Onhoffelijkheid wordt in Z.-Amerika gestraft Wat er in de omliggende plaatsen voorviel Over muzikale stijlen en componeertechnieken NIEUWE LRIDSCHE COURANT MAANDAG 17 FEBRUARI IMS MEN DOET ER VEEL AAN VRIENDJES-POLITIEK n. Buenos Aires, Dec. '48. Om te begrijpen, dat hier sprake is van een belangrijk en uitgestrekt zendingsterrein voor de Kerk van Christus, moeten we be denken, dat in Latijnsch Amerika niet min der dan twintig verschillende naties wonen en leven. Wat deze twintig volken ook ge meen hebben door hun afkomst, er zijn na tuurlijk aanmerkelijk verschillen; elk der twintig naties heeft een eigen stempel, een eigen karakteristiek. We spreken ook niet in het algemeen van Europeanen, maar van Engelschen, Franschen, Nederlanders, enz. En zoo moet men ook niet spreken van Zuid-Amerikanen, maar van Argentijnen, Chilenen, Bolivianeti, enz. Het zou interes sant zijn, na te gaan welken invloed op het karakter dier onderscheiden volken is uitge oefend door klimaat, bodemgesteldheid en ras-vermenging. Dit zou ons echter te ver voeren en te lang ophouden. In dit verband mag ook niet vergeten worden, dat die on derscheiden volken van Latijnsch Amerika in het koloniale tijdperk weinig of geen con tact met elkander hadden. Het zij genoeg te constateeren, dat door al die factoren in derdaad elk volk een eigen stempel vertoont. Wie dan ook de gelegenheid heeft kennis te maken met onderdanen van die verschillende landen, wordt door die verschillen onmiddel lijk getroffen en zal er voor oppassen om alle Zuid-Amerikanen over één kam te scheren. Wat de volken van deze twintig republie ken aangaat, kan eenvoudig het volgende worden gezegd: er zijn republieken, waar het blanke ras domineert; andere waar het Indiaansche element in de meerderheid is; en dan weer andere, waar het mestiezen of creolen zijn, kruising van blank en Indiaan. Een uitzondering maakt Haiti, waar 90 pro cent negers zijn. Anders dan in Europa zijn de taalverschil len niet groot. In 18 republieken wordt Spaansch geproken, in Brazilië Portugeesch en in Haiti Fransch. Evenwel zijn er nog een paar hondprd Indiaansche dialecten, zoo dat- hier nóg een enorme taak is, om al dezen millioenen in hun eigen taal het Evangelie te brengen. Elke gedachte, dat de Kerk ies Heeren op haar lauweren kan rusten en in zelfgenoegzaamheid in eigen kring haar schatten kan tellen en over die schatten kan twisten, is uitgesloten en uit den booze! Hier wenkt een taak, die zijn een roeping en plicht, die alle belijders des Heeren in broe derlijke eendracht en met geestdrift moeten vervullen! Er moet met een door liefde ge scherpt oor geluisterd worden naar de roep stem: Kom over, en help ons! Voor de liefhebbers van cijfers en sta tistieken (en die zullen er toch zeker wel onder de lezers zijn) geef ik hier de volgende getallen over de bevolking van geheel La tijnsch Amerika: 67 millioen mestiezen of creolen; 26 mdllioen blanken; 17 millioen in dianen en negers, dan nog 1 millioen Aziaten, totaal 128 millioen zielen De verleiding is. groot, om van elk der 20 republieken mee te deelén, welk ras daar den toon aangeeft, maar dat zou ons te lang ophouden. Genoeg zij hier te constatee ren, dat we in Argentinië een nagenoeg ge heel blanke bevolking hebben. En aange zien er ook wel belangstelling is voor Bra zilië. im welk land ook een Hollandsche ko lonie en een gereformeerde gemeente is, willen we als toegift ook van dat groote land de samenstelling van de bevolking meedeelen. Voorzoover men de gegevens kon verzame len, kan worden vastgesteld, dat 50 procent blank is, 14 procent negers, 