DE BRUIDSJAPON, OPMARSCH DER GRIEKEN TOT STAAN GEBRACHT MAANDAG 9 DECEMBER 1940 )AG Nieuwe successen van Duitsche vliegtuigen Het opperbevel van de Duitsche weer macht deelt mede: „Een duikboot heeft twee vijandelijke koopvaardijschepen, met eeu gezamen- lijken inhoud van 17.000 ton, tot zinken gebracht. Een andere duikboot bracht twee vijandelijke koopvaardijschepen, met een totalen inhoud van 12.000 ton, waaronder een tankschip van 9000 ton, tot-zinken. Zooals reeds gemeld, hebben formaties ge vechtsvliegers in den nacht van 6 op 7 De cember de havenwerken en andere voor den oorlog belangrijke objecten te Bïistol aan gevallen. In verscheidene deelen van de stad, in het bijzonder in de nabijheid van de water- leiding, zijn ontploffingen en verscheidene branden waargenomen. Op 7 December bleef de bedrijvigheid van de luchtmacht beperkt tot aanvallen op af zonderlijke. voor den oorlog belangrijke, ob jecten aan de Zuidoostkust van Engeland. Bij de gewapende verkenning boven de zee ten Oosten en ten Noordoosten van Great Yarmouth zijn van geringe hoogte bommen geworpen en twee koopvaardijschepen. Beide schepen werden getroffen en geraakten in brand. In den nacht van 7 op 8 December hebben Britsche vliegtuigen boven het bezette ge bied en boven West-Duitschland gevlogen en verscheidene bommen geworpen. Op drie plaatsen werd geringe schade aan fabrieks- installaties toegebracht. Bovendien werden op verscheidene plaatsen huizen beschadigd, waarbij zes personen orp het leven kwamen en verscheidene gewond werden. Vrijwel alle slachtoffers bevonden zich buiten de schuil gelegenheden. Vier vijandelijke vliegtuigen werden neergeschoten, waarvan drie door luchtdoelgeschut. Twee Duitsche vliegtuigen worden vermist." Nog twee Engelsche schepen getroffen De gewapende Duitsche verkenning in de lucht boven zee heeft, naar het D.N.B. ver neemt, ook op 8 December de vijandelijke koopvaardij verliezen toegebracht. Een Duitsch gevechtsvliegtuig slaagde er in aan de Engelsche Oostkust, op ongeveer 35 km ten Oosten van de Humbermonding, een alleenvarend koopvaardijschip door het uit werpen van bommen te laten stippen. De aanval geschiedde van" zeer geringe hoogte en onmiddellijk nadat midscheeps een treffer was geplaatst, ontstond op het schip brand. Tenslotte lag het schip, dat onbestuurbaar was geworden, dwars op de vaarrichting. Het vliegtuig beschoot daarop het schip, dat waarschijnlijk een steenkoolschip was. met zijn kanonnen en mitrailleurs, waardoor het roer getroffen werd. Het schip kan als ver loren worden beschouwd. Een gelijk lot trof een door een Duitsch gevechtsvliegtuig aangevallen vrachtschip van 6000 ton ten Oosten van Great-Yarmouth. Van zeer geringe hoogte werd een zware treffer op het schip geplaatst, op het voor schip, zoodat het spoedig in een zwaren rook was gehuld, waaruit vlammen opstegen. Aan genomen kan worden, dat ook dit stoomschip geheel verloren is. De Carnarvon Castle in Montevideo Het D.N.B meldt uit Montevideo: De in een gevecht met een Duitschen hulp- kruiser in Zuid-Amerikaansche wateren oe- schadigde Engelsche hulpkruiser Carnarvon Castle is Zaterdagmiddag om 16 uur 45 met duidelijke slagzij naar bakboord de haven van Montevideo binnengeloopen. Men kon waarnemen, dat het schip midscheeps, een weinig boven de waterlijn, tweemaal getrof fen was. Ook de schoorsteen toonde ver scheidene beschadigingen Voorts was een groot stuk uit de railing van het promenade dek weggerukt. Een zware treffer óp de commandobrug aan suurboordzijde was reeds van verre zichtbaar Talrijke ambulances wachtten het schip in de haven op. Het aantal gewonden wordt thans opgegeven als 2Q. dat der dooden als zeven. De Engelsche gezant