VAN EN VOOR DE VROUW IERSTELD CONTACT de afgeloopen dagen hebben we wel ge- i, wat het zeggen wil, als het onderling itact verbroken is. als men niet weet, hoe het met familieleden of bekenden staat. Hoe hebben we niet nu en dan gehunkerd om slechts een enkel briefkaartje te mogen schrij ven, om even de stem van een onzer gelief den te mogen beluisteren! Maar neen, het contact was verbroken. In onzen modernen tijd met zijn anders toch zoo uitstekende com municatiemiddelen leek dat wel heel iets on wezenlijks, dat wij, hoe graag wij ook wil den en hoeveel wij er ook voor over hadden, niets konden vernemen van hen. die elders waren. En wat was het niet een stormloop op de telegraaf- en postkantoren, toen alles nog heel vlug, maar voor het besef toch te langzaam het leven zich herstelde en ver broken verbindingen opnieuw tot stand kwa men. Zoo was en zoo is het leven. En hebben wii dat leven niet even in al zijn diepte ge peild. Juist toen wij zoo dicht waren bij den dood? Het zijn bange dagen geweest, die wij moesten doorworstelen, voor den een meer, voor den ander minder, doch allen waren wij er bij betrokken. Opgeschrikt uit onze betrek kelijke rust, wij, die meenden op een eiland van kalmte te wonen, werden we plotseling geworpen in den maalstroom van den moder nen krijg. We zouden deze dagen niet gaarne terugwenschen, evenmin als wij er ooit naar hebben verlangd. Maar tóch zijn ze niet voor velen onder ons tot verrijking, tot ziels- verrijking geweest? We zullen over de weken, die we gepas seerd zijn, niet spoedig uitgesproken raken. Er is een behoefte aan, een hang naar onder ling gesprek. De eenzaamheid wordt ontvlo den als een verschrikking. Tot het lezen van een boek komen wij nog niet of nauwelijks. De krant nemen wij door als een dagelijk- sohen plicht, en we zullen het blijven doen. Maar is het niet, als zijn we losgeraakt van onze ankers? We zullen dit noodig hebben gehad. Wij als Christenvrouwen mogen en moeten in dit alles de hand zien van onzen God. Dat kan ons tegelijk zoo ontzaglijk ver troosten. Dezer dagen fietsten wij langs den breeden weg van den Haag naar Rotterdam, en daar zagen wij een boerderij, die lang niet ongeschonden uit den strijd te voorschijn was gekomen. Doch op het hek lazen wij de prachtige woorden: „Wat God doet, is wel gedaan". En zie, toen wij dit juist op dfe boerderij mochten lezen, toen werd het ons zoo duidelijk, dat ons leven en ons sterven een aanvaarden is van een lot, dat soms op de schouders wordt gelegd door een hemel- schen Vader, die weet, wat wij behoeven. Was het niet zoo, dat wij op velerlei gebied ais het ware in slaap waren gevallen? Al gauw kwam over ons het gevoel, dat wij „er" waren. We leven met en naast elkaar ons leventje van eiken dag, deden ons werk in huis of daarbuiten, namen met min of meer groote belangstelling kennis van wat zich op de wereld voordeed, hadden over dit en over dat ons oordeel, en zagen zoo de zon op- en ondergaan, dag in en dag uit. Vacantieplan- nen werden beraamd, we verheugden ons over het stralende lenteweer, legden bezoek jes af, praten over de kansen om buiten den oorlog te blijven, en toen kwam daar onver wacht nog dat wat wij zoo graag van ons wilden afzetten. En zoo rees in ons de ge dachte, of niet tot verscheidenen onder ons, ook in haar persoonlijk leven, deze dagen van •en bijzondere sprake zijn geweest. Er staat ergens in den Bijbel een „wee" over de ge- rusten in Sion, dat waren dus menschen, die dachten, dat ze „er" waren, die het er verder kalm van namen, die het leven kalmpjes beleefden als een periode van rust en niet als een doorreis, als een werkplaats. Iemand, die onder ons lang een plaats van beteekenis heeft ingenomen en werkte zoo lang het dag was. heeft meer dan eens gezegd: „Wy zijn hier niet op visite", en het lijkt ons toe, dat dit