J 1 m mm m'm m'm w M m Domineesvrouwen 6 ZONDAGSBLAD 3 NOVEMBER 1951 No. 12. J. Viergever, Barendrecht rvr s üfïTTïTïT] «Tiran Correspondentie betreflende deze ru briek aan de heer W. Jurg, Jan Luyken- laan 12. Den Haag. Nieuwe opgaven Deze keer brengen we wel een zeer bijzondere keurcollectie. Scheijen pre senteert een juweeltje, v. d. Boogaard demonsteert een zeer verrassend slag effect, terwijl Viergever, die de oplos sers al van zoveel fraaie combinaties heeft doen genieten, nu met een zelfs voor hem uitzonderlijk meesterwerk voor de dag komt. Probleem No. 10 is door de auteur opgedragen aan de heer C. v. Rhee te Kralingscheveer. No. 10. J. H. H. Scheijen, Kerkrade r- m No. 11. Joh. v. d. Boogaard, Nuland 1 f J 8 H m m K M MK m üjg WS. H fe* Sir e Lt-i- 8S IS m§ ga 0 gj Oplossingen Zwart: 1. 2. 6. 8—13, 17. 18, 25. 26. 36. Wit: 21. 23. 24, 28. 29. 32. 34, 35. 37. 38. 41—43, 48. No. 4 (W. J. Prins). Zwart: 7. 8. 16. 18. 21. 22, 26. 40. Wit: 31. 32, 36—38, 42, 48, 49. Oplossing: 49—44, 38—33. 33—28, 31x11, 42—38, 36x16. (26—31), 48—42 (31—36), 42—37 (7—12), 16—11 (12—18), 11—7 (18 22 de beste), 37—31! (de enige zet om te winnen), 7—2 (27—32), 2—11 (22 27), 1116 en wint ln een scherp eind spel. Een schijnbaar eenvoudig eindspelletje, dat echter een aardige finesse bevat. No. 5 (J. v. d. Boogaard). Zwart: 10, 12—14, 17, 18. 21, 27. 31, 35. Wit: 23. 25. 28. 29. 32. 33. 39. 44. 47—19. Oplossing: 29—24, 47—12, 28—22. 44— 40. 42—38.. 48 X 19.. 25 x 5 (29—33 op 29 —34 volgt 49—44 enz). Nu zyn twee oplossingen mogelijk nl. Ie. 49—43 (23—29) 5 x 37 (29—34), 37—42 (33—39), 42-48 en wint; 2e. 49—44 (33 —38 ook 2329 geeft geen redding), 44 Voor alle geldt, wit begint en wint. Voor beginners We hebben deze beschouwingen een paar keer niet kunnen voortzetten, daar om allereerst een korte herhaling. De vorige maal hebben we gezien, dat de sohijven zoveel mogelijk naar het cen trum gespeeld moeten worden en kwa men we tot enkele opmerkingen over de waarde der schijven. De belangrijkste schijven zijn de kroonschijven (voor wit op 48, voor zwart op 3). Daarnaast zou den we nog willen wijzen op de beteke nis van het stuk op 45 (voor zwart op 6). Van deze schijf blijkt in de praktijk vooral in het middenspel een grote kracht uit te gaan bij de verdediging van de rechtervleugel. Deze blijft dus ook lange tijd op haar plaats, tenzij er nog een schijf geplaatst is op 50, die dan zo nodig naar 45 gespeeld kan worden. Uit wat we tot nu toe opgemerkt heb ben valt af te leiden, dat we een begin ner willen afraden (wat hij juist bij voorkeur wil doen) te beginnen met naar de rand te spelen dus bijv. 3126. Een schijf aan de rand heeft n.l. naast het nadeel, dat hii slechts in één richting verder g. speeld kan worden nog het be zwaar, dat hij vaak combinatiemogelijk heden voor de tegenstander schept. Dit blijkt al uit de volgende eenvoudige Wit; Zwart: 1. 31—26 18—23 2. 33—28 12—18 3. 39—33 7—12 4. 44—39 20—24 Aardig ls ook de slagzet als zwart 2025 speelt, dan wint wit door 2822 (zw. bijv. 17x28), 33x22, 32x21.34—30 en 40x16. 5. 5044 Hier kon wit niet 3430 spelen daar dan volgt 2429. 1721. 11x44, 23-28 en 18x20 waarmee zwart 14—20 24—29! 20x29 week Kruiswoordraadsel -24. 23—19, 25 X 5 wel wit belangrijk voordeel heeft zou den we niet van een overtuigende winst willen spreken; na 31—37 heeft zwart zeker nog enige remisekansen. No. 6 (J. Viergever). 