Memoires van Keyes maakten een eind aan de
twijfel over 's konings beleid in 1940
Geallieerde strijdkrachten lieten onverwacht
onze Zuiderburen aan hun lot over
VELEN zijn bij het verschijnen van de memoires
van Churchill teleurgesteld over het feit, dat
hij deze unieke gelegenheid niet heeft benut om
het ongunstige oordeel, dat hij op vier Juni 1940 in
het Britse Lagerhuis gaf over het militaire beleid
van Koning Leopold III van België, te herzien.
Wellicht heeft zulks de weduwe van Lord Keyes,
die als admiraal bijzonder Brits gezant was bij
koning Leopold, beïnvloed om de „Herinneringen"
van haar man het licht te doen zien.
Dit werk heeft zijn doel bereikt. Op dértien
Februari van dit jaar maakte de „New York Times"
de oorspronkelijke tekst der voornaamste hierin
opgenomen stukken wereldkundig. Deze documen
ten zijn op zichzelf voldoende geweest om een eind
te maken aan de twijfel omtrent het militaire be
leid van koning Leopold en degene, onaer wiens
gezag zij zijn verschenen, is een alleszins betrouw
baar getuige.
Aan de hand van de verklaringen van wijlen
admiraal Keyes (die wij destijds uit de „New York
Times" hebben overgenomen) is komen vast te
staan:
dat de beslissing der Belgen om te capituleren,
niet is gevolgd op het Britse besluit om tot insche
ping te Duinkerken over te gaan, doch dat zij
daaraan voorafging:
dat de wanhopige situatie, waarin het Belgische
leger was komen te verkeren, niet het gevolg was
van eigen inzinkingen, maar van de strategische
verplaatsingen der Franse en Britse strijdkrachten;
dat koning Leopold zijn bondgenoten nauwkeurig
op de hoogte heeft gehouden van iedere wijziging
in de situatie tot aan zijn besluit, de wapens te
strekken; en
dat de Britten de Belgen niet op de hoogte heb
ben gebracht van hun besluit, zich te Duinkerken
in te schepen, hetgeen volgens Keyes neerkwam op
„in de steek laten", daar dientengevolge de Belgi
sche rechtervleugel ontbloot werd.
„Ik geloofde dus aan een onmiddellijke aanval. Maar
deze vraag is bij de koning der Belgen niet opgekomen.
Deze stelde zich met zijn generale staf tevreden met
afwachten, in de hoop, dat alles in het reine zou komen".
Zes maanden later.
België en Nederland zijn bezet; Frankrijk is neer
geworpen en de luchtslag om Londen is nog niet be
slist. Seyss Inquart regeert in Den Haag en de diplo
maten van niet-oorlogvoerende staten is aangezegd, dat
zij half Juni 1940 moeten vertrekken. Deze uittocht
bood een laatste gelegenheid om langs officiële weg met
het buitenland in contact te komen. Zij gaf de Neder
landse illegaliteit aanleiding de vertrekkende Portugese
gezant een nota toe te vertrouwen, welke een voor zijn
regering bestemde inlichting inhield. Van bevriende Bel
gische zijde was nl. een bericht binnengekomen behel
zende, dat door een te 's-Gravenhage verblijvende tus
senpersoon bemiddeld werd tussen Lord Halifax (Enge
land) en Hermann Göring ter verkrijging van een
compromis-vrede, waarbij de Belgische Midden-Congo
benevens bepaalde Portugese koloniën in Afrika de
prijs zouden vormen die Engeland genegen was te
betalen!
Wil een zodanig bericht historische waarde verwer
en, zo behoeft het uiteraard documentaire bevestiging.
Na 1945 zijn intussen getuigenissen omtrent deze poging
beschikbaar gekomen, die vermelding in dit verband
schenen te rechtvaardigen. De lezer moge zelf beoor
delen in hoeverre deze vermelding, bezien in het licht
der te vermelden feiten, als bewijsmateriaal kan gelden.
