MADRID - een bruisende wereldstad vol sterke contrasten Bij de Jogi's ran Voor-Indië Onze machine stort brandend omlaag in 't bezette Frankrijk Chefarinp „4" te zi'e"sprn,I; -Als 'e d" ee"s MHYS T s m- Ai A .943 3 ZATERDAG 30 OCTOBER 1948 Indrukken uit 't land van de stierengevechten Bijzondere correspondentie InformacionesMarcia.Tarde.... gillen rennende Spaanse kran tenjongens met hun stapels bladen onder de armenlangs de Aveni- da's en Calles.Het is een warme zonnige O ctob er namiddag heerlijkste tijd van het jaar voor de Spanjaarden en toeristen. Duizenden Madrilenen schuifelen langs de Grande Via en Calle d'Alcala, de hart- adders van Madrid, koesteren zich in de nog hete najaarszon en bevolken de overvolle caféterrassen, die men langs alle straten en pleinen aantreft. genietend hun zwarte koffie.... sherry en vermouth-soda, de nationale dranken i nog uit 1 Het is een drukte die niet onderdoet11 uur 's avonds gaat- ivoor Londen of Parijs, terwijl honderden nachtvoorstellmgen, die tot 1 taxi's, autobussen en luxe auto's onaf- zodat het om half twee nog Eientoare rijen vormen in de Straten der is als des middags, binnenstad, af en toe door witgehelm.de Het nachtbraken van de Spanjaard verkeersagenten en moderne verkeers- houdt verband met zijn dagindeling. Op de I de kantoren wordt niet Jicthten tot stilstand gedwongen binnen wil en dan stuiven ze uit elkaar. Of er tikt iemand binnen tegen een deur, waardoor hij uit wil. Ook dan moet de sereno er aan te pas komen, hetgeen nog wel eens wat tijd kost als de man toe vallig een klein beetje uit de buurt staat te keuvelen En dan in de vroege morgen hoort men in deze moderne stad op allerlei punten hetgebalk van ezelsdie tweewielige wagentjes trekken, waarin oude vrouwtjes zitten weggedoken of armelijk geklede jongens. Zij fungeren alsgemeentereiniging. Als tegen 9 uur de wereldstad is ont waakt zijn ze weer verdwenen en komen keurig geünifonmde straatvegers de trot toirs en straten schoonspoelen, het moet gezegd: de reiniging is hier in de puntjes. Het leven is er duur. Rekent men de Spaanse peseta op de officiële koers van 24 cent voor ons, dan is alles peperduur. Met de toeristenpeseta voor 15 cent, die tegenwoordig kan krijgen, gaat het nog. Men oordele: Een kopje koffie met melk 3 pes., met slagroom 5 pes., een glas sherry 67 pes. Een maaltijd in een goed restaurant ongeveer 70 pes. Logies hotels van 40100 pes. Over de lonen in een volgende brief. ZOETE „MOSTERD" NA DE MAALTIJD Steeds heb ik min of meer jaloers En met een heimelijk verlangen, Gekeken naar wat hier en daar Aan „goede gaven" werd ontvangen. Die pakjes uit Amerika Of Zweden, vol met luxe dingen Als ham in blik en zo al meer Die lange jaren ons ontgingen. Zo'n niet te smaden buitenkans Werd nooit mijn deel: in beide naties Had ik, zover mij heugen kon, Geen bloedverwanten of relaties. Doch ziet, een week of wat terug Kreeg ik uit Canada een schrijven: Er was een pakje onderweg Als Kerstgeschenkje voor ons vijven. „De inhoud", schrijft de geefster mij, „Is grotendeels, ik zeg het eerlijk, Een voorraad suiker, want beslist Is dat, zo meen ik, onontbeerlijk". Zo krijg ik eind'lijk het pakket Waar ik sinds jaren van kon dromen, En nu, juist nu, hoe kan 't bestaan, Zal suiker van de bon af komen! GRé KEMPEN—STERKENBURG. Piet v 't Veer. Verborgen wijsheid van 't Brahmaïsme Indië verbergt een schat van wijsheid. Inderdaad, verbergt, want de dragers van deze wijsheid leven stil en teruggetrokken soms tot ver in de wilder nis. Het is die typische Indische wijsheid, gepaard aan en doortrokken vat diepere religieuze gevoelens, die hun oorsprong vinden in het Brahmaisme, later voor een deel verdrongen door het Boeddhisme. Het is voor de westerling niet zo eenvoudig om tot deze Indische wijzen door te dringen, niet alleen door hun verborgen leven in werkelijke en geestelijke zin, ook niet omdat zij zeer zeldzaam zijn, maar veeleer omdat men een zeer fijn onderscheid moet bezitten om de „echte" van de „valse' ':e onderscheiden. Diep religieuze en wijsgerige school, De Engelse journalist-schrijver Paul Brunton heeft zich echter met bijzondere gave aan de -taak gegeven iets de sluier op te lichten waarachter de "s, we zouden zeggen de beoefenaars verborgen leven. De resultaten van werk heeft hij vastgelegd in een boek onder de titel: A search in secret India. (Verborgen wijsheid).