Jlimm |Triïtsdjr (£ournnt Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken 1 -J idscel mentspnjs: Oil t 3 maanden 2Al, vermeerderd met 0,15 incassokosten. Per week 19 ct igfuisse nummers 5 ct. Zaterdagnummers Zondagsblad 1M ct Alles bij bruitbetaling. var ten jtentiepruzen: Dlge I ct Per resel Ingezonden Mede- eelingen 49 ct per regel. Minimum efehlsLggeis Bewijsnummer 5 ct Bij con- eden ^ct belangrijke korting, d| Bur. Redactie en Administratie: BREESTRAAT 123. LEIDEN Telefoon 22710 (Na 6 uur 23166). Postbox 20. Postrek. 58936 No. 6409 DINSDAG 22 APRIL 1941 21e Jaargong rtenj "hadjZAME CIJFERS Prof. Dr. A. Noordtzij storti^ I ooals I chotejtot verschijnen vanwege deze "jment var' Landbouw en Vis- nagejagen en mededeelingen van de herhaii den Landbouw. Ptoef afleveringen,, hande pn economischen toestand van post lav in 1938/1939 wordt waar- k deDiasl gegeven. V>et de opmerking worden ge- i ie cijfers niet steeds van telkium zijn en de laatst gepubli- bijzoi<peering der bedrijfsuitkom- neerfcing heeft op het oogstjaar oor ,veeft deze bewerking groot nut. 6moe'dit het geval nu' in verband en d<#bngen voor de Pacbt en -van landbouwgronden, steeds én moet worden naar de pe- cee'l939. k Jjie pacht- en landprijzen in het lans afgestemd op het niveau be£nuit dit gezichtspunt maken rnsejile opmerking over het verslag. vai illende gegevens betreffende zen doen zien, dat van 1927/ 6/1937 de pachten belangrijk doch dat na 1937 weer een ingetreden. Indien de Pachtwet et ofchtprijsopdrijvingsbesluit hier arteipbeide gekomen zouden zijn, n'ns achten ongetwijfeld tot groote ___»gen. Het tekort aan cultuur - daartoe de grootste drijfveer P d' j zijn de netto-bedrijfsuitkom- Vftnige bedrijfsgroepen na 1937 ch een belangrijke verhooging ^Q-jhten zou hierdoor zeker niet emotiveerd zijn. al yinncie Zuid-Holland b.v. ston- 1938/1939 in de ver- l'g'andbouwgebieden de volgende linge t elkaar. De pacht bedroeg bin de verschillende gebieden Sen 18, 87, 81, 88, 71, 85 en 90 gul- K., terwijl de netto opbrengst pjjk bedroeg 15. 27, 16, 40. 22, ^e! en 56 gulden per H.A. ntJj énkel gebieden uitzonderen, rijzozeggen dat pachtprijs en netto- icat^erm'nSt *n een ^u'ste verhou" 'ca "in. Bij beschouwing van de over 1939 kan men wellicht .1 dat deze verhouding in de treken, vergeleken met het 5 ge*! gunstigen zin is gewijzigd, ïouderij geldt dit echter in het eeke. liegr met de verordening betref- rpenVervreemden van landbouw ie* van be^an6 een juist inzicht vestdn het prijsverloop van land jet jaar 1939. ernirkend kan in het algemeen lukkvan land niet plaats vinden ïn fedongen koopprijs hooger ligt '"r 6jJddelde prijs, welke in het jaar tad gen had kunnen worden, hurjverzicht van het verloop der nmé1 boerderijen van November n eemet December 1939 blijkt, dat zen in 1939 vergeleken met jfejjelangrijk (pl.m. 40 pet.) zijn dat in 1938 en 1939 de prij- o bnstant zijn gebleven. zeekleigebied met akkerbouw I bedrijf bewoog de verkoop- 0m gulden eidestreken tusschen 2000 en per H.A., terwijl voor de deze cijfers 1700 a 1300 waren 0l®en bij kennisneming van deze lelkjin het oog moeten houden dat nG^ie cijfers betrekking hebben op felijk klein aantal verkoopingen jjrondsoort, ligging en cultuur plan en hetzelfde landbouwge- Mj uiteen kunnen liggen. jijorzichtigheid bij de hanteering 3(jfers is dus geboden. Tren van de waarde van te ver- lO.tndbouwgrond, dat thans plaats mjoover men wil verkoopen, ver- 300;roote mate van practische des- wat zou de gemiddelde ver- dejeweest zijn van het over te ct in 1939, kan pas juist wor- 336bord, indien men met alle daar- loed zijnde factoren rekening Mr. W. RIP 'sfcON EN MAAN ii 'j mg 22 April 6.29; onderg. 20.49 nwgang 22 April 5.04; onderg. 16.40 nplgang 23 April 5.26; onderg. 