SCHOOLMEUBELEN 4 "f *■*1 i A A B i A Ür A IA A A P A f A S w l^lü - k DE WERELDREIS VAN PROFESSOR SPUYT gATtKBAG 3 MEI 1941 PAG. 5 Kerk en Zending DS. D. POL 1901 - 19 Mei - 1941 Dat een dominee naast z'n kerk woont toch niet ln de pastorie, die aan de andere kant van de kerk staat, dat is zeldzaam. En dat een dominee vanuit zijn kamer het dorp kan zien liggeh, waar hij 40 jaren geleden zijn amht aanvaardde, zal óók wel niet vaak voorkomen. In beide gevallen verkeert ds. van Pol van Rijsoord. De pastorie was hem, viens zeven kinderen hun bestemming had- 1 <en gevonden, en wiens gade hem een paar aren geleden ontviel, veel te groot geworden iin wat het uitzicht betreft, zóó ver ligt Heerjansdam, waar hij 19 Mei 1901 predikant werd, niet van Rijoord af, dat je 't niet duide- lijk kunt zien liggen. Overigens is het dezen jvitalen 63-jarige niet vreemd, huis en kerk nauw te verbinden, want hij heeflt gestudeerd in de stad, waar hij (30 Oct. 1877geboren werd: Kampen. Zelfs zijn Zendingsliefde komt niet van ver, want het was zijn schoon vader, de bekende Zendingsman Ds. H. Dijk stra, die de bij hem reeds ontwaakte be langstelling in de Zendjng aanvuurde en door (hem de vertaling van Voetius" Zendingsbe- I ginselen voor te stellen, mee den bodem ge- legd heeft voor de vooraanstaande plaats, welke Ds. Pol thans in de Zending der Geref. Kerken inneemt. Ja maar, zal de lezer zeggen, dit jubileum Ibetreft toch den predikant Pol. Juist, en daarmee zitten we dan ook middenin de tweeledigheid van dit werkzame leven. De Rijsoordsche gemeente is werkelijk geen I handjevol en dat waren. Vli^singen en Bos- koop ook niet. Maar als je een helder hoofd en een sterk lichaam hebt, dan kun jé wat verzetten, en wie Ds. Pol ziet, denkt onmid- dellijk aan compacte werklust. „Ik heb een gemeente van pl.m. 1400 zielen, en elk jaar doe ik, naast het ziekenbezoek, catechisatie enz., huisbezoek bij een derde gedeelte." Pastorale ambitie echter timmert niet aan den weg, evenmin als belangstelling in plaat- t selijke aangelegenheden (Ds. Pol was bijv. 1 in Heerjansdam voorzitter van het school- bestuur, van de antir. kiesvereeniging en van Patrimonium). Daarentegen staat men, als arbeid voor landelijke of koloniale belangen t" verricht wordt, terstond in het licht der open baarheid. Zoo ging het ook met den a.s. ju bilaris; Heerjamsdam, Vlissingen, Boskoop en Rijsoord komen alleen in de krant, als de predikant van standplaats wisselt, maar Ned.- Indië en Midden-Java liggen ln de zóne der publiciteit. Het aandeel, dat Ds. Pol in de behartiging der Zendingsbeiangen allengs gekregen heeft, getuigt niet alleen van warme liefde, maar heeft ook een zeer bepaald karakter. Men kc.n dat bijv. aflezen uit de volgorde, waarin hij (dn het voorwoord van den 2 en druk van zijn boek over de Zending op Midden-Java) twee dingen noemt: „Moge dit boek dienstig ■f. zijn tot vermeerdering van de kennis der Zending en daardoor tot versterking der liefde voor de Zending". Zal Nederland zijn taak als Zendingsbas'is voor Indië goed vwroilen, dan moet het kennis hebben van de Zending, van jle beginselen en de theorie zoowel als van de organisatie en de J praktijk. Naar d i t bestek heeft Ds. Pol zijn arbeid voor de Zending gericht en het bleef niet onopgemerkt. Toen hij ruim 20 jaren geleden in de Macedoniër in dit, helaas in 1940 be- zwek enmaandschrift, bleek zijn voorliefde tot de studie der Zendingsw etenschap) artikelen schreef over de Zending op Midden- Java ten Zuiden, vroeg de Zendingsstudie raad hem: schrijft u er een