzaak zich heeft voorgedaan, een
zekere accent-verschuiving te
werkstelligen van de betalingsbalans
naar de werkgelegenheid.
NlET-BElAST/NG
INKOMSTEN
352 ML n
DE STAAT ONTVANGT f 5.124.000.000
de ingediende sectoren een aanzienlijke stijging van het
staatsbegroting voor 1953 kan menuitgavenniveau is op te merken. Onge-
moeilijk conclusies trekken, omdat inmid
dels éen nieuw kabinet is opgetreden,
terwijl de ramingen grotendeels door het
afgetreden kabinet-Drees zijn opgesteld.
Het is te voorzien, dat diverse Nota»
van Wijzigingen in de komende maan
den zullen worden ingediend, welke het
totale begrotingsbeeld ongetwijfeld be
langrijk kunnen beïnvloeden.
De begroting 1953 staat m belangrijke
mate in het teken der defensie-inspan
ning. Ongeveer 1250 millioen is ervooi
uitgetrokken, hetgeen neerkomt op 7.15
pet van het geraamd nationaal inkomen.
Een zware belasting van 's Rijks finan
ciën en daarmede een loodzwaar gewicht
op het Nederlandse volk.
Het deficit op de gehele dienst der
staatsbegroting wordt geraamd op 492
millioen. Laat men echter de kapitaal-
dienst buiten beschouwing (deze mag
immers middels leningen gefinancierd
worden), dan komt men tot een
delig saldo van 131 millioen.
De begroting voor 1953 kan men
sluitend noemen, een bevredigend resul
taat tenminste als de werkelijke ont
vangsten en uitgaven straks niet tegen
vallen.
veel te hoog niveau bereikt.
De Millioenennota spreekt van een aantal
zorgwekkende aspecten en moet consta
teren, dat bij verschillende „normale"
dat op een gunstige betalingsbalans
blijvend mag worden gerekend en
het is fout, wanneer men in de spec
taculaire verbetering van onze de
viezen- en goud-positie een maatstaf
zien voor de toekomstige ontwik
keling van de Nederlandse economie.
uitgaven
819 SOC.VOORZIEN INGEN
EMIGRATIE. V0LKSGEZ0NDH
EN VOLKSHUISVESTING
het nationaal inko
men gaat weg aan de Rijksuitgaven,
tegenover 19 pet. in 1938.
Met zulk een torenhoog uitgavenbud-
get, waarin zo weinig elasticiteit zit, voe
len wij ons niet op ons gemak. De Re
gering blijkbaar ook niet, want zij merkt
op, dat een onverhoopte algemene terug
gang van de conjunctuur onze Staats
huishouding voor welhaast onoverkoom
bare moeilijkheden zou plaatsen. Want
dan zal de overvloedige stroom der be
lastingopbrengsten heel wat smaller wor
den en is het draagvlak van de uitgaven-
last veel te klein.
En moet men niet rekening houden
met mogelijke magere jaren? De devie-
NATI0NALE SCHULD
belasting maakt alles weer goed:
deze zal naar verwachting nl 26C
millioen meer opbrengen dan aan
vankelijk voor 1952 was verwacht.
Overheidsbiood
Het aantal ambtenaren wordt in de
begroting-1953 geschat op 102.363, te
gen vorig jaar 99.304. Daarbij komen
dan nog een 10.000 mensen zonder
volledige dagtaak, langdurig zieken,
geschorsten enz. De werkelijke sterkte
van het rijkspersoneel ligt lager: op
31 Juli 1952 waren er 97435. Wanneer
men nu weet, dat er bij de P.T.T.
nog zo'n 50.000 mensen werken, bij
en boer en ik blijf boer; ik wil
n voor een redelijk inkomen
erkers op sociaal-economisch
antwoorde en goed geleide bedrijven. Ik
vil verhoging van de agrarische pro
ductie en daarom zal de activiteit var
de voorlichtingsdiensten en research
instellingen worden opgevoerd. En ik
ben blij. dat ik weer meer kan doen
>r de bestrijding van de werkloosheid
de agrarische gebieden, nu voor de
cultuurtechnische werken 18% millioen
beschikbaar komt dan verleden
jaar voor 1952 was voorzien.
