i VOORJAAR ZIT IN DE LUCHT
Van boeken en tijdschriften
VEBO - Paastentoonstelling
werd een groot succes
(jlciscollectie van De Lakenhal
in een nieuw licht
i
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
9
ZATERDAG 17 MAART 1951
Er komt leven in de brouwerij
T
Probeer er niets van te missen
De lente zit in de lucht, in de wolken, het water, de heester»., de planten en de
bomen. Je merkt het aan de vogels en je ziet weer allerlei insecten vliegen. Plan
ten komen langzamerhand uit en vogels keren terug naar hun broedplaatsen.
Maart schonk ons al een handvol voorjaarsdagen, die zó weer veranderden in
etmalen met een kille guurheid, een ratelende hagelbui, koude regens, een grille
natte sneeuwbui of een flinke voorjaarsstorm. „Maart roert zijn staart". Het licht
wordt met de dag intenser, de dagen lengen merkbaar, maar 's nachts vriest het
som» nog. Het voorjaar is onderweg, daaraan bestaat geen twijfel,
iet weer belev
Elk jaar kunnen we
en tóch iedere keer is
en verheugen we ons er over, Dit is de
tyd, dat je uit huis naar buiten wordt
.gelokt en toch buiten nog niet dit vindt
wat je had verwacht. De kachel kunnen
we nog niet, missen, al ziet het
uit de warme kamer nog zo aanlokkelijk
uit. Het is de tijd van dwazen met
se ideeën, die met een flinke verkoudheid
thuiskomen.
Maar de bloemetjes van de paarse, wit.
te en gele crocussen (voor de laatste
hebben speciaal huismussen een voorlief
de!), de sneeuwklokjes en de winter-
aconieten kleuren weer onze tuinen. De
katjes van de hazelaar en els stuiven
haar stuifmeel in het rond als de
jaarswind er zacht doorheenspeelt.
De anemonen, sleutelbloemen ei
klein hoefblad onder het nog bladerloze
bos en het speenkruid en de dotterbloe
men langs de slootkant zullen met hun
bloemen spoedig volgen. De knoppen
wachten op een"warm voorjaarszonnetje.
Met reuze schreden komt het voor
jaar. 's Morgens heel in de vroegte, nog
vóór zonsopgang, hoor je het zingen
de merels en zanglijsters, spoedig daarna
ook het „zagen" van het koolmeesje, de
zang voor roodborst en heggemus. Veer
tien dagen geleden hoorde ik alweer de
eerste vinkenslag, al was het dan nog
schuchter en zachtjes voor zich uit zin
gend, met jiog grote tussenpozen
halend, alsof hij zichzelf aan he
beteren was. Misschien een jonge vogel
van verleden jaar, maar ook de oude
vogels hebben in het vroege voorjaar
weer een beetje oefening nodig
zang te komen.
Nu horen we op gunstige dagen alweer
van alle kanten de vinken slaan. Spreeu
wen kwetteren en schetteren met aller
lei vleugelbewegingen en snavelgeklep-
per het voorjaar in. Als altijd, druk
beweeglijk, imiteren zij de zang van
lerlei andei-e vogels. Soms juist die
soorten, die wij nèt zo ongeveer weer
kunnen verwachten of nog niet zo
vroeg in het voorjaar weer terug zijn.
Gisteren imiteerde een spreeuw meester
lijk een witte kwikstaart. Je laat je toch
steeds weer beetnemen als je denkt de
eerste fitis. spotvogel, karekiet of riet
zanger te horen. Soms doen de spreeu
wen het. roepen van de kievit, grutto,
scholekster, wulp of oeverloper na.
En nog steeds zijn er spreeuwen
op doortrek in onze stad blijven
hangen om zo spoedig mogelijk ook
naar hun broedgebieden te gaan. We
zien hen nog in grote troepen voor
zonsondergang boven de stad zwer
men.
De wulpen, zojuist aangekomen, heb
ben weer bezit genomen van hun broed-
terrein in het duin. Waar in de vroege
morgenuren weer hun vertrouwde jo
delende voorjaarsgeluiden klinken, alsof
het alweer April is.
Ook de bonte pieten, zoals de schol
eksters wel genoemd worden, zijn al
vooruitgereisd en verzamelen zich in een
weidje achter de duinen om zich gelei
delijk paarsgewijs tèrug te trekken in
polder en duin. Met hun druk té-piet,
té-piet, té-piet, laten die bonte pieten
wel horen dat ze er weer zijn.
Boven de weilanden is een der eerste
de veldleeuwerik, die met z'n echte
voorjaarslied als een hefschroefvliegtuig
al zingend recht de wolken tegemoet
stijgt. De verwilderde éenden bij de
boerderijen zitten alweer op een nest
met eieren en ook de meeste legsels van
de aalscholvers en blauwe reigers zullen
nu al wel voltallig zijn. Er komt weer
leven in de brouwerij!
Drie weken geleden ontdekten we
de eerste overvliegende troepjes
kieviten, vers teruggekomen uit hun
winterkwartieren in Frankrijk en
Spanje. Vele er van moeten nog ver
der door en blijven hier een poosje
in troepen hangen op onze weilan
den en slikken/tot ze met het betere
weer verder mee kunnen reizen.