17.44 maan Zondag 27 April; eerste kg I Zondag 4 Mei. volle maan Zon- Wordi- 29 April zeventig jaar Dinsdag 29 April hoopt Prof. Dr. Noordtzij, oud-hoogleeraar van de Rijks- Universiteit te Utrecht en thans wonende te Diablerets (Vaud, in Zwitserland), den 70- jarigen leeftijd te bereiken. Prof. Noordtzij werd 29 April 1871 te Heerenveen geboren, waar zijn vader (d< latere Prof. M. Noordtzij te Kampen) predi <ant was. Zijn moeder was de uit de dagen Ier afscheiding bekende Frouwina de Cock, en het is evenzeer bekend, dat de straks 70- jarige voor deze afstamming dankbaar is, omdat in de afscheiding liggende gedachten ook zijn leven beheerscht hebben. In 1872 vertrok hij met zijn ouders naar Schiedam, in 1875 naar Kampen. Hier ging hij van 18771883 op de Chr. school, onder de on volprezen leiding van den voortrekker J. A. G. de Waal, die bijgestaan werd door goede onderwijzers als Byma, Vroeze e.a. Van '83 tot '89 bezocht onze jonge Noordtzij het Ste delijk Gymnasium en in '87 begon hij reeds met de bestudeering der Hebreeuwsche taal. tn '89 volgde de inschrijving als student der Theol. School te Kampen, ten einde daar het propaed. examen af te leggen. Maar reeds in 1887 kwam de begeerte op, om de Semi tische Umwelt van het O. T. te bestudeeren. Dientengevolge ging Noodtzij in Leiden stu- deeren (1890) als eenige leerling voor de studie der Semitische taal en letterkunde. Daar waren Prof. de Goeje, Oort en Land voor het Arabisch, Hebreeuwsch en Syrisch zijn leermeesters, terwijl ook de colleges van Kuenen werden gevolgd. Aanvankelijk kwam Noordtzij onder de bekoring van het Wellhausianisme, door Kuenen verdedigd. Maar zijn vader zeide: „Bestudeer de wereld der oud-Oostersche volken; volg de opgravingen en lees wat daar aan het licht komt. Dan zul je wel zien, dat Kuener/s beweringen niet houdbaar zijn" Er volgden moeilijke jaren, voordat hij vasten grond onder de voeten had. Vandaar de keuze zjjner dissertatie: „Het Hebreeuwsche voorzetsel El" in Juni 1896. In dit jaar ging hij weer naar Kampen; in Juli '96 werd hij semi-candidaat. Onmid dellijk daarna werd hij aangezocht om Hebreeuwsch te doceeren; voorts in Juli '97 om het in '96 opgerichte Geref. Gymnasium te hulp te komen, waar een leerkracht ont brak voor Nederl., Fransch en Vad. Gesch. 21 uur per week). Hoewel met grooten tegen zin. heeft) hij zich daaraan toch niet durven onttrekken, al wist hij, dat hij daarvoor Prof. Dr. A. Noordtzij. heel hard zou moeter, werken Intusschen werden de Semitologische studiën tevens voortgezet. Zoo werd doorgezwoegd tot 1902, toen het vertrek van Bavink en Biestefveld naar Amsterdam aan Noordtzij de benoeming bracht tot lector aan de Theol. School om oehalve het Hebreeuwsch ook college te geven in Hebreeuwsche Archeologie en Tekst kritiek, terwijl hij aan het Geref Gymn., be halve het Hebreeuwsch, nog slechts les gaf in de Christelijke Religie In 1907 werd hij aangezocht om het Hebreeuwsch te doceeren aan het Stedel. Gymnasium. Ruim een heeft hij dit volgehouden en het toen c geven; het was te veel. Langzamerhand Prof. Noordtzij intusschen begonnen met het schrijven van boeken. In 1905 verscheen zijn studie over De Filistijnen; 1907 zijn Beknopte Hebr. Spraakkunst en ook zijn „Is een nieuwe vertaling van het O.T. noodig?" welk laatste geschrift in 1913 leidde tot de oekende verklaring van de Generale Synode van de Geref. Kerken, dat een nieuwe bij belvertaling zeer gewenscht was en waar van Koks besluit om door middel van „De Korte Verklaring der H. S met nieuwe ver taling" voorbereidend werk te doen weer het gevolg was. In 1912 ging prof. Noordtzij naar Utrecht als opvolger van wijlen prof. Valetton, waar hem de O.T.-ische vakken waren toever trouwd: Inleiding, Exegese en Godsd. van Israël. Zijn oratie „De O.T.