handboek over. Alzoo geschiedde en met kennelijke voldoe ning wijst Ds. Pol ons op een recensie van den Zendingshoogleeraar Bavinck, waarin deze de groote deskundigheid prijst van don auteur, die Java nooit gezien heeft. Zoo heeft het hem ook,grootelijks verblijd, dat de rid derorde, hem destijds verleend, op voordracht van den toenmaligen Minister van Kolo niën, Dr. H. Colijn, is geschonken, erken- ning dus van verdiensten op het gebied der Zending als belangrijke factor voor het wel wezen onzer Indische bevolking. ONS FEUILLETON Inhoud voor nieuwe lesers Hijh>ld van vo^-blj vgren, 1 dj d tagtaak ten *t -noegen dai n r—- A.v hi trd hij dan ook inde w*s. kende Hiweje was erg vervallen Het is geen toevalligheid, maar veeleer de consequentie van ernstige studie en volhar- rende toewijding, dat Ds. Pol thans èn dooi zijn voorzitterschap van de Gen. Deputaten der Zending èn door zijn Redacteurschap van het Zendingsblad beschikt over den invloed, die noodig is om het werk vruchtdragena vanuit het moederland te leiden en tegelijk de Geref. kerken te activeeren voor de ver vulling van een taak, die zij als Goddelijke roeping gezien en aanvaard hebben. Terwijl wij dit schrijven, vervult ons de beklemming, die ook over den arbeid van Ds. Pol en zijn mede-leiders gekomen is: hoe dit alles nu lamgeslagen werd! Neen, niet het Zendings werk zelf dat getuigen de telegrammen van Java wel anders, maar het contact tus- schen moederland en koloniën, ook met al de daaraan verbonden materieele gevolgen. Als wij Ds. Pol vragen, of er dan niet eenige relatie te maken was, is het antwoord zoo afdoend mogelijk: niets, volstrekt niets buiten de paar telegrammen. Maar dat wil allerminst zeggen: dus weten we niets. Want er is ook een zeker weten des geloofs, dat overtuigd is van de ongerepte volharding, waarmee de werkers ginds hun moeilijke taak b 1 ij v e n vervul len, daarbij gedragen door het gebed der gemeenten het contact, dat niet gebroken worden kén. En in dit weten blijft ook de thuis arbeid voortgaan, worden regelmatig de Zendingsfinanciën behartigd, blijft de Zen dingscursus van Prof. Bavinck voortgaan, wordt ook de Zendingsstudie niet verwaar loosd. Zendingsblad en Zendingskalender (ook deze stelt Ds. Pol samen) blijven ieder op zijn wijze de belangstelling en de liefde onderhouden en in het kerkelijk verband blijft het onderling contact van zendende kerken, deputaten en commissies behouden. En nu zouden we nog heel wat functies van den a.s. jubilaris kunnen opsommen, want hij is de man niet, om niet van elk i n direct middel gebruik te maken tot versterking van kennis en belangstelling in de Zending (ln het Geref. Jongel. Blad, ln de Chr. Encyclo paedic, op Zendingsconferenties, zooals de Kontinentale van 1925, 1929, 1934 en 1938, in den Ned. Zendingsraad). Maar Ds. Pol wil zijn jubileum, nu fcijn gade dit niet beleeft, buiten alle feestbetoon houden, zal ook geen gedachtenisrede, evenmin een receptie hou den. „Dat wil nog niet zeggen, zoo voegt hij ons met ware overtuiging toe, dat ik zwijgen wil van de groote dankbaarheid, die mijn hart voor God vervult; Hij heeft mijn leven rijk gezegend en Hem moet wèl dank ge bracht worden, nu de 40 jaren 'vol zijn. Hoe snel zijn ze voorbijgegaan. Maar ik ben nog niet op. En al zou ik, zoolang de omstan digheden mijn werk voor de Zending rem men, nog niet tot emeritus bevorderd willen worden, als eenmaal de band met Java weer gehecht zal zijn, lijkt het me een vreugde, dan alle tijd daaraan te kunnen geven". Zoo zal dan de 19e Mei voor Ds. Pol en zijn .kinderen een dag van blij èn weemoedig herdenken zijn, en zoowel tn or* land, als heel ver weg zullen er velen zijn, die den opgewekten. doelbewusten en stoeren werker op hun wijze zullen doen weten (of het nood gedwongen in een stille bede moeten zeg gen» dat God der. bouw van het Zendings werk in Ned.