QUEEN MARY
c
wereldreió van eeó en ^^reeó s^navel
wordt 85 jaar
G2. In Brussel eet het gezelschap „Chez la
mère Catherine" een feestmaaltijd met drie en
twintig gangen, waarvan zeven verschillende
soorten ijs als dessert: ijs met mokka, ijs met
marasquin, ijs met chocolade, café glacé, ijs
met ananas, ijs met perzik (bijgenaamd Pêche
Melba) en ijs met slagroom. Als de wereld
reizigers na vijf kwartier aan een stuk geijsd
te hebben, eindelijk opstaan, vertonen de sna
vels van Willy en Jimmy een randje ijskegels,
terwijl Trees plotseling wintertenen heeft ge
kregen. Kees beweert, dat hij inwendig bevro
ren is, alsof hij een nachtje in een ijskast had
gezeten. „Als ik straks in het zonnetje kom,
loopt het water vast uit mijn broekspijpen",
voorspelt hij.
63. Aan de Franse grens moeten de reizi
gers naar het douanekantoor en worden er stuk
voor stuk streng gefouilleerd. Uit de vele on
uitputtelijke zakken van Willy Walker komen
elf pakjes rooktabak, vijf pakjes lichte en drie
pakjes zware shag, zeven doosjes cigarillos en
honderd en twintig Engelse sigaretten, bene
vens een doosje peukjes. Deze Wereldtentoon
stelling moest de Franse schatkist eigenlijk
vijf honderd zeven en tachtig francs en ver-
tig centimes opbrengen, doch als Willy geneigd
blijkt een deel van zijn ereschuld in sigaret
ten te voldoen, valt de boete aanmerkelijk
mee. In de beste verstandhouding nemen we
reldreizigers en douaniers afscheid en voort
gaat de tocht, Frankrijk in.
61. Als het vriendelijk zonlicht weer over de
Brabantse bossen en velden straalt, moeten
Kees en Trees een opname maken van Jim
my en Willy in hun historische costuums. Jam
mer dat de brave Lampepit, burgemeester
Bombardon en mejuffrouw Serline Spaats niet
uitgenodigd konden worden de plechtigheid ho
gere luister by te zetten door hun tegenwoor
digheid. Maar Trees vindt het zo al mooi ge
noeg. „Jullie konden regelrecht weggelopen
zijn uit het museum van wassen beelden",
zegt ze. „Als je die apenpakjes aantrekt, wan
neer we terugkomen in Waterland, dan den
ken ze dat jullie generaals geworden zijn bij
de Bosjeseenden. Jullie hoeft je dan alleen
maar met kachelzwart in te smeren."
64. In het welvarende dorpje Pont de Canard
is juist een konijnententoonstelling uitgebroken,
als de Alligator, luid toeterend, het feestlijk
versierde marktplein bereikt. De Vlaamse reu
zen, die nog nooit zo'n monster hebben gezien,
breken los van de palen, waaraan ze gemeerd
lagen en huppelen met allerlei kromme spron
gen voor Kees en Trees uit. Ze verwekken
een paniek onder de boeren, burgers en buiten
lui, die het vege lijf in winkels en proefloka
len pogen te bergen. Jimmy verricht als chauf
feur wonderen van behendigheid, om de Alli
gator te volgen en Willy draait de ene meter
film na de andere, doof voor het woedende
gesnater van de menigte. „Cochou, cochou",
wordt er geschreeuwd, maar daar Willy niet
zo heet, schenkt hy er geen aandacht aan.
65. Doch één der Vlaamse reuzen, gewoon
aan de bekrompen omstandigheden van zijn
hok, is al spoedig uitgeput van de ongewone
wedloop. Hij gaat dwars over de weg zitten
en trekt hooghartig zijn neus op voor Kees'
nijdig getoeter. De Alligator duikt dus rechts
zijwaarts in het kanaal en ontsnapt zodoende
nog juist aan de achtervolging van de woeden
de konijnenfokkers. Maar Jimmy en Willy heb
ben geen kans, de levende barricade te passe
ren en weldra zijn ze door heel de mannelijke
eendenbevolking van Pont de Canard ingesloten
en overmeesterd' Het ziet er slecht voor de
arme cineasten uit, want de brave dorpelin
gen willen meteen hun dierbare Vlaamse reu
zen terug hebben en Jimmy noch Willy heeft
er een in hun binnenzak.
66. Lucien Gaspar Lebec, de maire van Pont
de Canard, houdt een toespraak, waarin hij on
der de aandacht van de autobandieten brengt,
dat zeventien stamboekkonijnen, waarvan twee
gouden en vier zilveren medaljes, benevens zes
eervolle vermeldingen, zijn ontsnapt. Afgezien
van de schade, die de voortvluchtige knaagdie
ren zullen toebrengen aan woningen, opstallen
en te velde staande gewassen, wordt het ge
leden verlies door hem op ruim vijftienhonderd
francs begroot. Alleen wanneer Jimmy en Wil
ly plechtig beloven, de losgebroken konijnen
te vangen en franco bij de rechtmatige eige
naars terug te bezorgen, zullen zij op vrije
voeten worden gelaten. Nu, de twee cineasten
beloven natuurlijk, dat ze hun uiterste best
zullen doen.