34Z35rt: 9—131 19" 24' 26, 29' 3°' Wit: 25. 27 28, 31. 33, 36—39. 41—46. Oplossing: 27—22, 37x28. 41—37. 36— 3X646-411 2&~22, 33x22- 4338, 25X3. Een keurig vraagstuk, dat helaas bij- oplosbaar is door 3732 27—21, 3227 41—37. 36x18, 25—20, 33x4 Correspondentie Van het verlengen van de inzendter mijn voor de eerste oplossingen hebben nog verschillende oplossers geprofiteerd. Hierdoor is het aantal deelnemers aan de laddei wedstrijd gestegen tot 117 (77 in klasse A en 40 in klasse B). Een respecta bel aantal dus. De lezer, die vraagt om de stand regelmatig te publiceren, zal be grijpen, dat wij de volledige lijst hoog stens aan het einde van iedere serie kun nen opnemen. Een oplosser wil ook het inzenden van de eind spel oplossing verplicht stellen. Uit ervaring weten we echter, dat vele geroutineerde probleem-oplossers de grootste moeite hebben met het vinden en noteren van eindspelen. En onze wed strijd gaat toch om het oplossen van pro blemen. Bovendien zijn de eindspelen, waarop de problemen gebaseerd zijn. meestal niet origineel en kan men deze veelal, terugvinden in het standaardwerk ..Het Eindspel" van J F. Moser. Degenen die in het bezit van dit boek zijn zouden dan wel zeer bevoordeeld zijn. Dus in dit opzicht laten we de voorwaarden zo als ze nu zijn. Dan zijn cr B-klassers, die regelmatig 3 oplossingen inzenden. Dat mag natuur, lijk, maar men ontvangt slechts de pun ten van 2 oplossingen. Tenslotte nog enkele meer persoonlijke antwoorden. D. H. Wilt u J. C. W. beterschap wen- L. BI. Uw opmerking is niet juist. De zet 2732 is nl, al eerder gespeeld. J. v. d- B. Wc kijken alleen naar de be doeling. Ev. schrijffouten zien we over het hoofd. A. in 't V. Uw problemen zijn waar schijnlijk in een grote stapel brieven ver dwenen. Wilt u ze nog eens inzenden? Horizontaal: 1. prettig; 6. schutting uit verbonden palen; 11. lisbloem; 13. deel van het lichaam; 14. dichterbij; 15. dicht bij; 16. uitroep; 17. gewricht; 19. rivier in Nederland; 20. doet het baksel rijzen; 22. ontvlambaar; 27. baken voor schepe lingen. Verticaal: 2. wilde haver; 3. dwaas; 4. voordeel; 5. oppervlaktemaat; 6. weef sel; 7. vr. dier; 8. kippenproduct; 9. tooi; 10. gordijnstof; 12. wapen; 13. doen de; 17. hoffeest; 18. gevierde zangeres; 21. en dergelijke; 23. mant dier; 24. ge vangenis; 25. Jav. huisvogel; 26. Eng. Inzendingen per briefkaart uiterlijk Donderdagmorgen a.s. aan het bureau van dit blad. In de linkerbovenhoek aan de adreszijde te vermelden: „Puzzle-op- lossing". Er zijn drie prijzen: 1. f 5.—, 2. f 2.50 en 3. f 2.50. Oplossing kruiswoordraadsel 27 October Horizontaal: 1 wrevel; 8. emotie; 10. A.M.; 12. ore; 13. XV; 15. puree; 17. Spa; 18. ode; 19. netel; 21. gars; 22. oderaat; 24. drie; 26. inert; 28. dra; 30. nar; 31. odeur; 33. ga; 34. koe; 35. ml; 36. tieren; 39. singeL Verticaal: 2. re; 3. emoe; 4. voren; 5. été; 6. li; 7. kapok; 9. expert; 11. mud;. 14. vals; 16. rendier; 17. staande; 20. ega; 22. ornaat; 23. oer; 24. ding; 25. karig; 27. toorn; 29. rum; 32. deeg; 34. kei; 37. is; 38. Ne. F. N. v. d. E. Partijstand zullen we z.s.m. plaatsen. W. v. K Partijstand is niet zo moeilijk, maar misschien vinden wp nog eens plaatsruimte. 