llirumr grittórt)t (ioumnt I Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken Christelijke Boeren- en Tuindersbond nentspnjs: maanden in Leiden en in plaatsen een agentschap gevestigd la 2.35 veek 18 et Losse nummers 6 ct bU vooruitbetaling. ntieprijzen ct per regel Ingezonden Mede- igen 45 ct per regel Minimum els Bewijsnummer 8 ot Bij coo- belangrijke korting Ho. 6249 VRIJDAG 11 OCTOBER 1940 21e Jaargang Bnr. Redactie en Administratie: BREESTRAAT 123. LEIDEN. Telefoon 22710. Bijdragen van medewerker», Ingezon den stukken aan de Red Abonnementen, Advertentie*, ens. aan de Administratie punt en standpunt dig kan men nogal eens de de redeneering hooren, dat men it ten aanzien van deze of gene id moet wijzigen naar gelang lis een keer heeft genomen. Men >o wordt gezegd, zijn houding oog nu schuilt een goed en een teerd element Het goede element en oog heeft voor de wisselingen lijkheid, waarin men leeft Deze i is geen star begrip, maar een voortgang. Het verkeerde is ben de maatstaven, waaraan men Jieid toetst, zoekt in die werke- 6. Gaat men op dezen weg voort, arlijker, dan dat de geschiedenis o, tot een leefregel wordt? fcdenis echter kan voor ons geen och zy is en blijft voor el, waarop de krachten van het es lichts strijden tegen de krach koninkrijk der duisternis. Deze nslotte, zoo weten we, uitloopen 'inning van Christus, Wien alle mei en op aarde is gegeven. En wij als menschen mickien in deze geplaatst on besloten zijn in den fstorie, daarom blijft zich in aller laren de spanning tusschen eener- n rkelijkheid rondom en d, die door de zonde is bevlekt, ni Is de eischen van Gods Wet ,u hiermee ernst maakt is dit alles I t gemakkelijk. Het valt heel °I voort te laten glijden oo den geschiedenis en te zeggen, dat alleen omdat het er is. Het is bt ei lijkheid, die is neergelegd in 1 ,in de wereld, doch niet van de hier vinden wij terug het woord dat de zuivere en onbevlekte estaat in het zichzelf onbesmet de wereld, dat wil zeggen: van werkelijkheid. Wie echter is tot °a bekwaam? .plossing niet in den oproep tot k« !bekeering, den terugkeer tot het j* vleesch werd, tot de Openbaring ja I God de Eeuwige en de ;n fijke. £(jn Openbaring is, plegen t {en, een gave èn een opgave, ichten we niet u i t de werkelijk- ng i n de werkelijkheid, tot Hem, tot lil#., ajbrsn wijsheid wordt geleerd irne. En ult dle en H waarnaar wij willen leven in werkelijkheid. leer nuttelooze menschen? Oct. wel menschen, die vrijheid !spm God te dienen op elk terrein rood at dienen Is arbeiden. Want, was' w*e inziet in de volmaakte wet, 1 20 ld is, die vergeet het bevel van !t zoo gemakkelijk, maar hij is s werks", en „hij zal gelukzalig gelijksoortig appeltje .-eten, dat wij enkele dagen ge- Haagsche Post een appeltje heb- toen dit weekblad een absoluut telling gaf van de houding onzer ■zen tijd. t De Nederlander met het week- ijksoortig appeltje- Hadden wij dat er sinds eenige maanden id van de Haagsche Post zoo een wijzigd was. De Nederlander ijke ontdekking. Maar het merk- iat de redactie van de Haagsche celfde euvel lijdt, hetwelk ze bij nt te bespeuren. Immers, wat is nder had een artikel geschreven, lad nog eens opnieuw zijn hou- gpf. ïef ten aanzien van de Neder- e, alleen reeds om te laten zien, rzijds, het contact nog niet ver ijl n en een open oog hebben voor ljke toenadering, mits natuurlijk ,un| :mming met onze beginselen. ,ter ireef nu de Haagsche Post? Dat an De Nederlander getuigt van gen ommezwaai, ingegeven door n angst voor de politieke moge- vaarover bepaalde geruchten band veroorlooft De Nederland- rake opmerking, „dat de Haag bed zou doen zich te herinneren, iet gaat om panischen angst en mmezwaaien boter op het hoofd jehoeven dat niet nader uit te r weet, wat er afgezien van het 2p ert 10 Mei aan dat blad veran- ■SJ is niet een van de minst be- ïitingen van het kapitalistische de