|li?uure £rtft5rljr (Sfrmnutt I Abonnementsprijs: per 3 maanden in Leiden en in plaatsen waar een agentschap gevestigd is 2.35 Per week 18 ct. Losse nummers 5 ct Allee bij vooruitbetaling. Advertentieprijzen: 22% ct per regel. Ingezonden Mede- deelingen 45 ct per regel. Minimum 3 regels. Bewijsnummer 5 ot Bij con tract belangrijke korting Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken N«- 6,64 DONDERDAG 4 JULI 1 940 21e Jaargang Bur. Redactie en Administratie: ©REESTRAAT -123. LEIDEN. Telefoon 22710. (Na 6 uur 23166). Postbox 20. Postrek. 58036. Kecht en rechtszekerheid in ons land Ons vorig artikel besloten we met de pmerking, dat het niet aangaat, af te ;even op hetgeen eigen land ons biedt en iat te dien aanzien eenige distributie n den zin van versobering op de boete- Jeeding wel wenschelijk is. Dit geldt oor velerlei, het geldt ook voor het echtsleven. Het is dan ook geenszins een erarming, nu de bezettende °^er ei verigens op de basis der bestaande wet- eving gehandhaafd wil zien. En als we it schrijven. z,en we niet over het hoofd, at eeD belangrijk deel dezer bestaande wetgeving dateert uit een tijd, den Napo- 20otischen, waarin ons land eveneens ijielijk zijn onafhankelijkheid had ver- n. Dit ;.s met verscheidene wetboeken geval, waarbij vooral wel het Burger- Wetboek vooraan staat. Daarvan zeide vermaarde Groninger hoogleeraar Prof. [r. G. Diephuis in de vorige eeuw: „Ons tgenwoordig Burgerlijk Wetboek, in som- ge opzigten, wat inhoud en inrigting «treft, en in menige bepaling ook omtrent eer gewigtige punten van den Code Na- miénn verschillende, kan toch in zeer •ele niet minder als eene vertaling, dan eene navolging daarvan beschouwd /orden". En Later schreef de bekende loogleeraar aan Amsterdam's Universiteit, >rof. Mr. Paul Scholten, dat het Burger ijk Wetboek in hooge mate afhankelijk is k- an het Fransche. „Meer dan in het oud- lli ïederlandsche recht wortelt", zoo merkte op (ij op, „ons Burgerlijk Wetboek in het ud-Fransche". Doch dit alles beteekent natuurlijk llerminst, dat we thans als het ware /eer zouden verlangen naar een nieuwe i). /etgeving. Integendeel, op de volgende de iunten zouden we willen wijzen. In de erste plaats was er in ons land ten tijde an de Fransche revolutie en haar gevol- en lang niet zulk een rechtseenheid als het geval is. Het recht bestond voor en belangrijk deel uit plaatselijke of iewestelijke decreten en bepalingen, ook /el placcaten genaamd, en vaak was men r meer op uit, naar aanleiding van be- taalde losse gevallen regels te stellen dan egels uit te schrijven, die voor het geheel jolden. Dit is punt één. Er was dus op zijn best rie en betrekkelijke rechtseenheid, juist om- ijd at de eenheid van land en volk toen nog Hg lechts matig was doorgevoerd. Daarmee 2 noest men nog even wachten. Het tweede tunt is, dat deze rechtseenheid, niet alleen imiuen onzent, doch ook elders, feitelijk pas :ateerde uit den tijd, waarin de codefi- ^atiebeweging hoogtij vierde, d.w.z. de trooming, die er op uit was, het recht te leggen in wetboeken. Deze codi- ^catiebeweging had tegen het einde der ^8de eeuw haar centrum in FranKrijk, en Jfpo is het te verklaren, dat de beweging joorwerkte in de landen, die onder Fran- :hen invloed stonden. Doch, is dus deze invloed, ook op onze 'etgeving. onmiskenbaar, niet vergeten ag worden, dat sindsdien ons land z ij n gang is gegaan, ook wat de 'etgeving betreft. Het burgerlijk recht iderging belangrijke wijzigingen, we •egen een eigen strafrecht, een eigen xafvordering, een vernieuwde burger- [jjke rechtsvordering, een eigen zeerecht, ^Mllissementskracht, vennootschapsrecht, Ph in deze richting kunnen we doorgaan. C^langrijk is niet minder, dat in en door alles het recht zijn waarde en betee- f»snis heeft verdiept. In dit verband mag wel aan worden herinnerd, dat