Het politienieuws 11 <*~üanuit de diepte der zee-, tn de. X knipt ZONDAGSBLAD 28 APRIL 1952 van iwee werelden Vooral de tweede wereldoorlog bracht grote verwarring TOEN ik onlangs een pijl en boog ten geschenke kreeg, afkomstig van een Bergpapoea op Nieuw-Guinea zag ik in geda chtcn. de voormalige bezitter, een kleine, donkergetinte. krulharige Papoea de rotanboog opheffen, de bamboe„pees" spannen en de lichte bamboepijl, voor wen van een bewerkte houten punt van ongeveer een dm. lengte, waarvan de spits 1n vergif was gedoopt, voortsnor ren naar de prooi, misschien wel een varken, dat kort daarna gebraden en verorberd zou worden. Eeuwen scheiden ons van voorvade ren. die sledhts steen en hout konden combineren en het geheim van het ge bruik van metalen nog niet kenden, maar denkend aan Nieuw Guinee zien we enerzijds die Papoea's, die nog steeds in het stenen volgens sommi gen liever bamboe tijdvak leven en anderzijds die rasgenoten, die zoveel blijk hebben gegeven van technisch kun nen. dat ze reeds als bruikbare mon teurs dienst doen; zij het ook dat er helaas een gruwelijke oorlog voor no dig was om hen van het bamboetijd perk in het metalen tijdvak te smijten, want zo mogen we deze plotselinge over gang toch wel noemen. Terwijl de boog in mijn hand rustte, viel de wereld van heden om me weg. een wereld waarin we deels benijdens waardig geciviliseerd en deels afkeuren- waardig barbaars leven, en waarin de mens zo dikwijls heerser over de na tuur schijnt te zijn, en die andere we reld doemde voor me op. waar de van groeikracht barstende natuur primair is en de mens klein, angstig, nietig, weg gedoken is in een zee van groen die hem volkomen opslorpt. Maar, ondanks alles, mensen „van de zelfde beweging als wij", met hun deugden en ondeug den en levend in maatschappelijke ver houdingen waarin wantrouwen, intrige en vijandschap al evenmin onbekende verschijnselen zijn. Neen. voor idealiseren van die „pri mitieve" maatschappij is geen reden, maar dikwijls evenmin voor het ideali seren van alle maatregelen die andere rassen er hebben genomen; welke mens kan trouwens elders het paradijs bren gen? Hoeveel valse voorlichting bestaat er niet, die een scheef beeld van die verre streken ophangt? Hoeveel welden kende Amerikanen zijn er niet, die we ten dat Hollywood met zijn Zuidzeefilms een caricatuur van de werkelijkheid geeft? En menig Amerikaans soldaat is (Vervolg van pag. 4) Een armband voor Moeder In de huiskamer was het vreemd stil, na het rumoer in de bus en de drukke begroeting voor de deur. Koelte en stil te deden hem goed als een fris bad. Hij was er even verbouwereerd van en zag, alsof het in een andere kamer was, zijn vader en moeder op zich toekomen. Het eerste wat hij weer helder bewust on derging. was hun samenzijn. Er woel den zoveel gedachten rond in hun hoof den, dat zij niet wisten, welke het eerst uit te spreken. „Dat je er weer bent, jongen.. God zij dank." Hij knikte maar en slikte de versper ring uit zijn keel weg. De lieve, vertrouwde gezichten, het tikken van de klok, het scheepje in de fles, het orgeltje Hij kon er niet ge noeg van krijgen. Zijn vader stond op om een sigaar te nemen. Hij beet het puntje er at «>als vroeger zag Joost en trok een ernstig gezicht, als hij er vuur in zoog. Ea langzaamaan, terwijl de dingen hem be groetten en goedmoedig in hun midden opnamen, als een ingewijde, en de ouders om strijd hun vreugde betuig den. begon ook In hem de blijdschap te zingen met een zachte, welluidende me lodie. Plotseling stond hij op en omhelsde zijn grijze moeder. Zij glimlachte hem toe. met een gezicht dat oplichtte van innerlijke dankbaarheid. „Moedertje" zei hij. Meer niet. Maar werelden lagen in dat liefkozende woordje besloten. Terwijl