^■2tman¥> ZEEVAARTSCHOOL DEL1'1' INTERNAAUBELTASft De verliezen van de Engelsche koopvaardijvloot tRDAi Engeland's verliezen ter zee Thans drie millioen ton handels schepen tot zinken gebracht Het Duitsche Nieuwsbureau meldt uit Berlijn: Het in het legerbericht van gisteren ver melde feit, dat de Duitsche duikbooten de laatste zes weken 609,000 ton vijandelijke handelstonnage tot zinken hebben gebracht en dat daarmede het gemiddelde cijfer van de scheepsruimte, welke door duikbooten tot zinken is gebracht tot ruim 100,000 ton gestegen is, wordt vandaag door de Duitsche bladen in grooten opmaak weergegeven. De Engelschen gaan bemerken, schrijft de Deutsche AUgemeine Zeitung, welke voor deden voor den zeeoorlog Duitschland zich door de bezetting der nieuwe kusten in het Noorden en in het Westen, van Narvik tot aan de Pyreneeën verschaft heeft. De laatste samenvattende publicatie over het tot zinken brengen van scheeps ruimte verscheen op 6 Mei. Zij deelde mede, dat van het begin van den oorlog tot 30 April 2,300,000 ton vijandelijke en voor den vijand nuttige neutrale koopvaardijscheepsruimte tot zinken was gebracht. Wanneer thans alleen het duik bootwapen over de laatste zes weken daar 609,000 ton bij kan melden, dan zal het totale cijfer thans stellig de grens van drie millioen bereikt of reeds over schreden hebben. Steeds nijpender wordt het tekort aan Britsche scheepsruimte. Daarbij moet nog bedacht worden, dat de Britsche havens aan het Kanaal en aan de Oostkust, incl. de havenwerken van Londen voor de verzorging van Engeland reeds in groote mate volkomen zijn uitgeschakeld. Bij de successen van de oorlogsmarine komen nog die van het lucht- wapen, welke eveneens met het bezit van de nieuwe kusten buitengewoon zijn toegenomen. De New York Post bespreekt de groote Engelsche scheepsverliezen, zooals vermeld in het jongste Duitsche legerbericht, en merkt op, dat de tegenwoordige verliezen van de Engelsche vloot reeds overeenkomen met de gemiddelde verliezen in den voor Engeland zwaarste periode van den wereldoorlog, t.w. begin 1917, toen de Britsche eilanden nog slechts voor drie weken levensmiddelen be zaten. In dit verband herinnert het blad aan het feit, dat de Engelschen het evacuatie-plan voor kinderen naar de Vereenigde Staten en Canada wegens de schaarschte aan scheeps ruimte zoo goed als opgegeven hebben. (D.N.B.) De strijd in de Middellandsche Zee duurt nog voort Het Italiaansche legerbericht Legerbericht no. 32 van het Italiaansche hoofdkwartier luidt als volgt: De zeeslag van 8 en 9 Juli is nog niet definitief ten einde. Onze verkenningsvlieg tuigen hebben gistermorgen een vijandelijke vlootformatie ontdekt bestaande uit twee slagschepen, een vliegtuigmoederschip en eenige liohte eenheden, die kruisten zone van Malta en die, als konvooi dienende voor vijf groote geladen schepen, zich bewoog in de richting van de Levant Gewaarschuwd door onze verkenningsvliegtuigen, stegen onze borpbardementstoes tellen onmiddellijk in korten afstand achter elkander op. Gedurende eenige uren werd de 'vijande lijke formatie achtervolgd en ctoderworpen aan het optreden van onze eskaders, die, zonder zich te bekommeren om het zeer hevige afweergeschut van de vijandelijke schepen, daalden tot op eenige honderden meters hoogte, teneinde hun doel beter te treffen. Een schip is stellig tot zinken' ge bracht, twee torpedobootjagers werden ern stig getroff enen een daarvan moest de red dingsbooten uitzetten. Het vliegtuigmoeder schip getroffen door een bom van zeer zwaar kaliber, stopte plotseling. Aan boord was brand uitgebroken, hetgeen men van boven af kon waarnemen, terwijl eenige schepen het vliegtuigmoederschip te hulp snelden. Vier bombardementstoestellen die van het vliegtuigmoederschip waren opgestegen wer den door onze bommenwerpers brandend neergehaald. Twee van onze toestellen zijn niet teruggekeerd. Tijdens het gevecht van 9 Juli heeft de artillerie van onze kruisers vijf torpedo- vliegtuigen en drie bommenwerpers neerge schoten. een daarvan, nog geladen met bom men, ontplofte en viel in het water. In Noord-Afrika was er bedrijvigheid van de luchtmacht en van onze lichte -colonnes voorbij de grens van Cirenaica. Gevechts wagens en geblindeerde auto's werden ver nield en buitgemaakt, barakken en voertuigen werden getroffen en in brand geschoten te Sidi Barrani, een vijandelijk vliegtuig