-ische Godsopen baring en het oud-Oostersche leven" gaf in groote lijnen de gedachten aan, waardoor hij zich bij zijn universitair onderwijs zou laten leiden. In 1927 liet hij zijn „Probleem van het O.T." volgen. Het eerste geschrift is in het Engelsch vertaald, het tweede in het Engelsch en Duitsch. Beide hebben in bree- den kring de aandacht getrokken en bevruch tend gewerkt. Behalve meerdere tijdschrift artikelen gaf hij in 1924 zijn „Gods Woord en der eeuwen getuigenis". Dat was een poging om „de verschillende lichtstralen op -te van gen", die over het O.T. zijn opgegaan. Hier van verschenen achtereenvolgens drie druk ken, die steeds de blijken gaven van voort gaande studie. Voor de „Korte Verklaring" gaf prof. N.: De Psalmen (1920; tweede uitg. 1934), Ezechiël (1932), Kronieken (2 deelen, 1937 en 1933), Ezra en Nehemia (1939), Leviti. kus (1940). In den loop van dit jaar verschijnt NumerL Behalve zijn wetenschappelijken arbeid heeft prof. N. ook gearbeid op het gebied van het Lager en Voorbereidend Hooger On derwijs. Jarenlang was hij lid en voorzitter van de Commissie van Uitvoering van Geref. Schoolverband, welks eerelid hij sinds 1936 is. Met Prof. Slotemaker de Bruine was hij op richter van' de Chr. H.B.S. in Utrecht, welker eerevoorzitter hij in 1936 werd; voorts be stuurslid en ook voorzitter van den Bond van Chr. Gymnasia en H.B.S.bestuurslid van de Geref. Burgerschool te Utrecht, voorzitter van de Meisjesschool „Instituut Coolsma" te Drie bergen en sinds 1936 eere-voorzitter. Prof. Noordtzij heeft ook leiding gegeven in de Societas Studiosorum Reformatorum, de groote organisatie van Geref. Studenten openbare universiteiten en hoogescholen, hij zelf van 1390—1896 lid was, toen nog den naam droeg van „Hendrick de Cock" en nog geen 25 leden telde. Nu telt ze haar zes afdeelingen bijna 700 leden. Prof, is dankbaar, dat hij eerelid der Unie en eere-voorzitter der afdeeling Utrecht mag zijn. Van 1911 af is daarnaast een Reunistenorga- nisatie gegroeid, waarvan hij sindsdien voor zitter was. Het aantal harer leden nadert nu dat der Unie (620, waarvan 156 in Indië). Sinds 1931 is hij haar eere-voorzitter. Zoo mag prof. Noordtzij nu op een rijk ge zegend leven terugzien. Na een korte inzin king, die hem in 1936 dwong zijn emeritaat aan te vragen, zijn op wondere wijze de krachten vernieuwd. Hij is nu bezig aan een Inleiding op de boeken van het O.T., waar- zijn professoraat hem de noodige stof gaf, evenals voor een Geschiedenis der O.T.- ische Godsopenbaring, die hij daarna pers klaar hoopt te kunnen maken. Kerk en Zending Ds. G. W. Akkerhuis t In den ouderdom van 64 jaar is heden nacht overleden Ds. G. W. Akkerhuis, de oudste predikant van de Geref. kerk te Maassluis. Ds. Akkerhuis was reeds eenigen tijd ongesteld en hem was ab solute rust voorgeschreven. Thans is nog geheel onverwacht het einde van dit werkzame leven gekomen. De Duitsche opmarsch in Griekenland duurt voort Italiaansche troepen bereiken de Grieksche grens Hei opperbevel van de Duitsche weer macht maakt bekend: In Griekenland zijn de Duitsche troe pen bij het achtervolgen van den ver slagen vijand voorbij Larissa ver naar hel Zuiden opgerukt. Andere strijdkrach ten hebben tijdens den opmarsch over het Pindus-gebergte in Westelijke rich ting den meer dan 1500 meter hoogen pas bij Metzovo veroverd. In Albanië hebben de Italiaansche troepen bij den verderen opmarsch op vele plaatsen de Grieksche grens bereikt. Het luchtwapen heeft aan de Grieksche Oostkust Britsche troepentransportschepen met goed resultaat bestreden. In de baai van Volos werd een vijandelijk koopvaardijschip van omstraeks 7000 brt. door bommen ver nietigd. Bij Chalkis kregen twee groote transportschepen zware treffers. Jagers schoten Zaterdag vijf Britsche gevechts vliegtuigen en een jachtvliegtuig zonder eigen verliezen neer. In het gebied van de Middellandsche Zee heeft een formatie Duitsche gevechtsvlieg tuigen van een vijandelijk konvooi een groot transportschip door voltreffers van het zwaarste kaliber tot zinken