nze positie in een nieuwen tijd
breuk in de coalitie definitief?
>lijn spreekt o.
^an het Centr<
der A. R
*DEBG>AG 28 OCTOBER 1939
TWEEDE BLAD PAG. s
11
1 woord van
1 protest
leedwezen moet aan het
verslag van het Céntralcn
U.R. Partij een woord van ern-
voorafgaan tegen de handel-
rjdactip van De Standaard.
Www>litieke belangrijkheid van de
ve?<JColijn was aan de pers, dio
il Comité aangesloten is, ver-
jjna gelijkluidend verslag te
sanctie van den spreker ver-
>bcn, zou het Kuyperhuis voor
Sing zorgen en het verslag
n toezenden voor gelijktijdige
g was moeilijk uitvoerbaar,
ook doordat Dr Co lijn even
fade ring aan de journaliste
't hij den avond tevoren de
loei- op schrift had gesteld en
litspreken ter beschikking zou
iren nu ukkelijk Wees Dr Colijn er de
keerde r dat zij dus vooi 't groots m
t"hij J.' koaden lall!n rusten, voor.
I* pj 'Js st€ldi6 op nauwkeurige
de I
ven^'edde' Toen om één uur de
ga werd in tegenwoordigheid van
het «sproken, dat op een bureau
m X doorsIaPen 8®maakt zouden
fe dan om circa 4 uur ter ver-
CHTE!"
kwamen de doorslagen in-
n werd °P verzoek \an Dr
d vanfc kleine correctie aangebracht,
1 groote beteekenis achtte.
Tijdens de lunch na de ochtend-hij-
eenkoms. Van links naar rechts Dr
C. van Dijk. Dr H. Colijn. Mr
J. A. de Wilde en Dr K. Dijk.
ïener „Nieuwe Ecwiomie" te ivaardeeren.
'terwijl van onzen kan:, ztj het in veel ge
ringer mate, bij de Rooniscr.cn wel eens mo-
lieven ondersteld zijn, die van gelijke waar-
i' moeten weiden geacht. Van die opper
vlakkigheid zal men zich moeten vrijmaken.
Hoe zuiverder men de verhoudingen ziet hoe
..eter men de grenzen van het mogelijke "n
kan h;*t onmogelijke in liet oog kan houden.
De eer de opmerking die ik dan maak is
deze, dat d<- 'gensttilmg R.K.— A.R. niet van
dezei#zomer of van de la&tste ji ren dagtee-
'Trent, maar in haar wezen eigen li ik een zeer
duurzaam karakter draagt. Ze komt vit in
vde tegenstelling R.K.—Calvinisme, het be-
1 grip Calvinist nemende niet in confessio
nele in, maar in de zin van oorsprong en
aard der Reformatie in de Nederlanden. Ze
komt uit in de beschouwing onzer vader-
landsche hi6torie. Er is dan ook aan Protes-
tantsche kant altijd door een duidelijk be
sef gebleven van de tegenstellingen, ook bij
den vader der Coalitie. Kuyper schreef ia
Ons Program van de R.K.:
„We waren nooit een, we zijn het nief en
zullen hi't nooit worden en doen zich soms
al gevoelens voor, waarin we met Rome
tegen de Revolutie zouden kiezen, er zijn er
andere, en van niet minder aanbelang,
waarin we even beslist tegen Rome veeleer
aan het Liberalisme onze sympathie zouden
gunnen".
En Lobman, die aan de rechtsch-ï coalitie
zijn krachtigen steun g-f, heeft tegen hat
einde van zijn leven heek series van artike
len in De Nederlander gewijd aan de bestrij
ding van de R.K. politiek. Ook van R.K.
zijde is de diepere tegenstelling niet over
het hoofd'gezb a. In eer. in 1935 verschenen
werk van Pr Cornelissen wordt gewezen c.p
het v-ïrschil in opvatting bij A.R. inzake het
vraagstuk van de verhouding tusechen G c-
z a g c n V r ij h e i d, terwijl ook de verschil
lende opvattingen over maatschappelijke
ordening, over de verhouding van nation a-
lismo en internationalisme en van kerk én
staat, zijn aandacht niet ontsnapten.
Do stof voor het ontstaan van acute tegen
stellingen was dus altijd latent aanwezig.