Millington Drake heeft een bezoek gebracht aan het Uruguay- sche ministerie van buitenlandsche zaken om voor het schip verlof te vragen voor een verblijf van 48 uur in de haven van Mon tevideo. Officieel is nog niet beslist, of de Carnar von Castle na het verstrijken van 48 uur weder moet vertrekken. Londen weer aangevallen Zondag, bh, het invallen der duisternis, zijn wederom talrijke Duitsche gevechts vliegtuigen voor een aanval op Londen opgestegen. De Engelsche berichtendienst heeft medegedeeld dat Zondagavond zeer vroeg in het stadsgebied van Londen lucht alarm werd gegeven. Spoedig verschenen ook de vijandelijke vliegtuigen, die mag nesiumfakkels alsmede, naar de nieuws- bureaux melden, explosieve- en brand bommen uitwierpen. De Italianen in Egypte De militaire organisatie en de bevoorrading De Engelsche propaganda heeft in den laat- sten tijd berichten verspreid, volgens welke de opmarsch van het leger van Graziani en óe ravitailleeringslijnen door het Engelsche luchtwapen ten gevolge van voortdurende aanvallen op troepen, havens en verkeers wegen grootelijks gestoord zouden zijn. Een vertegenwoordiger van het D.N.B. heeft tijdens een uitgebreide inspectiereis langs het Egyptische front gelegenheid gehad deze be wering aan de feiten te toetsen. Hij bezich tigde alle havens en de voornaamste verbin dingswegen van Bengazi naar de oude Egyp tische grens en verder den door Graziani nieuw aangelegden woestijnweg via Solloem en Sidi Baram tot El Maktila, den uitersten Hoewel niemand daar het door Engeland verrichte voor' de verdediging van de Britsche posities in Egypte kleineert en iedereen zich bewust is van de zwaarte van Graziani's taak om den uiterst zwaar bewapenden tegenstan der te vernietigen, aldus de correspondent van het D.N.B., berust de bewering van de Engel sche propaganda geheel en al op fantasie. In de havens van Lybië is geen militaire schade van eenige beteekenis te constateeren. Er zijn alleen hier en daar schepen, die door het uit breken van den oorlog verrast werden en in de havenbekkens tot zinken zijn gebracht Eenige andere zijn vrijwillig op het strand gezet en zullen later weer vlot gesleept wor den. „Aan den anderen k^nt heb ik in alle havensteden woonhuizen gezien, die door Engelsche vliegtuigbommen beschadigd zijn. Bij de Mohammedaansche burgerbevolking waren bij deze Engelsche aanvallen dikwijls dooden en gewonden te betreuren. Hiervan afgescheiden echter is in alle steden aan het normale leven niets veranderd". En wat wonderlijke wegen betreft, waar langs de bevoorrading van het leger van Gra ziani plaats vindt, ik heb op dezen weg 700 kilometer heen en terug afgelegd. Alle wegen evenals de ontelbare bruggen waren geheel intact en bewijzen de ongerijmdheid van de Engelsche beweringen. Ik heb evenmin een enkel spoor ervan kunnen ontdekken, dat de gemotoriseerde Italiaansche colonnes op den opmarschweg vernietigd of ook maar geha vend zijn. Ten slotte kon ik mij ervan over tuigen, dat de verrassende mislukkingen van de Royal Air Force aan het Egyptische front alleen door de meerderheid van het Italiaan sche luchtwapen te verklaren zijn. Dit valt de Britsche stellingen stoutmoedi ger, met een grooteren inzet, met handiger neergeworpen "en beter bommenmateriaal aan dan het de Royal Air Force doet. Als gevolg van den goeden Italiaanschen afweer krijgen de Britsche bommenwerpers aan den anderen kant evenmin den tijd om op hun gemak hun bommen te richten. Derhalve vallen zij in den laatsten tijd alleen nog 's nachts of in de schemering aan en werpen dan als gevolg van den hevigen afweer der Italianen hun bom men lukraak neer. Geen Amerikaansche torpedobootjagers naar Mexico Het bericht, volgens