Tweede Kamer verlaagt tarief heffing ineens
't Verklaarde
1 uitzicht
Zonen van één vaderland te Rijssen bijeen
Bevin doet verslag van Moskouse conferentie
NIEUWE LETOSCHE COURANT
9
VRIJDAG. 16 MEI 1967
WETSONTWERP ZONDER
STEMMING AANGENOMEN
Een monetair paardemiddei De mi
nister schiet een bres in zijn eigen
stelling Een bewindsman, die werd
overgeslagen Spanning in de Kamer
Een beschadigde hoeksteen Klein
ministeriëel fiasco.
(Van onze Parlementsredactenr)
Het resultaat van de voortgezette be
handeling van het wetsontwerp Vermo
gensheffing ineens is geweest, dat de
Tweede Kamer Woensdagmiddag ten
slotte zelfs zonder hoofdelijke stemming
haar goedkeuring er aan hechtte. Maar
niet dan, nadat een amendement-Teu-
lings (KVP) was aangenomen, waarbij
het tarief over de gehele linie werd ver
laagd met 20 pet., zodat dit thans oploopt
van 4 tot 20 pet, in plaats van 5 tot 25
pet. De minister was er niet in geslaagd
de bezwaarden geheel te overtuigen, doch
tenslotte stapte de heer De Wilde (a.r.)
over zijn bedenkingen heen en verklaar
de vóór te zullen stemmen. Dr Bierema
(Vrijh.) daarentegen bleef zijn bezwa
ren te groot vinden en verkreeg van de
voorzitter dan ook de aantekening, dat
hij en zijn fractiegenoten geacht werden
te hebben tegengestemd.
De replieken
Bij de replieken handhaafde de heer Teu
lings zijn bezwaar, dat toch wel te grote
lasten op het bedrijfsleven werden gelegd,
terwijl hij opnieuw aandrong op bespoedi
ging van het einde van de geldblokkering.
Ook de heer De Wilde (a.r.) was nog lang
niet tevreden en toonde nogmaals aan, dat
de heffing in zeer veel gevallen onbillijk zal
werken. Overigens spreekt het vanzelf, dat
er geen enkele belasting is. die niet in be
paalde gevallen tot onbillijkheden zal lei
den. Dat de minister toezegde in bepaalde
gevallen (waarop ook de heer v. d. Weij-
den (KVP) wees) de hardheidsclausule soe
pel te zullen doen toepassen, nam deze be
zwaren slechts gedeeltelijk weg. Ook achtte
oud-minister de Wilde de budgetaire bete
kenis van de heffing te gering, dan dat zij
het leggen van deze zware last op het be
drijfsleven zou rechtvaardigen. Waartegen
over minister Lieftinck opmerkte, en o.i. niet
zonder grond, dat het niet aangaat, de be
tekenis van deze maatregel te isoleren en
haar niet te zien in samenhang met de
andere maatregelen, nl. de geldsanering, de
conversie van de langlopende leningen, de
budgetaire sanering en de consolidatie van
de vlottende schuld.
Verheugd was de minister over de mede
deling van mr de Wilde, dat hij inzag, dat
het paardemiddei van deze heffing ter be
reiking van het monetaire doel van de a£-
wikkkeling der geldsanering was te billijken.
Hij zeide ronduit te betwijfelen, of er wel een
ander, beter middel zou zijn, en achtte dit
's ministers sterkste motief voor zijn voor
stel. Hij sloot zich opnieuw aan bij de heer
Teulings, die verlaging van het tarief en
wegzuigen van het overblijvende geblok
keerde geld in een gedwongen lening wilde.
De heer v. d. Feltz (CH) bleef bij zijn aan
vankelijke opvatting, dat een gedwongen
lening beter zou werken dan deze heffing
ineens.
Afwikkeling geldsanering.
Tegen de heer Teulings voerde prof. Lief
tinck aan, dat er inderdaad moeilijkheden
kunnen ontstaan voor de effectenbezitters.