Toch zijn er ook alweer van onze eigen
broedvogels teruggekomen. De eier-
zoekers krijgen er de kriebel van, want
ze hebben de kievit weer gezien en ge
hoord. Zij trekken recht door de wei
landen, om te ontdekken waar de man
netjes hun broeddomicilie hebben uitge
kozen.
De kievitman kondigt n.l. zijn soort
genoten wel duidelijk aan, waar zijn
terratorium is. In prachtskleed, met
wapperende kuif, buitelen ze al roepend
boven het. broedgebied. Aan het geluid
en vele andere dingen hoort en ziet de
ervaren eierenraper of er al een nest
met eieren te vinden is.
Immers, het is al weer Sint Gertrud
(17 Maart) en het eerste kievitsei kan
spoedig komen. In Friesland, waar
kievitseieren zoeken erg populair is, zegt
het oude volksrijmpje:
Mei Ste Gertrüd
de Ijeap (vrouwtjes kievit) syn
earste aei der üt
al is't ek op 'n skosse iss
die kiwyt bliuwt dochs allike wiis!
Meermalen komt het zelfs voor.
het eerste ei al vóór die datum wordt
gevonden, waarop er dan spoedig vele
volgen, waaruit blijkt dat de kieviten
ongeveer tegelijkertijd in ons land met
broeden beginnen. Meestal is het
Fries die de eerste is, soms is me
Noord-Holland of O ver ij sol een
vroeger.
we kijken weer uit naar het lente-
bericht in de krant, dat het eerste legsel
deze echte Hollandse vogel6 is
vonden.
Menige Fries verdient in de korte, tijd
tot 20 April, dat de eieren geraapt mogen
worden, er een behoorlijk daggeld a
Het bewijs, dat de kievit velen na
het hart ligt, kan men reeds opmerken
uit het grote aantal plaatselijke na
die tè talrijk zijn om allemaal op te
Duizenden eieren worden op hoogtij
dagen naar de markt in Leeuwarden ge
bracht. Fijnproevers beschouwen het als
delicatesse en moeten de eieren duur
betalen. Aan de wettelijke sluitingsdatum
wordt stipt de hand gehouden, zodat de
kievit weinig nadeel ondervindt var
rapen. Van de volgende broedsels komt
genoeg terecht.
Echter, van de intensieve cultuur, ont
ginning. ontwatering enz. heeft de kievit,
n met vele andere soorten van onze
fauna, veel méér te lijden. In deze mate
riële tijd wordt echter niet veel rekening
gehouden met dergelijke gevoeligheden!
Jaap Taapken
„Willem van Oranje" door dr
A. A. van Schelven, 4e druk,
uitg. W. ten Have, Amsterdam
Wie dit boek ter hand neemt,
een regenachtige dag bij de
haard een aangename en vlotte levens
beschrijving van „Vader Willem" te le
zen, komt bedrogen uit. Het is volstrekt
geen kost voor iedereen. Dit geldt niet
alleen voor de inhoud, maai
vooral voor de stijl, die de auteur ge
bruikt: zwaar en moeilijk te verteren.
Bij de bespreking van dit w
ten we daarom een scherp onderscheid
maken tussen de inhoud en de
waarin het ons aangeboden wordt.
De schrijver wekt onze diepe bewon
dering voor de uitgebreide kennis,
waarvan hij in dit boek blijk geeft. In
negen hoofdstukken tekent hij
persoon van Prins Willem I ten voeten
uit en zet hem vóór ons in de lijst var
zijn tijd. Dit komt vooral tot uiting ir
de titels der hoofdstukken. Die zijn ze
veelzeggend, dat we niet kunnen nala
ten ze hier te vermelden.
I.Bourgondisch grand seigneur, er
toch een man uit het Westerwald; II. In
de bres voor de Nederlanden; III. Het
wegwerken van G-ranvelle; IV. De jaren
van aarzeling; V. Het roer om!; VI. De
verlenging van het front; VII. De strijd
de laatste verschansing uit; VIII.
De schipbreuk op de havendam; IX. Het
einde in verwarring.
Uit deze titels blijkt wel heel duide-
k, welk een diepgaande studie aan het
schrijven van dit boek is voorafgegaan.
De auteur heeft dan ook dankbaar ge
bruik gemaakt van de vele bronnen,
gegevens uit archieven, brieven van en
in de Prins, documenten, etc.
Hij vervalt niet in de fout, de Prins
te verheerlijken. Integendeel, diens ka
rakterfouten en tekortkomingen worden
"t geheel niet verbloemd.
Veel minder geestdriftig zijn we ech-
r over de stijl en de zinsvorming in
dit boek. In tal van zinnen zou door ver
andering van woordschikking de bedoe
ling veel duidelijker uitkomen. De eer
lijkheid gebiedt ons daarom, enige voor
beelden te citeren.
Op blz. 9, waar het gaat over een post
die Keizer Karei V aan de Prins had
opgedragen, staat: „De landsheer gaf hem
deze post met opzettelijk voorbijgaan
vele anderen die van het oorlogs-
handwerk veel grotere ervaring hadden
dan hij deed."
Op blz. 37 regel 7 van onderen: „Voor
ot' is er echter toch nog iets beters
dan deze mededelingen van altijd min of
"eer anecdotische waarde slechts."
