De letters SS hebben in Nederlands-Indië een
bijzonder goede klank
VACANTIE
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
DONDERDAG 27 MEI 1948
Maar men verstaat er in ons tropisch rijk dan ook
iets beters onder
(Van onze hoofdredacteur)
De lettercombinatie SS heeft in Nederland en in heel Europa geen gun
ttige klank. Maar in Indië wordt die combinatie graag gezien. Daar
vormen de SS de beginletters en tegelijk de aanduiding -yan de Indische
Staatsspoorwegen. En van die Indische Staatsspoorwegen weet men
Java alleen maar goeds te vertellen.
Ook in Indië hebben tijdens de bezet
ting de spoorwegen heel wat veren moe
ten laten. In de rumoerige tijden daarna
Is het er voor de spoorwegen aanvan
kelijk niet beter op geworden. Maar thans
dient men alle bewondering te hebben
voor wat de mannen der SS hebben ge
presteerd.
Om goed te beseffen wat ze hebben
gepresteerd moet men bedenken, dat de
Nederlanders bij het begin van de poli
tiële actie op Java eigenlijk niet meer
dan vier tamelijk beperkte terreinen,
zgn. pockets, bezet hadden. Van spoor
wegverbindingen kon niet veel terecht
komen. Er was een lijntje van Priok naar
Batavia, maar wat er verder aan spoor
lijnen bruikbaar was, was in republi
keinse handen. Een stad als Bandoeng
was eigenlijk alleen door de lucht bereik
baar.
Bij de politiële actie hebben de Ne
derlanders zo spoedig mogelijk en zoveel
mogelijk de spoorlijnen benut. Dat ging
natuurlijk niet met instemming vai
republiek. De eerste nacht na het begin
der actie leverde al een typerend staaltje
op. Een legertroep werd in die nacht met
een trein uit Batavia in de richting
Tjikampek gezonden om een belangrijk
strategisch punt te bezetten. Dit gelukte,
maar de militairen waren niets te vroeg,
want even later kwam al uit de republi
keinse richting een onbemande locomo
tief met een vaartje van 80 km aange
reden, die de Nederlandse trein had i
ten laten ontsporen
Ook nu nog ontbreken de overvallen
niet helemaal. Dan gebeurt het, dat bij
een klein stationnetje ongemerkt wat
exfremisten op de wagens klimmen, i
de trein op een stil traject, dan trekken
zij de remmen aan en de trein staat-als
het ware kant en klaar voor de bende,
die al op de loer lag om haar slag te
slaan
Een eresaluut
Dank zij de ijver van het SS-personeel
ligt er thans weer een eerbiedwekkend
en nauwsluitend treinennet op het groot
ste deel van Java. Al was tijdens de
Japanse bezetting veel materiaal wegge
voerd naar Brima en Malakka, in de
voornaamste behoeften wordt nu
voorzien. Men behoeft niet te vragen,
welke herstellingen eerst moesten worden
verricht, zowel aan de rails als aai
treinen zelf. Meermalen moest de genie
van het leger worden ingeschakeld
versperringen op te ruimen en vernielde
bruggen te repareren.
Een verheugend verschijnsel is, dat de
bevolking zelf van de treinen een druk
gebruik maakt. Het vervoer op de ring
baan van Batavia is nu al 805.000
maand, tegen vóór de oorlog slechts
412.000. Daarbij moet men echter in aan
merking nemen, dat de haven Priok bij
Batavia nu haar arbeiders niet als i
heen vooral uit kampongs bij Priok be
trekt, maar uit Batavia zelf. Niettemin
Zijn het respectabele cijfers.
Ook in andere opzichten profiteert de
bevolking van de betere verbindingen.
Nog kort geleden waren er gebieden, die
zo moeilijk bereikbaar waren, dat de
voedselvoorziening in die streken
grote moeilijkheden onderworpen
hetgeen de prijzen zeer ongunstig be
ïnvloedde. Dat is nu afgelopen. Soms is
de prijs van de rijst al van f 3.30 tot f 1
per liter gedaald.
Wanneer straks in Djokja, de hoofd
stad van de republiek, de eindeloze be-
«prekingen met de republikeinen worden
voortgezet, zal de Nederlandse delegatie
met een speciale trein gebruik maken
van de spoorlijn BataviaDjokja. Tussen
Batavia en Bandoeng lopen weer twee
versnelde treinen per dag, waarbij tus
sen Batavia en Tjikampek nog niet de
oude snelheid van 90 km wordt gehaald,
aar toch de 60 km wordt bereikt.
Zelf heb ik de treinrit BataviaBan
doeng gemaakt en wel in een „aircondi-
tionned" wagen, waarin dus, ondanks het
klimmen van de zon, de temperatuur
voortreffelijk bleef. Misschien is deze
tocht per trein nog mooier dan de autorit
BataviaBandoeng, waarover ik in
vorige brief al lyrische ontboezemingen
slaakte. Want uit het treinvenster is het
samengaan van natuurschoon "en mense
lijke arbeid en vernuft wellicht nog tref
fender en de indruk van het onvolprezen
Javaanse land wellicht nog gevarieerder.
