6
Volgende winter
circa 200.000
een leger van
werklozen?
Er moet meer overleg worden gepleegd
met het bedrijfsleven
Bouwbedrijf ziet oplossing
als huren omhoog mogen
Frits de Zwerver 25
dominee
jaar
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
ZATERDAG 9 FEBRUARI 1952
C.N.V. vzaagt zich bezorgd ai:
(Van een onzer redacteuren)
DE WERKLOOSHEID in de dertiger jaren was een verschijnsel, dat zich
over de gehele wereld voordeed. Het typische van de werkloosheid,
die we nu beleven, is dat deze uitsluitend een nationaal verschijnsel is.
Bovendien doet ze zich thans niet in alle bedrijfstakken in gelijke mate
voor, maar doet ze zich bijzonder gelden in enkele gebieden. In de eerste
plaats noem ik dan de bouwvakken, dan ook de landbouw en de textiel
industrie. Met deze woorden werd de huidige werkloosheid gekarakteriseerd
door de heer K. de Boer, secretaris van het Chr. Nationaal Vakverbond
in deze organisatie speciaal belast met de zaken van de werkgelegenheid.
De heer De Boer verwacht, dat de
werkloosheidscijfers dit voorjaar wel
zullen zakken, daar dan veel seizoen-
werklozen weer aan de slag kunnen
gaan, maar dat toch ook in de zomer
maanden het aantal werklozen veel gro
ter zal zijn dan een jaar geleden. Hij
sprak zelfs de vrees uit, dat er in de
volgende winter meer dan 200.000 werk
lozen zouden zijn.
Daar de heer De Boer zitting heeft in
Hoe staat het met de
werkloosheid
DE WERKLOOSHEID, in de dertiger
jaren een schrikbeeld, doch in de
eerste na-corlogse jaren een vrijwel
onbekend begrip, neemt de laatste tijd
onrustbarend toe. Velen van de oude
ren, die weleer aan den lijve of van
zeer nabij de ellendige gevolgen van
dit euvel hebben gevoeld, slaat de
schrik om het hart nu zij zien hoe
velen opnieuw tevergeefs naar werk
zoeken.
Nu is het totaal aantal werklozen,
dat thans zeker op 165.000 gesteld moet
worden, nog niet direct onrustbarend
te noemen, hoewel het percentage, dat
als „normaal" moet worden betiteld,
thans wel overschreden is. Wat wel
reden tot bezorgdheid moet geven, is
de snelle stijging van dit aantaL
Alleen in December j.L kwamen
32.951 personen zich voegen bij het
leger van hen, die met lege handen
op de arbeidsmarkt staan. Natuurlijk
spelen seizoensinvloeden in deze
maanden een belangrijke rol, maar
toch kan wel worden aangenomen, dat
't aantal seizoenwerklozen ten hoogste
66.000 bedraagt, zodat er 100.000 wer
kers overblijven, die door andere en
niet vanzelf verdwijnende oorzaken
geen werk kunnen vinden.
Een reden om vergelijkingen te
trekken met de beruchte crisis is er
momenteel zeker nog niet. Immers,
toen bedroeg het aantal werklozen (in
het topjaar 1936) bijna een half mil-
lioen. Rekenen we met de bevolkings
aanwas, dan zouden er nu ongeveer
600.000 werklozen moeten zijn, wilde
een noodtoestand ontstaan zoals we
toen hebben gekend. Onze werkers
doen er dan ook goed aan, als ze de van
communistische zijde verspreide pam
fletten met een argwanend oog bezien;
ook al werken ze gretig op de thans
bij de oudere arbeiders opkomende
onrust met hun opschrift in vette let
ters: Crisis-Werkloosheid.
Wij hebben met enkele personen, die
dagelijks met het werkloosheidspro
bleem te maken hebben, gesproken en
geven op deze pagina hun oordeel
weer. Verder geven we 't woord aan
een arbeider, die in de dertiger jaren
tot het werklozenleger behoorde en
ten slotte kunt U hier ook een over
zicht vinden van de inkomsten, die
een werkloze werknemer zal hebber,
als op 1 Juli a.s. de Wachtgeld- en
Werkloosheidsverzekering zal zijn m-
De Werkloosheidswet in
vraag en antwoord
Hooveel en hoe lang
Als op 1 Juli a.s. de Wachtgeld-
Werkloosheidswet volledig in werking
getreden, zullen vrijwel alle werknemers
verzekerd zijn tegen werkloosheid en
dus een uitkering ontvangen, als zij door
deze ramp worden getroffen.
