Dramatische
heid en
strijd tussen
zwakheid
gehoorzaam-
Zeer grote belangstelling voor
de militaire mars
DRIE-OCTOBER-FEEST MET BOWIENTJE
Van 8 tot 10 in de Waag
NIEUWE LEIDSCHE COUI&Nf
WOENSDAG 4 OCTOBER 1950
ISTEEN
WILLEM VAN DER
LAAN
Het is wel haast dertig jaar gele
den, Leijenaars, dat ik in Brussel met
een Belgische zakenman sprakdie
aan Holland maar êên herinnering
had: 3 October in Leiden. „Da was
schoon, zunne menier", zei hij. En
wat hem wel het meest getroffen had,
was dat een gehele stad en nog dui
zenden mensen uit alle delen van het
land, gezamenlijk zo schitterend dit
feest konden vieren.
Ikzelf, lieve lezer, lezeres, ben geen
Leijenaar van geboorte. Mijn wieg
stond ergens in het Stichtse, en op
gevorderde leeftijd zette ik m'n eer
ste schreden binnen deze goede veste.
En hoe gaat dat? Als nieuweling heb
je onmiddellijk allerlei aanmerkin
gen op stad zowel als bevolking. Doch
toen kwam de Derde October; die
hele sleep van feestelijkheden, solem
neel zowel als vermakelijk, gericht
op de geest zowel als op de materie;
en in écn slag had Leijen m'n hart
veroverd. En ge kunt niet waar ook
in Nederland komen, maar als ge
over onze stad begintwordt de toon
ineens vol sympathie. Het is deze
zuiver plaatselijke feestdag, die Leijen
een goede naam bezorgt. En goede
naam is beter dan olie.
En waar dan gisteren de grijze
voorzitter van de 3-October-vereni-
ging voor het laatst als dusdanig in
zijn rijtuig door zijn geliefde stad
reed, vind ik het niet meer dan een
klein bewijs van onze dankbaarheid,
dat we deze Willem van der Laan
vandaag maar eens middenop die
blauwe steen van ons zetten, waar
over hij zo vaak, gewapend met hoge
zijde en paraplu, ambtshalve is heen
gereden.
Willem van der Laan is ook geen
Leijenaar van huis uit. In de smalle
Dokkumse straatjes leefde hij z'n
jeugdjaren uit en eerst op 41-jarige
leeftijd kwam hij binnen onze poor
ten, waar hij de kinderen ging onder
wijzen in alle christelijke en maat
schappelijke deugden, zoals de wet
voorschrijft. En nog datzelfde jaar
werd hij lid van de 3-October-ver-
eniging, om, na verschillende andere
functies, in 1923 het voorzitterschap
op zich te nemen.
3-Octoberfeest zonder Van der
Laan werd in 't vervolg zoiets als
een krant zonder kopals een kerk
zonder toren. En de Leidse poorters
konden zich weldra een optocht niet
meer voorstellen zonder in het cen
trum deze sympathieke Dokkumer,
die een sympathieke Leijenaar werd.
Van Dokkumer tot Leijenaar vin
den wij, Leijenaars, een promotie.
Maar daarbij nog opklimmen tot
voorzitter van de 3-Octobervereni-
ging, is de hoogste sport, die men op
de Leidse ladder bereiken kan.
Gisteren hebben we hem voor 't
laatst voorbij zien rijden. Lachend
als altijd. Zijn hoge ouderdom met
waardigheid en vitaliteit dragend.
En toen ik mijn oor zo eens te luiste
ren legde, hoorde ik over en weer
fluisteren; „Kijk, daar zit meneer
Van der Laan".
Zie Leijenaars, als ge het allemaal
zó ver in het leven schoppen kunt,
dat men U later op deze goedbedoe
lende wijze nawijst en nafluistert,
wel, dan moogt ge niet mopperen.
Dat is, om zo te zeggen, gelijk een
burgerschap honoris causa
Volgend jaar zit »nze Van der Laan
niet in zijn koets. Maar dat hij bij
leven en welzijn een ereplaatsje
op het bordes van het stadhuis krijgt,
als de stoet voorbij trekt, daar wil ik
mijn hand voor in 't vuur steken.
