Belevenissen
Hoge
rond Leidens
Schole
MARINE - ook voor Nederland noodzakelijk
grootste kracht in Europa
Communistische ondergrondse en atoom
bommen regelen Amerikaanse strategie
ÏMET "BOWIENTJE
door besneeuwd Leiden
l^ f 0 "JL
Forma Ilatura
HOOGENBOSCH
Chr. Oranjevereniging vierde
verjaardag der Prinses
nieuwe leidsche courant
3
VRIJDAG 1 FEBRUARI 19S2
Positieve ideologie vereist I
Kapt. It. Van der Mey wees er op. dat
Nederland niet alleen zich zelf moet ver
dedigen, maar ook Nieuw-Guinea, Suri
name en de Ned. Antillen. Het Wester
se blok heeft verder een Nederlandse
bijdrage nodig, omdat wij grote erva
ring hebben als zeevarende natie. Het
gaat er voor ons niet om een harmo
nisch opgebouwde vloot te bezitten.
Wat Nederland inbrengt, is goed, omdat
wij toch volledig samenwerken met de
bondgenoten.
Spr. ging de kracht van het centrale
blok (Rusland en aanhang) na en kwam
tot de slotsom, dat dit blok alles heeft
wat het op oorlogsgebied wenst, uitge
zonderd de vloot, die maar een betrek
kelijke macht heeft. De onderzeevloot is
het belangrijkste onderdeel (men schat
de sterkte tussen de 350 en 1000 onder
zeeboten), dat veel schade kan berok
kenen. Wij behoeven deze vloot echter
niet te vrezen.
Ter land is het centrale blok echter
sterker, vooral door de sterke ideologie,
waarmee de militairen zijn behept.
De positie van het Westen is gelegen
rond het centrale blok. Daarom moeten
wij ons verdedigen tegen speerpunten,
die op ieder gewenst ogenblik kunnen
uitschieten (o.a. in Korea). Een middel
hiertegen is het snelle transport van de
weinige krachten van de ene plaats naar
de andere. Want „onze" wereld, die
onderhandelt en geen afstand kan doen
van het verleden, is in feite zwak.
Het schip, dat nog altijd het belang
rijkste transportmiddel is, kan dan onze
redding zijn, beklemtoonde kapt. It. Van
der Mey, die Korea al weer als voor
beeld aanhaalde. Immers: door de snele
komst van troepen uit de Ver. Staten
kon in Korea een catastrophe worden
tegengehouden. En voor die troepen er
waren, wisten vliegtuigen van de vlieg
dekschepen voor een belangrijk deel de
opmars der Roden te vertragen.
Een sterke vloot kan de diverse we
reld-brandpunten beheersen en de
scheepvaart levendig houden. Wat het
Westen nu aan vloot heeft is onvol
doende.
Bij het bezien van de situatie in Euro
pa de Oosterse frontlijn is zeer dicht
bij wees kapt. It. Van der Mey op de
merkwaardigheid, dat de Amerikaan
Eisenhower opperbevelhebber is in een
werelddeel, dat zo veel grote veldheren
heeft opgeleverd. Omdat echter de Euro
pese volkeren elkaar de eer van
opperbevel niet gunnen, moet een
kelijke Amerikaan het op zich nem
Spr. herinnerde aan de conclusie
het boek van de Duitse pantsergeneraal
Guderian, dat Europa niet kan worden
verdedigd. Maar Guderian vergat
zeemacht! De zee is het enige punt
Europa, waar het Westen zich veilig
Gen. Eisenhower, die Europa in drieën
verdeelde voor zijn verdedigingsplan,
nam zelf de leiding op zich in Midden-
Europa, terwijl de Noordelijke vleugel
onder bevel staat van een admiraal (een
Engelsman), evenals de Zuidelijke vleu
gel (een Amerikaan). Hiermee is wel
aangetoond, dat de zeemacht ook
Europa van het meeste belang is.
zee biedt immers gelegenheid tot ope
reren achter het front en is de laatste
barricade bij een overrompeling.
De Amerikaanse vloot in de Middel
landse Zee is geheel zelfstandig en
hoeft geep gebruik te maken van
haven. Dit is wegens het gevaar va
atoombom en sabotage. En de atoombom
zal zeker worden gebruikt, terwijl i
munistische gevaren in havens niet
gen worden onderschat. Ook hier in
derland niet.
De vijfde colonne van 1940 noemde
spr. kinderspel bjj wat wy nu kunnen
verwachten. Men Is sterk in aantal
bovendien sterker in ideologie. De cc
mandovoering noemde spr. perfect. Nu
er een ambtenarenverbod is, zijn de
PUZZLE-
PROM1NENTEN
1. A. de Water, Treubstraat 12,
Voorschoten: 2. P. J. Schuijl, Ruys-
daelstraat 66, Alphen aan den Rijn;
3. A. Scheepstra, p.a. Vreewijkstraat
1, Leiden.
