Wat noodregeling voor ouden van dagen wil
Thans ook het woord
eens aan de schakers
Joodsche woorden
Ook Sowjet-Rusland lonkt naar Duitschland
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
DONDERDAG 2 JANUARI 194f
ER BESTAAN ERNSTIGE
BEZWAREN
(Door 't Tweede Kamerlid C. Smeenk)
In den kring van het bedrijfsleven blijkt
men weinig ingenomen met de door de
Regeering voorgestelde Noodregeling Ouder
domsvoorziening.
Dit is heel begrijpelijk. Al meer won de
overtuiging veld, dat de arbeiders recht heb
ben op een pensioen bij invaliditeit en
ouderdom, dat ook voor him weduwen en
weezen een voorziening behoort getroffen te
worden. Werkgevers en arbeiders willen
daarvoor offers brengen en een gedeelte van
de arbeidsopbrengst voor dit doel reser
veéren.
Men gevoelt het als een vernedering, dat
de adaeider op zijn ouden dag bij een pu
bliek lichaam de hand moet ophouden, ten
einde een, in verband met zijn behoeften en
financieele omstandigheden vastgestelde, uit-
keering te ontvangen. De idee der verzeke
ring heeft sedert Talma's grooten strijd ter
rein gewonnen. Ook is de wet-Talma-
Aallberse met minimale rentebedragen, on
der geheel andere verhoudingen bepaald, een
stimulans geweest voor de bedrij&pensioen-
fondsen.
In deze lijn wilde de Stichting van den
Arbeid voortgaan. Zij stelde voor om de
renten krachtens de Invaliditeitswet te ver-
hoogen tot f 9.per week voor de ouden
van dagen en tot f 6.per week voor de
weduwen en weezen. Het pensioen voor de
weduwen zou onmiddellijk na het overlijden
van den. man moeten ingaan.
Dat pensioen zou een recht zijn en niet
afhankelijk zijn van den graad van behoef
tigheid. Daarnaast bleef volle ruimte voor
bedrijfsregelingen.
De kosten van deze wijziging der Invalidi
teitswet, die technisch vrq eenvoudig zou
zijn, zouden circa f 150 mihioen per jaar
bedragen. Een aanzienlijk bedrag, dat ge
vonden zou kunnen worden uit de zooge
naamde „verevendngsheffing", welke door
de bedrijven wordt opgebracht. Zoo bleef
men in de principieele lijn der verzekering.
De Regeering raamt de kosten van de door
haar voorgestelde voorziening op f 150 200
milldoen per jaar. Eenerzijds is de kring van
de door haar begunstigden kleiner dan de
groep, die onder de Invaliditeitswet valt.
Immers helpt zij niet de invaliden beneden
de 65 jaar. En evenmin de weduwen en de
weezen. Maar anderzijds wordt de kring
veel grooter door de opneming van de niet-
arbeiders beneden de inkomensgrenzen. Ook
zqn, althans voor personen zonder of met
geringe eigen inkomsten, de in uitzicht ge
stelde bedragen, hooger.
Niet minder dan 500.000 personen zullen,
naar schatting, voor een uitkeering in aan
merking komen. Stelt men de gemiddelde
maximum uitkeering voor de gehuwden op
f 69 a f 70 per maand en die voor de onge-
huwden op maximaal f 35f 44 per maand,
dan zou indien er geen aftrek van eigen
inkomsten werd toegepast een bedrag van
plm. 300 mitlioen door den Staat beschik
baar gesteld moeten worden. Dat de Regee
ring een uitgave van „slechts" f 150 200
mdlhoen verwacht, bewijst hoe belangrijk de
gedeeltelijke aftrek van eigen inkomsten
waartoe ook behooren renten krachtens de
sociale verzekeringswetgeving is. Toch
schijnt twijfel mogelijk aan de juistheid van
de raming.