*) Hij vertelt ons daarin van zijn ontmoetingen en erva- -n met de Jogi's, die soms tot de on gelooflijkste daden in staat zijn. De sohrij- legt zeer terecht niet het accen hun wonderdaden, die veelal een bewijs voor vorderingen in de Joga-cultuur, poogt veelmeer enig inzicht te ge in de geestelijke waarde van hun Ik was geheim agent in oorlogstijd (3) Grande Via, drukte bij dag en bij nacht. dichte drommen voetgangers gelegen heid te geven over te steken. Dit is al vast de eerste indruk van de pas aan gekomen buitenlander: Het verkeer is uitnemend geregeld, de taxi's zijn stok oud en behoeven dringend vernieuwing en de Spanjaarden zelf behoren tot de best geklede modepoppen, niet het minst de dames, die alles wat zij bezitten uit geven voor prachtige coiffures, opmaak en toletten. Maar het is niet ales rozen geur en maneschijn, als men dieper door dringt in het Spaanse leven Als Nederlands toerist, diie dank zij de K.L.M. in nog geen 7 uur verplaatst van het rustige Haagje naar de woelige Spaanse hoofdstad met haar ver ov« millioen inwoners, moet men even nen aan het drukke gedoe hier. Als de reis per trein maakt, door geheel Frankrijk, is men wel wat goedkoper uit, doch men" zit langer dan twee dagen in warme treinen, met veel gezeur met douanes aan de diverse grenzen. Per K.LJM. heeft men alleen op Schiphol het Madrileense vliegveld Barajas wat formaliteiten te ondergaan, maar stapt Vadertje Stalin verscheen haar. In de Britse sector van Berlijn kreeg een vrouw het te pakken. Zij klom zomaar bovenop een kiosk en aldus, hoogverheven boven haar medemen sen, verkondigde zij dat Vadertje Sta lin haar in de droom was verschenen. Luister niet naar Engelsen en Ameri kanen, maar vertrouw op Stalin al dus orakelde de stem, die ze had ge hoord. De reactie bij de Berlijners was echter niet, zoals zij verwacht had. „Breng haar naar de dierentuin" ad viseerden de toeschouwers. Als de po litie niet bijtijds had ingegrepen, zou zij inderdaad nog bij de gorilla's te recht zijn gekomen. overigens zo -fris als een hoentje het Spaanse leven binnenVan de herfst in de zomer, met een temperatuur als bij ons in een warme Julimaand. In Juli, Augustus en September ontvlucht alles wat kan de gloeiende hitte met tempe raturen tot 40 gr. C. en de legaties met him staven zijn alle naar het koele strand van San Sebastian, of elders. In October is alles weer in Madrid terug, openen de theaters en zijn de bioscopen weer in volle gang. Het is i of een bouwkoorfs de Spanjolen heeft aangegrepen. In het centrum ziet de ene wolkenkrabber van 10 en verdiepingen na de ander, reusachtige hotels, die in luxe alles kloppen wat Europa op dit gebied bestaat en die de indruk geven van pompeuze stoom- carrousels. Bioscopen als paleizen ver hogen het Amerikaanse effect der stad. Het is alsof de nieuwe bouwheren New York voor ogen hebben gehad. Van de gevologen der .hevige burgeroorlog niets meer te bespeuren, al ziet men de buitenzijde der stad nog wel eens i ruïnes, uit die tijd daterend We hebben geen stad gezien waar h der aan de opbouw wordt gewerkt dan hiernieuwe wijken worden uit de grond gestampt, het is om jaloers op te worden als men hier de bouwnijverheid ïieten dat terwijl de Spanjaard niet bepaald de naam heeft van erg tief te zijn en er financieel niet best heet voor te staanEen stad van grote contrasten. Tussen de luxueus geklede Spanjaarden schuifelenhonderden blinden, met stokken stampend op het plaveisel, aandacht vragend voor hun blindffnloterij, waarvan zij het monopolie gekregen hebben met de lotenverkoop.. demonstreren tientallen bedelaars dik wijls