geestelijke en politieke voor- middel van de pers in vele ge- de ervaring leert, van karakter wanneer dat om economische ischelijk schijnt. Wij houden het ri karaktervoller om liever onder i daaraan mee te werken", rachtige woorden, die in beteeke- reiken buiten het geval van de jst. Inderdaad, het is een bekend :hts h ij staat, die vasthoudt aan isel, niet alleen op Zondag of in mer, me ar in heel zijn leven- En belemmering in den weg mocht :gd, dan moge hij vallen, maar het beginsel en de e i s c h van het 1 h geldt trouwens voor iederen Jhij h»f weten wil of niet en of hij idelt of niet. Eens komt het uur 'enschap. Het gaat hier niet om lief- o* om dingen, waarvan men zich „panischen angat" vjinaf laat Het opruimingswerk en de herstelling aan de woningen te Enk huizen, die door het Engelsch bombardement zijn getroffen (Foto Pax-Holland) Jaarvergadering te Utrecht De indertijd uitgestelde jaarvergadering in C.B.T.B. werd gistermiddag te Amster dam gehouden. Na het openingswoord van den voorzitter prof. dr. P. A. Diepenhorst werden aller eerst huishoudelijke zaken behandeld. Hierna sprak prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine. Wij pleiten aldus spr. heden voor de hand having van de Christelijke basis onder den Chr. Boeren- en Tuindersbond, omdat wij dien bepleiten voor al onze sociaal-economi sche organisaties. Men bestrijdt deze idee; zij heet onnoodig, omdat de sociaal-economische vragen materieel van aard zijn; ongewenscht, omdat zij splitsing met zich brengt: onmo gelijk, omdat er tusschen het geestelijke en het sociaal-economische geen wezensverband is. Wij voor ons hebben jaren lang het om gekeerde verkondigd en toegepast. Zullen wij dit thans laten vallen? Er zijn personen en groepen, die te dezer zake na 15 Mei zich anders stellen dan vóór 10 Mei; zij mogen zich afvragen, welken in druk zij wekken, terwijl er in wezen niets is huichelarij zelfs? wy hi«* trekken, de zelfde lijn forsch door. Daartoe dringt zelfs meer dan vroeger. Er is een algemeen geroep óm niéuwe elementen op het sociaal-economische erf: solidair besef tegenover klassenstrijd; gerech tigheid tegenover willekeur; erbarmen tegen over darwinisme. Het is prachtig; doch hoe en wel deze elementen verkrijgen? De waarde van mensch en menschenziel bloeit op uit het geloof in den Schepper. De solidariteit is dieper dan waar ook verankerd in de belijdenis, dat Christus zich solidair ge maakt heeft met de wereld.. Niemand is in staat ergens een sterker bron aan te wijzen voor de geesteshouding, die thans allen vor deren op het sociaal-economisch erf, dan in het Woord van God gegeven is. Daarmede is het goed recht der Christelijk gefungeerde organisaties afdoende bewezen Daarmede is tevens bewezen, dat deze basis niet slechts voor zekere kringen of richtingen doch voor het volksleven als geheel onmis baar is. Echter moeten wij elkander zeer ernstig waarschuwen. Het is mogelijk, dat een Chris telijke organisatie géén Christelijke vruchten voortbrengt Voortdurend zelfonderzoek en voortdurende vernieuwing zijn onmisbaar. Want onvruchtbaar Christendom is ook op sociaal-economisch erf rijp voor de ver dwijning. Verder sprak de tweede voorzitter van den C.B.T.B., de heer Chr. v. d. Heuvel. Een drietal punten werden hierbij behan deld. In de eerste plaats enkele aangelegenheden betreffende Pachtzaken. Nu de Pachtwet ongeveer 2 jaren gewerkt heeft is het mogelijk een, zij het zeer voor- loopig, oordeel te vormen over de werking der Wet. In 't algemeen is deze bevredigend. Als belangrijkste verbeteringen noemde spr a. dat overeenkomstig de bedoeling van de Wet een langer geUfuiksrecht van den grond in 't algemeen verkregen zal worden; b. dat de mondelinge afspraken die tot veel onaangename verwikkelingen aanleiding gaven zoo goed als verdwenen zijn; c. dat een vrij intensieve controle óp de pachtprijzen is