Voorburgs torentje geen basiliek voor Moskou
Franco's plan is handhaving van zijn regiem
't Verklaarde
i:
1 uitzicht
Regeering en
Indisch ambtenaar
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
9
WOENSDAG t APRIL 1947
Belastingverlichting voor ondernemingen aangenomen
Mr JOEKES EISCHT LICHT IN KNOEIERIJEN
(Van onzen Parlementsredacteur)
Men vraagt zich wel eens af, of de openbare behandeling van een zoo technisch
wetsontwerp als de Belastingherziening 1947, die gisteravond door de Tweede Kamer
z.h.st. werd aangenomen, zin heeft. De meeste Kamerleden plegen zich afzijdig te
houden en laten de debatten over aan de deskundigen. Over het algemeen zijn buiten
de sprekers maar weinig leden aanwezig en het is de vraag of deze luisteren!
Alleen bij de stemmingen blijkt plotseling, dat in de koffiekamer en de wandel
gangen heel wat volksvertegenwoordigers zijn ondergedoken.
Rijst positie door het critieke
punt heen
Lord Killearn, de bijzondere Britsche
commissaris in Z.O.-Azië verklaarde aan
het slot van de maandelijksche rijst-con-
feren-tie te Singapore, dat de verschepin
gen bestemd voor Ned.-Indië, op het
oogenblik beter doorkomen, ofschoon ge
durende Februari en Maart ernstige moei
lijkheden optraden bij de voedselvoorzie
ning rond Soerabaja en Batavia. Over
het geheel genomen, zoo zeide Lord Kill
earn, heeft Ned.-Indië echter zijn kritiek-
ste periode doorgemaakt, zoodat van
April af-verwacht kan worden, dat een
verbetering zal optreden.
Natuurlijk is de openbare behandeling,
wat den poLitieken kamt van een dergelijk
technisch wetsontwerp betreft, van groot
belang. Maar toch is het commissiewerk
hier belangrijker. Een speciale Commissie
van voorbereiding, waarin deskundigen van
iedere fractie zitting hebben, pleegde van
tevoren herhaaldelijk en diepgaand overleg
met den Minister, hetgeen, zooals mr Teu-
lings (kath.) verleden week, in de eerste
ronde, reeds opmerkte, tot verheugende
resultaten, en behoorlijke overeenstemming
had geleid. De Minister sloot zich gisteren
bij dezen lof over het voorafgegane over
leg aan.
Bij de behandeling van belastingvoorstel
len is zoowel in de Tweede als in de Eer
ste Kamer steeds een merkwaardig spel
letje gaande. Met name van anti-revolution-
naire zijde wordt steeds gepoogd van den
Minister een openlijke uitspraak te verkrij
gen over de richting,, die hij bij zijn straks
definitieve belastimgpolitiek wil volgen. De
vorige week was het de heer v. d. Heuvel
A.-R.), die den Minister hiernaar zonder om
wegen had gevraagd. Hij hoopte, dat in den
huidigen personalistisch-socialistischen be
windsman nog wel zooveel van diens ouden
Christelijk-Historischen Adam overgeble
ven was, dat hij zich zou willen distanciee-
ren van zijn partijgenoot Hofstra, die in
zij ij boek Socialistische belastingpolitiek"
het fiscale belang op den achtergrond schuift
en de fiscale politiek dienstbaar wil maken
aan zijn streven naar socialisatie.
Mr Teulings (Kath.) ging oogenschijnlijk
minder ver dan de heer v. d. Heuvel, want
hij meende, dat er nu nog geen reden was
om ongerust te Zijn, en dat hij altijd nog
wel uit den trein zou stappen, wanneer zou
blijken, dat het eindstation inderdaad socia
lisatie zou zijn.
Minister Lieftinck liet zich echter ook.nu
weer niet positief uit. Hij betoogde, dat de
fiscale politiek afhankelijk is van de be-
grootingspolitiek. waarbij verschillende so
ciale en economische denkbeelden hun con
cretiseering op papier vinden. Daardoor
wordt het bedrag, dat de overheid noodig
heeft, vastgesteld en dan pas kan worden
bekeken, hoe dit over de verschillende be
lastingbronnen moet worden omgeslagen.