22 procent mu latten, 11 procent mestiezen en 2 procent In dianen; bovendien wonen hier ook veel Jap pen, namelijk ongeveer 250.000, dus meer dan genoeg van ddt gele ras, dat wij in Imdië heb ben leeren kennen als valsch en wreed. Neemt men dan in aanmerking, dat er in de meeste republieken en met name in Ar gentinië én Brazilië kolonies zijn van het Germaansche ras, dan is het duidelijk, dat ai die elementen medewerken, om hier een apart type te vormen. Een zeker schrijver sprak in dit verband over een „ethnischen chaos", maar uit dien chaos zal een ras te voorschijn komen, waarvan het nü nog niet mogelijk is te zeggen, welke karakteristiek dat ras zal vertoonen. Veel zal afhangen van een eventueele immigratie op groote schaal en dan vooral, van-waar die toekomstige im migranten zullen komen. Het zullen in elk geval wel Europeanen zijn, zoodat er geen gevaar is, dat in de toekomst het blanke ras zal verdrongen worden. De ras-vermenging is ongetwijfeld voor ons, Nederlanders, een ernstig probleem en het is ook daarom gewenscht, niet alleen dat hier het Evangelie wordt gepredikt, maar ook, dat de Germaansche en Anglo-Saksische vol ken hun aandeel leveren in het bevolken van Latijnsch Amerika, bewust van hun christe lijke*' roeping. Met het oog op de genoemde verschillen is het niet zoo gemakkelijk, om de vraag te beantwoorden: Hoe -zijn nu eigenlijk die Zuid-Amerikanen? Er is een rijke verschei denheid ten opzichte van de onderscheiden volken; er is ook verschil tussohen den be woner van de groote sted-en en den man van het platteland. Toch is het niet onmogelijk om ons in het algemeen een' beeld van den Zuid-Amerikaan te vormen en hem te karak- terizeeren. We hebben ons, zooals een zeker schrijver terecht opmerkt, te wachten voor twee uitersten; we moeten in laatdunkend heid niet laag op hen neerzien als op een minderwaardig ras; maar we moeten hen ook niet idealiseer en in romantisch en zin. Juist met het ook op de prediking van het Evangelie in dit continent, namelijk, om op de meest juiste wijze de ziel van deze vol ken met dat Evangelie te benaderen, opdat er onder den zegen des Heeren vruchten mo gen verwacht worden, is het noodig, de men taliteit dier volken te kennen. Het is Ln den grond der zaak voldoende, dat het Woord Gods gepast en geschikt is voor alle men- schen, maar dit neemt niet weg, dat reke ning gehouden moet worden met die menta liteit en natuurlijk ook met de ontwikkeling, historie en het karakter dier volken. Dit is ongetwijfeld een der moeilijkste problemen, waarvoor de predikers van een ander ras hier komen te staan. Het zij hier voldoende op de volgende ka raktertrekken van den Zuid-Amerikaan te wijzen, en dan zoowel op de goede als op de minder mooie karaktertrekken. Naar den aard der Christelijke liefde be ginnen we dan met de goede eigenschappen, ook om daardoor zelf een beetje die karak tertrek in practijk te brengen, namelijk: een aangeboren hoffelijkheid. En met die hoffelijkheid gaat dan gepaard een treffen de hartelijkheid. Het is voor ons van het Noordelijk ras, altijd weer opmerkelijk te zien hoe bekenden elkander op straat oftt- moeten. Niet alleen een stevigen handdruk, een vriendelijk gezicht en warme woorden, maar ook een hartelijke omarming. Wendt men zich tot een politie-agent, b.v. om hem den weg te vragen, dan brengt deze agent eerst" een militairen groet en daarna geeft hij u de gewenschte inlichtingen. Maakt men kennis met een Zuid-Amerikaan en bezoekt men hem in zijn woning, dan wordt ge begroet met een stereotiepe uitdrukking, welke zooveel wil zeggen als: meneer, me