Noodlanding van een Duits vliegtuig
maakte de zaak aan het rollen
Admiraal Keyes is de held geweest
van de commando-raid op Zeebrugge
1918; hij was de man, die in een beslis
send stadium van de eerste wereld
oorlog belangrijk werk heeft gedaan.
Hieruit ontstonden vriendschappelijke
betrekkingen tussen Keyes en de Bel
gische koninklijke familie; het was
ook bijna vanzelfsprekend, dat het
Britse kabinet hem na het uitbreken
van de tweede wereldoorlog als bij
zonder gezant toevoegde aan koning
Leopold. Keyes verkreeg de bevoegd
heid te allen tijde, met voorbijgaan
van de civiele en militaire heerschappij,
onmiddellijk contact zowel met de
Britse opperbevelhebber, Lord Gort,
als met het Britse kabinet op te nemen.
/Tot het laatst heeft hij dit contact,
dank zij de onverbroken gebleven tele
foonverbinding over De Panne, kunnen
handhaven; tot het laatst toe heeft hij
JN België staan belangrijke verkie
zingen voor de deur, waarvan de
uitslag grote gevolgen kan hebben
voor het Belgische volk en zijn
vorstenhuis. Onze Zuiderburen zullen
op 26 dezer hun stem uitbrengen en
dan beslissen over de vraag, of
koning Leopold lil, wiens beleid
als opperbevelhebber van het Belgi
sche leger ten tijde van de Duitse
opmars zozeer is gewraakt, als re
gerend vorst naar zijn land zal
terugkeren.
In de op deze pagina afgedrukte
artikelenreeks trachten wij aan de
hand van documenten de lezers een
beeld te geven van de juiste toe
dracht der gebeurtenissen in en na
Januari 1940. Hierin komt duidelijk
tot uitdrukking, dat koning Leopold
geen blaam treft, doch dat hij is op
geofferd voor de geallieerde oorlog
voering, op een ogenblik, dat alles
bijkans verloren scheen.
De gegevens voor onze bijdrage
zijn ontleend aan Churchill's Memoi
res, de „Herinneringen" van wijlen
admiraal Keyes, Duitse geheime
documenten, die de Russen in 1947
hebben gepubliceerd en diplomatieke
aden, die de regering van Portugal
vorig jaar aan de openbaarheid heeft
prijsgegeven.
de Congo te garanderen. En zoals el
ders op deze pagina uitvoerig is uiteen
gezet, juist deze voorwaarden van
Leopold III waren het, die Engeland niet
kon aanvaarden. De koning kreeg uit
Londen dan ook een ontwijkend ant-
Intussen had echter overleg plaats ge
had tussen de Franse en Britse regerin
gen. Weldra was men het eens; in de
nacht van de veertiende Januari 1940
zouden de Franse troepen, ondanks het
slechte weer, vlak tegen de Belgische
grens worden samengetrokken; zij zouden
binnenrukken, zodra de machtiging van
de Belgische regering afkwam. De Franse
generaal Gamelin wachtte met ongeduld
en berichtte aan zijn minister-president:
„De nacht verloopt wonderlijk kalm;
de teerling schijnt geworpen en onder
gunstige omstandigheden. Wij weten,
dat onze troepenbewegingen zijn aan
gevangen. Het sneeuwt aldoor; dat is
niet vrolijk voor onze troepen, maar
wat de operaties betreft kan het met
beter. Maar ziet, als de ochtend aan
breekt, hebben de Belgen wel de
grensversperringen voor ons wegge
ruimd, doch zij geven ons nog altijd
geen toestemming om hun grondge
bied te betreden. Manschappen en
paarden worden zo goed mogelijk be-
De Belgische koninklijke familie in ballingschap.
schut in afwachting van het oprukken.
In de nacht heb ik één mijner officie
ren naar de Belgische generaal Del-
voie gezonden, opdat deze koning
Leopold over mijn positie kan inlich
ten".
