Vierdaags wandelfestijn is al weer voorbij
Het C.N.V. nam afscheid van zijn voorzitter
iin Herder
't Verklaarde
uitzicht
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
3
ZATERDAG, 26 JULI 194|
VOORAL DE LAATSTE DAG
WAS ERG ZWAAR
(Van een onzer verslaggevers)
De laatste dag van de Vierdaagse 1947
zal de deelnemers, die alle afstandsmar
sen hebben gelopen, onuitwisbaar in het
geheugen blijven gegrift. Hij was ont
zettend warm en de tippelaars moeten
zich soms als reizigers in de Sahara heb
ben gevoeld. Zij het met dit verschil, dat
zij niet zo verlaten waren als woestijn
reizigers.
Nijmegen beleefde gisteren een ware
invasie. De straten waren overal tjokvol
en de verkeersopstoppingen waren er niet
van de lucht. Maar al mag de belang
stelling, evenals de deelname, veel gro
ter zijn dan vorig jaar, toch misten we
het echte enthousiasme, waarover we het
in onze eerste reportage reeds hadden.
't Was de laatste dag anders een sleur-
partij van je welste. Er waren erbij die
absoluut niet meer mee konden en zeer
veel van hun tochtgenoten hebben ge
vergd. Het was dan ook laat eer alle
deelnemers binnen waren. Bij het laatste
appèl ontbraken 12 deelnemers, zodat in
totaal 6202 van de 6772 personen, die in
schreven, het parcours hebben vol
bracht. Verleden jaar liepen 3791 van de
4011 deelnemers de gehele tocht uit.
Op het plein aan de Bijleveldsingel in
de Oude Keizerstad werden de aanko
menden direct verblijd met de Vier
daagse kruisen. Hier omringden duizen
den en nog eens duizenden wandel
enthousiasten het veld. Onder de vele
aanwezigen merkten we hier o.a. op min.
Gielen, de Commissaris der Koningin in
Noord-Brabant, prof. dr. Quai, de bur
gemeesters van Tilburg en Nijmegen en
omliggende plaatsen, vertegenwoordigers
van de K.N.V.B., A.N.W.B., legerautori-
teiten en nog vele anderen. Ook de am
bassadeur van Frankrijk. Zijne Ecxellen-
tie J. Rivière, woonde de aankomst van
Schepen voor Antwerpen komen
naar Rotterdam
De havenstaking duurt nog steeds voort.
Als gevolg van de Antwerpse haven
staking, die nu al een week duurt en
waaraan 13.000 arbeiders meedoen, wor
den alle Amerikaanse schepen, bestemd
voor Antwerpen, naar Gent en Rotter
dam gedirigeerd. De transportarbeiders-
bond wil nu een geheime stemming on
der de stakers houden, ten einde te kun
nen vaststellen, hoevelen weer aan het
werk willen. Men verwacht, dat het werk
Maandag zal worden hervat.
De socialistische en katholieke bonden
hebben de staking der scheepsherstellers,
die 10 pet loonsverhoging en verdubbe
ling van de werkeloosheidsuitkering eisen,
goedgekeurd.
WIE PROFITEERDEN VAN KAAS
ZONDER BON?
Kan de minister mededelen, of het
waar is, dat kort geleden, buiten de han
del en de distributie om, een vrij grote
hoeveelheid kaas tegen lage prijs ter be
schikking is gesteld van verschillende
particuliere en overheidsbedrijven ter
verdeling onder hun employe's. Aldus
vraagt het Tweede Kamerlid Den Hartog
aan minister Mansholt. Hij wil graag he;
naadje van de kous weten, b.v. welke
bedrijven hiervan hebben geprofiteerd en
waarom. Ook wil hij weten, waarom niet
een extra bon voor de gehele bevolking
werd aangewezen ter verdeling van het
overschot van niet-houdbare kaassoorten.
FINANCIëLE STEUN VOOR TERUG
GEKEERDE IND. MILITAIREN
De met de „Volendam" uit Indië terug
gekeerde soldaten van het Kon. Ned. Ind.
leger kunnen zich voor nadere inlichtin
gen omtrent financiële steun voor levens
onderhoud, passende werkkring, het ver
krijgen van bedrijfscredieten, omscholing
of herscholing, wenden tot de sociale
afd. van het dep. van Overzeese Gebieds
delen, van Speykstraat 54, Den Haag.
de groepen, waaronder zich vele buiten
landers bevonden, bij. Vooral de Tsje
chen en de Fransen maakten van deze
laatsten een uitstekende indruk. Van
de Nederlanders hebben zich met name
de Marine, Land- en Luchtvaarttroepen
schitterend gehouden.