verkregen. Spr. stond hierna stil bij enkele principieele uitspraken door de pachtrechtspraak gegeven. Eenige leemten in de Pachtwet hebben zich naar spr's oordeel reeds geopenbaard Als zoodanig werden genoemd: het bezwaar dat in hetzelfde gebied twee instanties, n.l. pachtkamer en pachtbureau de zaken behan delen, dat grasverkoopingen buiten de wet vallen, dat het alleen maar mogen toetsen der pachtovereenkomst op buitensporige ver plichtingen de in feite te hooge pachtsommen niet heeft weten te voorkomen. Aan een gedeelte dezer euvelen is voor een meer of minder belangrijk deel tegemoet gekomen door de 17 Augustus uitgevaardigde pachtverordening. In de tweede plaats wijdde de heer v. d. Heuvel enKele beschouwingen aan de v r ij- willige arbitrage in land- en tuin bouw. Hij deed hierbij uitkomen, dat onder den invloed van de landbouw-crisiswetgeving er een sterke ontwikkeling is gekomen van de collectieve arbeidsovereenkomst De samenwerking tusschen de Centrale Landbouworganisaties en de vakorganisaties van de and- en tuinbouwarbeiders, die reeds eenige jaren bestond, is zeer veel intensiever geworden. Toch is ook op dit terrein nog een en ander te verbeteren. De ruim 100 verplichte arbitrages, welke in 1940 in land- en 'tuinbouw nog moesten worden opgelegd wijzen hier op. De C.BT.B. heeft reeds jaren het parvol uit gegeven: de Rijksarbiter er uit, bij het ont breken van overeenstemming vrijwillige ar bitrage. In de derde plaats behandelde spr. de cenheidspogingen in den land bouw. Een viertal van deze pogingen werden bezien. In de eerste plaats de merkwaardige oproep van het Boerenfront der N.S.B., waarin de noodzaak van de oprichting van confes- sioneele organisatie werd erkend en verder werd betoogd, dat in de toekomstige natio- naal-socialistische staat élles Christelijk zal zijn en dus Christelijke organisaties overbodig Zelfs indien men dit alles zou erkennen dan was daarmede de noodzaak van Christelijke organisaties allerminst vervallen. Ongeacht de wijze waarop een land bestuurd wordt zijn: Christelijke organisaties noodig omdat ze een plicht achten bij het licht van Gods Woord: de vraagstukken te bezien en vanuit de Gods openbaring invloed te oefenen op het denken' en handelen der leden. In de tweede plaats ls daar het streven van het Kon. Ned. Landbouw-Comité, da' de eenheid van den landbouw wil door de opheffing van de confessioneele organi saties. Zoowel de oproep van het Boerenfront der N.S.B. als het standpunt van het Landbouw- Comité is voor ons geheel verwerpelijk. De Christelijke maatschappelijke organisatie is vrucht van Godsdienstige diepe levensover tuiging. Ze mag dus niet worden opgegeven. Slechts dwang zou ze ons kunnen doen los laten. De bezettingsoverheid heeft echter tal van malen verklaard onze geestelijke vrijheid, onze godsdienstige overtuiging te willen ont zien. zoodat wie op dezen dwang hun hoop stellen, hiervoor geen steun vinden in de woorden van den Duitschen Regeerings- commissaris. Bovendien, zoo betoogde spr., staat vast dat nimmer iemand ooit een zweem van bewi;s heeft kunnen aanvoeren voor de stelling, dat eenig land- of tuinbouwbelang wezenlijk ge schaad zou wezen door de organisatie in drieën. Daarna besprak spr de Roomsch- Katholieke denkbeelden. Zy wenschen één corporatief landbouw- orgaan voor de technische en sociaal-oecono- mische dingen met in stand houden van de confessipneele organisaties voor de cultureele vragen en de gedachtenvorming der leden. Wanneer dit zou zijn een uitvoerend orgaan voor de landbouwzaken is daar bij ons geen principieel bezwaar tegen. Echter de tijd voor een zoo grootscheepsche hervorming is niet bijster geschikt. Een tusschenperiode als een bezettingstijd is niet de aangewezen periode voor groote restauraties. Bovendien is uitgesloten dat zulk een maatschappelijk orgaan want zoo is het bedoeld) van de