JUettnr? jTritiscljr (£ourant NIEUW MOLEST-RISICO MIDDENSTANDSDIPLOMA? ^Siementsprijs: er 3 maanden in Lelden en In plaatsen ap «ar een agentschap gevestigd Is 2 35 rtentieprijzen )Vè ct per regel Ingezonden Mede- 'eling€n per regel Minimum ink o<regels. Bewijsnummer 5 ot Bij coa- belangrijke korting Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken Bur. Redactie en Administratie: ©REESTRAAT 123, LEIDEN. Telefoon 22710. (Na 6 uur 23166). Postbox 2a Postrek. 68036. ZATERDAG 9 NOVEMBER 1940 21e Jaargang 8.10/-. Christelijke leeszaal 1 ii ons volksleven 8ouian ooit moetert wij thans met de 4 p^ur groote ernst maken; niet ten grssk is het spreekwoord in de wereld ten 0*1: Zeg mij, wat gij leest en ik zal arkerjwie f5Ü zÜt. En er wordt in ons o I 1 gelezen, gelukkig! Niet het minst rd tnjatteland door de boerenbevolking. e?n f(vonc* men on^eT deze vroeger veren' meer dan tegenwoordig, nu de ten 'n zoo ingekrompen zijn zooveel kennis en grondige ontwikkeling? boerengezin de lange winter gebruikte voor het lezen van gsde laatste jaren wordt meer offi- rtf8vjproken van leeszalen en biblio- maar de laatste zijn voor onze waarlijk niets nieuws. Christelijke envereenigingen als Patrimonium _«a I Werkmansbond, benevens jonge- hebben in dat opzicht den dienste, al willen we gaarne toc- ze in vroeger jaren niet waren M pleiten van eenzijdigheid. Wij 0ud< met name aan de historische lee die een halve eeuw geleden ver- jk° werden. ieverlede werd deze voorlichtings- liREÏ^r geconcentreerd en toen kwam rroot^ Christelijke leeszaal op. Beide, en bibliotheek, werden toen zelf p van studie en discussie. Het eemd schijnen, maar veel lectuur p n er over de lectuurverschaffing 41 - was pas het geval, toen de vraag 47.00 ^sidieering door de overheid aan t A, kwam. Daaraan danken wij twee ivera chte studies van dr.#J. Karseineyer, 1411 orede van 19 September 1935, en '39- 5J. W. Noteboom, een rapport voor n f ite jaarvergadering van besturen nden Leeszalen en Bibliotheken. Het t groot nut zijn, dat wij aan deze ttingen ook m deze dagen aan- ihenken. gg:n rs, als strenge boekenkeur voor b soonlijk strikt noodzakelijk is, dan -13 t in niet minder mate voor de be- mzer leeszalen; want deze dragen lc'en verantwoordelijkheid voor zich iloa aar voor het,publiek, inzonderheid ~"r6' jeugd, die van de bibliotheek ge- laakt. 2 ïee is tevens gezegd, dat wij voor 3Uwrvistelijke inrichting een plaats op- coo?1 naas^ neutrale en de snel "derde Roomsch-Katholieke inrich- -330 meenen trouwens, dat dit spnt van lieverlede onder ons niet gio :staat. Aanvankelijk mogen sommi- j,sl® onze geestverwanten van oordeel pet. weest, dat op dit terrein „gelijk- [T™ ing" mogelijk was; die meening /bijkans niet meer verdedigd. Tt xjnee is geenszins beslist over de 4 °o; van het vrije onderzoek; een offi- van verboden lectuur kennen Doch dat probleem wordt er niet •ie ^n de orde gesteld. Het argument 'jjojle algemeene en vóór de Christe- észaal is dit, dat in de eerste allerlei ir ij toegelaten en verkrijgbaar gesteld uk#' en moet worden, welke een geest iteien de lezers in een sfeer brengt, die doet aan onze Christelijke levens- j ng, omdat ze ingaan tegen de be- 12411 van Gods Woord, ig^heorie kan men over vrije keuze i ans voor ouderen hoóge en ook iode/vaarlijke, boomen opzetten; in de staat het zoo, dat wij de zekerheid 7-4 hebben, dat geen ongewenschte ïiw in