Wie? Verzekerd zijn alle werknemers,
die ook ingevolge de Ziektewet verze
kerd zijn. De loongrens, die voor de
ziektewet ligt bij f4925 ligt echter voor
de Werkloosheidswet bij f 6000. Perso
nen van 65 jaar en ouder zijn niet ver
zekerd, evenmin als het huispersoneel,
dat in hoofdzaak bij particulieren werkt.
Hoe veel? De uitkering bedraagt 80%
van het loon voor gehuwde mannen, ge
huwde vrouwelijke kostwinners en onge
huwde mannelijke en vrouwelijke kost
winners; 70% voor ongehuwden, niet
kostwinners van 18 jaar en ouder, die
niet bij de ouders inwonen; 60% voor
alle overige verzekerden. Als maximum
dagloon is een bedrag van f 16 vastge
steld.
Hoe lang? Wordt de werknemer werk
loos en heeft hij in de laatste 12 maan
den minstens 156 dagen in dezelfde be
drijfstak gewerkt, dan ontvangt hij ge
durende 48 dagen de uitkering van het
wachtgeldfonds in zijn bedrijfstak. Daar
na kan hij als hem geen passend werk
is aangeboden nog 78 dagen de uitke
ring ontvangen uit het Alg. Werkloos
heidsfonds. In totaal kan dus gedurende
126 dagen een uitkering ontvangen wor
den. Heeft de werknemer geen aanspraak
op wachtgeld, maar was hij gedurende
78 dagen voor zijn werkloosheid begon
wel werknemer in de zin der wet, dan
ontvangt hij gedurende 78 dagen de uit
kering uit het Alg. Werkloosheidsfonds.
Premie? Zoals uit het voorgaande
blijkt, valt de verzekering uiteen in eer
wachtgeld- er een werkloosheidsverze
kering. De premie voor de wachtgeld-
verzekering is bij de verschillende be
drijfsverenigingen niet gelyk. Werkgever
en werknemer betalen ieder de helft
deze premie.
Bij de werkloosheidsverzekering be
taalt het Rijk de helft van de premie,
die is vastgesteld op 2.8% en werkgever
en werknemer ieder een vierde. In de
meeste bedrijfstakken zullen werkgever
en werknemer ieder ongeveer 2% moe
ten betalen voor de beide verzekeringen
samen.
Buitengewoon belangrijk is, dat de
werknemer, die een uitkering geniet
krachtens de Werkloosheidswet, verze-
Sterd blijft ingevolge de Kinderbijslag
wet, de Invaliditeitswet, de Ziektewet er
het Ziekenfondsenbesluit.
de Stichting van de Arbeid, vroegen
hem naar de mening over de grote lijnen
van de door de regering gevoerde werk-
gelegenheidspolitiek. Hij is allesbehalve
tevreden over de gang van zaken in dit
opzicht en deelde ons daarover het vol-
Geen natuurramp
Na de oorlog heeft de regering meer
malen verkondigd, dat werkloosheid
geen natuurramp is, die maar zonder
meer aanvaard moet worden; er zijn
zeker bestrijdingsmiddelen. In de „No:a
omtrent de Werkgelegenheidspolitiek"
werden deze met name genoemd. Er
werd ook een Interdepartementale com
missie voor de werkgelegenheid inge
steld, waarin dus alleen ambtenaren en
geen vertegenwoordigers van het be
drijfsleven zitting hebben.
In naam was er overleg tussen deze
commissie en de Werkgelegenheids-
commissie van de Stichting van de
Arbeid. Men kwam éénmaal per jaar
bijeen, maar er werden dan geen zaken
gedaan. De Stichting heeft onlangs ver
zocht, beide commisies te combineren,
maar dat achtte de regering onmogelijk
Wel werd nader overleg toegezegd.