gebracht. Duitsche Italiaansche gevechtsvliegtuigen vielen in den afgeloopen nacht weer de haven van La Valetta op Malta met goed resultaat aan. In Noord-Afrika zijn hernieuwde met steun ,n pantserwagens ondernomen vijandelijke aanvallen op Solloem en van Tobroek uit afgeslagen. Duitsche jagers schoten hier in luchtgevechten vier jagers van het type Hurricane neer en luchtdoelartillerie haalde een Britsch gevechtsvliegtuig omlaag. Voor de Britsche Oostkust is een koop vaarder van 3000 brt door een bom getroffen. Op het verliep daarvan kan gerekend worden. In Noord-Oost-Schotland werd een fabrieks- installatie in scheervlucht met bommen be stookt. Bij luchtgevechten boven het Kanaal voor de monding van de Theems verloor de vijand twee jagers van het type Spitfire, boven de Britsche Zuid-West-kust een ge- 'echtsvliegtuig. Marineartillerie nam vijan delijke vrachtschepen ter hoogte van Dover onder vuur. De vijand heeft in den afgeloopen nacht met vrij zwakke strijdkrachten op verschei dene plaatsen in Noordwest- en West- Duitschland bommen uitgeworpen, die uit sluitend woningen beschadigden en eenige slachtoffers onder de burgerbevolking maak ten. Luchtdoelartillerie schoot een van de aan vallende vliegtuigen neer. In de gevechten ten noorden van Zagreb heeft ritmeester Sachenbacher zich op 13 April onderscheiden door met zijn escadron fietsers door vastberaden optreden een vijan delijken divisiestaf gevangen te nemen en daardoor de overgave van het gros van deze divisie, omstreeks 12,000 man te bewerk stelligen. Na den verjaardag van den Führer Antwoordtelegram van den Führer aan den Rijkscommissaris Op zijn tot den Führer gerichten geluk- wensch heeft de Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied, rijksminister Seyss Inquart het volgende telegrafische antwoord ontvangen: „Voor uw vriendelijke woorden en de voor mij ter gelegenheid van mijn verjaardag uit gesproken goede wenschen zeg ik u mijn hartefiijken dank Met Duitschen groet Adolf Hitler." Ciano in Duitschland S.P.T. meldt uit Berlijn: Op de vraag van een buitenlandschen journalist of de Italiaansche minister van buitenlandsche zaken, graaf Ciano, zich in Duitschland bevindt, is heden in de Wilhelm- strasse bevestigend geantwoord. Als reden voor zijn bezoek wordt gegeven dat de voor bereidende bespreking tot oplossing van de door de ineenstorting van Zuid-Slavië gerezen problemen, de aanwezigheid van den minister van buitenlandsche zaken van Italië nood zakelijk maakt. Over de plaats en de deelnemers aan deze besprekingen kon nog niets worden mede gedeeld. Bevestigd werd echter, dat alle staten die in de Zuidslavische aangelegenheid rechtstreeks belang hebben, zullen worden vertegenwoordigd. Tevens werd erop ge wezen, dat het nog te vroeg is om nu reeds van een conferentie te spreken, daar dit, onder de huidige omstandigheden,-nog niet het geval kan zijn. Rott.) Ds. Akkerhuis werd 16 Februari 1877 ge boren en aanvaardde 8 Juli 1906 te Ruhrort het predikambt. In 1910 vertrok hij naar Ierseke, welke standplaats hij in 1914 ver wisselde met Sleeuwijk. Op 29 Juni 1919 deed hij zijn intrede te Maassluis, welke gemeente hij dus ruim 21 jaren heeft gediend. Ds. Akkerhuis was een zeer bemind dienaar des Woords. die te Maassluis een ledige plaats achter laat, welke moeilijk aangevuld zal kunnen worden. Vooral de Geref. Jeugd beweging lag hem na aan het hart. De jeugd vond bij ijhem altijdij een open oor en haft en beminde hem algemeen. Zijn heengaan bracht groote verslagenheid en droefheid te weeg; ooko de oudere leden der gemeente zullen zn heengaan betreuren. De ontslapene was verder o.m voorzitter van de vereeniging voor Christelijk onderwijs; voorzitter van de Geref. reclasseeringsver- eeniging, alsmede vice-voorzitter van den eenigingen en van den kring Schiedam Ook was hij voorzitter van de Oudersvereeniging, an