De volgende dag viel de beslissing. *i'
Morgens liet generaal Gamelin het be
zwaarlijke van zyn positie aan zijn r
nister-president melden. Hij berichtte:
„dat de Franse troepen de gehele
nacht voor de sprong gereed hebben
gestaan en dat ieder verloren uur
stige gevolgen kan hebben. Die hoogste
alarmtoestand in de sneeuw, zonder
enigszins afdoende kantonnementen
kan niet voortduren. Bovendien zal de
vijand de operaties gewaar worden, zo
al niet door zijn vliegdienst, dan toch
door middel van spionnage. Het grote
voordeel der verrassing dreigt verlo
ren te gaan; de vijandelijke overmacht
uit de lucht zal zich bij de geringste
weersoplieldering doen gelden. De
ochtendmist zou zo gunstig geweest
zijn om de opmars tot stand te bren
gen".
De Britse regering wilde niet aan de
voorwaarden van koning Leopold vol
doen en zo gebeurde het. dat de vorst geen
toestemming kon verlenen tot het bin
nenrukken van de Franse troepen.
In het eerste deel van zijn memoires
heeft Churchill hieraan de volgende ver
rassende passage gewijd, die de Franse
pers enigszins beleefd ,.in strijd met de
waarheid" noemde. De passage luidt:
Koning Leopold onwetend over de
uittocht uit Duinkerken
NU we de „Herinneringen" van Lord Keyes kennen, valt hef niet moeilijk, in
Churchill's memoires een bevestiging te vinden van de wijze, waarop men
koning Leopold onwetend heeft gelaten met betrekking tot de militaire situatie
van de Britten en Fransen.
Churchill vertelt ons, hoe voor de Britse opperbevelhebber de uittocht
uit Duinkerken reeds op de 25ste Mei vaststond. Daags daarna stelde hij de
Franse minister-president, Reynaud, daarvan in kennis. Maar koning Leopold, die
tengevolge van het Britse besluit in een dode hoek kwam te zitten, mocht hier
van nog niets vernemen.
Nog ligt er een ban van verzwegenheid
over de gestalte van de vorst
JN Europa ligt een ban van verzwegenheid over de gestalte van Leopold
III. Uiterst rechts en uiterst links geven elkander wat dit betreft
de hand. Over de motieven van laatstgenoemde groep behoeven we niets
te zeggen. Maar uiterst rechts, gekant tegen het eerherstel van de vorst,
is een minder courant geval en is dus onze aandacht wel waard.
In de eerste plaats het geval van Engeland. Waarom heeft Churchill
nu, na negen jaren, het onrecht niet willen goed maken? De reden, die
in 1940 gold, was sedert lang vervluchtigd; er is echter iets anders blijven
hangen, een wrevelachtigheid, die zich niet op zij wilde laten zetten.
Om de sleutel van dit raadsel te vinden moeten wij aan de reden van
1940 voorbijgaan en dieper speuren in het rijk der gevoeligheden.
koning Leopold van kantonnement tot
bivak vergezeld; hij maakte aanteke
ningen, en kreeg allerlei afschriften in
handen; zo hebben zijn „Herinneringen',
heet van de naald genoteerd, het bij
uitstek directe karakter verworven, dat
van zo grote waarde is voor de ge
schiedschrijving.