afzichtelijke lichaamsgebreken krioelen talloze oude vrouwtjes, die be delend en ventend met Amerikaanse si garetten proberen aan de kost te komen. De keerzijde van de medaille. Tot diep in de nacht gaat het leven door. De Spanjaard is een echte nachtbraker, om gonnen en de ,-hoge Pieten" moet ■niet voor een uur of euf komen lastig vallen Na een zeer klein ontbijt van zwarte koffie en een stuk brood zijn de werkelijke maaltijden pas van half twee tot 3 uur en van 9 tot half elf 's avonds. De restaurants zijn om 11 uur 's avonds pas goed vol, men leeft hier dus zeer laat en overal ziet men de vrouwen nog de kleinste kinderen meeslepen. Een merkwaardig verschijnsel in de late avond in de straten is de... „Sereno", een soort nachtwaker, die de deuren van de flats open maakt. Alle Madrilenen m in grote flats, die onder toezicht staan van concierges. Deze eindigen ech ter tegen een uur of elf, 's winters om 'half elf, hun taak. De deur gaat op slot "e sereno komt in actie. Hij beschikt een sleutel, blijft de gehele nacht op straat wachten of er nog bewoners komen en komt dan uit een donker por tiek aangehold om de deur open te doen, voor hij dan meestal een klein fooitje krijgt. De flatbewoners geven hem gezamenlijk voorts iedere maand een kleine bijdrage. Ze zijn align precies eender gekleed, in een soort grijze stofjas, met uniformpet op, wan delstok in de hand en in grote straten men ze des nachts in groepjes bij elkaar staan babbelen, tof ergens hand geklap klinkt, als teken dat iemand naar De tijd om bang te worden ontbreekt ons zelfs (Van een speciale medewerker) Als het vliegtuig nog maar kort in de lucht is, loeit Harry, de despatcher, daè i een beetje moeten gaan liggen, omdat we een vlucht van een uur of drie voor boeg hebben. „Waarom moeten we zo lang vliegen?" „We gaan eerst naar Frankrijk om voorraden neer te laten, 't Zou me niks v< bazen, als we hen niet kunnen vinden. Het regent dat het giet op 't ogenblik." sindsdien samenwerking van vier beroemde geneesmiddelen De 4 bestanddelen van Chefarine „4" zijn elk Etuk voor stuk al beroemd voor het bestrijden van zware hoofd- en andere pijnen, tegen griep en verkoudheid. Maar tezamen in één tablet verenigd werken ze nog beter. Ook in dit geval dus: Eendracht maakt machtl JEGEN PIJNEN EN GRIEP - 20 TABLETTEfè4tO<75 Onthullingen over het Fox-contract (11) Er barstte een felle strijd uit om de buit Maramis is weder naar Amerika vertrokken De totstandkoming van het Fox-contract geschiedde niet zonder felle strijd tussen verschillende belangengroepen aan republikeinse zijde. Voordat de leveranties i Djokja de Munition Board zouden kunnen bereiken, moesten er verschillende schakels worden gepasseerd. Djokja zou leveren aan Fox, Fox weder aan Mayer and Brown Company en deze weder zou de leveranties aan de Board in handen hebben. Er moest echter een bureau of een agentschap zijn, dat voor de uitvoering der transacties tussen Fox en Djokja zorgde. Het is duidelijk, dat voor deze voor delige taak grote interesse bestond. Soemitro behandelde namelijk op Ma- Vooral nu Hatta nieuwe hoop heeft op lakka de handelszaken der republiek aan - het hoofd van een -officiële overheidsin stantie, die gegoten was in de vorm ener particuliere maatschappij. Deze maat schappij nu wilde Soemitro inschakelen, doch daarbij geraakte hij in conflict met Dasaad, hoofd van het bekende Dasaad- Musin-concern. Reeds tevoren was er een conflict geweest tussen beide personen. Dasaad had namelijk indertijd Soemitro de agentuur van de Isbrandtsen Line afgesnoept. Men herinnert zich nog wel begin vorig jaar het conflict rondom de „Martin Behrmann", een Amerikaans schip dier lijn, dat te Cheribon inlaadde. Deze goederen waren het was namelijk de productie Pamanoekan en Tjiasemlanden, een reeks ondernemingen met de oppervlakte Nederlandse provincie in het Noorden van Java, en voor de oorlog geëxploi teerd door een Engels conc Dassaad wist de leverantie van de la ding der „Behrmann" in handen te krij gen, nog wel met toestemming van de di rectie der P. en T.