\taar óf die tegenstellingen tot uiting zou
den komen, hing af van de vraag wanneer
zij bi1 tien de sl'eer der practische st&at-
1 nnde zouden treden. Dit nu was de laat-
taren meer en meer het geval geworden.
verwarringen op fin indeel en ecoao-
h terrein hebben eer. stroom van ge-
li ften het li-Jit doen zien, waarin allerlei
miu leien soms zeer zonderlinge werden
.v woerd om de verloren welvaart te her-
..'ïnnen. Uit c bajert van gedachten is
teus.o e i-ns te oorschijn gekomen dat zich
u«ndiem „dc Nieuwe Economie", die zich
mot het n .at kenmerkt Goor het terzijde
steilen van op eeuwenoude ervaring opge-
i r vde waarheden. In de sfeer van strijd
ti:hen voorstand;ra van dio nieuwe op
vattingen en hen die het met de oude waar
heden hielden, groeiden van lieverlede de
i'jgfmt-'tellingen tusschen h.K. en A.R. Van
K'33 af kan men dit .-.poer duidelijk volgen,
"""•■"i.'ir !e,i4de dit.
hooger zou zijn dan die voor 1939. Het resul-
taat van het overleg vindt men in de he-1
grooting voor 1939 en de memorie van ant
oord-
In die staatsstukken zegt het Kabinet,
dat met het vooropgezette beginsel rekening
zal gehouden worden
Op dit punt is echter geen overeenstem
ing gekregen; daarom is eerst de heer de
Wilde alge treden en daarna heeft ook Dr.
Colijn zijn besluit genomen om niet langer
aan het bewind te blijven en liet Kabinet
moest daarom zijn ontslag nemen.
Men mot! nu niet alleen kijken naar bet
'rij kleine bedrag, dat tot hei acute verschil
aanleiding gaf; men dient ook te rekenen
met de groote credieten» welke gevraagd
werden. De begrooting van 1940 moest dan
ook sterk besnoeid worden, om niet grooter
tekort te krijgen, daa na de nieuwe belas-
tingverhoogiiig zou blijven bestaan. Voor
1941 zou de positie immers nog ongunstiger
worden, alleen reeds door de nieuwe stor
ting van circa 30 mlllioen in de Sociale
Fondsen.
Had men dan niet eenige tientallen mil-
lioenen meer kunnen leenenY
Wie dat vraagt onderschat geheel het ran-
reele element in deze dingen. Wie één meter
van e:n afgrond af staat, moet halt houden.
Terugkeer is dan noodzakelijk.
De financiën zijn geen onnoozele .reken
som; het is ook een zedelijk vraagstuk Men
leze er Dr. Kuyper in „Ons Program" maar
op na. Er is een band tusschcn verleden en
heden. Wie den Staat geld leent, moet op
terugbetaling kunnen rekenen. Het komende
geslacht mag niet met te groote 3Chuld wor
den belaft. Wie dat vergeet, voert geen ver
antwoordelijke politiek.
Dit is -de aanleiding tot de breuk
Geringe kans op keeling
Zal die breuk blijvend zijn of is er kans
op heeling? De samenwerking der rechtsche
groepen gaf veel zegen; hoewel zonder me
dewerking der linkerzijde de schoolstrijd
niet zou geëindigd zijn; terwijl speciaal anli-
rev. verlangens onder rechtsche Kabinetten
niet werden ingewilligd; en ten slotte was
gedurig hapering in de samenwerking,
welke in 1923 en 1025 zelfs tot Kabinetscrisis
leidde. Ook in 1935 richtte zich de R.K. oppo
sitie in het bijzonder tegen den anti rev. lei-
van het Kabinet cn de overgrootc meer
derheid der R.K. pers liet zich niet onbe
tuigd.
Het recht tot critiek bleef; maar het ver
schil van opvatting bleek dan toch maar
duidelijk. De coalitiehad zien reeds
nkele juren overleefd; herleving
pnder andere tijdsomstandigheden is na-
•tuurlijk mogelijk; bijv. als ons groote gees
telijke gevaren bedreigen.
Afgezien daarvan mag men op herstel
niet spoedig rekenen, 't Is niet alleen een
zaak van willen, maar ook van kunnen;
merkte de. heer Schouten terecht op in
.Tweede Kamer.
