0NDAG5BLAD
De Bijbelboeken
Het Oude Testament
Het heilig Bijbelboek bevat
voor ons een aangename schat
voor naarstigen in 't zoeken.
Er zijn in 't Oude Testament
bij Jood en Christen welbekend
één min dan veertig boeken.
Vijf van Mozes; Jozua,
het boek der Richtren, Ruth daarna.
Van Samuel twee werken;
twee van 't bedrijf der Koningen,
Kronieken twee door geest en pen
geschreven door Qods klerken.
Ezra en Nehemia trouw;
vooits Eetpr, Ahasverus' vrouw,
Job en het boek der Psalmen.
Dun Spreuken, Prediker en Hooglied,
dat schone liederen uitgiei
in aangename galmen.
Profeten vier maal vier daar zijn:
vier noemt men groot en twaalf klein;
de grote zijn mits dezen
Jesaja, deftig, hoog van toon,
Jeremia, die als priesters zoon
het klaaglied ook doet lezen
De derde is Ezechiël,
de vierde grote is Daniël;
nu volgen ook de kleine-
Hozea, Joël, Amos fris,
Obadja, Jona in de vis
en uit de vis onreine.
Voorts Micha, Nahum, Habakukt
Zefanja, Haggai die van druk
getuigt met Zacharias.
Maleachi besluit het hek,
vertoont ons in een kort bestek
de komst van den 1
(Een oud gedicht om de volgorde der Bijbelboe
ken gemakkelijk te kunn-en onthouden. J© groot
ouders of oud<*rs kemnen 't misschien wel. Vol
gende weak gaven we 't vervolg: de boeken van
het Nieuwe Testament).
Schoonmaak
^T>OEN Jaap de huiskamer binnenging, hoorde
JL hij nog net hoe Marijke voor Moeder, die
aandachtig luisterde, en voor de vierjarige Joosje,
die haar met open mond aanstaarde, stond te
declameren: „O, Paasvacantie. nu moet ik je door
brengen met de Schoonmaak."
„Hè...." genoot Jaap, kwasi sentimenteel, „wat
een prachtzin voor 't begin van een opstel, ik zal
't onthouden hoor".
Peinzend keek Marijke hem aan. Dan stootte ze
een wilde Indianenkreet uit en vloog de kamer
uit, naar boven.
Jaap trok zijn schouders op. „Weer wat nieuws",
bromde hij. Maar moeder wist het wel, waarom
Marijke zo plotseling verdwenen was.
En boven zat Marijke en schreef aan één stuk
door, totdat ze voldaan haar penhouder neerlegde.
„Schoonmaak", stond in sierlijke letters bovenaan
en ze las verder:
O, Paasvacantie, heerlijke tijd, waarin je kun*
wandelen en fietsen met je vrienden en vrien
dinnen, zoveel als je maar wilt, ik zal je nu moe
ten doorbrengen met de „Schoonmaak". Met een
hoofdletter. Ja, want wat is in de lente belang
rijker voor de huisvrouw, dus óók voor de oudste
dochter, dan de „Schoonmaak"
Belangrijke dingen s&irijf je met een hoofdletter,
en waag het eens te zeggen, dat „Schoonmaak"
geen belangrijk ding 15.
Dus, op die bewuste Dinsdagmorgen na Pasen,
trok ik een groot bont schort aan en begon met
Ja, waarmee Natuurlijk waarmee men, ik ten
minste, gewoonlijk iedere dag begint, namelijk
met....eten I Eigenlijk moest ik dit ook met een
hoofdletter schrijven, want voor mij is het hon
derdmaal belangrijker dan „Schoonmaak".
En na dit, zéér belangrijke onderwerp dus, kreeg
ik mijn orders.van moeder:
le. Ramenzemen (aan dq buitenkant). Hatelijk,
want er is niets, waar ik meer een hekel aan heb,
dan aan ramenzemen.
Nou, vooruit dan maar, éérst eens alles opzoeken
wat ik noodig heb.
Ik stapte op het schuurtje af, om de trapleer en
de emmer te halen.
Brr, 't was toch nog koud, hoewel daar 't bed met
crocusjes stond, dat vader met zooveel zorg ge
plant had.
104
Arme Vader, (lieve help, dat moet óók al met
een hoofdletter) die was met de jongens gevlucht
voor de „Schoonmaak", zodat Moeder (hoofd
letter) en ik (zonder hoofdletter) vandaag het
rijk alleen hadden. Nou, vier jongens om je heen
met de „Schoonmaak" is ook niets gedaan.