Verplaatsen wij ons thans in de dagen
van de zenuwen-oorlog. De noodlottige
Meimaand is nog niet aangebroken; het
is Januari, sneeuw en mist gaan over
het land. Een Duits vliegtuig heeft een
noodlanding moeten maken op Belgisch
grondgebied en tevergeefs hebben de
beide inzittende officieren gepoogd, de
hun toevertrouwde stukken te vernie
tigen. Zij blijken volledige gegevens te
bevatten betreffende het Duitse opmars
plan door België. Vanzelfsprekend be
stond de mogelijkheid, dat deze nood
landing geënsceneerd was, als onder
deel van de reeds meermalen en niet
zonder resultaat toegepaste „Nerven-1
krieg". De militaire autoriteiten waren
van de authenticiteit van de gevonden
documenten overtuigd. En terecht, want)
de sindsdien in Zwitserland verschenen
memoires van leidende figuren uit het
Duitse verzet hebben aangetoond, dat
tengevolge van dit incident de Duitse
generale staf zich genoodzaakt heeft
gezien, de gehele techniek van het op
mars-plan te wijzigen.
Eer is teer
Wat Churchill van Leopold III niet
heeft kunnen verdragen en niet ver
dragen kan, is geenszins diens zoge
naamde „falen"; de stukken liggen
immers op tafel en wie kent ze beter
dan de Britse staatsman? Het zit
Onvermijdelijk
Koning Leopold ontleende aan het
vliegtuig-incident de overtuiging, dat
oorlog voor België onvermijdelijk was.
Hij meende zelfs, dat de beraamde inval
nog slechts een kwestie van dagen was,
maar hierin bleek hij zich te vergissen.
De geschiedenis zal wellicht nimmer
vermogen uit te maken, of de inval ten-
genoemd incident werd
CHURCHILL
ders: op een zeer critiek tijdstip
Januari 1940, toen aller zenuwen tot
het uiterste gespannen waren, heeft
Leopold met een enkel woord de
ger op een wond gelegd een wonde
plek, die bij Churchill schrijndeen
die wond schrijnt nog.
Churchill was oud genoeg om zich
Engeland's diplomatieke spel te herinne
ren ten tijde van de annexatie van Trans,
vaal; deze dingen hadden een akelige na
smaak bij hem achtergelaten. In datzelf
de beeld heeft zich de tragedie der An-
glo-Duitse toenadering van 19121914
Twee weken voordat Churchill deze
aarschuwing tot Parijs richtte, had
Sir Neville Henderson aan Hitler de
wereld getoond; de wereld van over
zee, heel Midden-Afrika: neem het,het
•an U; doe in Europa wat ge wilt
laten we ons dan verder buiten
Europa, daar waar het geld verdiend
wordt, verstaan. Wat daar precies ge
zegd is, zal Churchill ook niet geweten
hebben, doch hij was voldoende op
de hoogte om te begrijpeh, welke pot
te Berlijn in het diepste geheim op het
was gezet. En ook ditmaal ging
het als in 1914: een nieuwe afgrond
opende zich, dieper dan die van de
eerste wereldoorlog.
Het vertrouwen van Churchill in het
Franse weerstandsvermogen was er i
eerste stille oorlogsmaanden niet sterker
op geworden. Toch heeft hij zijn zaak op
Frankrijk gezet. Maar Churchill hield er
van, een troef achter de hand te houden.
Alles overzee was volgens hem Brits be-
<1 in zoverre anderen het in handen
hielden, was het slechts bij de genade
van Engeland, dat over de golven heers
te Indien het Imperium in nood mocht
komen, welaan, dan moest zo nodig het
gepachte goed worden ingezet; die bal
last moest dan kunnen worden uitgegooid
Schapen voor de wolven gooien en bond
genoten opofferen is altijd een smerig
werk; slechts in het allerdiepste geheim,
eigen trots zeer hoog opvoerend, viel er
n te denken.
Het sneeuwde in Vlaanderen en het
ir scheen gunstig. De koning der
Belgen was bereid, het zwaard te
trekken, om toe te slaan als het nodig
was. Hij heeft toen echter die
vraag gesteld, die nimmer gesteld mag
worden: hij vroeg naar Engeland's eer.
Eer is teer en wel het meest, waar zij
op het piint staat, geschonden te
worden. Churchill, heeft het hem nim
mer kunnen vergeven.
dat ogenblik evenmin als Noorwegen
en Nederland in de oorlog betrokken.