vrouw, u is hier in uw eigen huis". Bij het heengaan noemt uw gastheer zich: „uw dienaar". Gaat de Zuid-Amerikaan met u op straat, dan zal hij nooit verzuimen aan den buitenkant van het trottoir te loopen, zoodat gij aan den veiligen kant loopt. Bezoekt men een zakenman op zijn kan toor, dan krijgt ge den indruk, dat hij niets te doen heeft; hij zet u op uw gemak en heeft al den tijd om u te woord te staan. Deze hoffelijkheid heeft ook vaak haar practisch nut. Moet ge iets in orde brengen bij een officieele instantie en staat het daar vol met menschen, dan Is het voldoende daar een kennïe te hebben, om dadelijk ge holpen te worden. Een aanbevelingsbrief van een vriend heeft hier dan ook werkelijk waarde. Ik herinner mij in dit verband een typisch geval. Het bestuur van een politieke partij had een brief geschreven aan het gemeente bestuur. Maar dat schrijven werd niet ge accepteerd; het werd terug gezonden met de opmerking, dat het niet in voldoende hoffelijke termen was gesteld. En er zat voor dat partij bestuor niets anders op -dan op meer hoffelijker wijs zich tot het stads bestuur te wenden. Men verwacht en eipcht dan ook die hoffelijkheid in het publieke leven. Wanneer iemand een verordening over treedt en door een politie-agent daarover wordt onderhouden, dan moet men zorgen om niet onbeleefd te zijn tegen dien ver tegenwoordiger van het gezag. Wie dan een onbeleefd of onbeschoft woord zou gebrui ken, wordt onmiddellijk naar het politie bureau gebracht en gestraft wegens vgebrek aan respect voor de'autoriteit. Zelfs in het zakenleven, in den handel, heeft deze vriendschap en hoffelijkheid haar waarde. Dat deze hoffelijkheid ook buiten haar grenzen kan gaan en metterdaad gaat, mag niet verzwegen worden. Dit is dan feitelijk geen hoffelijkheid meer, maar een bevoor rechting van kennissen en vriendjes - Voor al bij het solliciteeren haar een rijksbetrek king geeft dan niet de bekwaamheid, maar de relatie den doorslag. Zoo ligt aan de grens der deugd de ondeugd, en de Zuid- Amerikaan, wiens karakter helaas niet door het Evangelie werd gevormd, ligt hiervoor bloot, juïst door die hoffelijkheid en de be reidheid om zijn vrienden van dienst te 2Ön- Ds A. C. Sonneveldt. HAZERSWOUDE De Ohr. Landarbeiders Bond, afd. Hazerswoude, hoopt a.s: Woensdag zijn jaarvergadering te houden achter het ge bouw van de Geref. kerk. Aanvang der vergadering half acht. KOUDEKERK A/D RIJN In de lokalen achter de Geref. Kerk hield de Ohr. Gem. Zangver. „Soli Deo Gloria" haar feestelijke jaarvergadering o.l.v. den voorzitter, _den heer H. Bate- laan. In de jaarverslagen werd dankbaar ge constateerd, dat onder de bezielende lei ding van dén nieiïwen dirigent, den heer de Beun uit Gouda, de vereeniging goed was vooruitgegaan. Mej. P. Cok werd ge- lukgewenscht met haar 25-jarig lidmaat schap van het koor. Het jaarverslag van den - penningmeester was eenigszins in mineur gesteld. Bij de bestuursverkiezing werden de aftredende voorzitter en secre taris herkozen, terwijl als 2e penning meester werd gekozen de heer H. Zijlstra. Het verdere gedeelte werd in aange name stemming doorgebracht met voor drachten en spelletjes, .waarna ds Wolven, eere-voorzitter. de vergadering sloot. LISSE. Op hetGewijd Concert, georgani seerd door de P.JC., dat Donderdag a.s. zal worden gegeven in de Chr. Geref. kerk door het Chr. Fanfarecorps „Cres cendo" uit Sassenheim, zal de heer Ra- velli komen zihgen! Is een concert van „Crescendo" op zichzelf een bezoek reeds meer dan waard, gezien den uit stekenden naam dien Git corps heeft, dat de vermaarde concertzanger Willem