onze gezinnen komt. Daarom d4i we ook van de verantwoordelijk- o pr besturen. zeker niet onze bedoeling zijn, 3.6 'ize bibliotheken alleen openstaan geestverwanten. Wij moeten het sujip prijs stellen, dat ook „anders- fl ;den" er gebruik van maken, want P®f'pr opzicht behooren al onze instel- een evangeliseerend karakter te i. En daarom verheugen we er ons vanneer de Christelijke inrichting ilvoorzien is van goede lectuur, dat I buiten onze kring aangetrokken .eidt tot tweeërlei conclusie. In de plaats deze, dat de Christelijke 1 recht heeft op ons aller belang- l en medewerking. Dit is waarlijk verbodige vermaning. Want het is k voor tegenspraak vatbaar, dat dit weinig naar voren komt. Enkele en interesseeren er zich voor; groo- aantal van hen, die wel zoo goed irs lid der vereeniging toe te treden L^jJieestal gratis lezen inhoudt); maar gemeen meeleven in deze dingen gesproken worden. gevolg van een en ander is, dat de :ing bestaat en blijft bestaan; dat zeer nuttig werk doet; maar van en bloei" kan moeilijk sprake zijn. :h zou ze, juist nu, van zoo groote enis kunnen zijn voor de komst van Koninkrijk. De invloed van goede kan eigenlijk niet overschat wor- iet het minst, omdat de werking zoo j^jjchloos plaats vindt feit, dat de Christelijke leeszaal er ^ler ^ls de algemeene naar streeft om o groepen der bevolking zonder onder- haar diensten te Bewijzen, doet nog Van de handspuit naar de stoomspuit Jan van der Heyden vond het premiestelsel uit De ontwikkeling van de brandweer organisatie in de 18e eeuw De beruchte vliegende premie Jan van der Heyden, de uitvinder van de brandspuit, was een bij uitstek prac- tisch man. Hij begreep heel goed, dat zelfs de beste instrumenten falen, wanneer zij bediend worden door menschen, die voor hun taak niet geschikt zijn. Bij het blus- schen van branden komt het aan op goe de organisatie. Ook daarin heeft Jan van der Heyden verbetering gebracht. Hij is~de vader van de brandkeur. Zijn instructies werden overal opgevolgd. Premie en boe testelsel, districtverdeeling en alarm, en vele andere zaken zijn door hem geregeld. Aan iedere spuit waren 44 vaste manschaap- pen verbonden, niet meegerekend de drie brandmeesters en de brandspuitmeesters. De geaffecteerden waren aldus ingedeeld: 20 man voor de perspomp, 12 voor de waterpomp, 4 man aan de slangen, 4 om bij beurten als pijpleider te fungeeren, 2 om bij nacht de flambouwen te dragen en 2 om de noodige herstellingen te doen, waartoe één voorzien van een lantaarn, de ander van een zak met gereedschap. Op het terrein van den brand was het opperbevel in handen van de Commissie van Beheer. De brand werd 's nachts gesignaleerd door het kleppen van de stadhuisklok, over-' dag werd de groote torenklok geluid. De zgn. Commissie van Beheer werd bijgestaan door 4 hoofdlieden. Deze gaven hun adviezen en brachten de orders van de Commissie van Beheer aan brand- en spuitmeesters over. Als onderscheidingsteeken droegen de leden der Commissie van Beheer een rooden strik met witte franje om den linkerarm, de vier hoofdlieden hadden, behalve hun distinctief als brandmeester, een witten band met het opschrift „hoofdman" om den hoed. De brand meesters waren voorzien van een stok, terwijl Men kan aannemen, dat de eerste slangen brandspuit in 1683 te Rotterdam haar intrede deed. De stad was toen verdeeld in 12 wij ken, die elk van een spuit werden