Wekelijkse bijlage Zaterdag 24 Mei 1952
EEN LAATSTE HERINNERING UIT EEN GROOTS VERLEDEN
Verwachting van Koningin Victoria ging in vervulling
ER leven in Engeland op het ogen
blik drie vrouwen, die Koningin
zijn of geweest zijn: overgrootmoe
der Mary, die voor de Brit Queen
Mary bleef, grootmoeder Elizabeth,
de koningin-moeder, en moeder Eli
zabeth, de huidige vorstin.
Drie koninginnen, die spreken tot de
verbeelding van het Engelse volk, elk
op haar eigen manier. Queen Mary
als een laatste herinnering uit een
groots verleden, waaraan de Brit nog
zo gaarne mag terugdenken. Koning
in-moeder Elizabeth als de vrouw, die
de harten veroverde in de tijd, dat
het koningshuis een crisis doormaak
te tengevolge van de abdicatie van
Edward VIII en als de weduwe, die
nog treurt om het smartelijk verlies
van een geliefde echtgenoot. En ten
slotte Elizabeth, moeder van twee
lieve kinderen, als symbool van ver
nieuwing, van jeugd en kracht en van
nationale eenheid.
In de komende dagen is de aan
dacht speciaal gericht op de oudste
dezer vrouwen: Queen Mary. Maan
dag a.s. zal het 85 jaar geleden zijn,
dat zy het levenslicht aanschouwde.
TOEN op 26 Mei 1867 prinses Ag
nes Augusta Victoria Maria Louise
Olga Pauline Claudine von Teek werd
geboren, was er al iemand, die haar
zag als de toekomstige koningin van
Engeland. Deze iemand was niemand
minder dan de grote koningin Victo
ria, uit wier dagboeken duidelijk
blijkt, dat ze „prinses May", zoals ze
genoemd werd, als het ware gescha
pen beschouwde voor het bekleden
van die hoge positie. Het kleine prin
sesje moet reeds vlak na de geboorte
beeldschoon geweest zijn. Zelfs ko
ningin Victoria, van wie bekend is,
dat zij nu niet bepaald overliep van
bewondering voor het uiterlijk van
koninklijke babies, gaf een enthou
siaste beschrijving van „heel donker
blauwe ogen, een rozeknopje van een
mondje, een frisse rose-witte gelaats-
De dood van Allaert Beiling
In ons Zondagsblad van 10 Mei
j.l. werd in het artikel over Schoon
hoven herinnerd aan Allaert Beiling,
die tijdens de Hoekse en Kabeljauw
se twisten werd veroordeeld om levend
begraven te worden. Hij verzocht en
verkreeg een maand uitstel om in
Gouda geld te lenen teneinde zich vrij
te kopen. Men wilde hem echter in
de pijpenstad niet helpen, waarom
hij naar Schoonhoven terugkeerde,
waar het vreselijke vonnis aan hem.
voltrokken werd.
Door velen werd Beiling als een
„grote dwaas" beschouwd. De heer
J. Maasland te Schoonhoven deelt ons
echter mede, dat in zijn schooljaren
Beiling de kinderen werd voorgesteld
als voorbeeld van een man, die on
der alle omstandigheden zijn woord
hield. Zijn ja was werkelijk ja, ook
al kostte het hem zijn leven. En zo
werd „de grote dwaas" door anderen
weer als een held vereerd. De heer
M. herinnert in dit verband aan het
bekende lied van dr. J. P. Heye:
Een man een man, een woord een
woord! O fikse leus van vroeger dagen.
Dit zeer uiteenlopend oordeel zal
o.i. wel zijn oorzaak vinden in het
feit, dat de dood van Beiling door ve
len als wraakneming wordt beschouwd.
Als dat inderdaad zo was, dan rijst
natuurlijk de vraag: Mocht Beiling zijn
vijanden in de gelegenheid stellen
hun boze plan uit te voeren?
kleur en een volmaakt figuurtje".
Dit schreef onlangs Marion Crawford,
die geruime tijd bij de Britse konink
lijke familie in dienstbetrekking is
geweest en met name koningin Mary
van zeer nabij heeft meegemaakt.
