tegen onrecht en tirannie
teling
wors
Willem Rarelli
„IK WIL NOG ZOVEEL SCHRIJVEN",
zegt Diet Kramer, „maar dan
heeft men rust nodig"
De Nederlandse verrader George Ridderhof
uitvinder van het „SpieF
3
ZATERDAG 8 OCTOBER 1949
VIJFTIG JAAR GELEDEN
Toen in 1652 Jan van Riebeek aan de
Kaap een verversingsstation stichtte voor
de schepelingen op de reis naar Oost-
Indië, kon niemand denken dat eenmaal
dit land het toneel van een bloedige wor
steling tegen onrecht en tirannie zou
worden.
In de anderhalve eeuw die op deze ge
beurtenis volgde, bleef de Compagnie het
land als een bezitting beschouwen, waar
om men zich niet al te druk moest ma
ken. De opstand der boeren tegen gou
verneur W. A. van der Stel in het begin
der achttiende eeuw liet iets van de stem
ming uitkomen, maar de toestand werd
er niet veel beter door. Het was dan ook
geen wonder dat de verovering van Kaap
land door de Engelsen in 1806 aan de
Boeren geen tranen ontlokte. Men was
er zelfs blij mee. Het monopolie der Com
pagnie, dat zo zwaar had gedrukt, werd
door vrijhandel vervangen en dat was
voor de Kapenaars een grote stap voor
uit. Maar spoedig werd dit anders en
ving de tijd aan, die een beroemd gewor
den boek betiteld heeft als „Een eeuw
van onrecht".
De invoering van het Engels als lands
taal en als enige taal in de rechtspraak
was een harde maatregel. De opheffing
der slavernij zonder voldoende schade
loosstelling aan de Boeren, was dit even
eens. Men vergete niet dat velen onder
hen bijna hun gehele kapitaal in slaven
hadden belegd.
Na deze daad van menslievendheid was
het handjevol Kapenaars dan ook plotse
ling 2 millioen Pond Sterling armer ge
worden, terwijl de onveiligheid van het
land sterk was toegenomen.
Allerlei kwellingen en onrechtvaardig
heden brachten de Kapenaars er toe het
ondraaglijke Engelse juk te breken door
eenvoudig weg te trekken naar de onher
bergzame Noordelijker streken.
De „Grote Trek" van 1836 betrof 10.000
Boeren uit de Kaap. Op 16 December 1838
wisten ze de roverkoning Dingaan te be
dwingen en lag de Afrikaanse wereld
voor hen open. In 1839 stichtten ze Pieter
Maritzburg Maar nu herhaalde zich, als
eenmaal bij de buffels van Saidjah's va
der, dezelfde geschiedenis van onrecht.
In 1843 werd het nieuw gestichte rijkje
door de Engelsen geannexeerd. Dan trek
ken de Boeren weer weg en stichten de
Orar.je-Vrystaat. Maar ook hier volgen
de Engelsen hen en dit land lijven ze in
1848 in. Als echter na een paar jaar de
overweldiger meent dat zijn buit waarde
loos is, wordt de Vrijstaat onafhankelijk.
Met Transvaal gaat het dezelfde weg op
Geheel anders wordt de zaak echter, wan
neer in 1867 bjj Kimberly diamanten wor
den gevonden. Na een belachelijk proces
krijgt de Vrijstaat „genoegdoening" met
een fooi van 90.000. In 1877 lijft Enge
land Transvaal in. De Boeren leggen zich
daarbij niet neer en weten in 1881 hun
vrijheid te herkrijgen na een korte, maar
hevige oorlog. Bij de conventie van Pre
toria erkennen de Engelsen de Zuidafri-
kaanse Republiek, zoals Transvaal toen
heette en eisen alleen erkenning van En-
gelands souvereiniteit. Bij de conventie
van Londen in 1884 wordt deze suzereini-
teit nog zozeer verzwakt, dat de jonge
Republiek alleen moet beloven geen ver
dragen met vreemde mogendheden of in-
boorlingenstammen te sluiten zonder En-
gelands goedkeuring. In alle andere
zaken zou ze vrij zijn haar eigen weg te
volgen. Maar reeds nu werd dit Gladstone,
die daarmee vroeger onrecht erkend had,
door de conservatieve partij in Engeland
zeer euvel geduid en als een bewijs van
zwakheid erkend.