Maar. zo vervolgde hij. hebt U niet
og een pakje voor my" r ~jg
.en tekort van 80 mil
lioen op het Landbouw-
Egalisatie-fonds. Tut-tut,
niet te heetgebakerd,
antwoordde minister Van
de Kieft. hier is het al. Maar hebt U
dat allemaal werkelijk npdig? Daar zit
hem nu juist de kneep, was de repliek:
Ik heb nog
dat weet ik werkelijk niet. Ik kan nl
vooruitzien, hoe de ontwikkeling
de marktprijzen zal zijn. Bij de
beschouwing van mijn cijfers moet dan
ook het grootst mogelijke voorbehoud
worden gemaakt. Zo heb ik aangenomen,
dat er voor de aankoop van tarwe ge
noeg dollars zullen zijn, terwijl andere
aankopen ca. 40 pet in dollars kunnen
worden gerealiseerd. Het is echter maar
afwachten.
Toen lag er nog een groot pak op de
ministeriële tafel. Blijkbaar had de
bewindsman geen zin gehad, de „overige"
verdelen.
ling LunsBeijen vertellen.
Daarbij is een millioen voor
aankoop van gebouwen in het
buitenland, terwijl de
blyfsvergoedingen voor
ambtenaren in het buitenland ook
hoog moeten, vanwege de levens
standaard. En prof. Kernkamp, die
binnenkwam met een spiksplinter
nieuwe tropenhelm, kreeg voor zijr
Uniezaken en Overzeese rijksdelen
95% millioen. Hij wil ambtenarenwo-
ningen bouwen in Djakarta voor het
personeel van het Hoge Commissariaat.
Nieuw-Guinea wil hij voorlopig maar
evenveel geven als in 1952, nl. 12%
millioen. Ten behoeve van Nederlanders
in Indonesië meent hij ditmaal 5,8
millioen nodig te hebben.
De rest van het grote bedrag is voor
algemeen en financieel bestuur, pen
sioenen enz. De gemeenten zullen wel
weer 10.3 pet van de daarvoor aange
wezen rijksbelastingen krijgen. Overi
gens moet dit percentage nog bij de wet
worden vastgesteld. Tenslotte wordt er
105 millioen afgeschreven.
Toen de uitdeling afgelopen was.
krabde de September-Sint zich pein
zend achter zijn oor. Ik heb nu wel
dan vijf en een half milliard uit
gedeeld, maar mijn inkomsten zijn byna
half milliard minder. Hoe moet ik
dan vorig 685,2 millioen verdej
0verander Maar daar zat ruim 53 m
verzekerde hij. J Buitenlandse Zaken, zo hoorde de twee-1 ogenblik wist hij het nog niet.
Nieuwe werken zullen worden aangepakt
[IET LIGT IN DE BEDOELING, in 1953 grote bedragen aan
overheidsgeld te investeren. In de begrotingen komen aan
burgerlijke investeringen voor dat jaar bedragen voor tot in totaal
209 mijlioen gulden, terwijl aan militaire investeringen een bedrag
van 347 millioen is geraamd. Het totale investeringsprogram omvat
werken tot een bedrag van f 2.621 millioen. Hiervan is vóór 1953
uitgegeven f 1140 millioen, zal in 1953 f 556 millioen beschikbaar
worden gesteld en zal in volgende jaren nog 925 millioen gulden
moeten worden uitgegeven.
raad te 's-Gravenhage krijgt er twee
verdiepingen op, Dordrecht krygt
nieuw ykkantoor en er wordt een
leiding gelegd van Hoorn naar 1
huizen. En natuurlijk gaan de werk
zaamheden in de Noord Oostelijke
Polder voort, terwijl de inpoldering van
de Oosterpolder in versterkte mate ter
hand genomen wordt.
