Belevenissen Hoge rond Leidens Schole MARINE - ook voor Nederland noodzakelijk grootste kracht in Europa Communistische ondergrondse en atoom bommen regelen Amerikaanse strategie ÏMET "BOWIENTJE door besneeuwd Leiden l^ f 0 "JL Forma Ilatura HOOGENBOSCH Chr. Oranjevereniging vierde verjaardag der Prinses nieuwe leidsche courant 3 VRIJDAG 1 FEBRUARI 19S2 Positieve ideologie vereist I Kapt. It. Van der Mey wees er op. dat Nederland niet alleen zich zelf moet ver dedigen, maar ook Nieuw-Guinea, Suri name en de Ned. Antillen. Het Wester se blok heeft verder een Nederlandse bijdrage nodig, omdat wij grote erva ring hebben als zeevarende natie. Het gaat er voor ons niet om een harmo nisch opgebouwde vloot te bezitten. Wat Nederland inbrengt, is goed, omdat wij toch volledig samenwerken met de bondgenoten. Spr. ging de kracht van het centrale blok (Rusland en aanhang) na en kwam tot de slotsom, dat dit blok alles heeft wat het op oorlogsgebied wenst, uitge zonderd de vloot, die maar een betrek kelijke macht heeft. De onderzeevloot is het belangrijkste onderdeel (men schat de sterkte tussen de 350 en 1000 onder zeeboten), dat veel schade kan berok kenen. Wij behoeven deze vloot echter niet te vrezen. Ter land is het centrale blok echter sterker, vooral door de sterke ideologie, waarmee de militairen zijn behept. De positie van het Westen is gelegen rond het centrale blok. Daarom moeten wij ons verdedigen tegen speerpunten, die op ieder gewenst ogenblik kunnen uitschieten (o.a. in Korea). Een middel hiertegen is het snelle transport van de weinige krachten van de ene plaats naar de andere. Want „onze" wereld, die onderhandelt en geen afstand kan doen van het verleden, is in feite zwak. Het schip, dat nog altijd het belang rijkste transportmiddel is, kan dan onze redding zijn, beklemtoonde kapt. It. Van der Mey, die Korea al weer als voor beeld aanhaalde. Immers: door de snele komst van troepen uit de Ver. Staten kon in Korea een catastrophe worden tegengehouden. En voor die troepen er waren, wisten vliegtuigen van de vlieg dekschepen voor een belangrijk deel de opmars der Roden te vertragen. Een sterke vloot kan de diverse we reld-brandpunten beheersen en de scheepvaart levendig houden. Wat het Westen nu aan vloot heeft is onvol doende. Bij het bezien van de situatie in Euro pa de Oosterse frontlijn is zeer dicht bij wees kapt. It. Van der Mey op de merkwaardigheid, dat de Amerikaan Eisenhower opperbevelhebber is in een werelddeel, dat zo veel grote veldheren heeft opgeleverd. Omdat echter de Euro pese volkeren elkaar de eer van opperbevel niet gunnen, moet een kelijke Amerikaan het op zich nem Spr. herinnerde aan de conclusie het boek van de Duitse pantsergeneraal Guderian, dat Europa niet kan worden verdedigd. Maar Guderian vergat zeemacht! De zee is het enige punt Europa, waar het Westen zich veilig Gen. Eisenhower, die Europa in drieën verdeelde voor zijn verdedigingsplan, nam zelf de leiding op zich in Midden- Europa, terwijl de Noordelijke vleugel onder bevel staat van een admiraal (een Engelsman), evenals de Zuidelijke vleu gel (een Amerikaan). Hiermee is wel aangetoond, dat de zeemacht ook Europa van het meeste belang is. zee biedt immers gelegenheid tot ope reren achter het front en is de laatste barricade bij een overrompeling. De Amerikaanse vloot in de Middel landse Zee is geheel zelfstandig en hoeft geep gebruik te maken van haven. Dit is wegens het gevaar va atoombom en sabotage. En de atoombom zal zeker worden gebruikt, terwijl i munistische gevaren in havens niet gen worden onderschat. Ook hier in derland niet. De vijfde colonne van 1940 noemde spr. kinderspel bjj wat wy nu kunnen verwachten. Men Is sterk in aantal bovendien sterker in ideologie. De cc mandovoering noemde spr. perfect. Nu er een ambtenarenverbod is, zijn de PUZZLE- PROM1NENTEN 1. A. de Water, Treubstraat 12, Voorschoten: 2. P. J. Schuijl, Ruys- daelstraat 66, Alphen aan den Rijn; 3. A. Scheepstra, p.a. Vreewijkstraat 