Hierbij moet wel ter dege gerekend worden
met sociale en economische gevolgen. Den
heer v. d. Heuvel antwoordde de Minister,
dat hem niet gevraagd mocht worden naar
zijn staatkundige denkbeelden, want die leg
gen geen gewicht in de schaal. Ik sta hier,
aldus minister Lieftinck, niet als lid van de
Partij v. d. Arbeid, doch als raadgever der
Kroon. Overigens meende prof. Lieftinck, dat
de zaak wel wat somber werd ingezien en
„dat het spitse torentje van Voorburg werd
aangezien voor een basiliek in het Kremlin!"
Het richtsnoer, dat de bewindsman voor zijn
politiek neemt wordt gevormd door een
streven naar: sociale rechtvaardigheid en
economische doelmatigheid.
Terecht merkte de heer v. d. Heuvel in
zijn repliek op. dat niemand de juistheid van
deze reisgidsen zal betwisten. Alleen, deze
woorden zeggen zoo weinig. En tegenover
mr Teulings (Kath.) merkte hij op, dat hij
liever niet in een trein naar het Kremlin
stapte, ook al ging deze over Utrecht, waar
de heer Teulings (in beeldspraak) zou willen
Uitstappen, want je weet van te voren nooit,
of zoo'n gevaarlijke trein wel werkelijk zal
stoppen
Overigens kwam ue viaag naar ae princi-
pieele belastingpolitiek bij dit wetsontwerp
feitelijk niet aan de orde. Het betreft hier
immers een uitsluitend technische herzie
ning van het stelsel, noodig om den belas
tingdruk op ondernemingen te verminderen,
gecompenseerd door een verhooging der om
zetbelasting en de invoering van een weelde
belasting. Zelfs de heer Hofstra (Arbeid)
had zich verleden week een. zij het niet
van harte, voorstander van vermindering van
belastingdruk op het bedrijfsleven ge
toond. Hij deed deze mededeeling echter
vergezeld gaan door een philippica tegen de
ondernemers wier ondernemingslust ver-
minderde om de hooge lasten. Zij waren
volgens hem zedèlijk verplicht hard te wer
ken, om Nederland er weer boven op te
krijgen Tot ons genoegen ging deze phi
lippica den Minister te ver, terwijl de heer
Teulings (Kath.) zeer terecht opmerkte, dat
de arbeiders niet in deze strafpredicatie wa
ren betrokken, omdat het nogal eens voor
komt. dat deze weigeren over te werken,
omdat ze van de meer-verdienste zooveel
loonbelasting moeten betalen,
In het debat kwamen overigens allerlei
technische kwesties aan de orde, deels neer
gelegd in amendementen; in het bijzonder
vermelden wij een klein successie-oorlogje,
dat reeds in de eerste ronde begonnen was
tusschen de heeren Hofstra (Arbeid) en
Sassen (kath.). De heer Hofstra wilde het
successietarief opvoeren, terwijl de heer
Sassen hiervoor geen rechtsgrond aanwezig
achtte. Een amendement-Hofstra werd inge
trokken. nadat de Minister bezwaar had ge
maakt met het oog op de te verwachten
vermogensheffing ineens.
De heer v. d. Feltz (C.-H.) verdedigde
een amendement om de successierechten bij
vererving in rechte lijn te verlagen. Dit
kon echter geen meerderheid behalen, mede
ook omdat de Minister de financieele na-
deelen schatte op 11 millioen gulden.
Het wetsontwerp werd tenslotte z. h. st
aangenomen, evenals een wijziging van het
Besluit Ondernemingsbelasting 1942. Dit
laatste, nadat een amendement-v. d. Heuvel
(A-R) om den aftrek van z.g.n. ondernemers-
loon meer reëelen inhoud te geven, was ver-
Worpen
Een drietal na«.uralisatie-wetten gingen
onder den hamer door, terwijl op voorstel
van den voorzitter op een nader te bepalen
datum door den heer Joekes (Arbeid) een
interpellatie zal worden gehouden.
