J
1
m
mm m'm
m'm
w
M
m
Domineesvrouwen
6
ZONDAGSBLAD 3 NOVEMBER 1951
No. 12. J. Viergever, Barendrecht
rvr
s üfïTTïTïT] «Tiran
Correspondentie betreflende deze ru
briek aan de heer W. Jurg, Jan Luyken-
laan 12. Den Haag.
Nieuwe opgaven
Deze keer brengen we wel een zeer
bijzondere keurcollectie. Scheijen pre
senteert een juweeltje, v. d. Boogaard
demonsteert een zeer verrassend slag
effect, terwijl Viergever, die de oplos
sers al van zoveel fraaie combinaties
heeft doen genieten, nu met een zelfs
voor hem uitzonderlijk meesterwerk
voor de dag komt. Probleem No. 10 is
door de auteur opgedragen aan de heer
C. v. Rhee te Kralingscheveer.
No. 10. J. H. H. Scheijen, Kerkrade
r-
m
No. 11. Joh. v. d. Boogaard, Nuland
1 f J 8
H m m
K M
MK
m
üjg WS.
H
fe*
Sir
e
Lt-i-
8S IS
m§ ga
0
gj
Oplossingen
Zwart: 1. 2. 6. 8—13, 17. 18, 25. 26. 36.
Wit: 21. 23. 24, 28. 29. 32. 34, 35. 37.
38. 41—43, 48.
No. 4 (W. J. Prins).
Zwart: 7. 8. 16. 18. 21. 22, 26. 40.
Wit: 31. 32, 36—38, 42, 48, 49.
Oplossing: 49—44, 38—33. 33—28, 31x11,
42—38, 36x16. (26—31), 48—42 (31—36),
42—37 (7—12), 16—11 (12—18), 11—7 (18
22 de beste), 37—31! (de enige zet
om te winnen), 7—2 (27—32), 2—11 (22
27), 1116 en wint ln een scherp eind
spel.
Een schijnbaar eenvoudig eindspelletje,
dat echter een aardige finesse bevat.
No. 5 (J. v. d. Boogaard).
Zwart: 10, 12—14, 17, 18. 21, 27. 31, 35.
Wit: 23. 25. 28. 29. 32. 33. 39. 44. 47—19.
Oplossing: 29—24, 47—12, 28—22. 44—
40. 42—38.. 48 X 19.. 25 x 5 (29—33 op 29
—34 volgt 49—44 enz).
Nu zyn twee oplossingen mogelijk nl.
Ie. 49—43 (23—29) 5 x 37 (29—34), 37—42
(33—39), 42-48 en wint; 2e. 49—44 (33
—38 ook 2329 geeft geen redding), 44
Voor alle geldt, wit begint en wint.
Voor beginners
We hebben deze beschouwingen een
paar keer niet kunnen voortzetten, daar
om allereerst een korte herhaling. De
vorige maal hebben we gezien, dat de
sohijven zoveel mogelijk naar het cen
trum gespeeld moeten worden en kwa
men we tot enkele opmerkingen over de
waarde der schijven. De belangrijkste
schijven zijn de kroonschijven (voor wit
op 48, voor zwart op 3). Daarnaast zou
den we nog willen wijzen op de beteke
nis van het stuk op 45 (voor zwart op
6). Van deze schijf blijkt in de praktijk
vooral in het middenspel een grote kracht
uit te gaan bij de verdediging van de
rechtervleugel. Deze blijft dus ook lange
tijd op haar plaats, tenzij er nog een
schijf geplaatst is op 50, die dan zo
nodig naar 45 gespeeld kan worden.
Uit wat we tot nu toe opgemerkt heb
ben valt af te leiden, dat we een begin
ner willen afraden (wat hij juist bij
voorkeur wil doen) te beginnen met naar
de rand te spelen dus bijv. 3126. Een
schijf aan de rand heeft n.l. naast het
nadeel, dat hii slechts in één richting
verder g. speeld kan worden nog het be
zwaar, dat hij vaak combinatiemogelijk
heden voor de tegenstander schept. Dit
blijkt al uit de volgende eenvoudige
Wit; Zwart:
1. 31—26 18—23
2. 33—28 12—18
3. 39—33 7—12
4. 44—39 20—24
Aardig ls ook de slagzet als zwart
2025 speelt, dan wint wit door 2822
(zw. bijv. 17x28), 33x22, 32x21.34—30 en
40x16.