Voor werkgelegen
heid f 200 mill, meer
Ter bevordering van de werkgelegen
heid wordt in de begroting-1953 onge
veer 200 millioen gulden meer uitgetrok
ken dan vorig jaar. Ten laste van de
Rijksgebouwendienst komt nu f 65 mil
lioen (vorig jaar 37), van Waterstaat 170
millioen (v. j. 140), van het Zuiderzee-
fonds 108 millioen iv. j. 88), vai
Staatsmijnen 87 millioen tv. j. 62)
Verscheidene werken kunnen in 1953
worden aangevat, terwijl vele andere
natuurlijk wordem voortgezet. Voor de
verdere restauratie van het Huis ten
Bosch wordt 435.000 op de begroting
gebracht. Verder wordt in 1953 be
gonnen met de bouw van een Centraal
Vrouwengesticht (gevangenis):
Leidse universiteit komt een vleugel
physische scheikunde en wordt het
zoölogisch laboratorium uitgebreid,
evenals de afdeling voor neus-, keel- en
oorkunde. In Utrecht wordt een kliniek
voor tandheelkunde gebouwd
instituut voor parasitaire en infectie
ziekten enz. Groningen krijgt een
bacteriologisch en een zoölogisch labora
torium. Het Openlucht-museum in
Arnhem wordt verbouwd, de Koninklijke
Bibliotheek te Den Haag wordt uitge
breid, het departement van Financiën
in de Residentie krijgt voor 400.000
centrale verwarming en het belasting-
bebouw aan de Zuid-Binnensingel te
)en Haag wordt uitgebreid. Voor
Marine worden 6 „warehouses" gebouwd
benevens een loodsafhaalvaartuig. Aan
het aanbrengen van knrpperlichten bij
overwegen wordt 300.000 besteed. Op
het vliegveld Schiphol .wordt een start
baan verlengd. Aan het gedeelte Mui
denNaarden van rijksweg no. 1 wordt
anen; de verbetering bij de Haagse
uw krijgt haar beslag: bij Dieren
wordt rijksweg nr. 48 verlegd de rijks
weg door Vugnt wordt begonnen en het
gedeelte RothemMaastricht van rijks
weg no. 75 is aan de beurt. Verder
wordt gegaan met de tunnelbouw bij
Velsen, de indijking van de Braakman
en de landaanwinning in Groningen en
Friesland. Het gebouw van de Octrooi- ruiming.
de Cultuurtechnische Dienst
Staatsbosbeheer 50 millioen (v. j. 28),
terwijl op „verspreide" posten f 50 mil
lioen meer is uitgetrokken dan vorig
jaar. Stond tenslotte op het hoofdstuk
„Onvoorzien" verleden jaar aanvanke
lijk voor werkloosheidsbestrijding slechts
een post van f 15 millioen. voor 1953 is
een bedrag geraamd van f 45 millioen,
nl. 40 millioen voor „kosten werkgele
genheid". zulks teneinde bij stijging van
de werkloosheid onverwijld maatrege
len te kunnen treffen, en f 5 millioen
ten behoeve van maatregelen ter voor
bereiding van toekomstige werkver-
zijn ongetwijfeld door
betere handelsbalans de laatste tijd be
langrijk toegenomen, maar zijn we niet
erg kwetsbaar door geringe, geografische
spreiding van onze export en onze on
gunstige ruilvoet? De Regering spreekt
als haar mening uit, dat op een zo gun
stige betalingsbalanspositie, als Neder
land in de afgelopen twaalf maanden
heeft gekend, niet blijvend kan worden
gerekend en dat voorzichtigheid t.a.v. de
externe positie van ons land geboden
blijft.
De onzekerheid voor de toekomst
demonstreert zich ook t.a.v. het werk
gelegenheidsvraagstuk. Voor de werkge
legenheid is op verschillende hoofdstuk
ken der begroting circa .200 millioen
meer uitgetrokken dan in de oorspron
kelijke begroting van 1952. Het spook
der werkloosheid blijft ons land aan
grijnzen en de strijd daartegen ziet de
Regering als een der voornaamste
doelstellingen van het overheidsbeleid.
De bestrijding der werkloosheid zal
vooral grote aandacht vragen, als een
internationale conjunctuurdaling in
toenemende mate om zich heen zou
grijpen.