Prinses Mary is inderdaad koningin
geworden. Koningin Victoria heeft
niet meer meegemaakt, dat haar wens
in vervulling ging, want het was al
1910 geworden, voordat zij als gema
lin van George V koningin van Enge
land werd. Toch heeft het niet veel
gescheeld, of zij was nooit vorstin
geworden. Ze is n.l. eerst verloofd ge
weest met de troonopvolger, prins
Albert, wiens vader, Edard VII, een
zoon van koningin Victoria was. Prins
Albert stierf in 1892, toen zijn vader
nog kroonprins was, geheel onver
wacht aan een longontsteking. De jon
gere broer van de overleden prins,
George Frederik Ernst Albert werd
toen troonopvolger. Deze was nog on
gehuwd toen zijn broer stierf. Wan
neer prinses Mary toen al gehuwd
geweest en dus weduwe geweest zou
zijn, zou George zich wellicht een an
dere gade gekozen hebben, dan hij
kort daarna deed. En toen hij als
George V in 1910 zijn vader Edward
VII opvolgde, zou niet Mary, maar
een andere vrouw, koningin zijn ge
worden. Zo is het echter niet gegaan.
Het smartelijk verlies trof prinses
Mary, toen zij nog met
prims Albert verloofd
was. En zo kon zij ruim
een jaar daarna, op 6
Juli 1893, in het huwe
lijk treden met George,
die op 3 Juni 1865 ge
boren werd en dus bijna
twee jaar ouder was
dan de prinses.
Het echtpaar werd
gezegend met zies kin
deren, waarvan er nog
dirie in leven zijn. De
oudste zoon, Edward,
die ongeveer een jaar
koning is geweest, leeft
thans als hertog van
Windsor in Amerika;
Albert, die als George
VI bijna vijftien jaren
heeft geregeerd, over- sieiu/iy
leed in Januari van dit
jaar; Mary, de enige dochter, is
gehuwd met de Earl of Harewood;
Henry is de hertog van Gloucester;
George kwam als hertog van Kent
in de jongste wereldoorlog op 39-ja-
rige leeftijd om het leven bij een
vliegramp met een RAF-toestel en
John, de jongste zoon, stierf reeds op
13-jarige leeftijd. Koningin Mary
heeft bovendien nog negen kleinkin
deren en drie achterkleinkinderen.
EEN van de moeilijkste perioden ia
haar leven was de tijd, die volg
de op het overlijden van haar gemaal,
George V. Haar zoon Edward had de
troon bestegen maar leidde een par
ticulier leven, dat niet in overeen
stemming was met dat, wat van hem
als koning van het Britse wereldrijk
werd verwacht. Men kent de ge
schiedenis: Edward VIII gaf een ko
ninkrijk weg voor een vrouw, de
Amerikaanse mrs. Simpson Hij nam
daarmede voorgoed afscheid van En
geland en vestigde zich in Amerika.
Het moet voor koningin Mary heel
wat geweest zijn, haar oudste zoon
te zien weggaan, temeer, daar zij
zeer gekant was tegen het huwelijk
met mrs. Simpson, dat op het ver
trek volgde.Ze was toen al de 70
gepasseerd en menselijkerwijs ge
sproken zou ze hem niet weerzien.
Toch heeft ze hem na vele en lange
jaren mogen terugzien, zij het onder
zeer droeve omstandigheden. Het was
ter gelegenheid van de begrafenis van
haar zoon George VI in Februari jl.
De hertog van Windsor heeft toen ge
ruime tijd bij zijn moeder gelogeerd.
Het wederzien zal hartroerend ge
weest zijn. We kunnen ons zo leven
dig voorstellen, hoe een moeder haar
oudste jongen, ook al was die „jon
gen" al dicht bij de 60 en de moeder
bijna 85, ontvangt na een scheiding
van bijna vijftien jaren. Ze had
juist een zeer beminde zoon verloren
en voelde dus des te meer de vreug
de, die de tijdelijke terugkeer van
de verloren zoon haar schonk. Het
is niet bekend, of hij naar Enge
land zal reizen om de verjaardag van
zijn moeder te viereh, voor zover er
in de gegeven omstandigheden van
enige viering sprake zal zijn.
DE Engelse natie is zeer aan haar
vorstenhuis gehecht. En zij leeft
hartelijk mee in blijde en droeve da
gen.
De oude Koningin Mary heeft een
grote en goede plaats in het hart van
het Engelse volk.
Dat een vorstelijke, wijze groot
moeder een gezegende invloed kan
verspreiden in haar naaste omgeving
dat weten wij, Nederlanders,
maar al te goed. Bij de oudere gene
ratie is Koningin Emma nog lang niet
vergeten.
Zulk een plaats neemt ook Konin
gin Mary in Engeland in.
Zy heeft de ouderdom der zeer „ster
ken" nu reeds vijf jaar overschreden.
Reeds lang is haar levensavond ge
vallen.
Blijve in de tijd, die haar nog
rest, die levensavond helder en van
stormen vrij. En overgoten door d«
glans van Gods genade.