werd neergehaald en er werden eenige gevangenen gemaakt. In Oost-Afrika zijn met zeer doeltreffend resultaat de vliegvelden van Berbera en Burao gebombardeerd. In Kenya werd de basis van Wajir aangevallen, waar twee Engelsche jagers in een gevecht werden neer gehaald. Al onze vliegtuigen zijn op hun bases teruggekeerd. Opn ieuw schepen in het Kanaal door bommen getroffen Het opperbevel van de Duitsche weermacht maakt bekend: Eenheden gevechtsvliegtuigen en duikbom menwerpers van het luchtwapen vielen op 11 Juli vliegvelden, haveninstallaties en wapen fabrieken in Zuid- en Midden-Engeland, als mede scheepsdoelen voor de Oost- en Zuid kust van Engeland aan. In de havens van Plymouth en Lowestoft werden de haven installaties door bommen getroffen, in Ports mouth en in de mdustrieele bedrijven bij Burton-upon-Trent ontstonden door bomtrcf- fers hevige branden. In het Kanaal gelukte het een tankschip van 15,000 br. t alsmede 4 koopvaardij schepen, met een totalen inhoud van 15,000 br. t tot zinken te brengen, en 9 andere koop vaardijschepen door voltreffers zwaar te be schadigen. Tijdens deze aanvallen schoten zoowel onze gevechtsvliegtuigen-, duikbom menwerpers als jagers verscheidene vijande lijke jachttoestellen neer. De Duitsche tegenblokkade Het D.N.B. meldt, dat de Engelsche minister voor de blokkade in het Lagerhuis de doode- lijke werking van de Duitsche tegenblokkade tegen Engeland heeft toegegeven. Hij ver klaarde woordelijk: „Aangezien de Duitschers het Vereenigd Koninkrijk ten scherpste blok- keeren, kan er geen sprake van zijn, dat wij onze blokkade-maatregelen verzwakken." Fransche zaakgelastigde te Londen uit zijn ambt ontheven. Het D.N.B. meldt uit Bern: Volgens een te Vichy uitgegeven officieel communiqué heeft de minister van buiten- landsche zaken den Franschen zaakgelastigde te Londen, Cambon, voorlobpig uit zijn ambt ontheven. Cambon had, naar Havas meldt, op 5 Juli uit eigen beweging den Engelschen minister van buitenlandsche zaken medege deeld,, dat hij niet langer op zijn post kon blijven. De thans tegen hem genomen maat regel wordt gerechtvaardigd door het buiten gewone karakter van dezen stap en door overwegingen van handhaving eener strenge discipline. 700 Fransche zeelieden uit Alexandrië in Syrië aangekomen. Het D.N.B. meldt van de Egyptische grens: De manschappen van de in de haven van Alexandrië door de Engelschen gebombar deerde en ontwapende Fransche eenheden, zijn Syrië aangekomen. Het betreft 700 Fransche zeelieden. Het werpen van bommen door den vijand in West-Duitschland was gering en veroor zaakte geen schade. De totale verliezen van den vijand bedroegen gisteren 13 vliegtuigen, waarvan 3 door luchtdoelartillerie. Zeven eigen 'vliegtuigen worden vermist. De successen van de oorlogsmarine en het luchtwapen in den handelsoorlog hebben voor Engeland een gevoelige hoogte bereikt. Tot 8 Juli 1940 zijn tot zinken gebracht: a) door torpedo treffers en mijnen van onze duikbooten: 1,920,439 br. t.; b) door onze zeestrijdkrachten aan de opper vlakte en andere zeestrijdmiddelen: 1,362,461 bruto ton. c) door aanvallen van het luchtwapen: 1,046,313 br. t. Hierdoor is in totaal sedert het begin van den oorlog 4,329,213 br. t. vijandelijke of voor den vijand nuttige handelsscheepruimte ver nietigd. Bij dit getal tot zinken gebrachte schepen komen nog meer dan 300 hoofdzake lijk het luchtwapen beschadigde schepen, die gedeeltelijk zoo zwaar getroffen werden, dat zij niet verder gebruikt kunnen worden of als gevolg van de noodzakelijke reparaties maan den lang niet te gebruiken zijn. Successen van vloot- en luchtwapen Het frontbericht van het D.N.B. luidt als volgt: De mededeeling van Vrijdag in het Leger bericht, dat van 3 September 1939 tot 8 Juli 1940 de marine met duikbooten, strijdkrach ten aan de oppervlakte en andere zee-oorlogs middelen ruim drie millioen ton scheeps ruimte der vijandelijke koopvaardij of voor den vijand nuttige scheepsruimte in den grond heeft geboord, is des te belangrijker, daar de tegenstander ditmaal reeds van te voren beschikte over talrijke afweermiddelen van geoorloofden en ongeoorloofden aard. ter wijl hij in den wereldoorlog de afweermidde len eerst geleidelijk tot ontwikkeling en eerst in 1918 tot vol effect bracht. Wanneer desondanks in den loop van onge veer tien maanden alleen door de marine zot groote getallen van tot zinken gebrachte ton nage konden worden bereikt, legt dat vai opleiding der Duitsche vloot en den durf haar leiding de beste getuigenis af. Niet minder opmerkelijk zijn de resultaten van den handelsoorlog van het Duitsche luchtwapen tegen Engeland. Dit kan sedert half December 1939 tot den aanvang van zijn strijd tegen gewapende koopvaardijschepen, dus van midden December 1939 tot 8 Juli 1940 ruim een millioen ton vijandelijke scheepsruimte der koopvaardij vernietigen. 