een woord is, hetwelk ons in ons nieuwe bestaan wel in den geest zal komen. In het zoo gestadig voortgaande leven wer den toen eensklaps de contacten met elkaar en ook met het verleden verbroken. En de breuk is voor niet weinigen, ook onder ons. onherstelbaar geworden. Veel is er dat de aandacht vraagt, maar laat ons bij de nieuwe richting, die wij in ons bestaan inslaan en die vaak onze volle belangstelling opeischt, toch niet vergeten, dat hier en daar een leege stoel is. dat hier een vrouw is, die haar man moest missen, dat daar een moeder is, die haai zoon moest afstaan. Het leven gaat voort, en ook hierin ligt een element van vertroosting, maar in datzelfde leven rust op ons, die ge spaard bleven, den plicht van gemeenschaps zin en van toewijding. Banden werden ver broken, doch ook: banden werden hechter aaneengeknoopt. Dit laatste is voor ons geen geheim. Men kon het vooral in het begin aan aUes merken. Er was het gevoel, dat men ondergaat, als men in een groot gezelschap hetzelfde meemaakt. Menschen, die elkaar zelfs niet van gezicht kenden, spraken elkan der aan op straat, op de tram, ja waar dan ook. Er groeide een eenheid, die men tevoren dikwijls zoozeer had gemist. Zal dit zoo blij ven? Het zal wel weer minder worden, en dat behoeft ook niet te verbazen. Ieder leeft nu eenmaal in de eerste plaats zijn eigen le ven Er mag een venster worden opengewor pen, er mag iets uit iemands ziel stralen van ongekend licht, dat gaarne wordt opgevangen, wellicht zal dit niet zoo en in die mate het geval blijven. Tóch we hebben elkander in de afgeloopen dagen leeren kennen, en is dat niet een rijkdom, uit de zorg gewonnen? Een onzer grootestads-predikanten heeft hierop in een prachtig stukje de aandacht gevestigd: „Een der groote licntuunten te midden van het donker", zoo schreef hij, „is, dat we er geestelijk anders voor zijn komen te staan! Neen. daar bedoel ik niet mee. dat heel Nederland nu ineens tot God bekeerd is geworden, want dat is helaas niet het geval. Ik wil ook niet zeggen, dat de Christe nen hier te lande nu plotseling op hemel hoogte zijn gaan leven, want dat is ook zoo niet Maar dit is toch wel waar, dat de ont zettende dingen, die we meegemaakt hebben, ons om zoo te zeggen van den omtrek naar het middelpunt hebben gedreven. We heb De mooie Grot dl Pojtunua. ben allen min of meer vlak voor den dood gestaan. We hebben, omdat we in den letter lijken zin van het woord elk uur in gevaar waren, ons allen moeten realiseeren, hoe het er met ons voorstond. Er was voor ons besef nu inderdaad maar een schrede tusschen ons en den dood en zoo kwam de vrahg naar het persoonlijk bezit van het geloof in Jezus Christus ons vlak voor de voeten te liggen." Inderdaad, zoo zien wij het ook, en zoo is uit verlies winst geboren. We hebben geleerd, te bezitten als niet-bezittende, om daardoor te duidelijker oog te krijgen voor wat eeuwig heidswaarde heeft. Langs deze lijnen zullen wij ook onzen arbeid aan ons Vrouwenblad moeten zien. Ook hier waren verbroken contacten. \Ve hadden al ijverig veel copie gereed gemaakt voor de komende weken, doch de brand die ons hoofdkantoor vernietigde, heeft al die nijvere pennevruchten vernield. Vergeefsche arbeid dus? Misschien! Maar we ze'ten ons werk voort We zullen elkaar veèl te vertel len hebben, ook in ons Vrouwenblad. Het moet en kan weer worden een spreektribune voor wat wij op het hart hebben. En dat is ongetwijfeld veel. De tijden gaan niet meer langs ons heen. Er zijn allerhande voorschriften, waarmede wij in ons huishou delijk leventje te maken hebben. En de neer slag hiervan zal natuurlijk in ons Vrouwen blad zijn terug te vinden. Aan contact met de lezeressen heeft het nimmer ontbroken. Welnu, dat contact wordt hiermede hersteld. Op geregelde perioden hernieuwen wij het gesprek. En dan, er zijn vooral