Annie Woud Ned. ambassadrice in Z.-Afrika De trage mcflen van minister Van Maarseveen Voettocht naar Terschelling levensgevaarlijk t Verklaarde l 1 uitzicht NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 MAANDAG 24 FEBRUARI IMf GESPREK NA AFLOOP VAN 'N PRACHTIGE TOURNEE In de met fraaie bloemstukken versierde kamer van haar gezellige woning te Haarlem ontmoette ik onze groote Ned. alt-zangeres Annie Woud kort na haar terugkeer uit Zuid-Afrika waarheen zij in October 1946 voor een tournee is vertrokken. Zaterdag j.l. kwam haar boot in Hoek van Holland aan en vol vreugde werd zij den familiekring bin nengehaald. Vreugde ook bij haar zelf om dat zij ondanks de geweldige successen in Kaapstad. Johannesburg en Pretoria zich met onzichtbare banden gebnden weet aan eigen land en volk. Dit is dan ook de hoofdreden, waarom zij het haar in Zd.-Afrika aange boden contract voor vijf jaren niet heeft aanvaard. „Ik zou niet voor altijd buiten de Europeesche, of béter de Nederlandsche, cultuur kunnen leven". Dit is van Annie Woud geen overdreven chauvinisme of quasi- Vaderlandsliefde, maar een volkomen eerlijke realiteit, welke mij opnieuw "deed beseffen, dat het cultureele leven in Nederland een onnoemlijke aantrekkingskracht heeft en op een plan staat, dat hooger is dan volk en Overheid weten. Zou het Ned. volk het wel weten, dan zou het zijn eigen kunstenaars niet zoo „in de kou" laten staan en de bui tenlanders met al de warmte van zijn enthousiasme vertroetelen; zou de Overheid het weten, dan zou zij onze cultuurdragers ook meer buiten de grenzen de Ned. cultuur laten uitdragen. Dit bedoelde ook onze gezant in Zuid-Afrika, dr Ph. C. Visser, toen hij tijdens een aldaar aan Annie Woud aangebo den diner Annie Woud" noemde „de beste Ned. ambassadrice in Zuid-Afrika". Ook :n het buitenland moeten we naast diplomatieke, ook cultureele belangstelling opwekken voor ons land en Annie Woud is hiervoor de pionier geweest in het op zooveel wijzen mei Nederland verbonden Zuid-Afrika. Zonder eenigen Overheidssteun, geheel op eigen ini tiatief. is zij in Oct. 1946 met de „Ofanje- föntein" naar Zuid-Afrika vertrokken, waar zij hoegenaamd niet bekend was. Niet zonder moeite heeft zij daar terrein veroverd, waar bij zij veel te danken heeft aan onzen emi- nenten gezant, dr Visser. „Een zangrecital in Kaapstad was vrijwel onbekend en U begrijpt mijn vreugde, toen het door mij genomen experiment een succes werd" en al pratende vertelde Annie Woud mij over het geweldige enthouiasme van het Zuid-Afrikaansche volk. „Ik voelde me echt als iemand, die iets.komt brengen en als ik dan zeg. dat ik eigenlijk nog niet thuis ben dan bedoel ik daarmee, dat ik in gedachten nog steeds in het schoone Zuid-Afrika ver toef, dat mij zooveel moed gegeven heeft mijn werk hier voort te zetten". Een derge lijke energie, een dergelijk enthousiasme, deed me even glimlachen en spontaan rea geerde Annie Woud met een „Maar het* zal hier wel moeilijk, zijn". De juistheid van deze conclusie ligt helaas nog steeds voor de hand. Niettemin heeft Annie Woud thans een triomftocht gemaakt en was deze periode een der schoonste in haar leven. Niet alleen reci tals heeft zij in Z.-Afrika gegeven, maar ook concerten met orkest en voor de radio, ter wijl tevens gramofoonplaten fran haar zijn gemaakt. Ten huize van onzen gezant heeft Annie Woud bovendien twèe concerten ge geven ten bate van het Ned. Roode Kruis, waarvan#de opbrengst is aangewend voor den aankoop'van kleeding en levensmiddelen, die als speciale Annie Woud-zending naar ons land onderweg zijn voor een binnenkort in Den Haag te houden Roode Kruistentoonstel- ling met bazar. De geheele Afrikaansche pers is vol lof over Annie Woud geweest. Zoo schreef een der bladen „Annie Woud, one of Holland's finest singers, has everything a De jongste, in Zuid-Afrika gemaakte, foto van de Ned. alt-zangeres Annie Woud, die Zaterdag van haar tournée door Zd.