Om te watertanden
3 men het drukke Batavia achter zich
heeft, komt eerst de wijde laagvlakte met
haar enorme velden, waarop de rijst
bijna gereed is voor de oogst. Ik ben geen
deskundige, maar geef gaarne de mening
de kenners door, dat de rijstoogst
ditmaal bijzonder goed belooft te
den. Het zien van de groenende landen
al een speciaal genot.
Stopt de trein bij een vriendelijk sta
tionnetje, dan is het, of heel de omge
ving naar de trein is samengestroomd.
Bruine jongetjes en meisjes bieden bana-
te koop aan en allerlei vruchten,
e in Holland nog alleen i
kennen, en dat geschiedt
prijzen, die wel ver boven het i
oorlogse peil moeten liggen, maar v
eetgrage Europeaan ze nog
der aarzeling in ontvangst neemt.
Straks, voorbij Poerwakarta, buigt de
spoorlijn het bergland in. De Gedeh
(bijna 3000 meter hoog) hadden we reeds
lang als een blauwwazig gevaarte in de
morgennevels tegen de horizon zien ver
rijzen, maar nu wordt het landschap var
minuut tot minuut dreigender en ma
jestueuzer.
Onze trein voert ons langs smalle brug
getjes over diepe ravijnen er is er eer
van 98 meter diep met een brug var
240 meter lengte straks schieten we
de Sakatsaat-tunnel iij met zijn lengte
van bijna 1 km. Doch ook het bergland
is maar schijnbaar woest, want ook hier
heeft in dit uiterst dichtbevolkte land de
mens bijna geen stukje onbenut en onge
cultiveerd gelaten. A^n de voet der ber
gen liggen de terrassen van de sawahs
en hoger tegen de hellingen thee- en
rubberondernemingen.
Zo rijden we de rijke Preanger-gebie-
den binnen en naderen we vijf uur na
ons vertrek uit Batavia op de koele
hoogvlakte Bandoeng, de fraaie, wijd
uiteengebouwde stad, hoofdstad
West-Java. Maar eerst zien we, al
ons tot de harde werkelijkheid terug te
voeren, nog het beruchte Baros-kamp,
waarin de Japanners de intellectuelen
van allerlei richting interneerden en
kwelden en de geblakerde muren van
door extremisten verbrande en verwoeste
huizen
Java kan mooi, heel mooi zijn, maar het
heeft iets van een tere plant, die roept
om bescherming tegen vernieling en ter-
40 MEERDAAGSE REIZEN
per week, o-a.
8 dg. Valkenburg-Ardennen F. 137.50
6 dg. Ooif-Nederland F. 1 00. -
6 dg. Zeel.-Belg. badplaatsen F 123—
4 dg. Zuld-Llmburg c
3 dg. Zuld-Llmburg
3 dg Zeeland-Belgl*
Prima hotels, deskundige leiders
geen paspoort,
tijdig aanmelden.
45 VERSCHILLENDE
DAGTOCHTEN o.a.
VALKENBURG, ZEELAND
en BRUSSEL
51.50
CEBUTO
REISBUREAUX
REIZEN ZONDER ZORGEN
EX-BURG. PLEKKER WEER
OP VRIJE VOETEN.
Het Haarlemse Tribunaal heeft
N.S.B.-burgemeester Plekker een deten
tie opgelegd van 5 jaar, waarvan 3 jaar
en 7 mnd. voorw. Daarmee is Plekker
op vrije voeten gesteld.
Woningproblemen III
Eenvoudiger productie-proces voor
woningen is noodzakelijk
(Van onze bouwkundige medewerker)
De naaste toekomst ziet ?r niet hoopvol uit, zoals in het vorig artikel ook reeds
werd geconstateerd. Voorlopig blijft er een tekort aan materiaal, aan arbeiders en
aan geld en het schijnt wel, dat we met de bestaande bouwmethode de bezwaren,
die uit deze tekorten voortvloeien, niet zullen kunnen overwinnen.
Er is derhalve de laatste Jaren gezocht naar een eenvoudiger productieproces
an de woning, waarbij deze bezwaren zich minder sterk doen gevoelen.
Allerwegen op zoek naar
nieuwe bouwvormen
Dit zoeken naar nieuwe bouwvormen
is internationaal en overal wint de over
tuiging veld, dat hierin nieuwe moge
lijkheden aanwezig zijn.
Erkend dient te worden, dal onze
bouwmethode in veel opzichten ver
ouderd is.
Allerlei gebruiksvoorwerpen, die een
eeuw geleden uit de hand werden ge
maakt, worden nu aan de lopende band
vervaardigd en ongetwijfeld heeft dit
geleid tot groter productie en lager kost
prijs.