nu adviezen uit te reiken. Is er een lezeres, die meent, de anderen met raad en daad ter zijde te kunnen staan, zij zende in wat zij meent dat nuttig kan zijn. Het blijft uiteraard aan de redactie ter beoordeeling. of zij deze inzendingen kan opnemen en zoo ja hoe. Maar van de wenken zal in elk geval een dankbaar gebruik worden gemaakt, want nog altijd weten twee of drie of honderd heel wat meer dan één. We hopen gaarne, dat zoo weer een band wordt gelegd om al onze lezeressen, als leden van het groote gezin, dat zich één weet om het Christelijk dagblad. Werkmaterialen, waarin huisvrouwen belang stellen Aluminium, dat een groote plaats in de keuken inneemt, is zeer gevoelig voor stooten, aangezien het een zacht materiaal is. Aan te bevelen is dan ook om steeds goede kwaliteit te nemen, daar deze meer weerstand biedt. Scherpe poetsmiddelen moeten vermeden worden, aangezien zij krassen geven en het metaal dof maken. Soda wordt nimmer ge bruikt voor het schoonmaken van aluminium pannen, doch een zacht zeepsop daarentegen is zeer geschikt en houdt dit metaal blank en glimmend. Er zijn bepaalde preparaten voor het onderhoud van aluminium in den handel, die in de practijk uitstekend blijken te voldoen. Bij een goede behandeling en doelmatige reiniging is aluminium een metaal, dat zeer duurzaam is. Ijzer is onderhevig aan chemi sche invloeden en roest gauw. Stalen messen. Ach 'k Wist een struikske blommen staan, zesse stonden ze in knopen; 't had ze geren zien open gaan, enze gingen open. "k Wist een bloeiend struikske staan, 't droeg zes blinkende blommen; 'k ging ze 's morgens bezoeken zaan, 't ging er 's avonds weeromme. „Moeder, kijk, mijn blomkens kleen, moeder, zie hoe ze lonken!" Zei de moeder „Geeft mij een!" 't Heb heur eentje geschonken. 'k Wist eene moeder, zij had nen keei ook zes bloeiende knopen, staande te zamen, iong en teer, en nog nauwlijks open. God in zijn aanbidlijkheid. kwam heur eentje te vragen: en zij gaf het Hem. weende en zeid' „Ach!" 'k en hoorde geen klagen. GUIDO GEZELLE. die niet roestvrij zijn, kleuren vooral door zuren donker. Roestvrij en verchroomde voorwerpen, zooals messen, en verschillend keukengerei geven een groote besparing van werk. Email is een met een soort glasachtige laag overtrokken ijzer en zeer gevoelig voor stooten en sterke temperatuurswisselingen. Verkeerd is het, pannen, die aangezet zijn, uit te krassen, evenals het vullen van warme pannen met koud water, waardoor barstjes in het email ontstaan, die later aanleiding geven tot het afspringen van schilvers. Reini ging met schuurzand is te vermijden. Aan gezette pannen worden gevuld met een weinig water, waaraan zout of soda is toegevoegd, geweekt en met een pannenlap schoon gemaakt. De buitenbodem kan van tijd tot tijd met een scherp schuurmiddel worden schoongemaakt Vuurvaste geglazuurde schalen hebben geen onbeperkten levensduur, zooals veelal gedacht wordt. Zij mogen niet onmiddellijk met het vuur in aanraking komen, doch worden op een asbestplaatje gezet, terwijl de vlam laag gesteld wordt. Sterke tempera tuurswisselingen zijn te vermijden, na het bakken in den oven niet in koud water zetten en ook geen zeer koude vormen in heeten oven plaatsen. Houten keukenvoorwerpen moeten ver schillend behandeld worden. Eikenhout leent zich voor hak- en vleesch planken, evenals voor allerlei keukengerei, dat krachtig be werkt wordt. Voor gebruiksartikelen, die men gaarne blank houdt, leent zich ahorn, doch ook populier en beuken worden aangewend voor het maken van lepels e.a. artikelen. Houten keukenvoorwerpen moeten vlug en ln heet water gereinigd worden, terwijl houten afwaschteilen niet op een te warme plaats bewaard moeten worden, aangezien zij onderhevig zijn aan krimpen en uitzetten. Koperen gebruiksartikelen ziet men nog slechts zelden in de