-Afrika in Nederlanu is teruggekeerd. singer need a vols of lovely quality, ab solute purity, controlled and trained to the last degree, but used with the freedom of essential muscianship", terwijl „Die Burger" daaraan toevoegde „Hierdie sangeres kan ge reken word tot een van die grootste, wat Suid-Afrika nog ooit besoek heb en sy be hoort tot die begaafde kunstenaars, waardan ons so'n groot behoefte het". Terwijl ik dit las, dacht ik even aan de groote nuchterheid bliek en pers worden ontvangen. En alsof Annie Woud mijn gedachten raadde onder brak zij plotseling mijn overpeinzing met „Ik ga nu weer hard aan het werk om ook het Ned. vólk iets te geven, in de hoop een brug te kunnen slaan tusschen podium en pu bliek". Ten dwaalde ons gesprek af van Zuid-Afrika naar Schubert en Hugo Wolf en heel voorzichtig gewaagde ik van mijn voor- en het weinige enthousiasme waarmede onze eigen kunstenaars in ons land vaak door pu- lied. waardoor die zeldzame harmonie wordt keur voor Wolf. De voorzichtigheid bleek echter onnoodig, want volmondig bevestigde Annie Woud mijn opvatting. Tijdens haar terugkéhr met een Engelsche boot heeft 'zij zich onledig gehouden met het lezen der Wolf-liederen en steeds weer ontdekte zij nieuwe schoonheden in deze liederen. „Er^s geen componist, die zoozeer de innerlijke waarde van het te componeeren gedicht in zich heeft opgenomen als Hugo Wolf en ook geen, die dit op zoo'n superbe wijze heeft weten vorm tegeven". Deze uitspraak be vestigde ntfjn meening. dat we in Annie Woud een zangeres bezitten, die niet alleen over een prachtige techniek beschikt, maar vooral zich volkomen inleeft in het te zingen ;evonden tusschen des componisten intentie en de realisatie daarvan door de zangeres. Annie Woud is stralend uit het warme Zuid- Afrika teruggekeerd in het koude Nederland. Moge deze overgang voor haar geen figuur lijke werkelijkheid worden, doch ook in Nederland zij de warmte van de harten der eigen landgenooten ondervinden. CORN. BASOSKI. Namens het Ned. leger in Indië bood kolonel Van Houten Zaterdag op Soestdijk aan Prins Bernhard bloemen aan om aldus de goede wenschen in verband met de blijde gebeurtenis te vertolken (linksche foto). Ook de Engelsche militaire attaché capt. Re Jeffreys R.N. maakte dien dag z'n opwachting en liet z'n felicitaties eveneens van bloemen vergezeld gaan (rechtsche foto). EN DE EXECUTIE VAN DOODVONNISSEN Omtrent die executie van doodvonnissen van politieke delinquenten en omtrent den stand van zaken t.a.v. de behandeling van gratieverzoeken herinnert de N.R.C. er aan, dat in twaalf gevallen gratie is verleend, in acht gevallen afgewezen, teryvijl bovendien in één geval de veroordeelde, zonder dat er te zijnen gunste gratie was aangevraagd, zelfmoord heeft gepleegd. In twee van de acht gevallen, waarin de gratie was afge wezen, is geen executie gevolgd, doordat nl. in één dier gevallen de gevonniste vóór de tenuitvoerlegging van de doodstraf zelf een eind aan zijn leven heeft gemaakt, terwijl in het andere geval (Gerrits) de executie voorloopig achterwege bleef, aangezien er nog revisie was aangevraagd. Er hebben dus tot nu toe zes executies plaats gehad. Een onderzoek naar de vraag, hoe het komt of kwam, dat er met de beslissing over gratieverzoeken rijkelijk veel tijd placht en nog steeds pleegt heen te gaan, leidde tot de slotsom, dat men, de oorzaak hiervan niet moet zoeken bij lang talmen door den bijzonderen raad van cassatie, maar dat de verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij het dep. van Justitie. Op twee