1 «JLAPPCR, KRONIEK VAN WEEK weAj^emAh^ IN BA BBEL-5 I mui w KRABBELS W*' ctooi KARFL LINK$ Fbzzia op fietsen w Atv- starc/am. aar toan wasje \z flets ècfctkwijt, Nu neemt'n yxA. hem In beslag, omdat Je m daar niet aztt&i mag Franse communisten fk- liciteerdem Picasso, die 70 jaar wend. Gcjukqewenst, o kunstenaar, o li'd dkzr karrxzradenschaar... 6n ga nu eens „mooi schilditai laran, dan mag je Jozof portretteren. 5 v Amsterc/ems huwe/yksbureau \lfrn inde f Zoo.000 Succes: 55echtparen.... Brandweerlieden in Oudendijk, (hh) dreigen met ontslag. Als hier niet qauw ion ding belandt helpen we niemanduit ae brand! Ff'i Fnschedese vrouw p/eeg 1^1 de 155 diefstallen. Van alles kon dat mens gebrul kan: Tapyten, jurken, lampan,kruiken Ox rechter vro^g;, Hoe ging dat nou: .-Hotging vanzelf *2ei teen de vrouw. £3^ Opnieuw Noorderlicht waargenomen Er was dus weer dat licht uR'tN zoals we van ons Biltje hoord Maar ondanks al dat lichtgef tanker blijft't Oosten alsmaar pik Ceneraat Otto idzmerik l wil géén Führer zijn!' Ottotjecompleet met pet beeft zfi plan uiteengezet Een oarstork Duits na moet ar zyn (fn Otto wil (q)een Führer zyn') IS6T Aom e orwTffsovawoz ZONDAGSBLAD 3 NOVEMBER 1951 VOOR öe VROUW jyAT zijn vrouwen van gelijke beweging als de vrouw van de bakker, de timmerman en van de dok ter. Maarte oordelen naar de cri- tiek, die van verschillende kanten op haar wordt uitgeoefend, wordt er van haar méér verwacht dan heel gewoon zichzelf te zijn. Kan de dominee het moeilijk alle gemeenteleden naar de zin maken, gelukkig maar! Want wee hem, als alle mensen wél van hem spreken! om hém is toch altijd nog een klein aureooltje van heilig heid, maar de domineesvrouw!! Over haar kan zo echt lekker geroddeld worden, zonder dat men het gevoel heeft, zich aan de één of andere heilig heid „om des ambtswille" te vergrij- Het is nog zo eenvoudig en zo aan lokkelijk niet, om domineesvrouw te Geeft zij zich als vrouw en moeder helemaal aan haar gezin, dan heet het „Nóóit zie je haar in de gemeente, ze zit nergens in. Dat mens had nooit met een dominee moeten trouwen". Gaat ze wel de gemeente in, is ze presidente van een paar verenigingen, dan wordt er nauwlettend toegezien, hoe haar kinderen erbij lopen, naarstig gespied hoe het er in de pastorie uit ziet, de hulp wordt ..geïnterviewd". „Zie je wel, dat dacht ik wel, een mens heeft maar één lichaam en 't be staat niet, dat je als vrouw en moeder altijd maar de rit op kunt en dat dan tegelijkertijd thui s de boel goed mar cheert. Ach, die dominee! Arme man, wat zal-ie te kort komen! 'n Kéét, dat het daar in huis is! We hebben de c&tRientje, Anneke en öe televisie (Vervolg) om al die latten en draden op het dak dienden. En toen had een vreem de snoeshaan gezegd: ,,0, dat is voor de ooievaars. Daar kunnen ze hun nest op bouwen!" Toen was Anneke proestend van de lach de kamer uit gelopen en de dokter had ook ge lachen. Toen de kamer donker was, was Anneke weer terug gekomen en verder de hele avond naast die rare kerel blijven zitten. Nee, voor Janus was de lol er al lang af. En tele visie konden ze van hem gestolen krijgen. Ongelukkig kroop Janus onder de wol en het duurde lang voor hij in slaap viel. Er gingen weken voorbij. De dokter kreeg het steeds druk ker, maar Janus Jorissen werd niet meer in de wachtkamer gezien. Die was genezen En toch kwam het grote wonder nog! De plaatselijke zangvereniging gaf een uitvoering. Ongeveer