Ra- velli zijn medewerking heeft willen ver- leenen, is wel een groote bijzonderheid voor Lisse. De heer Ravelli heeft een mooi programma samengesteld en zal de volgende liederen zingen: Ree. en Aria uit Judas Maccabeus „Genug! der Ew'ge sei mit euch!", vervolgens: „Vouchsafe, o Lord" en „Dank sei dir Herr!"; daarna: Geistliche Lieder: Gib dich zufrieden en Der lieben Sonnen Licht, terwijl hij zijn programma besluit met de volgende psalmen en liederen: Blijf bij mij Heer, Psalm 73: 12 en 13; Een vaste burcht is onze God en Psalm 103: 1 en 8- Begelei ding: Alb. Helmus, organist. De predikanten dr Th. Ruys Jr en ds A. Ponstein hopen resp. een openings- en slotwoord te spreken. De Chr. school aan de Schoolstraat is nu ook wegens kolengebrek gesloten. GEBOREN: Willem A W, z van H G de Jong en A Slootweg; Johanna M A, d van C M Warmerdam en J J M Was senaar; Maria J, d van J Star en A Gnia- dowska; Elisabeth M, d van J v d Plas en E Schep. GEHUWD: F Meijer en A G Hooger- vorst; M F Kaufman en J Bakker; A Groothedde en C J Mijnders. OVERLEDEN: J G de Jongvan der Eist; G van der Bent, 81 j. NOORDWIJK. Werkgevers van bedrijven met 10 of meer arbeiders kunnen tot en met 24 Febr. aanvragen voor rijwielbanden voor hun werknemers aanvragen bij het kringkantoor „Noord/wijk" of bij de agentschappen Noordiwijkerhout en Voor bout. Voor den Noordwijkschen Kunstkring treedt Donderdag a.s. in het Casino op een van Nederlands grootste zangeres sen, n.l. Jo Vincent. GEBOREN: Cornelis z v J Vlieland en N v d Mey; Alida J M d v W J Groene- woud en A Rewijk; Hendrika G d v R W Rausen en J G Overbeek; Marti nus J P z v H Th v Bourgondiën en M J M Alkemade; Marijke H d v S Dijkstra en E A Kleinveld; Leonard-us J z v J den Elzen en M Steenvoorden; Cornelis J P z v C P E Duyndam en M R. Rozijn; Ca- tharina AAMdvSAM Steenvoorden en A A Looyens»tein; Wilhelmus A z v J van Leeuwen en L A de Haas; Loesje d v K J Broers en M Hoogwerf. OVERLEDEN: P Hoek 88 j, A de Heus 84 j, G V v Leeuwen 82 j. SASSENHEIM. Een schaatsenrijder reed mej. R. Tijs- sen .van de been". Mej. T. brak een been tje boven haar enkel. Dr Kwint verleende eerste hulp. De Stichting 1940—1945 stelt ook hier de burgerij in de gelegenheid om hun handteekenmg in het felicitatieregister te plaatsen en deze gelukwenschen aan het Prinselijk Paar te doen toekomen. Op den nationalen feestdag zal het Gemeentehuis, waar dit register ligt, tot 's middags 4 uur geopend zijn. Woensdag a.s. houdt de ver. „Het Groene Kruis" afd. Sassei\heim een alg. vergadering in „Het Bruine Paard". De agenda bevat o.m.: Herdenking van het 40-jarig bestaan der afd. en als spreker treedt op dr. D. Zijp. In het nummer van 3 Febr. stond ver meld, dat niet 't geheele jaar door toeslag- kaarten voor zwaren arbeid worden ver strekt. Maar het C.D.K. is teruggekomen op IN ENKELE REGELS De secretaris van de cultureel* com missie voor wederopbouwarbeiders op Wal cheren, B. te Kieuw- en St. Joosland, is ge arresteerd. verdacht van verduistering van f 12.000.—. De koude veroorzaakt in Zeeland eea groote sterfte onder de watervogels. Voorbereid wordt een Russische uit gave van een standaardwerk over den Ned. handel, waarvoor ondernemingen zich kun nen wenden tot het NederlandU.S.S.R.- instituut, Beursgebouw. R'dam. In de hal van het gebouw der Kon. Ned. Mij tot exploitatie van petroleumbron- nen in Ned.