bezettingsoverheid de noodige publiekrechtelijke bevoegdheid zou verkrijgen. Verder is groote voorzichtigheid geboden, omdat onder den naam corporatieve gedachte menige oplossing wordt voorgestaan, die principieel ingaat tegen een aanvaardbare corporatieve gedachte. Spr. zette dit nader uiteen. Tenslotte besprak de heer v. d. Heuvel het standpunt van den Christel ij ken Boeren- en Tuindersbond. Deze is bereid tot de nauwst mogelijke samenwerking. Wij dienen onze agrarische bevolking en geheel onze gemeenschap Daar om zijn we tot federatieve samenwerking ten volle bereid, mits onze zelfstandige organi satie onverlet blijft bestaan. Spr. wekte op tot krachtige inwendige versterking onzer organisatie en deed een krachtig beroep op medewerking onzer medebelijders Spr. eindigde met de hoop uit te spreken, dat het God moge behagen den schat, ons in de Chr. maatschappelijke organisatie gegeven, te behouden en aldus in dit klassieke land der geestelijke vrijheid God te mogen blijven dienen zooals we meenen dat dit naar in spraak van ons geweten moet. Krachtvoeder voor rundvee Melk wordl gestandaardiseerd Op een vergadering van de N. Holl. Con- sumptiemelkvereen. is door den voorzitter de heer D. Mol, medegedeeld, dat op een Woens dag 1.1. te Rotterdam gehouden vergadering voor de Federatie van Melkveehouders, waar bij ook Duitsche autoriteiten aanwezig waren verschillende maatregelen besproken waren Deze maatregelen zijn binnen kort te wachten Zoo zal de straatprijs van melk verhoogd worden, terwijl de melk zal gestandaardiseerd worden op 2]i Het vervoer en de distri butie van melk, die zeer oneconomisch is, zal geordend worden. Hoogstwaarschijnlijk ral voor de a.s. stal periode, die op 192 dagen gerekend wordt, op kleigrond per koe 1 kg krachtvoeder per dag verstrekt worden en op zandgrond 1'$ kg. Dit krachtvoeder ral een eiwitgehalte van T3 hebben. Barthianisme en katholicisme Ambtsaanvaarding prof. dr. G. C. Berkouwer AMSTERDAM, 11 October. Hedenmiddag heeft dr. G. C. Berkouwer, aan de Vrije Uni versiteit benoemd tot buitengewoon hoog leeraar in de faculteit der Godgeleerdheid, om onderwijs te geven in de nieuwere theo logie, zijn ambt aanvaard met het houden van een rede, getiteld:: „Barthianisme en Katholicisme'. Wie de relaties tusschen Barthianisme en Katholicisme bestudeert, komt, aldus spreker, direct in aanraking met het tot Barth door vele modern-protestanten gerichte verwijt, dat hij met zijn denkbeelden nog wel eens zou kunnen uitmonden in het Roomsch-Katho- c'tsme. Den grond voor deze voorspelling ont leende men aan zijn scherpe kritiek op het subjectivisme der 19e-eeuwsche theologie, waarbij h. i. niet ten volle recht werd gedaan aan de menschelijke subjectiviteit. Een paral lel werd zelfs gezien met de methode van Pius X in zjjn encycliek tegen de m-xiernisten in 1907, die de modernisten atheïsten noemde en hun accentueeren van het subject ad ab- surdum voerde. Men zag in Barth het gevaar opdoemen van het „objectivisme". In dit vermoeden werd men gesterkt door den overgang naar de Roomsche kerk van twee theologen, die op een of andere wijze met de dialectische theologie in relatie hadden gestaan, 'ni. Erik Peterson en Oskar Baunofer. Peterson schreef artikelen in „Zwischen den Zeiten', bestreed daarin Althaus' opvatting van de geloofscorrelatie. in dienzelfden tijd ook door Barth bestreden en.... Peterson werd Roomsch. De analyse van deze modern-protestant- sche theologen munt niet uit door helderheid. Het is moeilijk te verstaan, dat men niet direct ook in rekening bracht Barth's houding inzake de kerk. waarin van het begin af een diepe kloof zichtbaar werd ten opzichte van het Rcomsche kerkbegrip (huis dezer wereld en later: relatieve, formeele afgeleide auto riteit). De modem-proteslantsche verwachting werd dan ook door Barth belachelijk'ge noemd en daartegenover door hem gepo