1 Tezamen met de cijfers der oorlogsmarine maakt dat voor de Britsche ravitailleering een verlies uit van ruim 4.3 millioen bruto registerton. Van de in het legerbericht van Vrijdag gemelde successen der Duitsche aanvals- activiteit tegen scheepsdeelen moet het tot zinken brengen van een tankboot van 15,000 ton door welgerichte neergeworpen bommen in het licht worden gesteld. Er is reeds herhaaldelijk opgewezen, dat de Engeland ter beschikking staande tonnage van tankschepen zeer gering is en voor de groote behoefte der oorlogvoering niet voldoende is. In de luchtgevechten, die zich bij het op treden boven het Kanaal en aan de Engel sche Zuidkust hebben ontwikkeld, heeft het Duitsche luchtwapen opnieuw zijn superiori teit bewezen. Steeds duidelijker wordt het tactische voordeel merkbaar, dat het bezit van de Fransche Kanaalkust voor Duitsch land en zijn oorlogvoering tegen Engeland beteekent. Het Duitsche luchtwapen is in staat het optreden van zijn gevechtsvliegtui gen door jagers of torpedobootjagers te laten beschermen en daarmede boven het aanvals- gebied steeds ook de verlangde superioriteit in de lucht- te vestigen. Het groote luchtgevecht boven het Kanaal Vele duizenden Engelschen hebben in de afgeloopen twee dagen de geweldige lucht gevechten kunnen volgen, waartoe de Duit sche luchtmacht Engeland heeft gedwongen, aldus meldt de correspondent te Stockholm van het Hamburger Fremdenblatt. Vooral de Duitsche aanvallen op het konvooi aan de Engelsche Zuidkust is van heel nabij door de Engelsche kustbevolking gadegeslagen, zoodat de Engelsche pers toestemming kreeg bijzonderheden te publiceeren. Het is volgens de bladen het grootste luchtgevecht geweest, dat Engeland tot dusver heeft beleefd Het schouwspel is fantastisch geweest. De geheele kust was een groote vuurspuwende wal van zwaar en licht afweergeschut. Op zee werden de huizenhoog boven de schepen deinende golven door de neervallende bommen getrof fen, terwijl hoog in de lucht het wilde spel was te zien van de jacht- en gevechtsmachi nes. die achter elkander aan raasden De Duitschers zijn gekomen in twee machtige aanvalsgroepen, telkens ongeveer 40 bommen werpers en vele jagers. Op het oogenblik, da' de Britsche lagers opstegen stortten de Duit sche jagers, die op groote hoogte dit oogen blik hadden afgewacht, zich op hun tegen standers. Er ontspon zich een wilde strijd die spoedig leidde tot een gevecht van ma- J. DUYVERMAN ACCOUNTANT Lid N. I. V. A. Graaf Florisstraat 80. ROTTERDAM Kievietslaan 27. WASSENAAR Belastingzaken chine tegen machine, waarbij de jacht den geheelen horizon volgde en de tegenstanders vaak ver boven Engeland bracht. Steeds weer zagen de angstig saamgeschoolde menschen- menigten op het land. die ondanks alle waar schuwingen buiten bleven, vliegtuigen bran dend in zee storten. Met onrust werd vast gesteld, dat de Duitsche bommenwerpers zich weinig om het razende afweervuur schenen te bekommeren. Het kanongebulder was zoo he vig, dat het te Londen duidelijk werd ge hoord. Het snel toenemen van de Duitsche lucht aanvallen, die nu, zooals men in Engeland niet langer kan verheimelijken, dag en nacht zonder onderbreking boven het eiland wor den ondernomen heeft de algemeene nervosi teit van de bevolking ten zeerste doen toe nemen. Toen eergisteren de luchtaanvallen hun hoogtepunt bereikten, begonnen wilde geruchten de ronde te doen en dreigde een paniek uit te breken. De stijgende curve Resultaten van de Duitschen handelsoorlog tegen Engeland De curve van tot zinken gebrachte vijan delijke en voor den vijand nuttige handels- scheepsruimte loopt, naar aan het D. N. B. van bevoegde Duitsche zijde wordt mede gedeeld, steil omhoog. De grens van drie mil lioen ton is overschreden. Het totale resul taat van den handelsoorlog uitsluitend als gevolg van maatregelen der oorlogsmarine, is op 8 Juli met 3,283,000 brt. 1 millioen ton hooger dan op 