Familieberichten uil
andere bladen
Getrouwd: A. R. H. Comte de Gerlicz
en G. C. M. Beels, Tours (Frankrijk)
Aerdenhout.
Bevallen: mevr. v. d. Heide-Wessel,
A'dam; mevr. De Zwaan-Kettner, z. Bilt-
hoven; mevr. v. d. Berg-Hertzdahl,
Amersfoort: mevr. J. H. van der Poel
van Woerkom, z. Djakarta; mevr. Hasse
laar-de Gaay, z., Djakarta.
Overleden: C. Palfenier, m. 60 j., Bloe-
mendaal; A. Graadit van Roggen-Kuiper,
v., Huis ter Hedde; J. Maats, m., 57 j.
Alkmaar; A. v. Gerve, v., Bussum; J
Dekker, v., 53 j., Haarlem; W. S. Buijze-
van Bra kei, v., 74 j., R'dam; M. C. Meijer,
v., 40 j., R'dam; J. de Blank, m.,
Harrow on the Hill, Engeland.
WIJ MOETEN VOOR ONS IDEAAL; de vrede iets over hebben, zei kapt.
luit. t.z. N. J. N. van der Mey van de marinestaf gisteravond, toen hij
in de universiteit voor studenten een antwoord gaf op de vraag: Waarom
heeft Nederland een marine nodig? In de loop van zijn betoog zei hij, dat
de atoombom in een toekomstige wereldoorlog zeker als tactisch wapen zal
worden gebruikt. Als zijn vaste overtuiging gaf kapt.-luit. Van der Mey
verder te kennen, dat een eventuele strijd ongetwijfeld door het Westen
zal worden gewonnen.
munlsten ondergedoken en kunnen z\j
zich grondig voorbereiden.
Wat stellen wtf hier tegenover?, zo
vroeg kapt. it. Van der Mey. Wel hebben
wij een leger, een luchtmacht en een
marine, maar wij moeten ook een posi
tieve ideologie hebben. Wij moeten een
maatsch'appij scheppen, waarin men het
goed met elkaar meent. Dan volgt de
rest vanzelf. Want het zijn niet de wa
pens, maar de mensen die er achter
staan, die belangrijk zijn in de strijd.
Brengen we deze ideologie niet op, dan
gaan we ten onder.
Als motieven, waarom Nederland
een vloot nodig heeft, noemde kapt. lt.
Van der Mey verder de belangrijke ha-
de bescherming van hei kustge
bied. Hoewel wij materieel niet goed
zijn uitgerust, hebben wij mensen, die
hun taak goed verstaan. Ook is het vwr
or ze handelsmarine van psychologisch
belang dat Nederlandse schepen haar
beschermen.
De Kon. Marine verloor in de afgelopen
ij log een kwart van haar beroepsper-
iietl. De opleidingen stonden stil door
de oorlog en door het conflict in Indo-
Anders was de Kon. Marine al op
gebouwd. Maar we gaan nu een vaste
richting uit en ik garandeer li, Ua? het
gold, d't in de marine wordt gestoken,
in tastbare feiten weer uit zal ko-
i, aldus besloot Kapt. It Van der Mey
rijn rede.
Don Kozakken naar Leiden
Het beroemde Don Kozakkenkoor is
van plan eind Februari een uitvoering
in Leiden te geven. Deze uitvoering
wordt georganiseerd in het kader van
het afscheidstournée van het koor.
Burgerlijke stand van Leiden
GEBOREN: Johannes C. zn v. W. N.
d. Voort en J. Prins; Jacob H., zn v.
H. C. D. den Hertog en M. Polak; Cor
nelia dr v. P. Tolen en A. P. Kamp;
Heiltje dr v. J. Immerzeel en P. W. Se-
pers; Cornelia E. dr v. H. Jagerman en
N. Mens; Willem L. zn v. K. A. I. van
Turenhout en H. Terpstra; Jozef L. F.
v. J. E. Hoogenboom en J. M. Dobbe
ONDERTROUWD: H. van Lieshout en
M. P. E. de Vries; J. H. Jansen en H. C.
Siera; Th. J. van Valderen en E. Flo-
n; T. M. Wagtendonk en D. Knop-
perts; J. W. Snijders Blok en E. de Bruijn;
T. T. Oei en T. G. Gouw; W. C. v. d.
Berg en C. L. M. Ruijtenbeek; A. van
Egmond en M. Dirkse.
Agenda voor Leiden
Vrijdag
Stadsgehoorzaal, 7.45 uur: Olympische
avond.
Schouwburg, 8 uur: Ballets Jooss voor
K. en O.
Zaterdag
Volkshuis, 4 uur: Terschelling, door de
folklorist en musicoloog Jaap Kunst.
Stadsgehoorzaal, 8 uur: „Tot Ieders
Genoegen" brengt „Het Spook van de
Vrijburcht".