De taak van de Interdepartementale
commissie was voornamelijk het in kaart
brengen van de werken, die in een pe
riode van werkloosheid zouden kunnen
worden uitgevoerd. De lijst van deze
werken wordt echter geheim gehouden
De leden van de Stichtingscommissie, die
toch ook op ander gebied een plicht
geheimhouding hebben, zouden hiervan
zeker vertrouwelijk kennis moeten kun-
Bij de huidige gang van zaken is
bedrijfsleven immers geheel uitgescha
keld en kunnen zijn vertegenwoordigers
in het overleg met de regering geen
kei constructief denkbeeld naar vc
brengen.
Overleg geopend
Thans zal het overleg worden geopend
tussen beide commissies over de huidige
situatie. Te hoge verwachtingen moet
men echter van de resultaten niet koeste
ren. want hierbij kan alleen over de
uitvoering van bepaalde werken worden
gesproken.
Wil men de zaak in de wortel aan
vatten, dan zal de Soc. Economische
Raad de gelegenheid moeten krijgen
om de achtergronden van de huidige
werkloosheid en de bestrijdingsmoge
lijkheden grondig te onderzoeken.
Van regeringszijde is tot dusver niets
gedaan, ondanks alle aangekondigde
plannen. Alleen voor de schilders
werd de gelegenheid geopend om in
de maanden Februari en Maart schil
derwerk met rijkssubsidie uit te
voeren.
Daarom is het toch goed, dat nu
overleg zal worden gepleegd, al is het
wat laat. De zaak, waarom het hier
gaat, is hoogst ernstig en verdient
alle aandacht.
DE WERKLOOSHEID IN BEUSIË EN IN NEDERLAND IN 1951
j F M A
-
1000
J F M
Een vergelijking tussen de werkloosheid in België en in Nederland i
het de mannen betreft. In beide landen ziet men een snelle teruggang der
werkloosheid nd Januari. In Nederland werd het laagste cijfer bereikt in
Juni, in België werd het laagste cijfer der volledige werkloosheid in October
bereikt. Daarna ziet men een snelle stijging, welke evenwel in Nederland
veel sterker is dan in België.
Voorlopig geen verbetering
Niet ongerust over nieuwe huizen,
maar wel over onderhoud
OVER de verontrustend grote werk
loosheid in het bouwbedrijf had
den we een onderhoud met drs G. J.
Stapelkamp, secretaris van de Ned.
Chr. Aannemers- en Bouwvakpa
troonsbond en van de Bedrijfsraad
voor het Bouwbedrijf, die ons in de
volgende bewoordingen zjjn mening
over de huidige situatie en de voor
uitzichten voor de naaste toekomst
gaf.
Begin Jan. '52 waren er ruim 33.000
werklozen in het bouwbedrijf. Per 1 Jan.
waren er 18.758, zodat wel duidelijk
blijkt dat nu niet alleen seizoensinvloe
den aan het wérk zijn. Een werkloos
heidspercentage van 10 tot 15% geeft
reden tot ernstige ongerustheid.
Dit spreekt temeer, als we zien dat
al 1200 arbeiders, jonger dan 19 jaar,
werkloos zijn. En dat, terwijl we enige
J geleden nog klaagden, dat er te
weinig jongeren in opleiding waren
het bouwbedrijf. Als u weet, dat
het totale aantal jongeren in opleiding
tussen de drie- en vierduizend ligt,
blijkt wel hoe hoog dat getal van 1200 is.
Wat hiervan de oorzaak is? Naar mijn
mening zeker niet allereerst de aange
kondigde beperking van het bouwpro-
gram tot 40000 woningen. (Inmiddels
heeft de minister meegedeeld, dat er
toch wel 50.000 zullen komen in 1952).
Per 31 December jl. waren nog 38.000
woningen in uitvoering. Dat is meer dan
op enig tijdstip voor de oorlog en ook nu
voor de wintermaanden een hoog getal.