1, Leiden. Familieberichten uil andere bladen Getrouwd: A. R. H. Comte de Gerlicz en G. C. M. Beels, Tours (Frankrijk) Aerdenhout. Bevallen: mevr. v. d. Heide-Wessel, A'dam; mevr. De Zwaan-Kettner, z. Bilt- hoven; mevr. v. d. Berg-Hertzdahl, Amersfoort: mevr. J. H. van der Poel van Woerkom, z. Djakarta; mevr. Hasse laar-de Gaay, z., Djakarta. Overleden: C. Palfenier, m. 60 j., Bloe- mendaal; A. Graadit van Roggen-Kuiper, v., Huis ter Hedde; J. Maats, m., 57 j. Alkmaar; A. v. Gerve, v., Bussum; J Dekker, v., 53 j., Haarlem; W. S. Buijze- van Bra kei, v., 74 j., R'dam; M. C. Meijer, v., 40 j., R'dam; J. de Blank, m., Harrow on the Hill, Engeland. WIJ MOETEN VOOR ONS IDEAAL; de vrede iets over hebben, zei kapt. luit. t.z. N. J. N. van der Mey van de marinestaf gisteravond, toen hij in de universiteit voor studenten een antwoord gaf op de vraag: Waarom heeft Nederland een marine nodig? In de loop van zijn betoog zei hij, dat de atoombom in een toekomstige wereldoorlog zeker als tactisch wapen zal worden gebruikt. Als zijn vaste overtuiging gaf kapt.-luit. Van der Mey verder te kennen, dat een eventuele strijd ongetwijfeld door het Westen zal worden gewonnen. munlsten ondergedoken en kunnen z\j zich grondig voorbereiden. Wat stellen wtf hier tegenover?, zo vroeg kapt. it. Van der Mey. Wel hebben wij een leger, een luchtmacht en een marine, maar wij moeten ook een posi tieve ideologie hebben. Wij moeten een maatsch'appij scheppen, waarin men het goed met elkaar meent. Dan volgt de rest vanzelf. Want het zijn niet de wa pens, maar de mensen die er achter staan, die belangrijk zijn in de strijd. Brengen we deze ideologie niet op, dan gaan we ten onder. Als motieven, waarom Nederland een vloot nodig heeft, noemde kapt. lt. Van der Mey verder de belangrijke ha- de bescherming van hei kustge bied. Hoewel wij materieel niet goed zijn uitgerust, hebben wij mensen, die hun taak goed verstaan. Ook is het vwr or ze handelsmarine van psychologisch belang dat Nederlandse schepen haar beschermen. De Kon. Marine verloor in de afgelopen ij log een kwart van haar beroepsper- iietl. De opleidingen stonden stil door de oorlog en door het conflict in Indo- Anders was de Kon. Marine al op gebouwd. Maar we gaan nu een vaste richting uit en ik garandeer li, Ua? het gold, d't in de marine wordt gestoken, in tastbare feiten weer uit zal ko- i, aldus besloot Kapt. It Van der Mey rijn rede. Don Kozakken naar Leiden Het beroemde Don Kozakkenkoor is van plan eind Februari een uitvoering in Leiden te geven. Deze uitvoering wordt georganiseerd in het kader van het afscheidstournée van het koor. Burgerlijke stand van Leiden GEBOREN: Johannes C. zn v. W. N. d. Voort en J. Prins; Jacob H., zn v. H. C. D. den Hertog en M. Polak; Cor nelia dr v. P. Tolen en A. P. Kamp; Heiltje dr v. J. Immerzeel en P. W. Se- pers; Cornelia E. dr v. H. Jagerman en N. Mens; Willem L. zn v. K. A. I. van Turenhout en H. Terpstra; Jozef L. F. v. J. E. Hoogenboom en J. M. Dobbe ONDERTROUWD: H. van Lieshout en M. P. E. de Vries; J. H. Jansen en H. C. Siera; Th. J. van Valderen en E. Flo- n; T. M. Wagtendonk en D. Knop- perts; J. W. Snijders Blok en E. de Bruijn; T. T. Oei en T. G. Gouw; W. C. v. d. Berg en C. L. M. Ruijtenbeek; A. van Egmond en M. Dirkse. Agenda voor Leiden Vrijdag Stadsgehoorzaal, 7.45 uur: Olympische avond. Schouwburg, 8 uur: Ballets Jooss voor K. en O. Zaterdag Volkshuis, 4 uur: Terschelling, door de folklorist en musicoloog Jaap Kunst. Stadsgehoorzaal, 8 uur: „Tot Ieders Genoegen" brengt „Het Spook van de Vrijburcht". Tentoonstellingen Universiteitsbibliotheek: De Bijbel ln j het Nederlands door de eeuwen heen I ♦t.e.m. 9 Februari). Prentenkabinet, werkdagen 1 uur tot half «5: houtsneden van A. Dürer (te.m. 11 Februari). Nachtdienst apotheken. Apotheek Van Driesum, Mare 110, tel. 20406, en de Zuider-Apotheek, Lammen- schansweg 4, tel. 23553. Prof. dr I. M. van der Vlerk zestig jaar Prof. dr I. M. van