-landen. Zoals weet werd de „Behrmann" op de rede van Oheribon door de Koninklijke Ma rine aangehouden. Het schip werd op gebracht naar Priok en de lading werd Toen het Fox-contract getekend werd, as Soemitro deze geschiedenis niet ver geten en hij trachtte van Gani gedaan te krijgen, dat Dasaad buiten de zaak zou blijven. Beweerd wordt, dat Gani indertijd van Dasaad een groot bedrag geld had geleend in ruil voor de be lofte, dat Dasaad de agentuur zou krij- in Amerika afgesloten contrac ten. Kort daarop echter kwam het kabi- net-Sjarifoeddin ten val, waardoor Gani heenging als minister van Economische zaken en Dasaad met lege handen stond. Dasaad ging nu aan het werk om de goed keuring van het Fox-contract te beletten, dat reeds de instemming had gekregen van het gehele kabinet-Sjarifoeddin en dat vervolgens door het werkcomité van het KJJ.I.P. werd goedgekeurd. Hij wist te bewerken, dat de pas opgetreden pre mier Hatta zijn handtekening voorlopig aan het contract onthield. Dat dit echter voorlopig was, blijkt wel uit de reizen van Fox' medewerkers Robert Nathan en John Lee in Juni naar Indië, en die van de heren Nathan Diamond en Gerald Skey namens de Mayer and Brown Company in dezelfde maand. lig te dommelen, ben ik me vaag bewust van alles wat er in de machine gebeurt. Eerst kijk ik rond en tracht vast te stel len waarom overal langs de wanden ge reedschappen hangen, dan kijk ik naai het blauwe licht aan de zoldering en van. daar gaat mijn blik naar die twee ogen, nu nog donker di.e misschien over een uur gaan gloeien, eerst rood, dan groen. Mijn gedachten werken: dan komt weer die akelige spanning, voor ze van rood in groen veranderen, terwijl ik aan de rand van het gat zit te wachten op dat woord: „spring!", half bewusteloos door geeste lijke spanning. De herinnering aan vele gebeurtenissen vliegt door mijn hersens: de eerste sprong, de moeilijke landing, de nachtsprong; de hoofdinstructeur op de'parachute-school met zijn reusachtige snor, zijn nooit verflauwende energie en zijn opgestroopte mouwen; dan de vreem de man, zo goed opgevoed, zo verzorgd, die ons leert inbreken en sloten en ven sters forceren; de uitputtende hindernis- rennen en de sergeant-majoor-instruc teur, die ons sluipmoord leert, nu eens te droog, dan weer te humoristisch. Harry en z'n collega beginnen voorbe reidingen te treffen voor het uitgooien de pakketten. Ze schuiven de grote •e pakken naar het gat, bevestigen de koorden, die de netjes aan de boven kant gebonden parachutes moeten open trekken en geven dan over de verbin- dngslijn door dat ze klaar zijn. Pluto en ik zijn beiden overeind gekomen en staan naast het gat wanneer de machine begint te cirkelen en het droppingsveld zoekt. „Wat is het voor weer?" schreeuw ik Canadees toe. „Regent nog steeds! En grondmist ook. Denk niet, dat we het zullen vinden. Pi ot zegt, dat hij het proberen wil!" Hij wordt weer eens over de verbin dingslijn opgeroepen, doch praat niet erg opgewekt. Dan wendt hij zich tot Pluto uit zijn gebaren begrijp ik, dat hij voorstelt het luik te openen om ons naar beneden te laten kijken. Pluto stemt na tuurlijk toe. Een koude- vochtige wind vlaag dringt met het geraas der motoren binnén en als ik naar beneden kijk in de uitgestrekte duisternis van bezet Frankrijk, word ik me bewust van een vreemde mengeling van emoties: een ge spannen opwinding door de gevaren die beneden wachten en 'n overtuigd supe- r, doch warm verlangen om mij met de vijand te meten, de S.D., de Duitse overeenstemming, hetzij met Neder- inlichtingendienst. De machine cirkelt land hetzij met de Interim-Regering is rond, daalt en stijgt. Hier en daar zien het opvallend, dat Maramis weder naar.we een licht flikkeren, maar niets dat New York vertrokken is, om de bespre- zelfs maar in de verte lijkt op de ken- kingen over het Foxcontract voort te I signalen van de vangploeg. Als we ten- zetten. slotte optrekken, omdat de signalen uit- Ik