-Indië ook door zijn handen heeft doen rijzen. REM. BROEDERSCHAP Beroepen; te Rotterdam N. Blokker te BEROEPBAAR Het prov. kerkbestuur van Zuid-Hólland heeft tot de Evangeliebediening ln de Ned. Herv. kerk toegelaten de heeren D. Lam berts, P. Moerenhout en J. V ink en- fa o r g, allen cand. aan de R.U. te Utrecht. BEROEPINGSWERK De classis Dordrecht van de Geref. kerken heeft besloten, de Geref. kerk te Papen- d r e ch t zoodanig te steunen, dat zij kan overgaan tot het beroepen van een eigen predikant. Thans werkt te Papendrecht als hulpprediker cand. J. B W e l^ri e rs. DR. P. J. KFOMSIGT Naar wij vernemen is de aanvankelijke be terschap van dr. P. J. K r o m si g t te 's-Gra- venhage, emeritus-predikant wan de Ned. Herv. gemeente van Amsterdam en een be kend voo'rman van de Confessioneele Veree niging, opnieuw door een inzinking gevolgd. Hoewel men niet zonder hoop is, blijft de toestand toch zorg baren. Naar w(j vernemen ligt het in de bedoeling at jaarlijksche algemeene vergadering van de Ver. van predikanten der Chr. Geref. kerk, op Donderdag 5 Juni as. te Apeldoorn te houden. FIRMA J. ROTHUIZEN ZN., HEELSUM BIJ ARNHEM Vereen, van Kerkvoogdijen in de Ned. Herv. Kerk De algemeene vergadering Het hoofdbestuur van de vereeniging Kerkvoogdijen in de Ned. Herv. Kerk heeft besloten de algemeene vergadering dit jaar een sober karakter te geven en te doen sluiten op de bijeenkomst van dit college met de gedelegeerden der Prov. afdeelingen. De algemeene vergadering zal slechts dienen ter afdoenning van de statuair voorgeschreven plichten terwijl referaten en toespraken dit maal niet zullen gfehouden, worden. Mochten de tijdsomstandigheden zulks veroorloven dan is het hoofdbestuur voornemens dit na jaar een tweede algemeene vergadering samen te roepen met een voor de leden meer aantrekkelijk programma. Het jaarverslag Aan het jaarverslag van den secr., iOlr. A. de Jong, burgemeester van Mijnsheeren- land, ontleenen we dat over 1940 60 nieuwe leden werden ingeschreven. Thans zijn 934 kerkvoogdijen bij de vereeniging aangesloten. Het hoofdbestuur kwam in 1940 viermaal bij een. Nieuw lid van, het hoofdbestuur werd Mr. A. v. d. Hoop te Middelburg in de vac. van wijlen Mr. R. M. v. Dusseldorp te Goes. Met de Algemeene Synode der Ned. Herv. kerk onderhield het hoofdbestuur nauw contact. In de 2e helft van 1940 riep de Syno de herhaaldelijk de medewerking der ver eeniging in, die o.m. werd uitgenoodigd zit ting te nemen ln de Urgentiecommissie, de Commissie voor kerkelijk overleg en de com missie die te adviseeren had over „Finantiën en Kerk". De Vereeniging droeg aan de Synode 500 bij voor de noodcollecte. Met den Ned. Klokken, en Orgelraad werd over eengekomen dat waar geen goede orgel adviseurs beschikbaar zijn, de om, advies vragende kerkvoogdijen naar dezen Raad zullen worden verwezen. Waar invoering van arbitrage in de kerkelijke reglementen nog niet mogelijk bleek, is de Juridische commis sie, aangevuld met vertegenwoordigers uit het bestuur, bereid, zooveel mogelijk zelf als arbitrage-instantie op te treden. De verhou ding tusschen Bestuur en Beheer is blijkens een enquête over het algemeen goed. De Zuiderzeecommissie staat voor een nieuwe taak, n.l. het stichten van kerken in