Tentoonstellingen
Universiteitsbibliotheek: De Bijbel ln
j het Nederlands door de eeuwen heen
I ♦t.e.m. 9 Februari).
Prentenkabinet, werkdagen 1 uur tot
half «5: houtsneden van A. Dürer (te.m.
11 Februari).
Nachtdienst apotheken.
Apotheek Van Driesum, Mare 110, tel.
20406, en de Zuider-Apotheek, Lammen-
schansweg 4, tel. 23553.
Prof. dr I. M. van der Vlerk
zestig jaar
Prof. dr I. M. van der Vlerk, hoogle
raar in de historische geologie en pa
leontologie aan de rijksuniversiteit te
Leiden, is gisteren zestig jaar geworden.
Op zijn verzoek wordt hiervan pas van
daag melding gemaakt.
Isaak Martinus van der Vlerk werd te
Utrecht geboren, alwaar hij de H.B.S.
bezocht. Na het staatsexamen werd hij
aan de universiteit aldaar ingeschreven
als geologisch student waarna hij deze
studie voortzette in Groningen en Bazel.
In 1912 promoveerde hij te Leiden op
een proefschrift, getiteld: Studiën over
Nummulinidae en Alveolinidae.
Na een leraarsfunctie aan de H.B.S.
te Schiedam werd dr Van der Vlerk aan
gesteld als geoloog in buitengewone
dienst van de mijnbouw in Nederlandsch
Tndië. In 1928 volgde zijn benoeming als
conservator van het museum voor geolo
gie en mineralogie te Leiden en doceerde
hij van af die tijd als privaat docent aan
de rijksuniversiteit alhier palaeontologie
en historische geologie. In 1931 volgde
zijn benoeming tot lector in deze weten
schap. waarop in 1938 het buitengewoon
en in 1947 het hoogleraarschap volgde.
Van de hand van professor Van der
Vie verschenen vele wetenschappe
lijke artikelen in vakbladen over micro-
l alaeontologie en stratigrafie van Indië.
Nog twee exemplaren van
Bijbel van 1477 in Leiden
Op de eerstvolgende veiling van Bur-
gersdijk en Niermans zal een compleet
exemplaar voorkomen van de eerste in
het Nederlands gedrukte Bijbel van 1477,
die ook op de tentoonstelling in de uni
versiteitsbibliotheek is te zien. Dit exem
plaar zal hoogstwaarschijnlijk wel niet
in Leiden blijven en het is de vraag, of
zich nog wel eens een herhaling van het
feit, dat nu twee exemplaren van deze
zeldzame Bijbel in onze stad aanwezig
zijn, zal voordoen.
Ziektekostenregeling voor
het gemeentepersoneel
Op 17 December stelde de Leidse raad
in handen van B. en W. om praeadvies
het voorstel van de heer J. H. Schüller
tot het belastingvrij uitkeren van de tege
moetkoming aan het gemeentepersoneel
in de kosten van geneeskundige verzor
ging, op welke tegemoetkoming dat per
soneel aanspraak is toegekend. Omdat
het rijk de loonbelasting in dit geval
practisch ook voor zijn rekening neemt,
stellen B. en W. voor, het voorstel-
Schüller te aanvaarden. De kosten zullen,
globaal genomen, f4000 per jaar belopen.
En omdat Bowlentje en ik in al de
jaren van ons houwelijksleven veel ge
wandeld hebben, zijn wij gisteren In onze
hoge schoenen en warme jassen gescho
ten, sloten de warme behagelijkheid van
de huiskamer achter ons en stapten man
en vrouwmoedig in de felle sneeuwjacht,
die docr de straten woei. Bowientje stak
uitdagend haar neus vooruit en liet de
kleine vlokjes er op landen. „Daag!" zei
Toen zei Ik: „Waarom zeg Je dat?"
„Wel", zei zij toen weer, „je kent toch
dat versje:
Whenever a snowflake leaves the sky.
It turns and turns to say „Good-by!"*)
Nou, ik groet alleen maar terug!"
Bowientje is nogal anglophiel aange
legd. Ze is dol op de Engelsen en dol op
Engelse versjes. Dat komt, ze heeft vroe
ger Engelse ziekte gehad, en dat schijnt
je toch nooit helemaal te boven te ko-
„Laten we eerst naar het plantsoen
gaan", stelde ze voor. „Daar is het onge
rept".
Het was Inderdaad zö ongerept, dat ik
onmiddellijk een flinke hand sneeuw
nam en Bowientje probeerde in te was
sen. „Als je dat doet", gilde ze, „schreeuw
ik om de politie. En dan komt lekker
de overvalwagen!"