30 ApriL Het voornaamste aandeel van dit groote succes komt op reke ning van het Duitsche duikbootwapen. Be halve rechtstreeksch militair optreden tegen de Britsche vloot hebben de Duitsche duik booten sedert het begin van den oorlog 1,920,000 brt. handelsscheepvaarttonnage tot zinken gebracht. Deze prestatie moet des te hooger worden aangeslagen, daar den Duit schen duikbooten eerst slechts de eigen steunpunten ter beschikking stonden. Toen April het cijfer van tot zinken gebrachte tonnage tijdelijk daalde, juichten de Engel schen te vroeg er over, dat het Duitsche duikbootgevaar overwonnen zou zijn. Bekend zijn de operaties van de Duitsche pantserschepen, die direct bij het begin van den oorlog ten uitvoer werden gelegd. Doch ook de lichte Duitsche zeestrijdkrachten zijn be halve voor andere militaire taken van net begin af gebruikt voor den handelsoorlog. Duitsche torpedojagers en torpedobooten hebben tijdens koene tochten, dikwijls bij stormachtig winter weer, steeds weer den mijnendood in de wateren voor de Britsche kust gebracht. Soort gelijke operaties strekten zich gedeeltelijk tot aan den Zuid-Atlantischen oceaan uit Talrijke koopvaardijschepen zijn in het oorlogsgebied rondom de Britsche eilanden het slachtoffer geworden van Duitsche mijnen en zelfs bij Kaapstad gingen koopvaardijschepen door mijnen verloren. Het luchtwapen Zij aan zij met de oorlogsmarine heeft het luchtwapen in den handelsoorlog tegen Enge land gestreden. De eerste luchtaanval op koopvaardijschepen volgde op 17 December 1939. Sedertdien zijn de. successen van maand tot maand gestegen. Evenals bij de oorlogsmarine is ook bij het gebruik van het luchtwapen een uitbreiding van de Duitsche* kuststellingen naar het Noorden en het Westen van beslis sende beteekenis geweest Het schaars worden van vijandelijke of voor den vijand nuttige scheepsruimte door de bedrijvigheid van het luchtwapen is aan de hand van het door de oorlogsmarine gepubliceerde totale resultaat uit te rekenen. Behalve door het totale verlies van koopvaardijschepen, dat door het optreden van het luchtwapen alleen 235 schepen be draagt, is Engeland zwaar getroffen door de beschadiging van een groot aantal andere schepen. Van foto en film zijn de beschadigingen bekend, die de Duitsche gevechtsvliegers bij hun bomaanvallen op vijandelijke schepen hebben aangericht. Een bom op een koop vaardijschip beteekent, dat het betreffende schip, ook wanneer het niet onmiddellijk tot zinken wordt gebracht, voor weken en maan den niet meer in aanmerking komt voor het scheepvaartverkeer van en naar Engeland. Het aantal binnenkomende schepen, dat noodig hersteld moet worden, is zoo groot, dat de Engelsche dokken, die toch al tot het uiterste in beslag zijn genomen, in het geheel niet in slaat zijn dergelijke zware beschadigingen te herstellen. In zeer veel gevallen zal het in het geheel niet mogelijk zijn een koopvaardijschip, dat met veel moeite een willekeurige Engelsche haven bereikt, weer bruikbaar te maken. De strijd in de Fransche Alpen Er komen nog eenige bijzonderhednn over de uitermate moeilijke omstandigheden, waarin de Italianen in Z.-O.-Frankrijk moes ten vechten. Het was natuurlijk onmogelijk er modern materiaal in eenigen omvang te gebruiken. Derhalve kwam het op twee din gen aan: menschelijke inspanning en takti- sche vaardigheid. Een offensief in grooten stijl was er volgens bericht uit Rome niet voorbereid, de Italiaansche grens was hoofd zakelijk op de verdediging ingericht. Dit meesterstuk van oorlogvoering gelukte, daar men door een voorbeeldigen aanvalsgeest van die factoren het volle profijt wist te trekken. Het kwam erop aan overrompelend snel van leer te trekken. Daartoe, koos men den weg van een onmogelijk geachte om vatting over de door stormen gegeeselde en met sneeuw bedekte kammen. Over nauwe lijks begaanbare paden rukten de bataljons Alpini op, drongen in de verspreide tegen standsnesten en omsingelden de belangrijke centra van verzet. Vaak was de aanvoer van munitie en proviand op muildieren op deze hoogten, die tot 3000 m gaan, niet mogelijk. Iedere man moest het daarom van zichzelf hebben. Later waagden ze het, in een front- aanval den weg over den pas te laten sprin gen. Een kleine tank werd door landmijnen opgeblazen, waarvan het wrak een vooruit geschoven barricade voor deopdringende infanterie vormde. Een bord duidt