den nieuwen Nóor<> Oostpolder. Het werk der fraudeverzekeringscommissie breidt zich nog steeds uit, idem dat van de commissie Storm- Brand. De financiën der vereeniging zijn ge zond. Hard wordt momenteel gewerkt aan de verhouding Bestuur-Beheer om de daar mede samenhangende problemen in goede banen te leiden, zulks met volkomen aan vaarding van de coördinatie van deze twee. Vele vragen roepen nog om oplossing, waar bij o.a. gedacht wordt-aan de herziening va.1 alle reglementen op den hoofdelijken omslag, noodza'kelijk geworden door het veranderd belastingstelsel, waarbij het H.B. hoopt dat er één uniform reglement op den kerkelijken hoofdelijken omslag komen zal met slechts variaties t.a.v. de te heffen bedragen. Met het oog op de Inscha keling in het kerkelijk verband Is het nood zakelijk dat alle kerkvotgdijen als lid toe treden. De jaarlljksche schooldag van de Theol. School der Chr. Geref. kerk zal^dit jaar op Woensdag 4 Juni a.s (e Apeldoorn in de Chr. Geref. kerk worden gehouden. m TOGA Onder de predikanten der Chr. Geref. kerk heeft thans ook de toga haar intrede gedaan, want ds. L. S. den Boer te Amsterdam- West is thans in toga gaan preeken. CONFESSIONELE VEREENIGING Woensdag 14 Mei a.s. komt de afd. Gelder land te Apeldoorn in het gëbouw Irene in algemeene vergadering bijeen. In de namiddag-vergadering, aanvangende te twee uur waar ook belangstellenden hartelijk welkom zijn hoopt dr. J. Ch. K r o m s i g t van Zeist het onderwerp „Sy node en Kerk" in te leiden. Ds. L. J. R. K a 1- m y n van Vollenhove heeft zich bereid ver klaard het wijdingwoord te spreken. Onderwijs JUBILEUM W. H. MOORT Gisteren mocht de heer W. H. v. Moort, hoofd van de Chr. school te Wemeldinge, zijn zilveren ambtsjubileum vieren. De jubilaris die op verschillende plaatsen werkzaam was, bracht de meeste dienstjaren door in Wemel dinge. Hij beweegt zich op verschillend ge bied en was vele jaren voorzitter der Chr. Hist. Kiesvereeniging. Hij riep mede de Chr. Hist. Jongerengroep in het leven en gaf zijn krachten ook aan de Chr. Jongemannenver- eeniging in zijn woonplaats. PROF. DR. GREIJDANUS Zooals te verwachten was heeft Prof. Dr. Greijdanus op zijn 70sten verjaardag, hoewel de viering daarvan een besloten karakter droeg, overvloedig gedeeld in belangstelling van vele zijden. Telegrammen, brieven en bloemen kwamen in milde mate binnen, ter- wel des middags een druk bezochte receptie aantoonde, hoezeer de jarige bij zijn collega's, studenten en predikanten geëerd is. Waai prof. Greijdanus in 1942 een kwart eeuw hoogleeraar te Kampen zal zijn, is er wellicht dan gelegenheid, zijn vierdagen in een meer officieele lijst te zetten. Examens Heida, B. J Bllle- Doctoraal pharmacie: T w n llik voorbereidend: W. L. J. Utrecht. Candidaats rechten: P. v. d. Broek en mej. F. Tas; ,cand sociale geografie: J. A. F. Poe len; doctoraal klassieke letteren: G. J. Fleers; theoretisch tandheelkundig le gedeelte: J. Ver hagen: voor het 'theoretisch tandheelkundig 2e gedeelte: F. J. Tempel, R. W. lerschot. H M. Schmidt Crans. W. F. Houwing. G. J. W< ?sel- dljk; candidaats klassieke letteren: F. J. J. Pen- ders, W. C. Janssen. Amsterdam. Doctoraal examen pharmacie, mei. A, M. van Hulst en de heeren W. Kraal en J. B. Pronk. SCHAAKRUBRIEK Eventueele correspondentie over deze rubriek te richten tot: H. J. J. Slavekoorde, Valkenboschkade 625, Den Haag. Een nieuwe match EuweKramer Het is nog niet zoo lang geleden, dat Dr. Euwe en de Friesche kampioen Kramer een match van 8 partijen hebben gespeeld, welke» naar men zich' zal