In een deel van onze vorige editie maak
ten wij reeds melding van het verzoek van
den heer Joekes, den Ministers van Ec. Za
ken, Landbouw, Visscherij en Voedselvoor
ziening, Financiën en Justitie vragen te mo
gen stellen over de fraudes en knoeierijen
In de voortbrenging, verdeeling, im- en ex
port van voor de bevolking noodige zaken.
Oom Sam: „Is dat alles wat je aan te bieden hebt?"
MONARCHISTEN DAAROM
WEINIG ENTHOUSIAST
Een groote menigte heeft zich gisteren
verzameld voor 'het voormalige konink
lijke paleis te Madrid, ter herdenking van
het einde van den burgeroorlog (1 April
1939). Franco, de Spaansche dictator, die
tot drie maal boe op het ba-Icon verscheen,
werd geestdriftig toegejuicht. Eerder op
den dag hadden eenheden van de gewa
pende macht gedurende twee uur voor
Franco gedefileerd.
De monarchisten zijn echter niet geest
driftig. De verklaring van Franco, dat
Spanje tot monarchie zal worden omge
vormd, beschouwen zij als e^n laatste
manoeuvre, waardoor het regiem-Franco
zich tracht te redden en als een aanval
op de principes der monarchie. Volgens
deze kringen zal Don Juan, de Spaansche
kroonpretendent, nooit een „machtiging
van Franco om den troon te bestijgen,
aanvaarden. Don Juan heeft verklaard,
dat Franco de mededeeling over de
Spaansche monarchie heeft gedaan, zon
der zijn voorafgaande toestemming. In
de naaste toekomst zal de kroonpreten
dent een verklaring over zijn standpunt
ten aanzien van de nieuwe wet afleggen.
Een officieele Britsche woordvoerder
heeft verklaard, dat Engeland het decreet
van Franco zal toejuichen, wanneer dit
beteekent, dat het huidige regiem ver
dwijnt. Het huidige voorstel zal echter d,e
Britsche houding ten aanzien van het re
giem niet wijzigen
WEDEROM COASTERS NAAR INDIK
VERTROKKEN
Hedenmiddag zijn de coasters „Ta rem-
pa" en „Taliwang" van de Schiehaven te
R'dam naar Indië vertrokken. Voor het
vertrek zijn de schepen door mr J. J.
Oyevaar, dir.-gen. van de Scheepvaart,
overgedragen aan een vertegenwoordiger
van het dep. van Overzeesche Gebieds-
deelen.
r
m.
Al is de ambtenaar door zijn trouw-plicht
in een democratisohen staat niet gebonden,
er een bepaalde politieke gezindheid op na
te houden, dit beteekent niet, dat hij die
gezindheid nu maar te pas en te onpas kan
ventdleeren. Zijn ambt legt hem zekere ver
plichtingen op. Immers zijn taak is de be
vordering voor zijn deel van het publiek
belang. Hij is onderdeel van het overheids
apparaat, en de overheid dient boven de
partijen te staan; zich niet te laten leiden
door het programma van een deel van het
volk, maar zelfstandig en op eigen verant-
woordelijkheid het algemeen belang te zoe
ken en het gemeenebest te bevorderen.
Ieder moet tot den ambtenaar kunnen
komen met het gevoel, dat zijn zaak op
haar innerlijke rechtvaardigheid zal wor
den getoetst. Daarom moet de ambtenaar
niet politiek op den voorgrond treden. Een
politie-agent moet b.v. niet in uniform aan
een politieke betooging gaan deelnemen en
moet nog liever heelemaal thuisblijven.