Deze kunnen echter worden verlicht, wan
neer een oplossing wordt gezocht in de vorm
van een bepaalde waardering der effecten.
De minister voelde niets voor verlaging van
bet tarief. Dit is zo uitgeknobeld, dat theo
retisch de Vermogensaanwasbelasting en
deze Heffing ineens tezamen een bedrag
moeten opbrengen, gelijk aan de nog geblok
keerde gelden. Practisoh wordt hierdoor na
tuurlijk niet a*l het geblokkeerde geld weg
gezogen, omdat verschillende bezitters van
geblokkeerd geld niet onder een van beide
belastingen vallen, terwijl de heer Teu
lings voorts had gewezen op de bres, die de
minister in zijn eigen stelling had gescho
ten, door de heffing ineens niet alleen met
geblokkeerd geld, maar ook met staatsobli
gaties betaalbaar te maken. Ja, zei minister
Lieftinck, deze bres is er inderdaad, maar ik
ben bereid, de betailingsmogelijkheid met
staatsobligaties uit de wet te lichten, als de
heer Teulings afziet van de gewenste tariefs
verlaging! Natuurlijk ging de heer Teulings
hier niet op in. Het gevolg zou immers zijn
geweest, dat de liquiditeitsmoeilijkheden van
verschillende bedrijven nog zouden zijn ver
hoogd, omdat een betrekkelijk voordelige be-
talingsmogelijkheid zou zijn weggenomen
Voorts maakte de minister er bezwaar tegen,
onmiddellijk een gedwongen lening uit te
schrijven, zodra de wet in het Staatsblad is
gekomen, om een einde te maken aan de
geldblokkering, omdat hij hiervan een kunst
matige stijging van het rentepeil vreesde.
Wel zegde hij toe, het uitschrijven van deze
lening ernstig te zullen overwegen na af
loop van de wettelijke termijn, waarin de be
taling der heffing ineens moet zijn ge
schied.
Het amendement-Teullngs.
Bij de artikelsgewijze behandeling kwamen
enkele amendementen aan de orde. Het
voornaamste was dat van de heer Teulings
tot verlaging van het tarief met 20 pet., over
de gehele linde. Klaarblijkelijk was de bode
vergeten, een exemplaar van het gestencilde
amendement aan de minister te overhandi
gen. Hij vroeg dan ook het woord: Ik hoop,
dat ik niet te veel vraag, als ik de voorzit
ter verzoek, het daarheen te leiden, dat ik
vóór de bespreking een exemplaar van het
amendement ontvang! Aan welk verzoek
uiteraard haastig werd voldaan.
Nadat de heer Teulings zijn amendement
kort had toegelicht, de heer Bofstra (Arb.)
had verklaard, dat de kamer beter zou doen,
de wijziging niet aan te nemen, hierin ge
volgd door de heer Wagenaar (comm.) en mr
de Wilde (a.r.) juist het tegendeel betoogde
en er op wees. dat aanneming van het amen
dement het gehele wetsontwerp aanvaard
baar maakte, kreeg de minister het woord.
Het was toen ademloos stil in de kamer.
Want nu zou het erom spannen. Zou de mi
nister verklaren, dat verlaging van het ta
rief onaanvaardbaar zou zijn en dat hij, in
dien het amendement zou worden aange
nomen het gehele wetsontwerp zou intrek
ken?
Het was te verwachten, dat de minister in
ieder geval afwijzend tegenover het voor
gestelde zou staan. Hij betoogde nogmaals,
dat de heffing een integrerend bestanddeel
van het gehele saneringsplan uitmaakte. Hij
wees nogmaals op de nauwe relatie tussen
het wetsontwerp en de afwikkeling van de
geldblokkering Hij. noemde aanneming van
het amendement het afslaan van een hoek
van de hoeksteen van het gehele sanerings
plan, waardoor de uitvoering van het plan
zou worden bemoeilijkt. Het enige voordeel,
dat het amendement met zich zou brengen,
zou zijn, dat de gehele, of nagenoeg de ge
hele kamer voor het wetsontwerp zelve zou
stemmen. Hij sprak echter geen veto uit en
liet de beslissing aan de kamer over. Deze
nam de beslissing door het amendement te
aanvaarden met 49 tegen 34 stemmen. Tegen
stemden de leden van de Partij van de Ar
beid en de Communisten.