voorzien. De wijken 3 en 12 kregen een extra-spuit. In 1706 waren er reeds 17 spuiten ter beschik king, welk aantal vele tientallen jaren onver anderd bleef. Een van de eerste gevolgen, die de invoe ring van de brandspuit had, was de wijziging in de functie van de brandmeesters. De invoering van de brandspuit met vaste ploe gen volk, het premie- en boetestelsel, het onderzoek van materieel en de oefening der manschappen, de verscherping der voorzorgs maatregelen met nauwkeurige inspecties leg den tal van nieuwe verplichtingen op. Er bleek meer en meer behoefte te ontstaan aan een bijzonder College, dat toezicht hield op het nakomen der verplichtingen. Hieraan nu dankt het College van Hoofdlieden van Brandmeesters zijn ontstaan. Het werd ingesteld bij resolutie van 27 April 1694. Betere controle was dus het doel van de nieuwe instelling. De brandspuitmeesters aangesteld. In dezen tijd verschijnt ook de brandspuit meester ten tooneele. Sinds de invoering der brandspuiten gevoelden de brandmeesters steeds meer behoefte aan hulp van menschen, die opzicht hielden over de spuiten en het daarbij betrokken volk. Daarom werden aan iedere spuit twee (later 3) van de bekwaamste en dichtstbijwonende geaffecteerden aange steld als assistenten van de brandmeesters. Eén van hen werd geplaatst aan den waterkant, de ander aan de brandspuit. Ging dus de brand meester over alles, wat het brandwezen be trof. de spuitmeester had gezag in engeren kring en de geaffecteerden hadden opdracht hem in alles te gehoorzamen. Wat het premiestelsel betreft, óók dit is een vinding van Van der Heyden. Het was heel goed van hem gezien de bediening van zijn spuit los te maken van wat zweemde naar heerendienst. Op handige wijze schakelde hij bij de brandblussching eer en stoffel ij k voordeel in om zijn doel te bereiken. Daarbij had hij niet weinig succes. Overal, waar hij spuiten leverde, voerde men zijn stelsel in! De hoofden deelden na 1706 niet meer mee in het stoffelijk 'voordeel. Wèl moesten ze boete betalen als ze hun plicht niet voldoende nakwamen. De brandspuit in actie In den loop van de achttiende eeuw ont wikkelde het brandbluschwezen zeer gelei delijk. Zoo ongeveer 100 a 150 jaar geleden zag de organisatie er ongeveer als volgt uit een andere conclusie trekken. Met het zelfde recht als we voor ons Christelijk onderwijs financieele gelijkstelling vragen met de openbare school, dóen we dat ook voor de Christelijke leeszaal en bibliotheek. Beide zijn algemeen, al duidt men de „neutrale" bij voorkeur met deze kwali ficatie aan. Het onderscheid zit alleen in de boekenkeur. Wat deze betreft gaat.de niet-confessioneele minder ver dan de andere; maar ook de eerste berust op de overtuiging, dat er verderfelijke lectuur verschijnt aan welker verbreiding men niet kan meewerken, zonder met de open bare orde en de goede zeden in strijd te komen. Het is op grond van deze overwegingen, dat wij niet mogen nalaten ook nu niet om telkens weer te wijzen op de achter stelling van onze openbare leeszalen en bibliotheken bij die van andere richtingen. Want gelijk recht bestaat er op dit gebied nog lang niet. (Foto: Gem. Archief) zij ook een trostouw moesten meebrengen om desnoods daarmee slangen en ladders te kun nen ophalen en richten. Brandspuitmeesters droegen om den hqed een witte krippen lamfer of band. Vóór 1776 droegen geaffec teerden een - breed wit lint