Kort daarna, ook nog in 1884 verandert
de toestand echter geheel. De goudvelden
worden ontdekt. En van dat ogenblik af
Is het lot van Transvaal bezegeld. Schor
remorrie uit alle landen stroomt naar de
Republiek en het is de regering niet ten
kwade te duiden dat ze dit boevenpak niet
dadelijk het stemrecht wenste te geven
Dit werd de stok, waarmede de Trans
alleen een oorlog de oplossing kon bren
gen. In de volgende jaren krijgen we een
politiek te zien, waarmee Engeland ten
volle zijn bijnaam van „perfide Albion"
rechtvaardigde. Daar men in het Britse
Rijk nog niet klaar was voor de oorlog,
werden de onderhandelingen gerekt, ter
wijl men al de tijd vast van plan was niet
tot een vergelijk te komen.
Nog op 8 Sept. 1899 meldde Chamber
lain aan de Republiek dat men de zaken
nog nader zou overwegen en dan voor
stellen zou doen. Op 30 Sept. vraagt de
staatssecretaris Reitz aan Milner of er al
een beslissing was genomen. Maar hij
kreeg geen voldoènd antwoord. Intussen
stroomden de Engelse troepen de Kaap
binnen. Men begreep in Transvaal dat
Engeland oorlog wilde. Op 2 Oct. werd
er een zitting van de beide afdelingen
•van de Volksraad ge/houden. Hier bleek
uit de redevoeringen dat men al driemaal
'had toegegeven in de kwestie van het
stemrecht. Telkens waren er meer con
cessies gedaan. Maar niets had geholpen.
Een der sprekers wees er op dat nog in
(dus vóór de ontdekking der goud
velden!) de Engelse inwoners van Trans
vaal de gelegenheid hadden gekregen on
middellijk burger- en stemrecht in de
11 October 1899
Vooral de ouderen onder ons herin
neren zich nog goed, hoe vijftig jaar
geleden de ongelijke strijd begon tus
sen de Zuidafrikaanse Boeren en het
machtige Engeland, dat om commer
ciële redenen zijn handen uitstrekte
naar het rijke land van goud en dia
mant. Op 11 October a s. zal het een
halve eeuw geleden zijn, dat de feite
lijke oorlogstoestand ontstond. In dit
artikel wordt iets verteld van de oor
zaken. die tot dit bloedbad hebben
geleid. Ook nemen wij een gedicht op
van de grote Zuidafrikaanse dichter
Totius (dr J D. du Toit), waarin deze
in een zinnebeeld het onrecht voor
ogen stelt, dat Engeland Zuid-Afrika
heeft aangedaan en dat wel vergeven,
maar nooit geheel vergeten kan wor-
vaalse hond moest geslagen worden. Ce
cil Rhodes, de gouverneur van Kaapstad,
droomde van een groot Brits-Afrikaans
rijk, waarin voor afzonderlijke Republie
ken geen plaats zou zijn.
In 1896 deed zijn vriend Dr Jameson
«en onberaden inval in Transvaal, die
een jammerlijk fiasco werd. Er werden
3 Boeren ged'ood, terwijl de Engelse
roverbende 100 doden en gewonden had.
"Wilhelm II zond een telegram om met
deze uitslag geluk te wensen, niet uit
sympathie voor de Boeren, maar omdat
hij toen reeds duidelijk wilde maken, dat
Afrikaanse zaken niet zonder Duitslands
tussenkomst mochten geregeld worden.
Ongelukkigerwijze was in 1897 Sir Al
fred Milner gouverneur van de Kaap
kolonie. Hij was volledig overtuigd dat
Republiek te krijgen, mits ze hielpen bij
het dempen van een kafferopstand. Nie
mand had daarvan gebruik gemaakt. Op
9 October 1899 zendt Transvaal dan een
ultimatum, waarin ten eerste wordt voor
gesteld de gehele zaak aan een scheids
gerecht te onderwerpen, ten tweede
wordt geëist de Engelse troepen van de
Transvaalse grens terug te trekken; ten
derde dat alle troepen die sedert 1 Juni
1899 in Zuid-Afrika zijn geland, zullen
worden teruggetrokken en ten vierde dat
de troepen die nog op zee waren, nergens
in Zuid-Afrika aan land zouden komen.
Op dit ultimatum, dat alleszins redelijk
mocht genoemd worden, vroeg de Rege
ring antwoord: Woensdag 11 October
1899, 'savonds 5 uur op zijn laatst.