neerd. dat de modern-protestantsche theolo gie zelf niet de gevaren van Rome zag en wellicht beter deed tot de Moederkerk terug te keeren. Hij zelf meent de wapenen gevon den te hebben om Rome met vrucht te be strijden en zoo de Protestantsche kerk te dienen. Van Roomsche zijde zelf heeft men in. Barth dan ook allerminst een toenadering tot Rome gezien. Men zag de dialectische theologie als een symptoom van het Prote stantisme. Men zag een nauw verband met Luther of met de souvereiniteitslser van Cal-I vijn en verweet hem een „fictieie ecclesiolo- gie" (Dr. P. Kasteel). Met nane Przywara heefri het- verband mét "hel Protestantisme op den voorgrond gescho. de dialectische theologie is oerechte wedergebo«rt« van het Protestantisme, heft de autoriUit der kerk op en wordt een theologie der da?monieën: de erfzonde, de Leidenschaft Gods en de afgrond in God. Barth bestrijdt de Roomsche kerkidee en gevoelt zich door de Roomsche kritiek niet getroffen. Deze controvers hangt nu echte/ ten nauw ste samen met het steeds scherper op den voorgrond gekomen geding over de natuur lijke theologie en de analogia entis. De felle strijd van Barth is hier gericht tegen de ken baarheid Gods buiten de openbaring in Jezus Christus om, zooals ze door het Vaticaansch concilie wordt geleerd. Ten diepste gaat het daarin om de vraag der algemeene openba ring. Dat Barth in verband met de geloofs belijdenis artikel 2 van „Unfug" spreekt, is niet toevallig. Hij kan dit vraagstuk niet anders zien dan zoo, dat het spreken van tweeërlei openbaring onafwendbaar voert tot de leer van theologia naturalis als „Vorstufe" van de openbaring in Christus. De kritiek op Barth beteekent allerminst een aanvaarding van de natuurlijke theologie, maar dat neemt niet weg, dat Barth's kritiek nauw samenhangt met 'Jen grondslag van zijn eigen systeem. In de „Bereifcschaft Got- tes" voor den mensch ligt evenmin als in de „Bereitschaft des Menschen" een mogelijkheid om een open-zijn van den mensch te fun- deeren. De kerk blijft altijd ook wereld. Het probleem van het open-zijn is niet anthropo- logisch, noch ecclesiologisch, maar alleen christologisch op te lossen. De nieuwe schepping Ln Christus is het laatste woord. Gelooven is volgens Barth niet een staan, maar een opgeheven zijn en een hangen zonder grond onder de voeten (1940). Tot in 1940 grijpt Barth in verband met het werk van den Heiligen Geest nog altijd naar de kategorieën, die buiten het menschelijk leven vallen. De analogia entis is voor hem niet primair een wijsgterig probleem, maar een religieus vraagstuk, dat der continuïteit, van het vastleggen van de verhouding tus schen God en mensch. Daarom 'lóópt de kritiek op de natuurlijke theologie en de analogia entis en op het Va- ticanum uit op den „Christelijken mensch".4 die meent open te zijn voor het woord Gods, op de bourgeoisie en den farizëer in de kerk. Het conflict tusschen Barthianisime en Ka tholicisme spitst zich toe op het vraagstuk van natuur en genade. Het is een felle strijd, die zich hier afspeelt. Veranderingen zullen wel niet meer aan het licht treden. Het is, voor wie de verschillende relaties tusschen Barthi anisme en Katholicisme bestudeert, duidelijk, dat het gelet op Barth's kritiek op Rome zeker niet alleen de schuld van Rome is. dat het semipelagianisme en de natuurlijke theologie in de Roomsche kerk en theologie zoo vitaal blijven en nog niet een nieuwe crisis tegemoet gingen in de 20e eeuw. Hierna werden de gebruikelijke toespraken gehouden. DE VERDUISTERING In het belang van de naleving van (e bepalingen ten aanzien van de ver duistering onsondergang 11 Oct. 6 u. 56. onsopgang 12 Oct. 7 u. 59 m. .laansopgang 11 Oct. 17 u. 01 m. M aansondergang 12 Oct. 2 u. 47 Begrafenis H.J.von Wijlen Hedenmiddag te 12 uur had op de Alg Be graafplaats Crooswijk te Rotterdam de ter aardebestelling plaats van het