-Indië te 's-Gravenhage zal een gedenkplaat worden aangebracht voor tij dens den oorlog gevallen employé's. De getuige-deskundige bij de Perszuive ringscommissie vroeg tegen D. Manassen, ex- directeur van de „Prov Geldersche en Nij- meegsohe Crt.", uitsluiting voor 5 jaren, in gaande 15 Sept. 1944, terwijl voor den voorm. hoofdredacteur A. Lammers van Bueren een» certificaat werd gevraagd. Het B.G. te Utrecht veroordeelde gisteren den verzekerings-inspecteur J. C. Rothehgatter uit Zeist, die als Obersturmführer in Zeeuwsch Vlaanderen had meegevochten, om den op- marsch der Polen tegen te houden, tot levens lange gevangenisstraf. Eisch was doodstraf. IR H. HONDIUS OPBRUISEND MAAR UITZONDERLIJK INTELLECTUEEL. De oud-wethouder van Nijmegen, oud-bur gemeester van Tilburg en tijdelijk commas- saris der provincie Gelderland, ir H. Hon- dius, stond onlangs opnieuw voor het Nij- meegsche tribunaal terecht, ditmaal voor namelijk ter behandeling van het psychia trisch rapport. Dit getuigde van een uitzon derlijk intellect. Van zijn lidmaatschap der N.S.B. trok hij nimmer persoonlijk voordeel, terwijl hij door z'n houding vaak een con flict met z'n partij riskeerde. Zijn opbrui send karakter veroorzaakte onlangs een bot sing met den president van het tribunaal, mr H. R. Beets, wien hij thans z'n excuses aanbood. Bezwarende verklaringen werden niet tegen hem afgelegd. Uitspraak 24 Febr, Van het Groote Nat. Feest leest U straks in de NIEUWE LEIDSCHE het meest zijn besluit. Nu is het de bedoeling om nog verdere pogingen in het werk te stellen, om ook na 12 April het verstrekken van toeslag- kaarten voortgang te doen hebben. De be langhebbenden kunnen er dus op rekenen, dat alle toeslagkaarten op 22 Febr. zullen zijn verstrekt. Kunst en Letteren l. Wanneer op een concert composities van Beethoven en Debussy worden uit gevoerd, kan iedere muzikale luisteraar constateeren, dat er een hemelsbreed ver schil is tusschen geesteshouding en muzi kale structuur van werken, die in ver schillende perioden der muziekgeschie denis ontstaan zijn. Iedere tijd heeft zijn eigen instelling ten opzichte van artistie ke problemen en zijn eigen uitdrukkings wijzen. Om muziek van alle tijden te kun nen genieten is het noodig zich met het idioom van componisten uit alle perioden der muziekgeschiedenis vertrouwd te maken. Uiteraard willen wij ons hier be perken lot een summiere beschouwing over stijl en techniek van werken, die thans nog in de concertzaal worden ge speeld. Tot in de 9de eeuw kende men slechts éénstemmige muziek; nog thans zijn er natuurvolken, voer wie bet begrip meer stemmigheid onbekend is. Toen de be hoefte aan meerstemmigheid manifest werd, begon men natuurlijk niet met het begeleiden van een melodie door accoor- den. Dit zou onmogelijk geweest zijn, omdat accoorden nog niet bestonden. De overgang van de eenstemmigheid naar de meerstemmigheid voltrok zich, toen men tegen een melodie een andere melo die begon te zingen. Aanvankelijk werd de melodie een quint lager meegezongen, later werden de tegenmelodieën zelfstan diger. Doch het heeft eeuwen geduurd eer uit deze primitieve pogingen de groot- sche middeleeuwsche polyphonie groeide. Het woord polyphonie beteekent letter lijk veelstemmigheid. Terwijl in homo phone muziek alle uitdrukkingskracht in de melodie is samengetrokken en de be geleidende stemmen geen of slechts on dergeschikte melodische beteekenis heb ben, zijn in polyphone muziek alle stem men melodisch belangrijk. Daarom is het voor velen moeilijk polyphone of contra- puntische muziek te genieten. Onbewust zoeken vele luisteraars naar een domi- neerende melodie in de bovenstem; wan neer zij die niet hooren, meenen zij, dat het stuk niet melodieus is. In de missen en motetten van Josquin des Prés, Or lando di Lasso en Palestrina zijn echter alle