Daarop had Engeland gewacht. Want
nu kon het de wereld laten zrien dat de
Boeren de oorlog hadden verklaard.
Reeds op 10 October kwam het Engelse
antwoord. Dit was een volledige weige
ring. Daarmee was de oorlog begonnen.
Onmiddellijk sloten de Vrijstaters zich bij
de Transvalere aan, vooral ook, naar het
woord van president Steyn, omdat er
geen sprake van neutraliteit kon zijn,
daar de Vrijstaatse Boeren uit eigen be
weging hun Noordelijke broeders zouden
gaan helpen. Dan zou Engeland daarover
klagen en hierin een casus belli vinden.
En zo begon de heldenstrijd van één
tegen zes. want er waren ten slotte een
kwart millioen Britse soldaten (ook uit
35 JAAR ZANGER
Geliefd en bekwaam kunstenaar jubileert
Wie zich als Nederlander even realiseert wat het betekent 35 jaar lang
zanger te zijn, zal tot de overtuiging komen, dat deze periode in ons
kleine land niet zonder zorg is voorbij gegaan. Het arbeidsterrein voor
de Nederlandse musicus is vrij klein, de concurrentie ook van de „goed
kope middelmatigheid" is vrij groot en de kosten om iets op het con
certpodium te bereiken zijn vrij hoog. En dan is er nog het ongeluk, dat
het Nederlandse publiek vrij tam is, niet gauw enthousiast of spontaan,
maar altijd behept met talrijke voor-oordelen. We zijn eigenlijk weinig
chauvinistisch ten opzichte van onze eigen kunstenaars.
bereikt door de glans, de zuiverheid
de warmte van zijn stem èn door zijn
grote en eerlijke muzikaliteit. Vooral dit
laatste is de kracht van de kunstenaar,
speciaal van de zanger, daar deze eigen
schap niet aan alle zangers of zangeres
sen kan worden toegeschreven Er zijn
er meerderen (laat ik het woord velen
niet gebruiken), die eigenlijk muzikale
analfabeten zijn, doch wier stemmidde-
len van nature schoon zijn- Zij berei
ken wat, zij overtroeven misschien
Een buitenlands kunstenaar wordt
hier bijna steeds tamelijk goed ontvan
gen in de concertzaal (niet in de pers),
maar zodra er een Nederlander met een
echte Hollandse naam op het podium
staat, dan is men veel eerder tot lauw
heid geneigd en die Nederlander moet
al heel goed zijn, wil hij zich kunnen
handhaven.
Gelukkig zijn, er zulke Nederlandse
kunstenaars en tot hen behoort z
niet in de laatste plaats de bas-bariton
Willem Ravelli, die volgende week zijn
35-jarig zangersjubileum hoopt te vie
ren Willem Ravelli is een van hen. die
een vaste plaats hebben in de harten
van de muziekliefhebbers En deze plaats
heeft hij reeds na zijn eerste optreden
op het podium veroverd. Niet zonder re
den overigens. De musici behoeven dan
niet altjjd af te gaan op het oordeel van
de massa (excusez le mot), een zekere
maatstaf is in dit oordeel toch niet steeds
te ontkennen. De massa is toegankelijker
voor werkelijke schoonheid, dan men
over het algemeen pleegt aan te nemen.
En een duidelijk bewijs hiervoor is weer
Willem Ravelli, reeds terstond geliefd
bij het publiek, maar ook bij de musici
onder dat publiek.
Hoe heeft Ravelli dit bereikt? Door
zakelijke reclame? Door opdringerig
heid? Door coquetterie? Niets van dit
alles. Ravelli heeft dit na harde studie
Spionkop: een begrip uit de Boerenoorlog
VERGEWE EN VERGEET
Dat gij niet vergeet de dingen
die Uwe ogen gezien hebben.
Deut. 49.
Daar het 'n doringboompie
vlak by die pad gestaan,
waar swaargelaaide waens
met lang spanne osse gaan.
En eendag kom daarlanges
wat met 'n skok en skudding
dwars-oor die boompie ry.
,Jy het mos doringstruikie
my anderdag gekrap;
en daarom het my wiele
jou kroontjie plat getrap".
Die ossewa verdwijn weer
agter 'n heuweltop,
en langsaam buig die boompie
sy stammetjie weer op.
Sy skoonheid was verlore;
sy bassies was geskeur
op een plek was die stammetjie
so amper middeldeur.