Italië: van Scylla
in Charybdis.
Minister Fiévez tijdens zijn rede voor de massale landdag van oud-strijders, welke gisteren
te Rijssen werd georganiseerd door de Stichting Landelijk Oorlogsmonument en het Comité
„Ereschuld en Dankbaarheid".
MINISTER FIEVEZ SPRAK OP
LANDDAG' OUD-STRIJDERS
Rijssen ontving gisteren ongeveer
60 (Kt oud-soldaten, die ruim 7 jaar gele
den voor Nederland op de bres stonden.
Reeds Woensdag heerste een feeststem
ming in het stadje. Enkele honderden
oud-soldaten uit ver afgelegen plaatsen
waren reeds aanwezig, alsmede gen. H. D.
Winkelman, ds P. Rootsma, oud-leger-en
vlootpredikam/t, mgr Noordman, oud-aal
moezenier, ds Harrestein., oud-veldpredi
ker en overste Van Grofceluis van Onstein.
Gisteren volgde de eigenlijke landdag,
waar allereerst het woord werd gevoerd
door minister Fiévéz, die o.m. zeide, dat
men niet in de eerste plaats bijeengeko
men was om de strijd van Mei 1940 te
herdenken, maar om getuigenis af te leg
gen van één der blijvende waarden, die
deze strijd heeft geschonken: „de kame
raadschap, het saamhorigheidsgevoel, het
besef, dat wij, bij alle verscheidenheid,
zonen zijn van één Vaderland". In dit ver
band merkte de minister nog op, dat het
spreken over het „oude leger" in tegen
stelling tot het leger van thans, onjuist is.
Er is slechts één Ned. leger, of beter één
Ned. strijdmacht. Gen. Winkelman rele
veerde eersf het door de Ned. militairen
in Mei 1940 gepresteerde, waarna spr. er
op wees, dat men bij een vrede zo licht
vergeet, dat wat op het gebied van de
landsverdediging werd verwaarloosd, niet
in korte tijd kan worden ingehaald als ds
nood aan de man komt. Men ziet nu al
weer symptomen die op eenzelfde men
taliteit wijzen, als ons na de eerste we
reldoorlog zo ontzaglijk veel kwaad heeft
berokkend. Er gaan al weer stemmen
op om de bezuiniging op de weermacht
In Londen werden verschillende officieren van de R.A.F. gisteren dooi Prins Bernhard
onderscheiden, uit erkentelijkheid voor hun aandeel in de bevrijding van ons land. Hier
speldt Z.K.H. het Nederlandse vliegerkruis op de borst van Wing-commandant J. Grey.
toe te passen. Dit is niet anders dan egoïs
me". Tenslotte spoorde de generaal de
oud-strijders aan actief aan de ering van
de gevallen kameraden door een nationaal
monument deel te nemen en de invaliden
en achtergelaten betrekkingen te blijven
steunen. Als laatste spr. wees lt.-gen. J. J.
G. baron var. Voorst tot Voorst op de be
tekenis van de strijd in de Meidagen 1940
en noemde nog enige staaltjes van het
misbruik maken van de Ned., uniform, van
de krijgsgevangenen en andere misdadige
feiten, gepleegd door Duitsers of Duits-
gezande verraders. „De Ned. soldaat van
het eerste oorlogsuur heeft overal zijn
plicht tegenover het vaderland trouw ver
vuld".
MINISTER HUYSMANS BEZOEKT
IERSE HOOFDSTAD.
Minister dr G. W. M. Huysmans zal op
20 dezer voor een bezoek van enkele da
gen naar de Ierse hoofdstad, Dublin, ver
trekken, mede ter bestendiging van het
economische verkeer tussen beide landen.