5. 5044 Hier kon wit niet 3430
spelen daar dan volgt 2429. 1721.
11x44, 23-28 en 18x20 waarmee zwart
14—20
24—29!
20x29
week
Kruiswoordraadsel
-24. 23—19, 25 X 5
wel wit belangrijk voordeel heeft zou
den we niet van een overtuigende winst
willen spreken; na 31—37 heeft zwart
zeker nog enige remisekansen.
No. 6 (J. Viergever).
34Z35rt: 9—131 19" 24' 26, 29' 3°'
Wit: 25. 27 28, 31. 33, 36—39. 41—46.
Oplossing: 27—22, 37x28. 41—37. 36—
3X646-411 2&~22, 33x22- 4338, 25X3.
Een keurig vraagstuk, dat helaas bij-
oplosbaar is door 3732 27—21, 3227
41—37. 36x18, 25—20, 33x4
Correspondentie
Van het verlengen van de inzendter
mijn voor de eerste oplossingen hebben
nog verschillende oplossers geprofiteerd.
Hierdoor is het aantal deelnemers aan de
laddei wedstrijd gestegen tot 117 (77 in
klasse A en 40 in klasse B). Een respecta
bel aantal dus. De lezer, die vraagt om
de stand regelmatig te publiceren, zal be
grijpen, dat wij de volledige lijst hoog
stens aan het einde van iedere serie kun
nen opnemen.
Een oplosser wil ook het inzenden van
de eind spel oplossing verplicht stellen.
Uit ervaring weten we echter, dat vele
geroutineerde probleem-oplossers de
grootste moeite hebben met het vinden
en noteren van eindspelen. En onze wed
strijd gaat toch om het oplossen van pro
blemen. Bovendien zijn de eindspelen,
waarop de problemen gebaseerd zijn.
meestal niet origineel en kan men deze
veelal, terugvinden in het standaardwerk
..Het Eindspel" van J F. Moser. Degenen
die in het bezit van dit boek zijn zouden
dan wel zeer bevoordeeld zijn. Dus in
dit opzicht laten we de voorwaarden zo
als ze nu zijn.
Dan zijn cr B-klassers, die regelmatig
3 oplossingen inzenden. Dat mag natuur,
lijk, maar men ontvangt slechts de pun
ten van 2 oplossingen.
Tenslotte nog enkele meer persoonlijke
antwoorden.
D. H. Wilt u J. C. W. beterschap wen-
L. BI. Uw opmerking is niet juist. De
zet 2732 is nl, al eerder gespeeld.
J. v. d- B. Wc kijken alleen naar de be
doeling. Ev. schrijffouten zien we over
het hoofd.
A. in 't V. Uw problemen zijn waar
schijnlijk in een grote stapel brieven ver
dwenen. Wilt u ze nog eens inzenden?
Horizontaal: 1. prettig; 6. schutting uit
verbonden palen; 11. lisbloem; 13. deel
van het lichaam; 14. dichterbij; 15. dicht
bij; 16. uitroep; 17. gewricht; 19. rivier
in Nederland; 20. doet het baksel rijzen;
22. ontvlambaar; 27. baken voor schepe
lingen.
Verticaal: 2. wilde haver; 3. dwaas;
4. voordeel; 5. oppervlaktemaat; 6. weef
sel; 7. vr. dier; 8. kippenproduct; 9.
tooi; 10. gordijnstof; 12. wapen; 13. doen
de; 17. hoffeest; 18. gevierde zangeres;
21. en dergelijke; 23. mant dier; 24. ge
vangenis; 25. Jav. huisvogel; 26. Eng.
Inzendingen per briefkaart uiterlijk
Donderdagmorgen a.s. aan het bureau
van dit blad. In de linkerbovenhoek aan
de adreszijde te vermelden: „Puzzle-op-
lossing". Er zijn drie prijzen: 1. f 5.—,
2. f 2.50 en 3. f 2.50.
Oplossing kruiswoordraadsel
27 October
Horizontaal: 1 wrevel; 8. emotie; 10.
A.M.; 12. ore; 13. XV; 15. puree; 17. Spa;
18. ode; 19. netel; 21. gars; 22. oderaat;
24. drie; 26. inert; 28. dra; 30. nar; 31.
odeur; 33. ga; 34. koe; 35. ml; 36. tieren;
39. singeL
Verticaal: 2. re; 3. emoe; 4. voren; 5.