der Vlerk, hoogle raar in de historische geologie en pa leontologie aan de rijksuniversiteit te Leiden, is gisteren zestig jaar geworden. Op zijn verzoek wordt hiervan pas van daag melding gemaakt. Isaak Martinus van der Vlerk werd te Utrecht geboren, alwaar hij de H.B.S. bezocht. Na het staatsexamen werd hij aan de universiteit aldaar ingeschreven als geologisch student waarna hij deze studie voortzette in Groningen en Bazel. In 1912 promoveerde hij te Leiden op een proefschrift, getiteld: Studiën over Nummulinidae en Alveolinidae. Na een leraarsfunctie aan de H.B.S. te Schiedam werd dr Van der Vlerk aan gesteld als geoloog in buitengewone dienst van de mijnbouw in Nederlandsch Tndië. In 1928 volgde zijn benoeming als conservator van het museum voor geolo gie en mineralogie te Leiden en doceerde hij van af die tijd als privaat docent aan de rijksuniversiteit alhier palaeontologie en historische geologie. In 1931 volgde zijn benoeming tot lector in deze weten schap. waarop in 1938 het buitengewoon en in 1947 het hoogleraarschap volgde. Van de hand van professor Van der Vie verschenen vele wetenschappe lijke artikelen in vakbladen over micro- l alaeontologie en stratigrafie van Indië. Nog twee exemplaren van Bijbel van 1477 in Leiden Op de eerstvolgende veiling van Bur- gersdijk en Niermans zal een compleet exemplaar voorkomen van de eerste in het Nederlands gedrukte Bijbel van 1477, die ook op de tentoonstelling in de uni versiteitsbibliotheek is te zien. Dit exem plaar zal hoogstwaarschijnlijk wel niet in Leiden blijven en het is de vraag, of zich nog wel eens een herhaling van het feit, dat nu twee exemplaren van deze zeldzame Bijbel in onze stad aanwezig zijn, zal voordoen. Ziektekostenregeling voor het gemeentepersoneel Op 17 December stelde de Leidse raad in handen van B. en W. om praeadvies het voorstel van de heer J. H. Schüller tot het belastingvrij uitkeren van de tege moetkoming aan het gemeentepersoneel in de kosten van geneeskundige verzor ging, op welke tegemoetkoming dat per soneel aanspraak is toegekend. Omdat het rijk de loonbelasting in dit geval practisch ook voor zijn rekening neemt, stellen B. en W. voor, het voorstel- Schüller te aanvaarden. De kosten zullen, globaal genomen, f4000 per jaar belopen. En omdat Bowlentje en ik in al de jaren van ons houwelijksleven veel ge wandeld hebben, zijn wij gisteren In onze hoge schoenen en warme jassen gescho ten, sloten de warme behagelijkheid van de huiskamer achter ons en stapten man en vrouwmoedig in de felle sneeuwjacht, die docr de straten woei. Bowientje stak uitdagend haar neus vooruit en liet de kleine vlokjes er op landen. „Daag!" zei Toen zei Ik: „Waarom zeg Je dat?" „Wel", zei zij toen weer, „je kent toch dat versje: Whenever a snowflake leaves the sky. It turns and turns to say „Good-by!"*) Nou, ik groet alleen maar terug!" Bowientje is nogal anglophiel aange legd. Ze is dol op de Engelsen en dol op Engelse versjes. Dat komt, ze heeft vroe ger Engelse ziekte gehad, en dat schijnt je toch nooit helemaal te boven te ko- „Laten we eerst naar het plantsoen gaan", stelde ze voor. „Daar is het onge rept". Het was Inderdaad zö ongerept, dat ik onmiddellijk een flinke hand sneeuw nam en Bowientje probeerde in te was sen. „Als je dat doet", gilde ze, „schreeuw ik om de politie. En dan komt lekker de overvalwagen!" N.B.G., afdeling Leiden, hoorde bijzonder heden over de nieuwe bijbelvertaling Prof. dr Aalders en prol. dr De Zwaan voerden het woord TN VERBAND met het gereedkomen van de nieuwe bijbelvertaling hield het Nederlands Bijbelgenootschap, afdeling Leiden, gisteravond een bijeenkomst in de Zuiderkerk. Prof. dr G. Ch. Aalders van de Vrije Univer siteit sprak over de vertaling van het Oude Testament. Prof. dr J. d< Zwaan uit Leiden belichtte in een rede, getiteld: het carillon der apostelen, de vertaling van het Nieuwe Testament. Beide hoogleraren hebben aan de nieuwe vertaling van het begin af aan