Wat hiervan zij, voor ons is het princi
pieele bezwaar tegen de voorgestelde rege
ling van het grootste gewicht, al mag stel
lig ook niet lichtvaardig over de kosten wor
den gedacht. Vooral niet onder de huidige,
omstandigheden, nu de enorme staatsuitga
ven het gevaar der voortgaande inflatie niet
denkbeeldig maken. De Regeering wil de
uitgave dekken uit de opbrengst der ver
eveningsheffing en door een verhooging van
de omzetbelasting, die de kosten van het
levensonderhoud zal doen stijgen. Daarnaast
wordt een bezuiniging becijferd op de uit
gaven voor armenzorg van rond 20 millioen.
Door het wegvallen van de tijdelijke toe
slagen op de Invaliditeitswet en de Ouder
domswet, voorzoover die worden genoten door
65-jarigen en oudere personen, zal rond f 10
miUdoen bespaard worden. Dank zij de uit
kering zal, langs velerlei wegen, de op
brengst der belastingen met f 9 millioen
stijgen. De rest van de f 150 200 imiüdoen
moet komen uit de reeds genoemde ver
eveningsheffing en de omzetbelasting.
Aangezien de eerstgenoemde heffing tot
dusver voor een groot deel aan de alge-
gemeene Rijksmiddelen ten goede kwam
VERWIJDERING VAN DE
ECON. GRENZEN
Volgens den correspondent van de „Daily
Mail" wordt in het Kremlin een plan be
sproken om de Sowj et-Russische politiek in
Duntsdhland zoowel ten aanzien van de
Geallieerden als van de Dudtschers te her
zien. Het voornemen zou zijn een Russisch
aanbod, om de economische en militaire
grenzen tussdhen de zone van het roode
leger en de rest van Duitschland te ver
wijderen. Daartegenover staat, dat het Rus
sische aandeel aan de herstelbetalingen uit
de productie van consumptiegoederen door
de industrieën in West- en Zuid-Duitsch-
land zal worden betaald. Deze nieuwe poli
tiek, die op de bijeenkomst van de ministers
van Buitenlandsche Zaken te Moskou zal
worden bekend gemaakt, wordt als een over
winning van de gematigde politici be
schouwd, in het bijzonder die van maarschalk
Sokolofsky, den Russisohen opperbevelheb
ber.
Op de conferentie te Moskou zal Six William
Strang, politiek adviseur van den opperbe
velhebber in Duitschliand, Bevin kunnen
vervangen als het Duitsche vraagstuk aan
de orde komt.
Professor Oscar Lange, aftredend ambas
sadeur van Polen in Washington verrast
met de mededeeling, dat de Poolsche regee
ring zal voorstellen om de onderteekening
van het vredesverdrag met Duitschland in
Warschau te doen geschieden, omdat de oor
log in Polen is begonnen en Warschau van
alle hoofdsteden in Europa het meest werd
verwoest
waartegen de werkgevers terecht bezwaren
opperden ontstaat er dus een gat, dat
grootendeels door de omzetbelasting gevuld
zal moeten worden.
Genoeg hierover.
Waarom is de Regeering niet ingegaan op
het voorstel van de Stichting van den Ar
beid, dat aansloot bij de bestaande verzeke
ringswetgeving?
De voornaamste reden daarvan zal wel
zijn, dat zij ook wat wilde doen voor de
niet-loonarbeiders, voor de niet krachtens
de Invaliditeitswet verzekerden.
Nu zijn ook wij van oordeel, dat de zoo
genaamde „kleine zelfstandigen" behoefte
hebben aan een ouderdomsvoorziening. Wij
willen hen dan ook onder de verplichte
verzekering zien gebracht. Dan kunnen ook
zij straks een pensioen als een recht,
door arbeid en premiebetaling verworven,
ontvangen.
Deze groepen moeten zoo spoedig
m o g e Lij k in den kring der verzekerden,
op speciale voorwaarden, worden opgeno
men. Natuurlijk is ook voor hen, evenals
destijds voor de loonarbeiders, een over
gangsregeling noodzakelijk, waarvan
de kosten door den Staat gedragen moeten
worden. De 65-jarigen en ouderen ontvan
gen dan iderdaad him rente gratis, voor
zoover zij beneden een bepaalde inkomens
grens blijven. Maar voor de jongeren dan
65 jaar moet aanstonds de premiebeta
ling aanvangen. Het verzekeringsprincipe
blijft dan gehandhaafd. Bij de noodregeling-
D r e e s dreigt dit geheel losgelaten te wor
den, al spreekt de considerans van het ont
werp ook van „een voorloopige regeling",
„in afwachting van de totstandkoming eener
OPLOSSINGSWEDSTRIJD
MET EENIGE PRIJZEN
Wij willen, zooals wij dit in het verleden
herhaaldelijk hebben gedaan, onzen lezers,
die dezer dagen over wat meer vrijen tijd
beschikken dan gewoonlijk het geval is, de
gelegenheid bieden zich een oogenbhlk en
misschien wel langer! te verdiepen in
enkele schaa kop gaven.