Aan de hand van de bemachtigde stuk
ken en zich herinnerend dat zijn land
1914 had het getoond door zijn lig
ging het eerst aan bod zou komen,
scheen het Leopold III beter, het initia
tief te nemen in plaats van lijdzaam het
tijdstip af te wachten, waarop de
vijand zou toeslaan.
De koning verklaarde zich bereid, de
hulp van Frankrijk en Engeland in te
roepen, hetgeen zou neerkomen op een
oorlogsverklaring aan Duitsland Hij zou gewaars"chuwd~ tegen de parlementai
echter willen weten, of Frankrijk en onmacht van de Franse democratie, d
Hngeland bereid waren, bij het sluiten een gevaar opleverde voor het leven
van de vrede de grenzen van België en vrije democratieën.
dere glorie van Engeland. Toen ech
ter in Juli 1914 net getij verlopen bleek,
met welk een diepe vreugde heeft hij
dan de Br.itse vloot gemobiliseerd....
Nu ging het weer dezelfde kant op; in
1933 had Engeland's afzijdigheid Frank
rijk belet, de herbezetting van het Rijn
land te voorkomen; wij weten nu, dal
met één resoluut woord volstaan had
kunnen worden. In 1935 verbrak -Enge
land het verdrag van Stresa (gesloten
met Italië en Frankrijk), door geheel on
verwacht een vloot-accoord met Hitler
af te sluiten, voornamelijk door het stij
gende wantrouwen in Frankrijk's krach'.
Churchill, die altijd een groot vriend van
Frankrijk is geweest, heeft de Fransei
Over ontvluchten is
niet gedacht
In de dcor Churchill gereproduceerde
instructie aan de Britse opperbevelheb
ber Lord Gort van 27 Mei 1940 wordt
onder punt 2 gezegd:
„Het is nu noodzakelijk, het de
Belgen te vertellen. Wij vragen hen
thans, zich voor ons op te offeren.
Ik zend een telegram aan Keyes,
maar Uw persoonlijk contact met de
koning is wenselijk. Keyes zal
helpen."
België was echter gedwongen tot het
sluiten van een wapenstilstand, omdat
zijn strijdmacht volledig geïsoleerd was
van de Britten: bovendien waren dc
troepen lichamelijk en moreel volko
men uitgeput en alle reserves waren
uitgeput. De troepen konden niet lan
ger beschermd worden tegen voortdu
rende luchtbombardementen en ver
keerden reeds in wanorde, toen tie
Duitse aanvallen begonnen.
Op 28 Mei, de dag waarop admiraal
Keyes afscheid nam van de koning, be
gaf de admiraal zich per vliegtuig naai
Londen. Zijn eerste bezoek gold Chur
chill en het doel van dit bezoek was eer
nadrukkelijk protest tegen de laster
campagne, van het Franse kabinet-
Reynaud tegen Leopold III, die de
„verraderlijke koning" werd genoemd.
Wetende, hoe de vork in de steel zat,
zal Churchill's rede vai) vier Juni
admiraal Keyes een onzegbare ergernis
geweest zijn en wij begrijpen zijn
tiek op Churchill, welke tevens
zekere rechtvaardiging van de door deze
aangenomen houding inhoudt, waa
in zy'n „Herinneringen" schrijft:
me laat ons zien, hoe de Bel-
pen er kort voor de overgave
■en. Als ivanhopigen vluchtten
ontkomen aan de meedogen-
se bombardementen en be-
Op deze foto ziet men koning Leopold
met zijn minister van Oorlog, generaal
Denys, kort na de ondertekening van de
capitulat ie-vooncaarden.
Duinkerken plaats had en de in-
valsgolf over Frankrijk sloeg, heeft
hij (Churchill) het belang van
natie in oorlog en van de geest der
geallieerde bevolkingen hoger ge
steld dan het wezen der zaak, welke
tenslotte slechts een leger en een
koning betrof, die hadden opgehou
den, nuttig te zijn".