Als het gaat over de invoering van
euwe bisdommen in 1559 staat op blz.
81 regel 8 van boven: „Maar inderdaad
vallen deed het odium niettemin slechts
op Granvelle."
Terwille van de plaatsruimte nog één
DYie boekeman prof. dr A. J. de Sopper
Wat Is Philosophie? door
prof. dr A. J. de Sopper, uitg.
De Erven F. Bohn, Haarlem.
De Leidse hoogleraar De Sopper is,
behalve filosoof, tevens theoloog. Wan
neer hij dan ook in zijn boek een ant
woord geeft op de vraag „Wat is Philo
sophie?", baseert hij dat antwoord op de
Christelijke levensovertuiging, die de
zijne is. De schrijver geeft dan ook een
bevestigend antwoord op de vraag, of
vragen als „Wat is God?", „Wat is de
mens?", van God uit bezien, tot de filo
sofie behoren.Uitvoerig gaat prof. De
Sopper voorts in op de denkwijze van
filosofen als Kant, Hegel en anderen. Hij
tracht de ingewikkelde problemen, die
zich op dit terrein voordoen, tot hun
simpelste vorm terug te brengen. Voor
hen, die zichc op de hoogte willen stel
len van de beginselen der diverse filo
sofische denkwijzen, is dit boek zeer aan
te bevelen. De stijl is helder en over
tuigend, waardoor de leek op dit terrein,
weinig kans heeft het nochtans vaak
niet gemakkelijke pad kwijt te raken.
Signalen door prof. dr A. J.
de Sopper, uitg. De Erven F.
Bohn, Haarlem.
„Signalen" is een bundel van arti
kelen, die prof. De Sopper in het Han
delsblad publiceerde. Het zijn korte
schetsen, die op lichtfilosofische wijze
verschillende problemen behandelen,
waarmee de zwoegende en altijd weer
struikelende mens in zijn leven te maken
heeft. Ook dit. werk, dat wij gaarne
aanbevelen aan hen, die niet altijd lichte
kost willen verteren, ademt de geest van
de schrijver als theoloog-filosoof. Men
moet het niet achter elkaar uitlezen.
Men moet zich nu en dan sterken aan
dit voedzame voedsel en de signalen, die
de schrijver heeft aangestoken, niet uit
hét oog verliézen. Zó gelezen, zal dit
Grenzen der Openbaring door
prof. dr A. J. de Sopper, uitg.
Holland, Amsterdam.
„Ik wil," aldus de schrijver in zijn
Aanhef, „door de wijze, waarop ik deze
vraag stel, onmiddellijk -op de voorgrond
plaatsen, dat ik niet, ergens buitenaf
beginnende, tot de openbaring wil ti-ach-
n te komen, maar mijn uitgangspunt
iem in de openbaring".
De geleerde schrijver geeft in dit boek I
antwoord op de vraag, wanneer en
onder welke voorwaarde er van open
baring sprake kan zijn. Hiervoor neemt
hij als uitgangspunt niet God, omdat
deze redenatie alleen mogelijk zou zyn
God-zelf. Het geloof dan? Neen,
t het geloof is subjectief, en daar
door niet in staat een volkomen juiste
koers te geven. Er is maar één moge
lijkheid om het probleem der openbaring
op de juiste manier te benaderen: dooi
de concrete openbaring, die in Christus
En zoals prof. De Sopper in „Wat is
philosophie" de „Christelijke filosofie"
opneemt in alle wijsgerig denken, en
daarbij zich fel kant tegen hen, die deze
daaruit willen weren, zo wil hij in dit
werk, èn voor zichzelf èn voor anderen,
nagaan tot hoeverre de openbaring in
Christus zich in deze overwegingen laat
gelden en waar deze ons een halt toe-
Ook in dit werk leren wij de auteur
kennen als een verdraagzaam denker,
die nochtans in zijn denken en zoeken
het ene grote Middelpunt erkent, waar
omheen hij al zijn overwegingen groe
peert: Gód.
v. M.
zin. Blz. 134 regel 10 van boven:
kroon moet bij het verlammen
Oranje's actie, waarvan ik hier de
zaken naga, het feit echter wel gespan
nen hebben, dat de Prins zich niet
Egmont wist los te maken."
Vele zinnen hebben zulk een lengte,
dat ze gevoeglijk in tweeën of drieën
kunnen geknipt worden, waardoor de in
houd veel helderder zou worden. Onze
eindconclusie is: Om de inhoud onvoor
waardelijk aanbevolen.
Enige portretten, illustraties en copieën
van brieven zijn eveneens opgenomen. De
prijs (geb. ƒ5.90) kan geen bezwaar zijn.
Er worden voor heel wat onbenulliger
boeken wel hogere prijzen gevraagd.
H. van H.
De Jonge Kerk hoort het oude
Woord. ni. De tien Geboden,
door H. A. Visser, uitg. Boeken
centrum N.V., Den Haag. 2e
druk. 128 blz.
Ds Visser, die voor de IKOR-microfoon
deze jeugd-preken uitsprak, heeft (o.i. te
recht) een dodelijke angst voor „wet
tisch" hanteren van de Wet des Heren.