onze Achterlijke macht sinds lang oog bleek te èbben voor hetgeen groeide in den tijd, er zijn verschillende uitspraken op te die nauw aansluiten bij de rechts op velerlei terrein. De voor- ftter van de Nederlandsche Juristen- ereeniging, die dezer dagen 70 jaar estond, had alle reden, op te merken dat [et recht, hetwelk voor onze maatschappij leidt, in Nederland is verjongd en een igen Nederlandsch karakter heeft ge regen en dat we dil in hooge mate .anken aan den arbeid van onzen Hoogen •aad. Werkelijk, als natie hebben wij logen beleven, dat nationale gerechtig- eid een volk verhoogt. En dan hebben we •Og alleen de aandacht gevestigd op die akken van het recht, die ook elders /orden gevonden, zonder nog te spreken Lv. van ons waterstaatsrecht, waardoor ns land zoo wordt gekenmerkt. Omtrent al dit recht nu lezen we, dat et van kracht blijft, voorzoover het met bezetting te vereenigen is. En voorts izen we, dat de rechtspleging onafhan- elijk is. Dit voortbestaan van het recht I begrijpelijk bij een bezettende overheid, ie zich op het volkenrecht wil baseeren. •och het is tevens begrijpelijk bij een ivensMischouwing als door haar aange- angen, die immers het recht in nauw erband ziet met het volksleven, zooals at historisch is gegroeid. Het recht moet eworjpld zijn in het volk, en wat dat angaat mogen we zonder overdrijving eggen, dat zulks ten onzent het geval ras, dank zij mede het feit, dat ons recht jiet was verstard, doch den groei der d (enkbeelden op sociaal en ander terrein jtnemend had bijgehóuden. Ons recht n laakte een belangrijk deel van ons e ölkskarakter uft, het volkskarakter, dat ngerept bewaard moet blijven. De oorlog en het verzekeringwezen Verschillende problemen De oorlog heefj op verzekeringsgebied ver schillende problemen doen ontstaan. Te Rot terdam waren de kantoren van makelaars in assurantiën en assuradeuren in hoofdzaak gevestigd in hel centrum der stad, hetgeen lol gevolg heetl gehad, dat circa 95 pel. van de kantoren door brand werd vernield. Men kan zich indenken, dat het verloren gaan van veelal de geheele administratie der desbelref tende firma's en maatschappijen groote moei lijkheden met zich heeft meegebracht. Daar immers in verscheidene gevallen niet alleen bij den makelaar, den assuradeur of vertegenwoordiger van de verzekeringmaat schappij alle bescheiden zijn verbrand, doch ook bij de verzekerden zelt de polissen door brand zijn vernietigd, kan men dikwijls niet eens meer nagaan, waar een object is verze kerd. Op een verzekerd object van eenige beteekenis wordt immers de beurspolis steeds door een groot aantal maatschappijen ge'ee- kend, zoodat zulks achteraf bij het ontbre ken van bescheiden vrijwel niet te achter halen is Thans is men op de ijlings elders betrokken kantoren druk in de weer om, voor zoover mogelijk, uit de bescheiden der verze kerden weer een archief op te bouwen. In de gevallen, waar bij alle betrokkenen de be scheiden zijn verdwenen, zal er in den regel niets anders opzitten dan het object opnieuw te verzekeren, hetgeen nieuwe premiebeta ling met zich meebrengt. Het is, naar vanzelf spreekt, noodzakelijk, dat de makelaars onder de huidige omstan digheden tegenover elkaar een loyale houding aannemen. Dat allen hiertoe bereid waren, blijkt duidelijk uit de overeenkomst, welke door de leden van de Rotterdamsche Veree- niging van Makelaars in Assurantiën is on derteekend. waarin zij zich verplichten om gedurende een jaar elkaar geen posten af handig te maken. In Rotterdam, de stad met de grootste ha ven van ons land, is natuurlijk de zee transport- en cascoverzekering de belangrijk ste tak van het verzekeringswezen. Voor de makelaars is deze tak van het bedrijf vrijwel stil gelegd. Er vindt nog wel vervoer van de Oostzee naar Delfzijl (b.v. hout van Zweden) plaats, doch dit