Met alle respect voor de volharding,
zouden wij, nu de Vierdaagse ten einde
is, diegenen die hun mede-deelnemers tij
dens de marsen „meetrokken", toch wil
len adviseren de volgende keer in dit
geval iets minder naastenliefde te to
nen. Daarvoor is de Vierdaagse té zwaar.
ENGELSEN KOMEN BESTRIJDING
VAN COLORADOKEVER BESTUDEREN
In de laatste week van Juli komen uit
Engeland dr Wilkins, dir. van de afd.
tuinbouw van het Engelse ministerie van
Landbouw en dr Gimingham, dir. van het
Plant Pathology Laboratorium naar Ne
derland om de hier te lande intensieve
bestrijdingsmethode van de Colorado
kever te bestuderen. Dit bezoek zal waar
schijnlijk de Engelse vrees voor invoer
van onze groenten wel opheffen.
Correspondentie tussen Rauter
en Himmler ontdekt
Een delegatie van het Rijksinstituut
voor Oorlogsdocumentatie is van de
derde speurtocht naar Berlijn terugge
keerd en heeft daar de beschikking ge
kregen over belangrijke gegevens uit
het persoonlijke archief van Himmler.
Zij bracht o.a. brieven mee, die van het
grottste gewicht kunnen zijn bij 't t'z't'
tegen Rauter te voeren proces.
Uit de grotendeels bewaard gebleven
briefwisseling tussen deze beide Nazi
bandieten blijkt o.m., dat Rauter destijds
aan zijn Berlijnse chef had voorgesteld,
in Nederland niet langer te spreken van
Volksduitsers, omdat „eigenlijk alle Ne
derlanders Volksduitsers waren....!"
GOEDERENRUEL NEDERLAND—ZUID-
SLAVIë MEER DAN VERDUBBELD
Het tot 30 Juni '47 geldende handels
verdrag tussen Nederland en Zuidslavië
is verlengd tot 31 Dec. a.s., terwijl het
bedrag der wederzijdse leveringen is ver
hoogd van f10 tot f25 millioen. Uit de
Balkan-staat krijgen wij voornamelijk
producten voor de wederopbouw, o.a.
hout. Nederland levert: schepen, electro-
technische artikelen, chemische en phar-
maceutische producten, tin, machines en
zaai- en pootgoed.
DE HAMER AAN M. RUPPERT
OVERGEDRAGEN
(Van een onzer verslaggevers).
„Soli Deo Gloria. God zegene het C.N.V.
en onze vierde voorzitter." Met deze
woorden nam de heer A. Stapelkamp gis
teren te Utrecht afscheid van het Chr.
Nat. Vakverbond, om de leiding over te
dragen aan de heer M. Ruppert. Met fijn-
gevoelde woorden nam de heer Stapel
kamp afscheid van zijn collega-bestuur
ders. In de nieuwe voorzitter had hij het
volste vertrouwen; in de kring van het
C.N.V. wordt de naam van diens vader
nog steeds me ere genoemd. De heer Rup
pert sprak zijn collega's en het bureau
personeel toe en schetste het werk van
zijn voorgangers: Diemer was de pionier,
Kruithof, de vechter voor de erkenning
en Stapelkamp legde de basis voor het
permanente overleg tussen patroons en
arbeiders.
Aan de heer Stapelkamp werd vervol
gens een stroom van geschenken aangebo
den: een Gotisch bureau met stoel en een
schrijfmachine namens het C.N.V., een
bureaulamp van het dag. bestuur, een
mand met bloemen voor mevr. Stapel
kamp, een theemeubel met toebehoren
van de aangesloten organisaties, een pols
horloge der Zwitserse vrienden, zilver
werk van het vacantieoord te Putten, een
salonlamp van het personeel. De dichter
van het Verbond, de heer A. Borstlap,
droeg een geestige „Ballade van het Pen
sioen" voor.
Des middags werd een receptie in
„in C.N.V.-stijl" gehouden. Het woord
voerden de heren A. C. de Bruin (R.K.
Arbeidersbeweging), H. J. H. v. Lonk-
huijzen (Prot. Chr. Werkgevers); J. F.