de plek aan, waar de mannen zich opofferden. LUCHTGEVECHTEN BOVEN MALTA. Een speciale correspondent van Stefani schrijft ergens uit Italië: Tijdens het luchtbombardement op Malta van 10 Juli zijn onze formaties aangevallen door talrijke Engelsche jachtvliegtuigen. In den hierop volgenden strijd wisten onze bommenwerpers drie Engelsche jagers neer te schieten. Dit resultaat is des te merkwaar diger omdat de neergeschoten toestellen zeer snel en krachtig bewapend waren. Dit be wijst, dat de bemanningen van Italiaansche bommenwerpers de wapens waarover zij be schikken welbewust en met groote nauw keurigheid weten te gebruiken, zelfs in de moeilijkste omstandigheden Aangevallen door Engelsche jagers wisten de bemannin gen van de vliegtuigen van het type S 79 handig te manoeuvreeren en het hoofd te bieden aan den aanval en den vijand ver liezen toe te brengen, die des te ernstiger zijn omdat zij werden toegebracht aan jacht toestellen door zware bommenwerpers en dat gedurende een van de meest delicate en moei lijkste oorlogsoperaties. MALTA OPNIEUW GEBOMBARDEERD. De vlootcorrespondent van Stefani meldt, dat Italiaansche vliegtuigen gistermiddag opnieuw een aanval op het vliegveld van Malta hebben ondernomen. Twee Britsche jachtvliegtuigen werden bij luchtgevechten neergeschoten. Alle Italiaansche toestellen keerden behouden op hun bases terug. Een Italiaansche bommenwerper, die eer gisteren niet op zijn basis was teruggekeerd, is gisterochtend op zee drijvende gevonden. De bemanning is in veiligheid gebracht. We gens benzinegebrek had het toestel op zee moeten dalen. De Engelsche luchtaanvallen Het D.N.B. meldt: Engelsche vliegers hebben in den nacht van 8 op 9 Juli een Noord-Duitsche badplaats aangevallen. Hierbij werd het Kurhaus door twee dynamiet- en veertien brandbommen getroffen, waardoor het dak, de zaal en de kelder werden vernield. Twee andere dyna- mietbommen vielen in een klein riviertje. Bij een aanval op een badplaats aan den Rijn werden door vijf bommen verscheidene woon. huizen en gebouwen ernstig beschadigd. Andere nachtelijke bomaanvallen var Engelsche vliegers waren gericht op kleine plaatsjes, waarbij in hoofdzaak terreinschade werd aangericht Ook Packard ziet af van motorleveranties Na de weigering van Henry Ford om vlieg tuigmotoren aan Engeland te leveren heeft, naar het D.N.B. uit Chicago meldt, thans ook de firma Packard haar bezwaren tegen het leveren van dergelijk oorlogsmateriaal aan Engeland kenbaar gemaakt. Evenals Ford beschouwt thans ook Packard Engelands be- talingscapaciteit niet meer als zoo zeker, dat het verstandig zou zijn te besluiten tot zulke gevaarlijke groote transacties. De oeconomi- sche blokkade en de militaire en politieke isoleering van Engeland werpen thans, na het volslagen ineenstorten van Frankrijk, ook haar schaduw op het Amerikaansche be drijfsleven. Kort geleden heeft de Engelsche minister van handel nog gewezen op het recordcijfer van de Engelsche orders aan de oorlogsindustrie in de Vereenigde Staten. De houding van de groote Amerikaansche auto fabrikanten bewijst echter, dat het oordeel, dat men in leidende Amerikaansche oecono- mische kringen heeft over de financieele kracht van Engeland aan het veranderen is. Op zoek naar een regeling voor Martinique Naar Reuter uit Washington meldt, zal wa; schijnlijk een regeling getroffen wor den om een botsing van de Fransche en de Britsche vloot in de nabijheid van Martini- te verhinderen. Men vermoedt, dat Cordell Huil eergisteravond pogingen in het werk heeft gesteld om een oplossing te vinden in dien geest, dat de Franschen er mede accoord zouden gaan hun schepen in Martinique te laten of te doen interneeren neutrale havens. Een verklaring van den Turkschen minister-president Gistermiddag, tijdens de zitting van de Turksche Kamer, heeft de minister-president een rede uitgesproken, waarin hy den toe stand van Turkije besprak ten aanzien van den oorlog. Hij zeide o.m., dat Turkije trouw blijft aan zijn vriendschappen en vastbesloten is zijn eigen onafhankelijkheid te verdedigen. In- tusschen volgt het den loop der gebeurtenis sen. Hij voegde hieraan toe, dat Turkije er nooit aan heeft gedacht zijn naburen aan te vallen en zich er over verheugt, dat zijn na- burep dezelfde gevoelens te zijnen opzichte toonen. Na het afleggen van een verklaring door den minister-president en aansluitende