Maar tog het daardie boompie
weer stadig reggekom
want oor sy wonde druppel
die salf van eie gom.
Ook het die loop der jare
die wonde weggewis
net een plek blij 'n teken,
wat onuitwisbaar is.
Die wonde word gesond weer
as jare kom en gaan,
maar daardie merk word groter
en groei maar aldeur aan.
Australië, Nieuw-Zeeland en Canada) in
het veld. Slechts door de strijd tegen
vrouwen en kinderen in de concentratie
kampen heeft Engeland de oorlog kunnen
en. De Boeren gaven toe om uit
roeiing van hun gehele volk te voor
komen. Een onverdacht Engels getuige,
M'ethuen, schrijft: „Het is duidelijk dat
de oorlog de Boeren werd opgedrongen
en de verantwoordelijkheid alleen op de
Engelse Ministers rust."
De gebeurtenissen der volgende jaren
in van verzoenende aard. Maar wie
heden ten dage in de Vrijstaat reist, kan
nog duidelijk de gervolgen van deze oor
log ontdekken. De anti-Engelse stemming
is er nog zeer levendig. Zo lang werkt de
vloek der boze daad na.
Den Haag. Dr F. C. Dominicus.
BEKENDE LANDGENOTEN THUIS
(Van
verslaggevers)
,Jk vind een interview verschrikkelijk," zegt de blonde vrouw tegenover
geneer me altyd als het in de krant komt. Een keer schreven ze ovi
aggressieve figuur", terwijl ik me juist zo dood-verlegen had gevoeld." Wi
niet hoe Diet Kramer tijdens dat interview was, maar nu ze tegenover ons zit,
achter het brede glanzende keurig opgeruimde bureau, is mevrouw Diet Muller
Kramer geenszins een aggressieve figuur. Een slanke blondine met lichte blauw
grijze ogen, een regelmatig prettig gezicht, waarover, ondanks de open blik, een
waas van geslotenheid ligt, zoals mensen kunnen hebben, wanneer ze met' grote
zelf-discipline hun leven stap voor stap de steile weg langs moeten voeren.
Er zijn dan zo dikwijls heerlijke ver-1 moed
gezichten, schaduwrijke plekjes of paden,
dde gemakkelijker schijnen, die we
voorbij moeten omdat het doel verder en
hoger ligt. Zo heeft ook Diet Kramer
haar verlangens, die nu niet verwezen
lijkt kunnnen worden. Ze wil weer
schrijven, er is nog zo veel wat ze le
zeggen heeft, juist nu nog na haar
„Thuisvaart".
Want haar boeken zijn geen toevallige
verhalen over de levens van toevallige
mensen. Na de meisjesboeken, verscheen
in 1931 haar eerste roman „Begin"
„Vooruit", zei haar uitgever, „met 1500
exemplaren kan ik er nooit zo'n erge
strop aan hebben." Binnen de drie maan
den was de eerste herdruk er eai in
totaal kwamen er elf!
„Ik stelde in dat boek de problemen,
die er toen bij de jongemensen leefden, al
zag ik geen kans er ook maar één op te
lossen," glimlacht mevrouw Muller. Dan
volgt de Bikkel en in 1939 „Onrustig is
ons hart", nog steeds is er geen antwoord
op de vragen
En danwordt een gelukkig leven,
een leven met twee kinderen en een man,
die in haar een steun en kameraad vindt
bij zijn werk: hij is directeur van de
H B S. in Djocja.dan wordt dat leven
gebeukt en geslagen, geteisterd en be
roofd. Bittere, zware jaren in de kampen
der Jappen breken aan. De strijd om de
kinderen te beschermen, om „mens" te
blijven, om niet te vervuilen, om niet de
op te geven en zich te ver
liezen in de zware typheuze koortsen, die
alle levensmoed wegzuigen. Maar er zijn
twee kindergezichtjes, die achter de
tralies van het ziekenzaaltje naar haar
komen kijken en die kinderogen houden
Het drama van het Englandspiel
Gesprek in een eel werd oorzaak van de
belangrijkste arrestatie
E MAN, DIE HET EERST OP DE GEDACHTE KWAM om door middel van
de geheime zenders van gearresteerde agenten contact op te nemen met
Engeland en aldus de diensten in Londen een rad voor de ogen t« draaien, was
Duitser. Het was niet Schreieder, het was niet Giskes. Het was de mis
dadiger George Ridderhof, die in dienst van de Duitsers spionnagewerk in illegale
kringen verrichtte en die daarvoor, toen de bevrijding er eindelijk was, ter
dood veroordeeld en terecht gesteld Is. Ridderhof stond In dienst van de militaire
contra-spionnage, de dusgnaamde Abwehr, welker chef Hermann Giskes was. In
die „kwaliteit" werd hij van tjjd tot tijd bij gevangen genomen ondergrondse
werkers In de cel gesloten. Hy deed zich dan voor als een goed Nederlander,
hoorde zyn „makkers in de nood" uit zover het maar mogelijk was, werd weer
uit de cel gehaald en briefde alles over aan zyn Duitse chef Willy Kup. Dit
reptiel is de geestelijke vader geweest van het England-Splel.