Oorzaak
Naar mijn mening wordt de werk
loosheid voornamelijk veroorzaakt,
doordat veel te weinig onderhouds
werk wordt opgedragen. Dat dit de
hoofdoorzaak is, kan ook wel met de
cijfers worden aangetoond. De werk
loosheid is onder de bouwarbeiders,
die zich speciaal ook met onderhouds
werk bezighouden, naar verhouding en
in vergelijking met vorige jaren veel
hoger dan onder de overigen. Zo wa
ren ei op 1 Januari jL 7500 werkloze
schilders en 7000 werkloze timmer
lieden. Het aantal werkloze grondwer
kers, dat anders in de wintermaanden
veel en veel hoger is dan dat van deze
vaklieden, bedraagt nu slechts weinig
meer, nl. 8000.
Het is geen wonder, dat na het uit
breken van het Korea-conflict het on
derhoudswerk nog zo veel verder is te
ruggelopen, dat de werkgelegenheid
daarvan de weerslag ondervindt. De
kosten zijn immers van Augustus 1950
tot December 1951 weer met 30% ge
stegen.
Zolang het huurpeil van de oudere
woningen, waar het onderhoud juist een
grote rol speelt, gehandhaafd blijft op 't
peil van 1940 plus 15% is niet te ver
wachten, dat de huiseigenaars meer on
derhoudswerken zullen opdragen.
Uit het bovenstaande blijkt wel, dat
ik in de komende maanden geen ver
betering van de situatie verwacht. Naar
mijn inzicht is immers vergroting van
de werkgelegenheid afhankelijk van een
stijging van het huurpeil. Minister In 't
Veld heeft él gezegd, dat hierover geen
beslissing zal genomen worden vóór de
verkiezingen op 25 Juni a.s. Als daarna
een nieuwe regering deze zaak nog in
studie moet r.emen en de Soc. Economi
sche Raad en de Stichting van de Arbeid
hierover gehoord moeten worden zal het
toch zeker September of October wor
den, voor iets aan de huren kan worden
gedaan.
Wat de nieuwbouw betreft maak ik
(Van een onzer verslaggèvers)
Tegenover ons, aan het tafeltje in de wachtkamer van Amsterdam-Centraal
zit een man met een grote hos rechtopstaand, blond haar, dat met een gou
den gloed overtogen schijnt. Aan de slapen wordt hij wat grijs, maar uit ziji
sterke, lichtblauwe ogen straalt nog een jeugdig vuur. Het is ds F. Slomp
evangelisatie-predikant te Hoorn, maar in den lande veel beter beken*
onder zijn „illegale" pseudoniem Frits de Zwerver. De man, die in de
logsjarên de stoot gaf tot het principieel verzet tegen het nationaal-si
lisme, die de grondslag legde van de L.O.-L.K.P. en die zelf in het verze
'n vooraanstaande plaats innam, vierde deze week zijn zilveren ambtsjubi
leum en het is ter gelegenheid van dit feit, dat wij hier onder het gaan ei
komen der reizigers en het gerinkel van borden en kopjes een gesprek me
hem gehad hebben.
Een aardig plaatje. Twee mannen, die rustig over de brugleuning hangen.
Maar ook een aangrijpende foto, als men bedenkt dat deze mannen er twee
zijn van het leger, dat graag zou willen werken, maar dat de tijd met
niets-doen moet doorbrengen.
Bankroet van onze politiek van
de werkgelegenheid?
TTet schijnt, dat we van het bankroet
van onze werkgelegenheidspolitiak
moeten sipreken En daarom is de onge
rustheid begrijpelijk". Tot deze
clusie komt de (niet genoemde) schrij
ver van een artikel in „De Gids", het
orgaan van het Chr. Nationaal Vakver
bond.
Het artikel geeft een duidelijk beeld
van de moeilijke situatie. waarin wij i
bewinden. De regering wordt niets v
weten, maar de schrijver wijst er i
op, dat er een groot verschil blijkt
bestaan tussen de practijk en de opti
mistische theorieën, die in de
oorlogse jaren verkondigd zijn, met name
door de huidige staatssecretaris van
Sociale Zaken, mx dr A A. van Rihijn.
Op het voetspoor van sir William Be-
veridge en van de Engelse econoom
Keynes wekte rar dr Van Rhijn de in
druk, dat in de toekomst geen werk
loosheid meer behoefde voor te komen,
als de regering maar een juiste werk-
gelegenheidspolitiek volgde.