été; 6. li; 7. kapok; 9. expert; 11. mud;.
14. vals; 16. rendier; 17. staande; 20. ega;
22. ornaat; 23. oer; 24. ding; 25. karig;
27. toorn; 29. rum; 32. deeg; 34. kei; 37.
is; 38. Ne.
F. N. v. d. E. Partijstand zullen we
z.s.m. plaatsen.
W. v. K Partijstand is niet zo moeilijk,
maar misschien vinden wp nog eens
plaatsruimte.
1
«JLAPPCR,
KRONIEK VAN WEEK
weAj^emAh^
IN BA BBEL-5
I mui
w KRABBELS
W*' ctooi
KARFL LINK$
Fbzzia op fietsen w Atv-
starc/am.
aar toan wasje \z flets ècfctkwijt,
Nu neemt'n yxA. hem In beslag,
omdat Je m daar niet aztt&i mag
Franse communisten fk-
liciteerdem Picasso, die
70 jaar wend.
Gcjukqewenst, o kunstenaar,
o li'd dkzr karrxzradenschaar...
6n ga nu eens „mooi schilditai laran,
dan mag je Jozof portretteren.
5 v Amsterc/ems huwe/yksbureau
\lfrn inde f Zoo.000
Succes: 55echtparen....
Brandweerlieden in
Oudendijk, (hh) dreigen
met ontslag.
Als hier niet qauw ion ding belandt
helpen we niemanduit ae brand!
Ff'i Fnschedese vrouw p/eeg
1^1 de 155 diefstallen.
Van alles kon dat mens gebrul kan:
Tapyten, jurken, lampan,kruiken
Ox rechter vro^g;, Hoe ging dat nou:
.-Hotging vanzelf *2ei teen de vrouw.
£3^ Opnieuw Noorderlicht
waargenomen
Er was dus weer dat licht uR'tN
zoals we van ons Biltje hoord
Maar ondanks al dat lichtgef tanker
blijft't Oosten alsmaar pik
Ceneraat Otto idzmerik
l wil géén Führer zijn!'
Ottotjecompleet met pet
beeft zfi plan uiteengezet
Een oarstork Duits na moet ar zyn
(fn Otto wil (q)een Führer zyn')
IS6T Aom e orwTffsovawoz
ZONDAGSBLAD 3 NOVEMBER 1951
VOOR öe VROUW
jyAT zijn vrouwen van gelijke
beweging als de vrouw van de
bakker, de timmerman en van de dok
ter. Maarte oordelen naar de cri-
tiek, die van verschillende kanten op
haar wordt uitgeoefend, wordt er van
haar méér verwacht dan heel gewoon
zichzelf te zijn. Kan de dominee het
moeilijk alle gemeenteleden naar de
zin maken, gelukkig maar! Want
wee hem, als alle mensen wél van hem
spreken! om hém is toch altijd
nog een klein aureooltje van heilig
heid, maar de domineesvrouw!! Over
haar kan zo echt lekker geroddeld
worden, zonder dat men het gevoel
heeft, zich aan de één of andere heilig
heid „om des ambtswille" te vergrij-
Het is nog zo eenvoudig en zo aan
lokkelijk niet, om domineesvrouw te
Geeft zij zich als vrouw en moeder
helemaal aan haar gezin, dan heet het
„Nóóit zie je haar in de gemeente, ze
zit nergens in. Dat mens had nooit met
een dominee moeten trouwen".
Gaat ze wel de gemeente in, is ze
presidente van een paar verenigingen,
dan wordt er nauwlettend toegezien,
hoe haar kinderen erbij lopen, naarstig
gespied hoe het er in de pastorie uit
ziet, de hulp wordt ..geïnterviewd".