sukkel in slaap door het eentonig ge- raas buiten en ik slaap diep. Maar m enige tijd schrik ik plotseling wakker door een onheilspellend geknetter. We zijn al boven de Franse kust. Luchtdoel! Altijd zwaar boven dit gebied. „Wat gebeurt er, wanneer we getrof fen worden?" stotter ik. „Dat worden we niet!" klinkt het be slist. Een ogenblik meen ikr dat deze woorden onjuist zijn. De motoren schij' te staan. We nemen een duik, misselijk maakt, een duik, die geen einde schijnt te nemen. Dan slaan de motoren plotseling weer de machine zwenkt scherp naar rechts begint te stijgen Ik word geruststelr lend tegen de vloer gedrukt. Een sohrikkelijk geratel in de machine v, klinkt, zo luid, dat ik bijna verwacht, dat zy in stukken zal brekenSteu nend op mijn schouders brult de Cana dees in mijn oor: „Onze goeie ouwe Jock probeert zijn kanonnen op één van de zoeklichten." Het gekletter van de exploderende granaten huiten, een lawaai alsof iemand- snelle, onregelmatige slagen met een me hamer op een stuk metaal beukt, houdt een minuut of tien aan, nu eens verontrustend dicht, bij, dan weer ver* der weg. Plotseling houdt het lawaai volkomen op. Probeer n „Einde van de eerste a weer wat te slapen!" Terwijl ik met half geopende ogen "V 'blijven, krijg ik een gevoel van schuld, alsof we de mensen daar beneden ver raden. Later zal ik in bezet Nederland, als ik zelf deel uitmaak van een vang ploeg, in het kille gras liggen, verborgen onder een bosje en luisteren naar het na derende gedreun van de zo vurig ver wachte machine. Dan zal ik weten welk een ontmoedigend gevoel deze Fransen gehad moeten hebben op het ogenblik, dat de reuzenhommel na enige tijd rond gecirkeld te hebben, weer steeg en ver dween toen de hoop op de zo broodno dige wapens, munitie, ontplofbare stof fen, voedsel, kleren en al het andere materiaal dat voor de ondergrondse bewe ging onontbeerlijk is, vervloog. De Canadees laat het luik weer zak ken, de koude en vochtigheid en de be tovering van het geheimzinnige land worden buitengesloten Juist op dat ogenblik breekt de hel weer los. We horen vijf of zes oorverdo vende knallen. Een fractie van een se conde heerst er een doodse stilte, de ma chine schijnt in de lucht stil te staan en dan duikt zij plotseling met een heftig gegier omlaag, zodat we in een verschrik kelijke verwarring tegen de gond gewor pen worden. We zijn verdoofd. We trek ken weer op, maar hoewel de knallen nu ver achter ons lijken, sohommelen we nog hevig. De Canadees springt bliksemsnel op en spreekt in zijn microfoon. Geen antwoord! Hij baant zich een weg over een warwin kel van pakken, pakjes, lijnen en sand wiches en verdwijnt in de cockpit. De andere despatcher tracht ons op ons ge mak te stellen, maar zijn woorden gaan verloren in het gedonder van de staart- kanonnen. Dan verschijnt de Canadees die schreeuwt: „Rechter vleugel brandt. Piloot probeert ons aan de grond te zetten!" Ik heb geen tijd om bang te worden. Met zijn vijven kruipen we dicht tegen elkaar aan en drukken ons vast tegen het koele canvas van de bagage. De pak ken ruiken naar rubber. Ze zyn gevuld met explosieven Een poosje gebeurt er niets en ik heb zelfs gelegenheid me te realiseren, dat ik 'nnen enkele seconden dood kan zijn. Dan een dftrverdovende metaalachtige ag- en een licht gekras. Nog een en nog een, een luidt schuren een laatste slag en alles is stil Ik wacht. Ik weet niet waarop, misschien op een ontploffing. Iemand brult: „Het luik!! Als de weer licht naar buiten! We vliegen in de lucht!" Pluto noch ik kunnen ons snel bewe gen met de zware pakken op onze rug; terwijl we naar de uitgang kruipen hoor ik geknetter van de vlammen, die het vliegtuig verslinden. Pluto gaat met zijn hoofd naar voren naar buiten en blijft zijn parachutezak hangen. Ik draai >p m'n rug en geef er een krachtige trap tegen. Hij valt en ik volg. Ook mijn zak blijft klemmen en als laatste man blijf ik een paar seconden hangen, ge vangen! Met het vliegtuig naar beneden vallend. Dan kom ik