Churchill heeft kennelijk het voor
nemen gehad, met deze tegenwerpingen
van Keyes rekening te houden. Ter
wijl de Franse regering tegen de koning
tekeer ging en hem vervallen verklaar
de van het Grootkruis van het Franse
Legioen van eer, dekte hij Leopold
het Lagerhuis met de woorden:
„Het ligt niet in mijn bedoeling, de
Kamer er toe te bewegen, dat wij op
dit ogenblik zouden pogen, een oordeel
uit te spreken over het optreden van
de Belgische koning in zijn functie
opperbevelhebber van het leger. Zijn
leger heeft zeer dapper gestreden en
heeft zware verliezen geleden en be
rokkend".
Aanstonds gaf de Belgische ambassa
deur te Londen zich dan ook reken
schap van het feit, dat iemand had in
gegrepen, want hij telegrafeerde aan de
naar Limoges (Frankrijk) uitgeweken
Belgische regering: „Verlaat u niet
teveel op de felheid van de Franse
reactie, want de Britse opinie is veel
meer gereserveerd".
Doch enkele dagen later verander
den de décors: Churchill liet zich
het Lagerhuis weer geheel anders uit
over koning Leopold: „H\j en zijn dap
per leger, bijna een half millioen
sterk, dekten onze linkerflank en
den zodoende onze terugtochtsweg
zee open. Plotseling, zonder vooraf
gaand beraad, met de minst mogelijke
kennisgeving, zond hij een gevolmach
tigde naar de Duitse bevelhebber, gaf
zijn leger over en stelde onze gehele
flank en terugtochtsweg bloot".
Wat was hier gebeurd? Tijdens zijn
leven heeft admiraal Keyes over bepaal
de zaken, die hij ambtelijk-geheim
achtte, niet willen spreken, hoezeer dan
ook de waarheid hem op de lippen
heeft gebrand. Eerst thans, na zijn t
lijden, is het geheim ontsluierd:
dezelfde dag waarop na de Belgische
capitulatie Keyes zijn onderhoud
i Churchill ter verdediging van de
van Leopold HI had, deed de Britse
ambassadeur te Parijs. Sir R. Campbell,
i een spoedmemorandum uitgaan,
stemd voor het Britse kabinet, zulka
op nadrukkelijk verzoek van de Franse
i minister van Voorlichting. Froissart. De
beide laatste punten van dit stuk, v
van een foto-copie in Keyes' mem
werd opgenomen, brengen ons afdoende
i op de hoogte. Deze luiden:
I Jdinister Froissart vreestdat de
„lijn", door admiraal Keyes aangege
ven, tot een verontschuldiging van
defaitisme zal worden en dientenge
volge defaitisme in de hand zou wer
ken; zulks op het ogenblik, waarop de
Franse openbare mening tot veront
waardiging geprikkeld werd (met een
verbetering van de sfeer als gevolg)
door de afschuw van schijnbaar ver
raad. In Franse kringen is men meer
en meer overtuigd van het verraad van
de koning; geheel los van het wezen
der zaak reken ik er op, dat gij alles
zult doen om minister Froissart ter-
wille te zijn. De pers-attaché stelt zich
onmiddellijk telefonisch in verbinding
met het departement van Inlichtingen
te Londen".
De eigenlijke voldoening echter, die
admiraal Keyes zocht, zou hem niet bij
zijn leven worden geschonken. Want
wat hij wenste, was niet alleen koning
Leopold van blaam gezuiverd te zien,
maar ook de erkenning van diens ver
dienste. Hij liet niet na, voor de zaak
des konings te ijveren en het maakte
hem kregel, dat juist zijn eigen eer
gevoel hem verbood, die stukken open
baar te maken, welke het eerherstel van
de koning het best zouden kunnen
dienen. In het bijzonder zal hij boven
geciteerde nota van Sir R. Campbell op
het oog hebben gehad, maar helaas
ambtelijk geheim! Hij werd „een man
een grief", die men gezien zijn rang
stand wel ontvangen moest als hij
r de zoveelste maal kwam aanklop
pen, maar die eigenlijk toch tot een
lastpost was gewordeh.