meegewerkt. Onder leiding van de heer J. Bontje verleende het Doopsgezinde kerkkoor, versterkt met het wijkkerkkoor „Irene", medewerking. Ds J. de Wit, voorzitter Van het N.B.G., afdeling Leiden opende de bijeenkomst. De nieuwe vertaling, aldus prof. Aal ders. is een geweldig werk geworden, vooral door het feit, dat de medewer kers, die tot verschiUende kerken be horen, onder Gods zegen tot eenstem migheid zijn gekomen. Het Oosters colo- riet van het Oude Testament moest be waard blijven, zonder dat dit de Wes terse lezer schade doet. Moeilijkheden leverden de eigenaardige Hebreeuwse uitdrukkingswijzen en ook het feit dat het Hebreeuws geen werk woordstijden kent. Bij de vertalers zat alleen de begeerte voor om de He breeuwse of Aramese tekst zo getrouw mogelijk in het Nederlands over te zet ten. Elke poging om een eigen gedachte in de tekst te leggen is hun verre ge bleven. In zeker opzicht heeft de nieuwe ver taling zich meer aan het Hebreeuws ge houden, dan de Statenvertaling. In de Statenvertaling ontmoeten we nog ai eens cursief gedrukte zinsgedeelten. Deze gedeelten staan echter niet in de oorspronkelijke tekst. Moeizaam neergeschreven door Baerend Bartelsz In den vroegen morgen van het jaar onzes Heren 1598 spoelde op het strand tussen Katwijk en Scheveningen een walvis of potshoofd aan, welke, na door de Hoogge leerde Professor Pieter Pauw onderzocht te zijn, op diens verzoek en op last van de Staten van Holland, werd ontvleesd en deszelfs botten en gehele skelet naar Lei den werd vervoerd, om ge plaatst te worden in het Anatomische Kabinet, tot onderwijzinge en leringe van de studenten. Dank zij mijne kennisse met Harmen Lievensz., wien de sleutels en het schoon houden van de bibliotheek, het Anatomisch Kabinet mitsgaders de Schermschool welke alle in de Falieds Bagijnkerk zijn onderge bracht zijn toevertrouwd, was ik gisterer^in de schone gelegenheid niet alleen het skelet van den walvis te be kijken, doch tevens een rondgang te maken door de zalen, die voor het anato- tniseren zijn ingericht. Het was op enen schonen Donderdag in Augustus, dat voorzeide Harmen Lievensz. m\j bij de Faliede Bagijn kerk opwachtte, die. 2oals gij weet, gelden is in de binnenbocht van het Rapen- borg, tegenover het voorma lige Wittenonnen-conuent. waar thans de Hoge Schole gevestigd is, en wel sinds 1581. „De voorzijde", zo vertelde Herman Lievensz. mij, „is ingericht als bibliotheek ran de Hoge Schole, doch het achterste gedeelte is voor de Anatomie ingericht. Volg mü slechts." Door ene achterdeur kwa men wij aan enen trap. die naar het bovenste gedeelte van de kerk voerde. „Men heeft," zo vervolgde mijne gids, „een houten zoldering in de kerk aangebracht, waardoor men de beschik king heeft gekregen over vier ruimten. Ik zegge vier. den een toepasselijke spreuk in de hand, zoals „Memento mori" en „Pulris et umbra sumus", hetgeen betekent „Gedenkt te sterven" en „Wij zijn stof en schaduw", zoals Harmen mij uitlegde Ik kwam niet uitgekeken, hoewel de koude rillingen mij op den rug liepen. Ik zag gelooide mensenhuid van enen doodgevonden II. Het Rariteiten-kabinet omdat men tevens ene muur heeft gebouwd, die het ruim eveneens in twee delen ver deelt. Wij moeten in het bo- venste achtergedeelte zijn: het Theatrum Anatomicum". Door middel van enen trap kwamen wij boven, en op hetzelfde ogen blik deins de ik terug. Want van alle kanten grijnsden mij doods koppen aan, die aangebracht waren op zes balustraden. Deze balustraden waren ringvormig, de een achter en hoger dan de vorige; ge lijk de zitplaatsen bü ene schouwburg. „Hier kunnen de studenten staan", zo zei- de mij Harmen Lievensz., „wanneer Professor Pauw zijn anatomische lessen Maar ik hoorde amper wat hij reide. Ik moest maar kijken naar al die ske letten en doodskoppen, waarvan enkele gezeten wa ren op het geraamte van een paard of koe. Sommige hiel- landloper onder Zoeterwou- de, zoals Lievensz. mij ver telde geraamten van vo gels, koppen