tot bewustzijn, draai me af, geef een slag op het slot i glijd uit de riemen. Ik val op mijn knieën, mijn handen ken de koele, natte grond. Ik sta recht op: vóór mij zijn velden, een eind der een heg, de maan en een koele wind. Er knapt iets in mijn brein en ik besef het: ik ben in bezet gebied! religiet wijsheid. De ware vroomheid de Yoga, baart slechts één gemoeds toestand, die verheft boven alle zorgen. Het 'gaat altijd om de handeling zelf niet om het resultaat. De mens m handelen in zelfverdieping, alle wen van zich werpen, in zichzelf tevreden zijn, dat is de rust van het gemoed. Uit de zinlijikheid ontstaat begeerte nis, verwarring en redeloosheid. De vrij heid van het zinlijke baart rust, brengt de Brahma-foestand en bij volharding Brahma-zaliigheid. Beheersing van het zinlijke, vrijheid van affecten en hande len iin zielsverdiepjimg is het hoogste. Er is voorts een hoger wezen, dat boven de natuur uitgaat. Dit hoogste vara, moet niet slechts gekend worden, maar de mens moet zich aan dirt wez overgeven. Doel van deze overgave niet bevrijding van het kwade, maar v< dikwijls getroffen wordt door den die herinneren aan het Christendom. Woordelijk zegt de schrijver (tolde. 177) „Als de tolk het laatste woord vertaald heeft (van de sprekende wijze) komen die gedenkwaardige woorden bij mij op, die door een zwervende prediker Galilea geuit worden, woorden waar menigeen geen raad wist: „Die zijne ziel vindt, zal dezelve verliezen, en die zijn ziel zal verloren hebben om mijnentwil, zal dezelve vinden." We citeren juist deze woorden, omdat de begrijpende lezer onmiddellijk staat uit welke gevoelens de schrijver leeft en tegelijk welke reminiscenties de Jogi's door hun woorden en daden wek ken. De schrijver zegt dan ook, dat hij niet godsdienstig is en leeft bij de vraag, werkelijk iets bestaat boven het materiële bestaan van de mens, en indien dit het geval is, hoe hij daarvan voor zichzelf overtuigd kan raken. Dit is dan ook de vraag die hij steeds de Jogi's stelt. En jammer, toch missen we in dit boek, in de gesprekken met de wijzen z echte, tot de kern doordringende spraken. Het is alles wat journalistiek oppervlakkig gebleven, en dat hindert de werkelijk serieuze lezer, de zoekende weetgierige zeer. De samenvatting in het eind van het boek van de wijsheden der Jogi's bevredigt niet. Men wil hei beleven, men wil het horen zeggen door de Jogi's zelf en juist dit is zeer dikwijls weergegeven. Ails zodanig het boek dan ook niet gesl; Een deugd is wel, dat de schrijver zijn verhaal nergens saai en vervelend maakt. Brunton kan vertellen en weet zich, waar nodig, te beperken en dat is een grote deugd. Herm. Steggerda. „Verborgen Wijsheid" Voor het Stoplicht iad. In m'n, ondank: Wachten op de tram Ik heb 'n zwak voor ambtskleding, voor toga's met baretten, voor lange geklede jassen met hoge hoeden en wat dies meer zij. Niet dat ik zelf in zulke gewaden gehuld door de wijk rondschrijd, want toga's mogen op straat niet gedragen worden en mijn zoveelste hoge hoed is de eerste dag de beste bij een Friese begrafenis door ioerden of ie nog niet kwam en kwa- i elkaar opnieuw tegen als al-i minder-onbekenden. Ik zei: „Wachten wel verschrikkelijk ongelovig is i stortbui bezweken begin ik er maar niet meer aan. vendien maakt al dat zwart zulk leed-aanzeggerige indruk en de volks- ffc zeï dat tijdens hét trappelend pas- lin(j wijk denkt toch al dat het geloof en- seren en ik kreeg dus pas antwoord gingen niet vooruit kan, en zouden we niet blijven wachten op de beloften van de levende God?" Zij stond peinzend ook stil; toen schudde zij haar hoofdje en zei: „De tram rijdt zeker en van God weet je het toch niet zeker Ook zei ze nog dat er heel wat voor komt te kijken eer we zeker weten dat we op God mogen wachten. En daar op antwoordde ik weer dat het toch duurt altijd lang, vindt u ook niet?" kei kwestie van droefgeestigheid toen we elkaar te vertrouwen op de dienstrege- tram dan op de toezeg- God, die Zijn eigen Zoon n: „Ja," op stemafstand gegeven heeft. Daar stond ze toen nog te, „wachten a verdrietigheid is. Maar desondanks genaderd blijf ik voelen voor het plechtstatig duurt altijd lang....'