Wij publiceeren daarom hierbij een aantal
problemen, partij stellingen en eindspelstu
dies. Voor elke goede oplossing wordt een
bepaald aantal punten toegekend. Degenen,
die het hoogste aantal punten behalen, zul
len als prijs ontvangen het boekje van Hans
Kmoch „De eerste schaakmatch Amerika-
Rusland*'. Er zijn 10 van deze boekjes be
schikbaar. Indien er meer dan 10 gegadig
den voor de prijzen zijn, zal worden geloot.
SERIE A.
Opgave 1. Uit een partij EuweFlohr.
Wit: Kgl, Dc3, Tal, Le3, pionnen b4, c5,
d5, e4, g2 en h2 (10).
Zwart: Kg8, De2, Tf8, Lg7, pionnen b7, c7,
d6, e5, g6 en h7 (10).
Zwart speelt en wint. Voor goede oplossin
gen 2 punten.
Een ander geluid, doet dr Adenauer, de
voorzitter van de Christelijke Democratische
partij in de Briitsdhe zóne hocxren. Hij heeft
namelijk verklaard, dat geen lid van zijn
partij een vredesverdrag zalonderteek enen,
waarin de OderNeisse—linie, de huidige
Westgrens van Polen erkend wordt.
GOED BEDOELD, MAAR GEEN TAAK
VOOR DE OVERHEID.
Onlangs heeft de afd. Voorlichting van het
dep. van Landbouw c.s. in haar persberichten
verslagen opgenomen van redevoeringen, die
gehouden werden door de heeren F. den
Hartog en H. D. Louwes, respect, voor de
(neutrale) Holl. Mij van Landbouw en het
(neutrale) Kon. Ned. Landbouwcomité. Zulks
op verzoek van beide organisaties ten be
hoeve van de plattelands- en de vakpers. Op
desbetreffende vragen van het a.-r. Kamer
lid Algra heeft minister Mansholt erkend,
dat hij deze houding van genoemde afdeeling
minder gelukkig achtte en uiteraard geen
voorkeur heeft t.a.v. soortgelijke redevoerin
gen.
ZOETWATERVISCH WORDT NIET
VERNIETIGD.
Het onlangs door ons aan een ander blad
ontleende bericht inzake vernietiging van
zoetwatervisoh op groote schaal in Friesland
blijkt, uit een antwoord van minister Mans-
holt aan het Kamerlid Vondeling, gelukkig
sterk overdreven te zijn. Slechts eenmaal is
250 kilo, die door slechte behandeling bedor
ven was, aan vernietiging prijsgegeven.
definitieve voorziening door middel van ver
plichte verzekering".
Er is echter geen waarborg, dat deze
definitieve voorziening spoedig tot stand zal
komen. Zelfs is te vreezen, dat sommigen
met die voorziening liever geen haast ge
maakt willen zien, maar op verlenging van
de noodregeling zullen aansturen. De rela
tieve hoogte der uitkeeringsbedragen maakt
den overgang naar de verzekering ook verre
van gemakkelijk.
Ernstige bezwaren hebben wij tegen het
ingediende ontwerp. Mocht het gehand
haafd worden, dan zal in elk geval het be
drag, dat iemand uit een particuliere pen
sioenregeling ontvangt, buiten beschouwing
moeten blijven. Dat verhoogt de kosten.
Ook komt dan de vraag aan de orde, hoe te
handelen met inkomsten uit besparingen.