BALJUW
Herdenkingsure in de Pieterskerk
Bestorming der harten slechts door
geloof te overwinnen
De dienat in de Pieterskerk werd I immers nog raad weet als de wijsheid
o.a. bijgewoond door de burgemees
ter en zijn echtgenote, wethouder
Van Schaik, de rector-magnificus
van de Leidse Universiteit, het Col
legium van het Leids Studenten-
Corps, het bestuur van de V.V.S.L.,
hoogleraren en predikanten.
Dr K. E. H. Oppcnhcimer, Ned. Her
vormd predikant, had tot uitgangspunt
voor zijn herdenkingsrede gekozen Psalm
119 157 en Psalih 118 17: „Mijn vervol- to0" de nood
de wijzen der wereld reeds ten einde
is. De vijand maakte gebruik van de
tegenstellingen en conflicten in de stad.
Do harten der burgers werden bestormd.
En deze bestorming was slechts door het
geloof te overwinnen. De geest beslist
waarvoor wij leven en wat wij kiezen.
Velen, die niet werden gedragen door
een diepo overtuiging, waren, toen de
honger kwam, bereid te onderhandelen,
Niemand ontkwam aan angst en ver
twijfeling. Van Bronkhorst schreef
„Ik behoor
Hap, heer Van der Laan! De burgemeester presenteert een brokske
haringsla
vergeten te wezen". Op 1 October
was er in Leiden niets meer te eten. De
T materiële nood was inderdaad onbe-
De vrijheid van geweten en van het
Christelijk geloof wordt thans weer
bedreigd, aldus dr Oppenhelmer. God
geve on» een land, een volk, een kerk
en een universiteit, die in het uur van
gevaar het goede kiezen en belijden
en daarbij ook volharden. God be
hoede Nederland, God behoed#
Lelden.
Met dezo woorden besloot dr Oppen
helmer zijn Indrukmakende herdenkings
toespraak, die door de vele aanwezigen
met dc grootste aandacht werd aange
hoord. Aan hot slot van de dienst werden
twee coupletten van het Wilhelmus ge
zongen. Bij de uitgang van de kerk offer-
men voor Chr. Jeugdhulp.
„Ereburger"
Na afloop van de taptoe heeft de
burgemeester Maandagavond de heer
Van der Laan meegedeeld, dat het
gemeentebestuur had besloten hem
tot ere-burger van Leiden te be
noemen.
In een toespraak zei de burge
meester, dat hij een gevoel van wee
moed niet kon onderdrukken, nu de
heer Van der Laan voor de laatste
maal als voorzitter van de Drie-Octo-
ber-vereniging het feest meemaakte.
Van der Laan is een voortreffelijk
Leidenaar geworden wiens grote ken
nis omtrent de historie en belangstel
ling voor alles, wat oud is, hem had
den gemaakt tot de juiste man op de
voorzitterszetel. Wat hij voor de ver
eniging heeft gedaan, deed hij indi
rect voor de Leidse gemeenschap. Hij
was de stuwende kracht om de tradi
tie hoog te houden. De burgemeester
overhandigde hem de zilveren leg
penning, verbonden aan het erebur
gerschap.
Ontroerd heeft de heer Vap der
Laan voor de onderscheiding bedankt.
Hij had steeds gehoopt na zijn pen
sionnering naai* het roemrijke Fries
land terug te keren, maar we zijn
Leiden gebleven en we zullen er blij
ven, aldus de heer Van der Laan.
Met Chiel de Boer
in de Schouwburg
Nu de Gehoorzaal nog niet gebruikt
kan worden, werden door het gezelschap
van Chiel de Boer twee voorstellingen
in de Schouwburg gegeven. De middag
voorstelling was zeer matig bezocht,
's avonds was de zaal.uitverkocht.
Onverdeeld genoten hebber, we niet
We geloven, naar de tekst van verschil
lende nummers te oordelen, dat Chiel de
Boer het publiek onderschat,
maar weinig geest of tumor aanwezig.
Het succes moest te j/eel komen L!ï
komstige omstandigheden.