Dit geldt voor de meest eenvoudige
voorwerpen als een borstel of een scho
teltje zowel als voor de meer samenge
stelde als radio en auto, mits het fabri
cageproces langs wetenschappelijke weg
wordt bepaald.
Voor de woning is dit veel minder ge
makkelijk dan voor het losse voorwerp,
■omdat de eerste nu eenmaal aan een
bepaalde plaats is gebonden.
Wel zijn enkele onderdelen reeds ul
an jaren genormaliseerd en zijn, wat
het materiaal betreft, nieu
EEN SCHILDERIJ VAN STEVIG GAREN
EN WARM-GETINTE WOL
In „De Knipscheer" te Laren is het gobelin
voor de Tweede Kamer bijna voltooid
Zestiende-eeuwse kunst in
moderne trant
(Van één onzer redacteuren).
De gobelinkunst dateert uit de zes
tiende eeuw en in de benaming van deze
„behanigseltapijten" wordt de uitvinder,
de Fransman Jean Gobelin, geëerd.
Jean Gobelin was een wolwever uit Pa
rijs en zijn nakomelingen hebben met
zijn vondst goede zaken gemaakt. Er
verschenen spoedig gobelin-fabrieken,
doch destijds kostte het vervaardigen
van zulk een „schilderij-in-textiel" dik
wijls jaren tijdis. Er werd toen veel ge
werkt naar cartons van bekende mees
ters en de wevers of weefsters moesten
dan zelf de vergroting bepalen en het
kunstwerk als 't ware na-schilderen'met
Een speciaal voor tapisseriewerk ver
vaardigd ontwerp laat zich gemakke
lijker verwerken. Nadat de kunstenaar
zijn ontwerp heeft gemaakt
werk is. dat je nooit verveelt
.Aldoor hetzelfde?"Maai
neen tochzie eens al die kleuren,
al die motieven, die fijne hoekjes en die
mooie, egale vlakkenHet is één en
al afwisseling!"
En weer vliegen de spoelen heen en
weer, en rijst het kammetje vinnig de
wollen .draden op hun plaats
„Als ik wilde"
Haagse Comedie
Als laatste stuk, dat de Kunstkring
„Het Schouwspel" voor zijn leden gaf,
bracht de Haagse Comedie gisteravond
het Franse blijspel: „Als ik wilde" („Si je
voulais") van Paul Géraldy en Robert
Spitzer.
In een vlotte opvoering hebben Paul
Steenbergen en de zijnen ons laten ge
nieten van dit stuk vol Franse humor. Er
werd gespeeld met de luchtigheid, die
voor een Frans blijspel vereist is. Wan
neer bij Germaine, de vrouw van Philippe,
op een dag plotseling de vrouwelijke ijdel-
heid en behaagzucht om de hoek komen
ikijken, beleven we rare dingen en brengt
ze inderdaad haar omgeving wel eens tot
wanhoop. Ida Wasserman-was een heer
lijke aanstelster en ze had in Paul Steen
bergen, als Philippe, een uitstekende
tegenspeler. De dwaas-komische rollen
liggen Jan Retèl en René, de dichtende
neef, had zich geen beter vertolker kun
nen wensen.
Het was voor „Het Schouwspel" een
uitstekend slot van een serie, waarin we
heel wat goeds gezien hebben. B.
groot schilderij op bordpapier
ware grootte gereed is, tekent hij de
lijnen tussen de versohiillende kleuren
miniutieus na op wat papier.
Deze tekening wordt onder de sche
ringdraden op het weefgetouw beves
tigd en de wever of weefster heeft
deze lijnen maar te volgen. Achiter hen
hangt ihet voorbeeld, voor de kleuiren
Het spreekt wel vanzelf, dat men geen
leek aan dit werk kan zetten, ook al
zijn de spoelen gewonden met de be
nodigde kleuren, ook al is de schering
gespannen en ligt de tekening er onder.
De scheringdraden b.v. lopen recht, en
het is uiterst moeilijk, om daarop mooie
gebogen lijnen te weven.
Doordat vele kleuren en tinten te
zamen het schilderij vormen, werkt de
wever met twintig tot dertig spoelen,
want juist op de nuancering in een be
paalde tint komt het aan. Daarvoor moet
de wol dikwijls met een schaduwtint
worden gemenigd en het gevoel hiervoor
moet de wever bezitten.
Ziet een beeldende kiunstenaaT zijn
werk in het geheel langzaam groeien,
heel anders is dit met de wever. Het ge
deelte dat klaar is, wordt dadelijk om
de rol gewonden om vuil-worden te
voorkomen. Eerst als de laatste inslag-
draad is gelegd kan het gehele wand
tapijt van de rol worden afgenomen en
ziet hij eindelijk zijn werk voor zich.
Geen wonder, dat de spanning tenslotte
groot wordt!
De spoelen rusten.
Nadat Jaap Bouwhuys in regerings
opdracht het ontwerp voor dit gobelin
voor de Tweede Kamer had voltooid.is
het werk voortgezet in de ateliers van
de handwever ij „De Knipsoheer" te
Laren.