debat ten van verscheidene afgevaardigden der volkspartij en van de onafhankelijke groep, waaruit goedkeuring bleek, hebben 375 aan wezige afgevaardigden hun vertrouwen in de regeering uitgesproken. Het D.N.B. meldt uit Rome: Volgens be richten uit Gibraltar zijn de Engelschen bezig, de bij den slag in de Middellandsche Zee beschadigde Britsche oorlogsschepen het beschermde deel van de haven van Gibraltar binnen te sleepen. Hieronder bevinden zich het slagsohip Hood en het vliegtuigmoeder schip Ark Royal, die beide door voltreffers van het zwaarste kaliber zwaar beschadigd zijn. In de haven was een ontzaglijke men- scheiunenigte samengestroomd, die door mili tairen en politie op een afstand moest wor den gehouden. Graigie weer bij Arita Craigie en Arita hebben gisteren wederom een bespreking gehad over de goederen leveranties aan China via Birma. De woord voerder van het Japansche departement van buitenlandsche zaken liet zich zeer tevreden uit over de onderhandelingen. Opleiding tol Sluurmansleerlh Toel. A-afd.: M.U.L.O. A; 2 jar. Toel. B-afd.: M.U.L.O. B; 3 jar. VRAAGT PROSPECTUS Lpen: Lebrun heeft Pétain zijn bevoegdheden overgedragen Pétain hoofd van den Franschen staat en voorzitter van den ministerraad Uit Vichy wordt officieel gemeld: Tijdens een onderhoud tusschen Lebrun den president der Fransche republiek, en maarschalk Pétain, heeft de maarschalk den president der Fransche republiek meegedeeld, dat hij het voornemen heeft, van heden af met het voorzitter schap van den ministerraad ook het ambt van hoofd van den Franschen staat uit te oefenen om in de buitengewone omstan digheden, welke Fsankrijk doormaakt, persoonlijk de verantwoording voor de leiding der openbare aangelegenheden op zich te nemen. De president der Fransche republiek, Albert Lebrun, heeft voor deze ver klaring terstond begrip getoond en met een onbaatzuchtigheid, welke het land zal weten te waardeeren, de gevolgen uit den nieuwen stand van zaken getrok ken en zijn bevoegdheden aan maarschalk Pétain ter beschikking gesteld. Pétain's nieuwe bevoegdheden Van Fransche zijde wordt officieel uit Vichy gemeld, dat maarschalk Pétain op grond van de nieuwe grondwet drie consti- tutioneele acten heeft onderteekend, die reeds vanochtend in het Journal Officiel zouden worden afgekondigd en volgens welke Pétain persoonlijk de bevoegdheden over neemt, waarmede tot dusver de president der republiek en de minister-president waren bekleed. Hij draagt den titel van „chef van den Franschen staat" Hij oefent het regeeringsgezag in vollen omvang uit, terzijde gestaan door ministers en staatssecretarissen, die jegens hem ver antwoordelijk zijn. Hij oefent de wetgevende macht uit tot de vorming van de nieuwe vertegenwoordigende lichamen en bij ernstige buitenlandsche span ning en binnenlandsche crisis ook na de vor ming hiervan. De Senaat en het Huis van afgevaardigden blijven bestaan tot de in de nieuwe grondwet voorziene lichamen gevormd zijn, doch zij kunnen nog slechts bijeenkomen na door den staatschef te zijn bijeengeroepen. Pétain's drie besluiten Havas meldt uit Vichy, dat de tekst van de drie Fransche wetgevende besluiten Vrijdagochtend in het Journal Of'iciel is verschenen. Het eerste besluit luidt: Wij, Philippe Pétain, maarschalk van Frankrijk, verklaren op grond van de wet van 10 Juli 1940 de bevoegdheden van chef van den Franschen staat op ons te nemen. Daarom bepalen wij: artikel 2 van de wet van 25 Februari 1875 is opgeheven. Gegeven te Vichy op 11 Juli 1940, get. Pétain. Het tweede besluit luidt: Over de volmachten van den chef van dfen Franschen staat: Wij, Philippe Pétain, maarschalk van Frankrijk, bepalen op grond van de wet van 10 Juli 1940: Artikel 1: de chef van den Franschen staat oefent in vollen omvang het regeeringsgezag uit. Hij benoemt en ontslaat de ministers en staatssecretarissen, die tegenover hem ver antwoordelijk zijn. Hij oefent de wetgevende macht uit in den ministerraad: 1. tot de vorming van nieuwe wetgevende lichamen, 2. na de vorming van deze lichamen in geval van groote buitenlandsche spanningen of bij binnenlandsche crises op eigen gezag op dezelfde wijze. Onder dezelfde omstandigheden kan hij be sluiten uitvaardigen over de begrootingen er de belastingen. 3. Hij vaardigt de wetten uit en verzekert de uitvoering daarvan. 4. Hii benoemt de burgerlijke en militaire ambtenaren, voor wie de wetten geen andere wijze van benoeming vaststellen. 