keuken, in tegenstelling met vroegeren tijd. Men kan in koperen pannen geen etensresten laten staan, terwijl zij zich evenmin leenen om droge ingre diënten in te bewaren. Vertind of vernikkeld koper is evenwel niet schadelijk voor de gezondheid, doch het komt in een huisgezin sporadisch voor, aangezien de technische wetenschap materialen in den handel heeft gebracht, die onschadelijk zijn en aan hooge eischen voldoen. Koper vereischt veel onderhoud, aangezien het spoedig oxydeert. Nikkel is een metaal, dat zich uitstekend leent voor verschillende huishoudelijke artikelen en het heeft het groote voordeel, dat het weinig onderhoud vereischt Men spoelt het af met kokend water en wrijft het met een wollen doek na. Poetsmiddelen zijn zelden noodig. Dure huwelijken Hier en daar bestaat nog de oude gewoonte, dat een jongeman slechts mag huwen als hij zijn toekomstige echtgenoote heeft „gekocht" D' kan wel eens tot moeilijkheden aanlei ding geven, zooals in een Zuid-Servische provincie. De gangbare prijs was daar 5000 dinar, een heel bedrag, en het simpele maar harde gevolg was, dat gedurende twee iaaT geen enkel huwelijk werd gesloten. Het be hoeft niet te verbazen, dat zoowel de jongens als de meisjes op verlaging van dezen hoogen prijs aandrongen! Nieuws van den vingerhoed Merkwaardig is het soms, hoe weinig wij afweten van dingen, die we meermalen dagelijks in of aan de hand nebben Zoo ook staat het met den vingerhoed, dat onmisbare voorwerp in onze naaidoos. Niet velen zullen weten, dat de vingerhoed al meer dan 250 jaar oud is. Een goudsmid in ons land heefi hem in 1684 ontdekt! De goudsmid luisterde naar den naam van Nikolaas van Bunschoten. De eerste dame, ^ie het ding gebruikte, zou Reusselaer hebben geheeten Zij bleef in haar bezit niet lang alleen, want haar vriendinner openden als het ware een stormloop op Nikolaas van Bunschoten, die in twee weken tijds niet mindeT dan non derd opdrachten kreeg. Intusschen wordl aan onzen goudsmid tiet recht en de eer van den ontdekker te zyn nog al eens betwist En geen wondei wan' ook uit China kwamen 'vroeg reeds Drachtige vingerhoeden, uit iade pn uit voor gesnedc in den vorm van lotosbloemei en zooals me weet, is de Chineesche cultuui Heel oud FV feit is het echter dat wij in on/e «treken vingerhoed aan van Bunschoten danken. ZUINIGHEID MET VLIJT In de eene periode denkt men meer aan bezuinigen dan in de andere. En het lijkt ons goed toe, wanneer men, ook in onzen tijd, meer over bezuinigen denkt dan erover spreekt. Het is voor het huiselijk leven niet zoo aan genaam, als er steeds wordt gesproken over posten, waar wel iets af kan, over inkrimpingen op dit en op dat. Een goede huisvrouw zal er naar streven, een en ander zoo onopvallend als maar mogelijk is te doen geschieden. Maar intusschen de wenschelijk- heid doet zich voor, en met die wen- schelijkheid Voor oogen zullen wij in deze weken verschillende wenken op nemen, waarbij onze lezeressen wellicht gebaat zullen zijn, zooals wij ook gaarne geschikte adviezen, die wij uit haar kring ontvangen, willen door geven. Onze eerste groep heeft betrekking op de voeding. Als de gezinsleden goede magen heb ben, is het nu de juiste tijd, vele groen ten rauw te gebruiken. Men bedenke echter wel, dat dit rauw-eten natuurlijk niet kan geschieden in die streken, waar gewaarschuwd wordt tegen typhus- gevaar by ongekookt consumeeren. Het rauw-eten brengt enkele voordeelen met zich. In de eerste plaats heeft men zoo een aanmerkelijk kleinere hoeveel heid noodig. En in de tweede plaats wordt op deze wijze brandstof gespaard. Verder: heeft U al eens aardappelen in de schil gekookt? Wanneer ze goed afgeborsteld zijn. staat U verbaasd er over, dat die schil zoo dun en licht is. Velen vinden het niet prettig, zelf aan tafel de schil er af te moeten halen. Doch in dat