van herten en zo waarlijk zelfs van enen beer, en den schedel van enen olifant en enen neus- „Deze gehele wondere ver zameling," zo legde mijn gids my uit, „is bijeenge bracht door de hooggeleer de Professoren en door vrienden van de Hoge Scho le. Zij dient om de studenten in het inwendige van mens zowel als dier te onderrich ten." Langs de wanden waren voorts platen van dieren, waarvan sommige met kleu ren. Ook was er een kast, waarin de instrumenten be waard werden, waarmede de hooggeleerde Pauw ana tomiseert. „Wanneer er ene boef terechtgesteld is, of een landloper langs de weg ge vonden wordt, komt hij hier terecht," zo zeide mij Har men Lievensz. „Hij wordt dan op deze tafel gelegd en open gesneden, zodat de stu denten, die zich achter de balustraden bevinden, kun nen zien hoe schoon en in gewikkeld het menselijk li chaam geschapen is". Ik gruwde bij deze ge dachte en, bleek wordend, keek ik naar de eivormige tafel, waarop zovele bloede rige tonelen zich moesten hebben afgespeeld. Harmen Lievensz. vertelde my, dat meestentijds in December en Januari alhier geanatomi seerd wordt, aangezien deze beide maanden de koudste van het jaar zijn, zodat de lijken dan niet zo zeer aan bederf onderhevig zijn. In den kelder mocht ik kijken naar het gebeente van voornoemden walvis, dat nog niet geheel in elkaar gezet en opgesteld was. Er waren ribben, zo dik als eens mans dij, en de schedel was zo groot als ene flinke tafel. En terwijl ik naar de ze wondere wrochtingen van den Schepper keek, be dacht ik hoe treinig de mens eigenlijk weet van wat in de lucht, op en onder de aarde en in de zeeën leeft en huist. Toen ik weder tehuis kwam, vroeg Lijsbeth, myne huisvrouw, waarom ik een weinig bleek zag. Toen ik haar vertelde van wat ik in het voormalige kerkgebouw aan het Rapenborg gerien had. bijzonderlijk aangaande de skeletten en het anatomi seren, zeide zij, dat ik beter uit zulk een omgeving kon- de wegblijven. Waarin ik haar moest gelijk geven. ram Wal een katapult I /0 •vJÏ. Jj 1 1 fm- m U\É CeerrtfM t l e torn 6 Cü|ll >l|ll In de nieuwe vertaling heeft men dit dan ook tot het uiterste beperkt. Men heeft er naar gestreefd het Nederlands te doen zijn een Nederlands van onze tijd. Buitengewoon bekende teksten heeft men zo weinig mogelijk veranderd. God geve, zo eindigde prof. Aalders, dat deze vertaling tot rijke zegen voor velen mogen worden en dat men meer gaat begrijpen, wat het Wooid Gods te zeggen heeft. Hierna sprak prof. De Zwaan. Het Nieuwe Testament is te vergelijken met klokkenspel. De verschillende indi viduele klanken, die erin te horen zijn, toch een wonderbare harmonie. Het Grieks van de tijd der apostelen kennen we nu veel beter dan vroeger. We kennen het haast te goed om het gemakkelijk te kunnen vertalen. In het woestijnzand van Egypte is veel ateriaal gevonden, geschreven op papy- is, dat onze kennis van het Nieuwtes tamentische Grieks buitengewoon ver rijkt heeft. Had men nu bij de vertaling handschrift van 300 n. Chr. voor zich liggen, de statenvertalers moesten het doen met een handschrift 1000 jaar later. Het Nieuwtestamenti sche Grieks stond in hun tijd nog een hen grote moeilijkheden meebracht. Nu kan het voorkomen, dat bij de lezing van da nieuwe verta- een plaats tegenkomt, die voor tweeërlei uitleg vatbaar is; men mag er echter van overtuigd zijn, dat in zo'n geval de grondtekst zelf deze mogelijk heid biedt. De brieven van Paulus zijn leesbaar der geworden, omdat men de zinindeling duidelijker maakte. De klassieke vorn van de Statenvertaling heeft men zó be waard, dat men wel eens meent me' een revisie van dit oude werk te doen te hebben. Hierna vergeleek spreker de statenvertaling met de nieuwe vertaling, door enkele passages uit beide vertalin- >n voor te lezen. Spreker eindigde met de bede, dat dit werk zó gezegend mag worden, dat deze vertaling een nationaai goed wordt. Dr De Wit sloot de bijeenkomst. Arrestantenwagen!" verbeterde ik. ,,Foei, wat