N.B.G., afdeling Leiden, hoorde bijzonder
heden over de nieuwe bijbelvertaling
Prof. dr Aalders en prol. dr De Zwaan
voerden het woord
TN VERBAND met het gereedkomen van de nieuwe bijbelvertaling hield
het Nederlands Bijbelgenootschap, afdeling Leiden, gisteravond een
bijeenkomst in de Zuiderkerk. Prof. dr G. Ch. Aalders van de Vrije Univer
siteit sprak over de vertaling van het Oude Testament. Prof. dr J. d<
Zwaan uit Leiden belichtte in een rede, getiteld: het carillon der apostelen,
de vertaling van het Nieuwe Testament. Beide hoogleraren hebben aan de
nieuwe vertaling van het begin af aan meegewerkt.
Onder leiding van de heer J. Bontje
verleende het Doopsgezinde kerkkoor,
versterkt met het wijkkerkkoor „Irene",
medewerking. Ds J. de Wit, voorzitter
Van het N.B.G., afdeling Leiden opende
de bijeenkomst.
De nieuwe vertaling, aldus prof. Aal
ders. is een geweldig werk geworden,
vooral door het feit, dat de medewer
kers, die tot verschiUende kerken be
horen, onder Gods zegen tot eenstem
migheid zijn gekomen. Het Oosters colo-
riet van het Oude Testament moest be
waard blijven, zonder dat dit de Wes
terse lezer schade doet.
Moeilijkheden leverden de eigenaardige
Hebreeuwse uitdrukkingswijzen en ook
het feit dat het Hebreeuws geen werk
woordstijden kent. Bij de vertalers zat
alleen de begeerte voor om de He
breeuwse of Aramese tekst zo getrouw
mogelijk in het Nederlands over te zet
ten. Elke poging om een eigen gedachte
in de tekst te leggen is hun verre ge
bleven.
In zeker opzicht heeft de nieuwe ver
taling zich meer aan het Hebreeuws ge
houden, dan de Statenvertaling. In de
Statenvertaling ontmoeten we nog ai
eens cursief gedrukte zinsgedeelten.
Deze gedeelten staan echter niet in de
oorspronkelijke tekst.
Moeizaam neergeschreven door Baerend Bartelsz
In den vroegen morgen van
het jaar onzes Heren 1598
spoelde op het strand tussen
Katwijk en Scheveningen
een walvis of potshoofd aan,
welke, na door de Hoogge
leerde Professor Pieter
Pauw onderzocht te zijn, op
diens verzoek en op last van
de Staten van Holland, werd
ontvleesd en deszelfs botten
en gehele skelet naar Lei
den werd vervoerd, om ge
plaatst te worden in het
Anatomische Kabinet, tot
onderwijzinge en leringe
van de studenten.
Dank zij mijne kennisse
met Harmen Lievensz., wien
de sleutels en het schoon
houden van de bibliotheek,
het Anatomisch Kabinet
mitsgaders de Schermschool
welke alle in de Falieds
Bagijnkerk zijn onderge
bracht zijn toevertrouwd,
was ik gisterer^in de schone
gelegenheid niet alleen het
skelet van den walvis te be
kijken, doch tevens een
rondgang te maken door de
zalen, die voor het anato-
tniseren zijn ingericht.
Het was op enen schonen
Donderdag in Augustus, dat
voorzeide Harmen Lievensz.
m\j bij de Faliede Bagijn
kerk opwachtte, die. 2oals
gij weet, gelden is in de
binnenbocht van het Rapen-
borg, tegenover het voorma
lige Wittenonnen-conuent.
waar thans de Hoge Schole
gevestigd is, en wel sinds
1581.
„De voorzijde", zo vertelde
Herman Lievensz. mij, „is
ingericht als bibliotheek ran
de Hoge Schole, doch het
achterste gedeelte is voor de
Anatomie ingericht. Volg
mü slechts."
Door ene achterdeur kwa
men wij aan enen trap. die
naar het bovenste gedeelte
van de kerk voerde. „Men
heeft," zo vervolgde mijne
gids, „een houten zoldering
in de kerk aangebracht,
waardoor men de beschik
king heeft gekregen over
vier ruimten. Ik zegge vier.
den een toepasselijke spreuk
in de hand, zoals „Memento
mori" en „Pulris et umbra
sumus", hetgeen betekent
„Gedenkt te sterven" en
„Wij zijn stof en schaduw",
zoals Harmen mij uitlegde
Ik kwam niet uitgekeken,
hoewel de koude rillingen
mij op den rug liepen. Ik
zag gelooide mensenhuid
van enen doodgevonden
II. Het Rariteiten-kabinet
omdat men tevens ene muur
heeft gebouwd, die het ruim
eveneens in twee delen ver
deelt. Wij moeten in het bo-
venste achtergedeelte zijn:
het Theatrum Anatomicum".
Door middel van enen
trap kwamen wij boven, en
op hetzelfde ogen blik deins
de ik terug. Want van alle
kanten grijnsden mij doods
koppen aan, die aangebracht
waren op zes balustraden.
