Britse uittocht
Mond het
v.
wit -Qgypte
j
Koning Faroek, de moderne Farao,
ziet John Bull met vreugde gaan
Chartoen". Deze Lord, die in Egyptische
dienst de Soedan opnieuw onderwierp,
zou later nog een minder mooie rol spe
len in de Boerenoorlog
Nadat de Mahdi ten onder gebracht
en de Zuidelijke flank van Egypte be
veiligd was, werd in 1899 het Brits-
Egyptische verdrag getekend, waarin
besloten werd tot een gezamenlijk be
stuur over de Soedan; Egypte werd te
dien tijde bestuurd als een Britse kolo
nie. In de practyk kwam het echter
hierop neer, dat Engeland het gebied
bleef beheersen. Dit land heeft hierdoor
vooral sedert de voltooiing van de
grote Nijldam boven Khartoem de
watertoevoer via de Ngl naar Egypte
feitelqk in handen. En men weet, dat
Egypte reusachtige irrigatiewerken
moet onderhouden, wil zqn landbouw
(nog altijd het voornaamste bestaans
middel) niet geheel te gronde gaan.
TENS was er een tijd, waarin er
nog geen sprake was van een
Suezkanaal en waarin Egypte nog
niet de internationale belangstel
ling genoot, welke het thans ten
deel valt. Dat is nu al vele, ja zeer
vele eeuwen geleden. Zo lang de
wereld bestaat, zijn er echter
„kwesties" geweest, en zo had ook
Egypte al eeuwen geleden zijn pro
bleem: dat der Israëlieten, die ge
noeg hadden van de vleespotten
van dat land en die tegen de wil
van een hardnekkige Farao, maar
op Gods bevel, uittogen uit het
diensthuis, de vrijheid, het Beloof
de land, tegemoet.
Onwillekeurig moesten we aan deze
geschiedenis uit onze oude Bijbel den
ken, toen. we lazen, dat Egypte de En
gelsen niet langer in het gebied van het
Suezkanaal en de Soedan wenst. Het
zal nu niet zo lang meer duren, of John
Bull, die al op zo vernederende wijze
Perzië moest verlaten, zal zy het
schoorvoetend het land der Farao's
de rug toe keren. Met de tijden zjjn ook
de Farao's veranderd. Want de moderne
Farao, koning Faroek, beroemd en be
rucht in de speelholen aan de Middel
landse Zeekust, bekommert zich niet
over de „uittocht uit Egypte" door de
Britten, ja heeft er zelfs plezier in.
Waarom ook niet, want met het ver
drijven van de Britten uit Egypte en de
Soedan verstevigt hy zyn wankele po
sitie!
Het ls echter een goedkoop succes in
een land, waar nog middeleeuwse toe
standen heersen en waar het contrast
tussen ryk en arm nog schier even
groot is, als vele ecuwen geleden. Dit
laatste is eigeniyk het grootste probleem
van Egypte. Aangezien het moeiiyk in
korte tyd op bevredigende wijze kan
worden opgelost, is het een gemakkeiy-
ker taak, de arme fellah's van het eigen
lijke probleem af te leiden, door spec
taculaire maatregelen te nemen, die do
nationale trots vermogen te strelen. De
weldadige Invloed die er van uitgaat,
zal echter maar al te spoedig uitgewerkt
zyn, omdat men met goede voornemens
en mooie leuzen nu eenmaal geen lege
magen kan vullen.
Nog niet zolang geleden hebben wc
uitvoerig geschreven over de onenigheid
tussen Engeland en Egypte over de
Suezkanaalzone en de toekomst van de
Soedan. Het was ter gelegenheid van de
Troonrede, die koning Faroek tegen hot
einde van het vorig jaar in het parle
ment liet voorlezen. Hierin werd op
nieuw de els gesteld, dat Engeland de
Suezkanaalzone zou ontruimen en dat
Een modern be
wapende Egypte
naar bü de ge
weldige pyrami-
den, die vele
eeuwen geleden
door zijn voorva
deren werden
gebouwd.