stoffelijk hulsel van den heer H. J. van W ij 1 e n, in leven oud-directeur van den Chr. Kweekschool te Rotterdam. Een zeer groot aantal vooraan staande personen uit onderwijs- en andere kringen toonden hun belangstelling. In den geest van den overledene, heeft slechts één spreker het woord gevoerd; dit geschiedde door Ds. F. C. M e y s t e r namens den ker- keraad der Geref. Kerk van Rotterdam- Centrum. Dinsdagavond', aldus Ds. Meyster, ging' door onze gemeente de droeve tijding rond dat on ze ouderling, br. H. J van Wijlen, onver wachts was ontslapen. Alleen in zijn naaste omgeving had men sedert eenige dagen ge weten dat zijn gezondheid te wenschen over liet. Maar dat zijn levenseinde zoo nabij was, had niemand vermoed. Rustig en vredig is hy ingeslapen en, blijkbaar zonder eenigen doodsstrijd, onlwaaki in.de heerlijkheid van zijn God. Een schoone dood dien we mogen zien als een bijzondere genade. Want onze broeder, al had hij den leeftijd van 75 jaren bereikt, was nog met al de vezelen van zijn hart aan het leven gehecht, nog vol arbeid en belangstelling, en met intens meegevoel in het lot en wedervaren van allen met wie hij voor en na in aanraking was gekomen. Hoe nauw was hy verbonden aan zijn vrouw en familie, aan zijn uitgebreiden vriendenkring, aan zyn oud-leerlingen, aan zijn Kerk en haar ambtsdragers, onder welke hij een lange reeks van jaren 'sedert 1915» een bijzondeien naam en plaats heeft gehad Voor iedereen had hy een vriendelijk woord, en, waar hij kon, steunde hij met christeiyken raad en daad. Oprechtheid kenmerkte zijn karakter; ziin verschijning en optreden hadden iets pa triarchaals, en toch was hij zoo innemend, zoo ongekunsteld-hartelijk, oat jong en oud zich tot hem aangetrokken gevoelde. Men móest onwillekeurig denken: wat zal het voor dezen vitalen grijsaard een moeilijk te dragen kruis zijn als hij niet meer zal kunnen arbeiden, en hoeveel genade zal hij noodig hebben om straks het leven los te laten. En zie. nu heeft de Heere op eenmaal de nog zoo heldere lamp. die aan zoovelen licht gegeven had, uitge- bluscht. Het is hier ntet de plaats om te memoree- ren wat br. van Wijlen beteekend heeft op het gebied van het onderwijs als paedagocs. als directeur van de Kweekschool met den Bijbel en door zijn persarbeid. Wij gedenken hier met groote dankbaar heid zijn arbeid in ons plaatselijk kerkelijk leven, in onze gezinnen, in den kerkeraad en de sectie, by onze zieken en verpleegsters, en voor onze Kerkbode, die hij in de Com missie met voorbeeldige trouw heeft gediend. Hij was niet één uit velen, maar hij had iets origineels, iets geheel aparts, ln zijn woord, dat met wijsheid was doordrenkt, in zijn ge bed, dat zoo kinderlijk, zoo teer en innig- vroom kon zijn, in zijn vermaan en vertroos ting, die zoo ernstig en welgemeend waren 7s het wonder, dat er in eiken kring op _zijr. tegenwoordigheid prijs werd gesteld' Toch had hij gelukkig van. zichzelf kleine gedach ten. Hij wandelde ootmoedig met zijn God. Die ootmoed was zijn schoonste sieraad. Met al zijn zachtzinnigheid kon hij--echter ook oen stoer strijder zijn, maar alleen als het beslist moest. Want zijn zachtzinnigheid was geen slapheid van geest, maar uiting van geloof, hoop en liefde. Daarin lag het geheim van zijn aantrekkelijke persoonlijkheid. Zoo heeft hij onder ons geleefd, gewerkt en gestreden Het lijkt een droom dat nu zijn loop vol eindigd is. Zulke gave karakters zijn rijke geschenken Gods aan zijn Kerk; zij proga- geeren het Evangelie met hun stralend voor beeld. Wij verheerlijken geen menschen. Ook deze Christen moest als een arm zondaar zon der eenige eigen gerechtigheid zalig worden, door het offer en het bloed van zijn Zalig maker. Dat wist hij en dat wilde hij Ook zijn beste werken in dit leven waren onvol komen en met zonde bevlekt Wij verheer lijken God alleen, die hem aan ons gat' De