heeft weinig te be- teekenen in vergelijking met onze totale goederenbeweging over zee van voor den oorlog. Te land zijn er wel transporten, zoo dat in dit opzicht nog zaken kunnen worden gedaan. De loopende verzekeringen Het leeuwendeel der loopende verzekerin gen was voor den oorlog bij buitenlandsche maatschappijen ondergebracht en wel ln het bijzonder bij Engelsche maatschappijen. Ver zekeringen, hetzij geheel of gedeeltelijk ge dekt, bij Engelsche maatschappijen blijven van kracht, zoodat schaden mits tijdig aangemeld, op de gewone wijze kunnen worden vastge steld. Het schadebedrag zal echter in derge lijke gevallen eerst na den oorlog bij deze maatschappijen kunnen worden gereclameerd De vertegenwoordigers van deze maat schappijen betalen nml. ook uit de gelden, die zij nog in Nederland voor hun maatschap pijen onder beheer hebben, niets uit. Voor verzekerden, die op spoedige uit betaling van de schade moeten kunnen rekenen, is het, naar ons van deskun dige zijde werd verzekerd, dus raadzaam instructies te geven om de verzekering over te sluiten bij maatschappijen, die direct tot uitbetaling kunnen overgaan. Voor het tot stand komen van den wapen stilstand gold voor verzekeringen bij Fran sche maatschappijen hetzelfde als voor die ondergebracht bij Engelsche maatschappijen Hoe het thans na den wapenstilstand met de Fransche verzekeringen zal gaan. is thans nog niet bekend Bij verzekeringen, welke loopen bij Zwit- sersche, Zweedsche. Amerikaansche of andere maatschappijen uit neutrale landen heeft men rekening te houden met het feit, dat betalin gen uit die landen niet kunnen worden ge daan. hoewel de mogelijkheid bestaat, dat de desbetreffende maatschappijen min of meer belangrijke bedragen in Nederland bezitten De Nederlandsche assurantiemarkt, die be perkt was voor den oorlog, is mogelijk door het verdwijnen van groote herverzekerings mogelijkheden thans nog beperkter geworden, ofschoon er momenteel geruchten gaan, dat (Vervolg van de eerste kolom) En met dit voor oogen sluiten we ons b.v. gaarne aan bij de uitspraak van den vermaarden hoogleeraar uit Breslau, Hein- rich Lange, in 1936 neergeschreven in het tijdschrift van de Akademie für Deutsches Recht: „De rechter (en we voegen daaraan toe: de wetgever) moet zich steeds voor oogen houden, dat de wet dikwijls de gezamenlijke rechtswijs- heid van het voorgeslacht bevat". In de wetgeving ligt een stuk traditie, over levering uit eigen geschiedenis. Een van de elementen, waardoor dit recht was gekenmerkt, was de rechts zekerheid. Geen onderscheid werd ge maakt tusschen Nederlander èn Nederlan der. Bij het handhaven van het recht zal ook de rechtszekerheid veilig zijn. Het is niet gewaagd, hierin een waarborg te zien voor kalmte en rust. Pogingen, zichzelf recht of wat men als zoodanig aanziet te verschaffen, past niet in dit raam. Verdwijnt de rechtszekerheid, genieten enkele, mogelijk zelfs heel kleine groepen, heszeer ook slechts s c h ij n- b a a r. zekere voorrechten, dan is de rust onder ons volk hiermede niet gebaat, de rust, waarop ook de bezettende overheid zoozeer prijs stelt. er maatregelen worden geirotten. welke de Nederlandsche maatschappijen in staat zullen stellen veel grootere bedragen dan voorheen tr accepteeren. Diverse Duitsche verzekering maatschappijen waren reeds voor den. oorlog in ons land vertegenwoordigd, doch zij slaag den er niet in een belangrijk deel der posten tot zich te trekken Vele Duitsche maat schappijen, die hier niet waren vertegen woordigd, hebben direct na de overgave van Nederland, vertegenwoordigers aangesteld, of indien zij reeds over een vertegenwoordiging beschikten, hun agenten maximaal uitge breid. In het gemis.van de Engelsche dek king werd dus onmiddellijk voorzien door de Duitsche maatschappijen. Thans worden regel matig objecten