Het is er vol in de lichte ruimten,
welke in het achterhuis van een lande
lijke Gooise boerderij zijn ingericht Er
moet nodig worden uitgebreid, maar.
ach, de klacht van de heer Claessen is
de traditionele na-oorlogse verzuchting.
Dus wordt er maar zoveel mogelijk met
de ruimte gewoekerd. Genoeglijk tussen
grote en kleine weef toestelleneen spin
newiel en een woiwinder hangt het
grote, bonte ontwerp tegen de wand.
Met de rug er bijna tegenaan zitten de
beide gobelinweefsters, die nu ruim drie
maanden bezig zijn en met enkele dagen
het reusachtige werk voltooid zullen neb
ben. Ze willen wel even de spoelen la
ten rusten om haar kunst te demon
streren en zij verzekeren ons, dat dit
Kleurenspel.
De heer Claessen vertelt een en ander
van dit tapijt, dat toch wel even ver
rast met zijn zeer heldere, sprekende
kleuren.
Wij venvachten de wat bronzige,
zacht-vloeiende gobelin-tinten te zien en
stonden tegenover stralend-groen, tinte-
lend-fraise, helderwit en staalgrijs, een
fel-geprononceerd kleurenspel, sterk do
minerend in het vriendelijk milieu. Wy
werden echter spoedig attent gemaakt
op het feit, dat ook de oude gobelins
eenmaal fris en helder van kleur zijn
"het als geweest. Een wandtapijt krijgt op de
duur vanzelf een fletse tint en
toekomst te kunnen behouden,
moet het oorspronkelijk in «sterke kleu
ren worden uitgevoerd. Begint men met
zachte tinten, dan is er later geen figuur
of motief meer te ontdekken.
Dit wandtapijt, dat 2.45 x 3.50 groot
stelt voor drie schikgodinnen door
lier handen de lotsdraad loopt. De
irste windt de kluwen af (de jeugd),
de tweede heft de draad hoog (het rijpe
leven), de derde knipt de neerhangende
draad door (de dood).
Het tapijt wordt uitgevoerd in hand-
ïsponnen en op het atelier geverfde
wol. Juist door het handspinnen ver
krijgt men die fijne oneffenheden in de
draad, welke het geheel levend maken.
Het typische van een gobelin is, dat
het geen achtergrond heeft. Elke figuur
staat op de voorgrond en is sterk ge-
projeoteerd. Jaap Bouwhuys heeft de
drie vrouwenfiguren styldstisch gete
kend. Het tapijt is prachtig van lijn en
vertoont een zwier en een extase welke
zich in weefwerk nauwelijks kan
denken.
Zo denkt niemand er aan om bij het
bouwen van de volkswoning de deuren
de hand te maken
lijfcheden, die beton, staal en glas bie
den, worden reeds dankbaar gebruikt.
en meer fabriekmatige bouw
wijze is in de praktijk nog maar weinig
terecht gekomen.
En toch kunnen talrijke onderdelen in
goed ingerichte fabrieken genormaliseerd
worden vervaardigd.
Het is wel duidelijk, dat heel wat tra
ditionele bouwconstructies door andere
zullen moeten worden vervangen en dat
nuttig gebruik dient gemaakt te
worden van alle ons thans ten dienste
staande materialen.
Evenzeer is duidelijk, dat dit eist een
uitgebreide studie van verschillende wo
ningtypes, die voor normalisatie en in-
dustralisatie geschikt zijn. alsmede van
de verschillende onderdelen hiervan.
De hieraan verbonden bouwkundige
vraagstukken dienen langs wetenschap-
pelijk-analytische weg benaderd te wor
den.
Met deze studie is reeds tijdens de
oorlog een begin gemaakt en in de
kringen van architecten en ingenieurs
wordt hier voortdurend aan gewerkt.
Indien het gelukken zou hierdoor te
komen tot een meer doelmatig gebruik
beschikbare materialen en van
de arbeidskrachten, waarbij zeker veel
dan tot nóg toe van ongeschoolde
krachten gebruik gemaakt kan worden,
iu daardoor op den duur zeker ook
de kostprijs der woning kunnen worden
gedrukt.
Uniformiteit
Ditbetekent echter ook tegelijk een
groter uniformiteit van het product. Men
komt tot een aantal meer of minder ge
lijke types en de grote verscheidenheid,
die thans nog opgeld doet, zal moeten
worden prijsgegeven. Aan de ene kant
zal dit ongetwijfeld een zekere verarming
in de uiterlijke verschijning met zich
brengen, doch dit offer zal gebracht
moeten worden om de voordelen van
meer fabriekmatige constructie te ver
krijgen. Hoe groot die te brengen offers
zullen zijn bij deze confectiebouw, zal
mede afhangen van het werk van onze
architecten, die zich op de nieuwe bouw
wijze zullen moeten instellen en de daar
voor geëigende vormen zullen moeten
vaststellen!
