Vijf minuten gast van den Belgischen premier „Nat.-Soc. pleegde verraad aan zichzelf" 't Verklaarde "et uitzicht NIEUWE LEID SC HE COURANT DINSDAG es FEBRUARI 1947 HIJ VERTOEFDE EEN DAG IN NEDERLAND (Speciale N.L.C.-reportage.) Camille Huysmans, minister-president van België, arriveerde gistermiddag met zijn echtgenoote in Nederland. Zoo juist per auto uit Brussel in Den „Neen, mijnheer.... dèar vertel ik U niets van. Dat is politiek, weet U, en politiek is banaal". Smeuiger dan ooit klinkt op dat oogen- blik het Vlaamsch, dat België's minister-pre sident spreekt. Dan, ten teeken dat hij het welletjes ge vonden heeft, stelt hij óns een vraag: „Nog iets van Uw gading?" De Belgische minister-president, Camille Huysmans, arriveerde gistermiddag, voor een verblijf van één dag, in Nederland. Op de Belgische ambassade in Den Haag maakte onze fotograaf dit ongedwongen plaatje. Van links naai* rechts*.Camille Huysmans, mevrouw Nemry, echtgenoote van den Belgischen ambassadeur, mevrouw Huysmans en de Belgische ambassadeur, de heer L. C. Nemry. (Exclusieve opname Nieuwe Leidsche Crt.) Haag aangekomen, stond hij ons in een van de ontvangzalen van de Belgische ambassade aan de Jacob Catslaan een bliksem-inter- view toe. „Maak het kort, mijniheer," zegt hij, „het is nu vijf uur, ik heb nog een boel te doen. Om zes uur moet ik dineeren en om acht uur heb ik beloofd in .Kunst en Weten schappen" te spreken." Een prachtige figuur, deze Camille Huys mans. Lang en slank een markante kop. Grijzig, stug haar, dat in manen op het ach terhoofd hangt. Met de handen in de zij staat hij ons ie woord. „Hebt U een goede reis gehad?" vragen Wij hem. „O ja, een prachtige reis. Overal ligt de sneeuw nog zeer dil$ en dat is een schoon geziaht." „Hoe lang blijft U in ons land?" „Eén dagje maar; morgenmiddag om zes uur moet'ik weer in Brussël zijn om den mi nisterraad bij te wonen. En dat kan.wel eens &heel belangrijk worden," antwoordt hij met een knipoogje. „Is dit voor de eerste maal, dat U in ons land bent?" „Wel neen," zegt Camille'Huysmans haast beleedigd. „Ik ben een oude rat in Den Haag. In 1916 en '17 woonde ik anderhalf jaar in deze stad en ik heb er de mooiste her inneringen aan bewaard. Na dien tijd kwam ik nog herhaaldelijk in Nederland; sinds ik minister-president ben is dit echter de eerste keer." „Gaat België goed vooruit?" „Natuurlijk, evenals ieder land zich lang zaam maar zeker herstelt van de bekomen verwondingen. Vanzelfsprekend zijn er nog vele sociale vraagstukken op te lossen. Hoofdzaak is, dat wordt ingezien, dat men alleen met gezond verstand het doel kan be reiken. Onze landen moeten samenwerken, nauw samenwerken, om als het noodig is de greep van buiten te kunnen weerstaan." „Zoudt U ons nog iets over de Belgische Koningskwestie willen vertellen." Het vriendelijke gezicht van onzen gast heer verstart een oogenblik. Dan, gelukkig, ontspant het zich weer; de diepe groeven in zijn wangen vervagen in een ironischen laah: GELRE'S NSB-COMMISSSARIS OP VRIJE VOETEN Het Nijmeegsche Tribunaal heeft gisteren ir H. Hondius, oud-commissaris van de Prov. Gelderland en oud-wethouder van Nijmegen, veroordeeld tot 1 jaar interneering met af trek van preventief, zoodat hij onmiddellijk in vrijheid gesteld wordt. Hem werden de kiesrechten ontnomen en de macht een open baar ambt of openbare functie to bekleeden, terwijl de goederen, die aan derden in bruik leen zijn gegeven, verbeurd werden verklaard. DE E.V.C. NAAR HET REPUBLIKEINSCHE VAKBEWERINGS-CONGRES. De E.V.C. heeft de uitnoodiging van de In donesische vkbeweging, om aeind April haar congres bij te wonen, aanvaard. De voorzitter der E.V.C., B. Blokzijl, zal worden afgevaar digd. „Heel graag, Excellentie, een foto".... „Vooruit dan maar".... En juist als de blitzlampen met hun fèl- trekkend Hoht de beelden op de plaat hebben vastgelegd, komt „Profilti" zich aanmelden met het verzoek „of de minister-president van België één minuut op de film tot het Nederlandsche volk wil spreken." Camille Huysmans is een té joviaal man, om Nederland die eene minuut te weigeren.. DE IMPASSE (Vervolg van Pag. IJ Sindsdien echter is gebleken, dat deze in terpretatie in het geheel niet de zienswijze der inheemsche delegatie vertolkte. Met an dere woorden, de Ned. Regeering heeft, on danks alle voorlichting van de C.