5. Hij beschikt over de gewapende macht. 6 Hij heeft het vecht van gratie en amnestie. De gezanten en ambassadeurs van vreemde mogendheden zijn bij hem geaccrediteerd. Hij voert onderhandelingen en ratificeert dragen. 8. Hij kan voor een of meer deelen lands den staat van beleg afkondigen. 9. Hij kan slechts met toestemming va wetgevende vergaderingen oorlog verklaren. Artikel 2. Alle bepalingen van de wetten van 25 Februari 1875 en van 16 Juli 1875. die met het bovenstaande onvereenigbaar zijn worden opgeheven. Gegeven te Vichy op 11 Juli 1940. Get. Pétain. Het derde besluit luidt: Betreffende dén chef van den Franschen itaat: Wij, Philippe Pétain, maarschalk van Frank- bepalen op grond van de wet van 10 Juli 1940 Artikel 1. De Senaat en de Kamer van afgevaardigden blijven bestaan totdat de lichamen, bedoeld in de grondwet van 10 Juli 1940 zijn gevormd. Artikel 2. De Senaat en de Kamer van afgevaardigden worden tot nader order ver daagd. Zij kunnen voortaan slechts bijeen komen, na daartoe door den chef van den staat te zijn opgeroepen. Artikel 3. Artikel 1 van de wet van 16 Juli 1875 is opgeheven. Gegeven te Vichy, op 11 Juli 1940, get- Pétain. Eerste ministerraad onder Pétain bijeen Uit Vichy verluidt, dat daar gisteravond in het Parkhotel de eerste ministerraad bijeen gekomen onder Pétain als hoofd van den staat. Gelijk te verwachten was hebben daar bij de ministers collectief hun ontslag aan geboden en daarmede den weg vrij gemaakt voor de vorming van een uit twaalf leden bestaand nieuw kabinet. De lijst der nieuwe ministers zal reeds vandaag worden gepu bliceerd. Versnelling van de demobilisatie in Frankrijk Uit Vichy wordt gemeld, dat het ministerie in oorlog nieuwe aanwijzingen heeft ver strekt voor een versnelling van de demobili satie. Voor 15 Juli moeten alle boeren en landarbeiders van de lichting 1937 en van de voorafgaande lichtingen uit den dienst wor den ontslagen, in zooverre zij in staat zijn hun woonplaatsen in het niet bezette gebied uit eigen middelen te bereiken. (D.N.B.) In het verslag van de zitting der nationale vergadering te Vichy, waar Laval het woord voerde, was een onduidelijkheid geslopen. Uit de Duitsche bladen blijkt, dat de plaatsver vanger van Pétain erkende, dat de regeering de verplaatsing van haar zetel naar Perpig- nan overwogen had, maar hij herinnerde aan de woorden van den maarschalk: „wat ook geschiede, ik zal in Frankrijk blijven." Dit moest dus slaan op voorstellen, de regee ring zich aan gene zijde van de Spaan- sche grens te laten vestigen. De passage in Pétain's radiorede betref fende de verplaatsing van den zetel der regeering naar het bezette gebied luidt aldus: „Om bepaalde vraagstukken, welke dringend om oplossing vragen, gemakkelijker te kunnen regelen, is de regeering voornemens, haar zetel in het bezette gebied te vestigen Zij hebben derhalve de Duitsche regeering verzocht, Versailles en de departementswijk in Parijs vrij te geven. Pétain hoofd von den Fran staat |Mi Uit Vichy wordt gemeld, dat heóERKE het verschijnen van de Grondwetsé in het Journal officiel, maarschalk dagen hoofd van den Franschen staat metende van het voorzitterschap van den roest o: raad is. Als hoofd van den Franschrensch heeft Pétain in werkelijkheid niet a.-'dt I voorrechten van de uitvoerende maclHerv. oefent hij ook de wetgevende macht lang de in de nieuwe grondwet vjen we vergaderingen nog niet gevormd zijnarken bijeenkomen van de nieuwe vergaiSikan' zal het hoofd van den Franschen sh i hot het recht hebben, tijdens bepaalde vtn D< ringstoestanden, bij binnenlandsche zal tenlandsche crises, de wetgevende misdaga te oefenen. De huidige Senaat en de(e die blijven wettig bestaan tot hun opvolirekor vormd zijn. Zij hebben echter niet *-k Ch bevoegdheid automatisch op den V u r t Dinsdag van de maand Januari vüs. D. gewone zitting of bij wijze van uitzQrde k op voorstel van de meerderheid V| t r; i leden bijeen te komen. R W. Voortaan bezit alleen nog het hotde b den Franschen staat het recht de \bredili ringen bijeen te roepen- 'deelt i df nog slechts luitenant-kolonel. In di gevechten bij Charleroi blonk hij £U1I_., uit, dat hij aan het hoofd van de^, bid divisie infanterie gesteld werd. In J-, reeds volgde zijn benoeming tot comr,-,,^, van een nieuw gevormd legerkorps, {loel gende zomer zag