bij Duitsche maatschappijen ondergebracht. Het verdient de aandacht, dat voor den oorlog de schadeuitkeeringen door Duitsche maatschappijen steeds vrij mochten worden betaald, buiten de clearing om Het oversluiten van posten heeft voor de verzekerden natuurlijk het onaangename ge volg, dat nieuwe premie moet worden betaald Op restitutie van premie op de oude ver zekering valt thans niet te rekenen. Eerst na den oorlog zou een poging hiertoe kunnen worden aangewend. Molestverzekeri ngen Een kwestie, die voor velen van belang is, betreft de molestverzekering wegens de groote hoeveelheden goederen, die bij het uitbreken van den oorlog onderweg waren. Voor staats- molestverzekering kunnen de drie volgende groepen gevallen worden onderscheiden: a. Partijen, waaFvan wel bekend was, dat zij waren aangehouden maar ten opzichte waarvan volgens de laatst verkregen inlich tingen nog geen beslissingen waren genomen, di* tot definitief verlies van de verzekerde objecten voor de belanghebbenden behoefden te leiden, met inbegrip van die gevallen, waar definitief verlies was ontstaan door een volgens de gemachtigden van de regeer mg te Rotterdam niet gedekte oorzaak (eigen be derf, hooge opslagkosten etc.). Over deze laatste categorieën zal worden geprocedeerd. b. De naar Nederland gedestineerde zen dingen, die naar aangenomen wordt, hier ten gevolge van den loop der gebeurtenissen na 9 Mei 1940 niet zullen aankomen. c. De gerequireerde of verbeurd ver klaarde goederen omtrent wier lot stellige betrouwbare tijdipgen zijn binnengekomen. Ten aanzien van groep a en b kan de ver zekerde, alleen al door het ontbreken van contact met de betrokken landen, niet min of meer gedocumenteerd aantoonen, dat een gedekte molestdaad ten opzichte van zijn be zit is gepleegd. Men verkeert betreffende de feitelijke ontwikkeling in het duister, terwijl voorts de volkenrechtelijke positie niet duide lijk is. Het is volgens de regeeringsgemach- tigden te Rotterdam niet uitgesloten, dat met betrekking tot de betrokken partijen maat regelen worden genomen, die geen molest daad, laat staan een gedekte molestdaad op leveren. Hier zal dus moeten worden afge wacht, hetzij tot de gerezen vragen zijn be antwoord, hetzij tot een andere oplossing is gevonden. Voor de gevallen onder c kan even tueel worden bewezen. <i"> wat werd ver-: zekerd, in dien vorm nm i aan den ver zekerde zal woraen uitgeleverd en dit ten gevolge van een gedekte molestdaad. Derge lijke claims kunnen op de gebruikelijke wijze in behandeling worden genomen. De onzekerheid betreffende een eventueele uitkeering en het tijdstip van de uitkeering is ongetwijfeld een groot inconvenient voor de verzekerden. Dat de regeling na den oor log nog tal van moeilijkheden met zich zal kunnen brengen, laat zich gemakkelijk be grijpen. Het probleem van de brandschade Een ander probleem is dat van de brand schade, direct of indirect veroorzaakt door den oorlog. In talrijke gevallen is in Rotter dam na het bombardement ten gevolge van brand, welke bv eerst den dag na de over gave tal van panden en goederen aantastte belangrijke schade geleden. De vraag doet zich natuurlijk voor of hiervoor geen schade- uitkeering van ae verzekerir-gmaatschappijen is te verkrijgen. Helaas is hierop voor de verzekerden geen kans. In de polissen .is immers de mogelijkheid van uitkeering in dergelijke gevallen uitgesloten. In de Rotter damsche beurspolis luidt bijv. 8 3: „Van de verzekering is uitgesloten schade, veroorzaakt door oorlog, burgeroorlog en oorlogsgeweld, ook al behoort Nederland niet tot de krijg voerende mogendheden, vijandelijken inval, binnenlandsche onlusten, daden verricht by een juiste of onjuiste uitvoering van een last van eenige Nederlandsche of vreemde mili taire macht, of krachtens een door de Neder landsche militaire