Het ramenzemen aan de buitenkant verliep zonder
ongelukken.
Nu het volgende bedrijf. Ik keek op mijn lijstje
en daar stond: 2e. Gangloper opnemen en gang
dweilen. Bah, ik vind dweilen niet belangrijk, dus
geen hoofdletter.
Ook dit onderdeel van de „Schoonmaak" (kijk
naar de S.) verliep zonder ongelukken. Alleen
ging Joosje op mijn rug zitten, zodat hij er af viel
ook. Gelukkig huilt Joosje niet gauw en ook nu
lachte hij alleen maar. Ik keek weer op mijn
lijstje en daar stond 3e. Keuken dweilen.
Alweer dweilen. Maar enfin, ik had me nu een
maal voorgenomen, vandaag niet te mopperen,
dus deed ik dat ook niet.
Natuurlijk kreeg Joosje weer een ongeluk, door
met zijn neus in de gele zeep te vallen, zodat ik
hem haast weer helemaal opnieuw wassen moest.
Om huif één gingen we eten en natuurlijk gooide
Joosje de volle melkkan om. Met een klap voor
zyn broekje werd hij ->or de keukentafel gezet,
's Middags schoten we flink r». Ik had juist no. 7
afgewerkt toen op zolder een gekrijs weerklonk,
dat veel op Juosjes stemgeluid leek. Ik vloog naar
boven en zag juist, dit hij onze poes aan haar
staart trok.
„Joosje, wat doe je riep ik.
„Albi trekt aan haar staart, die ik vasthou", riep
hü terug.
Vlug verloste ik de arme kat en ging daarna
ramen zemen aan de binnenkant.
Ik stond nog boven aan de trapleer, toen Jaap
binnenkwam.
„Ben je nu al terug 7" begroette ik hem niet al te
vriendelijk.
„Om u te dienen", was het antwoord, „maar 't is
al vijf uur".
Ik schrok ervan, dat het al zo laat was en wilde
de trapleer afspringen. Of ik nu niet goed uit
keek, ik weet het niet, maar in elk geval stapte
ik mis en tuimelde met trapleer en al door de
glazen tuindeuren heen op de stenen.
Ik hoorde een gil van Wim, ik slaakte zelf een
gil, ik voelde een vlijmende pijn in mijn been; in
myn hoofd en overal en toen wist ik niets meer.
Toen ik weer bijkwam, lag ik in het Ziekenhuis,
(hoofdletter). In 't midden van de kamer.zat een
zuster bij een schemerlamp te handwerken. Ze
vertelde me, dat ik, behalve een gat in mijn hoofd
en mijn twee voortanden eruit, nog een paar ge
broken ribben en een gebroken been had. Ter
opmontering vertelde ze me dat ik geen „Schoon
maak" meer behoefde te houden.
RINI DEKKER.
Raadsels
I. Letterraadsel. (Ingezonden door Arie de Bruijn
te Gouda.)
Mijn geheel bestaat uit 21 letters en is een be
kend bedrijf.
17 2 10 13 is een insect.
7 10 13 20 5 19 4 is een groente.
1 21 is een gever, die onbekend wenst te blijven.
II. Nog zo een. (Ingezonden door Jo Dek te Rot
terdam.
Het geheel is een spreekwoord van 24 letters
2 3 4 niet durven of bang zijn.
2 3 5 als 2 3 4.
8 9 7 een boom.
17 een water bij Amsterdam.
1 11 14 15 19 20 schrobben.
21 22 23 24 het tegengestelde van weL
16 19 20 een jongensnaam.
13 6 lidwoord.
10 14 12 ander woord voor kip.
OPLOSSING
van de raadsels in de vorige Kinderkrant.
I. Het spreekwoord is: De kruik gaat te water
totdat hij breekt. De onderdelen zijn: tijger, haat,
Breda, kruik, keet, kraai, Wolga, zetten.
III. Ritmeestermeesterknecht.
Kwelwaterwaterketel.
Vorm leerleerboek.
Rijgschoenschoenveter.
Rijsttafeltafellaken.
IV. 1. noot; 2. kers; 3. pruim; 4. braam.
Knutselwerkje
Een bonbondoosje.
r—i
-
Ui
P^:
i
i
:öj
J cl
Ni
Een leuk doosje, dat we zelf gemaakt hebben,
komt altijd van pas. Bijvoorbeeld als verjarings-
kadootje. We noemen 't bonbondoosje, maar 't kan
natuurlijk ook voor wat anders worden gebruikt.