„Het leven der genade binnen de veilige
omtuining van de Wet des Heren is
rijker en voller dan een half-wettische,
half burgerlijke moraal, die aan de zonde
maar al te gemakkelijk spel geeft, om
zich verhuld en daardoor des te gevaar
lijker te uiten" (M. A. Krop). Het Evan
gelie is radicaal en heilige huisjes der
traditie behoeven waarlijk niet te wor
den gespaard. En toch zouden we willen
manen tot voorzichtigheid b.v. wanneer
(blz. 14) gewezen wordt op het gevaar,
dat „we onze Christelijke verworvenhe
den" plaatsen naast of in de plaats van
het geloof in God. Afgoderij kan inder
daad bedreven worden met onze party
of onze school, doch dat behoeft toch
nog niet? Dat had er minstens bu ge
zegd dienen te worden. By het vierde
gebod zouden we willen vragen: heeft de
Christeiyke zede niet ook een positievi
waarde voor de heiliging van de weke
ïykse feestdag? In verband daarmede zoi
een pleidooi tegen de sport-op-Zonda;L
ons liever zijn dan een in bescherming
nemen daarvan en als ds Visser het al
leen maar farizeïsme acht, dat de Zon
dagse trek uit de stad naar buiten „erg
gevonden" wordt, kunnen we het niet
met hem eens zyn. Deze wat al te vlotte
wyze van spreken vinden we daarom ge-
vaariyk, omdat de consequenties, die
„men" meent te mogen trekken, vaak
weinig zullen stroken met ds Vissers
eigen bedoelen.
Moge dit boekje, waarvan de eerste
druk binnen één week was uitverkocht,
velen brengen tot dieper bezinning;
velen in en velen buiten de Kerk.
Tsjaikowsld De geschiedenis
van een eenzaam leven, door
Nina Berberowa. A. J.
Strengholt's Uitg. My
A'dam.
Dit werk stelt de recensent voor geen
gemakkelijke taak. Reeds het doorlezen
vereist tameiyk veel inspanning en com
centratie. De sohryfster volgt het lever
van de grote componist vanaf zyn vroeg
ste jeugd -tot aan zyn tragisch einde, zo
dat we hierdoor een zeer nauwkeurige
biografie van hem verkrijgen. Als kind
reeds vreemd en moeilijk te begrijpen,
vertoonde hy ook later en tot 't einde
van zyn leven een buitengewoon raadsel
achtig en gecompliceerd karakter. Zyn
roem verkreeg hy pas na zeer moeilijke
jaren. Maar met het stygen van die
roem vond hy toch geen innerlijke rust
vrede. Rusteloos reisde hy van de-
plaats naar de andere. Ook in Ame
rika werd hy uitgenodigd. Carnegie
noemde hem „de ongekroonde koning der
muziek".
Zeer eigenaardig was ook de platoni
sche verhouding met zyn schatrijke wel
doenster, de weduwe Nadjezjda Filar-
tejowna. Pas in 't laatst van zyn leven
heeft deze wonderiyke vrouw, die met
hem dweepte, alle correspondentie
broken en haar financiële hulp ingetrok
ken.
De schrijfster heeft uit zeer betrouw
bare bronnen geput en brengt ons daar
door veel nader tot een van de grootste
Russische componisten. De heer dr J. A.
Leerink droeg zorg voor een vlotte ver
taling en voorzag tevens het boek van
aantekeningen.
Ongetwyfeld zal dit werk over de be
roemde componist veler belangstelling
trekken.
H. van H.
Het Heilige Hout (drie spelen)
door M, Nyhoff, uitg. D. A.
Daamen, Den Haag.
Dit boek bevat drie Bijbelse spelen: De
ster van Bethlehem (Kerst), De dag des
Heren (Pasen) en Des Heilands tuin
Pinksteren), uitgegeven in samenwer
king met de Vrijzinnig-Christelijke
Jeugdcentrale. Het schrijven van derge
lijke „lekenspelen" stelt wel byzondere
eisen aan de dichter. Hy moet zich on
derwerpen aan het collectieve; beter: hy
uit en voor een gemeenschap schry-
Dat heeft Nyhoff zeker gedaan. De
van deze verzen is eenvoudig, maar
bewogen en vol goede gedachten. „Des
Heilands tuin" is m.i. wel het beste van
de drie spelen, al is het naar Nyhoffs
eigen verklaring iarenlang een zorgen
kind geweest. Nigjoff heeft zich ernstig
bezonnen op de Öybelse gegevens, al is
nogal eens van afgeweken. Het
Paasspel is gebaseerd op de Rooms-Ka-
tholieke opvatting dat Christus ter hel
is gevaren om de Oudtestamentische ge
lovigen te verlossen. Vermelden wy ten
slotte het volgende uit het voorwoord:
„Ik heb het niet gewaagd, de Zoon des
Menden ten tonele te brengen".
W. St.
Genoemd als één dei beste in dit voorjaar
Popularisering van een rijk bezit
De directeur van het gemeentemuseum
e Lakenhal, drs E. Pelinck, altijd bezig
met het prachtige gebouw en zijn koste
lijke inhoud, betreurt het en terecht
dat er, behalve op 3 October, van de
Leidenaar zo weinig uitgaat t.o.v. dit kost
baar Leids bezit. Het museum is wel
geen voorbeeld van moderne inrichting,
het is allerminst een vervelend ge
vaar alleen de kenner van oudheden
zijn genoegen aan kan beleven.