hetwelk de Vereenigde Staten torpedobootjagers zouden leveren aan Mexico in ruil voor steunpunten, is door Huil, den minister van buitenlandsche zaken, volkomen tegengesproken. Huil verklaarde uitdrukkelijk, dat het be richt van iederen grond is ontbloot Bommen bij duizenden tonnen Het D.N.B. heeft van bevoegde zijde de volgende cijfers vernomen nopens de inten siteit van de bombardementen op Engeland. Op Londen zijn 3,187,000 kilogram bommen geworpen. Op Birmingham 824.000 kilogram; op Southhampton 567,000 kg; op Coventry 552,000 kg; op Bristol 178,000 kg: op Ply mouth 117,000 kg; op Liverpool 356,000 kg; en op verdere doelen in Engeland 604.000 kg bommen. Op schepen werden 246,000 kg bommen uitgeworpen, op vliegvelden 59,000 kilogram en op^andere speciale doelen 36,000 kilogram. Hierbij zijn de tallooze brandbommen die iederen nacht boven Engeland worden uit geworpen niet gerekend. Volgens het D.N.B. zijn deze cijfers 15 maal zoo hoog, als die welke het aantal der op Duitschland neef- geworpen Britsche bommen weergeven. Alle 12 dagen een oorlogsschip De defensiecommissie van de V. S. heeft een overzioht van den stand der vlootuitbrei- ding gegeven. Het bouwprogramma heeft zulke vorderingen gemaakt dat elke twaalf dagen een oorlogsschip van stapel loopt. Van de 7.7 milliard dollar, die voor den vlootbouw beschikbaar gesteld zijn, is reeds 3.8 milliard aan opdrachten uitgegeven. (D.N.B.) Twee generaals om het leven gekomen Een militair vliegtuig is Zaterdagmiddag op weg van Rome naar Turijn met eenige leden van de Italiaansche wapenstilstands commissie aar. boord, door nog niet bekende oorzaak in Piemont verongelukt. De inzit tenden, onder wie zich generaal Pietro Pinto en de generaal van de luchtmacht Aldo Pelle grini bevonden, zijn bij het ongeluk om ge-, komen. (Stefani.) Grieksche aanvallen afgeslagen in het Devoli-dal Het D.N.B. bericht uit Belgrado: Uit Ochrida wordt gemeld, dat het den Italianen is gelukt aan het front van Pogradedsj het oprukken der'Grieken tot staan te brengen. De Italiaansche artil lerie heeft zich daarbij bijzonder onder schelden en zich in ieder opzicht superieur getooncj' aan die van den vijand. Door dat de Italianen het Kamija- en het Makrogebergte in bezit houden, verhin deren zij, dat de Grieken oprukken naar Elbasan. Bij Moskopolje hebben de Itali anen, volgens dezelfde berichten, Zater dag in de nabijheid van het dorp Korsjova vijf tegenaanvallen uitgevoerd, alle Grieksche aanvallen In het dal van de Devoli zijn bloedig afgeslagen. Het Italiaansche weermachtbericht Het 184ste communiqué van het Italiaan sche hoofdkwartier, gisteren uitgegeven, luidt: In Albanië zijn hernieuwde vijandelijke aanvallen tegen den linkervleugel van het negende leger door onze troepen afgeslagen Aan de rest van het front wederzijdsche activiteit van patrouilles. Onze vliegtuigen hebben militaire objecten te Prevesa en op Ithaca gebombardeerd. Vijandelijke vliegtuigen hebben aanvallen op Valona gedaan. Zij werden door een snel en 'auwkeurig afweervuui ontvangen en door onze jagers aangevallen. Een der vijandelijke vliegtuigen werd door de batterijen van de marine neergeschoten, een ander werd door onze jagers neergehaald. Aan boord van twee vijandelijke vliegtuigen, die door onze lagers werden achtervolgd en in de wolken ver dwenen. deden zich teekenen van brand voor. In Noord-Afrika heeft een onzer jacht- afdeelingen in scheervlucht het machinege weervuur geopend op talrijke gemechaniseer de strijdmiddelen, ten oosten van Birenba. Eenige dezer oorlogsmachines werden on bruikbaar gemaakt Een onzer vliegtuigen heeft vijandelijke militaire werken bij Wadi el Rami (in de nabijheid van Mersamatroeh) gebombardeerd. In