om den hoed. Daarna is het een witte leeren riem, waarop ingebrand het stadswapen met het nummer van de spuit, te dragen om den linkerarm. De vliegende premie. Als er ergens brand was uitgebroken, mochten niet alle spuiten naar den brand trekken. De vier spuiten, die geacht werden het verst van den brand verwijderd te zijn, moesten in de bewaarplaats blijven. Behalve de stadsspuiten mochten ook hulp verleenen de spuit van het Burgerweeshuis en die van het stadsarmhuis;; echter alleen bij brand in de nabijheid dier gebouwen. Wat de premies betreft, deze werden in 1826 als volgt geregeld: de eerste premie was f 75, de tweede f 50, de derde f 25. De ge affecteerden genoten een werkloon van f 0.15 In 1839 werd nog een extra-premie van f 50 vastgesteld. Deze heeft de hoofdlieden heel wat hoofdbrekens bezorgd. Het desbetref fende artikel luidde n.l. als volgt: „Zoo er onder de premie verdiend hebbende spuiten zich één mocht bevinden, die verder van den brand is gelegen dan andere meer in de nabij heid gelegen spuiten, zal de spuit nog daar enboven genieten een premie van f 50". Deze premie is berucht geworden onder den naam „de vliegende premie". Zij bracht heel wat narigheid mee. Immers, afstanden van spuithuisjes tot den brand moesten geme ten worden. Soms zelfs moest de hulp van een landmeter worden ingeroepen! Na eenige jaren is dan ook de vliegende premie door B. en W. weer afgeschaft. De uitspraak in de aanvragen om premies werd gedaan door vier hoofdlieden brandmeesters, tesamen met 4 afgetreden hoofdlieden, die de naam van overlieden droegen. Dit college behartigde voorts al de belangen der brandweer, wat betreft de ministratie van den dienst Wijzigingen na 1839. Na 1839 is er op brandweergebied in Rot terdam tot het jaar 1857 niet veel gewijzigd. Het belangrijkste was wel de reorganisatie van het College van Hoofd- en Overlieden van Brandmeesters. De vier overlieden, die als afgetreden hoofdlieden in het College zit ting behielden en als consulenten van hoofd lieden werden beschouwd, zagen zich bij be sluit van 10 Mei 1845 tot hoofdlieden be noemd, welker aantal hierdoor op acht werd gebracht. Spoedig daarop volgde een besluit van B. en W., waarbij bepaald werd, dat hoofdlieden door hun benoeming ophiel den brandmeester te zijn en werden de in functie zijnde Hoofdlieden als brandmees ter ontslagen. Daarmee werd de verhou ding van hoofdlieden tot brandmeesters volkomen gewijzigd. Het college bestond van nu af aan niet langer uit hoofdlieden van brandmeesters, maar uit hoofdlie den over brandmeesters. Men ziet uit dit korte overzicht dat uiteraard niet op volledigheid aanspraak kan maken, want we „renden" door de brand weergeschiedenis heen hoe men steeds weer doende is geweest te waken tegen het dreigende vuur en hoe men naar vermogen heeft getracht de middelen om den rooden haan te bestrijden te vervolmaken. Na I860 breekt de nieuwere tijd aan. In deze periode breekt de techniek van den mo dernen tijd zich zegevierend baan. Na de stoomspuit verschijnt de motorspuit ten too neele En de brandspuit" moet de vlag strijken voor de slangenwagen. Daarover een volgend D Het tweede artikel stond in ons blad i Vrijdag 1 November. ALG. FRIESCHE LEVENSVERZ.