Complete interieurs van kamers er
zelfs een volledige kapel geven de opge
stelde voorwerpen soms een frappant-
levend relief andere curiosa kregen eer
prettige en verantwoorde plaats tusser
'oorwerpen. waar zij èn artistiek èr
historisch bij horen. Het grote drieluik
met het Laatste Oordeel van Lucas van
Leyden, een wereldberoemd schilderij,
hangt misschien uit technisch oogpunt
/oor honderd procent juist, het heeft
echter het voordeel van de altijd w"
lende en levend-makende belichting
Hollands hemel, zoals die waarschijnlijk
ook eenmaal geweest is in de hoge, lichte
Pieterskerk, waar het nabij de doopvont
hing.
Propaganda.
Om de belangstelling van het Leidse
publiek voor zijn eigen rijke historie en
kunstbezit wakker te maken, overweegt
drs Pelinck telkens een deel van de uit
gebreide verzamelingen van De Laken
hal onder de speciale aandacht e bren
gen. Begonnen werd dezer dagen met de
waarlijk byzondere collectie glas.
De laatste jaren is in de kringen
kunstkenners en verzamelaars de liefde
het zeventiende- en achttiende-
se glaswerk zeer toegenomen. Voor
heen in één vitrine samen gepropt, i
Leidse Lakenhalcollectie thans over
me, verantwoorde vitrines verdeeld
opgesteld onder twee regentenstuk
ken. waarbij zij zowel door afkomst als
stijl volkomen past.
Een kleine karaf werd met water ge
vuld om de oorspronkelijke bedoelde
•erking van het glas te demonstreren er
drs Pelinck overweegt zelfs enkele gla-
oemers met „wijn" te vullen, althans
»n rood-gekleurde vloeistof in te
„Snapshots"
De glazen op zichzelf zyn niet zó be
langrijk. Zij zyn in hoofdzaak afkomstig
buitenlandse glashutten. Het grave-
met de diamant en het drillen met
sneldraaiend wiel echter geschiedde
door Nederlandse glaskunstenaars
betekenis.
van hen was de Leidse lakenkoop-
en dichter Willem van Heemskerk,
die zyn bokalen omstreeks 1670 met fraaie
krulleters graveerde.
Onder de door Frans van Mieris de
Jonge geschilderde, gepruikte en zelfvol
dane regenten van het St Catharina gast
huis staan de bokalen, waaruit deze heren
dronken, opgesteld. Zij zyn door een
kunstenaar gedrild, die uitmuntte door
een aan kantwerk herinnerende orna
mentiek.
Van het „wekelijks gezelschap" van
schout, schepenen en griffier, een col
lege van gezelligheid voor de stadsbe
stuurderen, is een viertal bokalen af
komstig, dat diende voor een uitgebreid
drink-ritueel. De wijnkelken waren resp.
gewijd aan de Staten van Holland en het
stadsbestuur van Leiden, het Huis van
Oranje, de Gerechtigheid en de Vriend
schap. Zy werden meegenomen in een
hoogst merkwaardig kistje met vier
deurtjes, ieder een afzonderlijk vakje af
sluitend. Onderin zit een laatje, plaats
biedend aan een mapje, waarin vier lang
dradige gedichten, passend bij elk der
bokalen. Met dit kistje zal de bode waar-
(Van onze deskundige medewerker,
de heer J. van der Goot te Wassenaar)
Zoal6 wU gisteren reeds meldden,
de eerste Vebo-Paastentoonstelling
groot succes geworden. Het weer heeft
hier in de eerste plaats wel toe mede
gewerkt. Het by uitstek keurig afgezette
en ingerichte terrein vormt
mogelijkheid om een dergelijke expositie
te doen slagen. Reeds vroeg in de loop
de morgen waren de programma's
uitverkocht, hetgeen wel een bewijs is
in de grote belangstelling.
Zoals wii ook reeds meldden,
invoer uitstekend en de kwaliteit der
mate goed, dat er ook een vlotte afvoer
hetgeen nu eenmaal by een Paas-
veetentoonstelling eerste vereiste is.
Er werden dan ook zeer goede zaken
gedaan; niet alleen waren de vraagpry-
hoog, maar toch werden er ook hoge
prijzen besteed voor de eerste-kwaliteit-
slachtdieren. Zo hoorden we nog vooi
net een ereprijs bekroond dier f 2200
bieden, waarmee echter de eigenaar geen
genoegen wilde nemen. Verschillende
Zn werden verkocht,
pry zen lagen tussen f 1.300
ligt niet in onze bedoeling om alle dieren
apart te noemen. Hiervoor verwijzen
onze gedetailleerde uitslagen,
vier kampioendieren uit de
schillende rubrieken vormden wel w
het neusje van de zalm. Dit waren
dieren van de heer G. J. van der Stoel
Wassenaar, P. P. Clemens te Voói
burg, G. J. de Kroes te Den Haag en t
Boogaards te Bilthoven. Uit deze écla
tante groep kwam tenslotte weer de al
gemene kampioene naar vc
een dier van zeer superieure kwaliteit
van de heer Clemens te Voorburg. De
keuringen werden met grote belangstel
ling gevolgd, temeer daar het nieuwt
keurinessysteem hier te Leiden vooi
de eerste keer toegepast en op een pun
tensysteem berustend in het algemeen
ten zeerste werd gewaardeerd.