gevallen na, waarin de beschik king op een gratieverzoek binnen twee maanden nadat de bijzondere raad van cas satie zijn advies met bijbehooren aan ge noemd departement had gezonden afkwam, verliepen er, nadat justitie de gegevens van dat ooilege had ontvangen, één keer onge veer 3, zeven keer ongeveer 3!2drie keer ongeveer 4 en vier keer ongeveer 4i,£ maand. Er zijn in tusschen nog meer gegevens, waaruit blijkt, dat "Ihet bovenal de molen van minister Van Maarseveen en geen andere is. welke langzaam maalt. De bijzon dere Raad heeft omtrent één geval ongeveer 7V2 maand geleden zijn advies en de ver dere stukken aan Justitie verzonden, over vier gevallen ongeveer 4y2 maand, over drie gevallen ongeveer maand geleden, zon der dat er op dit oogenibM'k een beslissing genomen, althans bekend is gemaakt. M.a.w. ook met betrekking tot gratieverzoeken van recenteren datum wij denken hier met HOOGE IJSBERGEN IN DE WADDENZEE Terwijl de wandeltochten over het ijs naar Schiermonnikoog en Ameland reeds tot de dagelijksche gebeurtenissen behooren, ia thans ook de tocht van Terschelling naar de Friesche kust ondernomen, doch dit is nog een levensgevaarlijke onderneming. De stuurman van de reddingboot „Brandaris", de heer K. Tot, en drie anderen zijn er in geslaagd den tocht in 6 uur te volbrengen. Onderweg zag men ijsbergen van 6 meter hoogte en plm. 20 meter lengte. Tweemaal moest voor open water worden omgeloopen. Vlak voor de kust zakten allen tot aan het middel in het water. De terugtocht geschied de in een sneeuwstorm en zonder goed kom pas en plaatselijke bekendheid zou het den trekkers niet gelukt zijn Terschelling weer te bereiken. Het gemeentebestuur van Ter schelling heeft een waarschuwing verspreid om dergelijke tochten niet te herhalen, daar zij levensgevaarlijk zijn. Nu Terschelling van de Friesohe havens uit niet meer bereikbaar is, vaart morgen vroeg de postboot „Vlieland" van IJmuiden uit om Terschelling en ook Vlieland langs de zee- route te bereiken. Ameland is nu al 70 dagen, van 14 Dec. af. in den isoleerenden greep van koning Win ter. Alle post- en passagiersvervoer ge schiedt thans over de4 bijna tot op den bodem bevroren Waddenzee. De marine- vliegtuigen hebben hun vluchten gestaakt. Een stormachtige sneeuwval heeft het eiland in een waar Poollandschap herschapen. De broodvoorziening is weer gewaarborgd, daar 50 man per handslee 10.000 kg bakkersmeel hebben aangevoerd. De passage van North Foreland (in het N.O. van het graafschap Kent) naar Vlissin- gen is tengevolge van drljfijs gesloten. Tus schen de Theems en Nederland is nog slechts één massage open voor scheepvaart verkeer. DE „GRENOBLE" STOOMT NAAR ANTWERPEN. Hei Zaterdagochtend voor Vliasringen op een mijn geloopen Fransche schip „Greno ble" stoomde later op eigen kracht naar Antwerpen. raaime aan zeven verzoeken, waarover de Bijzondere Raad van Cassatie eind Sep tember en eind October van het vorige jaar zijn adviezen heeft vastgesteld en verzon den valt nog altijd een trage gang van zaken op Justitie waar te riemen. Volledigheidshalve voegen wij hieraan toe, dat de Bijzondere Raad over vier gratie- aanvragen eind Januari van dit jaar zijn oordeel heeft ingezonden, waarvan in tus schen een vonnis was. ten aanzien waarvan revisie is aangevraagd. Thans moet hij neg alleen over vier andere, in de tweede helft van Januari bij hem ingekomen verzoeken vergaderen. Tot dusverre was, naar wij meenen te weten, in het algemeen* de practijk- dat de Bijzondere Raad zijn advies over gratiever zoeken uiterlijk binnen zes weken na den dag van binnenkomst vaststelde. Totdat het Kon. Besluit van 14 Januari j.L het voor schrift liet vervallen, dat dit college in pleno moest besluiten over de adviezen, was de gang