Wat zal onze politieke positie nu zijn?
Het behoort raiet tot het wezen een-ïr poli
tieke partij, dat zij door partijgenooten in
het Kabinet vertegenwoordigd is.
Haar taak is controle en verdediging der
volksbelangen bij de regeering. Als m- r. geen
deel aan het bev'iyl heeft, is er meer kans
op objectiviteit dan arm Daarom treure
over het feit, dat .vij orloopig
wel aan den kant van den weg zuïién slaan.
Wij zijn volkomen content met cl-: natuur
lijke zaak, die aan onze grc-_; in de volks
vertegenwoordiging thans is t clx eld.
op ook he?l wein'g kans na de „ernstige!
mi--.'reep" van D: Deckers en zijn helpers.]
Op oen aan aardbaar program rnag men I
sindsdien nic-t h-j-n; want menigeen wil
geen rekening houden met de onaongenarne
en nuchtere feiten.
Uit alles volgt, dat wij voorloopig op be
stendiging v .o de tegenwoordige verhoudin
gen moeten rekenen.
Een terugkeer van (ie combinatie 1933'37
is door de samenstelling van het huidige
Kabin.H niet meer te verwachten. Wanneer
ik gewaag van een aanvaardbaar program
dan droom ik natuurlijk niet van een A.R.-
program een dwaze gedachte voor een
partij, die normaal op niet meer dan 1/7 van
het aantal zetels in de Kamer rekenen mag;
maar we moeien v. el den eisch stellen, dat
een program rekening houdt met nuchtere
hoewel vaak onplezierige feiten, en daaraan
de voorkeur geven boven liefelijke maar on
wezenlijke veronderstellingen.
Voorlichting van ons volk
Dit alles leidt mij tot de opvatting, dat
-ve. onder de gewijzigde politieke verhou-
dngen, onze taak vooral zullen moeten
zoeken in stevige voorlichting van ons
volk. Indien het juist is en dat gelooven
we toch, dat onze richting zich aansluit bij
den grondtoon van ons volkskarakter, dan
moet het mogelijk zijn een nog grooter
deel van ons volk te overtuigen van de
juistheid van onze p-actisch-staatkundige
inzichten. Staande in het geloof, dat wij
in dien arbeid voor land en volk ten zegen
kunnen zijn, niet minder dan wanneer wij
een plaats achter de Regeeringstafel in
nemen, kunnen we ook daarin biddend
werkzaam zijn, vertrouwend dat de Le
vensbron, waaraan we onze innerlijke
kracht ontleenen, ook den bijstand niet
onthouden zal waarom biddend gevraagd
werd. Wanneer het Soli Deo Gloria ook
bij dit werk ons primura mobile is, zal die
bede niet onverhoord blijven.
Een woord van Schouten
Voor de pauzi
beyin-V
t -o:-Vboon»n 1
«tuVj; Xrp1>n
r I 1 «0.
?,r. J - 3
dat hij de leiding
der partij weer
op zich kon ne-
m m. Mei de strek
king van zijn be
toog is hij het volkomen eens, maar
over hei meedoen der sociaal-demoeraten
aan de regeering sprak.Dr Galijn in oen an
dere toon dan Spr. het in de Kamer deed.
Principieel verschil is er niet, maar hij
hoopt, dat de voorzitter in de middagverga
dering zijn opvatting nader zal preciseeren.
Er dient vooral nadruk op gelegd te wor
den, dat de sociaal-demoeraten niet na het
begin van den oorlog, maar op 27 Juli in de
regeering zijn opgenomen.
Dat is van ceteekenis.
tliema wordt gepauzeerd.
tijen, die het neutraliteitsbeginsel verwaar*
Het is wel tragisch, zoo betoogde eer an
der, dat juist in deze dagen door de breuk
der coalitie- de Christelijke beginselen niet
rschtstrecks op het staatsbest!mr kunnen in
werken. Moet op samenwerking met R.K. en
C.H. om dio reden oiet steecL- worden aan-i
gestuurd?