We merken nog op. dat by de opening
behalve de reeds genoemde autoritei
ten aanwezig waren ir Th. J. C. M.
Rijssenbeek, directeur van het veeteelt-
schijnlijk wekelyks over Leidens straten
hebben gelopen om de glazen bij de aan
gewezen gastheer te bezorgen.
Er zyn twee glazen gedrild door de be
kende Jacob Sang, wiens werk hoogst
is gestipt door David
is waarschynlyk geëtst. Het
een alleraardigste kijk
an die tijd. Je zou
uit de 17de en 18de e
zeldzaam
Wolff en één
geheel geeft
het leven a
„snapshots"
kunnen noen-
Aanwinsten
Intussen werd de collectie ook de laat
ste jaren weer aangevuld en uitgebreid.
Onlangs vond de directeur in de porce-
leinkast van mej. F. A. Le Poole een
prachtig gestipt glas. zeer waarschynlyk
van de hand van Wolff. Mej. Le Poole
stond het aan de Lakenhal af. Verleden
jaar werd ook een glas aangekocht;
het Leidse stadswapen ei
geschreven aan Willem Mooleyser.
deze wijze breidt de collectie zich uit op
gebied, waar reeds een belangrijke
kern aanwezig
C. Th. R.
Raad van Voorhout
Gemeentelijk waterbedrijf zal onders
hands aanbesteed worden
OP DE TWEE VERGADERINGEN, die de raad van Voorhout heeft gewijd aan
de al of niet onderhandse aanbesteding van het gemeentelijk waterbedryf,
is een derde gevolgd. Tegenover de afwezigheid van de leden Spierenburg, wegens
ziekte, en Lindeboom, stond de aanwezigheid van de heren Van Hulsbergen, hoofd
ingenieur van het R. van D. en J. H. J. Hording van het rUksinstituut voor drink
watervoorziening. Beiden werden voorgesteld en gaven daarna hun mening ten
beste. Echter niet, voordat enkele leden hun verwondering over de aanwezigheid
deskundigen hadden kenbaar gemaakt.
Jit ziet. De raad had
wezen en ir H. Verschuijl, adjunct-direc
teur van het veeteeltwezen, die ook met
belangstelling de keuring volgden.
Door insiders werd deze tentoonstel
ling geroemd als één van de beste Paas-
veetentoonstellingen, tot nog toe in dit
voorjaar gehouden. Jammer genoeg
waren de varkensrubrieken iets te matig
bezet, wat een volgende keer hopelijk,
gezien het algemeen succes, wel beter
zal wezen. Ook hier was de kwaliteit be
hoorlijk goed.
Prijswinnaars
RUBRIEK I, afgewisselde vette koeien:
Joh. Biemond, Abbenes, eervolle vermel
ding (e.v.); D. C. van Leeuwen. Hoofd
dorp. e.v.; G. de Wit, Oude Wetering,
ere-prys; A. van Aalst. Zoetermeer, e.v.;
A. Rynsburger. Leiderdorp, e.v. en ere
prys; G. Roos, Vijfhuizen, 2 x e.v.; A. M.
Ammerlaan, Zoetermeer, le prijs; G. J.
v. d. Stoel, Wassenaar, e.v. en ere-prijs;
J. Verwijk. Uithoorn, e.v.
RUBRIEK II, vette koeien met niet
meer dan zes brede tanden: Gebr. Zwet
sloot, Leiden, ere-prijs; Joh. Biemond,
Abbenes, e.v. en le prijs; J. Donker en
Zn. Zaandam, ere-prijs; P. P. Clemens,
Voorburg, ere-prys; O. de Kok, Nieuw-
Vennep, le pry's en e.v.; P. L. Zwetsloot.
Hoogmade, ere-prijs; A. Rijnsburger, Lei
derdorp, 2 ere-prijzen en le prijs; G.
Roos, Vijfhuizen, 2 x e.v.; G. Enthoven,
Nieuw Vennep, e.v.
RUBRIEK III, vette koeien met niet
eer dan vier brede tanden: Joh. Bie-
ïsjoh Jap UBA "N oioj -jads
-SJwCjooa uddi{ uoz ap apjaads uaj
-aip ua uasuaiu usssrtoio/sjtpiz
-iano azap ajj<ovw /douöoiof *zuo
•fiutijajsuooiuajaansDDj uapnoqafl
uazajstó ap uw uaif iiapflnj a j
BuiaaBuio ua uap is-j jtn suap
-noqaan ap uaynz 6utuaop;oa jajy
en A. Roos, Abbenes, ere-prijs: D. C. van
Leeuwen, Hoofddorp, ere-prijs; O de
Kok, Nieuw-Vennep, e.v.: P. L. Zwet
sloot, Hoogmade, ere-prijs; J. Vonk,
Nieuw Vennep, ere-prijs; A. Rijnsburger,
Leiderdorp, ere-prijs; N. D. Enthoven,
Nieuw Vennep e.v.. ere-prijs en le prijs;
G. J. v. d. Stoel, Wassenaar, ere-prijs; G.
mond, Abbenes, le prijs; G. Nieuwenhuis,
Hoofddorp, e.v. en 2 le prijzen; Gebr. G.