Een wankele economie vormt geen ge
schikte basis voor een stevige, hechte poli
tiek. Oók in Italië demonstreert zich hetzelf
de na-oorlogse verschijnsel als in verschei
dene andere landen en hierin kan geen ver
betering worden gebracht, als het Duitse
vraagstuk, dat zeer nauw met het herstel
van Europa verbonden is, geen oplossing
verkregen heeft. De oplossing hiervan wordt
vertraagd door de spanningen tussen Ame
rika en Rusland. De Gasperi beseft, dat hij
er zonder de steun van Amerika niet komt.
En anderzijds, wat kan hij bereiken met een
scherper linkse oppositie van Nenni en de
communisten? Zonder dollars geen even
wichtiger economie. Met een toegespitste op
positie, de kans op arbeidsconflicten en sta
kingen; looneisen, die voor geen inwilliging
vatbaar zijn. Zoo wacht het nieuwe Italiaan
se kabinet de keuze tussen Scylla en Charyb
dis. De leer van Truman, die de Europese
staten met credieten en militair materiaal
wil volstoppen, houdt in, dat deze hulpver
lening er één is, ten gunste der „democrati
sering". Truman steunt geen sowjet-filialen,
die de Russische expansie bevorderen. Italië
blijkt een bodemloze put te zijn, waar de
import van voedsel, energie, brandstoffen en
materialen in verdwijnt. Dat land geraakt
steeds dieper in het finantieële moeras, om
dat tegenover de import geen export van
beteekenis staat; de verleende credieten
slechts door vage beloften gedekt zijn. De
hulpverlening door de UNRRA, officieel
reeds geschrapt, houdt op en de „Wereld
bank" verstrekt credieten, als er een mo
gelijkheid is, dat het beoogde „herstel" wordt
bereikt. Amerika steunt alleen dèn, als Italië
den Rus de rug toekeert en de toegestoken
hand van Truman niet met één slappe, maar
met beide handen stevig vastgrijpt. Na lange
aarzeling stuurt de Gasperi aan op een bre
dere, sterkere coalitie, waarschijnlijk zonder
de communisten, hetgeen nieuwe onrust en
stakingen tengevolge kan hebben. Is Rusland
bereid, dat zelf op dollarleningen speculeert,
de economische basis van Italië te verbre
den? Wie lacht daarLeningen, impor
ten, geringe export, het voortschrijdende ge
vaar van inflatie, voorwaar geen aanlokke
lijk beeld voor een nieuwe Italiaanse rege
ring. In het kabinet de Gasperi steunden de
linkse elementen de regeringsmaatregelen,
buiten het kabinet waren zij als „partij" op
positie, precies even tweeslachtig als Rama-
dier ondervonden heeft. De uiterst rechtse
groepen vormen er bovendien het „neo-fas
cistisch" gevaar. De speculatie van de Gaspe
ri op de mogelijkheid tot eendracht der ver
schillende partijen, in het belang van het
Italiaanse volk, betekent: planken wil
len zagen van vermolmd hout. Het
ziet er eerder naar uit, dat Italië met behulp
van Amerika of Rusland een of andere dic
tatuur tegemoet gaat. Aan een „nationaal"
kabinet of een „kabinet d'affaires" kan nooit
een lang leven beschoren zijn. Dit schuift
de moeilijkheden op de lange baan, maar
lost ze niet op. De linkse socialisten van
Nenni en de communisten willen geen ver
tegenwoordigers der redhtse partijen in het
nieuwe kabinet opnemen. De rechtse socia
listen, sterk in de minderheid, en onder lei
ding van Saragat, willen de bredere basis
wel. De partij van de Gasperi, die der Chris
ten-democraten, telt 207 leden in de „Con
stituante", die 556 afgevaardigden heeft en
vormt dus steeds een middenblok „op de
wip", niets kunnende uitrichten bij een felle
oppositie van uiterst rechtse of linkse par
tijen. Alus dus aan een der oudere staats
lieden. Orlando of Bonomi, wederom wordt
opgedragen een „3-partijen-regering" te vor
men, wordt er niets bereikt, want de Chris
ten-democraten, socialisten en communisten
vormden een zonderling amalgama! Bij de
verkiezingen voor de vertegenwoordiging op
Sicilië, 20 April jl.t steeg het communistisch-
socialistisch blok in stemmenaantal van 20
pet. in 1946 tot ruim 38 pet. in 1947, terwijl
de Christen-democraten deelden van 33 tot
26 pet. Wat zich op Sicilië demonstreerde,
kan als maatstaf gelden voor heel Italië,
maar het ligt niet voor de hand, dat de ge
matigde koers van de Gasperi kan worden
voortgezet. Er moet een keuze worden ge
daan en wel nu. Zonder die keuze worden
de Europese staten kapot geknepen tussen de
tang van twee buitenlandse ideologieën.