moeten wJJ met een overval wagen doen!" Samen gingen we, arm ln arm, door die witte wereld van het plantsoen. En de sneeuwvlokken dartelden om ons heen en vlijdden zich geruisloos neer op het watten tapijt, waaronder het park weggekropen was. Zwart was het water van de singel, waarin een eenzame wilde eend zachtjes voortroeide. Op het hek in een der statige plantsoenhuizen zat ?n verkleumd musje. Via de Hoge Rijndijk en Burggraven- laan liepen we de Professoren wijk in, waar de sneeuw op sommige plaatsen hoog tegen de hekken lag opgewaaid. Kaal en troosteloos stonden in de vlok kige verte de naakte bomen op de Ka- naalweg. En een meisje van een jaar of met een vuurrode strik in het haar, zat in een vensterbank en liet haar pop met verdwaasde ogen kijken naar die wondere witte wereld. Bowientje begon jeugdig te glijden, maar toen ze bijna haar enkel verzwikte, greep ze gauw mijn arm, opdat ik haar naar mijn vermogen verstandiglijk zou leiden, zoals ln het trouwformulïer staat. Grauw en zwaar van sneeuw hing de lucht over de Professorenwijk. Aan een deur stond een melkboer in z'n handen te blazen. Een dienstmeisje bracht hem een kop koffie, waarvande damp in grote wolken afsloeg. Een 'straat verder kwam uit een hoekhuis de verkwikken de geur van een pittige erwtensoep. ,,'k Zou best een kop lusten", zei Bo wientje. „Al was het alleen maar om m'n handen te warmen". Nu ben ik een eco nomisch man, dus stelde ik voor naar een zekere eetgelegenheid te gaan en één kop soep te bestellen. Bowientje zou er eerst haar handen aan mogen warmen en daarna zou ik het opeten. Maar dóór trapte dat Bowientje van me toch niet in. Wèl In een grote plas, die verraderlijk weggescholen lag. Haar voeten waren nat en de nylons hadden spetters. En dat laatste was het ergste, want per slot van rekening kosten die onzichtbare kousen altijd nog een paar rijksdaalders, terwijl ze haar voeten Indertijd voor niets mee gekregen heeft. „Abah", zei ze. En toen schoof er een dikke plak sneeuw van 't dak van een winkelpand. Ik kon nog net opzij sprin gen. zodat Bowientje de volle laag kreeg. Een beetje zielig en verloren, met een toets van verwijt er bij, keek ze me aan. En toen de wind wat begon toe te nemen en er een frisse, vrolijke sneeuw jacht begon op te steken, vond ze het och maar weer welletjes. „We moesten maar naar huis gaan", zei ze kleintjes, en dapper stortten we >ns voorover in de steeds wilder worden de jacht van kleine, prikkelende vlokjes, die zelfs tussen de kieren van onze jas sen drongen. Boven ln de stadhuistoren zat Rein Heering te verkondigen, dat we vrij en blij leven op Neerlands dierb're grond. ,.Hij liever dan ik", bibberde Bowien tje. en als een ooievaar in een sloot, zo liep ze met hoge pasjes langs de sneeuw hopen en modderplassen, die de trottoirs sierden. In het Plantsoen, bij de Kraaierstraat, Leidse smaliilmers boek ten vooruitgang De liga bestaat binnenkort tien jaar De Leidse smalfilmers zijn technisch beter geworden sinds de club-filmmatch van 1951. Dat constateerde de voorzitter van de Leidse liga, de heer H. Kleibrink. gistei avond in de Turk, waar een acht tal smalfilms van leden aan het oordeel van de vergadering werd onderworpen. Er werd speciaal gelet op het idee, waarvan de makers zijn uitgegaan, op de originaliteit daarvan en de bruikbaar heid voor amateurs. En verder op de vormgeving (begin en einde), de foto grafie en de montage. De eerste prijs (f 15) werd toegekend aan de heer C. J. N. Stolwijk met „Een man weet het beter", de tweede (f 10) aan de heer J. Pieëte met „Robert de badgast", en de derde (f 5) aan mr J. Ph. van Hasselt met „Ik werk thuis". De heren Pieëte en Van Hasselt stelden hun pryzen beschikbaar voor het filmfonds. In deze bijeenkomst werden ook de plannen voor de viering van het a.s. tweede lustrum van de Leidse Smal film Liga besproken. De eigenlijke jubi leumdag is 16 Maart, het feest wordt echter gevierd op Zaterdag 22 Maart Een commissie van