„Zie je wel, dat dacht ik wel, een
mens heeft maar één lichaam en 't be
staat niet, dat je als vrouw en moeder
altijd maar de rit op kunt en dat dan
tegelijkertijd thui s de boel goed mar
cheert. Ach, die dominee! Arme man,
wat zal-ie te kort komen! 'n Kéét, dat
het daar in huis is! We hebben de
c&tRientje, Anneke
en öe televisie
(Vervolg)
om al die latten en draden op het
dak dienden. En toen had een vreem
de snoeshaan gezegd: ,,0, dat is voor
de ooievaars. Daar kunnen ze hun
nest op bouwen!" Toen was Anneke
proestend van de lach de kamer
uit gelopen en de dokter had ook ge
lachen. Toen de kamer donker was,
was Anneke weer terug gekomen en
verder de hele avond naast die rare
kerel blijven zitten. Nee, voor Janus
was de lol er al lang af. En tele
visie konden ze van hem gestolen
krijgen.
Ongelukkig kroop Janus onder de
wol en het duurde lang voor hij in
slaap viel.
Er gingen weken voorbij.
De dokter kreeg het steeds druk
ker, maar Janus Jorissen werd niet
meer in de wachtkamer gezien. Die
was genezen
En toch kwam het grote wonder
nog!
De plaatselijke zangvereniging gaf
een uitvoering. Ongeveer het hele
dorpje was present en op aandringen
van zijn moeder was Janus er ook
maar heengegaan.
De zaal was stampvol. Eerst zong
het koor enkele liederen en toen gin
gen ze zoals gewoonlijk, een stuk op
voeren. Het was prachtig! Het ging
over een deftige stadsmeneer, die
zich te deftig voelde om met een
boerenmeisje te trouwen. Dat boe
renmeisje was niemand minder dan...
Catrientje. Gelukkig was het donker
achter in de zaal, waar Janus zat.
Hij moest toegeven, dat Catrientje
goed kon spelen. Daar riep trouwens
het hele dorp over.
Met spanning volgde Janus al haar
woorden en bewegingen. Wat zag e
er mooi uit, al was ze op haar
boers gekleed. Toen kwam het einJe
van het stuk. Natuurlijk „kregen"
ze elkaar. Dat was gemakkelijk in
een stuk. vond Janus. Maar je moest
de bittere werkelijkheid eens mee
maken! En toch? Maar, was het
zijn eigen schuld niet? Nu was hij
zogenaamd ongelukkig. Was hij dan
niet gelukkig geweest met Catr'.n-
tje? Had hij niet met haar lopen
dromen in de polder over hun mooie
toekomst? Waarom hnd hijllij
was blind geweest! Blind! En be
drogen door de mooie schijn. Was
echte, waarachtige eenvoudigheid
dan toch maar niet betci?
Toen Catrientje de volgende avond
weer bij vrouw Jorissen kwam buur
ten, was Janus zijn moeder voor.
Hij ving haar op bij de deur. Ca
trientje kleurde er van.
„Catrientje", fluisterde Janus, ,,ik
ben blind geweest maar nu kan ik
Een poosje later stapten ze samen
de kamer binnen. Toen begreep
Moeder Jorissen er helemaal niets
meer van......
dominee beroepen, maar z'n vrouw
Gaat zij charmant gekleed, dan is ze
te „werelds". „Kan je nét eens zien,
waar de centjes van de arme gemeente
leden aan uitgegeven worden en de
dominee, die arme man, dié mocht
nodig eens een nieuwe hoed hebben.
Maar ja, dat kan er met df, hè als
mevrouw zoveel voor zichzelf nodig
heeft!" Kleedt zij zich eenvoudig, dan
wordt er gemompeld: „Niks geen do
mineesvrouw. Ze is zeker van minder
kom-af!"
En stel u voor, wat er een deining in
de kerk zou zijn, als de domineese
daar eens binnenkwam met een beetje
kiss-proof aan haar lippen en rouge op
haar wangen! Zulke dingen kan je je
als domineesvrouw nu eenmaal niet
permitteren. Je moet een goed voor
beeld geven. En al zit de vrouw van de
ambtenaar en het coquette dokters
vrouwtje dan wél ongehinderd Zondag
aan Zondag zó in de kerk, daarom mag
z (j het nog niet doen.
Ach, de mensen vergeten altijd weer,
dat toen Jan Sanders in vuur en vlam
stond voor Marietje van der Velden,
Marietje toen de volle liefde van haar
hart gaf aa.i Jan, maar niet aan
dominee Sanders!
En Jan zal Marietje altijd b lij v en
lief hebben als zijn lieve, mooie, geesti
ge Marietje, maar niet als mevrouw
van de dominee!