hij zich over haar heen buk te, raakte zijn borstzak de hoge stoel leuning. Hij voelde de weerstand van het doosje en zijn gezicht verstrakte. „De armband". Het wijsje dat in hem /ong verstomde en even voelde hij zich terugglijden in zijn melancholie. Do moeder voelde, dat hem iets hin derde Zij streelde zijn handen: „Is er iets, jongen?" „Haar glimlach" dacht hij en een die|>e vertedering ging door hem heen. Langzaam ging zijn hand naar de borst zak. terwijl er in enkele seconden een snelle flitsing van gedachten aan hem voorbijging. .Alle liefde, geconcentreerd in een zilverspinsel. Ja, hut is goed. het is goed. Zij keek een beetje verwon derd. toen hij bijna plechtig zei „Er is niets moeder, maar ik dacht er aan, dat ik een cadeautje voor U heb mee gebracht." En terwijl haar ogen begonnen te stra len in een blijde glimj van dankbaar heid en liefde, legde hij met voorzich tige vingers de armband om haar ma gere pols. LBO J LEEUWS. er wel op zeer harde wijze ontnuchterd. Gelukkig dat de Amerikaanse regering te hunnen behoeve boeken het licht deed zien. waar in kort bestek op we tenschappelijke wijze dóen en laten van vreemde volken is beschreven en waar in de houding die men als Amerikaans militair tegenover lien mbet aannemen, is vastgelegd. Toch oefenen die verre streken nog altijd een magische aantrekkingskracht op romantische, avontuurlijk gezinde gemoederen uit en vooral als het gaat om een eiland als Nieuw Guinee, waar zelfs nog een onbekende volksstam ont dekt is en wie weet zijn er nog meer en dat ons daardoor geheim zinniger voorkomt dan de binnenlan den van Brazilië, hoewel de oerwouden daar hun geheimen evenmin spoedig prijsgeven. Herinnert u zich Kolonel Fawcett. die voor het eerst in 1922 de binnenlanden inging? Later met zijn zoon en een zekere Rimel, waarvan men sinds 1925 niets meer vernam totdat nu, 25 jaar later, de gebeenten van de drie reizigers zijn gevonden. Ze waren klaar blijkelijk door de inheemse bevolking vermoord. Er is nog iets meer nodig dan een avontuurlijk gemoed, om tot ontdekkingsreiziger „gepromoveerd" te worden. En de ontvangst mag men zich blijkbaar niet feestelijk voorstellen. Ver haalt de zendingsgeschiedenis van Nieuw Guinee ons ook niet. dat er oorspron kelijk meer graven van -zendelingen dan bekeerden waren? Het principe van: vreemd en vijand zijn één, geldt zowel voor rasgenoten als voor rasvreemden. Een schrijver over de Zuidzeevolken zegt dat de ver warring der geesten bij de inheemsen geen verwondering moet wekken. De ene blanke bleek zendeling te zijn, die heel iets anders geloofde dan de vóor- geslachten en zijzelf dus ook tot nu toe geloofd hadden. Hij veroordeelde din gen die voor hen tot heden vanzelfspre kend waren geweest en waartegen nie mand ooit had geprotesteerd, zeelui en handelaren interesseerden zich voor ge heel andere zaken en vervoerden grote hoeveelheden producten, die ze met be hulp van aangeworven of ontvoerde ar beidskrachten op gronden die van de oorspronkelijke bevolking waren afge pakt werden verbouwd, hoeveelheden die de plaatselijke behoeften verre te- boven gingen, wat in hun ogen waan zinnig scheen, de dokter en de ambte naar verrichtten handelingen, die weer sterk afweken van die der genoemde groepen en ten slotte verscheen de ro mantische wereldreiziger met zijn ca mera. die alles wat maar inheems was, prachtig vond en tegen betaling gedaan wist te krijgen wat hij maar wilde. Liefst verfilmde hij de dansen die door de zendeling als schaamteloos waren af gekeurd. Welk beeld moest nu de oor spronkelijke bewoner van de blanke krij gen? Toch paste hun geest zich in zo verre weer aan, dat ze van allerlei gin gen waarderen dat hun gebracht werd, het werd in hun eigen beschaving op