-G., de oor spronkelijke overeenkomst volgens de an dere party onjuist uitgelegd. Wij laten thans maar rusten, dat dit weer een bewijs oplevert van de hooggeroemde staatsmanswijsheid der Commissie-Generaal. Van belang is, dat de Ned. Regeering en de meerderheid der Tweede Kamer van de oor spronkelijke overeenkomst van Linggadjati een interpretatie hebben aanvaard, welke, mede door de motie-Romme-Van der Goes van Naters? voor haar een. bindende inter pretatie is. Weliswaar had minister Jonkman in de Tweede Kamer nog verklaard, dat wel licht ook de inheemsdhe delegatie een bij drage voor de juiste interpretatie zou kun nen leveren, doch intusschen werd toch maar de interpretatie der Ned. Regeering als de eenig bindende aangenomen. Zoo wilde de Regeering met de Tweede Kamer de overeen komst van Linggadjati uitgelegd zien, en niet anders. En indien in de verklaring van mi nister Jonkman nog eenig uitzicht op en. eenige ruimte voor een andere interpretatie mocht zijn gelaten, dan werd dit lek toch volkomen gestopt door de op haar beurt bin dende motie-Romme-Van der Goes van Naters. In dit licht en in geen ander moet men de verklaring lezen en beoondeelen, welke het bestuur der Partij van den Arbeid thans heeft afgelegd. De fractie van deze Partij in de Tweede Kamer heeft met haar motie zichzelf en, naar wij mogen aannemen, de Partij aan een bepaalde interpretatie van Linggadjati gebonden. De delegatie van „par tij genoot-S jahrfrzooals Van der Goes van Naters hem noemde blijkt deze inter pretatie niet te „nemen". Welnu, dan is, blij kens zijn verklaring, het bestuur der Partij van Arbeid bereid het opzijschuiven van de vindende motie-Romme-Van der Goes van Naters te bevorderen. Het Is indeerdaad een mander om uit de impasse te geraken, een manier, welke trou wens in de concessiepolitiek past. Maar is het een manier, welke op haar beurt dóór de R.-K. Volkspartij zai worden geno men? Dat is het, wat wij wagen te betwij felen. Te Versailles is begonnen het proces tegen Paul Baudoin, na den val van Frank rijk hoofd van het Ministerie Van. Buiten- landsahe Zaken te Vichy. AUTEUR HENRI BRUNING VOOR TRIBUNAAL (Van een onzer verslaggevers) Een merkwaardige figuur vormde de be kende letterkundige en* schrijver, Henri Jos. Bruning in de verdadhtembank van het Haag- sdhe Tribunaal. Zoo felle artikelen en bro chures als hij tijdens- de bezetting schreef, zoo vaag en ontwijkend in zijn beschou wingen was hij thans, nu hij zijn houding die zoo bijzonder fnuikend was voor het verzet van ons volk, had te verdedigen. Eigenlijk kwam men niet veel verder dan: „Ik was schrijver, en leefde afgezonderd en sprak en hoorde vrijwel niemand", en „Ik handelde uit idialistiscbe overwegingen. Te recht werd van de zijde van het tribunaal opgemerkt, dat in zijn beschouwingen Bru ning wel degelijk in de practijk van het leven stond, en het overigens ook hetzelfde blijft, of men voor dertig zilverlingen, dan wel uit idialisme verraad pleegt. Van de vele feiten, die aan B. ten laste waren gelegd, zij ver meld dat hij lid der N.S.B. was, artikelen schreef met nat. soc. strekking in „Vova"; „De Waag" en „De Schouw", van welke bla den hij ook eenigen tijd redacteur was, ter wijl in Sept. 1914 B. begunstigend lid der SB. werd. In het vormingskamp van het Studenten front had B. voordrachten gehouden, „Uit eigen werken voorgelezen", aldus beschul digde. Reeds voor den oorlog was B. een „Verdi- naso"-bewonderaar, en volgens zijn verkla ring had dit