het hele dorpje was present en op aandringen van zijn moeder was Janus er ook maar heengegaan. De zaal was stampvol. Eerst zong het koor enkele liederen en toen gin gen ze zoals gewoonlijk, een stuk op voeren. Het was prachtig! Het ging over een deftige stadsmeneer, die zich te deftig voelde om met een boerenmeisje te trouwen. Dat boe renmeisje was niemand minder dan... Catrientje. Gelukkig was het donker achter in de zaal, waar Janus zat. Hij moest toegeven, dat Catrientje goed kon spelen. Daar riep trouwens het hele dorp over. Met spanning volgde Janus al haar woorden en bewegingen. Wat zag e er mooi uit, al was ze op haar boers gekleed. Toen kwam het einJe van het stuk. Natuurlijk „kregen" ze elkaar. Dat was gemakkelijk in een stuk. vond Janus. Maar je moest de bittere werkelijkheid eens mee maken! En toch? Maar, was het zijn eigen schuld niet? Nu was hij zogenaamd ongelukkig. Was hij dan niet gelukkig geweest met Catr'.n- tje? Had hij niet met haar lopen dromen in de polder over hun mooie toekomst? Waarom hnd hijllij was blind geweest! Blind! En be drogen door de mooie schijn. Was echte, waarachtige eenvoudigheid dan toch maar niet betci? Toen Catrientje de volgende avond weer bij vrouw Jorissen kwam buur ten, was Janus zijn moeder voor. Hij ving haar op bij de deur. Ca trientje kleurde er van. „Catrientje", fluisterde Janus, ,,ik ben blind geweest maar nu kan ik Een poosje later stapten ze samen de kamer binnen. Toen begreep Moeder Jorissen er helemaal niets meer van...... dominee beroepen, maar z'n vrouw Gaat zij charmant gekleed, dan is ze te „werelds". „Kan je nét eens zien, waar de centjes van de arme gemeente leden aan uitgegeven worden en de dominee, die arme man, dié mocht nodig eens een nieuwe hoed hebben. Maar ja, dat kan er met df, hè als mevrouw zoveel voor zichzelf nodig heeft!" Kleedt zij zich eenvoudig, dan wordt er gemompeld: „Niks geen do mineesvrouw. Ze is zeker van minder kom-af!" En stel u voor, wat er een deining in de kerk zou zijn, als de domineese daar eens binnenkwam met een beetje kiss-proof aan haar lippen en rouge op haar wangen! Zulke dingen kan je je als domineesvrouw nu eenmaal niet permitteren. Je moet een goed voor beeld geven. En al zit de vrouw van de ambtenaar en het coquette dokters vrouwtje dan wél ongehinderd Zondag aan Zondag zó in de kerk, daarom mag z (j het nog niet doen. Ach, de mensen vergeten altijd weer, dat toen Jan Sanders in vuur en vlam stond voor Marietje van der Velden, Marietje toen de volle liefde van haar hart gaf aa.i Jan, maar niet aan dominee Sanders! En Jan zal Marietje altijd b lij v en lief hebben als zijn lieve, mooie, geesti ge Marietje, maar niet als mevrouw van de dominee! Het spreekt vanzelf, dat Marietje hem in zijn werk zoveel in haar ver mogen ligt, steunt en er in meeleeft. Maar er zijn óók „Marietjes", wier belangstelling Krachtens haar aange boren eigenschappen naar heel andere dingen uitgaan en die ten énenmale ongeschikt zijn voor het conversatie leven in de gemeente. Daar mogen de gemeenteleden haar geen verwijt van maken, maar dat ligt voor rekening van dominee Jan, die deze vrouw tóch tot de zijne verkoos. Hoe prachtig wordt ons deze laatste „Marietje" getekend in de figuur van Mareah, de vrouw van dominee Schol- te, in het derde deel van P. J. Ris- seeuws historische trilogie „Landver huizers", waarvan dit deel getiteld is: ,Jk worstel en ontkom". Mareah steekt in het oog der ge meenteleden wel zéér ongunstig af bij Christien, de vrouw van dominee Van Raalte. Gaat laatstgenoemde naast haar man door dik en dun met de jonge emigran- tenkerken, daar bepaalt de uit een heel andere wereld gekomen Mareah zich tot de enge kring van haar gezin, waar ze haar aangeboren muzikaliteit, gevoel voor de schone letteren en voor alle schoonheid nog zovéél mogelijk tracht uit te leven. Hoe gróót was het offer, dat deze Mareah eens bracht voor haar man! En hóé gelukkig heeft zij hem in hun één en twintig jaren huwelijks leven gemaakt! Alle roddelpraatjes van gemeente-leden ten spijt. Het i be slist interessant in dit boek de figuren van twee zo zeer verschillende Gere formeerde domineesvrouwen levendig beschreven zo als ze zijn, te leren ken nen. Het zal ons óók bewaren voor zo veel onbillijke critiek op de dominees vrouwen. Als dominee Scholte is heen gegaan staat er dat heel Pella toezag, hoe Mareah het verlies zou dragen. „Het was, of duizend ogen haar tussen de gordijnkieren in de rug staken. Het waren speciaal de weduwen in Pella, die streng op haar toezagen. Het huis was leeg zonder hem, die haar alles gegeven had wat in zijn ver mogen lag. De vrouwen, die haar kwa men opzoeken spraken alleen over ScholteEr was niemand, die een vriendelijk woord voor haar'had. Het was alles de dominee en nog eens de domineeToen zij eindelijk weer eens bij de piano had gezongen, zeiden de vrouwen, dat zij niet van de domi nee kon hebben gehouden Mareah, wetend dat Hendrik Peter daarboven óók zou zingen, zong tóch.... Laten wij ons ieder in eigen kring toch hoeden voor een hard en over haast oordeel over deze of die domi neesvrouw, maar bedenken dat zij evengoed het recht heeft zichzelf te zijn als andere vrouwen. De dominee is met haar getrouwd, maar de gemeente niet. MARGARITHA. P.S. Mejuffr. C. S. en mevr. De M., volgende week hoop ik uw brieven te kunnen beantwoorden. ~V De zomer is voorbij, de warmte is verdwenen. Straks komt de herfstdag weer aan onze vensters wenen. Straks sluipt de winterkou de woningen weer binnen en gaan we één voor één het stookseizoen beginnen. En daarom loopt vader het marktterrein af omdat in het voorjaar zijn kachel 't begaf. Volijverig prijst men de warmtebron aan, waarvoor hij nieuwsgierig en critisch blijft staan. Een kachel is een ding dat ieder moet bezitten. Meest is zij vergezeld van somb're kolenkitten. Soms hebben ze een lijf, dat moeilijk valt te vullen. Je hebt ze glad van vorm en ook met vele krullen. Maar hoe onderscheiden ze ook mogen zijn, met mica en nikkel en sierlijke lijn of domweg een potje op wankele poot, ze zijn met z'n allen een redder in nood. Straks doet de Noorderwind de wateren verstijven en wie verwarmt dan trouw de zeer verkleumde lijven? 