van zaken, dat de binnengekomen stukken (dossier met advies van het betrok ken Bijzonder Gerechtshof) bij alle eïf leden moest rondgaan thans telt de Raad 13 leden, terwijl inderdaad het beleggen van een plenaire vergadering ook wel eenige vertraging met zich bracht. Toch blijkt uit het hierboven vermelde, dat, alles tezamen genomen, van een buitengewoon langzame procedure bij den Bijzonderen Raad van Cassatie in de practijk nauwelijks iets te bespeuren viel, maar dat het departement van minister Van Maarseveen tot den hui- digen dag in dit opeicht bepaald record houder is. VROUWENARBEID IN RUSSISCHE ZöNE In de Sowj et-Russische zóne van Duitsch- land is een bevel uitgevaardigd, waarbij zware arbeid voor vrouwen wordt verboden. Een huwelijk, zooals dat Zaterdag te Amsterdam werd voltrokken tusschen mej. M. Lahnstein en den heer H. I. Gazan kan wel een unicum genoemd worden. Feitelijk waren zij op dien dag nl. reeds.25 jaar getrouwd, doch hun huwelijk werd in 1944 door de Dultschers onwettig verklaard, zoo als toen de meeste gemengd-gehuwden moesten scheiden. Zij zijn thans -weer in den echt hereenlgd en gingen na 25 Jaar weer de wittebroodsweken in Ook al is men. er inzake het groote pro bleem, dat alle politieke gemoederen be- heerscht, volkomen van overtuigd, dat de schuld hoofdzakelijk bij de eene partij ligt en dat de misdragingen dier partij in ieder geval van dien aard zijn, dat men er het „schuldig" over moet uitspreken en „sanc ties" toepassen, zelfs dèn. dient men zich in zijn politiek emotioneele reacties te matigen. De uitlevering van haat, wrok, „revanche" brengt de feitelijke oplossing van het pro bleem geen haar verder. Van alle dingen is misschien het beste nog; het verstandig-zijn. dus een rationeele politiek te verkiezen boven de emotioneele. Dit is eigenlijk het verschil in de reacties die groote en kleine mogendheden ten aanzien van Duitschland, dat tijdens den oorlog de ergernis der wereld terecht op zich laadde. Het zijn ook behalve psychologische, bgv. geografische verschil len. die de politieke houding tegenover het formeeren van het Duitsche vredesverdrag anders kleuren. Het is toch begrijpelijk, dat Frankrijk, lyelk land sinds 1870 drie keer van de Duitsche aggressie de volle laag kreeg, in een voortdurende angststemming op straffer houding jegens Duitschland aandringt en dienaangaande voorstellen doet, dan een Amerika.' dat „du haut de sa grandeur" der dollars en geografische veiligstelling, gemak kelijker praten heeft, terwijl een Rusland met het oog op politieke expansie en nu reeds „halende, wat er te halen is" ook al in veel gunstiger conditie verkeert. Het is zeker, vooral op aandringen der Amerikanen, dat de Duitschers vóór Moskou in de gele genheid gesteld worden tot een .juridisch" verweer. De Duitschers stellen een wascklijst van verdedigings-argumenten op. Zoo werkt een commissie uit de Duitsche sociaal-demo cratische partij aan een „verweer", waarin aangetoond zal worden, welk een noodlottigen invloed het zal hebben als de huidige Duit sche oostgrens blijft, zooals die nu is terwijl men ook zeer critisch staat tegenover de manipulaties der Russen in de door de Sow- jets bezette zone. De voorgenomen regelin gen speciaal die welke door de Franschen betreffende het Roergebied en de Saar waar zij reeds economische maatregelen troffen, zijn genomen, vormen voor alle politieke partijen in Duitschland een steen des aan stoots. Er zijn zelfs reeds stemmen opgegaan, dat als men te Moskou niet tot overeenstem ming zou komen, hetgeen in de eerste plaats zou beteekenen, dat de Russische en Ameri- kaansche standpunten teveel zouden botsen, de vorming van een staat „West Duitschland" metFrankfort als hoofdstad de oplos sing zou zijn. De