Maar het is een belang van de eerste orde,
dat de ontwikkeling in de lijn van bedrijfs
pensioenfondsen niet wordt afgebroken. Het
gevaar daarvoor is groot. Reeds nu kan
men in den kring van werkgevers en arbei
ders hooren: waarvoor zullen wij nog lan
ger groote offers brengen, waarvan ten
slotte toch de al verzorgende Staat voor de
helft profijt geniet?
Dis is funest. En op den duur ook niet in
het financieel belang van de publieke licha
men.
Daarom bepleiten wij met nadruk een
wijziging van de regelingen, die betrekking
hebben op de verrekening met inkomsten
uit pensioenregelingen van particuliere be
drijven. Hetgeen de Regeering voorstelt
leidt tot een zeer bedenkelijke sociale po
litiek, waardoor de particuliere activiteit
wordt verlamd.
Over het ontwerp zijn nog wel meer criti-
sche opmerkingen te maken. Maar de voor
naamste bezwaren stelden wij in het licht.
I stond in ons blad van -23 Dec.
Opgave 2. Uit een partij MarshallRubin
stein.
Wit: Kg2, Db7, Thl, Td2, Pe2, pionnen a2,
b2, c3, d4, e5, f2, f3 en g4 (13).
Zwart: Kg7, Dg6, Tc8, Tf8, Le7, Pd5, pion
nen a4, c4, e6, g5 en h7 (11).
Wit speelde laatstelijk g4. Hoe forceerde
zwart de winst? Voor goede oplossingen 3 p.
Opgave 3. Eindspelstudie van K. A. L.
Knibbel.
Wit: Kd3, pionnen b6, c2, c5, e3, e6 en
g6 (7).
Zwart: Kd5, Ld8, Lg4, pionnen c3, c6 en
e5 (6).
Wit speelt en wint. Tracht, voordat ge de
oplossing gaat zoeken, de belangrijkste witte
pion aan te wijzen. Tien tegen een, dat ge
er naast zijt. Voor goede oplossingen 4 p.
Opgave 4. Eindspelstudie van Kasparjan.
Wit: Kgl, Dd'l, Lhl, Pe2, pionnen g3, h3
en h4 (7).
Zwart: Ke3, Dg7, Ta4, La6, Lb4, pionnen
b5 en h5 (7).
Wit speelt en wint. Beide partijen offeren
hun dame, doch deze wederzijdsche offers
kunnen ndet aangenomen worden. De situatie
is vol humor. Voor goede oplossingen 5 p.
SERIE B.
Opgave 5. Probleem van C. S. Kapping.
Wit: Kh6, Df6, Tg5 (3).
Zwart: Kh4, Th3, Lel, Pd3 (4).
Wit begint en geeft in 2. zetten mat. Voor
goede oplossingen 2 punten.
Opgave 6. Probleem van C. S. Kipping.
Wit: Kf6, Db3, Te5, Pb8, pion f2 (5).
Zwart: Kd4, Tel (2)
Wit begint en geeft in 2 zetten mat. Voor
goede oplossingen 3 punten.
Opgave 7. Probleem van J. Chocolous.
Wit: Kd8, Tfl, Dh4, pionnen e4 en h6 (5).
Zwart: Kg6, Lg8, pionnen e6, g7 en h2 (5).
Wit begint en geeft in 3 zetten mat. Voor
goede oplossingen 4 punten.
Opgave 8. Probleem van H. H. Rausley.
Wit: Kb4, Ta8, Lb3, Pg7, Ph5, pionnen c5,
f5 en g4 (8).
Zwart: Kg8, Th8, Lf8, Ph7, pionnen d7, e7,
f7, f6 en g5 (9).
Wit begint én geeft mat in 4 zetten. Voor
goede oplossingen 5 punten.
Wij geven dus twee series, elk bestaande
uit 4 opgaven. Meii kan aan beide series
deelnemen, doch komt slechts eenmaal voor
een prijs in aanmerking. Doch ook als men
slechts aan één serie deelneemt, kan met een
prijs winnen Indien men aan beide series
deelneemt, komen de oplossingen der serie,
waarbij men het hoogste aantal punten be
haalt, voor de prijsbepaling in aanmerking.
Zoowel voor serie A als voor serie B kan
men maximaal 14 ^punten behalen.