Moestafa had wat" Weer Amsterdamse
liedjes moeten zingen. Het optreden van
Swer Smeele als violist en „gooche
laar" behoorde tot het beste dat we
zagen Bij een volgende gelegenheid
hopen we een beter programma voor-
Heel kort, maar prima
Leiden heeft nu eenmaal een klein garnizoen en daarom is de militaire
mars door do stad niet bepaald een grote militaire show geworden. Wat
er echter te zien was, al duurde het voorbijtrekken maar heel kort, was
prima. Want behalve „Pro Patria" liepen een detachement van het keur
korps der Mariniers mee ep enige afdelingen matrozen, die hoewel zij
gelden voor „zeemilitie" bij marsen altijd uitblinken door hun stramme
in-militaire houding.
ge.it te kriJ«tn'
Nog op de dag vóór de bevrijding twij
felde de Prins. Allen waren radeloos.
Men hoopte op de goedheid van God, Die
gers en mijn wederpartijders zijn velen,
maar van uw getuigenissen wijk ik niet;
Ik zal niet sterven, maar leven".
De predikant begon met te zeggen dat gchrijfeiijki maar de rwakheid
geloof en historie met van elkaar te schei- moet wel hfit crgst gcwee#t zijn.
den zijn. Met ons geloof nu t onze stand- Xoen heeft God L^n bevrijd. En de De eerste ronde van de wedstrijden
vastigheid leven we in de werkelijkheid burgers wisten het, dat de Here do Ont- om de K.N.V.B.-Zaterdagbeker zal wor-
het heden. De teksten spreken van zetter van do stad was geweest. Daarom i den gespeeld op 21 October. Het vooi
ar en dreiging, maar ook van stand- trok mcn naar het huis des gebeds die datum vastgestelde competitie-pro-
vastigheid, volharding en vastberaden-w„ hebben bij het horen van de ge- gramma wordt verschoven naar 2f
heid, van geloof, van vrolijke bevrijding scbjedenis van Leidens beleg en ontzet October.
en uitredding uit nood en dood. i
Het ging in 1574 ca. ook in onze strijd1
van 19401915 om het verdedigen van de
vrijheid. Willem van Oranje heeft ge
zegd: „Voor Gods Woord en 's Lands rech
ten". Deze bondige formulering heeft de
Prins van Oranje altijd vastgehouden. Het
was mannelijke taal. De geloofsmoed van
dc Prins deed hem dit met overtuiging
zeggen. Liever de stad in brand dan tegen
het geweten handelen, zich aanpassen,
toegeven, collaboreren.
In Leiden heeft zich een drama
tische strijd voltrokken tussen de ge
hoorzaamheid aan God. aan dc Prins,
aan de eer en het geweten cn dc
menselijke zwakheid en angst. „Maar
ik wijk niet van uw getuigenissen".
Men hoeft niet te slagen om zich te
verzetten tegen het geweld van het
historische gebeuren. De nood in onze
stad werd zo hoog. dat de overtui
ging begon baan tc breken, dat alleen
God het onafwendbare nog kon keren.
Hoewel in het programma stond aan
gekondigd. dat de militairen en „Pro
Patria" voorafgegaan zouden worden dooi
de Kon. Mil. Kapel, is blijkbaar hierin
later wijziging gekomen. De muziek werd
namelijk verzorgd door de Marinierska
pel, een muziekkorps van gelijk gehalte
Voor de stadhuistrap vond het défilé
plaats voor do garnizoenscommandant,
kapt. J. Heller, die omringd was door
talrijke genodigden, zoals burgemeester
en wethouders, de rector-magnificus prof
mr S. T. Bok, het bestuur van de 3 Octo-
bervereniging en het collegium van, het
L.S.C. Verder stonden er opgesteld enige
militaire detachementen van het Reg. In-
Mooi buurtwerk
Traditiegetrouw is de buurtvereniging
„Tuinstadwijk" gisteren in optocht met
een reclamewagen, begeleid door tam
boers en bazuinblazers van de Chr. gym
nastiekvereniging „Jahn", naar de uit
deling van haring en wittebrood getogen.
Het aantal deelnemers bedroeg honderd,
dit was 35 meer dan vorig jaar.
Buurtvereniging en woningbouwver.
eniging hebben gistermiddag voor ouden
van dagen en invaliden een deel van het
trottoir voor het gebouw van Sijthoff
aan de Doezastraat afgezet, zodat deze
mensen de prachtige optocht goed kon
den zien voorbijtrekken. Na de optocht
werd men door de directeur, de heer
S. G. van Looy, onthaald op gebak en
sigaren. De heer M. I. Smit heeft de
heer Van Looy dank gebracht voor deze
sympathieke geste.