Indertijd schreef mr dr Van Rhijn
zijn boekje „Sociale Zekerheid", dat op
bepaalde ogenblikken de beleggers min
der beleggen dan de spaarders sparen
Er wordt dan te weinig geïnvesteerd en
het gevolg is. dat stagnatie gaat optre-
en werkloosheid ontstaat. Het is
dan de taak der overheid om tot aan
moediging van het economische leven
te komen en dus de werkloosheid te
doen verdwijnen, o.m. door het aanmoe
digen van het verbruik of van de in
vesteringen.
Nu komt echter de practijk. In Dec.
sprak staatssecretaris mr dr Van
Rhijn in de Tweede Kamer over de
Rijksbegroting en daarbij merkte hij op
dat als we het vraagstuk van de werk
gelegenheid bezien ook de keerzijde van
de medaille in het oog moet worden ge
houden. n.l. de vraag of de betalings
balans sluit.
Dat is juist, aldus „De Gids".
Om de betalingsbalans sluitend te krij
gen heeft minister Van den Brink ech
ter het verbruik en de investeringen be
perkt. Om de werkloosheid te bestrijden,
zouden echter, zoals we gezien hebben,
het verbruik en de investeringen aange
moedigd moeten worden. Hier zitten wt
voor een dilemma. Er is gekozen
een sluitende betalingsbalans
werkloosheid is toegenomen.
Nu vraagt de heer Oosterhuis (voor
zitter van het N-V-V-) zich af, of het
geen tijd wordt, dat de Regering haar
consumptie-politiek gaat herzien. Maar
de betalingsbalans dan? zo vraagt „De
Gids" zich af. Een niet sluitende beta
lingsbalans heeft evenzeer invloed op
het sociale, culturele en zedelijke front
als de werkloosheid.
Hieruit blijkt dus wel, dat we in
dilemma zitten en dat de positieve uit
spraken en de positieve beloften „geen
werkloosheid meer" i«at al te grif zijn
gegeven.
niet ongerust. Zoals gezegd, zijn thans
.000 woningen in uitvoering. De ver
wachting is, dat in de drie eerste maan-
van dit jaar maandelijks aan 6000
woningen begonnen zal worden. Daar de
bouwtijd korter is dan een jaar, zullen
dit jaar dus hopelijk naast die 38.000 nog
18.000 woningen gereed komen, wat een
totaal geeft van 56.000.
Als ik vind, dat de vooruitzichten toch
zeer slecht zijn voor de komende maan
den, heb ik dan ook niet de nieuwbouw
op het oog, maar alleen het schromelijk
tekort aan onderhoudswerk, dat alleen
door een huurverhoging op een redelijk
peil kan worden gebracht.
Stand werkloosheid in cijfers
Per: Totaalwerk! Werkl.mann. Bouwarb. Landarb. Losse arb.
1 Jan. 1948 53.500 50.180
1 Jan. 1949 71.400 66.776
1 Jan. 1950 88.668 83.771
1 Jan. 1951 108.127 102.899 18.758 20.897 15.245
1 Jan. 1952 154.902 145.385 33.682 25.674 20.351
Uit deze tabel, voornamelijk ontleend aan gegevens van het minsterie van Sociale
Zaken, blijkt, hoe de werkloosheid in de laatste vijf jaar regelmatig toenam, maar
gedurende 1951 toch wel bijzonder sterk. Daarnaast zijn de drie grootste groepen
werklozen opgenomen. Duidelijk Is hier te zien, hoe in het bouwbedrijf de styging
in het afgelopen jaar abnormaal groot was, n.L ongeveer 80 procent.
Het vraagstuk is dus thans naar de
woorden van mr dr Van Rhijn om het
juiste evenwicht te vinden tussen een
sluitende betalingsbalans en een zo groot
mogelijke werkgelegenheid. Aan deze
opgave zal zowel de Regering als de
vakbeweging zich in het lopende jaar
moeten wijden.
De vakbeweging en de
werkloosheid
De Raad van Vakcentralen, bestaande
uit C.N.V., K.A.B. en N.V.V. heeft zich
thans met een brief tot de regering ge
wend, waarin aangedrongen wordt op
krachtige maatregelen ter bestrijding
van de werkloosheid.