Onze nieuwe minister van Wederop
bouw heeft zich ook reeds in dezen zin
uitgelaten en voorzover uit de dagblad-
berichten is op te maken heeft ook hij
hiervan wel enige verwachting voor de
toekomst.
In het bovenstaande ls het Engelse
woord „prefabrication" opzettelijk niet
gebruikt, maar de lezer zal begrepen
hebben, dat het die richting uit moet.
De onderdelen worden zoveel mogelijk
in de fabrieken klaargemaakt in grote
aantallen. naar de bouwplaatsen ver
voerd en daar door bekwame vaklieden
„gemonteerd".
Bij een dergelijke bouwmethode is de
snelheid, waarmee gebouwd kan worden
de moge- 1 vanzelf ook veel minder afhankelijk van
de weersinvloeden. Alleen in de laatste
phase van de bouw ter plaatse, bij de
montage dus, laat de weersinvloed zich
gelden.
Samenvattend wat hierboven gezegd
is, komen we tot de conclusie, dat bij
meer doelmatig gebruik van materiaal
en arbeidskracht een goedkoper product
mogelijk zal zyn, zodat bij een nieuwe
bouwmethode aan de drie, in het begin
genoemde, voorwaarden gemakkelijker
zal zijn te voldoen.
Beleid
echter nog iets. waarover boven
nog niet werd gesproken. Dat is de or
ganisatie van de wederopbouw in het
algemeen en raakt dus het algemeen re
geringsbeleid.
Hierover is in de laatste tijd weinig
goeds gezegd. De onzekerheid is groot
en de wijzigingen in de betreffende re
gelingen zijn niet van de lucht.
Terecht schreef de directeur-secretaris
van het Instituut voor Volkshuisvesting
kortgeleden in het orgaan in ditzelfde
verband „Onder het regeren bij persbe
richt di^nt voorgoed een streep te wor
den gezet".
Zal het onze nieuwe minister gelukken
om met vaste hand dit departement te
leiden, zodat weer van „beleid" gespro
ken kan worden? Zal het hem gelukken
om zich van het topzware ambtenaren
apparaat te ontdoen?
De bouwnijverheid zou er ongetwij
feld wel bij varen en de bevolking zou
eerder weer hoop kunnen koesteren, dat
de volkshuisvesting weer krachtig ter
hand wordt genomen, tot heil van ons
Nederlandse volk.
Buitenlandse artsen als belangstellend
bezoeker te Leiden
Het werk der kindergeneeskunde geniet wereldvermaardheid
Stijve houten poppen prijken tussen de
pijpen. De armen bewegen en slaan vast
beraden op een trom, een bekken, of
laten een bel rinkelen. De houten gezich
ten blijven uitgestreken, doch vastbera
den. De lippen, met verwaterde rode verf,
opeengeperst. De wangen ook afgeblad
derd rood en ingevallen. Het mes van de
„beeldhouwer" wilde het zo. Napoleon
staat in 't midden. Z'n armen bewegen
zelfs niet. De hand is verdwenen onder
het witte vest. Zoals de echte Napoleon
gewoon was. Z*n dode ogen staren recht
vooruit naar de bakstenen van de blinde
muur. Of in de etalage met de beter-
geklede modepoppen. Als de draaiers en
ophalers hun ruggen gekromd hebben
om het gevaarte op de nieuwe concert-
plaats te brengen. Uit de pijpen gorgelt
en borrelt het. De houten armen slaan.
De gezichten zeggen niets.
Een geldbus rammelt. De hanteerder
wijst, met z'n vrije hand, gevormd tot
beschuldigende wysvingerpijl,
voorbijganger. Die geeft. Of niet.
Er zit iets weemoedigs in dit
gezeur. Je kunt er om lachen. Even. Om
dan aan iets ernstigs te denken, 't Is
moeilijk om het te zeggen. Zelfs
te denken. Maar het orgel zingt. Het
kreunt in z'n bassen, jankt hoog-tiere-
lierend, met metaal-getsjing van de bek
kens. Het vormt een ondergrond, waarop
stadsrumoer geborduurd kan worden
Rammelende spatborden, auto-claxons,
schreeuwende jongens, voetstappen op
trottoirs, geluid van geld-op-geld in de
bussen.
Draaiorgel. Orgie van gorgelende
vreugde. En melancholie. Gemengd tot
iets, wat men zou missen, als 't er niet
meer was. En waarvoor sommigen hun
schouders ophalen. In kleinerende min
achting: Muziek van de straat.
Daar behoort het ook bij. De straat met
haar orgel. Napoleon-van-hout. Starend,
vèr achter Waterloo.