Oost-Afrika hebben onze vliegtuigen aanvallen gedaan op een twintig vrachtauto's te Mecali Welles, ten noorden van Kassala, op het spoorwegstation van Malawiva ten zuiden - van Kassala er op een vliegtuig van het type Wellesley. dat op het vliegveld van Saraf Said, ten noordoosten van Gallabat, stond. Al onze vliegtuigen zijn teruggekeerd. Amerikaansche hulp voor Griekenland Een lid van de Grieksche delegatie te Washington heeft de pers medegedeeld, dat de Vereenigde Staten aan Griekenland, „iedere gewenschte hulp" hebben beloofd. Het aanbod van de Vereenigde Staten heeft betrekking op alle soorten oorlogstuig, maar in de eerste plaats op vliegtuigen. Het is bekend, dat de Grieksche gezant te Washington sedert eenigen tijd met Morgen- thau. den Amerikaanschen minister van finan cien en de prioriteitscommissie onderhande lingen heeft gevoerd over het ter beschikking stellen van Amerikaansch oorlogstuig aan Griekenland. Ontploffingen in de haven van Haifa Het D.N.B. meldt uit Boekarest: De leden van de bemanning van het Roe- meensche motorschip Becegi, die uit Port Said, resp. Haifa teruggekeerd zijn, berichten als ooggetuigen aan de Curentul omtrent den geheimzinnigen ondergang voor de kust van Palestina van het Fransche mailschip Patrie, dat talrijke Joodsche emigranten aan boord had. Naar zij verklaren, lag het schip op den dag der catastrophe in de haven van Haifa. Des ochtends deden zich in de machinekamer van het schip drie geweldige ontploffingen voor. Het schip zakte op een kant en binnen een kwartier stak er nog slechts een klein deel van boven water uit. Volgens de mededeelingen van de haven autoriteiten bevonden zich aan boord 3800 Joodsche emigranten. Velen hunner sprongen in het water en trachtten zwemmende den wal te bereiken. Zij werden echter door de aldaar geposteerde Engelsche politie-agenten met geweervuur Ontvangen. Zelfs de in de haven liggende Engelsche booten mochten de verdrinkenden niet redden. Eenige tiental len emigranten bereikten zwemmende het Roemeensche schip, waar zij aan boord ge- heschen werden. In totaal zijn volgens de verklaringen van deze ooggetuigen slechts 925 emigranten levend geborgen en onder strenge bewaking geïnterneerd. De matrozen en officieren van het Roe meensche motorschip achten een bedrijfs ongeval uitgesloten en vermoeden, dat de ontploffing, hetzij het gevolg van een aan slag van Palestijnsche Joden, die er fel tegen zijn, dat nog meer rasgenooten het land binnenkomen, of wel meenen zij, dat de Engelsche autoriteiten zelf de ontploffing hebben veroorzaakt om het schip kwijt te raken. Bovendien verklaarden de opvarenden van het Roemeensche motorschip, dat zij zelf maandenlang door de Engelsche autoriteiten vastgehouden en aan chicanes onderworpen zijn. Hun schip werd vijf maanden geleden kort na het vertrek uit Port-Said door een Engelsche torpedoboot aangehouden en de haven binnengesleept. Na wekenlang te zijn vastgehouden, mocht de Bucegi doorvaren naar Haïta, waar zij opnieuw aan de ketting gelegd en de geheele bemanning gevangen gezet werd. Pas nu zijn 27 leden der bemanning met den kapitein aan 't honfd te Constan.za aan gekomen. De nog te Haifa achtergebleven leden der bemanning zullen later huiswaarts keeren. Het schip zelf*is nog niet vrijgelaten. De lading, -waaronder 80 voor het Roemeen sche roode* kruis bestemde ziekenauto's is door de Engelschen gelost. De Engelsche aonkoopen in de Vereenigde Staten Het D.N.B. meldt uit New York: De New York Sun meldt uit Washington, dat de Amerikaansche regeering op het oogenblik een reeks plannen overweegt, die betrekking hebben op de mogelijkheid om Engeland een crediet in te willigen zonder de neutraliteitswetten