Vooral op kleine plaatsen, waar ieder hem
De gansche wereld schreeuwt om econo
misch herstel en behalve de „Big four", die
dit nijpende vraagstuk op diverse, geheel ver
politiekte conferenties onder de loupe neemt,
is er nog een ander lichaam, de economisch-
sociale raad der Ver. Naties, dat zich met dit
enorme probleem bezig houdt. Na den eersten
wereldoorlog, hebben tal van Engelsche en
Amerikaansche experts zich eveneens met
deze puzzle „Reconstruction of Europe" de
hersens afgepijnigd. De toestanden in de
landen, die door den oorlog geleden hebben,
zijn nog zeer bedroevend en het verstrekken,
van voedsel, het scheppen van mogelijkhe
den tot herstel door arbeid nog zóó primair,
dat deze steunverleening allereerst de aan
dacht blijft vnagen. vóór men aan cultureel
werk en geestelijk herstel toekomt De econo
misch-sociale-raad heeft nu een aantal com
missies in het leven geroepen, die het herstel
werk op zich zullen nemen voor Europa,
Azië en het Verre Oosten. In de eerste plaats
zal getracht worden het economisch leven
weer wat op te pompen, de activiteit te
prikkelen en de relaties tusschen de landen,
waar die afgebroken waren, opnieuw aan te
knoopen en in het algemeen, de betrek
kingen te versterken. Als de bezettingsauto
riteiten er hun goedkeuring aan geven, zul
len ook de Duitsohe economische problemen
worden bestudeerd en zal er naar gestreefd
worden het uitgebrachte advies ook in da
den om te zetten Het belangrijke dezer po
gingen is natuurlijk, weer te komen tot eco
nomische saneering van Europa, hetgeen de
voorwaarde tevens is voor een evenwichtiger
politiek. Het steenkool- en transportvraag-
stuk, waarover wij via de politieke conferen
ties reeds zooveel hebben gehoord, maken
tevens deel uit der werkzaamheden van de
reeds genoemde, Europeesohe commissie.
Alle Europeesohe leden der „Ver. Naties",
maar ook Amerika, maken deel uit van deze
commissie, die reeds in Mei a.s. haar eerste
zitting zal houden te Genève. Men over
schatte de beteekenis dier plannen echter
niet, omdat, zooals wij herhaaldelijk schre
ven. tenslotte de toekomst van Europa hoofd
zakelijk bepaald wordt, door hetgeen <f.a. te
Moskou en ook op volgende conferenties,
waar de groote. politieke richtlijnen worden
aangegeven, uiteindelijk uit den smeltkroes
te voorschijn zal komen. Tegenover Amerika-
Rusland kan slechts een „blokvorming" vati
andere Europeesche staten een gering tegen
wicht vormen. De aandacht verdient mede.
dat eerst in de toekomst, ook landen als Hon
garije, Bulgarije en Roemenië in de „Ver.
Naties" vertegenwoordigd zullen zijn. De
economisch -sociale raad heeft óók haar sanc
tie verleend aan een program, dat ingediend
was door „het internationaal noodfonds voor
steunverleening aan kinderen uit de ver
woeste gebieden". Dit is van zeer groot be
lang. aangezien de organisatie, welke U.N.
RJtA. heet, en die zich met deze steunver
leening belastte, werd opgeheven Wel hoopte
de U.NRJt.A. het programma voor Europa
nog vóór 30 Juni beëindigd te hebben, maar
dan zijn de kantoren van deze organimtie
ook voor goed gesloten. Het was nood^nkeiiik,
dat de U.N.RJRA. haar werkzaamheden nog
eenige maanden voortzette "v
cieel de taak op 31 December JX reeds be
ëindigd was. De plaatsvervangende directeur,
Jackson, heeft bij herhaling te kennen ge
geven. dat de meeste landen, wat de voed
selvoorziening betreft, nog niet op ei pen boe
nen kunnen staan en aangezien er geen
andere internationale organisatie in het ver
schiet was. om die taak over te nemen, voor
zag hij verdere ondervoeding met alle gevol
gen van dien. Er werd o.a. voedsel gezonden
naar.de Oekraïne. Oostenrijk, Grieken
land, Italië, China.