hem tot de N.S.B. gebracht, ten einde „de scheppende kracht van ons volk tot eenheid te brengen, waardoor de holle leuzen van de N.S.B. verdwijnen zouden. Die hoop is echter niet in vervulling gegaan, al dus besch. Zonderling was de houding van B. als Katholiek t.o. de Bisschoppen geweest. Zoo schreef 'hij n.a.v. een herderlijken brief aan Modderman,, pl.v. hoofdredacteur van „De Waag" om.: »,Die heeren willen gaarne voor martèlaar spelen, doch het wordt tijd dat ze in het openbaar enikele fiksche opdonders krijgen", en hij vroeg dan toestemming die in een artikel te geven. „Dat is een steek in den rug van het ver zet dat de kerken boden", aldus de voor zitter van het Tribunaal. ,.Als ik het artikel had geschreven, zou het waardig gebeurd zijn", aldus B. B. verklaarde de reali^it van het nat.- socialisme niet te hebben gezien. „Het heeft I aan zichzelf verraad gepleegd." Zes getuigen k décharge waren versche nen, o. w. de letterkundige prof. W. A. J. M. Asselberg (Anton van Duinkerken), die ver wees naar het boekje van B „Subjectieve normen", waarin hij ook een merkwaardige zelf-vergrooting toont, die mede aanleiding kan zijn tot zijn nat.-socialistische ideeën. De secretaris van de dialectische commissie der Academie voor Wetenschappen, dr P. J. Meertens, meende dat B. geen voldoend politiek inzicht had. Gehoord werden nog de letterkundige B. J. Verhoeven, de leeraar Aug. A. M. Kuipers en die pastoor A. H. Terburg uit Nijmegen, die na de opvoering van eeu tooneelstuk van B. in 1939 hem als een idealist leerde kennen. Daarop wees ook de raadsman, mr W. Vergnes in een pleidooi, waarna ook besch. zijn houding zooveel mogelijk rechtvaardig de. Uitspraak op 10 Maart. Paus Pius XII hield dezer dagen voor radio Vaticana een toespraak tot de Amerikaan- sche jeugd, om haar tot hulpverleening aan de in nood verkeerende jeugd in andere gebieden op te wekken. Na de geboorte van Prinses Marijke heb ben we reeds in 't kort melding gemaakt van Prinses Maria Louise, de echtgenoote van Prins Johan Willem Friso. De naam haar door haar dankbare Friesche onderda nen gegeven: „Marij'ken-Meu" roept, nu wij zoo gelukkig zijn wederom een Prinses Ma rijke in ons Vorstenhuis te hebben, plotse ling de herinneringen wakker, die ons geble ven zijn van de®e edeLe, vrome Oranje-echt genoote. Moeder, Grootmoeder en Over grootmoeder. Ma rij keu-Me u heeft langer dan eenige Oranje-vorstin in ons land gewoond en zonder eenigen invloed op hét staatkundig gebeuren in de Noordelijke provinciën, noch in de Republiek in haar geheel heeft zij des te meer invloed uitgeoefend en dat alleen in den besten zin van het woord op haar zoon Willem IV en kleinzoon Willem V, de recht- streeksche voorouders van ons jongste prin sesje. Reeds heel spoedig na haar huwelijk werd de jonge, in 1688 geboren Prinses van Hessen--iKassel weduwe van Jan Willem Friso en slechts 6 weken na zijn overlijden sohonk zij in Leeuwarden het leven aan een zoon. aan wiens opvoeding zij al haar zor gen, gedragen door een intense Moederliefde en sterk geloof, wijdde. Haar groot vertrou wen in God toont zich ten volle in de woor den die zij sprak bij de tijding van het ver drinken van haar echtgenoot, die zij zoo innig liefhad: „De Heere doe, wat goed is in Zijne oogen". En toen kwamen alle zorgen voor haar zoon, die op 5-jarigen leeftijd een val deed, welke hem voor zijn verdere leven een verwrongen lichaamsdeel gaf. Zij leidde zijn vorming, zijn studie aan de Hoogesdhool te Franeker en te Utrecht en ook, overeen komstig de zeden van dein tijd, de keuze van een echtgenoote. Daartoe was haar keuze ge vallen op de Engelsche koningsdochter Anna van Hannover. Hoewel de verhouding tot haar schoondochter niet altijd even gemakke lijk was en de staatkundige toestanden in de Republiek, speciaal die van de verheffing van haar zoon tot Stadhouder van alle zeven Gewesten haar niet ongemoeid lieten, zoo