In de wintermaanden van 1941 zit
George Ridderhof als celspion bij een
dapper Nederlander, die met de revolver
de vuist door een overval-commando
i de S.D. is gearresteerd. De verrader
speelt zyn lage spel. Hy acteert als
medestrijder voor de vrijheid, hy vertelt
grote verhalen. Enhij wint het ver
trouwen van zyn „lotgenoot". De ge-
angene vertelt hem, dat er binnen
weinige dagen by Hooghalen (by Assen)
een geallieerd vliegtuig zal verschijnen,
waaruit twee geheime agenten zullen
worden gedropt, die hun opleiding in
Engeland hebben gehad en die naar Ne
derland komen om met geheime zenders
contact op te nemen, ten einde Londen
in te lichten over de toestanden in Ne
derland. Zij zullen in samenwerking met
illegale groep in Den Haag sabotage
daden voorbereiden en de daarvoor be
nodigde springstoffen zullen tegelijk met
hen uit het vliegtuig worden gedropt.
George Ridderhof hoort het nieuws
aanen wordt des avonds uit de cel
gehaald voor een „verhoor". Als hy in
de cel terug komt, zegt hy: „Ik word
de massa, maar uiteindelijk vallen zy
af. omdat de muzikaal-ingewijden het
gebrek aan muzikale vorming maar al
te gauw onderkennen.
Willem Ravelli weet wat zingen bete
kent. weet dat dit niets te maken heef'
met het goochelen met stemtrucjes of
het epateren met effectjes. Hij weet dat
zingen is: muziek maken, of beter: mu
ziek herscheppen. En hy weet ook de in
houd van de muziek te peilen Jaarlijks
brengt hij talrijke malen de Christus
partij uit de Matthaus Passion en steeds
weer is er die zeldzame ontroering bij
hem, een ontroering, die hij projecteert
op zijn toehoorders. Zo is het altijd als
Ravelli zingt en nog onderga ik de hui
vering als ik denk aan het moment,
waarop Ravelli zingt: „Nehmet, esset,
das ist mein Leib". Een huivering, die
alleen' maar gewekt kan worden door
iemand, die de ernst van deze woorden
volkomen begrijpt.
Zo is Ravelli geworden de zanger bij
de gratie Gods. Corn. Basoski.
r~
kerkelijke blader
teid geplooid i
eshonderdzesendertlg
isatiewerk feitelijk
voor de zuiverheid
ir heeft de beschut-
De „leer" kan er
wel tegen
op 1
igen tussen belde stadsdelen ver
ook als dag en nacht, al kan
erzijds gerust zeggen dat ze toch
Ifde neerkomen. Maar dit be-
iet dat het Evangelie naar zijn
t hij zijn I
Inhoud verandert met de omgeving en
dat kerkelijke en buitenkerkelijke zon
daren langs andere wegen zalig worden.