herinneren in een 53 zege voor den ex-wereldkampioen eindigde. Deze uitslag, waaraan wij destijds een kleine commentaar hebben gewijd, zal bij vele schaakkenners en -liefhebbers de vraag hebben doen rijzen: was Kramer zoo goed, was Euwe minder goed in vorm, of deden beide omstandigheden zich gelijktijdig voor? Het aantal schakers, dat den uitslag 53 als de juiste waardeering van de onderlinge krachtsverhouding dezer twee spelers be schouwde, zal echter wel zeer. klein zijn geweest. Hoe dit ook zij, men kan over dingen als deze wel gissen en filosofeeren, doch er weinig over te berde brengen, dat op exacte feiten berust. Eén ding is echter zeker: Het is verklaarbaar, dat beide par tijen van een revanche niet afkeerig waren. De hiertoe strekkende onderhandelingen kregen tenminste in 'een minimum van tijd haar beslag. VAN DE BOEKEN MET DEN LEEUW Zoo Juist verscheen een Evert Z and tra DE WIJDE STILTE 'n roman over het Hollandtche polderland, tterk en boeiend. Van dezen schrijver verscheen reeds eerder HET KLOTSENDE MEER 2e druk een spannend en grootsch epos van hel Friesche tand en DE VLAMMENDE HEIDE een prachtige roman over de hardwerkende heideboeren en hun sterk Godsvertrouwen. Ingenaaid f 3.05. Gebonden f 4.10. - Bij den Boekhandel verkrijgbaar. suMdf iut.scneiï EtR&è en Aijeonw. Omdat deze partij te Zwolle werd gespeeld, heeft men deze speelwijze het Zwolle-systeem ge noemd. Zij verschilt weinig met het Cata- laansoh, waarin g3 op den vierden zet ge schiedt en de zet Pf3 vooraf gaat. 3d7d5 4 Lflg2 d5xc4 5. Ddl— a4t Pb8d7 6. Pbl—d2 c7—c6. 7. Da4 x c4 e6—e5 8. Pgl—f3 Pd7—b6 9. Dc4d3 e5-xd4 10. Pf3xd4 Lf8—e7. 11. 0—0 0—0 12. Pd2-b3 Lc8—g4. Zwart's stelling is niet geheel rooskleurig. Toch is het niet gemakkelijk om precies aan te* geven, wat hij beter had kunnen doen. Misschien had hij 12c5 kunnen pro- beeren. Met den zet Lg4 slaagt hij er welis waar in de verzwakking h2h3 uit te lokken, doch dit geschiedt ten koste van de onder mijning van zijn eigen stelling. 15. Dd3xd8 Le7xd8 16. Pf5—d6 Ta8— b8 17. Pb3c5 Pf6 d5 18 Pd6xb7 Ld8—e7 19. Pc5—e6 f7xe6 20. Pb7—a5 Stelling na 20. Pb7—a5. ZwartKramer k k m m m m m wd WitEuwe Bet beschouwen van bovenstaande stelling leert al spoedig, dat de strijd eigenlijk reeds gestreden is en dat het slechts de vraag is hoelang het nog duren zal. Zwart heeft een pion minder en bovendien drie geïsoleerde pionnen. De witte stelling daarentegen ver toont geen zwakke punten en kan bovendien bouwen op de hulp van het looper-paar. 20Tb8c8, 21. Lel—d2 c6—c5, 22. Xc4 Tc8c4, 27. Lg2xd5 e6—d5, —cl Le7—f6. 29. TclX<* d5Xc4, 30. Ld2—cl Kg8—f7, 31. e2—e4 Kf7—e6, 32. f2—f4 Lf6— d4t, 33. Kgl—fl h7h5, 34. Kfl—e2 a7—a6, 35 Lele3 Ld4c3, 36. Ke2dl g7g6, 37 Le3—f2 Ke6—f6, 38. Kdl—c2 Lc3—a5, 39 Le3—d4t Kf6—e6, 40. g3—g4 h5xg4, 43 Kc2dü Lc5—b6, 44. Kd2—e2 Lb6—c5, 43. Kc2—d2 Lc5—b6, 44. Kd2—e2 Lb6—c5, 45. Ke2f3 Lc5—a3. H erna werd' de partij onderbroken, nadat Dr Euwe zijn 46sten zet had afgegeven. De pa: dj is echter niet meer hervat. Nadat Kra- me thuis de gelegenheid had gehad haar rustig te bestudeeren bleek hem al spoedig, da' hij geen mogelijkheid had zich staande te ho .den; derhalve gaf hij zonder verder spelen op ~>r. Euwe had afgegeven 46. f4f5t. PARTIJSTELLINGEN Ditmaal geven wij twee partystellingen ter oplossing. De eerste kwam voor in een partij SehatzGiegold, gespeeld te Hof in 1934, en de andere is afkomstig uit een simultaan seance van Flohr, welke in 1934 in Tsjecho- Slowakije plaats vond. In beide gevallen moest de witspeler (waaronder dus