Deze balustraden waren
ringvormig, de een achter
en hoger dan de vorige; ge
lijk de zitplaatsen bü ene
schouwburg. „Hier kunnen
de studenten staan", zo zei-
de mij Harmen Lievensz.,
„wanneer Professor Pauw
zijn anatomische lessen
Maar ik hoorde amper
wat hij reide. Ik moest
maar kijken naar al die ske
letten en doodskoppen,
waarvan enkele gezeten wa
ren op het geraamte van een
paard of koe. Sommige hiel-
landloper onder Zoeterwou-
de, zoals Lievensz. mij ver
telde geraamten van vo
gels, koppen van herten en
zo waarlijk zelfs van enen
beer, en den schedel van
enen olifant en enen neus-
„Deze gehele wondere ver
zameling," zo legde mijn
gids my uit, „is bijeenge
bracht door de hooggeleer
de Professoren en door
vrienden van de Hoge Scho
le. Zij dient om de studenten
in het inwendige van mens
zowel als dier te onderrich
ten."
Langs de wanden waren
voorts platen van dieren,
waarvan sommige met kleu
ren. Ook was er een kast,
waarin de instrumenten be
waard werden, waarmede
de hooggeleerde Pauw ana
tomiseert. „Wanneer er ene
boef terechtgesteld is, of een
landloper langs de weg ge
vonden wordt, komt hij hier
terecht," zo zeide mij Har
men Lievensz. „Hij wordt
dan op deze tafel gelegd en
open gesneden, zodat de stu
denten, die zich achter de
balustraden bevinden, kun
nen zien hoe schoon en in
gewikkeld het menselijk li
chaam geschapen is".
Ik gruwde bij deze ge
dachte en, bleek wordend,
keek ik naar de eivormige
tafel, waarop zovele bloede
rige tonelen zich moesten
hebben afgespeeld. Harmen
Lievensz. vertelde my, dat
meestentijds in December en
Januari alhier geanatomi
seerd wordt, aangezien deze
beide maanden de koudste
van het jaar zijn, zodat de
lijken dan niet zo zeer aan
bederf onderhevig zijn.
In den kelder mocht ik
kijken naar het gebeente van
voornoemden walvis, dat
nog niet geheel in elkaar
gezet en opgesteld was. Er
waren ribben, zo dik als
eens mans dij, en de schedel
was zo groot als ene flinke
tafel. En terwijl ik naar de
ze wondere wrochtingen
van den Schepper keek, be
dacht ik hoe treinig de mens
eigenlijk weet van wat in de
lucht, op en onder de aarde
en in de zeeën leeft en huist.
Toen ik weder tehuis
kwam, vroeg Lijsbeth, myne
huisvrouw, waarom ik een
weinig bleek zag. Toen ik
haar vertelde van wat ik in
het voormalige kerkgebouw
aan het Rapenborg gerien
had. bijzonderlijk aangaande
de skeletten en het anatomi
seren, zeide zij, dat ik beter
uit zulk een omgeving kon-
de wegblijven. Waarin ik
haar moest gelijk geven.
ram
Wal een
katapult I
/0
•vJÏ.
Jj 1 1
fm-
m U\É
CeerrtfM t l e torn 6 Cü|ll >l|ll
In de nieuwe vertaling heeft men dit
dan ook tot het uiterste beperkt. Men
heeft er naar gestreefd het Nederlands
te doen zijn een Nederlands van onze
tijd. Buitengewoon bekende teksten
heeft men zo weinig mogelijk veranderd.
God geve, zo eindigde prof. Aalders,
dat deze vertaling tot rijke zegen voor
velen mogen worden en dat men meer
gaat begrijpen, wat het Wooid
Gods te zeggen heeft.
Hierna sprak prof. De Zwaan. Het
Nieuwe Testament is te vergelijken met
klokkenspel. De verschillende indi
viduele klanken, die erin te horen zijn,
toch een wonderbare harmonie.
Het Grieks van de tijd der apostelen
kennen we nu veel beter dan vroeger.
We kennen het haast te goed om het
gemakkelijk te kunnen vertalen.
In het woestijnzand van Egypte is veel
ateriaal gevonden, geschreven op papy-
is, dat onze kennis van het Nieuwtes
tamentische Grieks buitengewoon ver
rijkt heeft. Had men nu bij de vertaling
handschrift van 300 n. Chr. voor
zich liggen, de statenvertalers moesten
het doen met een handschrift
1000 jaar later. Het Nieuwtestamenti
sche Grieks stond in hun tijd nog een
hen grote moeilijkheden
meebracht. Nu kan het voorkomen, dat
bij de lezing van da nieuwe verta-
een plaats tegenkomt, die voor
tweeërlei uitleg vatbaar is; men mag er
echter van overtuigd zijn, dat in zo'n
geval de grondtekst zelf deze mogelijk
heid biedt.