Amerikanen geven volmon dig toe, dat men sinds dé bezetting van Duitschland, nog niet veel is opgeschoten en men wijt dit hoofdzakelijk aan het feit, dat een politiek en economisch geschoold „hooge commissaris" nveer had kunnen bereiken, dan de 'outer militaire voogdij der legerautori- teiten. In dien- zin heeft generaal Mac Narney, die in Maart zijn functie als militaire bevel hebber in de Amerikaansche zone zal neer leggen, zich uitgesproken. Terwijl Marshall sprak van een noodzakelijke 40-jarige bezet ting, noemde Mac Narney een termijn van 15 jaar, met in ieder geval vaste garnizoe nen in gevaarlijke gebieden- als het Ruhrge- bied, omdat die gemakkelijk kunnen wor den omgeschakeld in Duitsche machtsbasis. Mac Narney sprak het bericht tegen, dat de Amerikanen voorstanders zouden- zijn van een nieuwen staat „West-Duitschland", maar dat een federatie van staten voor Duitschland de meest verstandige, politieke waarborg be- teekende. Maar zijn critiek gaf toch wel blijk van een sterk rationeel inzicht, een afwijzing van de reeds getypeerde emotioneele politiek, die het probleem niet oplost, omdat Duitsch land toch weer als economische factor moet worden ingeschakeld. Er hadden, zei hij, reeds lang centrale Duitsche instanties moe ten zijn en het bestuur door vier mogend heden tegelijk, heeft de economische recon structie niet hersteld en de d-emocratiseering tegengegaan. De Amerikaansche zone wordt beheerscht door de politiek der Yankees, de Russische zone wordt beïnvloed door de Rus sische Sowjetpolitiek. Het heeft er veel van, of generaal Mac Narney de waarheid van het spreekwoord wilde bevestigen: „wiens brood men eet. diens woord men spreekt", en dit nu is voor de zoo gepropageerde economische eenheid van Duitschland natuurlijk zeer on gunstig. Al liet Mac Narney er zich op ver standig diplomatieke wijze liever niet offi cieel over uit, of de verhouding tusschen Amerikanen en Russen sinds de bezetting slechter geworden was. toch is zulks in feite het geval, omdat de Rus, ondanks het weg halen van belangrijke Duitsche industriebe- drijven, het „ontmantelen", toch m^ent door Amerika en Engeland benadeeld te zijn. Rusland, - zich beroepende op de overeen komst van Potsdam. beklaagt zich erover, dat het uit de opbrengst van de Amerikaan sche zone veel minder heeft ontvangen, dan was toegezegd, terwijl de Engelsche'en Fran- sche zones voor den Rus geen enkel voordeel opleverden. De Amerikaansche opvatting komt hier op neer, dat de schadevergoeding door Duitschland hoofdzakelijk moet worden voldaan uit die industrieele kapitaalgoederen, als fabrieksinstallaties e.d., waardoor het niet meer in. staat is deze aan te wenden voor een nieuwen oorlog. Met hetgeen in de zcnes wordt geproduceerd, moet Duitschland zicri zelf kunnen bedruipen en het overschot als „export" dient om den import van andere goederen te bewerkstelligen. Zijn de mogend heden het eerst eens, over het vraagstuk van een Duitschland als economische en politieke eenheid, of federatie van staten, dan zal ook de kwestie der herstel-vergoedingen gemak kelijker kunnen worden geregeld. De uit spraak van Mac Narney. die de moeilijk heden in de practtjk heeft ervaren, is dan ook zeer instructief. Situatie op Java en Sumatra eenigszins verbeterd Volgens de binnengekomen rapporten is Vrijdag de situatie op Java over het alge meen gunstig geweest. Zoo vonden o.m. 0tp Nederlandsoh gebied te Semarang onderhan delingen met een Inheemsohe militaire dele gatie plaats, welke besprekingen in een goede sfeer verliepen. Ook uit Sumatra komen betere berichten binnen. De opperbevelhAber der TRI in dat gebied gaf inmiddels opdracht het vuren te staken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1947 | | pagina 3