te moeten opheffen. Deze plannen, aldus het genoemde blad, komen er op neer, dat geen directe regee- ringsleening wordt gegeven, maar dat het particuliere kapitaal wordt ingeschakeld. In het bijzonder wordt overwogen een groote particuliere maatschappij op te richten voor de financiering van Britsche aankoopen in de Vereenigde Staten. Volgens dit plan zou Engeland zijn wapenopdrachten evenals tot dusver volgens de wettelijke voorschriften in contanten betalen, doch de gelden zouden ver schaft worden door het fonds van deze op te richten Amerikaansche financieringsmaat schappij Als garantie zal Engeland beleggin gen op het Westelijk halfrond kunnen aan bieden, die in totaal geraamd worden op een waarde van ruim negen milliard. Mocht Engeland na 15 of 20 jaar de door de Ameri kaansche financieringsmaatschappij toege stane credieten niet hebben afgelost, dan zouden de Engelsche onderpanden eigendom van deze maatschappij worden. In verband met het verleenen van een crediet van 100 millioen dollar aan Argen tinië is Huil, den minister van buitenland sche zaken, op een persconferentie de vraag gesteld, of de Vereenigde Staten langs dezen weg Engeland dachten te steunen. Hul gaf hierop geen nauwkeurig ontken nend antwoord en verwees den vrager naar het ministerie van financiën. ITALIAANSCHE MARINELEIDING Admiraal Cavagnari afgetreden Het D.N.B. meldt uit Rome: Admiraal Dominloo Cavagnari, de chef van den Italiaanschen marinestaf, is op eigen verlangen uit zijn functie ge treden. Tot zijn opvolger is benoemd admiraal Arturo Riccardi en tot diens plaatsvervanger Inigo Campione. Tot be velhebber ter zee van de vloot is admi raal Angelo Jachino benoemd. Admiraal Cavagnari is ook afgetreden als onderstaatssecretaris in het ministerie van marine. Zijn opvolger als chef van den gene- ralen staf der Italiaansche marine, admi raal Riccardi, heeft zich ook belast met zijn post van onderstaatssecretariaat van marine. Ons brood Het centrale bureau voor het bakkers bedrijf deelt het volgende mede: Het hardnekkige gerucht doet de ronde, dat bloembollen mede verwerkt worden bij de vermaling van tarwe en rogge tot bloem en meel als grondstof voor de broodberelding. Het centrale bureau spreekt deze ge ruchten met de meeste beslistheid tegen en deelt mede, dat de samenstelling van het tegenwoordige brood is als volgt: wittebrood 65 pet. tarwe en 35 pet. rogge; bruinbrood 75 pet. tarwe en 25 pet. rogge; roggebrood 100 pet. rogge. Ook de klachten, dat het z.g. oorlogs brood als gevolg zou hebben het op treden van op schurft gelijkende huid aandoeningen, zijn onjuist, zooals blijkt uit een verklaring van den geneeskun dig hoofd-inspecteur van de volksge zondheid dr. C. Banning, gepubliceerd ln het Tijdschrift van geneeskunde van Zaterdag 30 November j.L Het eentrale bureau voor het bakkers bedrijf doet een dringend beroep op het publiek om zich door dergelijke praatjes niet ongerust te laten maken. De overheid doet, in samenwerking met het bakkersbedrijf, alles wat moge lijk is om den consument een gezond en voedzaam stuk brood voor te zetten. De Vecchi goot heen als goeverneur van de Dodekanesos Generaal Bastico volgt hem op De Vecchi, een der leden van het quadrumviraat, is afgetreden als goever- neur-generaal van de Italiaansche Dode kanesos en als opperbevelhebber van de strijdmachten in dal gebied. Tol lijn op volger is benoemd generaal Eltore Bastico. Ettore Bastico werd in 1876 te Bologne geboren. Hij heeft deelgenomen aan den strijd om Tripoli en aan den wereldoorlog. Tijdens den Spaanschen veldtocht onder scheidde hij zich als bevelhebber van de Italiaansche troepen, die Santander in namen. In December 1937 werd hij tot