het Tehuis voor Zeelieden. Naast deze functies had ds. Akkerhuis ook zitting in het locaal-comité van de Vrije Universiteit en het Bijbelgenootschap. Zijn laatste pennevrucht vond een plaats in het „Gereformeerd Kerkblad" van Vlaar- dlngen, Maassluis, enz. van Zaterdag j.l., waarin hij schreef; Even een kort bericht. Verleden week heb ik nog een paar moeilijke dagen gehad, wat het lichaam betreft, maar de Heere onder steunde mij en dan is men in staat, om het kruis te dragen. Als. we zien mogen op het kruis van Chris tus en de onuitsprekelijke smarten, die Hij in onze plaats geheel vrijwillig heeft gedra gen, dan wordt de ziel stil en zegt: Heere, wat is mijn lijden in vergelijking met het Uwe? Met de Paaschdagen kon ik niet mede op gaan met de gemeente; dat was eenerzijds een teleurstelling, maar de Heere heeft mij ook in dit opzicht Zijn gemeenschap en na bijheid niet laten ontbreken en zoo heb ik mogen inleven in het machtige heilsfeit van de overwinning van den Levensvorst. En wanneer men dan door genade weten mag, dat die heerlijke overwinning over alle macht des doods al Zijn lidmaten geldt, dan is er blijdschap in de ziel. Het voortdurend hartelijk medeleven van U allen is mij een blijde verkwikking. Op aller lei wijze komt dat tot uiting. Ik dank U har- telijk. Blijft mij voortdurend opdragen aan den troon der genade. Het deed mij groot genoegen, dat op het Paaschfeest de samenkomsten der gemeente trouw bezocht werden. De Heere is nog goed voor ons, dat we regelmatig kunnen opgaan. Maak er een getrouw gebruik van. Een bij- zonderen groet breng ik bij dezen over aan de zieke broeders en zusters. Zij de Heer- U in elk opzicht nabij en schuil alleen bij Hem met al uw geestelijke en lichamelijke nood". De teraardebestelling vindt plaats Vrijdag middag 3.30 uur op de Algem. Begraafplaats te Maassluis. Te 2 uur zal een samenkomst in de Noorderkerk worden gehouden. L. DUVEKOT Cz. Zaterdag is in het gasthuis te Goes, waar hij de laatste weken werd verpleegd, op 77- jarigen leeftijd overleden de heer L. Du- vekot Cz. De heer Duvekot, die op kerkelijk en school gebied en ook op het terrein van den land- bouwkeuringsdienst een vooraanstaande plaats Innam, mocht zich in zijn woonplaats en in breeden kring daarbuiten in de algemeene sympathie en hoogachting van ieder die met hem in aanraking kwam, verheugen. Zijn oprechtheid, zijn objectiviteit en zijn toewij ding dwongen ieders respect af. Hij was ouderling der Chr. Evang. Ge meente te Goes, voorzitter van het Bestuur der Chr. Bewaarschool, lid van het Bestuur der Chr. School aan den Westwal, voorzitter van de afd. van Vrederust, bestuurslid Van het Groene Kruis, voorzitter van den Keu ringsdienst Zeeland, enz. Tot voor enkele weken gaf hij zioh met volle toewijding aan al deze functies. Ondanks zijn hoogen leeftijd was hij in dat alles zeer actief werkzaam. DS. G. WESTMIJSE. Op 30 April hoopt ds. G. W e s t m ij s e, voorganger der Ver. van Vrijz. Hervormden te Rotterdam, den dag te herdenken, waarop hij voor 25 jaar predikant werd. Hij werd op 30 April 1916 te Wildervank in het predikambt bevestigd en stond daarna te Drachten, Warf- huizen en wederom te Drachten, waar hem per 10 December 1932 emeritaat werd verleend Sedertdien is hij voorganger voor de Ver. van Vrijz. Hervormden te Rotterdam. PARTICULIERE SYNODE. GELDERLAND De classis Arnhem der Geref. Kerken vaardigde af naar de op 4 Juni a.s. te houden Particuliere Synode als primi Dr. G. Keizer te De Steeg. Ds. G. F. Hajer te Ede, ouder ling H. J. W. A. Meyerink te Arnhem en ouderling W. J. van Duck, te Ede. Als secun di-afgevaardigden werden aangewezen Ds. H. L. Both te Arnhem; Ds. J. C. J. Kuiper te Arnhem; ouderling J. W. Maas te Nijmegen en ouderling C. Slothouber te Zetten. NED. HERV. PREDIKANTEN-VEREENIGING Referaten over: „De opleiding van de predikanten" en „Zielszorg" Naar