OVERBEVOLKING OORZAAK
CRISIS IN BRITSE ZONE
Ernest Bevin, de Britse minister van
Buitenlandse Zaken, drong tijdens de
debatten over de buitenlandse politiek in
het Lagerhuis aan op beter internationaal
begrip. „Wij hebben nu een duidelijk in
zicht in onze positie, zodat er wellicht
een of andere oplossing kan worden ge
vonden. Indien echter op de Londense
conferentie in November Oost en West
niet op een meer bevredigende wijze tot
elkaar worden gebracht", aldus Bevin,
„kan niemand voorspellen, welke weg de
wereld zal inslaan".
Over het niet-totstandkomen van het
door Amerika voorgestelde Viermogend-
hedenverdrag was Bevin zeer bezorgd.
Hij sprak de hoop uit, dat vóór Novem
ber de gewenste atmosfeer geschapen
zal zijn, zodat een begin kan worden ge
maakt met een verdrag van deze aard.
Het huidige gebrek aan voedsel in de
Britse zone van Duitsland weet Bevin
aan overbevolking, waardoor de levens
standaard daar lager kwam te liggen dan
in andere minder dik-bevolkte ge
bieden. Ook in de komende drie maan
den zal het gebrek aanhouden, aldus
Bevin, ofschoon de vooruitzichten wat
betreft de invoer van graan voor Mei en
Juni veel beter zijn dan voor de afge
lopen maanden.
Bevin had met Stalin gesproken, naar
hij verklaarde, over een herziening van
het Brits-Russische verdrag. Ook Stalin
was van mening, dat de besprekingen
moesten worden voortgezet.
Namens de oppositie verklaarde Eden,
de vroegere Britse minister van Buiten
landse Zaken, dat naar zijn mening te
Moskou geen overeenstemming werd be
reikt door de stijfhoofdigheid van de
Sow jet-Unie.
Nogmaals: ivelke vlag krijgt
Oost'Indonesië
In het Oost-Indonesisch parlement ver
klaarde het lid Daeng Maradja Lamaka-
rate, dat de instelling van de nieuwe
staat direct verband houdt met de strijd
van de republiek Indonesia. Spreker
was onaangenaam getroffen, doordat het
politiek manifest niet spreekt over
Nieuw Guinea. Het lid Adandilolo wens
te geen uitbreiding van de rood-witte
vlag met een gele baan, doch wenste een.
gele wimpel op die vlag. Dr Bergema
sprak in het Maleis, hetgeen een applaus
van andere leden uitlokte, en drong aart
op scheiding van kerk en staat. Het lid
Mongko Lamba Talasa vroeg aftreden
van het Kabinet.
LAATSTE REIS „VOLENDAM"
ALS TROEPENSCHIP.
De „Volendam" vertrok Woensdag
voor de derde en laatste maal na de be
vrijding als troepenschip naar Indië, thans
met 2500 man aan boord. De manschap
pen werd in de Rotterdamse haven
uitgeleide gedaan door generaal W. K. J.
Baay, commandant van de tweede divi
sie. Na haar terugkeer in Nederland zal
de „Volendam" weer als passagiersschip
worden ingericht