Ach, ik heb feite lijk zo het gevoel dat
alle pessimisten-ten-aanzien-van-evange-
llsatiegevaren niet weten waar ze feite
lijk over spreken. Ik vrees dat die
zwartgalligen uit dat bovengenoemde on
genoemde kerkblad er zelf te weinig
op uit getrokken zijn. Want waar leert
men beter dat alleen aan Christus ons
rekkende
icht i
kerkewerk onder
WanI
ïrbü het
mgt; i
indt i
t Evangelie
den in het geding
als bovengenoemde kwestie uitwijst di
men at evangeliserend hit EvangelI
een bedreiging voor de kerk, o/schooi
beid
i nders
dat dit
INDRUKKEN UIT DE
VOLKSWIJK
God dan jui
lakt
staat en over Gods ge-
zij zouden snel tot
i komen In de volks-
t hij verkondigt, wijk gaat
bespaard hebben, als hy dit had De t
i op t
N._
de Jode;
het Oude Testament; hij v
typisch joodse betoogtrant; hi
op de eigensoortige verzoekingi
Jood: wetsijver en eigeng
vroomheid. Terwijl hij daare
Grieken aanspreekt met citatei
i gekruisigd. En ook t
>11 ectueel, een midden-
is arbeid er hebben nu
eigen levensstijl. Men
en in de deftige viita-
veelste dienstmeisje je
de volkswijk, waar de
penstaat en je je zelf
>n. En de zonden en
istus aangewezen zijn beuiaart vo
gevaar van een formele gelykvc
beid. Een gevaar, dat we zeker ni
en onderschatten. Er z(jn gelovig
volkswijk ingegaan en ze hebben
>el zonden aanschouwd, dat ze z<
staande gebleven zijn: ik denk a
gelisatie-Christer
Gods wonderen.
i zich verheuger
WIJKPREDIKANT.
morgen vrijgelaten. Ze kunnen me niets
bewyzen en denken, dat er een ver
gissing in het spel is."
Tot diep in de nacht praten de beide
de illegale werker en de spion
de Duitsers. George Ridderhof krijgt
opdracht: als hy morgen buiten de
gevangenis is gezet, zal hy direct naar
Den Haag gaan en zich in verbinding
stellen met kapitein Van den Berg van
de O.D. Hem moet hy alles vertellen
de dropping en zijn verdere bevelen
zal hy hebben op te volgen.
Maar als de volgende dag de deuren
in de gevangenis zich openen, gaat
George Ridderhof samen met Willy Kup
de Abwehr-chef Giskes en vertelt
erradersverhaal. En méér dan dat.
Want in het brein van deze dikke, altijd
etende onderwereldfiguur, is het idee
gerypt, om de zenders der agenten in
handen te krygen en berichten naar
Londen te seinen, alsof ze van die agen
ten kwamen. Met al de overredings
kracht, waarover dit padachtige wezen
beschikte, zet hij de schrandere, altyd
koei-beheerste Giskes zijn denkbeelden
uiteen.
Giskes haalt de schouders op. Natuur
lijk moet Ridderhof zich indringen bij
kapitein Van den Berg en diens mede
werkers, om na te gaan of zy inderdaad
samenwerken met geheime agenten uit
Engeland. Maar dat plan om zélf te gaan
zendenWat een waanzin! Die dikke
kerel is wat al te fantastisch. Zie hem
daar met zyn rood aangelopen gezicht
zitten oreren. Alsof er geen codes be
stonden, geen security-checks, geen iden
tity-checks, geen seintljden en ontvangst-
tijdenDuizend kansen om te con
stateren wie er zendt. Duizend kansen
vast te stellen of alles aan de an
dere kant in orde is. En by de Britse
geheime dienst zitten geen kinderen,
geen suffers, geen fantastische idioten,
zoals deze landverrader Ridderhof.
De Abwehr-chef schudt het hoofd en
speelt een superieur lachje om zijn
smalle lippen. „Verstehen Sie wohl, Herr
Giskes, ik mein dat moessen we so
machen," leutert Ridderhof.
En dan walgt Giskes opeens dermate
tn die zwetende dikkop, dat hy abrupt
een einde maakt aan het gesprek. „Pe
netreer in die organisatie, rapporteer
nauwkeurig en snelen wat dat plan
met die zenders betreft: loop daarmee
mij betreft naar de Noordpool. Auf
wiedersehen und Heil Hitier!"
George Ridderhof heeft goed de adres-
n onthouden, die zyn illegale celgenoot
?m heeft toegefluisterd. Een er van is
zyn eigen woonplaats, Arnhem. An
dere zyn er in Den Haag. Hy gaat ei
"leen, brengt de groeten ,en het wacht
woord van de gevangene. En wint het
ertrouwen. Men praat met Ridderhof.
Jawel, er zyn agenten aan het werk in
Nederland. De groep heeft contact met
e van hen. De ene werkt in Den
g met een zendapparaat, het is de
officier van het Nederlandse leger Lau-
I. De andere is de sabotage-agent
Thys Taconis. Iiy verblijft in Arnhem.
Lauwers heeft op gezette tijden
binding met Engeland, jawel. Hij werkt
met een code. Nee,~ hoe die samenge
steld is weten zyn contactmensen niet.