.."'En 'ze zei dat „Ting" zei zwart en zo nu en dan kan ik in dit met iets in haar stem, dat denken vaartje de hoek deed aan psalmisten en profeten. Want opzicht mijn hurt ophalen. Want gens in de buurt van mijn wijk verga- je kunt deren op gezette tijden een aantal hij alleen oude mannetjes en opengaande bioscoopdeuren merendeels vrouwtjes, die daarbij in het diepste dies donker gekleed zijn. En het wordt me telkens gegeven, dat zij en ik tegelijk aanlanden op de smalle vluchtheuvel, waar de tram stopt om ons liefderijk en zonder aanzien des persoons op te nemen. Op één zo'n avond heb ik met één van die zwartjakjes kennis ge- maakt, n Zeer gure en 'n zeer duis- scheen zij te kennen en dus zei ik bij 'i ishet, zoals het najaar voigende ontmoeting: „Als je te peinzen, toen de tram t een feestelijk kwam zetten. stapten samen in. Op de tree hóren of plank zei ik nog: „Zie je nu wel, als wacht op trams en je op de mensentram wacht en je wat houdt dat maar lang genoeg vol, dan zij, of dat hij dat dndere komt ie al; hoeveel te meer zal God komen voor allen, die Hem verwach tenZe knikte even weifelend en toen was ons gesprek afgebroken. Ten slotte verbindt een verlichte tram, die je naar huis brengt, mensen minder dan een gure, tochtige straathoek wachten kent. Dat andere wachten zulks doet. Al had het natuurlijk Indrukken uit de Volkswijk tere avond die meevoert, 'n Avond waarop je maar één verlangen hebt: vlug naar Wacht... huis om eindelijk weer eens warm te maal langs elkaar heen gingen, zucht- mm or none rvn onnon n no komen te worden gegeven dat je niet tram ergens onderweg 'n geheimzin nige vertraging oploopt en met 'n kwartier vertraging komt aanlum- melen. We stonden dus en we wachtten. We stampten eens op de grond en we loer den eens om de straathoek moeten gaan dat we blij en getroost verder reden in het weten. „Ik blijf enkel op trams in je leven de Heer verwachten, mijn ziel wacht Toen we t)oor de zoveelste ongestoord, ik hoop by al mijn krach ten op Zijn onfeilbaar Woord Gebeurde dit alles niet te zeer op het randje van de Volkswijk om in deze serie verzwegen te moeten wor- heel dit alleen maar op trams wachtte, toen werd ik boos. Want terwijl ik voor al dat zwart, heb ik van alle gefemel, dat er soms onder schuilt. Daarom streefde ik niet wachtten opnieuw, der tegen de wind ii in gesprek. In zo'n tramhaltegesprek op 'n koude straathoek met korte zinnetjes omdat de windvlagen elke rhetoriek onmoge lijk maken. „Duurt lang, hè?" zei ik en het zwarte manteltje zei: „Ja, duurt langToen stampten we eens en n heel klein beetje den? lk geloof het niet( zwak heb werk is één wachten op °£-straathoek. Waarbij je dan toch tel kens weer ervaart dat God woord houdt en je niet eenzaam wachten r bleef staan \aaf Wanneer u dus meer zeker bent s myn van de tramdienstregeling dan van -Ü2 Gods Heilsplan en deswege in het fiffi gekleed gaat komt dan ook de wijk kijken om het geloof begon te preken. Dit preek: „Wel, mijn lieve mt we nu wel staan te wachten op tram, die misschien tegen 'n vracht auto op getuimeld is, of die er plotse ling genoeg van kreeg en remise reed, of die weet-ik- de WIJKPREDIKANT den argeloosheid, combineerde ik on toen grootste koperen geldstuk altijd me begrippen als „duitendieven", „op d duiten zijn" en „geen duit waard zijn- Als iemand een duit in 't zakje deed' dacht ik altijd, dat ie een halve stuive i» de Zondagse collecte offerde, waarbij ik me dan levendig voor kon stellen had geduwd om de duiten. Het begrip „geen rooie duit" blijft een mens, die de journalistiek als vak kiest, altijd' vol komen vreemd. Vandaar dat ik dezer dagen met enige verbazing de executeur van ons aller journalistieke wil, de kran tenbezorger, op het portiek de hand schudde. Want de man klaagde. met de zak vol vierduiten. „Moet U zien", jammerde