De praeses-collegii, de heer Heerma van Voss, biedt de dames, die zo
kranig hebben geassisteerd bij de uitdeling van haring en wittebrood,
een doosje met Eau de Cologne aan. „Ter verdrijving van de lucht",
zei hij.
„Het was een nogal natte optocht" zei
Bou-ientje, toen we een flink einde over
twaalven onder de wol kropen.
Bowientje wilde'de hele traditie mee
maken, en dus stonden we al om zeven
uur op het Stadhuisplein. Burgemeester
Van Kinschot deed of hij al uren op
was, maar op onbewaakte ogenblikken
lag er een trek van heimwee naar zijn
bed rond zijn lachende mond. Het was
bitter koud. met alleen maar een kop
thee achter mijn overhemd, en ik stelde
daarom voor: „Laten wc nou straks eerst
een boterham gaan eten!" Maar Bowien
tje zong uit volle borst met lege maag,
en vond dat meneer Menken er jeugdi
ger clan ooit uitzag.
„Niks geen wethouder," zei ze.
„En misschien daarom juist wel zo'n
goeie", zei ik. Als ik hongerig ban word
ik altijd filosofisch. Na de reveille wilde
Bowientje ineensdoorgaan naar de ko
raalzang aan de voet van de minst moe
dige stadsbestuurder, volgens Huizinga
Ik bedoel: aan de voet van zijn stand
beeld. „Laten we nou eerst een boter
ham gaan eten", stelde ik nogmaals
voor, vmar Boiuientje had haar koers al
in de richting Stecnschuur genomen, Ik
ben een nogal meegaand man, dus liet
ik de boterham nog even wachten en
togen we eandrachtig naar het Van der
Werffpark.
I „Raar", zei Bowientje, „dat je, om
„Dankt, dankt nu allen God" te zingen,
1 per se eerst twee kwartjes moet betalen
voor zo'n zangbundeltje.
„Nou ja", vond ik, meneer IJdo moet
per sint ook leven". Als ik hongerig ben,
ben ik niet alleen filosofisch maar ook
meevoelend voor de arme ambachtslie-
j den. Wii zongen voor éóv gulden samen
j uit volle borst een gedeelte van het
j bundeltje leeg en
„Loten we nou eerst een boterham
i gaan eten," zeurde ik.
„Dat is nou weer echt mannen-onzin,"
was het bescheid. „We zijn nu vlak bij de
Waag: laten we die uitdetery van haring
en wittebrood nou tegelijk even dc
Maar ik voelde er niets voor, en zei
dat ik beslist naar huis, naar de theepot
en naar de broodschaal uillde. Om kort
te gaan. we stonden ieder op :[fn stuk.
en kregen nog net een goed plaatsje
in de Waag om de burgemeester en zijn
gade. omstuwd, zoals het hlet, door al
lerlei hoge dignitarissen, zonnig te zien
lachen tegen een haring, n'»nf d<t heest
en zijn familie tot zijn dagelijkse liefheb.
berij behoorden. „Hij houdt er tHet eens
unn zei Bou'ientje. „Dat is nog eens
een flinke man!"
„Als er anderen bij zijn. ben ik óók
flink," zei ik. en lichtte m'n hoed voor
het collegium, dat, plus noble que la
noblesse, minzaam neerkeek op al die
mannetjes en vrouwtjes, die opgetogen
huiswaarts keerden met de vruchten
van zee en akker.
„Kom," zei Bowientje, „als we nu over
de Apothekersdijk lopen, komen we zon
der al ie veel oponthoud op het Schut
tersveld".
Mijn maag begon weemoedig en be
scheiden een zachte roffel te spelen,
maar ik stak dapper een sigaret op. Dat
voedt ook een beetje, en zo, begeleid
door inwendige muziek, kwamen wij op
„het land", waar alle muzieken van de
wereld en alle feestgangers van Europa
en omstreken bijeen waren. „Per slot
van rekening moet je je voor de krant
toch van alles, dus ook uan dit. enigs
zins op de hoogte stellen," zei Bowien
tje, en staarde met grote ogen naar di
molordulvels, die tegen een loodrechte
wand voortraasden.
„Als uie nou in, deze tent eerst ei
een kop.
„Gunst, hier laat zich een vrouw
het ijs begraven," zei Bowientje rillend.