Evelijn (Fed. van Redrijfsver.; hij bood
namens de directie van de N.V. Philips
een radio aan); J. Schouten (A.R. Kamer
club en Centr. Comité)H. W. Tilar.us
(die eerst zelf een huldiging in ontvangst
had te nemen!); E. Kupers (N.V.V., voor
de eerste maal genodigd); P. E. Tameling
(Chr. Middenstand); W. G. Scheeres
(Middenstandöbedrijfsver.)v. Schaick
(Centraal Beheer)mevr. Landwehr (Chr.
Vrouwenbond)de heren Hagoort (Pa
trimonium, hij bood enkele historische ge
schenken aam); Wieringa, (accountant
van. het Verbond) en H. J. Sier (Ned.
Bond Maarten Luther).
Na een waardig slotwoord van de heer
Stapelkamp, dat werd besloten met een
„Leve het Chr. Nat. Vakverbond," sloot
de heer Ruppert de vergadering.
Een gemeenschappelijke maaltijd be
sloot deze voor het C.N.V. historische dag.
Deze foto geeft enkele mijlpalen weer uit de geschiedenis van het Chr. Nat. Vak
verbond. Het zijn de vier voorzitters v.l.n.r. H. Diemer (van 19091916), K. Kruit
hof (van 19161935), A. Stapelkamp (van 1935heden) en M. Ruppert, die juist
het roer heeft overgenomen.
Alle texten uit de Bijbel zijn niet gelijk.
We onderscheiden bekende en onbekende
texben. Maar als er één text is, die onge
twijfeld tot de bekende texten gerekend
moet worden, dan is het wel die, welke wij
hierboven lieten afdrukken. Een kind kent
dit woord al. Als wandtext prijkt hij in
menige kamer. Vele zieken hebben zich aan
dat woord vastgeklampt toen zij, misschien
wel onder ondragelijke pijnen, voor de poort
van de dood lagen. In de interneringskam
pen en de gevangenissen zijn velen erdoor
gesterkt.
Behalve, dat dit woord van zo'n sterkende
waarheid spreekt, gaat er ook nog een bij
zondere bekoring van uit. Hij spreekt ons
van herdersleven. Wij zien, als we dit woord
horen, in onze verbeelding al een herder
gaan. Hij trekt met zijn schapen over gra
zige weiden en langs stille wateren. Alles
ademt van rust en verzadiging. Zo heel an
ders dan in het leven van ons mensen, in
zonderheid in onze dagen. Wat spreekt dat
van een onrust. Wij denken thans inzonder
heid aan Indonesië. Maar als die onrust er
niet was, dan was er toch ook nog geen rust
en geen verzadiging. Het leven is een jacht.
We zoeken rust, we zoeken verzadiging,
maar deze dingen wijken alm eer terug. Wat
kan dan een bekoring uitgaan van een her
der met schapen. Schilders en dichters heb
ben het ieder op zijn wijze uitgebeeld. Het
is zo liefelijk.
Ook het eerste vers van Psalm 23 klinkt
zo lieflijk: De Here is mijn Herder. Maar
als dit woord waar is, voor ons waar is, dan
gaat dit woord bij al zijn liefelijkheid toch
van een vreselijke onderstelling uit. En wel
deze, dat als de Here onze Herder is, wij
schapen zijn. En dat is niet zo mooi. Want
een schaap is zo ongeveer het domste dier,
dat bestaat. Het is zeer eigenaardig. Het wil
naar alle kanten heen, behalve naar de
goede kant. Het verlaat heel makkelijk een
grazige weide om te dwalen over dorre en
kale vlakten, waar geen sprietje voedsel te
vinden is. En als het gezocht en gehaald
wordt om weer teruggevoerd te worden naar
de kudde in de grazige weide, dan vlucht
het nog verder weg. Een schaap, dat zijn
herder heeft verloren, is wel zeer hulp
behoevend.
Wordt hier niet ons beeld getekend? Wat
zijn wij en wie zijn wij. als wij den enigen
Herder, de Here God, verloren hebben? Zijn
wij dan niet de domste schepselen? Heel
eigenzinnig? Zijn wij dan geen mensen, die
van alle dingen willen weten, behalve van
de rechte dingen? Gaan wij dan niet mak
kelijk van kwaad tot erger? En willen wij
dan wel weten van hen, die ons weer terug
willen voeren naar de weide van het Woord
van God, naar de kudde van Jezus Christus,
Zijn Gemeente? We vluchten voor Jezus, die
ons van de doolweg wil wederhalen om ons
te brengen op de rechte baan.