genomen en er ontstond een wonderlijk allegaartje. Maar de ergste verwarring der gees ten moest nog komen: de tweede we reldoorlog. Primitieve oorlog was bar baars, maar wat de cultuurbezitters presteerden was ongekend. Gehele eilan den werden door Jappen of Amerikanen ontvolkt, bulldozers schraapten grote de len van eilanden volkomen kaal, het landschap verviel tot een lege woestijn. En nog staan in Nieuw Guinee ontel bare vliegtuigen te verroesten, worden legervoorraden die achtergelaten zijn door het oerwoud overwoekerd en aan het gezicht onttrokken. Tussen de res ten van stukgeschoten tanks groeien vruchtbomen omhoog en van de doods hoofden van de overhaast achtergelaten gedode Japanse soldaten verzamelen de Papoea's de gouden tanden. Het contact van twee werelden komt dikwijls wel op eigenaardige wijze tot stand! Welk een grote verantwoordelijk heid neemt de blanke op zich, wanneer hij na deze wereldbrand meent, bovenal op geestelijk gebied, nog iets te bren gen te hebben aan mensen, die op laag cultuurpeil heten te staan. Dit mogen al diegenen die zich op politiek gebied zo gemakkelijk tot radicale uitspraken laten verleiden, wel bedenken. Maar het maant ons allen, zonder uitzondering tot gepaste bescheidenheid in het oordelen en beoordelen. Spiraalwoordrcradse-I R. H. dan 32 liften, waaronder snel- meltoestellen! De reis naar de 77c ver dieping duurt per snel-lift 1 minuut en 10 seconden. Het gebouw kan 'n 12.000 inwoners bevatten, die gemiddeld per dag 80.000 bezoekers ontvangen. Per lift wordt per dag 100 k m. afgelegd. Gij kent de toon niet van de nacht en weet niet, hoe zij schreien de mannen ruw, de vrouwen zacht als dronkaards bakkeleien Gij leest niets in zo'n klein bericht van diepgewonde zielen en van geen wanhoop in 't gezicht, waarop de slagen vielen. En van geen kind, zo moe en klein, dat vaker in de nachten geweend heeft in die grootste pijn: vergeefs te moeten wachten. Gij leest niets van zoveel verdriet, dat achter nieuwtjes wordt geleden..., en hoort de stille woorden niet, die zwijgend zijn gebeden. Het lijden aan de achterkant bespringt ons sóms maar even Doch weet getroost God las de krant nog vóór zij werd geschreven. GOOS KAMPHUIS. T" T" T- T' T" TT 9" SO PT M 55 u IJ Al ÜO 39 EB '0 IH- 15 IL 5 J 5^ V. -'-0 A - B JA sy 1UJ II 5 Welke twee :ele kolommen i fle twee »e*4>- avenite spiraal, van bulten naa Met kleine anelle oaajes Ion •getijde. 1017 In 't voorbijgaa medelijden. 32 AH be va I lieg. 43—«0 ont- radio). 48—31 ;r. 41—44 huid* per brtoflkaart u Iter Hik Don- n aa. aan tiet bureau van dtt linkerbovenhoek bffCw.iw zijde vermelden: PiuisJe-oplosslng" zUo drie prijzen - a f3.90. 3 tl* Oplossing kruiswoordraadsel vorige Zondagsblad Verticaal: l Spinet. 1 nu. 1 b b.. 4 bée» 3 leti, 6 slaper. 7 erosie. 10 waar, 13 agent. 14 darm. 17 la. 30 oblie. 31 wenk. 22 eiland. 33 apondc. M Zr egel. 39 term*, m pool. 32 k«iu. 34 ma. X> ei. UH i.aOh/BUMVJ£ I ZONDAGSBLAD 26 APRIL 1952 De Slotvrouwe van de Keukenhof te Lisse Bij manden en manden vol wordt nu de verse vis aan wal gebracht. Vooral schol, tong en wijting zijn daarbij goed vertegenwoordigd. Met deze en ande re vissoorten, bijv. kabeljauw en ma kreel, zijn zowel heerlijke warme maal tijden als smakelijke broodbelegsels te bereiden. Waarom zouden we altijd tot het einde der week wachten met vis eten? Ook op Dinsdbg of Woensdag smaakt ze goed niet voor niets wordt een stuk gebakken gul (dat is een klei ne kabeljauw) wel een „lekkerbekje" genoemd! De rest van het menu hoeft dan geen problem te vormen; u kunt aardappelen met gesmolten boter of margarine kiezen of aardappelpuree, met daarbij spinazie, bieten, rode kool, wortelen of een sla van bladgroenten of kool. Misschien ook neemt u