De U.NJtHA. had, in het algemeen, met
de steun der publieke opinie en volgens den
reeds genoemden Jackson ontstonden er mis
verstanden inzake werkwijze en doel dezer
organisatie, tengevolge van onjuiste en on
tactische verklaringen door diverse autori
teiten: Toevallig lazen wij in „La Tribune
des Nations" de opmerking, dat de U.NHJIA.
tengevolge van een „beteekenisvolle wijzi
ging" in den internationalen politieken toe
stand. haar einde vond. Zij moest wel ver
dwijnen. want juist in het tijdperk, dat zfl
werd opgericht, brak de wereki, die men.
„vereenigd" dacht, in stukken uiteen.
In landen, waar economische ondergang ett
hongersnood heerschen, kan het vraagstuk
der „wed er-op voeding" en cultureele vor
ming onmogelijk ter hand genomen worden;
alle pogingen dienaangaande zullen onvrucht
baar blijken te zijn. In dit verband, valt dan
ook de instelling van een Europee-x:he com
missie van den economisch-socialen raad zeer
zeker toe te juichen. Buiten de „groote-mo-
gendih eden-politiek" om, kan hier nuttig
werk worden verricht.
Een Canadees van Ned. afkomst, R.
Plomp, heeft het initiatief genomen tot op
richting van een „Ned. Centrum" in zijn
woonplaats Calgary (Alberta).
kenit, betracht hij in deze dingen niet de
noodige terughoudendheid. In dat geval is
hij ongeschikt en moet hij uit den dienst
verwijderd worden.
Is nu door Indische ambtenaren, die
het met de Regeeringspolitiek niet eens
zijn, die voorzichtigheid niet voldoende
getoond? Het is wel mogelijk, en dan zal
men erin moeten berusten, dat die men-
schen worden ontslagen. Ma-ar dan ook
alleen diegenen, die zich hebben mis
dragen, en niet maar zonder onderscheid
allen, die dat misschien wel hadden
kunnen doen, maar die zich voldoende
van hun ambtsplichten bewust zijn ge
weest om het na te laten. Dergelijke
menschen verdienen een „pluim". En het
zou al heel onrechtvaardig zijn, om op
dien grond maar alle tegenstanders uit
te sluiten. Trouwens gaan de voor
standers van de Regeeringspolitiek in dit
opzicht nooit over de schreef?
Er is nog een derde mogeklijheid. Een
ambtenaar heeft zich te houden aan de
instructies en richtlijnen, welke hij van
zijn chefs krijgt. Hij kan het met die
aanwijzingen eens zijn of niet. zijn plicht
is loyale gehoorzaamheid. Ook hierin
zijn wellicht sommigen tekort geschoten,
maar ook dan weer is er geen reden om
allen maar over één kam te scheren. Of
laat onder de tegenstanders der Regee
ringspolitiek die loyale gehoorzaamheid
op zoo groote schaal en zoo algemeen te
wenschen over, dat de Regeering meent
het niet eens met dit soort menschen te
hoeven probeeren, omdat het in twee
van de drie gevallen toch mis gaat? Wq
weten er niets van. Als dat zoo is. heeft
minister Jonkman het goed geheim ge
houden.
Wij hebben zoolang bij deze beslissing
van de Regeering stilgestaan, omdat wij
haar hoogst bedenkelijk achten Con
stitutioneel, maar ook in ander opzicht.
Daar zijn in Nederland gelukkig nog
vele jongens, die zien, dat de Nederlan
der, hoe het ook gaat, daarginds nog een
groote taak heeft. Weliswaar zijn er an
deren, wien de lust nu de goede jaren
voorbij schijnen te zijn, vergaan is. maar
aan die menschen bestond ook niet de
meeste behoefte.
Nu dreigt de Regeering door deze be
slissing een groote groep menschen. die
met idealisme en liefde voor dat land
zijn bezield, den pas af te snijden. Is dat
verantwoord? Kan men bij de onmete
lijk zware taak daarginds onverschil
lig of het Indië of Indonesië heet zoo
makkelijk al die handen missen?
I en H reap, in het nr van 29
I April.