Zo zijn wij!
Ja, als wij letten op de onderstelling van
dit liefelijke vers, dan worden wij veroor
deeld. Dan worden van ons vreselijke dingen
gezegd. Maar midden in die vreselijkheid
klinkt onze text toch als een liefelijk woord,
want hier horen wij David zingen: De Here
is mijn Herder. En hoe is dat mogelijk, an
ders dan dat David eerst gehoord en geloofd
heeft, dat de Here Herder wil zijn over
domme schapen, zoals hij er een was. Want
welke dwaze dingen heeft David niet uit
gehaald, welke zonden heeft hij niet begaan.
Maar hij mag nu zeggen en zingen: De Here
is mijn Herder. En als dat zo is, is dat niet
omdat hij zo'n best schaap was, maar omdat
de Here zo'n goede Herder is, die uitgegaan
is om te zoeken hetgeen verloren was.
Het begin ligt bij God.
In de Here Jezus heeft Hij zich geopen
baard als de Goede Herder. Jezus heeft Zich
voor de Zijnen gegeven en wel op zulk een
wijze, dat ieder van de Zijnen mag zeggen:
Hij is mijn Herder.
Mijn Herder!
Het maakt groot verschil, als men door
noodweer overvallen kan zeggen: daar staat
„een" huis of daar staat „mijn" huis. Dat
..een" zegt: misschien moogt ge daar wel
schuilen. Maar recht hebt ge niet. Maar dat
,,mijn" zegt: daar woont gij. Nu voelen wij
ook wat dat woord ,,mijn" hier zegt. God
mag niet iemand zijn, bij Wien wij wel eens
aanlopen, vooral in tijden van gevaar. Maar
we moeten altijd bij Hem blijven. Zo zal ons
niets ontbreken. Al worden wij door allerlei
onrust geplaagd, al zitten wij midden in het
gevaara
Ds J. ROODENBURG.
Het Joodse vraagstuk
op de weegschaal.
Ik heb eens ergens gelezen „religion ia
action", een waardebepaling, die voor de hui
dige maatschappij een vingerwijzing zou
kunnen zijn. De geestelijke mens, die stel
ling neemt, beperke zich niet tot woorden
alléén, maar hij dient zijn principe in toe
passing te brengen. Religie moet een dyna
mische werking hebben en datgene, wat wij
noodzakelijkerwijs .politiek" noemen, te
doordringen en op hoger plan te stellen. De
wereldoorlog heeft de mensheid (waartoe wij
allen behoren) nog niet bevrijd van een,
sterk egocentrisch, ommuurd gedachten-
leven. Misschien even ontwaakt, zijn wij
weer ingedommeldWij worden nog
asgrauw als de eigen baby één ons is afge
vallen, maar denken wij daarbij nog aan
de tienduizenden Joodse kinderen, die in de
gaskamers verdwenen? Een gruwel te bar, om
zich in te verdiepen. Het huidige Joden
vraagstuk is dermate „verpolitiekt," dat de
diepe betekenis ervan niet eens meer tot
ons doordringt. Gedurende de oorlog heb
ben de Joden aan de ergste vervolgingen en
wreedheden blootgestaan en met ons mede
lijden alleen zijn zij geenszins gebaat ge
weest. De „wereld" (dat zrijn wij allen) heeft
iets goed te maken aan hen, die noch va
derland, noch „nationaal tehuis" hebben, de
verdrevenen, de ballingen, de geheel misdeel-
den, die met politieke ambities niets hebben
uit te staan. Men verwarre hen niet, met
die fel Zionistische groepen, welke in de
politieke, Palestijnse strijd voor daden van.
„terreur" niet terugschrikken, om hun doel
te bereiken. De mens reageert op het Joodse
vraagstuk, subjectief, met persoonlijke re
acties, gegrond op ervaringen uit beperkte,
kleine kring en meent op die egocentrische
wijze „mede te perken" aan de oplossing
van een probleem, dat uiteindelijk ons allen
raakt. De Ver. Naties hebben het Joodse
probleem in behandeling genomen en daar
mede is onze persoonlijke, geestelijke be
langstelling tevens verzand, omdat er een
politiek „luchtje" om heen is. Er is in deze
na-oorlogse maatschappij een tekort aan
positieve gevoelens, zodat, als men het Joodse
vraagstuk op de weegschaal plaatst, er geen
evenwicht ontstaat met begrippen van recht
vaardigheid en humaniteit. In een vorige be
schouwing over het vraagstuk der „verplaat
ste personen" wezen wij op het trieste lot
der vluchtelingen en uitgewekenen, dde
zich thans nog in kampen bevinden in Duits
land, Italië en Oostenrijk. De grootste meer
derheid kwam uit de Noordelijke Baltische
gebieden, Polen, de Russische Oekraïne en
Jbego-Slavië.