TJDE staat het nu met de inkomsten
-LJ- van het Rijk, welke het draag
vlak van de hoge uitgaven vormen?
De middelen bestaan hoofdzakelijk
uit belastingen, waarvan de opbrengst
4499 millioen wordt begroot,
tégenover vorig jaar (herziene ra
ming) 4824 millioen. Ongeveer de
helft van de belastingen drukt op in
komen, winst en vermogen, terwijl de
andere helft uit z.g. verbruiksbelastin
gen komt.
Verschillende belastingopbr en gsten
zijn lager geraamd, zoals b.v. de om
zetbelasting, de inkomstenbelasting, de
invoerrechten.
In het komend jaar verwacht men,
dat er ongeveer 375 millioen minder
belastinggelden zullen binnenkomen.
De tendens van een daling der rijks
middelen is dus onmiskenbaar aan
wezig.
OPMERKELIJK is hetgeen medege
deeld wordt over de kaspositie van
het Rijk. Gelijk men zal weten, is deze
de laatste tijd erg gunstig, maar de
Millioenennota is voor het volgend
jaar in dit opzicht niet optimistisch.
Veel hangt af, volgens de Regering, van
de in 1953 heersende algemene economi
sche verhoudingen en de situatie op de
geld- en kapitaalmarkt. Zou het nood
gedwongen komen tot geldschepping, dan
zou het monetair evenwicht daardoor
beïnvloed worden.
kapitaalmarkt is reeds lang zó
schaars, dat grote staatsleningen moei
lijk opgenomen zouden kunnen worden.
Te meer, daar de Regering de finan
ciering der lagere overheidsorganen en
i het bedrijfsleven zoveel mogelijk
jrrang wil verlenen. Het gebrek aan
voldoende kapitaalvorming in ons land
is duidelijk. Wel is aan de ontsparingen
grotendeels een einde gekomen, maar
vormt de zware belastingdruk geen be
lemmering voor een voldoende voeding
in de kapitaalmarkt?
De staatsbegroting voor 1953 geeft als
eindindruk nog niet het beeld van een
gestabiliseerd budget. De grote proble
men van bewapeningsfinanciering, werk
gelegenheid en betalingsbalans illustreren
de onzekere periode op allerlei gebied,
waarin wij leven. Zolang internationaal
de onrust en bewegelijkheid voortduren.
niet verwachten, dat hier te
lande de stabilisatie kan intreden.
Gij betaalt, maar
niet voor niets
Evenals vorig jaar is er een gepo
pulariseerde uitgave van de Millioe
nennota verschenen. Het is een publi
catie van het ministerie van Finan
ciën, geschreven door een kundig
journalist. Het boekje is tegen de prijs
van 18 cent verkrijgbaar aan de post
kantoren. Wij achten deze nieuwe
uitgave meer geslaagd dan die van
het vorig jaar. ,.Gy betaalt, maar n i e
voor niets" is de ondertitel. En in het
werkje wordt op zeer bevattelijke en
objectieve wijze uiteengezet, hoe d»
overheid aan haar inkomsten komt'
en hoe de uitgaven worden besteed.
Het werkje dat de moeite waard is
aangeschaft te worden, is met dikwijls
geestige tekeningen verlucht Om
onze lezers een indruk te geven van
de wijze waarop een en ander is ver
werkt, geven wij één citaat: „Wij
zouden er verder op kunnen wijzen,
dat het kleinste potje voor de buiten
landse betrekkingen is ruim 54 mil
lioen). Maar kleine potjes hebben
vaak grote oren. Zo moet het met
onze diplomaten op buitenlandse posten
ook zijn. Het kan heel belangrijk zyn
wat zij daar allemaal horen. Overigens
is volgens sommigen in dat vak een
grote mond ook niet misplaatst. Laat
ons het er op houden, dat het althans
geen kwaad kan, zijn woordje te kun-
*"?n meespreken."
Op de omslag komt een geopende
schatkist voor, in welker deksel in
percentages is aangegeven de verde
ling van het budget over belangrijk*
onderdelen van de staatstaak.