liever een stamppot met bladgroente? Om te bakken zijn zeer geschikt de platvissoorten: bong, schol, schar en bot, verder moten kabeljauw, tarbot en ten slotte schelvis en wijting. Deze vissen leggen we dan opengevouwen in de pan, zodat zij vlug gaar worden. Stel u even voor: gebakken vis, warm uit de pan met schijfjes citroen er bij of koud op gedaan met frisse slabladeren er omheen, en dan maar smullen! Gestoofde vis is al evenmin te ver smaden. Hierbij passen dezelfde aardap pel- en groenten-gerechten als bij het gebakken zeebanket. Maar laten we onze schelvis, koolvis of schol ook eens geven vermengd met drooggekookte rijst en gebakken uien. Saus is daarbij niet eens nodig, wel kunt u voor de liefhebbers een potje mosterd of een flesje rode sam bal op tafel zetten. Hei fileren van rondvis (bijv. schelvis) De kop verwijderen door, terwijl men de vis gestrekt houdt, langs de kieuwen de keel los te snijden en meteen de middengraat door te snijden. De kop aan beide zijden, vlak achter de sche delbeenderen, insnijden en achterover- drukken, waardoor deze er gemakkelijk afgaat. Voor het fileren een snede vlak boven de rugvinnen en langs de graat geven aan de rugzijde en naar de buikzijde toe scheren. Bij de liohaamsholte voorzich tig de zijgraten loss ui Jen. De tweede filet op dezelfde manier snijden. U wast natuurlijk de vis goed 9ohoon, vooral de holte waarin de ingewanden gezeten hebben. paalde categorie op het oog, die ik hier nu niet by name noem, omdat ik dan meer boze brieven van de uitzonderin gen op deze groep in menigte krijg. Stel u voor, dat alle mannen zulke „lijntrekkers" waren! Dan zag het er in onze wereld njef te best uit. Al schrijvend dacht ik zo: wie de schoen past, trekke haar maar aan!" Nog eens lieve, beste vrienden: lees toch goed vóór u in uw pen klimt.' M. Bakken. De vis zouten (het keukenraam open zetten!» Een ruime hoeveelheid l>ote^ margarine of olie in de pan heet laten worden. De vis wentelen door bloem of paneermeel, zodat er een dun laagte om blijft hangen. De vis in het hete vet bruin bakken aan weerszijden; al en toe de pan even heen en weer schud den. Hoe dikker de vis. des te lange» we moeten bakken. Bij dikke vissen na het bruin bakken aan één kant de pan sluiten met een deksel totdat de via aan deze kant gaar is het vlees ia dan ondoorschijnend daarna de twee de kant vlug bakken. In ieder geval zorgen dat het vet flink heet is. ander» wordt de vis onsmakelijk vet en niet mooi bruin. Na het bakken de in de pan overge bleven boter of margarine verdunnen met iets water en een paar druppela azijn of citroensap en gebruiken over de aardappelen, olie zeven in een fle^ zodat ze de volgende keer weer voor het bakken van vis gebruikt kan woe den. Kabeljauw stoven. Moten of een staart kabeljauw (ong®. veer 300 g», boter of margarine, zout azijn of schijfjes citroen (paneermeel*. De vis wassen, zouten en in een braad pan of vuurvaste schaal leggen. Het zoufe enige tijd laten intrekken. De boter of margarine toevoegen en smelten maar niet donkerbruin laten worden. De vi» in de gesloten pan zachtjes gaar stove® in ongeveer 20 min. Tegen hel eind» van de stooflijd een paar kleine gekook te aardappelen naast de via leggen c® een paar lepels stoofnat hierover schep pen. Het nat verdunnen met iets water en op smaak afmaken met azijn (kap pertjes of fijngesneden peterselie). Op dezelfde manier kan de vis in ee® open pan of vuurvaste schaal in de ove® gestoofd worden; men strooit dan eerafe wat paneermeel over de vis. Via met rijsi en uien. Hiervoor lenen zich vooral aoorten met „los" visvlees, zoals wijting, sclu-Ivi* kabeljauw, 500 g vis, 400 g rijst, 1 kg uien; boter of margarine. De rijst afmeten en wassen Ongeveer tweemaal zoveel