Het spreekt vanzelf, dat Marietje
hem in zijn werk zoveel in haar ver
mogen ligt, steunt en er in meeleeft.
Maar er zijn óók „Marietjes", wier
belangstelling Krachtens haar aange
boren eigenschappen naar heel andere
dingen uitgaan en die ten énenmale
ongeschikt zijn voor het conversatie
leven in de gemeente. Daar mogen de
gemeenteleden haar geen verwijt van
maken, maar dat ligt voor rekening
van dominee Jan, die deze vrouw
tóch tot de zijne verkoos.
Hoe prachtig wordt ons deze laatste
„Marietje" getekend in de figuur van
Mareah, de vrouw van dominee Schol-
te, in het derde deel van P. J. Ris-
seeuws historische trilogie „Landver
huizers", waarvan dit deel getiteld is:
,Jk worstel en ontkom".
Mareah steekt in het oog der ge
meenteleden wel zéér ongunstig af bij
Christien, de vrouw van dominee Van
Raalte.
Gaat laatstgenoemde naast haar man
door dik en dun met de jonge emigran-
tenkerken, daar bepaalt de uit een
heel andere wereld gekomen Mareah
zich tot de enge kring van haar gezin,
waar ze haar aangeboren muzikaliteit,
gevoel voor de schone letteren en voor
alle schoonheid nog zovéél mogelijk
tracht uit te leven.
Hoe gróót was het offer, dat deze
Mareah eens bracht voor haar man!
En hóé gelukkig heeft zij hem in
hun één en twintig jaren huwelijks
leven gemaakt! Alle roddelpraatjes van
gemeente-leden ten spijt.
Het i
be
slist interessant in dit boek de figuren
van twee zo zeer verschillende Gere
formeerde domineesvrouwen levendig
beschreven zo als ze zijn, te leren ken
nen. Het zal ons óók bewaren voor zo
veel onbillijke critiek op de dominees
vrouwen. Als dominee Scholte is heen
gegaan staat er dat heel Pella toezag,
hoe Mareah het verlies zou dragen.
„Het was, of duizend ogen haar tussen
de gordijnkieren in de rug staken. Het
waren speciaal de weduwen in Pella,
die streng op haar toezagen.
Het huis was leeg zonder hem, die
haar alles gegeven had wat in zijn ver
mogen lag. De vrouwen, die haar kwa
men opzoeken spraken alleen over
ScholteEr was niemand, die een
vriendelijk woord voor haar'had. Het
was alles de dominee en nog eens de
domineeToen zij eindelijk weer
eens bij de piano had gezongen, zeiden
de vrouwen, dat zij niet van de domi
nee kon hebben gehouden
Mareah, wetend dat Hendrik Peter
daarboven óók zou zingen, zong tóch....
Laten wij ons ieder in eigen kring
toch hoeden voor een hard en over
haast oordeel over deze of die domi
neesvrouw, maar bedenken dat zij
evengoed het recht heeft zichzelf te
zijn als andere vrouwen.
De dominee is met haar getrouwd,
maar de gemeente niet.
MARGARITHA.
P.S. Mejuffr. C. S. en mevr. De M.,
volgende week hoop ik uw brieven te
kunnen beantwoorden.
~V
De zomer is voorbij, de warmte is verdwenen.
Straks komt de herfstdag weer aan onze vensters wenen.
Straks sluipt de winterkou de woningen weer binnen
en gaan we één voor één het stookseizoen beginnen.
En daarom loopt vader het marktterrein af
omdat in het voorjaar zijn kachel 't begaf.
Volijverig prijst men de warmtebron aan,
waarvoor hij nieuwsgierig en critisch blijft staan.
Een kachel is een ding dat ieder moet bezitten.
Meest is zij vergezeld van somb're kolenkitten.
Soms hebben ze een lijf, dat moeilijk valt te vullen.
Je hebt ze glad van vorm en ook met vele krullen.
Maar hoe onderscheiden ze ook mogen zijn,
met mica en nikkel en sierlijke lijn
of domweg een potje op wankele poot,
ze zijn met z'n allen een redder in nood.
Straks doet de Noorderwind de wateren verstijven
en wie verwarmt dan trouw de zeer verkleumde lijven?
't Is 't Salamanderding, dat vuurrood staat te gloeien,
dat zo fel trekken kan cn door de schoorsteen loeien.