In de Amerikaanse zone van Duitsland ver
blijven nog grote groepen Joden en hun
vurigste wens is naar Palestina te emigre
ren of Amerika. Het conflict met de Arabie
ren veroorzaakt, dat de kans op een Pales
tijns „home" voor de Joden gering is. Tru
man heeft een warm pleidooi gehouden, om
de Joden in Amerika huisvesting te verlenen,
maar er zijn nog vele voetangels en klem
men.
Aldus wordt het meer begrijpelijk, dat dui
zenden Joden, ondanks de verbodsbepalin
gen, toch trachten clandestien Palestina bin
nen te komen, omdat zij nergens in de we
reld een plaats kunnen vinden. Zoals men
weet, hebben Joodse landverhuizers ge
tracht, met een Amerikaanse boot, op onwet
tige wijze, Palestina te bereiken. Zij wer
den daarin door de Engelsen verhinderd en
naar Frankrijk teruggebracht. Volgens de
Franse premier, Ramadier, mogen de betref
fende 4500 Joodse landverhuizers zich ver
moedelijk voorgoed in Frankrijk vestigen, in
dien zij dit wensen en werk kunnen vinden.
Er bestaat echter geen enkele formele
overeenkomst inzake het landverhuizers-
vraagstuk tussen Engeland en Frankrijk,
doch wel zijn hier de Internationale over
eenkomsten geldend. Inmiddels zijn Franse
regeringsambtenaren begonnen maatregelen
te treffen voor de ontvangst dier beklagens
waardige Joodse vluchtelingen, die aan boord
van de „Exodus" in Palestina hun droom
meenden te kunnen realiseren. Zoals reeds
werd gemeld, heeft een lid van het Alge
meen Joodse vakverbond in Palestina, te
Parijs verklaard, dat ook Louis Saillant, de
secretaris-generaal van het „wereldverbond
van vakverenigingen" zijn hulp aan de
Joodse immigranten heeft toegezegd. Het is
zeer zeker een verheugend verschijnsel, dat
hen in Frankrijk een asyl wordt geboden,
want de Joden, die op clandestiene wijze
trachtten Palestina binnen te komen, wer
den vóórdien naar Cyprus gebracht, waar zij
in kampen moesten verblijven, tot over hun
verder lot zou worden beslist. De Engelse
regering kwam voor de lasten te zitten en
dientengevolge werd de bepaling getroffen,
dat de heimelijke immigranten voortaan
zouden worden teruggevoerd naar het land»,
uit welks haven de boot vertrokken was. Het
lot der Joodse vluchtelingen wordt nog ver
ergerd, doordat het transport doorgaans ge
schied met oude, totaal ongeschikte schepen,
waarin de passagiers op ergerlijke wijze zijn
samengeperst. Het hele probleem der „ver
plaatste personen," dus óók dat der Joden,
dient door de Ver. Naties afdoende te worden
opgelost. Maar van belang is mede, dat „de
wereld." het deel ervan tenminste, dat uit
gaande van een geestelijk principe, zijn han
delingen bepaalt, er sympathie voor heeft.
De analyse der politiek doet altijd weer stui
ten op „machtskwesties" en het ware te wen
sen, dat het immigrantenvraagstuk daar niet
aan geofferd zal worden.
NIEUW AMERIKAANS CREDIET AAN
FRANKRIJK?
Amerika staat op het punt, Frankrijk
een nieuw crediet van 50 millioen dollar
te verlenen voor de aankoop van over
tollige goederen in de V.S.
RECTIFICATIE.
In ons blad van 11 Juli jl. maakten wij
melding van knoeierijen met horlogever-
guimingen, waarbij de indruk werd ge
wekt dat de Vakgroep Uurwerkmakers
mede in de fraude was betrokken, het
geen niet het geval was. Wij stellen dit
met genoegen vast