wist Marijken-Meu door haar helder inzicht, door haar zuiver karakter en haar geloof steeds het beste te bereiken. Hiervan getuigt zeer zeker de volgende passage uit een brief aan haar zoon (toen nog minderjarig): „Ik hoop dat gjj overal over uwe vijanden zult zegevieren door de wapenen der Christelijke deugd". Marijken-Meu werd zeker niet ge spaard voor veel en groot verdriet; haar dochter werd op 22-jarigen leeftijd krank- zinig, haar eenigen zoon, in 1734 gehuwd, overleed reeds in 1781, nalatende een zoon (Wilem V) en 'n dochter Carolina. Nu kon de energieke grootmoeder weer haar zorgen uit strekken over den kleinzoon, wiens moeder, Anna van Hannover, met tal van moeilijkhe- dne te kampen had. Ook deze echter over leed jong (1759) en nu werd het de Hertog van Brunswijk, die waken moest voor de toen stenk in 't gedrang zijnde belangen van dezen Oranje-Pr ins. De nu mém 70-jarige Friesche Gouvernante, van wie de Staten van Fries land bij haar overlijdefl (9 April 1766) ge tuigden dat zij geweest was: „een allerge- zagendst middel in Gods hand om de wel vaart der Provincie te bevorderen op zoo minzame en vriendelijke wijs, dat z\j aller liefde en hoogachting, voor lange jaren ver kregen, tot het einde toe volkomen behield", is zeker een der edelsten geweest in de lange rij der Oranje-Prinsessen. Het Nederlandsche volk heeft het. in eeuwen gegronde ver trouwen dat ook de jonge Marijke zulk een Oranje Prinses zal worden. P. W. Pieters. „C'est le ridicule, qui tue" het belache lijke doodt! Dat is de meest naar voren springende indruk, die men krijgt van de in Duitschland ontdekte, geheime nazi-organi satie, die de schier krankzinnige illusie koesterde, de landen van Europa te kunnen aanvoeren tegen de Sowjet-Unie, dus een nieuwen oorlog te kunnen ontketenen. Toen Hitier zijn machtsvisioen zag verbleeken, durfde hij als laatste krampachtige poging om den oorlog te winnen, het bacteriologisch wapen niet aan en dan zouden deze voorma lige S.S.-lieden het willen gebruiken tegen de Geallieerden, indien deze zouden weigeren, de gestelde eischen in te willigen. In een politiek en economisch' „gevierendeeld' Duitschland, zonder noodzakelijke technische outillage, zonder de mogelijkheid van één vonkje .Blitzkrieg", zou een dergelijk plan kans van slagen hebben! Men kan met het zelfde effect één overwinterde V2 loslaten, teneinde Londen op de knieën te krijgen. Het is echter ongetwijfeld een symptoom van de groote ontreddering van het Duitsche volk, van een psychische heen-en-weer slin gering; een bewijs, dat men geen schuld er kent en slechts knaagt aan zijn spijt, den oorlog verloren te hebben. De tooverformule „Heil Hitler" is nog niet weggeroest tegelijk met het defecte oorlogsmateriaal. Een waan zinnige speculatie tiert in de hoofden van nog aan oorlogskoorts lijdende Duitschers, dat door de tegenstelling AmerikaRusland er voor Duitschland nog andere mogelijkheden zijn, dan een met gestrengheid opgelegd vredesverdrag. Maar er zit behalve een be lachelijkerook een qmstigen kant aan het geval. Want, wat thans aan de oppervlakte treedt, is de uitkomst van de deelsom, het resultaat van een bestuur door vier mogend heden tegelijk, waardoor de economische om standigheden précair bleven, de politieke gesplitstheid in de hand gewerkt, de demo cratiseering van Duitschland tegengegaan, zoo als wij gisteren schreven, naar aanleiding van Mac Namey's bevindingen betreffende den toestand in de verschillende zones. De cri- tiek op het ontstellend rapport van een inter nationale commissie, dat ongeveer eind Januari 'verscheen, en welke critiek wij niet onderschreven, getuigt van een onderschat ting van het nazi-gevaar, omdat in een, straks misschien weer hechter, politiek aan eengesmeed Duitschland, na de conferentie te Moskou, die niet d e oplossing zou bren gen, bij een gehandhaafde verdeeldheid „AmerikaRusland", dergelijke „Putsch"- ambities