„Moet je daarvoor de krant
„Nee", zei ik gedecideerd. „Daar hoef
ik voor de krant beslist niet te zijn. Bo-
venrtien houd ik niet van ijskoude v
ucn". Ik drukte bei m'n handen op
inaug, wan*, ik verbeeldde me, dat hel
geroffel lol in de wijde, stille polders
horen was. Het werd me opeens zwt
voor de ogen, doch het waren ment.
Trapman en meneer Brouwer maar, c
zich even, als bestuursleden, op de hoog
te kwamen stellen van de gebeurlijk
heden hier.
*uj} gearmd sopten we verder, en ik
overwuug, aai oius meisje me morgen
oeter onze scnoenen me i gepoetsi »au
kunnen heooen. e.n terwiji aowientje
eniuuusluai spruic uuer 'u omuycnoruui.
ik zei aai au een pleunuoine wa:
waar ze tuit van wegiron, maar aai ka,
ook van ae honger geweest zijn ei
vol bewondering opkeek naar ue toren
noge roeisoaan, nwam inyjn maag li
vgaedige opstand, il u weei ik wet, da
je liet ueleg en ontzet van Leiaen mei
oeter en nauwkeuriger kunt gedenken,
uan aoor juntc nonger ie iyuen, maur
alles heejl z'n grenzen. Per stol van re
kening, al was net vrij iaat, kwamen de
Doen zie, als de nood het hoogst is, ii
de redding nabij. Die redding nu kwam
in de vorm van een lumineus idee van
Met een ruk stond ik stil en sloeg me
zelf dramatisch voor het hoofd. „Gunst,'
riep ik verschrikt uit, heb je nel stel
uitgedraaid?"
„Het stel,"" vroeg Bowientje, „Welk
stel?"
„Wel, van de hutspot!"
„Welnee, die staat zachtjes te prutte
len; dat kan zo wel blijven".
„Jamaar,loog ik, „vlak voor we weg
gingen, heb ik 'm heel hoog gedraaid,
omdat ik dacht dat de hutspot anders
niet gaar kwamf
i tien minuten
Nog nooit iheeft doodgewoon brood
met doodgewone thee me zo heerlijk
gesmaakt, en geheel verfrist togen
's middags naar de optocht. „Hier komen
wij later ook te zitten," grapte ik, terwijl
ik naar de groep mensen naast de stad
huistrap wees.
Een profeet is nu eenmaal niet ge-
eerd in z'n eigen land, en dus zei
wientje: „Dacht je soms dat je nog
raadslid werd?"
„Nee," zei ik, om me er uit te redden,
„Ik bedoel de andere kant van de trap.
Daar zitten de ouden van dagen",
„Dan mag je wel minder roken,"
Bowientje. Bowientje heeft altijd haar
woordje klaar, zoals ge wel merkt.
„Zou z'n zoon al aangekomen zijn?'
vroeg ze, terwijl ze naar de hoogste
hogehoed van heel de stad wees. Daar
onder stond de burgemeester. „Het zal
wel", vervolgde ze, „Hij kijkt nu zo écht
vrolijk".
Bij het Gulden Vlies zagen we, hoe de
hoge pleten van de vereniging een bor
rel kregen. Meneer. Boer-zel] dirigeerde
„Ik zou ook best ltd uan 't bestuur wil
len zijn," zei ik. En toen kwam het
mooiste deel van de optocht: Van Wijk.
Bowientje en ik waren het er roerend
over eens, dat dit het mooiste was
we vonden de mensen van De Bilt
sufferds, want er was geen sprake
buiig weer. De lucht was prachtig
blauw met witte schaapjes. En mi
Trapman zat hoger te paard dan ooit.
„Als je over Van Wijk schrijft", zei Bo
iuientje, „denk dan goed aan dat
tuant anders denken ze dat je het
inspecteur Wyk hebt. Hoewel
ze er dromerig op volgen, ,hij is óók
mooi: een optocht apart".
Na afloop keken we nog geboeid
de boeienkoning en lieten ons meedeinen
op de Klokken van Arnemuiden, aan hel
luiden gebracht door rasechte Volen-
dammers van de Rozengracht.