Admiraal Keyes kwam te sterven,
voordat zijn geheim kon worden ge
openbaard; aan de eer was dus vol
daan. Toen heeft Lady Keyes, weten
de wat haar overleden echtgenoot de
laatste jaren van zijn leven het naast
aan het hart heeft gelegen, het ma
nuscript uit zijn schuilhoek gehaald en
de Herinneringenuitgegeven. Van
dit gebaar gaat een zeldzame bekoring
uit. Het doet ons aan als de laatste en
diepste zin ener levenshouding, die
Laatste dagorder
y OORD AT koning Leopold zijn
hoofdkwartier verliet en van Zijn
mannen scheidde, gaf hij nog een
laatste dagorder uit, luidende:
Officierenonder-officieren en
manschappen: Plotseling verwikkeld
in een oorlog van buitengewone fel
heid. hebt u dapper gevochten ten
einde elke duim grond van uw
vaderland te verdedigen.
Uitgeput door een ononderbroken
strijd tegen een vijand, die zotcel in
aantal als uilrusting verre in de
meerderheid was. zien jcij ons thans
gedwongen tot overgave. De geschie
denis zal bewijzen, dat het leger zijn
plicht deed. Onze eer is gered. Deze
zware gevechten, die ons ook ver
volgden tijdens slapeloze nachten,
kunnen niet tevergeefs geleverd zijn.
Ik beveel u niet te wanhopen en u
zelf met waardigheid te gedragen.
Laat me houding en discipline
tonen, dat gij waard zijt de achting
van een vreemdeling te ontvangen.
Ik blijf bij u in het ongeluk, dat t
kom
i die
vil he,
land uit de puinhopen".
de betekenis der conventie zo hoog
weet te schatten, en bij voorkeur aj-
wijst datgene, wat opvalt. Welk een
pover figuur slaat hierbij Churchill...
Wij weten nu aan de hand van andere
stukken van Keyes, dat het niet de
Belgen geweest zijD, die de flank der
Britten ontbloot hebben, maar dat pre
cies het tegenovergestelde is gebeurd.
Is het louter de tegenzin van een oud
geworden en in de grond moede man,
weer te gaan roeren in wat zich nu
eenmaal gezet heeft? België, de Bene
lux, Spaak, Europa's plausibele man na
1944 dat alles waren even zovele
lichtpunten aan een betrokken en onrus
tig wereldzwerk. Het kan van invloed
zijn, maar, het beslissende punt is iet»
anders geweest. En daarover vindt de
lezer elders op deze pagina een uitvoe
rige beschrijving.
Wilde Engeland de Congo aan
O O
Duitsland verkwanselen
TOEN Leopold III in de avond van 15 Januari 1940 aan Lord
Halifax zijn beslissing deed overbrengen heeft hij uiteraard
niet kunnen vermoeden welke rol zes maanden later de Congo in
diens verbeelding zou gaan spelen. Evenmin zal hij geweten hebben
de Belgische inlichtingendienst had dan inderdaad phenomenaal
moeten zijn dat deze zelfde Lord Halifax in het tijdvak 1937
1938, namens het Britse kabinet, geheime besprekingen ter verze
kering van de vrede met Hitler had aangesneden, waarbij even
eens de overdracht van het ganse Congo-bekken aan Duitsland ter
sprake was gekomen. De desbetreffende stukken werden nl. door de
Sovjet-autoriteiten in de Berlijnse archieven aangetroffen en pas
in 1948 openbaar gemaakt.