't Is 't Salamanderding, dat vuurrood staat te gloeien, dat zo fel trekken kan cn door de schoorsteen loeien. Wat zijn onze winters als 't haardvuur niet brandt? Wat vormt straks het centrum, in stad en op 't land? Dat is weer de vuurplaat, dat is weer de haard, gekocht voor een prikje, maar.duizenden waard! ROBBIE RADAR r Een model uit de laatste show van Voss. Een rok van fijne plissee, waarvan de ruit gevormd wordt door gouddraad. Een eenvoudige blouse met opstaand boordje. Het geheel is gedistingeerd en rustig De voeding van bejaarde mensen „Opa woont bij ons in." zoiets hoort men in deze tijd van woningnood dik wijls vertellen. En vaak houdt opa. al is hij dan al in de zeventig, zich nog flink en kras en zou hij er niet op ge steld zijn om in het gezin van zijn kin deren als een patiënt vertroeteld te worden! Toch merkt hij aan allerlei dingen wel dat hij zo jong niet meer is. hij is wat kouwelijk geworden en het eten van harde korstjes, machtige spij zen, al te vers brood of bijv. het drin ken van koude limonade geeft hem vaak moeilijkheden. Willen wij onze opa een goede oude dag bezorgen, dan moeten wij met al deze dingen een beet je rekening houden, zonder dat hij er zelf veel van merkt! Met het oog op de kouwelijkheid zor gen we voor een kopje thee of koffie of een beker warme melk op vaste tij den vooral ook kort voor het naar bed gaan! en liefst voor ten warm hap je bij de broodmaaltijd. Yoghurt of kar nemelk geven we niet ijskoud maar warmen ze vóór door de fles bijv. even in lauw water te zetten. Als ontbijt hebben vele oudere mensen graag een bord pap; dat geeft geen moeilijkheden bij het kauwen en maakt het bovendien gemakkelijk om dagelijks een portie melk te gebruiken. Want melk is ook voor de ouderen een heel be langrijk voedingsmiddel, evenals kaas en groente. Zo mogelijk geven we hun te vens af en toe een ei en wat fruit en verder een stukje vlees of vis op zijn tijd. Van aardappelen, brood cn andere meelspijzen zullen oude mensen vaak maar kleine hoeveelheden gebruiken. Daarover hoeft u zich niet ongerust te maken, want doordat zij zich meestal minder inspannen en bewegen dan vroe ger hebben zij ook minder „brandstof fen" in hun voedsel nodig. Met het oog daarop moet de voeding van oude men sen ook niet te veel vet bevatten. Boven dien zijn machtige spijzen en gebakken gerechten met dikke bruine korsten voor hen vaak zwaar verteerbaar. Maak daar om bijv. stamppot niet te vet en te stijf frgebruik er liever boter of margarine dan vet of spek voor) en week hardge bakken korstjes door het gerecht even na te stoven of door er saus of jus over te scheppen. Hardgcroostcrde toast en roggebrood zijn voor de meeste oude mensen ongeschikt, evenals vers brood, dat verstopping in de hand werkt. Som mige bejaarden verdragen ook bruin- brood slecht, evenals de schilletjes van peulvruchten, krenten en rozijnen en al lerlei koolsoorten (behalve bloemkool Groenten moeten ook de oudjes dage lijks. liefst in een flinke hoeveelheid, ge bruiken; de vitamines cn voedingszou- ten daaruit houden hen fit en bescher men hen tegen allerlei infecties. Heel goed zijn. wanneer opa's maag deze nog verdraagt, slaatjes van rauwe groenten Cs winters bijv. van witlof met appel of biet of van de gele harten van an dijvie met geschrapte wortel). Snijdt de rauwe groenten hiervoor wel heel fijn! Fruit doet uit voedingsoogpunt de zelfde dienst ul.s rauwe groente. Een overvloed van specerijen, zoals peper en mosterd, is nooit goed. Daar opa meestal toch erg gesteld is op een pittige smaak van zijn eten, kunnen wij beter flink wat onschadelijk tuinkruid (peterselie, selderij, kervel, bieslook, tijf c.d.) en bijv- .-en gefruit uitje of beetje zorg kunnen werkzaam leven niet vcrdiendl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1951 | | pagina 11