Flohr) het loodje leggen. m m f£ A - km WiT' m Cl iiiys ém PP fl A Zwart aan zet wint. IA Él l m k k M I k s vf- zm M k m A Wit speelt, zwart wl.it. EINDSPELRUBRIEK Onderstaand eindspel geven wij ter oplos sing. Oplossingen moeten uiterlijk op 10 Mei a.s. in het bezit van den redacteur zijn». Eindspel van H. GININGER Hev. Romana de Sah 1935/2 Wit Bpeelt en wint. door G. TH. ROTMAN (Nadruk verboden.) XXXIV (9697). Binnen enkele minuten was Miauw-Knauw terug, thans vergezeld van enige zijner kornuiten. In düe tussen tijd hadden Professor en zijn kleinzoons zich uit de Pu lex weten te werken. Ze ploeterden in het watei v ud en waren heus niet benijden. Want ze hadden enkel nog maar de keus: óf in het water blijven en verdrinken, öf er uit komen en door de papoea's opgepeuzeld worden. Ze besloten dan maar dit laatste te kiezen, dèt stond in elk geval niet zo oi middeHi'ik voor de deur en wie weet, misschien kwam er op 't laatste ogenbllik nog redding. Ze zwommen dus naar de kar.t, grepen de reddend toege- gestoken handen der wilden ca lieten zich op de kant trekken. Nu giing het in optocht naar het stam hoofd, Oepoepoetoeti. Deze zag' er aJerijse- lüjikst angstwekkend uit en zijn dikke- buik deed vermc dien, dat hij al heel wat pro fessoren en andere lekkernijen naar binnen gewerkt had. De hoofden scheen hij niet te lusten, want die hingen, uitgedroogd en wel, aan zijn gordel. De drie luchtreizigers werden nu vlak bij het grote braadspit, va? ra an ze strakjes gaargesudderd en met hun eigen jus begoten zouden worden, vastgebonden. Brr! Oepoe poetoeti wreef al oven- z'n bul': bij 't voor- urtoidht op het feestmaal, ofschoon de pro fessor hem eigenlijk wel 'n beetje mager en taai leek zich een ongeluk en gilde alsof zij vermoord werd. Maar Erik stelde haar gerust: .,Een stakkerd uit „Zonneoord". Geheel on gevaarlijk. Hij komt hier eiken dag." „Jullie zijn dwaas. Om je een stuip op het lichaam te jagen, zoo iemand. Mag dat nu maai? Het moest bij de wet verboden zijn. Waa voor is anders zoo'n inrichting? Kijk nou toch eens! Menschen, hij kon dat schaap wel vermoorden!" Tijs, onverschillig voor wat er werd ge zegd, was naar de wieg gegaan en aaide het gezi tje van Margot. t doet hii zoo dikwijls", zei Maria, rust ,.Hij houdt heel veel van Margot, hé Tij." grinnikte, t Is om van te gruwen", zei Aaltje, haar 5 toe1 aohteruitzettend, alsof'Tijs aanstalten maakte, om haar met huid en haar te ver slinden. „Maar menschen, het is toch krank zinnigenwerk, zoo iemand in huis te ont vangen?" .,Neen, het is werk voor krankzinnigen", zei Erik. een woordspeling makend. Aa";e haalde de schouders op: Erik was een groote dwaas; die wist soms niet, wat hij Zoolang Tijs in het vertrek was, dreigde er minder goede verstandhouding te komen. Daarom wist Erik hem met een zoet lijntje weg te krijgen. ..Gelukkig", zei Aaltje. „Je wordt ei onpasselijk van. Ik kom hier niet weer hoor, als die gek hier is." Ze lieten haar praten op dit punt. Zoo vaak kwam zij toch niet. Misschien wel heelemaal niet meer. j „Ik vind h*t jammer voor Laan", zei Erik 'savonds, toen zij vertrokken waren. „Je hebt moeite, om je goed humeur te bewaren bij haar zure op- en aanmerkingen, maar voor mijn part komt Aaltje niet weer." „Niet zoo hard, Erik", zei Maria. „Bedenk dat zij eigenlijk beklagenswaardig is." „Hoe bedoel je dat?" „Zij is allereerst geen moedpr. En dan meent zij, dat ze met geld en mooie dingen- en een aardige woning het geluk gevonden heeft. Maar daar zit het geluk niet, dat weet je." „Neen, je hebt gelijk. Het zit hier