Anglo-Duitse besprekingen te Berlija
voortgezet, thans was het de Britse am
bassadeur, Sir Neville Henderson, dis
zich met Hitler en von Ribbentron aan
tafel zette. De ambassadeur vestigde de
aandacht op het vertrouwelijk karakter
der te voeren besprekingen en las eea
korte nota voor. waarin er aan herin
nerd werd, dat Lord Halifax volko
men had erkend, dat in Europa ver
anderingen onder de ogen konden
worden gezien, mits deze veranderin
gen niet door geweld maar door ver
stand werden ingegeven.
Toen kwam hy ter zake en opende de
doos van Pandora. Hy preciseerde ds
opvattingen volgens welke Engeland
een koloniaal accoord bereikbaar achtte.
„Een oplossing, die, volgens de
Britse regering vele voordelen zou bie
den ware het instellen van een nieuwe
koloniale administratie in een deel
van Afrika; dat plan ware toe te pas
sen op een grondgebied, dót ongeveer
met het bekken van de Conga zou
overeenstemmen en dit nieuw régime
zou dp or alle belanghebbende mogend
heden toegepast moeten worden".
Licht laat zich thans indenken, dat
toen in Januari 1940 Leopold III zich
aan de zijde der geallieerden wilde
scharen, hij er tevens op uit is ge
weest om van te voren misverstand op
een voor zyn land zozeer essentieel
punt uit te schakelen.
Wij moeten het rustig inzicht bewon
deren. dat hem in dit, voor Europa zo
critisch tijdsgewricht, van ijdele discus
sie deed afzien. De koning wist. dat in
het Zuiden de door hem aan zyn gren
zen geroepen Franse troepen vol onge
duld wachtten: dat de Franse regering
zonder meer bereid was de door haar
als volkomen normaal beschouwde ver
zekering te geven. Maar hij gaf zich ook
rekenschap, dat Engeland het hem on
mogelijk maakte de sprong te wagen.
Hoe zou de kleinzoon niet beschermd^
wat eens de grootvader schonk?
Britse conferenties
met Hitier
Laten wij nagaan in welke sfeer deze
stukken spelen. Aanvang 1936 had Hit-
Ier zijn verlangen kenbaar gemaakt, dat
de voormalige Duitse koloniën, voor
namelijk in Afrika gelegen, aan Duits
land zouden worden teruggegeven. Op
5 Februari nam hierop Lloyd George
in het Lagerhuis het woord, sprak zijn
leédwezen uit over het onrecht, des
tijds bij de verdeling der mandaten,
aan de toenmalige Italiaanse bondge
noot aangedaan, en vestigde er voorts
de aandacht op. dat België. Nederland
en Portugal over zeer belangrijke kolo
niale gebieden beschikten.
Vermelden wij thans eerst enige data
om ons de internationale situatie van
die dagen weer voor de geest te roe
pen. Op 29 Februari 1937 had Lord
Halfax de portefeuille van minister
Eden overgenomen: op 5 October sprak
president Roosevelt zijn bekende rede
voering uit. die als een waarschuwing
aan de dictaturen bedoeld was; op 6
November sloot Italië zich aan bij het
anti-Komintern-pact.
Kort hierop begaf Lord Halifax zich
naar Duitsland, waar hy op 19 Novem
ber door Hitler, in tegenwoordigheid
van de Duitse minister van Buiten
landse Zaken, Von Neurath, te Ober-
Salzburg ontvangen werd.
Na deze eerste, informatorische be
spreking. die met een diner besloten
werd. schreed de noodlottige ontwikke
ling verder. Hitier verscherpte zijn
methode: de gematigde Von Neurath
werd afgezet en aan Von Ribbentrop
werd de portefeuille van Buitenlandse
Zaken toevertrouwd. Op 12 Februari
dwong Hitier de Oostenrijkse Kanselier
Von Schussnigg, om Seyss Inquart in
het bezit te stellen van de sleutelpositie
Binnenlandse Zaken.
Op 3 Maart 1938 werden hierop de