Het orgel speelt
het verleden, verdedigend inge
steld, doch richt zich op heel het volk,
schreven we enkele dagen geleden. Wij
wezen er toen reeds op, dat dit
scheen het soms anders altijd in de
bedoeling heeft gelegen. Alleen maakten
de omstandigheden het niet mogelijk, dat
dit zo duidelijk aan de dag trad. Het
woord, dat ds Talma, nog predikant te
Arnhem, sprak in verband met het werk
der Christelijk-sociale beweging: „Voor
het volk, om Chrisus' wil", is daarvan
mee het bewijs. t
Er is echter tweeërlei reden,
het C.N.V. thans in het bijzonder het
recht en de plicht heeft, zich tot het volk
te richten, om het op te roepen, zich
achter zijn vaan te scharen.
Het recht is niet hierin gelegen, dat
het C.N.V. met zyn meer dan 130.000
leden een der grote vakcentralen is. Het
baseert zich echter hierop, dat de Chris
telijke vakbeweging, op grond van de
historie van ons land sinds de opkomst
van de vakbeweging, kan aantonen, dat
zij de juiste koers heeft gewezen en
het tot zegen van ons land en volk
geweest, dat die koers is gevolgd.
Wij willen dit heel kort bewijzen.
rJEN, in de zeventiger jaren van
vorige eeuw, de vakbeweging begon
op te komen, waren de Christenman-
mee onder de voortrekkers en wezen
ïr direct op, dat het, voor* een goede
ontwikkeling, moest gaan in de richting
bedrijfsorganisatie. Zij gingen uit
de eenheid van het bedrijf, waarin
vrije ondernemers en vrije arbeiders
samenwerkten. Die hadden gezamenlijk
overleg te plegen over de voorwaarden,
waaronder gewerkt moest worden. Om
dat de vrijheid van de arbeiders niet
algemeen werd erkend en hun positie
daardoor zeer gedrukt werd, ging het
eerste aanloop om de sociale mede
zeggenschap. Dat de economische daarop
moest volgen, lag in de rede.
De socialisten leefden toen nog geheel
i de sfeer van de klassenstrijd. Voor
m waren de vakorganisaties niet an
ders dan apparaten in de strijd, uit uit
eindelijk moest leiden tot de dictatuur
het proletariaat. Daarom werd de
vakbeweging telkenmale gebruikt (in
feite m i s bruikt) voor allerlei politieke
doeleinden. Nog in 1918 werd dit in het
groot gedaan. En nóg zijn er op dit punt
Ln het N.V.V. af en toe spanningen, die
leren, dat de oude gedachte nog niet
geheel dood is. Maar men heeft, althans
Om de ziel van ons
volk
officieel, de zienswijze der Christelijke
vakbeweging moeten aanvaarden.
Om dezelfde reden was er aanvanke
lijk bij de socialistische vakbeweging
verzet tegen de collectieve contracten.
De Christelijke vakbeweging was daar
voorstandster van. Dè socialistische vak
beweging heeft de onjuistheid van haar
oorspronkelijke opvatting moeten erken-
Na de iftvrijdng kwam de Stichting
van de Arbeid tot stand, als vast orgaan
van overleg tussen de organisaties van
werkgevers en die van arbeiders. Het
N.V.V. heeft de klassenstrijd uit zijn
statuten geschrapt en werkt mee in de
richting van bedrijfsorganisatie; in 1890
had men zoiets niet kunnen dromen.
Maar de Christelijke arbeidersbeweging
werkte toen reeds met werkgevers samen
voor het beleggen van het le Christelijk-
sociaal Congres, dat aan de gedachte der
bedrijfsorganisatie een nieuwe impuls
zou geven.
Deze ontwikkeling geeft de Christe
lijke vakbeweging het recht, zich tot het
volk te wenden en het te zeggen: 70 jaar
geschiedenis heeft bewezen, dat de Chris
telijke beginselen de juiste weg wijzen
bij de ontwikkeling der maatschappij;
Christelijke vakbeweging is daarom de
enig juiste, op het belang van maat
schappij en arbeiders gerichte vakbewe
ging.
Er zijn er, die het anders willen en
zeggen: het N.V.V. heeft zijn statuten
veranderd er is nu geen bezwaar, om
in het N.V.V. te gaan; gij kunt er dan
invloed ten goede oefenen. Dit lijkt ons
toch de zaak ondersteboven draaien.
Want daarmee stoot men het positieve
element van het Christendom van zijn
eerste, richtinggevende plaats naar het
tweede plan. Dit positieve element moet
verankerd liggen in de statuten. Dat is bij
het N.V.V. niet en bij het C.N.V. wèl het
geval. De doortrekking van de lijn kan
nimmer verkregen worden door een iet
wat gewijzigd N.V.V., maar moet gezocht
worden in het werk der Christelijke
vakbeweging, die een zegen voor ons
volk bleek te zijn.
Nu komen we tot de plicht, die de
Christelijke vakbeweging in deze tijd
heeft ten aanzien van heel het volk.
Vele duizenden leven thans in een
geestelijk luchtledig. Het liberalisme
heeft nimmer veel vat gehad op de
beiders; maar voorzover het die had,
heeft het als geestelijk begrip afgedaan.