water als rijst nemen. Dit aan de kook brengen met zout e® wassen. Ongeveer tweemaal zoveel wa ter als rijst nemen. Dit aan de kook brengen met zout en de rijst er i® strooien. De rijst gaar laten worden «na der er in te roeren. De vis schoonmaken en zachtjes gaar koken in zoveel water dat zij half derataat. Het visvlees van de graat no men en in stukken verdelen. De uie® schoonmaken, snipperen en in du Ixiter of margarine lichtbruin bakken in co® grote pan. Do rijst er door roeren e® even meebokke" Dc via door deze mia- sa mengen en desgewenst nog extra bo ter of margarine len een scheutje vl®. bouillon) toevoegen, (Wnt gebakken ui boven op het gerecht leggen' llierb# smaakt uitstokomi eon frisse «la. VOOR VROUW s Telkens een stukje loslaten Wij moeten daartoe in de eerste plaats alle egoïsme in onze ouderliefde opzij zetten, ze van heel klein af, niet te sterk aan ons binden, maar ook en dit vooral, hen in vast geloofsvertrouwen gedurig in 's Vaders handen over geven. Hen zo toch vasthouden in ons gebed. Eigenlijk is het kind slechts het eerste levensjaar helemaal nog van moeder. Dan komt al gauw met de eerste stapjes, het eigen willetje steeds sterker naar voren en het van ons afgroeien is begonnen. Nu komen er tot aan het volwassen-zijn toe, telkens van die momenten, waarop wij ze weer een stukje verder moeten los- En ieder geval moet op zulke mo menten op zichzelf bekeken worden. De ene kleuter kan men rustig alleen laten oversteken op vijfjarige leeftijd, de ander, die een dromertje of een uitgelaten veulen gelijk is, n i e t. Toch zullen we ook deze vroeg of laat al leen moeten laten gaan en er niet te lang mee wachten, opdat ook zij ver antwoordelijkheidsbesef leren krijgen. Vele kinderen moeten dagelijks een drukke verkeersweg, of een on be waakte overweg oversteken. .Hoe menigmaal houden we ons hart vast en verwonderen ons, dat het vrijwel steeds goed gaat. Onderschatten wij de wacht van engelen om onze kinderen niet al te Het ogenblik komt, waarop zij gaan fietsen. Dikwijls door 't hartje van onze grote steden. Ook dit maar weer overgeven. De jaren breken aan, waarin ze lie ver met vrienden en vriendinnen uit gaan dan met vader en moeder Houdt ze niet met geweld tegen! Ze komen wel weer terug! Onze zoon krijgt een meisje, onze dochter gaat zich verloven Achter ui t moe der! Doe die stap bijtijds! U krijgt juist dan hun kinderliefde later dub bel en dwars terug! O Jk schreef het zoeven al: dit door de jaren voortgaande proces wan los laten is niet gemakkelijk. Maar er zijn ouders, die juist uit een soort gemak zucht, in het opvoeden tot zelfstandig heid de grens overschrijden tussen kind en „oud mannetje". Zij laten hun kinderen t e ver los, in hun streven er flinke mensen van te maken. De kin deren gaan vaak van huis, zonder dat moeder weet, waar ze zitten, ze lezen boeken ver boven hun leeftijd, zitten in de grote-mensen-kring en mengen zich hinderlijk eigenwijs in hun ge sprekken. Op veertien- of vijftien jarige leeftijd zijn het hele „dames" of „heertjes", van wie het ons eigenlijk niet heugt, dat ze ooit echt kind ge weest z\jn. Hoe jammer is dat! Die onbezorgde kinderjaren waarin het kind nog echt kind is, zijn immers maar al te gauw voorbij? Het tegenovergestelde komt ook voor. Moeders die de kinderen zo temerig opvoeden, zo stérk aan zich binden, dat ze als kleine tirannen alle aandacht van Moeder voor zich op eisen. O wee, als moeder met een be zoekster zit te praten! Dan dreint en jengelt het kind net zo lang, tot het weer op schoot genomen wordt, een snoepje krijgt en de bezoekster maar opstapt, onuiat er met die moeder toch geen tien woorden te wisselen zijn, zonder dat dat „drein" van 'n kind er tussenkomt. Wij zien u>el, hoe subtiel het