Om half zeven kwam de hutspot op
tafel. Met de klapstuk. Het was nader-
hand gebleken, dat ik het stel tóch niet
hoog had opgedraaid wat kan een
mens zich vergissen, als hij honger
heeft en het smaakte ons heerlijk
Laat in de avond togen we naa
vuurwerk. Straalzonnen en guirlandes
van smaragden en robijnen, knaleffei
en diamantvuur, Romeinse kaarsen e
contra-batterljin. brlllant- en kunstbont-
men. magnesiumtourbillons en moddei
modder, modder.
Maar het was weer mooi, die hele dag
Onvergetelijk mooi.
„Hoe bedoel je „natte optocht"? vroeg
ik. „Er is geen druppeltje gevallen''
Bowientje geeuwde lang en diep. „Nou
er kwam nogal veel gedistilleerd bij
pas, vond ik", zei ze.
Marcherende eenheden trekken al
tijd de algemene belangstelling.
Langs de route hadden zich ook nu
weer duizenden mensen, opgesteld en
bij het stadhuis bereikte de mensen
massa de grootste sterkte. De politie
hield evenwel de straat vrij om de
troepen vrije baan te geven en anders
zouden er nog de wilgehelmde man
nen van de Kon, Marqchaussée zijn,
die de stoet openden en sloten, om te
zorgen, dat de militairen konden
marcheren in het tempo, zoals dat nu
eenmaal hóórt,
Nauwelijks was de door mensen ge
vormde siang door de straten gekron
keld, of de toeschouwers, die eerst zc
netjes op het trottoir hadden gestaan.
:n weer de gehele breedte va
in beslag en schuifelden voort,
zoek naar andere evenementen....
Tydens de uitdeling van haring
en wittebrood werden op het
Waaghoofd onder de belangstel
ling van een duizendkoppige
menigte vele honderden postdui-
a onder auspiciën uan de Leidse
courscommissie in vrijheid ge
steld. De duiven vormden een
zwarte wolk, die zich voegde bij
andere van haar soort. Maar
spoedig kwamen de blauwe luch
ten. Die zo goed als de hele dag
voor Drie-October-zon hebben
gezorgd
De wekelijkse keuring
in Haarlem
Het dahlla-seizoen strompelt naar het
einde. Vijf vazen met dahlia-bloemen en
dat was al! J. Bakker, Wognum, met de
dec. oranje Wognum's Glorie en Brui
degom, Baarn met een viertal soorten:
dc wijd en zijd bekende s.c. Pride of
Holland, de karmozijn kleurige s.c.
Gratie, de dec. Rosalie Gordon, oranje,
violet en purperrood en Bergers Wun-
derbare, een rose s.c. met groot crème
wit centrum. Misschien is deze aanwinst
wat vroeger in de tijd beter op kleur.
F. I. Groot Enzerink
burgemeester van
Maasland
Bij Kon. Besluit is mot ingang van
16 October 1950 benoemd tot burgemees
ter van Maasland de heer F. J. Groot
Enzerink, thans werkzaam bij het hoofd
bedrijfschap voor zuivel. Frits J. Groot
Enzerink is de tweede zoon van wijlen
ds J. W. Groot Enzerink, In leven Ned.
Herv. predikant te Leiden, en is thans
I 43 jaar oud.
Een gewaagde stelling is het niet. dat het Diie-October-leest, dat we
Maandag en gisteren hebben gevierd, een feest van bezinning en van
vrolijkhefd was. Het is door verscheidene sprekers en op verscheidene
plaatsen met ernstige nadruk gezegd, dat de vrijheid van geloot en
geweten, waarvoor in 1574 binnen de Leidse veste alleen reeds zes
duizend mensen hun leven hebben gegeven, weer aan bedreiging
zowei van binnen als van builen bloot staaf. Opgeroepen is om zich
geestelijk te bewapenen, om een volk te zijn. dat geloolt en belijdt en
volhardt in het uur van het gevaar. Zo had 3 October 1950 een as
pect. dat positieve elementen uit het verleden duidelijk toonde om
ons iets mee te geven voor heden en toekomst. En toch is de vrolijk
heid van het feest niet bedorven, ook nief bij hen, die enigszins
„serieus" 3 October hebben gevierd. „Met ons geloof staan we in de
werkelijkheid", zei dr Oppenheimer in de Pieterskerk. En gelooi geeft
o.a. blijdschap. Nu. Leiden is blij geweest. Blij met de blijden van
1574. het ongelukkige jaar. dat toch zo gelukkig eindigde. Slechts een
symptoom van die blijheid was: een dominee met een oranje-ieesl-
muts-met-pluim, die hij zijn kinderen zonder schroom in het openbaar
demonstreerde.