Met het socialisme, dat helaas de
honderdduizenden in zijn ban sloeg, is
het niet anders. Dat het N.V.V. de klas
senstrijd, dat wezensdeel van het socia
lisme, uit zijn statuten schrapte, is een
symptoom. Het is gebleken, dat het
socialisme met zijn klassenstrijdsleer wel
verderven, maar niet behouden kan.
Doch dit heeft deze benauwende be
tekenis, dat die vele duizenden, die de
vaan van het socialisme volgden, thans
geestelijk voor een leegte staan.
Een aantal hunner, bij wie de klassen
strijdsopvoeding nog werkt, keert zich
daardoor tot het communisme, dat
mers zegt, de klassenstrijd nog te hand
haven al vertelt het er niet bij, dat in
zijn klassenloze maatschappij (Rusland
is het voorbeeld) allen staatsslaven wor
den, beheerst door een bevoorrechte
kaste. Het grote aantal echter dergenen,
die niet tot het communisme willen c
gaan, staat, geestelijk gezien, met lege
handen en zoekt naar een nieuwe levens
inhoud.
De plicht der Christelijke vakbeweging
is het nu, die honderdduizenden de bood
schap te brengen; alleen het Christen
dom kan die leegte waarlijk vullen;
alleen het Evangelie de historie heeft
het bewezen biedt een oplossing voor
de sociale vragen, waarmee gij worstelt.
Die boodschap te brengen, is de taak
der Christelijke vakbeweging.
Ze is het vooral nü. De kansen voor
die boodschap zijn groter dan ooit Met
recht: De velden zijn-wit om te oogsten.
Zyn de arbeiders weinige?
Dat hoeft niet zo te zyn, als elk Chris
ten zijn taak verstaat. De meer dan
130.000 leden van het C.N.V. hebben hier
een roeping. Zij hebben de taak van het
apostelschap. Zij hebben de boodschap
van het Christendom ook voor 't sociale
leven uit te dragen. Zij niet alleen. Die
taak hebben alle Christenen. Beginnende
bij zichzelf, hebben zij het Nederlandse
volk de kracht van het Christelyk-sociaal
besef te laten zien.
Zien wij het wel, dan heeft het C.N.V.
juist met het oog op deze roeping het
jaar 1948 utgeroepen tot bijzonder pro-
pagandajaar. Het gaat om de ziel
ons volk. Niemand, die in Christus
enige kracht heeft, verzuime, zijn aan
deel in de worsteling om die ziel te
Honderdvijf buitenlandse artsen uit alle
landen van Europa, bezochten gisteren
middag de Sleutelstad als onderdeel van
een trip, die was opgenomen in het pro
gramma van de vier maanden durende
cursus sociale kindergeneeskunde, die op
het ogenblik te Parijs wordt gehouden.
De cursus wordt georganiseerd vanwege
de speciale afdeling van de U.N., die zich
bezig houdt met de zorg voor de jeugd.
Onder leiding van prof. Bonnet van üe
Sorbonne arriveerde het gezelschap gis
terenmiddag te half één om deel te ne
men aan een lunch in „Zomerzorg". Aan
deze maaltijd, waar prof. dr E. Gorter
als gastheer mede aanwezig was, werd
het woord gevoerd door prof. dr S.
Bok. decaan der Med. Faculteit, die de
gasten een hartelijk welkom toeriep. Zijn
rede werd beantwoord door prof. Bon
net, die dit bezoek aan Leiden verant
woordde met te wijzen op het lage sterf
tecijfer onder de kinderen van Neder
land en op de Europese en zelfs wereld
vermaardheid. die prof. dr C. J. Gorter
op dit terrein heeft verworven. Zyn
werk in de practijk (in theorie kent men
het reeds) was het doel van deze excursie.
In de afdeling Kindergeneeskunde van
het Acad. Ziekenhuis, waarheen het ge
zelschap zich vervolgens begaf, hield prof.
dr E. Gorter een voordracht, waarin hij
er allereerst op wees, dat de vooruitgang
van de preventieve geneeskunde i
laatste tien jaar misschien iets minder
snel is gegaan, dan die van de curatieve
geneeskunde In deze laatste hebben de
nieuwe geneesmiddelen, welke bepaalde
bacteriën doden of hun groei belemme
ren. een steeds grotere betekenis gekre
gen. Nu kan men deze zelfde geneesmid
delen, waartoe behoren sulfonamiden,
penicilline en streptomycine. ook met
voordeel aanwenden om te voorkomen,
dat by zieke kinderen bepaalde com
plexen optreden. Zo kan men, door ze
kinderen, die mazelen of kinkhoest heb
ben. toe te dienen, het optreden
longontsteking veelal voorkomen,
men nu deze maatregelen rekenen tot het
gebied der preventieve geneeskunde,
dan zou bovengenoemd verschil ten gun
ste van de curatieve geneeskunde groten
deels verdwijnen. Maar ik geloof, aldus
spr., dat het beter is, dit niet te doen.