geval doet de huisvrouw het vlak voordat zij het eten opdient even in de keuken. Is het gezin groot, ja, dan moet ieder toch maar eventjes zijn eigen portie aan den disch verzor gen! Als er geen grootere euvelen over wonnen moeten wordenEn boven dien, sommige soorten aardappelen kun nen zelf goed met de schil gegeten worden. Wanneer het middagmaal uit stamppot bestaat, kan men vrijwel steeds in de schil gekookte aardappe len verwerken. Op deze wijze heeft men een vierde tot een derde deel minder noodig dan de normale hoeveelheid. Bij groenten, die erg slinken onder het gaar worden, zooals b.v. bij spinazie en postelein, doet men goed, ongeveer een derde gedeelte achter te houden en dit zeer fijn te hakken. Even voor het opdoen voege men het rauwe gedeelte bij het gekookte, zoodat alles goed warm ter tafel komt. Men bemerkt bij het eten van deze veranderde bereidings wijze al heel weinig. Een volgend maal eens iets anders! Van ouders en kinderen Het is een bekend feit, dat kinderen op ver schillenden leeftijd nogal verschillend oor- deelen over hun ouders. Er kan in zulk een oordeel een merkwaardige kringloop zijn, van lof naar afkeuring en van afkeuring naar lof. Iemand heeft dat eens op de volgende wijze omschreven: Een zoon van omstreeks 9 jaar zegt: „Mijn ouders zijn buitengewoon. Zij weten en begrij pen alles". Een zoon van 15 jaar zegt: „Heelemaal feil loos zijn zij niet en zij weten ook niet alles". Twee jaar later wordt de meening nog wat ongunstiger. Hoor wat de 17-jarige zegt: „MijD ouders gelooven altijd, dat zij gelijk hebben. Feitelijk weten zij al heel weinig van dat gene, wat ik nu al weet". Maar als hij tweemaal zoo oud is, is de keer allang gekomen. Immers, de zoon van 35 jaar bekent: „Als ik heel eerlijk moet zijn, hadden mijn ouders toch in vele dingen gelijk". En het oordeel wordt steeds milder. Latei) we luisteren naar een zoon van 60 jaar: „Wan neer ik terugdenk, dan waren mijn ouders voortreffelijk. Zij hadden het hart op de rechte plaats en wisten altijd het juiste op het goede oogenblik te doen". Het is wel merkwaardig, dat men soms een heel leven moet leven, om achter een waar heid te komen, die men als kind reeds wist: In dit alles ligt wel een les besloten, zoowel voor de opvoeders, namelijk om zich niet ter stond door een felle uitspraak te laten ont moedigen, als voor hen, die opgevoed wor den, namelijk om voorzichtig te zijn met het uitflappen van een of andere opinie. Nog altijd geldt het woord van Paulus: „Gy kinderen, zijt uw ouders gehoorzaam in den Heere; want dat is recht. Eert uw vader en moeder, (hetwelk het eerste gebod is met een belofte), opdat het u wel ga en dat gij lang leeft op de aarde. En gij vaders (en moeders), verwekt uw kinderen niet tot toorn, maar voedt ze op in de leering en vermaning des Heeren". En ook tot ons schrijft Johannes: „Ik schrijf u, kinderkens! want de zonden zijn u ver geven om Zijns Naams wil. Ik schrijf u vaders! (en moeders) wanl gij hebt Hem ge kend, Die van den beginne is" En: „De wereld gaat voorbij en haar begeerlijkheid, maar die deD wil Gods doet, blijft in der eeuwigheid" HOEVEEL IS EEN MILLIARD? Voor groote cijfers ts er. nu groote gebeurte nissen het wereldgebeuren doorkruisen wet be langstelling. Wat ts eeD milliard? Och. duizeno millioen, niet waai en daarmede ts het gezegd Ook begrepen? Als iemand in eeD minuut tot 200 kan tellen, zal hij bijna 10 iaar dag en nachi moeten doortellen om net tot een milliard te brengen Als men een milliard gouden tientje» nad, zouden deze tezamen een gouden staat van ongeveei 7500 km lengte vormen De hoogste oerg dei wereld de Mount Everest is 884( metei hoog die gouden "taal zou dus 848 maal zoo hoog zijn En P -naai langer dan de afstand Berlijn—Parij6 (853 km.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1940 | | pagina 8