Je hoort er toch ook hij
DIT IS DE EERSTE KEER MENEER. Ik heb een klein pensioentje en
nu doe ik het niet uit gebrek, maar als tractatie. En je begint te
denken: je hoort er toch ook bij." Met het oude heertje, dat dit zei, hebben
ruim 2800 Leidenaars deze goede gedachte gehad en tussen 8 en 10 uur
kwamen zij in de Waag hun haring en wittebrood halen. De buurtvereniging
„Tuinstadwijk" kwam weer gezamenlijk, met de tamboers van „Jahn"
voorop.
Uit alle bevolkingsgi-oepon zagen we
de mensen lang-s de stapels brood en
tonnen -haring schuiven om de goede
gaven in ontvangst te namen.
Het officiële gedeelte kwam, toen de
burgemeester mot echtgenote en het be
stuur der 3 October-vereniging om tien
over half negen het Waaggebouw bin
nentraden. Fotografen kregen nu hun
kans om de traditionele foto's te nomen.
Traditie beheerst de hele 3-Qctobar-
viering. Maar zeker dit punt van het
programma, dat eigenlijk het dunne
draadje is, dat het heden nog verbonden
houdt met 1574.
De milddadige Leidse jofferen kregen
uit dank voor hun zware taak, door de
heer M. S. H. G. Hèerma van Voss, als
praeses van het L.S.C. een flasje eau-de-
cologne aangeboden (traditie), de heren
kregen uit handen van de heer Chris-
tiaanse, adjunct-directeur van de firma
Sanders, een stukje zeep aangeboden
(gaat hopelijk traditie worden). De eer
ste stukken werden aangeboden aan dn
voorzatter van de 3-Oetober-vereniging
en aan de heer H. de Wilde.
De belangstelling voor de uitdeling
was vrU groot. Misschien Is er iets
op te vinden, dat dit programma
punt nog wat meer In dc belangstel
ling komt te staan, want wanneer
we 3 October zien als een herdenken
van de historic, is de uitdeling van
haring en brood belangrijker dan de
optocht. We horen er allen bU
Gele zangers houden
wedstrijd
De eerste Lei'dsche vereniging van
kanarieliefhebbers en voor vogelbe
scherming „De Zanger" houdt op 9 De
cember in ..Royal" in de Doezastraat
haar jaarlijkse kanariezangwedstrijd mei
tentoonstelling.
„Hoogvliegers" boven
het L. F. C.-terrein
Even bulten de grote stadsdrukte, op
het L.F.C.-terrein aan de Haagweg, wa
ren hoogvliegers, gedreven door een
tamelijk stevige ochtendwind, aan het
werk. En op de begane grond was het
gezellig! Jonge enthousiasten hadden hun
beste beentje uoorgezet en niet alleen
hun ijver, maar ook hun kunstgevoel
uitgebuit op de vliegers, die elkaar hier
bekampten. Elke vlieger werd driemaal
beoordeeld: op grootte, schoonheid en
luchtvaardigheid.
Wat er alzo uiel te bewonderen? Hier
prijkte Pinocchio van Walt Disney, daar
een haast Ieuensgrote matroos, die weer
door een boer met de handen in de zak
van onder een amusant petklepje met
argusogen werd gadegeslagen. Ook de
Hollandse molen ontbrak niet. En na
tuurlijk werd zotuel uoor het Drie-
October-feest als voor de Drie-October-
verenlglng een stevige reclame gemaakt.
Het mooie van het geval was, dat de
meeste van deze bouwwerken aan het
doel beantwoordden, zodanig zelfs, dat
een hoogte van 100 meter werd bereikt.
Het geduld en de moeiten uan de vlie
ger-boys zijn goed beloond. Er waren
zeer behoorlijke prijzen, w.o. twee paar
rolschaatsen, een rugzak, spelen, boeken.
En wie geen prijs won: een reep choco
lade hielp hem weer over deze teleur
stelling heen.
Dt eerste prijs werd in de klassen
„grootte", „schoenheid" en „luchtvaar
digheid" resp. gewonnen door W. Gijs
man, G. Bergman en Henk Brusse; de
tweede resp. door H. de Jonge, H. Hoog
straten en K. Zuidema.