De brieven van Paulus zijn leesbaar
der geworden, omdat men de zinindeling
duidelijker maakte. De klassieke vorn
van de Statenvertaling heeft men zó be
waard, dat men wel eens meent me'
een revisie van dit oude werk te doen
te hebben. Hierna vergeleek spreker de
statenvertaling met de nieuwe vertaling,
door enkele passages uit beide vertalin-
>n voor te lezen.
Spreker eindigde met de bede, dat dit
werk zó gezegend mag worden, dat deze
vertaling een nationaai goed wordt.
Dr De Wit sloot de bijeenkomst.
Arrestantenwagen!" verbeterde ik.
,,Foei, wat moeten wJJ met een overval
wagen doen!"
Samen gingen we, arm ln arm, door
die witte wereld van het plantsoen. En
de sneeuwvlokken dartelden om ons
heen en vlijdden zich geruisloos neer op
het watten tapijt, waaronder het park
weggekropen was. Zwart was het water
van de singel, waarin een eenzame wilde
eend zachtjes voortroeide. Op het hek
in een der statige plantsoenhuizen zat
?n verkleumd musje.
Via de Hoge Rijndijk en Burggraven-
laan liepen we de Professoren wijk in,
waar de sneeuw op sommige plaatsen
hoog tegen de hekken lag opgewaaid.
Kaal en troosteloos stonden in de vlok
kige verte de naakte bomen op de Ka-
naalweg. En een meisje van een jaar of
met een vuurrode strik in het haar,
zat in een vensterbank en liet haar pop
met verdwaasde ogen kijken naar die
wondere witte wereld.
Bowientje begon jeugdig te glijden,
maar toen ze bijna haar enkel verzwikte,
greep ze gauw mijn arm, opdat ik haar
naar mijn vermogen verstandiglijk zou
leiden, zoals ln het trouwformulïer staat.
Grauw en zwaar van sneeuw hing de
lucht over de Professorenwijk. Aan een
deur stond een melkboer in z'n handen
te blazen. Een dienstmeisje bracht hem
een kop koffie, waarvande damp in
grote wolken afsloeg. Een 'straat verder
kwam uit een hoekhuis de verkwikken
de geur van een pittige erwtensoep.
,,'k Zou best een kop lusten", zei Bo
wientje. „Al was het alleen maar om m'n
handen te warmen". Nu ben ik een eco
nomisch man, dus stelde ik voor naar
een zekere eetgelegenheid te gaan en
één kop soep te bestellen. Bowientje zou
er eerst haar handen aan mogen warmen
en daarna zou ik het opeten. Maar dóór
trapte dat Bowientje van me toch niet
in. Wèl In een grote plas, die verraderlijk
weggescholen lag. Haar voeten waren
nat en de nylons hadden spetters. En dat
laatste was het ergste, want per slot van
rekening kosten die onzichtbare kousen
altijd nog een paar rijksdaalders, terwijl
ze haar voeten Indertijd voor niets mee
gekregen heeft.
„Abah", zei ze. En toen schoof er een
dikke plak sneeuw van 't dak van een
winkelpand. Ik kon nog net opzij sprin
gen. zodat Bowientje de volle laag kreeg.
Een beetje zielig en verloren, met een
toets van verwijt er bij, keek ze me
aan. En toen de wind wat begon toe te
nemen en er een frisse, vrolijke sneeuw
jacht begon op te steken, vond ze het
och maar weer welletjes.
„We moesten maar naar huis gaan",
zei ze kleintjes, en dapper stortten we
>ns voorover in de steeds wilder worden
de jacht van kleine, prikkelende vlokjes,
die zelfs tussen de kieren van onze jas
sen drongen.
Boven ln de stadhuistoren zat Rein
Heering te verkondigen, dat we vrij en
blij leven op Neerlands dierb're grond.
,.Hij liever dan ik", bibberde Bowien
tje. en als een ooievaar in een sloot, zo
liep ze met hoge pasjes langs de sneeuw
hopen en modderplassen, die de trottoirs
sierden.
In het Plantsoen, bij de Kraaierstraat,
Leidse smaliilmers boek
ten vooruitgang
De liga bestaat binnenkort
tien jaar
De Leidse smalfilmers zijn technisch
beter geworden sinds de club-filmmatch
van 1951. Dat constateerde de voorzitter
van de Leidse liga, de heer H. Kleibrink.
gistei avond in de Turk, waar een acht
tal smalfilms van leden aan het oordeel
van de vergadering werd onderworpen.
Er werd speciaal gelet op het idee,
waarvan de makers zijn uitgegaan, op de
originaliteit daarvan en de bruikbaar
heid voor amateurs. En verder op de
vormgeving (begin en einde), de foto
grafie en de montage.
De eerste prijs (f 15) werd toegekend
aan de heer C. J. N. Stolwijk met „Een
man weet het beter", de tweede (f 10)
aan de heer J. Pieëte met „Robert de
badgast", en de derde (f 5) aan mr J.
Ph. van Hasselt met „Ik werk thuis". De
heren Pieëte en Van Hasselt stelden hun
pryzen beschikbaar voor het filmfonds.