hij, „gebruiken ze de duister nis der portieken om duiten „in mijn zak te doen". Peter vier duit dan geen duit", ver maande ik bestraffend. „Mij niet gezien", zei de man. „U hebt toch zelf in de krant geschreven dat de vierduit stukken niet meer geldig zijn?! Is het dan geen schan daal dat de mensen je 's avonds in de schemering halve stuivers proberen aan te snakken voor de krant?" .Pet Is ergerlijk", zei ik. „Waarom gooien ze ze niet in de kerkzak of geven ze de orgelman of proberen ze te slijten aan de melkboer?" ,Pie kijkt wel uit", zei de bezorger. „Maar wat zegt van die mentaliteit?" Gelijk aan die der duitendieven meende OP STOPPER. TOEGEZONDEN BOEKEN Robert Graves: De Argonautemtocht. Vert. E. S. Willarts. (598 Blz.) Uitg. de Boe kerij, Baarn. PolakKiek: Ik moet uitkomen, (Tweede druk. 160 Blz.) Uitg. De Spie- ghel - Amsterdam. Joh. van Hulsen, Jo Kalmijn-Spieren burg, Willem Kramer, K. Norel, J. W. Ooms, H. Strum en Wilna: Kerstver tellingen. (163 Blz.) Gebr. Zomer en Keunig's Uitg. Mij. - Wageningen. Gerard H. Hoek: Zudd-Afrika. (217 Blz.) Gebr. Zortler en Keunig's Uitg. Mij. - Wageningen. E. Eckersley: English by Radio. Be werkt door F. Render. (2e Serie, 100 Blz.) Uitg. J. v. Boekhoven - Utrecht. Prof. Dr W. F. Donath: Wat moet mijn hond eten? (Deel II v. De Papieren Kennels. 191 Blz.) Uitg. A. J. G. Streng- holt - Amsterdam. Dr E. Pereirad'Oliveira: Wij verwach ten ons kindje. <148 Blz.) Gebr. Zomer en Keunig's Uitg. Mij. - Wageningen. Wijnbeek: De Ruyter. (Ned. Funda menten-serie, 70 Blz.) Uitg. Bonn - Assen. v. Lingen: Yussuf. (Tuinspiegel-reeks, 55 Blz.) Uitg.: N.V. A'damse Boek- en Courantendrukkery - Amsterdam (1948) Dr G. C. Berkouwer: Conflict met Rome. (356 Blz.) Uitg. J. H. Kok - Kampen. Dr F. S. Meijejjs: Inleiding tot Sociale Psychiatrie. (200 Blz.) Uitg. W. L. en J. Brusse N.V. - Rotterdam. Emil Ludwig: Beethoven. Vert. J. de Boer v. Strien. (314 Blz.) Uitg. A. J. G. Strengholt. Dr W. E. Noordman: De republiek Tur kije. (214 Blz.) Uitg. J. A. Boom - Meppel. M. Brants: Beknopte Cultuurgeschiedenis van het Vlaamse Volk. (523 Blz.) Uitg. A. Man tea u N.V. - Brussel. (Op sommige uitgaven komen nader terug). CAC2C r in® ovqp stoorzenders. Achttien van die storruvKZ. dingen proberen do yankee Doodle, tz ovecste/rw men btj zyn tocht over de. "Rus sische stepper. 6n een staat qp In PoryS. "Roepnaam i Wisjinsky Programma: Veta Sn nog <zaxi in frankrijk, Om van die in Djokjaroepnaam: Infiltratieprogrvamma: Moord en doodslag, maar niet te sprekzn. 6n toch is 7o% van alle Russen tegen Stallnga, maan die res terende dertig die spoken door de wereld Naast deze grotede kleine zor gen der mensen. Die van de Soendanesc vijflfng- mocderdie haar quintet jongens zo verstopt heeftdat goedoe- doelende blanken hun niet een verzorgingeen vyflinq waardig, konden geven 6n die van me- jf/, neec Gottwald in Tsjecho-Slowakij^ die zh onderzaten-te gen de funeste invloed van de pens wil bzschai men en haan daanom_ maan gemuilkorfd heeft. Voorts de zorg der bakkersdie a weer aandappeJmee-l in ons bnuinbrood moeten verwenken en dfe \en de slagen In Beverwi jk. wiens pui aan pu'ngfng in eendoor twee auto's georganiseerde anti-pui campsyna» Radicale knapen van het zelfde^ ^-^BP-kaliber als die'Londenaar, die z'n vrouw liet kaalschenentoen de kapper haar zonder zijn toestemming permanentte. Nu hééft ze een permanent. Wat U hebben belieft ta noemen. Dacht U, dat die 6n- gelse cadetten zo tc- .ij v reden zynomdat ze f&n weereen stok achtereb f deur hebben voor het corrigeren van event.stckwaar- digheden Wzet U, wie em deze week had Die hengelaar, die bij Wilnis een snoek Af van 20 pond in óz pol- derstoot nasprong,toen het monster er met zVi sneer \an door dreigde te gaan. En U en wij hebban het vcoruitzid* op een vroege winterijs in de. Run Sneeuw in Noorwegen en vorst, ir\_. LondenLiggen Uw borstrokken en oorkleppen klaar Wel die van ■newoQiK e

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1948 | | pagina 3