Het begin
De Egyptische regering gebruikt
thans de Suezkanaal-kwestie als
wapen tegen Engeland, om in het
bezit van de Soedan te komen. Dit
gebied, hetwelk een oppervlakte
heeft van een millioen vierkante
mijlen en een Nomaden-bevolking
van ongeveer acht millioen zielen
telt, is een voorbeeld van behoor
lijk Brits koloniaal bestuur. Want
hoewel het gemeenschappelijk
door Engeland en Egypte wordt
bestuurd, staat het in feite onder
Britse voogdij. Nieuwe scholen,
wegen en ziekenhuizen hebben er
toe bijgedragen, dat verscheidene
der primitieve stammen van het
land aan de greep van een heiden
se cultuur werden ontrukt
Lange tyd is de Soedan aan Egypte
gekoppeld geweest, nadat Mohammed
All Pasja, de stichter van het moderne
Egypte de hoofdstad Khartoem had ge
sticht. Toen kwamen de godsdienstige
opstanden van de Mahdi, die tenslotte
werden onderdrukt door Lord Kitchener,
nadien genoemd „Lord Kitchener of
ken gebied heeft, al was het alleen maar,
omdat het de bovenwateren van de Nyi
geheel beheerst. Een oplossing is ook
thans nog niet in zicht.
Men heeft de mogeiykhcid besproken,
dat Egypte zich zal aansluiten bij de
Westerse verdedigingsorganisatie voor
het Midden-Oosten, zulks in ruil voor
het ontruimen door de Britten van het
gebied van het Suezkanaal ende
Soedan. Het ïykt echter niet waarschijn»
ïyk, dat het spoedig zo ver zal komen,
omdat Engeland nu eenmaal toezeggin
gen heeft gedaan, die niet zo maar met
één gebaar ongedaan kunnen worden
gemaakt. Het uitleveren van de Soedan
zou overigens naar alle waarschijniyk-
heid een burgerstrijd in laatstbedoeld
Na 1936
In 1936 werd een nieuw ver
drag gesloten tussen Engeland en
Egvpte. Dat was op het ogenblik,
dat Mussolini zegevierend op
rukte in Afrika en men zich in
Cairo niet langer veilig voelde.
Dezelfde Nahas Pasja, die thans
moord en brand schreeuwt over
aanwezigheid van de Britten, vond
het in 1936 gewenst een verdrag
te tekenen, dat de Britten het recht
gaf, gedurende twintig jaar nadien
troepen te stationneren in de Suez-
kanaal-zone. Thans, vijftien jaar
later, is het fascistische gevaar van
de aardbodem gevaagd en heeft
men in Egypte geen oog voor het
nog grotere risico, dat het com
munisme voor de gehele wereld
oplevert.
Ware de Soedan-kwestie er niet ge
weest, dan zouden de Britten al geruime
tijd uit de Suezkanaalzone zijn terugge
trokken. De Soedan, het enorme gebied
ten Zuiden van Egypte, is ook nu weer
de twistappel. Egypte wil het domweg
annexeren en houdt er geen rekening
mede, dat de bevolking geheel verschilt
van die In het eigen land. Engeland, dat
zekere toezeggingen gedaan heeft,
staat op het standpunt, dat de Soe-
danese bevolking (die meer en meer
zelfstandigheid gekregen heeft) zelf
over haar staatkundig lot moet be
slissen. Nochtans erkent Engeland, dat
Egypte bepaalde belangen in het betrok-
Een straatje in Cairo
De Nijl bO' Assoean
gebied teweegbrengen, waaraan by d«
huidige internationale omstandigheden
nu eigeniyk geen behoefte bestaat
Algelopen
Het zal moeilijk zijn, een bevre
digende oplossing te vinden voor
al deze problemen. Zeker is ech
ter, dat het met Engeland's glorie
tijd in het land der Farao's gedaan
is, mede dank zij de dilettantische
wijze, waarop de Britse socialisten
hel BritsPerzische olieconflict
hebben behandeld. Vroeger vertel
den de Engelsen graag het grapje,
dat koning Faroek aan zijn staf
chef vroeg: „Als de Britten hun
kazernes moeten verlaten, hoeveel
tijd zouden ze dan nodig hebben
om ze weer te bezetten?" Het ant
woord was: „Ongeveer twee uur,
sire". Volgende vraag: „En als het
Egyptische leger zich hiertegen
zou verzetten?" De stafchef ant
woordde hierop: „Twee en een half
uur, sire". Dergelijke moppen, die
er niet toe bijgedragen hebben, de
sfeer te verbeteren, behoren thans
tot het verleden. Weldra zullen
we getuige zijn van een nieuwe
„uittocht uit Egypte" doorde
Britse leeuw, met de staart tusse*
de benen.