-MV LEEUWARDEN BURMANIAHU1S VAN 1845 AMSTERDAM, VAN BRIENENHU1S HOE LAAT MOET MEN VERDUISTEREN? Dat is iederen dag anders, maar iederen dag hetzelfde blijft de noodzaak om alle redelijke voorzorgen te nemen ter besherming van zijn eigendommen. Gebouwen, inventarissen en inboedels ver zekert men tegen oorlogsmolest bij Vraagt inlichtingen en prospectus aan het kantoor SINGEL 126—130 AMSTERDAM (C) Tel. 47190 Ned. Chr. Zeelieden-Vereeniging Op 19 November is het 10 jaren geleden, dat de Ned. Chr. Zeelieden-Verg. werd opge richt. In haar orgaan „Quo Vadis" lezen we daarvan: „Ons vereenigingsscheepje is bijkans tien jaar in de vaart, en met dankbaarheid aan God mogen wij coiistateeren in die afge- loopen tien jaar geen averij te hebben gehad noch ook moeilijkheden ten opzichte van de gestuurde koers. „De dag, dat het werd te water gelaten, was ook de dag der in diensstelling. Deze anders voor ieder schip belangrijke afzonder lijke voorvallen waaraan zekere plechtig heden verbonden zijn had voor de „N. C. Z. V." op den 19den November 1930 gecombineerd plaats. Op dien Herfstavond aan den Mathenesserweg te Rotterdam de woning van onzen gezagvoerder werd in kleinen kring tot de afvaart besloten. Sedert zwerft het over alle zeeën, komt in landen waar het golfgeklots een sprake heeft, en brengt de boodschap van Jezus Christus, die redding biedt aan zondaars. „De „N. C. Z. V." is geen oorlogsschip; het vaart den oorlogswimpel niet, zijn kapitein is niet van rijkswege aangesteld, evenmin staat de equipage onder de krijgstucht eener Vèreldlij-ke mogendheid. Derhalve droeg ook hét in dienst stellen nu tien jaar geleden niet dèt gewichtige karakter, dat op een schip van oorlog placht pldats te hebben. „De „N. C. Z. V." om in figuurlijke taal voort te gaan is een schip van de zending. Een schip, dat behalve onze driekleur ook de kruisvaan voert „hoog in top". Een schip met een heel speciale opdracht, die uitge zonden wordt op bevel van Jezus Christus, aan Wien het zijn zending ontleent: het Evangelie te prediken. Dit zendingsbevel mocht het tien jaar lang trouw blijven." Stichter en voorzitter der N. C. Z. V. is de heer W. J. Hatenboer. Chr. onderwijs aan achterlijke en zenuwzwakke kinderen Jaarvergadering le Utrecht Te Utrecht is vandaag gehouden de jaar vergadering der Ver. tot bev. van Chr. onder wijs aan achterlijke en zenuwzwakke kinde ren. Te half elf werd de vergadering in Hotel Noord-Brabant geopend op de gebruikelijke wijze. Na afdoening der huishoudelijke zaken heeft de lieer E. J. M. Broekhuijsen van Amsterdam een referaat gehouden over: De leerlingen van het Buitengewoon On derwijs, zoo begon spreker, zijn, wat lichaams oefeningen betreft nog meer dan normale kinderen aangewezen op de school. Tenge volge van de afwijking zelf en van de veelal verminderde bewegingsdrang krijgen zij im mers in hun dagelijksch leven veel te weinig lichaamsbeweging. Terwijl zij daarnaast juist in lichamelijke ontwikkeling over t jlgemeen ver ten achterstaan bij gewone kinderen an de lichamelijke opvoeding dus dubbel noodig hebben. Deze achterstand blijkt niet alleen uit de slechte groei en de vele houdingsafwijkingen, men treft hiernaast vaak storingen in de ont wikkeling van het bewegingsleven aan. En deze motorische ontwikkeling is van funda- menteele beteekenis voor de geheele psycho- physische ontwikkeling. Hier heeft de licha melijke opvoeding een taak, welke men ech ter niet mag vernauwen tot een uitsluitend heilgvmnastische. Bovendien is de lichamelijke opvoeding on misbaar in de opvoeding tot zelfstandig