macht vastgestelde ver ordening." Daar het Nederlandsche recht de leer van de „causa remota". d. w. z. van de verst verwijderde oorzaak toepast, is er dus geen kans op uitkeering, want al moge de schade zijn ontstaan door brand, is als de feitelijke oorzaak toch aan te merken het bombardement. Op te merken valt in dit verband, dat by den vorigen wereldoorlog van 1914, toen molest veelal wel was ingesloten, de verzeke- ringmaatschappyen er toe zijn overgegaan, den verzekerden mede te deelen, dat de ver zekeringen voortaan „vrij van molest" zouden loopen. Duidelyk blykt uit het bovenstaande, dat door den oorlóg tal van problemen voor het verzekeringswezen zjjn ontstaan. De Rotter damsche assurgntiebranche vooral heeft groote moeilijkheden te overwinnen by den weder opbouw van het bedrijf. Men hoopt dan ook in deze kringen, dat de assurantiebezorgers buiten Rotterdam met de Rotterdamsche be langen rekening zullen houden en geen pogin gen zullen aanwenden om zaken van Rot terdamsche firma's afhandig te maken. ONZE CHR. PHILANTROPISCHE INRICHTINGEN Hun wedervaren in bewogen dagen li Laten we thans uit de ons verstrekte in lichtingen nog een greep doen, om meer in bijzonderheden te kunnen aantoonen, wat er al zoo werd beleefd. En dan mag zeker wel vooropstaan het wedervaren van het Chr. Sanatorium voor Zenuwzieken te Zeist, dat reeds vóór den oorlog een volledige evacuatie moest doormaken. De Geneesheer-Directeur, Dr. A H 11 e r, hadden wij om inlichtingen gewaagd juist in de week, dat men allen naar Zeist terugkeerde uit Vogelensang, waarheen men al in Nov 1939 heeft moeten verhuizen. Op 10 November was 's morgens te 11 uur een majoor van den staf van het Ned. leger verschenen; hij deelde mede, dat „elk oogen- blik de bom kon barsten", zoodat 10 of 11 Nov. alle patiënten het Sanatorium moesten verlaten, „liever vandaag dan morgen". Om 7 uur 's avonds waren reeds alle verpleeg den met militaire bussen naai enkele inrichtingen in Holland overgebracht, en de staf betrok de Sanatorium-gebouwen. In Holland werd een onderdak voor de patiënten gezocht. Op 4 December werd „Huize Leyduin" geopend als nood-sanatorium, waar 25 van de 120 patiënten konden op genomen worden, terwijl in een villa aan der. Vogelensangschen weg 40 patiënten werden verpleegd. In Februari 1940 werd de weg tot terugkeer naar Zeist geopend; eerst werd één, later nog een paviljoen vrijgegeven. De militaire bureaux en de inkwartiering der officieren bleven in het hoofdgebouw en 3 paviljoens gevestigd. Echter, dit gedeeltelijk herstel werd in Mei weer teniet gedaan. Na de forceering van de Grebbe-linie moesten alle reeds in Zeist teruggekeerde patiënten weer hun tehuis ver laten; zij 30 personen) werden in Huis tei Heide te Zeist ondergebracht; er was gevaai van beschieting. Reeds 16 Mei konden allen in welstand terugkeeren; zoowel op 10 Nov als op 10 Mei hebben de patiënten met op vallende kalmte en eenswillendheid alles ondergaan. Pas 21 Juni werd de vordering dei gebouwen in Zeist opgeheven en op 25 Juni keerden de bewoners van Leyduin terug Terugziende op deze feiten en data, zal het den lezer niet moeilijk vallen zich in te denken, wat het èn voor deze patiënten èn voor hun doktoren en verpleegsters beteekend heeft, tot tweemaal toe onder zulke omstan digheden te moeten verhuizen. Reden te meei tot dank was er dan ook, toen men eind Jun. weer allen „thuis" was. Hebben de gebouwen door beschieting e.d. geen schade beloopen, de militaire bezetting liet natuurlijk haar sporen na. Er waren ook (na 14 Mei) kelders leeggehaald door naar lafenis zoekende troepen. De gen.-dir. en de 3 artsen hebben hun taak weer hervat in vollen omvang. 