In deze bijeenkomst werden ook de
plannen voor de viering van het a.s.
tweede lustrum van de Leidse Smal
film Liga besproken. De eigenlijke jubi
leumdag is 16 Maart, het feest wordt
echter gevierd op Zaterdag 22 Maart
Een commissie van voorbereiding is ge-
f Advertentie)
Voorkomt
voetgebreken draagt
EN ALLEENVERKOOP BIJ
HAARLEMMERSTRAAT 131 - LEIDEN
waren kleuters bezig een sneeuwpop te
componeren. Hun product deed me aan
Ouborg denken, en ik vond het jammer
dat deze kinderen niet mee konden doen
aan een wedstrijd van experimentelen
en abstracten.
Over de Hogewoerd stormde een auto
Breestraatwaarts, zodat de kleren der
passanten innig kennismaakten met de
onvolprezen Leidse modder.
..Vlegel", zei Bowientje.
En ze haalde me het woord uit de
mond.
Wanneer een sneeuwvlok uit de
lucht neerdaalt, zegt hij al wentelend
en kerend „goeden dag".
Hoe de Timdeleiclub Daddy heeit gezegd
A L GING PRINSES BEATRIX gisteren gewoon naar school en al was er
ergens in de stad de ervaring van een zorgeloze dag-vrijaf, toch
wekte de vice-voorzitter van de Leidse Chr. Oranjevereniging, de heer
L. Questroo, allen, die in de Burcht ter viering van Beatrix' verjaardag
waren bijeengekomen, op tot blijheid.^
Bijzondere welkomstwoorden werden
gesproken tot het kamerorkest Sylvia,
dat o.l.v. J. Meerpoel de hiaten in het
programma aangenaam musicerend vul
de, tot de afgevaardigden van de vereni
ging Koninginnedag en tot de heer C.
Schout, wiens aanwezigheid een wonder
werd genoemd.
De Timdelerclub was belast met de
vermeiing der feestvierenden. Globaal
gezien werd de opvoering van het
Amerikaanse blijspel „Ik noem je Daddy"
Guy Bolton en George Middleton een
es. Lettend op de delen, die samen
het geheel van de vertolking vormden,
kunnen wij ons niet aan critische ge
dachten onttrekken.
Er bestond namelijk voortdurend een
disharmonie tussen de levenskracht van
het stuk zelf en de realisering er van
door de spelers. Een gerenommeerd ge
zelschap als de Timdelerclub kan zich
niet veroorloven, het succes van een
optreden te laten afhangen van die trek
ken in een stuk, die afgezien van alle
epel de lachlust en de nieuwsgierig
heid naar de afloop bij de toeschouwer
en -hoorder prikkelen.
Wanneer spel en stuk elkaar in kracht
gelijk zijn, dan worden zij same
voor de toneelliefhebber hartverheffen
de eenheid en dan wordt daar groot ge
noegen aan beleefd. De hier aangetoonde
onenigheid belemmerde het gave, onge
stoorde contact tussen toeschouwer
toneel.
Er is één zeer gunstige uitzondering te
maken. Wij bedoelen het sterk in de aan
dacht tredende spel van de heer P. A.
Kouwenhoven. Deze gaf een uiterst fijne
vertaling van de figuur van James
een nerveuze oude weduwnaar, a»
tergd en misbruikt door zijn gez~ sgeno-
ten, zich in de wildernis van '.et Zuid-
Amerikaanse Amazone-gebied terugtrekt
en bij terugkomst de windbuilen van fa
milieleden terug vindt als. hardwerken
de mensen, dit als gevolg? van een lisl
van de procuratiehouder Adam Smith
(J. Donkers). Zowel dic*\e als mimiek
van de heer Kouwenhoven waren
Miniaturen uit de Westelijke Himalaja
in het museum voor Volkenkunde
Tekeningen van een bijzondere bekoring
die nog duidelijk zichtbaar zijn, zijn van
een bijna ongelofelijk raffinement. Hier
moge dan el kunsthistorisch van een
synthese tussen de „primitieve" Rajpüt-
stijl en de „klassicistische" stijl van de
Indische Moslims sprake zijn, deze mi
niaturen zijn noch primitief (al wordt
er wel eens „gehannest" met het
perspectief), noch klassicistisch in de
zin van: zielloos nageaapt. De portret
ten zijn raak en stijlvol, de religieuze
voorstellingen innig, het geheel zeer de
coratief en waar de kleur is aange
bracht zeer verfijnd.
Het museum organiseerde voor gister
avond een inleidende lezing met licht
beelden door mr A. H. N. Verwey. Spr.
bepaalde de plaats van deze kunst in het
leven van Voor-Indië en besprak voor
wie en door wie deze miniaturen wer
den geschilderd, de techniek en de ty
pische kenmerken, waardoor deze stijl
zich onderscheidt van andere stijlen.