nagedachtenis van br. van Wijlen zal ons een kostbaar bezit blijven. Zijn voetstappen zul len niet haastig uitgewischt worden. De Heere trooste de weduwe en de familie in hun rcuw en gemis door zyn Woord en Geest. Hij ver- kwikke hun harten óók daardoor dat ze met betrekking tot hun doode van zoovelen ge tuigen mogen: ziet hoe lief ze hem hadden! Maar vooral door de gedachte: ziet hoe lief Vleeschdistributie Bon 04 voor de periode 14 tol 20 October. De secretaris-generaal, waarnemend hoofd van het departement van landbouw en vis- scherij, deelt het volgende mede: Gedurende het tijdvak van Maandag 14 October tot en met Zondag 20 October a.s. geeft elk der vier met „04 vleesch" gemerkte bonnen van de vleeschkaart recht op het koopen van 100 gram vleesch, been inbegre pen, of een rantsoen vleeschwaren. De met „04 worst, vleeschwaren" gemerkte bon geeft uitsluitend recht op het koopen van een rantsoen vleeschwaren. De bonnen, welke op 20 October a s. nog niet gebruikt zijn, blijven nog geldig tut en met Zondag 27 October a.s. met dien ver stande, dat zij gedurende de week van 21 tot en met 27 October a.s. niet gebruikt zullen mogen worden voor het betrekken van vleesch of vleeschwaren in hotels, restaurants e.d. Het rantsoen vleeschwaren, dat per bon kan worden gekocht bedraagt 75 gram voor gerookt of gekookt varkens-, rund- of kalfs- vleesch en voor gerookte worstsoorten, 100 gram voor gekookte worstsoorten, rolpens en knakworst, 125 gram voor leverartikelen, tongenworst en nierbrood en 150 gram voor bloedworst. Brooddistributie Bon 10 voor de periode 14 tot 20 October De secretaris-generaal, waarnemend hoofd van het departement van landbouw en visschery deelt mede, dat gedurende het tijdvak van Maandag 14 October tot en met Zondag 20 October a.s. de met „10" ge nummerde bonnen van het broodbonboekje tezamen recht geven op bet koopen van 2500 gram roggebrood of 200U gram ander brood. Elk der bonnen geeft derhalve recht op het koopen van 125 gram roggebrood of 100 gram ander brood. De bonnen, welke 20 October nog niet ge bruikt zijn, zullen voorts nog geldig zyn tot en met Dinsdag 22 October a.s., met dien verstande, dat zij op 21 en 22 October a.s. niet gebruikt zullen mogen worden voor het betrekken van brood in hotels, restau rants e.d. H0LLANDSCHE AO 1QI17 SOCIËTEIT H lOUl Heerengracht 475 Amsterdam C Vraagt tarieven voor LEVENSVERZEKERING LIJFRENTEN PENSIOENEN zijn Heiland hem had, die hem met zoo teedere zorg en trouwe hulp geleidde naar 't eeuwig zalig licht. Aan de groeve heeft Ds. Meyster de Twaalf Artikelen gelezen en de oudste zoon van den overledene voor de groote belang stelling bedankt- In het sterfhuis heeft Ds. F. C. Meyster een rouwdienst geleid, waarbij hij sprak naar aan leiding van het slot van 2 Cor. 4 en het be gin van 2 Cor. 5 De Nederlandsche Unie De heer J. G. Suurhoff, leider van het Amsterdamsche secretariaat der Nederland sche Unie, heeft ons gistermorgen eenige mededeelingen gedaan omtrent de afdeeling Amsterdam. In de eerste plaats is, zei hy, dezer dagen, na goedkeuring van het driemanschap, een Stedelijke Raad voor advies en" controle ingesteld, waarvan de heer Suurhoff voor zitter is. Leden van dezen Raad zijn mevrouw Dr. Jane de Jongh, voorzitster van het Korps Vróuwelijke Vrijwilligers, en de heeren B. L. Blank water, F. de Boer, directeur van de Maatschappij „Nederland", C. Brink, Dr. H. Erugmans, Dr. J. Gajentaan, H. Klaassen, H. Post, Mr. L. Rijken, bankier, J. Seijlhouwer, B. H. Siep, R. van der Veen en H. A. Vulink. Alle sociaal-oeconomische schakeeringen, ker kelijke en politieke onderscheidingen worden in dezen Raad weerspiegeld, zei de heer Suurhoff, van A.R. tot S-D.A.P. toe; Gerefor meerd, Hervormd en R.K., alsook niet- kerkelijk-n. Plannen tot het stichten van een dergelijken Landelijken Raad zijn in voorbereiding. Vervolgens deelde de heer