Oplossingen dienen te worden gezonden
aan onzen schaakredacteur, den heer H. J J.
Slavekoorde, Goudreinetstraat 125 te 's-Gra-
venhage, en uiterlijk op Zaterdag 11 Januari
a.s. in zijn bezit te zijn. Men vermelde bij de
oplossingen den naam van ons blad. Het is
voldoende de opgaven door het nummer aan
te duiden. Schrijf naam en adres van den
afzender duidelijk leesbaar.
Tenslotte wordt dringend verzocht brief of
briefkaart, waarop men de oplossingen in
zendt, te frankeeren met kinderpostzegels.
rv
De vorige maal eindigde ik met het woord
smous. Ik leg er den nadruk op dat, wan
neer ik leelijke woorden of scheldwoorden,
bespreek, ik niet geacht wil worden die te
bewonderen of goed te keuren. Ik ben even
onschuldig als de barometer, die regen of
wind voorspelt, maar daarom nog geen af
keuring verdient.
Dezen keer begin ik met het woord sjikse.
Wie wel eens in Joodschen kring spelende
romans of verhalen van Heijermans, Que-
rido of Carry van Bruggen heeft gelezen,
zal het woord stellig ontmoet hebben. Er
wordt mee bedoeld de Christenmeid, die
voor vuur en licht zorgt op den Sabbath. We
hebben hier te doen met een afleiding, die
niet erg vleiend kan heeten voor dengene
die ze 't eerst gebruikte. Het woord sheiqèq
beteekent namelijk leelijk jongmensch en
het vrouwelijk daarvan shiqeoh heeft sjikse
doen ontstaan. Een woord dat zeer speciaal
Joodsch klinkt, is het woord gijn. Men
spreekt spreekt zelfs van Joodsche gijn,
daarmee aanduidend een eigenaardig soort
Israëlietische geestigheid. Het Hebreeuwsche
woord gein beteekent gunst, genegenheid of
ook wel verrassing, geestigheid. In Joodsche
kringen is ook nog bekend de uitdrukking:
hij heeft gein, maar dan beteekent het iets
heel anders. G is namelijk 8 en N is 50
(volgens het Hebreeuwsche alphabet met de
getalswaarde der letters), zoodat de uitdruk
king beduidt: „Hij is acht en vijftig jaar".
Het woord achelen of hachelen vinden
we, voorzoover ik weet, alleen in de uit
drukking: „Je kan me den bout hachelen",
Aöhelen beteekent eten, bij uitdruk
king likken. Als ik nu nog er bij voeg dat
een boutkitje een privaat beteekent, ben ik
ver genoeg gegaan om aan duidelijkheid
niets te wenschen over te laten. Andere
onfatsoenlijke Nederlanders gebruiken in
zoo'n geval een uitdrukking waarvan de
rivier, aan welke Rotterdam ligt, een deel
vormt.
In een vroeger artikel besprak ik het
woord bezeibelen. Ik had hierbij kunnen
laten aansluiten inzeibelen, dat beteekent:
er leelijk laten inloopen, iemand minder
waardig goed „in de maag drukken".
Mokum ollef heb ik verklaard als de eer
ste stad of de stad met de eerste letter van
het alphabet. Ditzelfde woord ollef komt
nog voor in: Jomolleflui, d.w.z. Zondags-
mensohen, dagjesmenschen. Dit zal dui
delijk zijn als men weet dat jaum
„dag" beteekent. Het woord lui voor
menschen duidt hier de minachting aan.
Onder mijn discipelen heb ik (natuurlijk
door hen ongemerkt) wel eens een zeer
sterke neiging tot platte woorden bespeurd.
Een van die, welke ze gaarne elkaar na
zeggen, is het woord sassen voor een kleine
boodschap doen. Onwillekeurig denkt men
hier aan 't Nederlandsche woord sas, nog
te vinden in sasmeester. Sas van Gent, 't
Goesche Sas, enz. Maar, zooals het bij af
leidingen meer gaat, de richting die we in
slaan, is verkeerd. Het Hebreeuwsche shas-
kenen beteekent namelijk drinken of wate
ren j En de jongelui, die het gebruiken, spre
ken de tale Kanaans zonder het te weten.