voorbereiding is ge- f Advertentie) Voorkomt voetgebreken draagt EN ALLEENVERKOOP BIJ HAARLEMMERSTRAAT 131 - LEIDEN waren kleuters bezig een sneeuwpop te componeren. Hun product deed me aan Ouborg denken, en ik vond het jammer dat deze kinderen niet mee konden doen aan een wedstrijd van experimentelen en abstracten. Over de Hogewoerd stormde een auto Breestraatwaarts, zodat de kleren der passanten innig kennismaakten met de onvolprezen Leidse modder. ..Vlegel", zei Bowientje. En ze haalde me het woord uit de mond. Wanneer een sneeuwvlok uit de lucht neerdaalt, zegt hij al wentelend en kerend „goeden dag". Hoe de Timdeleiclub Daddy heeit gezegd A L GING PRINSES BEATRIX gisteren gewoon naar school en al was er ergens in de stad de ervaring van een zorgeloze dag-vrijaf, toch wekte de vice-voorzitter van de Leidse Chr. Oranjevereniging, de heer L. Questroo, allen, die in de Burcht ter viering van Beatrix' verjaardag waren bijeengekomen, op tot blijheid.^ Bijzondere welkomstwoorden werden gesproken tot het kamerorkest Sylvia, dat o.l.v. J. Meerpoel de hiaten in het programma aangenaam musicerend vul de, tot de afgevaardigden van de vereni ging Koninginnedag en tot de heer C. Schout, wiens aanwezigheid een wonder werd genoemd. De Timdelerclub was belast met de vermeiing der feestvierenden. Globaal gezien werd de opvoering van het Amerikaanse blijspel „Ik noem je Daddy" Guy Bolton en George Middleton een es. Lettend op de delen, die samen het geheel van de vertolking vormden, kunnen wij ons niet aan critische ge dachten onttrekken. Er bestond namelijk voortdurend een disharmonie tussen de levenskracht van het stuk zelf en de realisering er van door de spelers. Een gerenommeerd ge zelschap als de Timdelerclub kan zich niet veroorloven, het succes van een optreden te laten afhangen van die trek ken in een stuk, die afgezien van alle epel de lachlust en de nieuwsgierig heid naar de afloop bij de toeschouwer en -hoorder prikkelen. Wanneer spel en stuk elkaar in kracht gelijk zijn, dan worden zij same voor de toneelliefhebber hartverheffen de eenheid en dan wordt daar groot ge noegen aan beleefd. De hier aangetoonde onenigheid belemmerde het gave, onge stoorde contact tussen toeschouwer toneel. Er is één zeer gunstige uitzondering te maken. Wij bedoelen het sterk in de aan dacht tredende spel van de heer P. A. Kouwenhoven. Deze gaf een uiterst fijne vertaling van de figuur van James een nerveuze oude weduwnaar, a» tergd en misbruikt door zijn gez~ sgeno- ten, zich in de wildernis van '.et Zuid- Amerikaanse Amazone-gebied terugtrekt en bij terugkomst de windbuilen van fa milieleden terug vindt als. hardwerken de mensen, dit als gevolg? van een lisl van de procuratiehouder Adam Smith (J. Donkers). Zowel dic*\e als mimiek van de heer Kouwenhoven waren Miniaturen uit de Westelijke Himalaja in het museum voor Volkenkunde Tekeningen van een bijzondere bekoring die nog duidelijk zichtbaar zijn, zijn van een bijna ongelofelijk raffinement. Hier moge dan el kunsthistorisch van een synthese tussen de „primitieve" Rajpüt- stijl en de „klassicistische" stijl van de Indische Moslims sprake zijn, deze mi niaturen zijn noch primitief (al wordt er wel eens „gehannest" met het perspectief), noch klassicistisch in de zin van: zielloos nageaapt. De portret ten zijn raak en stijlvol, de religieuze voorstellingen innig, het geheel zeer de coratief en waar de kleur is aange bracht zeer verfijnd. Het museum organiseerde voor gister avond een inleidende lezing met licht beelden door mr A. H. N. Verwey. Spr. bepaalde de plaats van deze kunst in het leven van Voor-Indië en besprak voor wie en door wie deze miniaturen wer den geschilderd, de techniek en de ty pische kenmerken, waardoor deze stijl zich onderscheidt van andere stijlen. Tenslotte gaf hij een indeling van de tentoonstelling naar de onderwerpen, waarbij hy vooral de religieuze betekenis van verschillende uitbeeldingen toe lichtte. Na afloop van de lezing