Veel behoeven we bij bovenstaande tekening niet
te zeggen, 't Wijst de weg vanzelf.
Je begint met de tekening netjes en zuiver over
te brengen op 'n stuk dun karton, groot 25 X
22y2 c.M.
De stippellijnen zijn ritslijnen en de zwarte lijnen
worden geknipt of gesneden.
Heb je dit gedaan, dan zie je vanzelf hoe alles
in elkaar zit. De lippen a. b. c. en d. worden in
de gleuven geschoven.
Op het deksel kunnen we een eenvoudige versie
ring aanbrengen.
Jinnua in Birma in vreedzame kamp.
(Foto C. Kramer.I
Het oude en het nieuwe
Jeruzalem
„Gij kunt niet God dienen èn
den Mammon".
Mattheus 6 vers 24.
DANK zij de heerlijke ontmoeting met
den Koning van Salem, verloor Abra
ham nooit uit het oog het gezicht op de hei
lige stad van dien Koning, waaraan hij zijn
tienden offerde, welker bouwmeester en
kunstenaar God is; de stad, die fundamenten
heeft en eeuwig bestaan zal. En een ieder,
die een ontmoeting heeft gehad met dien
Eéne, dien Zijn vijanden „de Koning der
Joden" noemden, kan nooit uit het oog ver
liezen het gezicht op deze stad, welke, als zij
nederdaalt, „het nieuwe Jeruzalem" zal hee-
ten.
Nieuw, zeker, voor een in de zonde liggende
wereld, ofschoon de fundamenten gelegd zijn
op den Koning zelf, wiens kostbaar bloed
hun voor eeuwig de vrijheid geeft (Hebr. 2
22 en 24). Die stad der heerlijkheid is de
eeuwen door van Boven bestuurd geweest
en haar Koning is tot haar teruggekeerd om
er te toeven tot het oogenblik, dat Hij Zijn
Koningschap af zou leggen om te worden
„als een schaap, dat stom is voor het aange
zicht zijner scheerders", Zich nederig onder
werpend tot een offer voor Abraham's erf
genamen in het geloof.
Tot de aardsche voorstad van Zijn stad is Hij
gekomen om te zoeken en te redden degenen,
die alle eeuwen door in opstand waren ge
komen tegen den wil Zijns Vaders. Des
Konings eeuwige stad, thans voor ons oog
onzichtbaar, is toegankelijk voor ieder, die
genade voor recht ontvangen heeft en zij
wordt genoemd „ons aller moeder" (Gal.
4 26). Die voorstad is altijd kostbaar ge
weest in des Heeren oog, omdat zij gewijd
is door het bloed des Lams, dat Hij zichzelf
ten offer beschikt had op Moria „Ik, de
Heere, word niet veranderd (Mal. 3:6).
Eens was er een wijding van deze stad voor
het oog der gansche wereld. Jesaja 53 spreekt
ons van een Lam, verward in het struikge
was van de zonde der wereld en deswege
onder het oordeel gebracht. Op Calvarië werd
een kruis opgericht. CalvariëGolgotha,
de hoofdschedelplaats, de gerichtsplaats voor
misdadigers, was de plaats, die men voor
Hem koos om te lijden. Hij, „die zonde ge
maakt is voor ons". En op die plek, buiten de
legerplaats moest geofferd worden. Maar die
plek maakt deel uit van de voorstad. De
Heere Jezus weende over haar, niet denken
de aan zichzelf, maar aan het lot, dat haar
beschoren was.
Wij allen kennen de geschiedenis van Chris
tus, die voor ons gestorven is, maar wij moe
ten ons ook herinneren, dat dit wondervolle
offer een herhaalde wijding van die stad aan
het doel Gods inhield. Het was afge-
schaduwd in duizenden morgen- en avond
offers. Dit offer, eenmaal voor allen ge
bracht, bezegelde het verleden, maar bezegel-
DE ROTTERDAMMER
NIEUWE HAAGSCHE COURANT
NIEUWE UTRECHTSCHE COURANT
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
H DORDTSCH DAGBLAD
de het ook niet de toekomst op de meest
volmaakte wijze „Indien Ik u vergeet, o
Jeruzalem, zoo vergete Mijn rechterhand
zichzelve" (Psalm 137 5).