Het woord jajem besprak ik bij de Gabber
taal. Ook dit is Hebreeuwsch. Jaïn beteekent
namelijk wijn; jaïn soroph is brandewijn
en zoo werd jajemen gelijk aan drinken.
Minachtend ^egt men om iemands schriel
heid aan te duiden: koef noen, met de be-
teekenis „het kost niets". Quph is de 19de
letter van het alphabet, getalswaarde 100, nun
beteekent 50. Men wil daarmede ironisch
te kennen geven dat iemand desnoods de
150 Psalmen zal lezen, als hij weet, daar
mede zijn in nood verkeerenden vriend te
kunnen helpen, maar onder geen voorwaar
de in den zak tast. Van een leelijk meisje
dat toch gauw aan den man komt. hoort
men soms zeggen: jrües, maar moos", ook
al heet ze heel anders dan Mies. Hier heb
ben we een verbastering van het Hebreeuw
sche miüs (verachting, leelijkheid) en het
woord moos dat ik de vorige maal ver
klaarde,- Een Joodsche verwensching. die
tevens een vèr-wensching genoemd zou kun
nen worden, is de uitdrukking: „Krijg de
lawaaje". Dit is niets minder dan een op
ruwe wijze geuite wensoh om iemands
dood. Lewióh is uitgeleide of uitvaart en
lawaaje „begrafenis". Hiermede heeft ons
woord lawaai edhter niets uit te staan.
In de Gabbertaal ontmoetten we net
woord nifteren voor dooden. Dit is afge
leid van het Hebreeuwsche niptotar (hij is
heengegaan, overleden). Voor failliet of
bankroet gaan kan men soms hooren: pleite
maken. Deze uitdrukking dankt haar ontstaan
aan het woord peleitoh (ontvluchting). Van
het banca rotta (gebroken bank), waarmee
men aanduidde de bank der geldwisselaars,
die stuk geslagen werd, als zij niet' aan
hun verplichtingen voldeden tot de ont
vluchting is slechts een kleine stap. En als
men „een pleite in een pleite maakt" is
het nog een graadje erger, want dit be
teekent dat men zijn schuldeisdhers bij den
neus neemt.
Schadheren (ook wel gespeld sjacheren)
komt van het Hebreeuwsch sahar d.w-z.
handeldrijvend rondtrekken. In hoeverre
versjacheren met de beteekenis: op
minder eerlijke wijze doen verdwijnen ver
band houdX met shogaur (zwart of donker)
durf ik niet te beslissen, maar verdonkere
manen zou hier aardig mee overeenkomen.
Misschien stelt iemand er belang in te we
ten dat de veel voorkomende Joodsche
naam Cohen (Cohn) eigenlijk kauhein
moest luiden en priester beduidt. De fami
lie die het eerst dezen naam droeg, moet
dus wel tot de priesterklasse hebben be
hoord.
Ik neem nu van de Joodsche woorden
en van de lezers voor ditmaal afscheid met
den groet sjalem aleikum (die in den goe
den ouden tijd toen we nóg net zooveel si
garen konden koopen als we wilden, een
zeer gewild merk aanduidde en die niets
anders beteekent dan: „Vrede zij met u"i
Den Haag. Dr F. C. Dominions.
I op 28 Aug., II op 5 Sept., Ill op 19 Dec.
OUDEJAARSAVONDVIERDERS WERDEN
TELEURGESTELD.
Door den lagen waterstand moest de post
boot tusschen Nes (Ameland) en Hol werd
(Friesland), 3ie weer 2 dagen normaal had
gevaren, Oudejaarsdag opnieuw den dienst
staken. Dertig personen, die op het eiland
Oudejaarsavond wilden gaan vieren, moester*
teleurgesteld huiswaarts keeren.
Op Nieuwjaarsdag werd op het H.F.C.-terrein te Haarlem de traditioneele voetbalwedstrijd
H.F.C.Oud-Internationals gespeeld. VJjij. de veteranen (voorste rij): Wels, Vente,
La gen daal, Tap, van Gelder; (staand): Karei Lotsy, Sp&andonck, Krom, Pellikaan, Halle,
Steiger en Caldenhove.