veel noodlottiger werking zouden kunnen hebben. In dit rapport, dat nog wel onderteekend was o.a. door een Herriot en een Lord Vansittart werd immers al vastge steld, dat er in Duitschland van „democrati seering, geen sprake was. dat er een netwerk van nazi-organisaties bestond, dat spionnage en sabotage aan de orde van den dag waren en voormalige leden van de nazi-partij en de S.S. zich zelfs weer in uniform hadden vertoond. De plaatsvervangende gouverneur van de Amerikaansche zone verklaarde toen wel, dat de Amerikanen nooit hadden geloofd, dat Duitschland binnen een paar jaar „demo cratisch" kon worden gemaakt, maar aan den anderen kant rees de vraag, in hoeverre het verstandig was, juist in de Amerikaansche zone op zóó groote schaal amnestie te ver eenen aan de nazi's. FeiteUjk komt alles hier op neer, dat het tegen elkaar „opbieden" van Amerika en Rusland, waardoor hert Duitsch land der toekomst in de internationale poli tiek toch weer èen wig-vormende werking zou hebben, deze onmachtige erupties van een nog niet geheel gedoofde nazi-vulcaan doen ontstaan. Was het bolsjewisme niet altijd het groote gevaar, waarmede de nazi's jongleerden en hetwelk het bestaansrecht van het nationaal-socialisme moest bewijzen? Een bekend journalist, die jaren lang een Fransch periodiek redigeerde en nog kort ge leden in Amerika vertoefde, bevestigde, dat er zeker in bepaalde Amerikaansche kringen een geschoolde antipathie jegens het Rus sische communisme bestaat, dat als een ge vaar wordt erkend. Maar, gezien de psychi sche verschijnselen als oorlogsmoeheid^ de noodzakeiykheid te Moskou inzake Duitsch land tot een accoord te komen, de alle onder economische uitputting lijdende landen, ligt een oorlog voorloopig zeker niet voor de hand. De politieke nazi-koorts heeft nog niet de neiging tot dalen beneden het roode streepje en vandaar het Duitsche gemis aan realiteitsbesef, gepaard gaande met belache lijke zelfoverschatting. Als zoodanig. moet men de eischen van de samenzweerders be schouwen, die droomen van het herstel van het „totalitair regiem", herstel van de Duit sche militaire macht en vrijlating van Duit sche militairen uit de interneeringskampen. Maar ook deze vraag verdient nog de aan dacht: .Heeft men dan toch misschien door de wqze, waarop het proces te Neurenberg werd gevoerd, van de gehangenen martelaren gemaakt van het nazi-geloof?" Wij herhalen, zooals wy reeds vaker schreven, dat een eerste voorwaarde voor de rust in Europa, geen aarzeling, maar een vastberaden hou ding is, geen verdeeldheid onder de groot machten der „B»g four", welke daardoor slechts een mager effect sorteert en slechts Duitschland voordeel biedt De ontdekking van deze nazi-samenzwering is heilzaam, vlaic vóór de conferentie van Moskou. Zij kan er toe by dragen, dat de onderlinge geschillen tus- schen de geallieerden zullen wijken voor een veel intenser belang. De schim van Clémen- ceau balt een vuistde Duitscher moet leeren bukken, aangezien hij slechts respect heeft voor een macht, die boven hem staat. Een zakeiyk, reëel, opge legd vredesverdrag met een langdurige, sterke bezetting kan hier blijkbaar slechts helpen. Op een onlangs te 'a-Hertogenbosch ge houden vergadering van den R.-K. Boeren- en Tuindersbond hebben ir Van Haaren en ir. Horsmans den nadruk gelegd op de nood zakelijkheid van emigratie voor jonge boe ren. De R.K.B.T.B. zal een speciaal oplei dingscentrum hiertoe In Z. Frankrijk op richten. De Canadeesche premier, Mackenzie King, heeft sdhriftelijk dank gebracht aan het Kerkkoor der St. Ehsabethkerk te Rot terdam, dat vorie Jaar een. bezoek gebracht heeft aan de militaire kerkhoven, w.o. het Canadee9ohe te Groert>eek. Door sabotage is de posttrein van Mandalay naar Rangoon naby Yamethin ont spoord, waardoor 10 personen werden gedood en 10 zwaar gewond.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1947 | | pagina 3