'Een gansch ander beeld toonen ons de wederwaardigheden, waaronder de Rudolph stichting te Achterveld de bewogen Mei dagen heeft doorleefd. In deze op gezinsver zorging gebaseerde stichting worden voogdij kinderen en regeeringspupillen tot maat schappelijk bruikbare jongelui opgevoed en opgeleid. Deze gansche jeugdige (en nog niet genormaliseerde) bevolking van 127 jongens en meisjes plus de grooten, samen een 300 personen is van 1017 Mei geëvacueerd geweest naar Ermelo en daar gehuisvest in het A.M.V.J.-kamp „De Paalberg". Dank zy de goede voorbereiding van den wn.-direc teur, de heer Blok (de heer Geleynse was als kapitein gemobiliseerd) is zoowel de heen als de terugmarsch buitengewoon goed ver- loopen. Dat de gebouwen gespaard zijn gebleven, is temeer opmerkelijk, omdat in een kring rond om de stichting de oorlog zichbaar gewoed heeft Achterveld bijv. werd ernstig bescha digd en Barneveld in mindere mate; deze dorpen liggen resp. 2 en 6 K.M. van de stichting verwijderd. Eveneens op 6 K.M. ligt het bijna geheel verwoeste Scherpenzeel. Deze en andere plaatsen dichtbij liggen zoo wel ten Noorden als ten Oosten en Zuiden van de Rudolphstichting. Er was wel schade, doch van beschamenden aard: teruggekeerd, vond men de woningen alle gebruikt en een en ander voornamelijk mannenonderkleeding ontvreemd. Een totaalschade van ruim 2300! Niet alleen de menschen, ook het vee moest het stichtingsterrein verlaten; het is echter niet in vollen getale teruggekeerd. Dat ondanks al deze belevenissen alles weer naar wensch gaat en het aantal aanvragen voor opname s t ij g t, is evenzeer bemoedi gend als de vrees voor dalend aantal con tribuanten zorgwekkend is. Maar de leiding der Rudolphstichting weet, wat het zeg gen wil, in crisis te zyn, en nochtans aan den ondergang te ontkomen. Zoo is ook nu haar verwachting van Hem, die in vroeger dagen zoo treffende uitredding gaf. De inlichtingen, ons verstrekt over andere stichtingen, zijn over 't algemeen van den zelfden aard. Valkenheide was geruim'en tijd ten deele door militairen bezet, maar de arbeid kon geregeld voortgezet worden. (De voorbe reidingen tot den bouw van een gestichtskerk zijn reeds getroffen). Hier worden byna 350 jongens verzorgd; men kan zich indenken, hoe licht de gebeurtenissen van Mei tot incidenten aanleiding konden geven! Maar ook hier heeft de uitkomst de vrees beschaamd. Tal van stichtingen hebben echter door hun ligging of door evacuatie, moeilijke, soms angstige dagen doorleefd en als men dan rekent met de open bouw en derhalve groote gevaar kansen, dan zal men met ons volkomen kun nen onderschrijven veler dankbaarheid aan den grooten Geneesmeester voor Zijn be schermende en sparende hand in donkere dagen. Voor menige stichting komen nu andere zorgen het hart vervullen: zal men den arbeid kunnen handhaven, als de inkomsten dalen tengevolge van veler verzwakte financieele draagkracht? Het antwoord van Christelyk Nederland zij dan even verrassend, als Gods reddende hand geweest is over duizenden leed-dragenden, toen Hij bewezen heeft, wat we van Hem zingen in Ps. 72 7. Overzicht Roosevelt of Willkie Het Amerikaansche volk staat m het ko mende najaar voor een belangrijke beslissing. In het begin van November zullen de vier- jaarlijksche verkiezingen worden gehouden en dan zal het er om gaan, wie met ingang van 20 Januari 1941 als staatshoofd het Witte Huis zal betrekken. De electorale strijd werpt reeds nu zyn schaduwen vooruit. Als vanouds staan de beide groote Amerikaansche partijen, de Re publikeinen en de Democraten tegenover elkander. Niet beginselkwesties, maar vraag stukken van tactiek zijn aan de orde. In feite is daarmee niets veranderd bij vroeger, de contrasten teekenen zich slechts te scherper af, nu de Europeesche oorlog in vollen om vang is ontbrand. De sympathieën der V. S. zijn niet geheel onverdeeld. Tot de uiterste grens wenscht echter niemand te gaan. Vandaar ook de po- g ngen telkens opnieuw decommercieele