hij wees op zijn hart als God het geeft. Ben je tevreden, kindje?" Maria vlijde zich tegen hem aan. Het ge beurde niet vaak dat zij zóó vertrouwelijk tegen elkaar waren. Het waren kostbare oogenblikken, die zij dan toch wel wilde vasthouden. „Ik ben volmaakt gelukkig, Erik. Met jou. En met Margot. En metalles. Zelfs met Tijs, den stakkerd." „God zegene je, mijn vrouwtje." Eriks stem stokte. Hij liep naar den tuin, om zijn ontroering te verbergen. En hij floot een lied. zachtjes. Maria hoorde hét toch'. Het was: Geloofd zij God met diepst ontzag.... VI. De klok van de stichtingskerk, niet een sterke, maar toch een schel geluid, sloeg juist tien uur in den avond toen Erik van den weg kwam, waar hij een luchtje had geschept, alvorens zich te bed te begeven. „De wind steekt op", zei hij, „Dat kon vannacht nog wel eens storm geven." Het was eind November. „Heb je al gesloten?" vroeg Maria. „Ja, ze halen ons zoo maar niet weg", lachte hij. En als steeds zag hij haar dankbaar aan. Maria, voller geworden ook, was nu een echte moeder. Zij hadden nu ook twee kinderen. Want een paar jaar na Margot was weer een meisje in hun wereldje komen kijken, die Lucia was genoemd. Aaltje vond dat vanzelf ook onzin. Noch de naam Margot noch. die van Lucie was in de familie. Het was duidelijk, dat hier weer de dwaasheid van Erik en Maria aan het woord waren, in dit geval vermoedelijk wel alleen van Maria. Zij vond die namen zoo mooi. Alsof je van mooie namen kon leven! Nu, Aaltje gunde die beiden de pret. Zij moest hard ploeteren om er te komen. Dan had zij het toch heel wat beter. Erik en Maria stoorden er zich /niet aan, wat Aaltje zeide. Zij vonden die namen inderdaad mooi. ,Zij waren bevriend met alles, wai zacht en liefelijk luidde. Zij bemin den het mooie en het schoone. „Wéér een meisje", had Maria gezegd. „Wij krijgen zeker alleen meisjes", vond Erik. „Zoo is het goed omdat het ons gegeven wordt." „Maar meisjes zijn duurder dan jongens, Erik." „De Heere zorgt voor ons. Kunnen wij niet tevreden zijn? Daar was het kort gesprek bij gebleven. Zjj waren hoogst gelukkig met hun beide meiéji», van wie Margct al begon te praten. Erik greep den Bijbel van de plank boven de commode. En hij sloeg hem open bij den leeswijzer, dien Maria gemaakt had. Zooals zij zooveel van dien aard maakte op de win teravond. Want zij was vlug en kunstvaardig. En zij wist de naald te hanteeren. Juist wilde hij een aanvang maken met het lezen, toen er heftig op de ramen geklopt werd. Verwonderd keken i.ij elkaar aan. „Wat kan dat nu zijn?" Na vijf. zes uur zagen zij althans in het najaar en in den winter, nooit iemand meer. Nogmaals gehamer, dringender nu. Erik stond op en liep naar de voordeur, die hij heel langzaam ontgrendelde: je kon toch nooit weten; van onveiligheid hoorde je in deze streken niet; maar dit was wat vreemd. „Voorzichtig, Erik." Maria was hem op den voet gevolgd, onge rust en niet vrij van angst. „Wie is daar?" vroeg hij door een kier. „Gezine. Doe open. Laat met binnen", smeekte een vrouwenstem. „Gezine Janse", zei Maria, verbaasd. „Wat heeft die?" De deur was nu open en het meisje kwam het smalle gangetje binnen. Ze zag er ver wilderd uit en leunde tegen den muur. ,Wat is er? Wat heb je?" vroeg Maria. „IkLkben het huis uit gejaagd. Wat moet ik toch doen!" „Doe de deur dicht, Erik", zei Maria. „Ga naar binnen, Gezine. En vertel ons dan eens, wat er nu eigenlijk aan de hand is. Als we kunnen, zullen 've je helpen." (Wordt vervolgdJ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1941 | | pagina 9