J. de Kroes, Den Haag. ere-prys; Gebr.
Kronenburg, Haarlem, ere-prijs.
RUBRIEK IV, vette koeien met niet
meer dan twee brede tanden: Joh. Bie
mond, Abbenes, ere-prijs; P. W. Hooy-
mans. Voorschoten, e.v.
RUBRIEK VI. dikbillen (slachtrijp) met
twee tot en met vier brede tanden: Joh.
Biemond. Abbenes, le prijs; A. Boogaard,
Bilthoven, ere-prijs; D. C. van Leeuwen,
Hoofddorp, le prijs; G. J. J. Kofver,
Nieuw Vennep, ere-prijs; G. J de Kroes,
Den Haag. ere-prijs; H. Cohen, Wasse
naar. le prijs en ere-prys.
RUBRIEK VII, vette kalveren: G. J. de
Kroes, Den Haag, le prijs.
RUBRIEK IX, vette varkens boven de
150 kg: W. C. v. d. Geest. Oud-Ade. le
prijs; Zandvliet. Haarlem, e.v.; A. C. v.
Schie, Hoogmade, e.v.; Zandvliet, Haar
lem. le prijs; B. Menken, Hazerswoude,
e.v.; A. C. v. Schie, Hooèmade, e.v.
GROEPEN van tenminste vier stuks:
ere-prijs Joh. Biemond. Abbenes; le prijs:
G. J. van der Stoel, Wassenaar; le prijs:
A. Rijnsburger, Leiderdorp; 2e prijs: G.
Roos, Vijfhuizen; 3e prijs: G. Nieuwen
huis. Hoofddorp; 3e prys: G. Enthoven*
Nieuw Vennep.
Minderwaardig materiaal gebruikt
Raad van Leiderdorp ontevreden over
architecten woningbouw
Hulde aan attente gemeente-architect
N'
ADAT EEN TIENTAL PUNTEN onder de hamer t
de raad van Leiderdorp het voorstel i
doorgegaan, kwam In
W. ter tafel, om de inzameling
papier, vodden en oude materialen te binden aan een vergunning, ten einde
de bonafide opkopers en instellingen, die zich met de inzameling van afvalstoffen
bezighouden voor liefdadige en kerkelijke doeleinden, te beschermen.
De heer Van Hulsbergen, zette uiteen,
dat het hier speciale werken betreffen.
nieuwe gebouw kan volgens hem
door elke aannemer gezet worden, i
met de rein-waterkelder is dit wat
ders. Elke technische fout kan funeste
gevolgen met zich brengen voor de la-
consumering van het water. Daarbij
komt. dat tijdens de werkzaamheden de
levering van water door moet gaan. Vol
gens opgedane ondervindingen, adviseer
de spr. alleen aannemers uit te nodigen,
die acceptabel zijn. De heer Kording
sprak in dezelfde geest.
De raad betoonde zich over het
naar voren gebrachte allesbehalve
voldaan. Vragen en opmerkingen
waren niet van de lucht en de dis
cussie nam bijna twee uur in be
slag. Tenslotte werd het voorstel
van B. en W. in stemming gebracht
en met 6 tegen 3 stemmen aange-
het vorig jaar voor het nieuwe gebouw
f 75.000 uitgetrokken, maar volgens de
heer Kording zou dit bedrag met f 17.630
verhoogd moeten worden. In een volgen
de vergadering zal de raad over deze
zaak beslissen. Eerst zal de aanbesteding
worden afgewacht en daarna zal men
zo spoedig mogelijk beginnen met de be
steding van het aanvankelijk vastgestelde
Enkele ingekomen stukken passeerden
de revue. o.a. een door 16 bewoners van
de Boerhaavestraat ondertekend schrij
ven inzake het ledigen van nog bestaan
de beerputten. Binnen afzienbare tijd zal
het diepriool klaar zijn. Mogelijk kunnen
daarna closets geplaatst worden.
De overige agendapunten passeerden
alle vlot de hamer. In verband met zijn
vertrek naar Noordwijkerhout werd aan
p heer F. H. Stikkelbroeck, hoofd ge-
.eentewerken, eervol ontslag verleend.
Tijdens de rondvraag informeerde de
heer V. d. Lans naar de uitalag van het
De heer Veldhuijzen (c.h.) kon hierin
geen beteugeling van het kwaad zien,
waartoe blijkens de toelichting van B. en
W. deze inzameling reeds heeft geleid,
n.l. het plegen van diefstal. Voorts was
mening, dat schade zou worden
berokkend aan kerkelijke instellingen.
De voorzitter antwoordde, dat alleen
ui bonafide opkopers een vergunning
zal worden verleend en dat B. e
zeker niet voornemens zijn, kerkelijke
/of andere liefdadige instellingen te
benadelen.
De heer Los (a.r.) was van mening,
dat de bonafide opkopers er de dupe
zouden worden en dat het moeilijk
zijn, bij inzameling voor kerkelyke doel
einden bijv., de vergunning aai
paald persoon te binden. Hij achtte het
nuttig effect van het voorstel zeer gering.