beteekenis der wapenleveranties aan de West- Europeesche mogendheden in het licht te stel len. De zgn. Monroeleer Amerika voor de Amerikanen heeft nog niet afgedaan. Al leen over de uitwerking van dit beginsel s men het niet eens. Duidelijk is dat wel gebleken op het groote congres, dat dezer dagen de Republikeinsche Partij te Philadelphia heeft gehouden. Het daar opgestelde verkiezingsprogram houdt een felle bestryding in van de politiek van Roose velt. Men beschuldigt er o.m. den President van te trachten het Congres naar huis te zen den om van de afwezigheid der volksverte genwoordigers gebruik te maken voor inter ventionistische oorlogsmaatregelen in woord Beweerd wordt, dat de Amerikaansche regeering aan vreemde mogendheden militaire geheimen heeft uitgeleverd tegen de protesten van de leger- en vlootleiding in. De Republi keinsche partij wil de Amerikaansche lands verdediging zoo sterk mogelijk maken en spreekt zich beslist uit tegen een verwikkeling der Vereenigde Staten in vreemde oorlogen. Daarvoor is vereischt, dat de bezittingen der V. S. en belangrijke buitenposities verdedigd kunnen worden, en ook, dat men in staat zal zijn in den oorlog de Monroeleer nadrukkelijk in stand te houden. Tenslotte bepleit de party een wijziging van de grondwet, inhoudende, dat geen president meer dan twee ambtster- mynen zitting mag hebben, hetgeen tot dusver Amerikaansche traditie is geweest. Uit dit al les blijkt wel, hoe velen in Amerika meenen, dat Roosevelt met Cordell Huil, den huidigen minister van buitenlandsche zaken, het land reeds te veel in buitenlandsche betrekkingen heeft verstrikt. In het licht van deze omstandigheden is het niet vreemd meer, dat het Congres als candi- daat voor de a.s. Presidentsverkiezing koos een man als Willkie, de 48-jarige directeur van een electriciteitsfabriek, van wie tot dus ver buiten Amerika niemand heeft gehoord. Een niet-politieke figuur dus, die de voorkeur kreeg boven mannen als Taft, Dewëy, en zelfs oud-president Hoover, wiens populariteit den laatsten tijd stijgende is. De democraten hebben intusschen nog geen keuze gedaan. Hun partijvergadering komt op 15 Juli a.s. in Chicago bijeen. Nog steeds heeft Roosevelt niet te kennen gegeven, of hij een derde ambtstermijn ambieert. Blijkbaar wacht hij de ontwikkeling der dingen zoolang moge lijk af. Stelt hy zich inderdaad opnieuw be schikbaar, dan maakt hij wel een goede kans weer gekozen te worden, tenzij het Ameri kaansche volk het breken van een traditie niet wil. Wie echter gekozen wordt Roosevelt of Willkie dit staat vast, dat in elk geval het geweldige Amerikaansche bewapeningspro gram doorgaat. Niet om eventueel partij te kiezen. Hoover zei het openlijk: de V. S. zijn niet in staat aan het conflict in Europa deel te nemen; zij zouden 2 3 jaar noodig hebben om doeltreffend te kunnen ingrijpen. Senator Pittraan, de voorzitter van de senaatscor* missie voor buitenlandsche zaken, een voor aanstaand man in het kamp der Democraten, sprak nog duidelijker taal, n.l. dat Engeland geheel onvoorbereid den oorlog is ingegaan, Den Helder vannacht opnieu<" gebombardeerd Het A.N.P. meldt: Vannacht omstreeks 4 uur heeft een Engelsch vliegtuig bommen laten vallen op Den Helder. Een halve straat ligt in puin. Vier menschen zijn gedood, onder wie een vader van een gezin van tien kin deren en een vader en moeder van een gezin van acht kinderen. IR J. DE BIE LEUVELING TJEENK t Bij de familie te Amsterdam is uit Parijs het ontstellend bericht ontvangen, dat aldaar, tengevolge van een ongeval, op 55-jarigen leeftijd overleden is ir. J. de Bie Leuveling Tjeenk. Op 28 April j.l. was de heer Tjeenk met een regeeringsopdracht naar Rome vertrok ken. Het doel van zijn reis was advies uit te brengen otfer een eventueele deelneming van ons land aan de Wereldtentoonstelling