Wat zijn onze winters als 't haardvuur niet brandt?
Wat vormt straks het centrum, in stad en op 't land?
Dat is weer de vuurplaat, dat is weer de haard,
gekocht voor een prikje, maar.duizenden waard!
ROBBIE RADAR
r
Een model uit de laatste show van
Voss. Een rok van fijne plissee,
waarvan de ruit gevormd wordt
door gouddraad. Een eenvoudige
blouse met opstaand boordje. Het
geheel is gedistingeerd en rustig
De voeding van bejaarde
mensen
„Opa woont bij ons in." zoiets hoort
men in deze tijd van woningnood dik
wijls vertellen. En vaak houdt opa. al
is hij dan al in de zeventig, zich nog
flink en kras en zou hij er niet op ge
steld zijn om in het gezin van zijn kin
deren als een patiënt vertroeteld te
worden! Toch merkt hij aan allerlei
dingen wel dat hij zo jong niet meer is.
hij is wat kouwelijk geworden en het
eten van harde korstjes, machtige spij
zen, al te vers brood of bijv. het drin
ken van koude limonade geeft hem
vaak moeilijkheden. Willen wij onze
opa een goede oude dag bezorgen, dan
moeten wij met al deze dingen een beet
je rekening houden, zonder dat hij er
zelf veel van merkt!
Met het oog op de kouwelijkheid zor
gen we voor een kopje thee of koffie
of een beker warme melk op vaste tij
den vooral ook kort voor het naar
bed gaan! en liefst voor ten warm hap
je bij de broodmaaltijd. Yoghurt of kar
nemelk geven we niet ijskoud maar
warmen ze vóór door de fles bijv. even
in lauw water te zetten.
Als ontbijt hebben vele oudere mensen
graag een bord pap; dat geeft geen
moeilijkheden bij het kauwen en maakt
het bovendien gemakkelijk om dagelijks
een portie melk te gebruiken. Want melk
is ook voor de ouderen een heel be
langrijk voedingsmiddel, evenals kaas en
groente. Zo mogelijk geven we hun te
vens af en toe een ei en wat fruit en
verder een stukje vlees of vis op zijn
tijd.
Van aardappelen, brood cn andere
meelspijzen zullen oude mensen vaak
maar kleine hoeveelheden gebruiken.
Daarover hoeft u zich niet ongerust te
maken, want doordat zij zich meestal
minder inspannen en bewegen dan vroe
ger hebben zij ook minder „brandstof
fen" in hun voedsel nodig. Met het oog
daarop moet de voeding van oude men
sen ook niet te veel vet bevatten. Boven
dien zijn machtige spijzen en gebakken
gerechten met dikke bruine korsten voor
hen vaak zwaar verteerbaar. Maak daar
om bijv. stamppot niet te vet en te stijf
frgebruik er liever boter of margarine
dan vet of spek voor) en week hardge
bakken korstjes door het gerecht even
na te stoven of door er saus of jus over
te scheppen. Hardgcroostcrde toast en
roggebrood zijn voor de meeste oude
mensen ongeschikt, evenals vers brood,
dat verstopping in de hand werkt. Som
mige bejaarden verdragen ook bruin-
brood slecht, evenals de schilletjes van
peulvruchten, krenten en rozijnen en al
lerlei koolsoorten (behalve bloemkool
Groenten moeten ook de oudjes dage
lijks. liefst in een flinke hoeveelheid, ge
bruiken; de vitamines cn voedingszou-
ten daaruit houden hen fit en bescher
men hen tegen allerlei infecties. Heel
goed zijn. wanneer opa's maag deze nog
verdraagt, slaatjes van rauwe groenten
Cs winters bijv. van witlof met appel
of biet of van de gele harten van an
dijvie met geschrapte wortel). Snijdt
de rauwe groenten hiervoor wel heel
fijn! Fruit doet uit voedingsoogpunt de
zelfde dienst ul.s rauwe groente.
Een overvloed van specerijen, zoals
peper en mosterd, is nooit goed. Daar
opa meestal toch erg gesteld is op een
pittige smaak van zijn eten, kunnen wij
beter flink wat onschadelijk tuinkruid
(peterselie, selderij, kervel, bieslook,
tijf c.d.) en bijv- .-en gefruit uitje of
beetje zorg kunnen
werkzaam leven niet vcrdiendl