commandant van een legergroep benoemd. Bastico is sedert 1939 lid van den Italiaan schen senaat. JAPAN CHINA EN MANTSJOEKWO Een gerichte nationale huishouding ter verkrijging van economische onafhankelijkheid Het kabinet heeft zich vereenigd met een plan tot vestiging van een nieuwe oecono- mische structuur in Japan, nadat hierover in den loop van de laatste weken en dagen hevige debatten en talrijke conferenties ge houden waren. Nog vóór de zitting van het kabinet hadden vertegenwoordigers van oeconomische groepen hun opvatting over de nieuwe structuur van het oeconomische leven te bevoegder plaatse kenbaar gemaakt. Het nieuwe oeconomische plan behelst de vorming van een op wederkeerigheid berustend oeconomisch gebied, waartoe Japan, Mantsjoekwo en China behooren. Het doel is verkrijging van oeconomische onafhankelijkheid, betere exploitatie van de eigen grondstoffen en een gerichte volkshuishouding, vooral in belangrijke bedrijfstakken, in algeheele samenwer king van regeering en volk ter verkrijging van een onberispelijke structuur van de nationale defensie. Naar verluidt wil dit plan tegelijkertijd het levensonderhoud van de bevolking en de noodzakelijke bewapening waarborgen. Ter invoering van een gerichte nationale huis houding zullen de met de betrokken vraag stukken belaste bestuursorganen zoo noodig gereorganiseerd worden. Ofsohoon de be voegdheden van het particuliere bedrijfsleven in het algemeen niet beperkt worden, zullen bij bijzonder zwaar wegende nationale be langen ondernemingen onder overheids- of semi-overheidstoezicht gesteld worden. Voorts wordt splitsing, onderscheidenlijk fusië van bedrijven overwogen, voor zoover dit voor de productie voordeelig zou zijn. De middelgroote en kleinere ondernemingen zul len volgens het nieuwe plan in stand ge houden en beschermd worden, In het bestek van de oeconomische reorganisatie zal bijzon dere aandacht geschonker worden aan ondernemingen op het gebied van landbouw en zeevaart. Ten slotte behelst het plan stichting van bijzondere vakbonden voor de afzonderlijke takken van nijverheid. =F= Burgemeester von Antjrk afgezet Door een in het Belgische staa?1^ bliceerde verordening van het mjjg p, binnenlandsche zaken is de gewjnpto meester van Antwerpen. Kamieinst c die bij het uitbreken van den oorj buitenland was gevlucht, afgezety C opvolger is benoemd L. Delwaid^. Ci waarnemend burgen eester, diei. zijl gedaan voor de bevordering van F6en rnischen bloei van de scheldesta<fn «■FT! Binnenlandsch NiU, jtvini Aflevering van sla" verplicht L Voorloopige regelin 01 28 Februari e«e iet Hef rijksbureau voor voe<f'eTs' ziening in oorlogstijd deelt nLya" Tengevolge van de vrees vjenst evenlueele vordering, is het Ir de van slachtvee in de laalste wep" danig teruggeloopen, dat het e kelijk is, maatregelen te neme» erai regelmatige vleeschvoorzieningd a i zekeren. Daartoe zal aan de Ot van rundvee de verplichting l in opgelegd om door bemiddeliie^e een handelaar volgens onderi schaal, rundvee voor slachtdoej_EF aan te bieden. Aanvankelijk zal bij de vaststeIlüFkei aantal stuks vee, dat iedere veehof aanbieden, uitsluitend worden uitgle_ fj het aantal stuks melk- en kalfkoel vee en stieren van één jaar en <^Us volgens de gegevens, vermeld op dëer i tiekaart, in November in zijn bezit love regeling zal van kracht zijn tot 28 ber 1941. Daarna zal een definitieve- worden ingevoerd waarbij tevens wordt gehouden met den aard van Ir"*"" en met het aantal dieren, dat in d van 25 November tot 28 Februari is. Onder de aan te bieden dieren niet kalveren, rundvee met een le wicht van minder dan 400 kg en dieren. Welzullen deze dieren oo!Ver vervolg worden afgenomen. Kei 's drachtige dieren