te Rome. Sindsdien had men niets meer van hem gehoord. De bedoeling was dat hij op 11 Mei 1.1. weer thuis zou zyn. Maar blijkbaar is hij te Parijs door den oorlog overvallen en nu heeft hij daar den dood gevonden. Het bericht hiervan is door den Zweedsche gezant, die de Nederlandsche be langen behartigt, aan ons Ministerie van Buitenlandsche Zaken meegedeeld. Met ir. J. de Bie Leuveling Tjeenk is uit het Amsterdamsche, het Nederlandsche, leven en in het bijzonder uit de architecten- wereld, een zeer bekende figuur heengegaan. Van den Bond van Nederlandsche Archi tecten is de overledene een zestal jaren (tot 1935) voorzitter geweest. Bij zijn aftreding zag hij zich, wegens zijn groote verdiensten, tot eerelid benoemd. Te Amsterdam trad bij speciaal op den voorgrond als secretaris van de commissie van advies in zake de restau ratie van het Koninklijk Paleis aldaar. Hij was hier ook voorzitter van de Middelbaar Technische School voor Bouwkunst en van de Industrieschool, alsmede lid van de com missie van advies voor het Museum van moderne toegepaste kunst en van het cura torium over de bibliotheek van de Neder landsche Maatschappij van Nijverheid. Bui tenslands heeft hij zich groote bekendheid verworven als commissaris-generaal Dij ver schillende wereldtentoonstellingen. Hij be kleedde die funetie bij de internationale Tentoonstelling van Toegepaste kunst in 1925 te Parijs gehouden, waarvoor, zooals men zich herinnert nu ook wijlen architect Staal een paviljoen bouwde en bij de Internatio nale Tentoonstelling te Parys iri 1937. In verband met een en anuer zijn hem hooge onderscheidingen geworden. Zoo was hij ridder in de Orde van den Nederland- schen Leeuw, Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau en Commandeur m ae Orde van het Legioen van Eer. Nader schrijft onze correspondent ons:( Jan de Bie Leuveling Tjeenk werd te Amsterdam geboren op 18 Mei 1885. Hij studeerde aan de technische hoogeschool te Delft, waar hij in 1911 het diploma van bouwkundig ingenieur behaalde. Na studie reizen naar Italië en Griekenland en een reis om de wereld, vestigde hij zich in 1914 hier ter stede als architect. In den loop der jaren heeft de heer Tjeenk ook te Amsterdam veel gewerkt. Behalve zijn bekend eigen woonhuis aan het Museumplein bouwde hy daarachter een flatgebouw in de Paulus Potterstraat, voorts het pakhuis voor het Blauwhoeden-Vriesseveem aan de Han delskade en dat voor het Vriesseveem aan de Brouwersgracht (het laatste in samenwerking me ir. K. Bakker). Tenslotte vermelden we eenige door hem ontworpen landhuizen in Hilversum, Schagen, Zeist (het landhuis van burgemeester van Tuyl van Serooskerken) en Werkhoven. In Delft verbouwde hij in 1932 het kantoor en in 1938 de fabriek der firma Braat. (Vervolg van de vijfde kolom) en dat alles wat de V.S. zouden kunnen doen, den uitslag van den oorlog slechts zou kunnen vertragen. Het is geen wonder, dat de Vereenigde Sta ten onder deze omstandigheden zich buiten den oorlog houden, integendeel, dit standpunt is onder invloed en de gebeurtenissen der laatste maanden slechts versterkt Bommen op Middelharnis Drie dooden Men bericht ons uit Middelharnis: Dinsdagnacht zijn alhier drie bommen ge vallen waardoor drie slachtoffers te betreu ren zijn, n.l. de 50-jarige A. K. en twee kin deren van den heer v. d. M., allen in de Nieuwstraat Verschillenden werden meer of minder ernstig gewond. Een zestal woningen staande in de Nieuwstraat zijn geheel ver woest terwijl de winkels op den Westdijk min of meer gehavend zijn. Tot ver in den omtrek zijn de ruiten vernield. Een brand in de benzinepomp ter plaatse werd spoedig gebluscht Volgens ooggetuigen werd een laag vliegende bommenwerper achtervolgd door een jager en heeft deze zijn last laten vallen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 1