Maar alle berichten gaan door en
den antwoordt. Alles klopt.
En Ridderhof rapporteert. En Giskes
peinst en beraamt plannen.
Tegelijkertijd luistert de Peilgrup
de S.D. dag en nacht naar de fluittonen
van het illegale zendverkeer tussen Ne
derland en Engeland. Er moeten min
stens vijf zenders werken in bezet ge
bied. De Peilwagens gaan rijden, d<
Duitsers jagen als honden achter eer
vos. Maar die ellendige geheime agen
ten verplaatsen zich ieder ogenblik. Ze
hebben natuurlijk overal hulp en steun.
Want er schllnen heel wat Nederlanders
te zijn, die de woorden van vriendschap
en Germaanse lotsverbondenheid, die
Seyss-Inquart bij zyn installatie als roof
ridder heeft gesproken, niet op prijs
stellen, zy zijn de vogelvrijen, op wie
de jacht is geopend. Óp hen en op de
geheime agenten. Op 13 Februari 1942
worden de agenten Van der Reüden en
Ter Laak gearresteerd. Dat ls het begin.
Maar dan is er nog geen England-
Splel
George Ridderhof trekt zwetend en
zuchtend door het land en hy weet. dat
Giskes en de S.D. ook andere verraders
aan het werk hebben gezet. Dat spoort
haar levenswil vast Het einde van d;
kamptijd komt. Nog kort voor de bevrij
ding ontvangt ze een clandestiene bood
schap van haar man. die vlak bij in een
kamp zit ..Hij maakt het goed. doet wat
hij kan om de jongeren in zijn kamp op
te beuren, hij houdt zijn dagboek by",
xielijk gaat de kamppoort open.
dat langverbeide ogenblik brengt
n smart, want de eerste, die weet
dat zij weduwe is geworden, is mevrouw
Muller-Kramer. In de weken die volgen,
komen de doodstijdingen ook voor de
anderen binnen. In het mannenkamp is
alles verdwenen, geen papier, geen foto.
bleef over. Dan komen de
ijltransporten, de extremisten bestoken
de kampen, de vrouwen kunnen geen
ogeniblik hun aandacht laten verslappen.
- is altijd het lawaai van te veel mensen
een te kleine ruimte. Maar toch kan
Diet Kramer dan haar laatste roman
schrijven, ze moét hem schrijven, het kan
et wachtenThuisvaart".
„Het is misschien wat zwaar op de
hand," verontschuldigt de schrijfster zich,
at is eigenlijk een ooggetuigeverslag."
„En nu, uitgeschreven?" vragen we.
En dan blijft Diet Kramer even staan
beziet het heerlijke vergezicht, dat
haar voor ogen staat.
zou zo graag weer willen schrijven.
ik
vry moeten kunnen maken
werk en men moet nu eenmaal
de kost. Ik zou stil willen zitten in
kamer, een eigen werkkamer en
stilte, rust. vooral rust."
werkt te hard," zeggen haar vrien
den. „U moet rustig aan doen." zegt haar
dokter. Maar Diet Kramer heeft een doel
dat zal ze bereiken, omdat de twee
paar kinderogen, die haar eens door de
tralies van het ziekenzaaltje aankeken,
nog iedere dag haar aanzien. Didi en
Lex, die ieder naar eigen aanleg en aard,
hun weg zullen moeten zoeken door
het leven en waarvoor hun moeder het
hare doet.
„Thuisvaart."
Dat woord' geeft lets van blijdschap,
veiligheid en rust. Innerlijk is zo de
thuisvaart van Diet Kramer geworden,
doch in het dagelijkse leven is geenszins
rust, noch werden de teleurstellingen
haar bespaard.
,Ik houd van Indië." zegt ze. „Ik heb
gelukkige jaren beleefd en als het kon
ging ik terug. De werkkring van mijn
n deed me meeleven met de jongelui
van 12 tot 18, en het huishouden is er
anders, zo veel lichter dan hier. De
bedienden waren goede maatjes met ons.
Men moet zich daar geen wonderlijke
voorstellingen van maken, alsof er ook
nog maar de geringste koloniale verhou
ding bestaat. Er was de zelfde band als
hier in Holland kan hebben met
personeel, dat lang in dezelfde dienst is-
Het heeft moeite gekost om hier in
Nederland me weer te oriënteren. Ik
n juist toen de eerste bevlieging van
eenheid voorbij was en de strijd van
groepen en groepjes om alle mogelijke
dingen weer begon. Veel gelezen heb ik
toen."