grens- lyntje hier maar ligt! Geve God ons de wijsheid, die ons zo vaak ontbreekt, om onze kinderen tot mensen Gods op te voeden. MARGARITHA Mej. A. v. d. W. te V. Van A tot Z was ik hef met uw brief eens. Maar ten eerste had ik in bedoeld stukje niet deze categorie zakenmen sen op 't oog en voorts is het in zo'n klein bestek onmogelijk, alle facetten te belichten. Misschien kom ik nog eens op een deel uit uu» brief terug. Dank voor uw goede wensen. Af. Jongeman. Een echte man wil zijn vrouw nu eenmaal graag ver overen en een vrouw toil graag ver overd worden. Het zyn dikwijls de beste huwelijken, waarin de verhou ding zo blijft. Zoudt u het ideaal vin den, als u uw vrouw op een presen teerblaadje thuis kreeg? Wacht maar lot De liefde u te pakken krijgt! Dan telt u een auondje wachten niet eens, ja, zelfs de blaren op uw voeten niet C. Z. te L. en J. H. de Vr. te R'dam. U hebt geen van beiden mijn stukje over „Vrouw of robot?" goed gelezen. Ik schreef daarin o.m. „nu beweer ik niet, dat alle mannen zo zijn". Ik heb heus wel aan de boeren, tuinders. mijnwerkershavenarbeiders enz. enz. gedacht, maar had alleen een be- H*L is al weer enige maanden ge leden, dat ik een brief ontving van een Rotterdams echtpaar, dat met het volgende probleem zat: Hun jongen van 5Ys jaar, die iedere dag naar de kleuterschool gaat, moet daarbij, op een afstand van 3 minuten lopen, een vrij drukke verkeersweg oversteken. Dit heeft zijn moeder hem twee weken lang geleerd. Daarna heeft zij hem gecontroleerd, door ach ter hem te lopen, zonder dót hij dit tuist. Nu laat zij hem alleen gaan. Kennissen van hen, die een iets ouder dochtertje hebben, vinden cfft roeke loos. Zij halen en brengen hun kind nog geregeld en zullen dit volhouden, tot het kind 7 d 8 jaar en dus al een jaar op de lagere school is. Eerst genoemd echtpaar meent hun kinde ren vroeg zelfstandigheid te moeten leren, laatstgenoemden achten dit pas verantwoord op 7 a 8 jarige leeftijd. In dit speciale geval kan en mag een buitenstaander m.i. geen positieve raad géven. Ieder ouderpaar moet hierin voor zichzelf verantwoord zijn. Stel u voor, dat ik zou raden: „Laat dat joggie maar gerust alleen gaan. Daar wordt hij flink van" en af gaande op dat advies zou hij alleen oversteken en hem zou daarbij toch een ongeluk overkomen, dan zouden mogelijk dé ouders zo'n buitenstaander een fel verwijt kunnen maken en deze zou zich min of meer schuldig voelen. Ook in deze kleine onderdelen van de opvoeding mogen wij geen stukje verantwoordelijkheid op een ander afschuiven. Wél kan een buitenstaander in 't al gemeen zijn of haar mening ten beste geven inzake het tot zelfstandig heid opvoeden van onze kinderen. En dan loopt hier ergens een grens, die door velen in onze tyd zo gemak kelijk overschreden wordt en waar anderen weer te ver onder blijven. Het is niet gemakkelijk onze kinde ren tot zelfstandigheid op te voeden. Een deux-pieces voor de zomerdagen. Patroon 113 is verkrijgbaar in de rnaten 48 (maat 42 is op bestelling De rok is van voren glad en heeft aan de achterzijde een halve diepe plooi. Het jasje ia in de rug getailleerd en heeft In de voorpanden kleine zakjes. Heel modern ls de diep ingesneden halslijn. De driekwart mouw heeft een smalle manchet. Desgewenst kunnen wd revers en manchetten met een afstekende blala afwerken. Voor deze deux-pieces hebben we 3 meter stof nodig van 1.30 m breed. Het patroon la tot 3 Mei aan onze bu reaux te verkrijgen tegen betaling van 0.40; na ontvangst van 0.50 volgt toezending Bij bestellingen per brief kaart 0.50 aan postzegels aan de voor zijde plakken! N B. Van patroon 112, een znmertopper zija nog patronen in voorraad.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1952 | | pagina 7