We praten eerst met ds Slomp ovei
zijn werk in „donker Noord-Holland"
waar het werkterrein van deze Gerefor
meerde evangelisatie-predikant zich uit
strekt van Amsterdam-Noord tot Den
Helder, hoewel hij speciaal arbeidt in
West-Friesland.
Een moeizame arbeid, want „de me
hier zijn voor het Evangelie zeer moeilijk
bereikbaar als vrucht van een langdurige
vrijzinnige prediking. Noch dc afschei
ding, noch de doleantie heeft hier enige
invloed gehad en de Gereformeerden zijn
grotendeels „import". De Ned. Hervorm
de Kerk is hier practisch dood en de
nieuwe koers in die kerk laat de mensen
volkomen onberoerd".
Behoort het merendeel toch nog wél
tot de kerk?"
„Men noemt zich vrijzinnig, maar m
bedoelt dan zeker niet de kerkelijke
religieus ingestelde richting, die m
elders in het land vindt. Vrijzinnig
zelfs zo ongeveer het tegengestelde v
Christelijk in dit land. „O, bedoelt u de
Christelijke kerk?", zei eens iemand
tegen me, toen ik naar de Gereformeerde
Kerk vroeg. Het overkwam me zelfs, dat
iemand me vroeg, wat we nu eigenlijk
met Kerstmis herdenken".
Heilig moeten
„Voelde u zich bijzonder tot het werk
onder deze mensen aangetrokken?",
vragen we. Met deze vraag raken
meteen, hoewel onbedoeld, de drijvende
kracht, die het leven van deze predikant
heeft beheerst.
„Ik voelde me er helemaal niet toe
getrokken, maar mijn leven heeft altijd
gestaan in het teken van het „heilige
moeten". Toen ik 15, 16 jaar was, wilde
ik niet graag dominee worden, maa
voelde dat het moest. Toen ik beroepen
werd in mijn eerste gemeente, Nieuw-
lande, voelde ik persoonlijk veel meer
voor het aannemen van een ander be
roep. maar ik moest naar Nieuwlande
toe. Zo kwam ik in het Verzet terecht,
ging ik daarna weer als legerpredikant
naar Indië en zo ben ik ook in Hoorn
terecht gekomen. Als ik een motto boven
mijn leven moest zetten, zou het zijn die
tekst uit Amos 3: De leeuw heeft gebruld,
wie zou niet vrezen? De Heere HEERE
heeft gesproken, wie zou niet profete-
„Ên u gaf steeds aan die innerlijke
drang gehoor?"
„Ja, hoewel mij ook wel eens de geest
van Jona bezielde, die vluchtte voor
heilige moeten. Maar als God wat
je wil, dan moet je het wel doen, want
als je het niet doet, ga je er aan kapot."
Het Verzet
En zo praten we dan als vanzelf over
het in de L.O. en L.K.P. belichaamde
verzet, dat immers ook uit het „heilig
moeten" ontsproot. Dat zware werk
werd gedaan uit de kracht van het dry-
Op de receptie van Frits de Zwerver (ds F. Slomp) kwamen natuurlijk ook
vele oud-illegale vrienden. Hier ziet men: v. I. n. r. Pater Victor, Frits de
Zwerver, de heer H. A. Douqué, raaadslid van Amsterdam en
prof. ir Van Riessen.
Een werkloze uit de dertiger
jaren aan het woord
JjET was een benauwde
tijd, toen in het begin
van de dertiger jaren. Ik
werkte op een schoenen
fabriek en je zag het werk
verminderen, leder ogen
blik kon je een 'ontslag
briefje in je loonzakje
vinden en waar moest je
dan naar toe? In Februari
1930 was het zover: nog
een week kon ik werken
en dan stond ik op de
keien. Anderhalf jaar heb
ik zonder gelopen en toen
kon ik weer op de fabriek
terug komen. Ik moest een
paar jongens het stanzen
leren en ze beloofden me,
dat ik dan voorman zou
worden. Nou, dat kwam
heel anders uit. Na drie
maanden had ik die jon
gens de kunst zo'n beetje
bijgebracht. Toen kregen
zij f 5.- opslag en ik stond
weer op straat. Dat was
veel goedkoper, ziet u.