Sedert Calvarië's offer is ongeveer een even
lang tijdperk voorbijgegaan als sedert Abra
ham's dagen voorafging. De stad, die ge
bouwd is op de plek, die voor Izaak's bevrij
ding gekozen was, heeft ook het ontzaglijk
schouwspel van onze verlossing omvat, en
nog zijn de oogen des Heeren op haar. Cal
varië, het ledige graf, de berg van Jezus'
hemelvaart, zij houden, als in den greep der
liefde en der genade, nog de gedachten Gods
omzoomd. Slechts één Wonder zal nog voor
de oogen der menschheid geopenbaard wor
den en dat is de verschijning van den Zone
Gods Zijn wederkomst tot diezelfde stad,
die zoo wonderbaarlijk gewijd is aan alle
doeleinden des Vaders.
Toen de Koning Zijn wetten afkondigde voor
het Koninkrijk, dat komende was, leerde Hij
het volk, dat er ook heerschappij gevoerd
wordt door hen, die zich niet willen onder
werpen aan Zijn Koningschap. Eens noemde
Hij in de bergprediking hun aan Hem vijan-
digen koning bij den naam Mammon, een
naam, nimmer te voren door den Geest Gods
in Zijn Woord gebruikt (Matth. 6 24). In
dien naam hebben wij een treffende onthul
ling van het masker, dat die vorst dragen zal.
In Lucas 16 13 deelt de Heiland mede, hoe
meedoogenloos en sluw hij te werk gaat en
Hij herhaalt de waarschuwing van Matth.
6 24, „Gij kunt niet God dienen èn den
Mammon".
Door Daniël leeren wij zien, hoe sommigen
van Satan's trawanten de volken verleid heb
ben (b.v. Perzië en Griekenland), maar hier
speuren wij in den naam Mammon den Satan
zelf in zijn Godslasterlijke aanspraak, aan
bidding te willen ontvangen van Gods eigen
Zoon. Satan, die zijn eigen rentmeester is en
de beurs houdt, trekt de toelage van elk
zijner dienaren in, als de nood nijpt. Was hij
het niet, die het gouden kalf deed oprichten,
toen Mozes op den berg was sprekende met
God Mozes kwam eerder terug dan ver
wacht was: het idool van den Mammon werd
verbrijzeld en het oordeel voltrokken. Mam
mon speelt dezelfde rol tot op dezen dag
en altoos het meest bedriegelijk, wanneer
„aanbidding" als medestander kan worden
Petrus
Hij naderde schoorvoetend aan het vuur,
Waar de soldaten met een schor misbaar
Zijn Heer beschimpten en vernam 't onguur
Geding en wankelde en voorzag gevaar.
,X>e Heiland had ook dezen knecht in huur"
Krijste een vrouw, doch hij bedreigde haar
En vloekte doodsbleek en verkocht zich duur
„Als ik hem zag, zegt dan wanneer en waar!"
Maar aan zijn slapen duizelde het bloed
Want bij het roode schijnsel van het vuur
Zag hy den Meester en zijn stomme groet
En zijn gebukte schaduw aan de muur,
En toen hij vluchtte het duister tegemoet
Kraaide de haan reeds in het bleeke uur.
ANTHONIE DONKER
ingeroepen. En terwijl de Koning zelf aan?
wezig is, werkt hij zich in het weefsel der
religie in en hult zich in zóó vroom gewaad,
dat ook de uitverkorenen, indien het moge
lijk ware, verleid zouden worden.
Satan durft het Jeruzalem, dat in het midden
der heidenen is (Ezechiël 5 5) niet te ver
laten. Het was het strategisch middelpunt
van den strijd tegen het Koninkrijk Gods.
Het was de Mammon, die de apostelen te
Samaria en Thyatyre tegentrad en de bren
gers der blijde boodschap uit Efeze verdreef,
nadat zij er twee jaren als geloofsgetuigen
hadden gewerkt en de wonderbare blijken
hadden getoond van Gods macht over de
booze geestenf die gesidderd hadden bij het
hooren van den naam des Heeren. Zóó krach
tig groeide het Woord Gods er, en zóózeer
kreeg het de overhand, dat Mammon zich
hulde in het gewaad der vroomheid en oude
rechten liet gelden, alsof het de zijne waren.
„Mannen, gij weet, dat wij in dit gewin
onze welvaart hebben" (Hand. 19 25) en
het slot was, dat Paulus de stad verliet.
In een slot-beschouwing zullen wij zien, hoe
deze Mammonrol nóg gespeeld, deze Mam-
mons-invloed nóg beoefend wordt, totdat Hij
wederkomt, die alles vraagt of niets, om
dat Hij alles gegeven heeft wat volmaakte
liefde geven kan.
Klompenparade
op de slaapzaal
in het leiders-
kamp van den
Ned. Arbeids
dienst te Ntm-
speet. (Foto Pax
Holland).