werd een be zoek aan de tentoonstelling gebracht. De expositie is tot 1 Mei te bezichtigen. In de zaal, waar gewoonlijk Japanse prenten worden geëxposeerd, toont het museum voor volkenkunde met ingang van heden 25 miniaturen uit de Weste lijke Himalaja. een keuze uit de collec tie vón prof. dr J. Ph. Vo°^ uit Oegst- geest, die bijv. al omml vele pren ten nog in statu nascendi verkeren zeer interessant genoemd mag worden. De miniaturen dateren uit de bloei periode van de Kangrastijl (tweede helft 18e eeuw tot ver in de 19e eeuw) en zyn pronkjuweeltjes van tekenkunst. De penseelschetsen, waaromheen de de finitieve tekening werd aangebracht, en grote verrassing en wij zeggen niet te veel, als wij beweren, dat het hele eerste bedrijf en een groot deel van het derde hun aantrekkelijkheid aan zijn spel had den te danken. Het tweede, waarin de hoofdrolspeler iet voorkwam, daalde ogenblikkelijk af it een lager niveau. Bepaald onvoldoen- e was Piet Chrispijn als dr Jack Jef ferson, lijfarts en buurman en liefheb dochter Eva. De tweede Eva aanbidder, de heer J. Bogaards, zegde als Lord Andrew Gordon zijn rol uitstekend maar zijn verbeelding kon de voornaam heid in houding van een Schots edelman niet bereiken. De rest was navenant, soms goed, maar vaak had men beter ge kund. Resumerend komen wij tot de conclusie dat de zaal aantrekkelijk toneel heeft ge zien. maar dit was in hoofdzaak de ver dienste van de hoofdrolspeler. De regie de heer Kouwenhoven was goed en use-en-scène vooral in het derde be drijf uitstekend. Lancrino lederwaren- fabriek wordt gesloten De Lancrino lederwarenfabriek te Lei den gaat na het aflopen van de laatste order definitief sluiten. Het pand zal in Juli voor andere doeleinden in gebruik worden genomen. De omstreeks 70 perso neelsleden zullen ander werk moeten zoeken. De maehines en voo:rraden den publiek verkocht. De ongunstige resultaten die tot deze ontwikkeling hebben geleid, zyn vooral veroorzaakt doordat geen enkele maat regel van regeringszijde werd genomen, toen het vorig Jaar de Duitse invoerstop afkwam. Terwijl in één slag de export lamgelegd werd, Het de regering de onge breidelde import van Duitse lederwarer voortduren, hetgeen voor de Nederland se industrie tot desastreuze gevolgen heetf geleld, aldus deelde de directie ons mede. Eerste „pauze-concert" Clara Haskil in het Snouck Hurgronjehuis Het Leids Academisch Kunstcentrum, dat van een steeds grotere activiteit blijk geeft, nam een even oorspronkelijk als gelukkig initiatief door het organiseren van een reeks zgn. pauze-concerten in het hiertoe bij uitstek geschikte Snouck Hurgronjehuis. Deze korte recitals zul len aan de studenten en andere acade mici de gelegenheid bieden, tijdens de middagpauze zich geestelijk te verrij ken. en wel op zeer aantrekkelijke wijze. Het was de beroemde pianiste Clara Haskil, die deze serie van vier concer ten opende met een pianovoordracht, waarin achtereenvolgens beluisterd wer den Bachs partita in e. Haydns bekende sonate in D. twee intermezzi, in a en es. van Brahms, Schuberts impromptu ia Ges in Chopins nocturne in Des. Het is wel overbodig nogmaals op de grote pianistische kwaliteiten van deze eminente kunstenares in te gaan. Wy releveren slechts de tintelende levens vreugde, die zy in deze prachtige Haydn- sonate wist te leggen, en de verstilde melancholie van Schuberts Ges dur- impromptu. De talrijke aanwezigen zul len het slechts betreurd hebben dat dit niet nog uren kon doorgaan, en zij zul len met prof. dr S. Dresden, die de pia niste met een korte toespraak inleidde, hopen, dat we Clara Haskil spoedig weer aan het Rapenburg zullen mogen be luisteren. J. VAN DER VEEN Nijmegen e.o. automatisch bereikbaar Met ingang van vandaag zyn de netten van het lelefoondistrict Nymegen auto matisch bereikbaar voor aangeslotenen van het telefoondistrict Den Haag (du« ook voor Leiden en omgeving).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1952 | | pagina 3