Bij elkaar ben ik zes
jaar werkloos geweest en
ik weet er dus van mee te
praten, wat dat was. Ik
verdiende op de fabriek
28.en van de steun
kreeg ik f 18.Later is
dat nog veel minder ge
worden en er waren we
ken, dat ik maar 11.—
had. Dat was natuurlijk
erg, maar nog veel erger
was het zoeken naar werk,
terwijl je van te voren
bijna zeker wist, dat je
toch niets vinden zou.
jK heb overal lopen zoe
ken naar werk, deur in
ieur uit, van de ene fa
briek naar de andere,
overal stootte je je neus.
Het was ellendig om
thuis te komen en
vrouw vol verwachsting
naar je te zien kijken.
„Weer niks", zei ik dan
maar. Later hoefde ik he
lemaal niks meer te zeg
gen, de vrouw wist het
al.
Later heb ik een
baantje als bode gekregen,
dat 6.in de week op
leverde. Ze hielden toen
f 4.van de steun af,
ik verdiende ten
minste weer iets zelf. Och,
je werd wel op allerlei ma
nieren geholpen. We kre
gen margarine voor een
dubbeltje per pakje en
goedkope groente. Eens
per jaar gaven ze van
Crisis Comité een
kleding en schoeisel,
was er dankbaari
je voelde wel echt,
dat je maar een nietsnut
als je met zo'n
m magazijn kwam. Ze
lieten je dat soms
goed merken ook. Zo kreeg
ik eens een broek, die
veel te groot was en
vertikten het om een
dere te geven of hem
kleiner te maken Enfin,
ik zei het al, het was na
righeid wat de klok sloeg.
jK zal nooit die Zaterdag
morgen vergeten, dat ik
de boodschap kreeg om op
de schoenenfabriek te ko-
praten. Dat was in
1936, en warempel, er was
werk voor me. Ik kon
f 20.in de week
verdienen, maar ik heb
net allebei mijn han
den aangepakt. Nu kon ik
tenminste weer geld thuis
brengen, waar ik zelf voor
gewerkt had. Voor die
steun behoefde je alleen
maar elke dag je naam te
Ik hoop van harte, dat
die tijden nooit meer terug
komen, want met lege
handen staan als je gezond
bent en werken kunt, dat
is haast het ergste wat je
kan overkomen. Ik begrijp
heel goed, dat veel arbei
ders de schrik om het hart
slaat, nu het werkloos
heidscijfer weer stijgt en
ik voel ontzettend
de
lege handen
staan. Ik hoop en bid, dat
de middelen gevonden zul
len worden om aan deze
beangstigende gang van
zaken een eind te maken.
vende geloof. Veel verzetsstrijders ware
niet dapperder dan andere mensen, maa
deze kracht stond achter hun zwakhei
en daarom moesten ze wel, al w;
nog zo zwaar."
Wonderlijk is het, dat ds Slomp pa
in 1944 werd gearresteerd, terwijl h r*
toch al in 1942 de pastorie in Heemj B6
verlaten moest om zwervend door he
land, zich verschuilend voor de bezet-sl|
ter, zijn gevaarlijk werk te doen. „Gaf"
heeft mij op bijzondere wijze bewaard' b
zo zegt hij. De S.D.-er Van der Hoo -
heeft twee jaren van zijn leven bestee-
om naar me te zoeken, maar hij
me niet. Ze zochten ook altijd nat..
dominee en ik heb nu eenmaal geen do. y
mineeskop. Dat is me bij m'n arrestati{<_
nog eens duidelijk verteld."
Het is bekend,- hoe Frits de Zwerve:
in Mei 1944 toch gepakt werd en opge
sloten in de Koepel, de strafgevangeni jn<
te Arnhem. Acht K.P.-ers onder leidin
van Johannes hebben hem toen bevrij jco
in de eerste en stoutmoedigste o
op een gevangenis, die door de LK-ri^
werd beraamd. Even staat ds Slom^a
nog in gedachten stil bij dat grote i
ment, toen het luikje van de celdeu <ja
openvloog en hem een revolver wer y(
toegestoken met de woorden „Gefelici
teerd dominee".