Suurhoff mede, dat Amsterdam voor de propaganda (huis bezoek, verspreidwerk, het winnen van leden en abonné's enz.» in ongeveer 60 wijken zal worden veraeeld. De 60 districtsleiders zullen een cprps vormen voor onderling contact, en zich uit de leden medewerkers recruteeren. Door deie organisatie zal de Nederlandsche Unie de stad intensief aanpakken, zei de heer Suurhoff. Plannen zijn in voorbereiding voor scholing en opvoeding, der leden, kadervorming, sociale bemoeiingen en jeugdwerk. Eerst moet echter, besloot de heer Suurhorff zyn meueueemigcu, de organisatie worden opgebouwd. Kustvisscherij weer mogelijk Naar bet A.NJ?. van bevoegde zijde ver neemt zal voor een zeer beperkt aantal loggers toestemming worden verleend tot het uitoefenen van treilervisscherij langs de kust, met Scheveningen als haven van uitgang en terugkeer. Bij loting zal worden uitgemaakt, welke loggers hiervoor in aanmerking komen. Evenals voor de overige kustvisscherij is aan deze toestemming de voorwaarde ver bonden, dat de schepen bij donker binnen moeten zijn. Ten aanzien van de haringvisscherij kunnen nog geen mededeelingen worden gedaan. Uit de Pers De Nederlandsche Unie en het Joodsche vraagstuk Het driemanschap van de Nederlandsche Unie schrijft in De Unie het volgende „openhartige woord" over de Joden in Nederland: In Nederlandsche ambtelijke functies mogen krachtens verordening geen joden of half joden meer worden aangesteld noch bevorderd. Het is bekend, dat De Nederlandsche Ume vanal hare oprichting zich op het standpunt heeft geplaatst, dat een regeling noodzakelijk was voor het vraagstuk der naar Nederland uitgewezen Joden uit andere landen, doch dat eenige verandering in de sinds onheuglijke tijden door het Nederlandsche volk aangeno men houding tegenover de joden, die sinds ge slachten in Nederland wonen en werken, on noodig en ongewenscht is. 1 Onnoodig, omdat in Nederland de joden niet de positie innemen en ook niet de houding aan nemen, welke in andere landen het jodenvraag stuk acuut hebben gemaakt Van overwoekering of van met onzen volksaard strijdige beïnvloe ding van het leven van het Nederlandsche volk door hier levende joden, was en is in het alge meen geen sprake. Ongewenscht, omdat onze Christelijke ver draagzaamheid en rechtvaardigheid ons in onze verhoudingen doen beseffen, dat wij geen hier levende groep om haar afkomst uit onze samen leving mogen stooten of in een hoek onzer samenleving mogen terugdringen. De Nederlandsche Unie stelde haar lidmaat schap dan ook open voor allen, die Volgens de wet als Nederlanders zijn geboren en den leef tijd van 18 jaren hebben bereikt Het hier boven gemaakte onderscheid kwam ook daarin reeds tot uiting. De eerlijkheid, dus ons besef, dat men dit vraagstuk naar zijn Nederlandsche trekken en niet naar elders opgedane ervaringen of gel dende beginselen moet zien en behandelen, ge biedt ons, thans op te merken, dat wij hopen, dat ook hierin onze opvattingen niet natuur lijk als Unie, maar als volk zullen kunnen worden geëerbiedigd. Wij erkennen, dat het thans bij verordening bepaalde het jodenprobleem gematigd aanvat Toch meenden wij, dit openhartige woord niet achterwege te mogen laten, daar wij van oor deel zijn, dat de Nederlandsche zienswijze en in lange traditie hier gegroeide verhoudingen op zichzelf de beste waarborgen bieden voor een praktische samenwerking en een werkwijze, welke in ons land behoudens enkele uitzonde ringen steeds goed hebben voldaan. De neteligheid van dit vraagstuk, gezien de vérschillen in ervaring en opvatting ln Dultsch- land en hier. mag voor T>e Nederlandsche Unie geen reden zijn. niet ronduit hare meer.ing hierover te uiten. Openhartigheid gaat ook hierin boven alles; juist ter voorkoming van verkeerd begrip der over en weer levende over tuigingen en opvattingen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 1