Tenslotte gaf hij een indeling van de
tentoonstelling naar de onderwerpen,
waarbij hy vooral de religieuze betekenis
van verschillende uitbeeldingen toe
lichtte.
Na afloop van de lezing werd een be
zoek aan de tentoonstelling gebracht.
De expositie is tot 1 Mei te bezichtigen.
In de zaal, waar gewoonlijk Japanse
prenten worden geëxposeerd, toont het
museum voor volkenkunde met ingang
van heden 25 miniaturen uit de Weste
lijke Himalaja. een keuze uit de collec
tie vón prof. dr J. Ph. Vo°^ uit Oegst-
geest, die bijv. al omml vele pren
ten nog in statu nascendi verkeren
zeer interessant genoemd mag worden.
De miniaturen dateren uit de bloei
periode van de Kangrastijl (tweede
helft 18e eeuw tot ver in de 19e eeuw)
en zyn pronkjuweeltjes van tekenkunst.
De penseelschetsen, waaromheen de de
finitieve tekening werd aangebracht, en
grote verrassing en wij zeggen niet te
veel, als wij beweren, dat het hele eerste
bedrijf en een groot deel van het derde
hun aantrekkelijkheid aan zijn spel had
den te danken.
Het tweede, waarin de hoofdrolspeler
iet voorkwam, daalde ogenblikkelijk af
it een lager niveau. Bepaald onvoldoen-
e was Piet Chrispijn als dr Jack Jef
ferson, lijfarts en buurman en liefheb
dochter Eva. De tweede Eva
aanbidder, de heer J. Bogaards, zegde als
Lord Andrew Gordon zijn rol uitstekend
maar zijn verbeelding kon de voornaam
heid in houding van een Schots edelman
niet bereiken. De rest was navenant,
soms goed, maar vaak had men beter ge
kund.
Resumerend komen wij tot de conclusie
dat de zaal aantrekkelijk toneel heeft ge
zien. maar dit was in hoofdzaak de ver
dienste van de hoofdrolspeler. De regie
de heer Kouwenhoven was goed en
use-en-scène vooral in het derde be
drijf uitstekend.
Lancrino lederwaren-
fabriek wordt gesloten
De Lancrino lederwarenfabriek te Lei
den gaat na het aflopen van de laatste
order definitief sluiten. Het pand zal in
Juli voor andere doeleinden in gebruik
worden genomen. De omstreeks 70 perso
neelsleden zullen ander werk moeten
zoeken. De maehines en voo:rraden
den publiek verkocht.
De ongunstige resultaten die tot deze
ontwikkeling hebben geleid, zyn vooral
veroorzaakt doordat geen enkele maat
regel van regeringszijde werd genomen,
toen het vorig Jaar de Duitse invoerstop
afkwam. Terwijl in één slag de export
lamgelegd werd, Het de regering de onge
breidelde import van Duitse lederwarer
voortduren, hetgeen voor de Nederland
se industrie tot desastreuze gevolgen heetf
geleld, aldus deelde de directie ons mede.
Eerste „pauze-concert"
Clara Haskil in het
Snouck Hurgronjehuis
Het Leids Academisch Kunstcentrum,
dat van een steeds grotere activiteit blijk
geeft, nam een even oorspronkelijk als
gelukkig initiatief door het organiseren
van een reeks zgn. pauze-concerten in
het hiertoe bij uitstek geschikte Snouck
Hurgronjehuis. Deze korte recitals zul
len aan de studenten en andere acade
mici de gelegenheid bieden, tijdens de
middagpauze zich geestelijk te verrij
ken. en wel op zeer aantrekkelijke wijze.
Het was de beroemde pianiste Clara
Haskil, die deze serie van vier concer
ten opende met een pianovoordracht,
waarin achtereenvolgens beluisterd wer
den Bachs partita in e. Haydns bekende
sonate in D. twee intermezzi, in a en es.
van Brahms, Schuberts impromptu ia
Ges in Chopins nocturne in Des.
Het is wel overbodig nogmaals op de
grote pianistische kwaliteiten van deze
eminente kunstenares in te gaan. Wy
releveren slechts de tintelende levens
vreugde, die zy in deze prachtige Haydn-
sonate wist te leggen, en de verstilde
melancholie van Schuberts Ges dur-
impromptu. De talrijke aanwezigen zul
len het slechts betreurd hebben dat dit
niet nog uren kon doorgaan, en zij zul
len met prof. dr S. Dresden, die de pia
niste met een korte toespraak inleidde,
hopen, dat we Clara Haskil spoedig weer
aan het Rapenburg zullen mogen be
luisteren.
J. VAN DER VEEN
Nijmegen e.o. automatisch
bereikbaar
Met ingang van vandaag zyn de netten
van het lelefoondistrict Nymegen auto
matisch bereikbaar voor aangeslotenen
van het telefoondistrict Den Haag (du«
ook voor Leiden en omgeving).