gewoonte werd aan den vooravond van de vergadering der Ned. Herv. Predi kanten te Utrecht een begroetingssamen komst gehouden in „Maison Schmitz". Aldaar sprak prof. dr. H. K r a e m e r van Leiden over: „De opleiding van de predikanten". Het vraagstuk van de opleiding der predi- kanten moet, zooals elke bèlangrijke zaak, principieel aan de orde zijn, als uiting van waakzaamheid en van bereidheid voor de taak der Kerk. In den huidigen tijd echter moet de latente actualiteit van dit vraagstuk een manifeste worden. Om twee redenen. Ten eerste: ge lijk de heele Universiteit, staat ook de theo logische opleiding in haar vorm en opzet zoowel 3 onder den ban van een voorbijge gane historische periode als onder den druk van de verbrokenheid der geestelijke wereld van Europa. Dit laatste brengt mee een troebele en misleidende opvatting van de verhouding van geloof en wetenschap, van kritische bezinning en vruchtbaar handelen. Ten tweede: men kan niet in ernst bezig zijn met het probleem van de „reorganisatie" der kerk, zonder de figuur van den predikant in het geheel van het kerkelijk leven en handelen in zijn visie te betrekken. Dat be- teekent: hernieuwde overweging van de wenschelijkste opleiding, theoretisch en prak tisch. Des Dinsdagsmorgens opende de voorzitter vf' J" Lammerts van Bueren in de Handelsbeurs de 80e vergadering met Schrift lezing en gebed. De z.g. „dominees-preek" werd ditmaal ge houden door ds. J. A. Kwint van Rotter dam. Zijn tekst was Jozua 3:17, „Maar de priesters, die de arke des verbonds des Heeren droegen, stonden steevast op het droge, in het midden der Jordaan; en gansch Israël ging over op het droge, totdat al het volk geëindigd had door de Jordaan te trek ken". Staande gedacht men de sinds de vorige vergadering ontslapen dienstdoende- en eme riti-predikanten. Ds. J. C. van Dijk, van Bloemendaal, hield vervolgens een inleiding over het onderwerp: „God en de Geschiedenis". In het volgende nummer van ons blad hopen daarvan een verslag te geven. In de middagvergadering sprak ds. A. T. de Kluis, van Rotterdam, over: ZielL-, zorg. Hij ontwikkelde de volgende gedach ten. Een opzettelijk aandacht vragen voor de zielszorg vindt zijn rechtvaardiging in den bewogen tijd, waarin de kerk haararbeid moet verrichten in de christelijke en niet- christelijke wereld beide. De zielszorg behoort tot de opdracht der kerk. Jezus Christus, de Heer der kerk. heeft in Zijn aardsche verschijning zelf gewerkt als Prediker en als Herder en heeft aan Zijn jon geren opgedragen deze beide functies te ver richten. Verwaarloozing van dit gedeelte der op dracht van de kerk kan oorzaak worden van allerlei misstanden, o.a. dat de zielzorg komt in handen van „onbevoegden". De „theologische existentie van heden" leidt noodzakelijk tot het nadenken over de verhouding van verkondiging en zielzorg, waarbij de vraag onder de oogen moet wor den gezien, of de zielzorg niet geleden heeft onder het eenzijdig nadruk leggen op de „Woordverkondiging". De feiten van het Oude en Nieuwe Testament, die ons in verband hiermee ter beschikking staan, worden scheef getrokken door een systematiek, die de eene functie zonder meer ondergeschikt zou willen maken aan de andere. Is eenmaal deze verhouding „verkondiging- zielzorg" duidelijk ingezien, dan moet van hieruit de zielzorg de plaats krijgen in onzen practischen arbeid in de gemeente, die haar toekomt. Een enderscheiding tusschen „Seelen- führung" en „Seelsorge" is daarbij niet vto1 te houden. De veelomvattende arbeid, dien de zielzorg met zich mee brengt, doet uitzien naar een rationeele verdeeling van het werk in de ge meente (activeering). De predikant moet zich bij de zielzorg ge heel laten leiden door de indringende liefde, waarmee Jezus dit werk deed, door het „be schikbaar stellen" van alles, dat hij is en heeft. Zielzorg aan eigen ziel door middel