wordefit i overgenomen :spr Voor de periode welke loopt tot 28 |d 1941 moeten de navolgende aantallen?11 worden: Parr door veehouders met 59 runderei^e: door veehouders met 1014 ru^01, runderen; door veehouders met 1519 runderen; door veehouders met 2024 runderen; door veehouders met 2529 ruakeri runderen; ina« door veehouders met meer dan 29 per 5 runderen of gedeelte daarvarfre 1 rund meer. Veehouders, die meer dan 1 rund: aanbieden, moeten de helft v aantal geleverd hebbe Januari 194 1. Bij oneven aantalï_ daarbij naar boven worden afgeronqde van 3 runderen vóór dezen datum 2 r moeten zijn geleverd, van 5 runderi dezen datum 3 runderen, enz. De vei met minder dan 5 runderen worden 1 eerste periode vrijgesteld, hetgeen i aard der zaak niet insluit, dat zulks c de volgende periode het geval zal zj leveringen boven het aantal, i®het hl aangegeven schema genoemd, zal» s, definitieve regeling rekening wordenw den. 1 Ten bewijze dat de levering heef^— gehad, zullen de veehouders bij de lab crisis-organisaties de afrekeningen I Nederlandsche Veehouderij centrale - inleveren. Afrekeningen van vee, gele® of na 25 November, dienen overeen^ hetgeen daaromtrent reeds eerder is j ceerd als bewijs dat levering heeften gehad, mits het vee aan de bovenvi eischen heeft voldaan. Voor vee dat d 25 November 1940 voor uitvoer gelefiec zullen door de Nederlandsche veehkp centrale leveringsbewijzen worden af0'D Deze leveringsbewijzen hebben d waarde als de afrekeningsbewijzen. De aandacht wordt er op geveiTA dat de thans geldende prijzen slachtvee in geen geval verhoogd z worden boven de thans geldende seO J daar er een regeling is getroffen, d^0 2 al het slachtvee bij de centrale bl. worden aangeboden. Een stipte uitvoering van dit leveii plan is noodzakelijk, om het oei mische gebruik van de aanwezige vol p middelen voor de melkverzorging ij wintermaanden te verzekeren en oin de voorjaarsmaanden als er weer beschikbaar is, den veestapel te kuj sparen. Door het opheffen van de teeltregE, en het niet bestemmen voor de sf_ van vrouwelijke graskalveren isi2*/ mogelijkheid geschapen, om in het meen den veestapel op peil te hotolf door toevoeging van jongvee. 11.. 'KRÏSTMANN GUDMUNDSSON 24) Hij sprak lang en plechtig, terwijl hij met zijn hand zachtjes over het bruidskleed streek. Eindelijk tilde hij het op en liet het 't kind zien. „Dat kleed heeft ze gedragen toen ze bruid was. Hier buiten op de weide stond ze met den krans om het hoofd. En God was met haar en maakte haar liever en mooier dan alle -anderen." Het kostte hem moeite den zin af te maken. „Je moet altijd aan je moeder denken, Kolfinna! Doe je best cm te worden zooals zijWees zooals zij was Het kleine meisje zat stil op zijn schoot, dè oogen vol tranen en staarde strak naar den grond om niet te gaan huilen. Hij zweeg een heele poos. Toen hij eindelijk weer begon te spreken, klonk zijn stem heel streng. „Kolfinna, daV fouidskleed zal je eenmaal erven. Je zult daarin staan voor Gods altaar, Kolfinna. Pas goed op, dat je het niet bezoedelt. Wees voorzichtig, dat je geen vlék maakt op je moeders reine, witte klee$L Björn brak plotseling af en boog het hoofd. Hij zei niets meër. Het kind kon haar tranen niet langer bedwingen. Ze liet zich van haar vaders schoot glijden, sloop naar de deur en ging naar buiten. Ze zette het op een loopen en bleef eerst Stilstaan bij de beek. Daar wierp zij zich neer en snikte het uit. Björn bleef den heelen dag in de kleine kamer. Eerst tegen den avond deed hij de deur achter zich dicht en ging naar Nes. Hallgerdur was op de weide toen hij kwam. Torfe was al naar bed. Ze keerde terug van de bron met een stapel kousen, die ze gewasschen had. Toen ze