„Dat is iets. dat niet onder woorded
is te brengen", zo zegt hij, „plotselin |ir
weer vrij te zijn, terwijl je jezelf al in Jji,
gesteld hebt op de dood, die onvermij ge
delijk scheen. Het ging me als Petrui j,.
toen hij uit de gevangenis werd verlos jr
en „niet wist, dat het waarachtig i
Ik dacht ook, dat ik droomde en ik zeijj
Knijp me eens, jongens."
Johannes was niet te vinden, toen
zouden vertrekken, maar het bleek da\-
hij in de auto was om te bidden
het welslagen van de hachelijke onder 1
neming. Ik kon alleen maar „Dank je.J3
jongens" stamelen, toen we wegreden Ae
maar zij zeiden: „Nee dominee, de danlriJ
komt alleen aan God toe."
In Indiër
„Heeft u ook in Indië nog hachelijk
momenten meegemaakt?"
„Ja. maar dat waren niet de momen-,
ten. dat de kogels afketsten op de
rier, waarin ik zat De jongens moestei
me soms letterlijk op m'n kop slaan
me tot dekking zoeken te dwingen. Al
je lang in gevaar hebt verkeerd,
je een beetje roekeloos en denk je onbe
wust, dat je onkwetsbaar bent. Nee,
hachelijkste momenten in Indië warei
in die lange perioden van doelloos wach
ten. Je moet een Hollandse jongen
werkeloos op een post leggen. Hij
wat doen en weten, waarvoor hij he:'
doet In die waohbperioden werden
moedeloos en vroegen ze zioh af: Waai
om zijn we eigenlijk hier? Toen d<
tweede politiële actie begon, liep he
kerkbezoek met vijftig procent omhoog"
En nu
„Is er naar uw mening nog iets
van de in het verzet geboren gemeen
schap?"
„Het verzet heeft een heel apart
vriendschap gesohapen, die niet ondei-
woorden te brengen is. Dat uit zich ii r
allerlei kleinigheden. Als ik bij
vriend uit het verzet thuiskom, ve
loof ik me veel meer vrijheden dan bi
een ander bezoek. Het is dan heel ge
woon om je schoenen uit te trekken
je voeten op een stoel te leggen, als j
daar behoefte aan hebt, om mas
onnozel voorbeeld te noemen. Die bant
wordt door de oud-illegalen bewust ge
conserveerd".
Maar dan komt ds Slomp op een punt
dat hem zeer bezig houdt, want „In
volk als geheel, maar ook bij ons Chris
telijk volksdeel is van die geest v;
verzet weinig of niets te bespeuren- Tij
dens de oorlog konden velen al niet be
grijpen, dat een gelovig K-P.-er met d
revolver in de vuist tegenover de vijani
kon staan. Om dat te snappen schijn ji
Calvinist te moeten zijn. Maar nu heers
er in onze kringen een beangstigen*
défaitisme, een gevoel van machteloos
heid tegenover een machtige vijand.
de oorlog is toch duidelijk gebleken, da
een kleine Gideonsbende, gedreven doo:
het geloof, veel vermag".
De huldiging
Drie honderd personen kwamen de4--
:r dagen op de receptie, onder wi«;
ele vrienden van de vroegere illegal
litéit, van de LO.-LK.P, van de Trouwj-
groep en anderen. Gisteravond is i
stampvolle Parfczaal te Hoorn een
denkingssamenkomst gehouden, die dooi
ds J. Dijkstra, te Hoorn, werd ingeleid
Ds Slomp vertelde van zijn leven als
predikant en van zijn werk in hei
zet.
De tegenwoordige angst voor het Rus-
sische communisme noemde ds Slomp
geen juiste levenshouding. Men moet -
hét Woord van God vasthouden. Geen
middel ter wereld kan Gods genade uil
hart bannen. Als je gelooft, laai
dan de Russen maar komen, zei
Slomp Dan staat hier een groep
nen en vrouwen paraat, die het kruüji
van Christus hebben, dat ppreekt
vergeving rn van liefde-
DE WERKLOOSHEID IN NEDERLAND