han delen en tot gemeenschapszin, (snel en sport!). Ook als middel tot het verschaffen van levens vreugde speelt zij een groote rol. Speciaal de grondslagen en werkwijze van de moderne schoolgymnastiek bevatten veel waardevolle factoren voor hel Buitengewoon Onderwijs, zoo b.v. de aandacht voor de tuurlijke bewegingsvorm, het individueel ka rakter van het onderwijs, het concreet maken van de oefeningen voor het kind. Spr. vatte zijn betoog samen in een drietal stellingen: 1. Een goede lichamelijke opvoeding is in het Buitengewoon Onderwijs van fundamen teel belang. Hieruit vloeit de eisch voort, da gelijks tijd en aandacht aan deze factor te besteden. 2. Bij de noodzakelijkheid, in de lichame lijke opvoeding van het abnormale kind uit te gaan van de speciale eischen, door de af wijkende aanleg en ontwikkeling gesteld, moet gewaakt worden tegen een verwaarloo- 7.en van de paedagogische instelling op dit ^36 Hoewel algemeen geldende richtlijnen voor de lichamelijke opvoeding bij het B. O. nog ontbreken, kan men constateeren dat grondslagen en werkwijze van de moderne .schoolgymnastiek pp vele punten, voldoen aan de eischen die met name het onderV/ijs aan zwakzinnigen worden gesteld. Bij het opstel len van deze richtlijnen zal men dan ook met voordeel van deze nieuwere inzichten gebruik kunnen maken. Üi'likan UJr en Uw cadeau 12.50 HUISVROUWEN Met EEN PAK -r^jfcco B L U -Ifl F A X dóet U MEER dan met 20 stukken zeep! Doet Uw voordeel! Slechts 28 cent qer pak! fn elk pak GEBRUIKSAANWIJZING met tal van NUTTIGE WENKEN' Verkrijgb. bij alle warenhuizen en drogisten ,G R E V O S" HANDELMAATSCHAPPIJ Nieuwland 6 a Tel. 38169 Rotterdam Nieuw Feuilleton... In 't blad van heden vinden onze lezers 't slot van 't boeiende feuilleton „Mannen van het Vreemdelingen legioen". Het nieuwe feuilleton, waarmee wij volgende week aanvangen, is de ge autoriseerde vertaling uit het Noorsch van Kristmann Gudmundsson's be roemde boek „De Bruidsjapon". Deze jonge IJslander, die te Reyk javik werd geboren, bestudeerde reeds vroeg het volksleven in den omtrek. Zijn eerste werk „Liefde op IJsland" maakte grooten opgang en verscheen in verschillende vertalingen. Men zag dadelijk, dat men met een buitengewoon veelbelovend debutant te doen had, een rijk en rijp talent, en die groote beloften heeft hij vervuld in zijn tweede boek „Brudekjolen". Het verhaal speelt voornamelijk op IJsland en handelt over den zielestrijd van stoere mannen en hun strijd om het geluk. Het verhaal is met vaste hand opgebouwd en volgehouden. Kracht en warmte doorstralen het van het begin tot het eind. Ofschoon het menschen behandelt uit onzen tijd, ligt er toch een sage-sfeer over de schildering van menschen en karakters. PRIJSOPDRIJVING BIJ SIGARETTEN Het Rijksbureau voor Tabak stelt een onderzoek in Van verscheidene zijden wordt er over ge klaagd dat de prijzen van sigaretten, speciaal de z.g. Amerikaansche, den laatsten tijd be langrijk zijn verhoogd, doch dat de kwaliteit achteruit loopt. Naar Het Vad. verneemt, zijn hierover ook bij het Rijksbureau voor Tabak en Tabaks- pioducten te 's-Gravenhage klachten binnen gekomen. Men gaf daar de verzekering, dat deze klachten stellig niet terzijde worden ge legd doch dat integendeel het bureau bezig is met het instellen van een uitgebreid onder zoek naar deze aangelegenheid. Het is natuurlijk een feit, dat er geen tabak meer