Björn zag, wachtte ze even. De vrouw van Nes lachte spottend toen ze hem zag aan komen. Daar had je nu- Björn, die groote, ernstige man, en in de manier, waarop hij liep en waarop hij zijn armen bewoog, was nog altijd iets van een jongen. Dat plechtige van hem werkte op haar lachspieren, ze ergerde er zich ook min of meer aan. Sinds Sigruns dood had ze hem bijna nooit anders dan ernstig en bezadigd gezien en de menschen dachten, dat hij in werkelijkheid zoo was. Maar zij betwijfelde het. Hij had zich een heele poos goedgehouden, maar tochHij was er niet minder om, dat moest ze toegeven, maar zóó kon een mensch zich toch niet veranderen. Ze wist wel, dat het bruidskleed hem in bedwang hield. Ze moest lachen als ze er aan dacht. Met overdreven ernst had hij er haar meer dan eens van verteld. Hij had zoo iets gezegd van „altaar" en ..tempel". De herinneringen, aan de trouwjapon verbonden, gaven hem de kracht om te leven als een man, had Björn eens gezegd. Zoo'n groote, flinke kerel, die zat te lamenteeren bij een oude trouwjapon. „Goeden avond!" zei Björn en zette zich op een steen. Hallgerdur leunde tegen den muur van het huis en keek hem aan. Haar blik verduisterde. Hoe hij ook wezen mocht, zoo'n knappe kerel als Björn Isleifszoon zou je niet licht vinden! Zij praatten een poosje en Björn vertelde haar, dat hij eerstdaags naar het buiten-dal wilde gaan, naar het kerkhof en dat hij een kruis voor Sigrun's graf wilde snijden. Dat deed hij elk jaar. „Ik voel haar altijd dichtbij mij," zei hij plechtig. „Maar het •is hard om alleen te zijn." „Ja, het is hard om alleen te zijn," mompelde Hallgerdur. Ze keek op en kreeg een kleur. Maar Björn had niet gehoord wat ze zei. Hij was in zijn eigen gedachten verdiept. „Ja, vandaag voelde ik Sigrun vlak bij mij." Er kwam een spottende trek om Hallgerdur's mond. „Je hebt zeker weer bij die trouwjapon gezeten." Ze had het gezegd eer ze er aan dacht. Hij schrikte. „Ja," knikte hij, „ik heb bij haar bruidskleed gezeten." Hallgerdur staarde over het water. Haar gedachten waren vervuld van zijn antwoord. Ze wilde die gedachte verdrijven, maar zij kon haar niet kwijt raken. Ze dacht aan ^aar eigen trouwjapon, die ze zelf genaaid had, toen ze acMtien jaar was. Ze had haar zelf genaaid, steek voor steek; toen hadden ze nog geen naaimachines hier in het dal. En zoo mooi was zij geworden! Nu lag ze op den bodem van haar kleerenkist op den zolder van de schuur en ze haalde haar nooit meer te voorschijn. Ze was getrouwd in een groene japon, de. van haar krans. En ze had de japon door anderen naaien. Het was wel prettig om te denken aan d witte kleed, prettig zich te herinneren wat haar allemaa 'j het hoofd was gegaan, toen de naald op en neer gin^. en neer. Björn keek op. Zè lachte luid en schaterend. „Waar lach je om?" vroeg hij kort. „Ik lach, als ik er aan denk, hoe ik me had voorgestelT mijn leven worden zou Opeens hield ze op en pers lippen op elkaar. Hij bleef haar een heele poos aanzien. W Zijn blik maakte haar verlegen. Dacht hij soms, dytb klaagde? Haar oogen werden kleiner, kregen een harde drukking. Ze keek hem uitdagend aam, zoodat hij zijn i N> neersloeg. rr „Hoe gaat het met Kolfinna?" vroeg ze zacht. „Het f groote zegen voor je, Björn, dat je zoo'n lief dochtertje - als je zooveel van haar moeder gehouden hebt." Björn keek haar verschrikt aan; weer moist hij zijn afwenden. Aïl „Ze maakt het best," zei hij. pLl Meteen stond hij op om heen te gaan. Hij voelde zich^ en slaperig. Hallgerdur beantwoordde ternauwernood zijn groet. Hl „Was ze maar een jongen," mompelde hij, terwijl hij Hs de weiden naar huis liep. Hl (Wordt vervol/"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 2