van een werkgemeenschap voor zielzorg is een onmis baar element in de nooit eindigende persoon lijke vorming van den zielzorger, die zijn diepsten grond vindt in het gebed. Ds. G. Renfing t Te Baarn Is in den ouderdom van ruim 73 jaar overleden ds. G. Renting, emeritus-predi kant der Geref. Kerken, die voorheen in den Gelderschen Achterhoek vele jaren op' allerlei gebied een vooraanstaande plaats heeft in genomen. Gerharcfus Renting" werd 3 Oct* 1867 te Gro ningen geboren, waar zijn vader, wijlen ds. H Renting, predikant was. De overledene bezocht het gymnasium te Groningen en studeerde aan de Theol. Hoogeschool te Kampen, waar hij in 1894 candidaat werd. Na aan de Groninger universiteit doctoraal examen te hebben ge daan, werd hij 7 Maart 1897 predikant te 's-Gravendeel. 22 April 1900 verbond hij zich aan de kerk van Winterswijk. Hier is hij werk zaam geweest tot aan zijn emeritaat, dat hem 15 Maart 1935 eervol door de classis Zutphen verleend werd. Ds. Renting was ridder in de orde van Oranje-Nassau. D-e teraardebestelling van zijn stoffelijk over schot zal Woensdagmiddag om half vier op de Nieuwe Algemeene begraafplaats te Winters wijk plaatsvinden. Tevoren vindt om 2 uur een rouwdiénst in de G«»ref. kerk plaats. Men schrijft ons: Het overlijden van ds. Gerhardus R e n t i n g roept herinneringen wakker aan de zeer actieve persoonlijkheid, die jarenlang een domineerende figuur in den Gelderschen Achterhoek was. Wat in hem altijd zoo bij zonder trof, was zijn bizondere gave waar mede hij elke situatie van kleine betee- kenis of van ingrijpenden aard volkomen zuiver kon aanvoelen. Als Renting handelde wist ieder dat zijn daad gedragen werd door een wijs besluit dat intuïtief bij hem was gerijpt. Daardoor hield hij immer verhoudingen in het oog, die een ander bij snelle handelingen iu vergeten. Zoo hebben wij jongeren van zijn gerijpte leven genoten. Nimmer conservatief, immer beginseltrouw. Zijn groote kracht heeft te allen tijde ge legen op kerkelijk gebied. „Dienaar des Woords" zijn bleef zijn ideaal, zelfs toen hij andere terreinen zulk een vooraanstaande positie had ingenomen, dat men hem een plaats in de Staten-Generaal aanbood. Langs dien weg zou voor den eenvoudige» Achter- hoekschen predikant een groote toekomst te bereiken zijn geweest, doch hij weigerde. Op den kansel en in het kerkelijk leven lag zijn ideaal, de van God ontvangen roeping, aller eerst. Dat wilde hij blijven. Hoe of het mogelijk was dat deze predi kant uitgesproken de „primus inter pares" kon zijn in heel zijn omgeving, was voor iemand die hem het eerst hoorde of ont moette, meestal een raadsel. Hij schitterde allerminst in geweldige kanselgaven of in uitwendige praal. Integendeel, eenvoud en rust was zijn kenmerk en juist daardoor wist hij, de nuchtere Groninger van her komst, de Achterhoekers blijvend te pakken. Zoo ging hij voor, leiding gevend op kerke lijk gebied in classis en particuliere synode: zelfs voerde zijn weg naar de generale synode, waar hij mede te behandelen kreeg de dogmatische zijde van de nasleep van de zoo diep ingrijpende kwestie Geelkerken. Maar deze predikant van het oude stempel begreep ook zijn taak op ander gebied. De jeugdbeweging had zijn interesse en zijn plei dooi voor de jeugd ouderling ligt velen nog versch in het geheugen. Het vraagstuk van „Kerk en Jeugd" is, dank zij Renting, niet alleen de laatste jaren in Gelderland actueel geweest. Dankbaar herinneren we ons ook nog zijn warmgestemd woord, waarmee hij bij de op richting van de A.R.J.A. daarvoor destijds positie koos. Hij heeft de jeugd altijd gepeild. Naast het kerkelijke was ds. Renting ook altijd de man van het politieke leven. Reeds in zijn eerste gemeente 's-Gravendeel trad hij op den voorgrond. De kieskring Ridder kerk was zijn werkterrein. Maar eerst later ontplooide hij zijn groote kracht in Gelder