hem opperbevelheb' het tweede leger en spoedig daarna tED. legergroep. Zijn roem dankt hij m ieder weet aan het feit, dat het hem zomer van 1916 lukte het al opgegevkera; dun te houden. Toen in December tente jaar Joffre het algemeene command! dt overgeven kwam Pétain in de eerstee jar als opvolger in aanmerking, maar ermij werd met de leiding belast. Men deed V e beroep op Pétain, toen in April ljiture offensief van Niville na eenige dagen irvuli gesmoord werd. Het bevel over alle F acat legers werd hem in handen gelegd, m?orlo<j in het voorjaar van 1918 één enkele iaanf aan het hoofd van de geallieerde troe me vermijdelijk bleek kwam die taak 1 Pétain, maar op Foch te rusten. ker In 1922 is Pétain bevorderd tot alven! inspecteur van het leger en ondervcf van den oppersten oorlogsraad. Dit roe kende, dat hij in geval van een nieu\V as log opnieuw als generalissimus zou ojeslh In 1925 kwam hij op den hoogsten aan het leger van Marokko om den strij|ven, Abd el Krim tot een goed einde te Jan c en bij bizondere beschikking bleef hij Der bereiken van de leeftijdsgrens in dit 1931 kreeg hij last de luchtverdedip»1^ organiseeren en in 1934 was hij kor: minister van oorlog in het kabinet-I gue. In '39 trad hij aan het hoofd nieuwe afdeeling van het hooger on- die aan de militaire wetenschap gew.j; fi en in Maart van het vorige jaar eindel I, hij als ambassadeur naar Spanje. De Petit Dauphinois meldt uit Vic ;-3 6 Lebrun geen ontslag zal nemen, oitf1 eigenlijk alontslagen is. Voor het - heeft hij zelf bijgedragen tot een ophf ee van den toestand door in te stemmen Rl« opvattingen van Pétain. D. In het Naburige Oostei^- Stafchef" van Miiielhauser gevlither iet Stockholm, 12 Juli 0 :ei Göteborgs Handels, och SjöfartDp meldt uit Londen, dat de chef van <ebo van generaal Mittelhauser uit Syr Palestina is gevlucht. Het betreft hen Fransch kolonel, die na het sluiten u; c wapenstilstand opdracht had gekregeev plan uit te werken voor het zenda d. Fransche manschappen en Fransch mt 1 naar Palestina. De uitwerking van (gei werd echter verhinderd door het besfeen Mittelhauser het bevel van de P-har regeering op te volgen en den oorlog 'de zetten. De stafchef van generaal Mittobe is daarop in een fort te Damascus gne i gezet. Hij ontsnapte echter en ging me-- n Fransche soldaten naar Palestina. :c£< Verwarring bij de evacuatie van pon Volgens de correspondenten van d^f"' sche bladen te Kairo is in de Nijld£ur nieuwe evacuatietragedie begonnen. c - den drukkenden zonnegloed van de maand van het jaar worden tienduj; bewoners van bepaalde deelen van di tische hoofdstad langs de onbesch wegen voortgedreven, slechts voorzi levensmiddelen voor een paar dagen, zij slechts enkele bezittingen hebben meenemen. Overal langs de wegen n Noorden en het Oosten ziet men d colonnes vluchtelingen, de meestee te de gelukkige bezitters van muildie karren hebben deze hoog beladen. D< voorbereiding is uitgebleven wetei enkelen waarheen de reis gaat autoriteiten is het bevel tot evacuee heel als een verrassing gekomen. Alle belangrijke districten, het geheele k kanaalgebied en het westelijke grei zijn voor de vluchtelingen gesloten, gevallen moet de politie onwilligen weid uit hun huizen halen. Vele J zijn in de moskees gevlucht, daar zijl hier voor den arm der autoriteiten zijn. Welgestelden hebben per auto(_J den trein de stad verlaten. De meer" vertrokken naar Boven-Egypte; Palrfffl hermetisch afgesloten. Daar het dei":- wegen onmogelijk is voor de evacuati treinen ter beschikking te stellen is de bevolking gedwongen dagen lang te Icf» de stad heerscht diepe verslagenheid geruchten doen de ronde. Men vreesê deringen in de verlaten stadswijken. De vluchtelingen in Gibi Het officieele orgaan van GibraltT een bepaling, volgens welke alle vit gen slechts vier dagen in Gibraltai blijven en zich daarna aan de beve de evacuatie-autoriteiten moeten oi. pen. Ze zullen dan naar plaatsen Britsche koloniale rijk gebracht wor Deze bepaling heeft onder de betr tot nieuwe heftige protestbetooginge; De weggevoerde personen doen over de slechte behandeling, die ze in Marokko u°bben ondergaan. Vele keerde vb htelingen probeeren op l1 gebied te Komen. Als gevolg van patf" heden is dit echter zeer moeilijk De r consul te Gibraltar heeft de vesting en is r.aar Fransch-Marokko vertrol^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 2