Dat kunnen we begrijpen. wanneer we
de boeken in het bureau zien, prof.
Huizinga, Kohnstamm, God en Menschen,
De stem van Europa, de werken van
Shakespeare, maar ook Godfried Boman-s
staan er op een rij.
,Ja, ik zou weer graag gaan schrijven,
peinst Diet Kramer. „Ik bedoel, een
roman. Want schrijven doe ik genoeg.
Vertaalwerk, artikelen, en in November
komt er een meisjesboek van me uit. dat
ik echt alleen voor myn dochtertje
schreef, dat had ik haar altijd beloofd-
Het heet „Zes plus een is zeven". De
rest moet ik maar in mijn hoofd bewa-
Er zal tooh nog wel eens een tija
komen, dat het wat kalmer gaan kan.
rust.... rust, dat heb ik nodig
pas goed te kunnen gaan werken!"
hem aan tot nog grotere IJver. En ein
delijk is het dan zover. Op 6 Maart 1942
stelt de Peilgrup van de S.D. vast, dat
en geheime zender werkt in een huis
het Haagse Bezuidenhout. De inlich
tingen van Ridderhof zijn goed! Rondom
het pand wordt een cordon van S.D.-ers
getrokken; drie staan er bij een tram
halte, twee voor een sigarenwinkel, een
groepje van vier praat geanimeerd op
een andere hoek van de straat. Allemaal
onopvallende mannen in winterjassen.
Want het is bitter-koud; de sneeuw ligt
centimeters dik op de straten en de
daken. Ze staan daar te huiveren, ze
lopen wat heen en weer, zo gewoon
mogelijk. Wachten duurt lang in de win
terse kou. Maar tegen half vier gaat de
deur open, die al die kleumende man-
scherp in het oog hebben gehouden;
nog jonge man komt naar buiten,
kijkt even om zich heen en stapt dan
met vlugge, veerkrachtige pas in de
richting van de binnenstad.-De mannen
bij de tramhalte halen de handen uit
de zakken. Daar komt hy! Nog tien,
nog zes, nog twee stappen
„Halt! Polizei! Ruhig bleiben!" Han
den strekken zich uit, grijpen de jonge
n beet, boeien klikken met de scherpe
van staal op staal en eer hy goed
beseft wat er gebeurt, zit luitenant
Lauwers, geheim agent en strijder voor
zijn vaderland, In een auto van de S.D„
die snel naar het Binnenhof rijdt. De
natte sneeuw spat weg, fietsers op de
Herengracht mompelen een verwensing,
met een korte draai zwenkt de auto
het Plein en op do eerste étage
een der gebouwen op het Binnenhof
wrijft Joseph Schreieder zich even later
de welverzorgde handen.
Binnen een kwartier schuift hy Lau
wers een pakje sigaretten toe. Steek
eens op, wy zyn allemaal kameraden in
hetzelfde werk. En wees verstandig en
vertel wat je weet. Want Je bent ver
kocht en verraden en er ls niets
dat je ons zoudt kunnen vertellen
de Engelse geheime dienst dat we
niet allang weten. Hoe gaat het met
mr Derksema en zit Blunt altyd nog
die hoekkamer? Ja. Lauwers. die
double-transposition code is een aardig
ding, maar we kennen het kunstje. Die
let ter groepering in rijtjes van vyf en die
vulletters aan het eind en die verwer
king van je identlty-check, och, beste
kerel, draai er toch niet om heen. Pra
ten! Praten! Verspeel je kop, verspeel
je jonge leven toch niet voor iets, dat
geen offer waard is. Geloof me, Herr
Lauwers, wy weten alles. Letterlijk alles.
Bluf van Schreieder? Handigheid om
wat te weten te komen? Helaas, geen
bluf, geen handigheid. Alleen maar de
verschrikkeiyke waarheid.
Want Schreieder kende de gehele
Engelse en Nederlandse geheime dienst
in Londen, hjj kende de rode, hy kende
de checks. Hy wist alles. Letterlijk alles.
Sinds de nacht van 13 op 14 Februari
194?. (drie weken vóór de arrestatie «mi
Lauwers) hestonden er voor Schreieder
geen geheimen meer.
En hoe dat mogeiyk «vas, cal u uit
het volgende artikel duidelyk worden.
blad