De vrijzinnigheid vindt het niet onaardig,
wanneer onzerzijds erkend wordt, dat prak
tische samenwerking met de R.K. vrijwel
onmogelijk is. In R.K. kringen wordt nog
steeds groote sympathie gevoeld voor de A.R
partij, dat blijkt gedurig in de pers.
Gewezen werd ook op de hatelijke artike
len van Mr Marchant in de „Maas.bode".
In 1933 kregen we de hreede basis, da
coalitie had zich ov?rleefd. In 1937 drongen
dc R.K. op een smalle basis aan. Die eisch
werd ingewilligd; maar velen vroegen zich
af of de R.K. niel te hoog m don boom klom
men? Was het noodig, dat Mr de Wilds
heen ging in plaats van Dr Rorome. De R.K.
schenen de redders van het vaderland te
zijn. De heer Steenberghe b.v. had voorzien,
dat het reserveeren van granen noodzakelijk
was. Is dat billijk?
Ten slotte werd gei waarom het
vijfde Kabinet-Colijr. -< i paar onbegrij-
Pbelijke desiderata r-.?
Hulde werd gebrar aan Dr Colijn dat hij
na het heengaan van minister de Wilde nog
aan het bewind 1- eef en na een breuk nog
probeerde door een noodsprong de situatie
te redden. Maar geldt misschien van Dr de
Geer ook, dat hij een noodsprong deed om
do weermacht zóó sterk te maken als moge
lijk is?
Een persoonlijk woord
van Mr De Wilde
Mr dc W i 1 d e voegde aan het gespro
kene nog toe. dat tuschen hem en Dr
Colijn op geen enkel punt verschil van
mcening bestond. Maar spr. zag aanko
men. dat de begrooting van 1940 niet be-,
neden die van 1939 zou blijven, zooals af
gesproken was; hij hoopte nochtans, dat
Dr Colijn zou bereiken, wat hem niet ge
lukte. Maar dat was niet het geval. D.. •>-
op is gevolgd het aftreden van het vierde
Kabinet-Colijn. Men mag echter in het
land wel weten, dat het juist Dr Colijn
was, die gezorgd heeft voor de provian-
deering van ons volk. Alle ministers heb
ben daaraan meegewerkt en ook de minis
ter van Financiën stond steeds op het
standpunt, dat daarvoor gelden beschik
baar moesten zijn.
Spr. heeft met genoegen de millioenennots
en de memorie van antwoord gelezen: Tolijn
en de Wilde hadden er gaarne hun hamit.ee--
kening onder gezet. Door rancune zullen we
ons niet mogen laten leiden; maar ook an
dere groepen zullen erkennen, dat de iinaiv.
cieele politiek der anti-rev. ministers de
juiste is geweest.
Op onze kleine partij rust nu de roeping
oiet alleen de financie maar ook de mo-
reele weerstand van ons te verhoogen.
Antwoord van Dr Colijn
Dr Colijn wenscht geen enkele ran nine en
erkent de geestelijke verwantschap tusschen
ons en de C.H. oei R.K. partijen M:ui moet
echter niet aileen aan het verleden, maan
ook aan bc heden danken. En dan staan dc
R.K. vaak tegenover ons.
Over de Ghr. Hist partij kon spr. zwijgen;
bij het conflict was deze groep volkomen
homogeen met de A.R. ministers.
Met de soc. dem. moet mod uiterst voor
zlchtig zijn en vooral alwach n of zij in dc
toekomst weerstand kunneu bieden tegen
revolutionaire schokken. dat wel hel ge
val, dan verdient het a. -cilng om to
overwegen of we onze houding kunnen her
zien. Op hen kan mep helaas niet bonwen
als het op oezagshandhaving aankomt
De samenwerking met de vrijzinnigen in
-li'V i;.;.
-ij KVrKM'. i
i Dr H. Cólijrt tijdens zijn rede. Geheel rechts oud-minister Mr J. A. de Wilde.