wordt ingevoerd, zoodat er op de vrije markt een tendens is tot prijsstijging, waar mede de fabrikanten rekening mogen houden, maar als dit geleid zou hebben tot over tredingen van het verbod tot prijsopdrijving, dan zal het Rijksbureau voor Tabak daar zeker maatregelen tegen nemen. De Grieksche reederijen en de oorlog Uit New York wordt gemeld, dat de zeever zekering voor Grieksche schepen gelijkgesteld is met die van de oorlogvoerende landen. De Hellenic Line, die tot dusver vijf Griek sche schepen van New York naar de Middel- landsche Zee langs Gibraltar liet varen, heeft thans het plan opgezet om de schepen de route langs de Kaap de Goede Hoop en Suez te laten Een droogdok le Gijon Het stadsbestuur van Gijon heeft plannen voor den bouw van een droogdok. Voorloopig zijn 7 millioen pesetas voor dit doel op de be grooting uitgetrokken. Studeert U voor het Manufacturenbrevet j Kr u i deniersdiploma RESA - ARNHEM (Bekende Schriftelijke Cursus). Onze cursisten slagen met de hoogste cijfers Geslaagd voor het Middenstandsdiploma, met 53 punten Rotterdam. H. M. HARDENBOL. Hiermde bericht ik U, dat ik de vorige week geslaagd ben voor het Middenstandsdiploma met een cijferlijst van 53 punten, n.l.: Boek houden 8, Handelskennis 9; Ned. Taal, Handelscorrespondentie 8, Handelskennis 10, Bedrijfsleer 9, Rechts- en Wetskennis 9. Zuidhorn. J W LUTH. Geslaagd voor het Middenstandsdiploma met een zeer mooie cijferlijst. Vriendelijk dank voor de prettige samenwerking en de mooie lessen. Wervershoof. H. J. DE HAAN. DE VERDUISTERING In net belang van de naleving van de bepalingen ten aanzien van de ver duistering: Zonsopgang 10 November 8 uur 52 min. Zonsondergang 10 Nov. 17 uur 55 min. Maansopgang 10 Nov. 16 uur 14 min. Maansonderg'ang 11 Nov. 4 uur 45 min. Luif.-generaal L. F. Duymaer van Twist 75 jaar Vandaag wordt luitenant-generaal L. F. Duymaer van Twist 75 jaar. Hij heeft de H.B.S. alhier bezocht en ver volgens de Hoofdcursus te Kampen, waarna hij in 1889 oenoemd werd tot 2e luitenant der infanterie; nij heeft den militairen dienst ver laten als generaal-majoor tit., waarna hij in 1930 benoemd werd tot luitenant-generaal; sinds 1901 is de heer Duymaer van Twist lid van de Tweede Kamer voor de Anti-revolu tionaire Partij. Van de overige functies, die hij heeft be kleed, noemen wij het lidmaatschap van den Haagschen gemeenteraad,'van den Zuiderzee raad, van de Leger commissie, het voorzitter schap van de Nationale Landstormcommissie en van de Nat. Chr. Officierenvereeniging, alsmede het penningmeesterschap van de Centrale Commissie van A.Jt kiesvereenigin- gen. De schipbrug over de Maas bij Hedel moest Vrijdag tengevolge van een aanvaring voor rijverkeer buiten dienst gesteld worden. Terwijl de herstrllingswerkzaamheden in vollen gang waren, konden de reizigers te voet passeeren (Foto Pax-Holland) Onze beleggingen in Duitschland De secretaris-generaal van het departe ment van financiën kondigt de regeling aan omtrent de belasting op geblokkeerde mar ken, d. w. z. het in Duitschland belegde Nederlandsche kapitaal. Uitvoering van deze regeling geschiedt door den inspecteur der geblokkeerde mar kenbelasting in samenwerking met het Ne derlandsche Clearinginstituut. De beschik king is op 1 Nevember in werking getreden. Voor bijzonderheden raadplege men de be voegde instanties.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 1