land. Jarenlang secretaris van het Prov. Com. van A.R.K.V. in Gelderland, was hij later de aangewezen man voor voorzitter. Hij kende de provincie, zoo heterogeen van samenstelling, op zijn duim. In het bijzonder dient zijn journalistieke werkzaamheid gememoreerd te worden; als redacteur van de Geldersche Kerkbode gaf hij voorlichting op kerkrechtelijk gebied. Maar nog sterker waren zijn met de regel maat van een klok verschijnende driestarren in „De Graafschapper" het Chr. Volksblad voor Oost Gelderland. Wat hij daari n gaf was meermalen subliem werk, getuigend van breed inzicht en zuiver aanvoelen vain de geèst der bevolking. Op deze wijze beïn vloedde hij vele jaren de volksgeest. De die hij langs al deze lijnen verspreidde valt moeilijk te peilen. Wat smartte hem in de laatste jaren van zijn leven de gang van zaken in het leven van ons volk. Maar wat bleef hij trouw, schier tot zijn laatste snik, meeleven met de nood van zijn land en met de geweldige ge beurtenissen om ons heen. Hij oogst nu het loon van een getrouw dienstknecht. Maar menschen vergeten hem niet gemakkelijk. Dat zal ook Woensdag blijken, als zijn stoffelijk overschot te Winterswijk ten grave zal worden gedragen. Dit geschiedt nadat om half 2 eerst in de Gèref. Kerk een gedachtenisdienri heeft plaats gehad. Chr. GEREF. KERK GEREF. KERKEN A a n.g enomen: Naar Middenmeer A. W. Schaafsma te Oldemarkt. Bedankt: Voor Enkhuizen, B. Timmer te Wagenborgen (Gr.). GEREF. GEMEENTEN Bedankt: Voor Rijssen, W. C. Lamain te Rotterdam-Zuid. BEVESTIGING EN INTREDE Na tevoren te zijn bevestigd door ds. E. Michelin Moreau van 's-Gravenhage deed 3s. R. Blommaert, gekomen van Middel burg, gistermiddag onder groote belangstel ling zijn intrede bij de Waalsche gemeente te Leiden, sprekende over Joh. 4 8, deze woorden: „God is liefde". Na den dienst hielden ds. en mevr. Blom-' naert in de Waalsche bibliotheek een drukbe zochte receptie. Onder hen die de plechtig heid bijwoonden merkten we op de heeren prof. dr. A. W. Byvanck, rector-magnificus van de Leidsche Universiteit, prof. dr. J. de Zwaan, namens de Leidsche Universiteit; mr. A. v. d. Sande Bakhuijzen, oud-burgemees ter van Leiden, de Leidsche hoogleeraren prof. dr. L. Knappert, prof. dr. J. N. Bakhuizen v. d. Brink, prof. dr. G. Sevenster en prof dr. P. H. v. Gilse, ds. E. Mahieu, Waalsch predikant te Delft, mr. J. J. R. Schmal van Voorburg, lid van Ged. Staten van Zuid-..- Holland namens de Fransche gemeente te Voorburg, benevens tal van plaatselijke col lega's. Na des morgens bevestigd te zijn door Ds. H. J. van den Berg van Amersfoort met een predikantie over 2 Timotheus 4 1, 2 deed j.l. Zondag Ds. G. G. J. Monsk, gekomen van Aal burg en Heesbeen, zijn intrede bij de Ned. Herv. Gem. van Amersfoort. Zijn tekst was Romeinen 10 8. Toespraken volgden van Ds. M. G. Gerritsei namens de Classis, Ds. J. Pairneoakker-namens den Ring, Ds. J. Nauta namens Kerkeraad-Gemeente. Den nieuwen leeraar werd toegezongen Psalm 134 3. ZENDINGSWEEKEND VOOR ONDERWIJZERS Het ligt in de bedoeling van de Onderwijzers- Zendingscommissie om dit jaar weder een Zendingsweekend voor onderwijzers te organi- seeren. Het weekend zal gehouden worden tus schen twee gewone Zendingsconferenties van den Zendingsstudieraad te Lunteren. dus van 911 Augustus a.s. Als sprekers zullen worden aangezocht dezelfde heeren, die Verleden jaar. toen het weekend moest worden afgelast, hun medewerking hadden toegezegd, n.l. Prof. Dr. J. H. B a v i n c k, van Bilthoven, hoogleeraar aan de Theol. Hoogeschool te Kampen in ds Zendingswetenschappen; zendeling A. d Neef en A. v d. Baan. hoofd eener Chr school te Leiden. Aangifte voor deelname aan het weeken# kan reeds nu geschieden bij den secretaris de. commissie, den heer D. J. C o u m o u. Linden, laan 7 te Zeist

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1941 | | pagina 1