Het zy verre van mij, aldus prof. Gor
ter, U een overzicht te willen geven vat
alles, wat er aan vooruitgang te boeken
is in de preventieve geneeskunde by het
kind. Slechts enkele voorbeelden, waar
bij vooral uitkomt, welke persoonlijkhe
den en onderzoekers aan de vooruitgang
hebben medegewerkt. Prof. Gorter noem
de dan allereerst de fractionnering var
de eiwitten van het bloedplasma. Men ii
in staat om met physico-chemische me
thoden het bloedplasma-eiwit in tal vat
verschillende fracties te scheiden, waar
onder er enkele zijn welke de preven
tieve geneeskunde zijn ten goede geko-
men. Hierbij is men er in geslaagd het
gamma globuline te isoleren, dat o. a
in kleine hoeveelheid werkzaam is om
patiënten met mazelen te beschutten.
Het wordt uit gemengd plasma van een
groot aantal gezonde mensen geïsoleerd.
En daarbij gebruikt men de methode van
Cohn, die als physico-chemicus het on
derzoek naar de plasma-eiwitten om zui
ver wetenschappelijke redenen begonnen
is en nooit dacht, dat zijn onderzoek
bruikbaar zou kunnen worden voor dt
toepassing in de preventieve genees
kunde.
Zou men er in slagen, om door het
gamma globuline het uitbreken va
mazelen te voorkomen, dan zou de me
thode zelfmoord hebben gepleegd, omdat
dan het gemengde plasma van vele ge
zonde mensen geen anti-stoffen meer zou
bevatten. Men kan zich uit deze moeilijk
heid redden door minder in te spuiten
en daarmee een lichte mazelen te ver
krijgen, waarbij wel anti-lichamen wor
den gevormd.
Om andere redenen is Stanley er toe
gekomen, tegen griep een bruikbaar vac
cine te bereiden. Van hem was een onder
zoek naar het virus van de mozaïekziekte
de tabak bekend, dat hij zover kon
dat het verkregen werd als
zuiver kristallijn eiwit.
Toen in Amerika de oorlog uitbrak,
kreeg Stanley bezoek van de chef van de
geneeskundige dienst, die duidelijk maak
te, dat ook Stanley voortaan ander werk
doen en dat alleen een onderzoek,
'in elke soldaat zou kunnen profi
teren, voor de medische diensten waarde
had. Zo is er in anderhalf jaar een vac
cine bereid door het virus van de griep
te laten groeien op bebroede kippen
eieren. Het wordt in de ultra-centrifuge
gezuiverd, dat het geen overgevoelig
heid tegen kippeneiwit meer heeft. Zo
heeft hier, aldus spr., de preventieve ge
neeskunde wederom zyn voordeel gedaan
Michal Szwalbe. de 29-jarige Pool
was tezamen met Christian Ferraa
eerste prijswinnaar voor viool in het
Sóheveningse .Muziekconcours
met laboratoriumonderzoek, dat op zuiver
wetenschappelijke basis was begonnen:
Tal van andere methoden van preven
tieve geneeskunde zijn wel degelijk ont
staan door nauwkeurig. v methodisch,
systematisch en met grote hardnekkig
heid voortgezet onderzoek, dat recht op
het doel af ging. Als voorbeeld noemde
spr. het onderzoek van Ramon, over ana-
tosine tegen diphterie en tetanus.
Tenslotte wenste spr. er nog op te
wijzen, dat het dringend noodzakelijk is,
dat al deze nieuwe methoden ook inder
daad algemene toepassing voor de kinde
ren vinden en hieraan ontbreekt nog veeL
Om hierin blijvende verbetering te bren
gen, is het nodig het gehele volk op te
voeden en iedereen te overtuigen van het
grote nut van deze methoden. Reeds bij
het onderwijs aan studenten en vooral bij
het voortgezet geneeskundig onderwij»
moet men steeds door voorbeelden de
betekenis laten uitkomen van de preven
tieve geneeskunde. Hierbij dienen de kli
nieken zelf deze methoden dagelijks toe
te passen.
Nadat het gezelschap de kinderkliniek
van prof. Gorter had bezichtigd, werd
nog een bezoek gebracht aan het kleuter
dagverblijf „Margriet", waar men werd
ontvangen door dr P. J. Gaillard en dr
Boekholt. Dr Gaillard memoreerde de tot
standkoming van deze stichting, waarna
het gezelschap grote interesse voor da
inrichting aan de dag legde.
BRAZILIAANS SENATOR STERFT
ONDER DE OGEN VAN VAN ZEELAND
Toen Paul van Zeeland, die te Rio da
Janeiro de ga9t is van de Braziliaanse
letterkundige academie, dezer dagen een
lezing zou aanvangen, zakte senator Ro
bert Simonsen, die hem inleidde, plotafr»
ling ineen en gaf de geest.