De voorzitter merkte op. dat het alleen
de bedoeling is. deze inzameling in goede
banen te leiden. De bonafide opkopers
zullen daarvan niet de dupe worden,
zij zullen er wel bij varen.
De heer Kuilenberg (k.v.p.) informeer
de reeds bij voorbaat naar de wijze,
W. de voorgestelde verordening
zullen uitvoeren. Hij noemde als
beeld de inzamelingen, die gehouden
■orden door de Kath. jeugdbeweging. De
voorzitter antwoordde, dat nu iedereen
de inzameling ter hand neemt, de jeugd
vaak naast zal grijpen. Op de uit
voering der verordening kon spr. niet
vooruit lopen.
De heer De Graaf (c.h.) was vo
voorstel van B en W.. omdat hij
practiik had ervaren, dat beteugeling
noodzakelijk is.
De heer Van der Stoel (a.r.) merkte
op. dat het in wezen niet gaat
kerkelyke instellingen Hij was echter
van mening, dat indien de vakgroep
belang bij zou hebben gehad, dat er c
wel op gewezen zou zijn. Het succes
verordening achtte hij niet evenredig n
de rompslomp, die er aan verbonden w
Er zijn zoveel verordeningen, dat men
het zien van een politie-ambtenaar zich
zou gaan afvragen, of men zijn pokken
briefje wel bij zich heeft. De proces-
erbaaljagery wordt er slechts door be-
orderd.
Nadat de voorzitter de zaak tot de wer
kelijke proporties had teruggebracht,
werd z.h.st. besloten de politieverorde-
ng terzake aan te vullen.
Bij de rondvraag informeerde de heer
Moraal (a.r.) naar de moeilijkheden, die
zich hebben voorgedaan bij de bouw van
de middenstandswoningen aan de Reseda
straat. Niet om de moeilijkheden zelf,
hij vroeg zich af, hoe het mogelijk
:.b,c.-onderzoek. Geantwoord werd, dat
deze nog wal even zal uitblijven.
De Ohr. school zal worden gesteund bij
de aanschaf van nieuwe leermiddelen
volgens art. 72 van de l.o.-wet. Na de
behandeling van dit punt, dat niet op de
agenda voorkwam, ging de raad in ge
was, dat men minderwaardig materiaal
had gebruikt onder leiding van een archi
tectenbureau met drie ingenieurs, een
hoofdopzichter en een opzichter. Spreker
bracht hulde aan de gemeente-architect,
die het ontdekt had, en meende dat het
hoog tijd werd de band met bedoeld
architectenbureau te verbreken, even
tueel met afkoping van de laatste vijf
huizen van het plan.
De voorzitter antwoordde, dat inder
daad het architectenbureau, i.e. De Ra-
nitz, verantwoordelijk is voor de gang
van zaken. Ook hy was zeer erkentelijk
voor de activiteit van de gemeente
architect. De verantwoordelijke personen
zullen terdege op hun verantwoordelijk
heid Morden geMezen.
De heer Los (a.r.) vroeg of hieruit nog
stagnatie was voortgevloeid en zo ja. of
verhaal mogelijk was. De voorzitter zeg
de toe, een en ander nog nader te zullen
onderzoeken.
De volgende voorstellen en besluiten
iverden z.h.st. en zonder beraadslaging
vastgesteld:
De vergoeding van de kosten van het
vakonderwijs der bijzondere scholen over
1950. De voorschotten op de exploitatie
vergoedingen der byzondere scholen, te
weten voor de lagere scholen op ƒ27.17
per leerling, vermeerderd met het bedrag
der overschrijding over het 5-jarig tijd
vak 1943—1947, groot 14.34 per leerling.
Voor de u.l.o.-school op 34.— per leer
ling.
Een wijziging der bouwverordening.
De subsidie aan de Chr. Oranjevereni
ging a 0,60 per leerling, inclusief school
gaande kleuters.
Aanvaarding van het plantrecht in de
bermen van de Achthovenerweg.
De Huurprijzen
Verhuring van de 12 in aanbouw zijnde
uoningen aan de Hoofdstraat en Reseda
straat, aan door B. en VV. aan te wijzen
personen De huurprijs van de gehele
M-oningen langs de Hoofdstraat werd
vastgesteld op ƒ42.65 per maand, exclu
sief M-ater. van de benedenM-oningen aan
de Resedastraat op 28 en van de boven-
M-oningen op ƒ36. alles exclusief water.
De 32 M'oningen in het ZijlkM-artier zul-
■orden verhuurd voor 6.05 per
ater. Hier is een kleine
de prysstygingen niet
_.k, exclusief
verhoging i.vjn.
onmogelijk.
De bezoldiging van het gemeenteper-
soneel werd nader geregeld i.v.m. de ver
schenen Kon. Besluiten over 1950 en voor
1951. De verkoop van grond aan de heer
L. G. Verstoep, gelegen achter de bebou
wing van de Lindelaan—Kastanjelaan—
Meidoornstraat, en de ontworpen bebou
wing van de toekomstige Dorpskern, voor
bebouwing met garages, u-erd na eeri kor
te geheime zitting aangehouden tot een
- olgende vergadering.
Nadat de voorzitter de heer Kuilenberg
heime zitting.
by de rondvraag nog had ingelicht over
de karige verlichting van sommige stra
iten, sloot de voorzitter de vergadering.