stemmen melodieën en de kunst van het luisteren bestaat hierin, dat de aan dacht verdeeld wordt over de verschil lende stemmen en deze gelijktijdig wor den gevolgd. In deze werken hooren wij klanken, die ons aanvankelijk vreemd voorkomen; de melodieën van de meesters dor middel eeuwsche contrapuntiek liggen niet direct in het gehoor. Voor een deel is dit te verklaren uit het feit. dat zij op de kerk toonaarden gebouwd zijn. De Europeesche muziek der laatste drie eeuwen berust bijna uitsluitend op twee toongeslachten, majeur en mineur. Ten tijde van Josquin waren majeur en mineur nog onbekend; er waren toen zes toongeslachten. de kerktoonaarden. Natuurlijk hebben de melodieën, in deze kerktoonaarden ge schreven, een ander karakter dan die uit een symphonie van Mozart of Beethoven. In de 15de en 16de eeuw had men dus een rijkere keus van toonaarden en nu is het zeer merkwaardig, dat sommige moderne componisten naar de kerktoon aarden teruggegrepen hebben. Enkele klassieken en romantische componisten hebben het uitsluitend gebruik van ma jeur en mineur reeds als een beperking gevoeld. Beethoven schreef een deel van een zijner quartetten in een kerktoon- aard (den lydischen), in de mazurka's van Chopin vindt men verschillende me lodische wendingen in de kerktoonaarden. Maar eerst de geniale vernieuwer De bussy heeft in vele werken een veelzijdig gebruik van de kerktoonaarden gemaakt, waardoor zijn melodiek en harmoniek een geheel aparte charme hebben gekregen. Wanneer een stijl in de kunst een hoog tepunt bereikt, volgt er onfeilbaar een reactie. De nieuwe generatie is blind voor de verdiensten der oudere en zoekt iets nieuws. Zij wil breken met de traditie, omdat zij instinctief voelt, dat de tradi tie een belemmering vormt om haar eigen weg te vinden. Dit conflict tusschen de jeugd, die haar eigen weg wil vinden en de oudere generatie, die den drang naar vernieuwing vaak niet begrijpt, vinden wij niet alleen in het dagelijksch leven maar ook in de kunst. Vandaar de felle uitingen van Wagner tegen de oudere opera, vandaar het fanatisme van Picasso, die zelfs voorstelde de musea van oude kunst te verbranden. Nadat de middeleeuwsche polyphonie in werken als die van Palestrina een hoogtepunt had bereikt, kwam dus een reactie. Een groep edelen in Florence had gëhoeg van de contrapuntiek. In plaats van muziek, waarin alle stemmen gelijk waardige melodieën waren, wilde zij een domineerende melodie, in plaats van de kerktoonaarden majeur en mineur, in plaats van geestelijke muziek een wereld lijke kunst. Uit hun streven ontstond de opera. Wanneer een oude componeertechniek plaats maakt voor een nieuwe, verdwijnt de oude toch niet geheel. Zij ontwikkelt zich verder en later blijkt dat het nieuwe het oude niet definitief heeft verdrongen, maar dat" de mogelijkheden alleen zijn uitgebreid. Zoo ontwikkelde zich ook de polyphone muziek naast de homophone. Hadden de meesters der 15de en 16de eeuw voorna melijk voor koor a capella geschreven, na dien tijd begon de instrumentale poly phonie zich te ontwikkelen e»i zij bereikte in de werken van Bach en Handel een hoogte, die niet meer overtroffen zou worden. De meesters, die voor koor a capella schreven, moesten rekening houden met de mogelijkheden der zangstemmen. Moei lijk te treffen intervalleh werden angst vallig vermeden. Bij de instrumentale po lyphonie vielen natuurlijk vele beper kingen weg; dit is één van de redenen waarom de melodiestructuur bij Bacb ge heel anders is dan bij Palestrina. HENNIE SCHOUTEN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1947 | | pagina 7