Wij zijn geen oppositie, maar wij staan
apart met onze eigen taak. Intus.rbcn taan
wij ook weer niet buiten de werkelijkheden
van het leven maar houden rekening met d<-
belaalgen van bet land. En die belangen
kunnen dwingend nopen tot deelneming aan
een bewind, met tarzijdestclling van alle
bezwaren daartegen. Wij oordeelen sinds
ook voor ons land oorlogsgevaar aanwezig
is geenszins de samenstelling van het zit
tend Kabinet. Ons bezwaar, dat leidde tot
afwijzing van aangeboden portefeuilles was
niet gelegen in de voorgenomen compositie
van het Kabinet, maar in de omstandigheid
dat vooraf niet de formatie beproefd was,
die naar onze meening uit de parlementaire
verantwoordelijkh ïdeii met strikte noodwen
digheid voortvloeide. Maar en dit au ten
betooge dat we geen „starre" dogmatici zijn
indien de toestanden in de wereld ons
land zouden plaatsen voor nog veel ernstiger
moeilijkheden dan kunnen de omstandighe
den ons nopen tot deelneming aan de regee
ring; we willen dan zelfs dienst doen als
„houthakkers en water putters".
Een minderheidskabinet uit „stijve, starre
anti-revolutionairen" er in, heeft geen kans.
Ook samenwerking met de S.D.A.P. a 1 s
groep lokt ons niri aan; eerst zal moeten
blijken, hoe de socialisten reageeren op de
schokken, welke na. deze wereldoorlog zul
len volgen. Blijft alleen de mogelijkheid
van een Kabinet als in 1933; voorkeur daar
voor io niet h veroordeelcn, omdat die sa
menstelling minder moeilijkheden gaf dan
andere formaties. Daarom trad ook het vijf-
de Kabinet-Golijn in die vorm op, toen drie
R.K. candidal s
weigerden. Echter is hier-j
MIDDAGVERGADERING
Discussie over het referaat-Col [in
De middagvergadering werd gepresideerd
door Mr J. A. d e Wild e, vice-voorzitter,
van het Centraal Comité.
Als o aar gewoonte noemen we geen na
men van oersonen of plaatsen maarj)ren- a
slechts de meest besproken punten naar
voren.
Onderscheiden sprekers betoogden, dat de
anti-rev. ministeic in de Tweede Kamer op
smadelijke wijze op zij zijn geschoven. Ook
kwam de houding dei Chr. Kist. voorman
nen ter sprake, waarover Dr Colijn geen
woord had gezegd. Wij dringen steeds op
eenheid aan, maar het. is n de propaganda
...o moeilijk om altijd to zwijgen over de ge
schilpunten, welke van die zijde, vaak naar
voren worden geschoven.
Ook minister de Geer wandelt vaak in
raadselen op aard.
Dat de sociaal-demoëraten hun revolutio
nair sentiment niet verloochenen, stond voor
vele sprekers vast; samenwerking met hen
blijft onmogelijk. Zij gaan door met het on
dermijnen van het gezag en hun propaganda
onder de militairen levekt gevaren op. En
ho3 moeten we niet de liberalen aan. die uit
hetzelfde revolutionaire beginsel zijn.
Was het misschien hij de Kabinete-kwestie
er misschien om te doen één persoon weg te
krijgen en streven de R.K. er naar: om de
leiding te nemen. Moetr-n we op deze dingen
in onze propaganda betrokken?
Gevraagd werd of er thans reden is om
oen Godsvrede te bevorderen? En hoe moet
onze houding zijn tegenover de twee par-
v.Ttegeiiwoordivpng niet de lastgever
vym de regeering z-ouis niet alleen vrij
zinnigen, maar ooi- k.K. vaa r no rc :1
zijn. Wij zeggen, daarer/-: i bet .5 dc
Kroon, die opdracht geeft vo- de vor
ming van een Kabinet en de format iu be
hoort zelf een program te maken, dat al-.,
lereerst aan de Kroon wordt voorgele ad. Sa
Op dat program vraagt de formateur me
dewerking, maar hij wacht niet af. wat dc
partijèn in het program willen schrijven.
Bij de vorming van het vijfde. Kabinet is
wel aan do R.K. om medewerking gevraagd',
maar men weigerde op grond, dat de voor
stellen vaai Mr Romme niet gehandhaafd
werden.
Thans is d ichter evenmin
het ge va' r -kond R.K. wel
m ee.
Overigens ie mannen,
maar op de n:c ,i 1937 },aj
Dr Colijn g op de- -gen weg
willen voor - en <te n .i.m 1 1 .mfi be
wezen, dat gelijk had.
Zie verder slot op bh. 10