Martin Niemöller, wie hij is en
wat hij belijdt
WOENSDAG ii JANUARI 1939
De Wereldzendingsconferentie
te Madras
Een totaalindruk van wat er
in 17 dagen is gebeurd
Er moet zoo spoedig mogelijk
in Indië een Nationale
Christenraad komen
werd de Voorzitter
Ds D Cr0mm e 1 in, Nederlandse.. 0e-
vaardigde op de wereldzendingsconferentie
te Tambaram, schrijft ons per vliegmail
uit Britsch-Indië het volgende:
De conferentie van Tambaram ligt achter
ons en het is nu het oogeniblik, om, althans
voorloopig een totaal-indruk te geven van
hetgeen ons daar gedurende 17 dagen heeft
bezig gehouden. De laatste halve week, van
af 26 December was wel de zwaarste: aller
eerst voor den voorzitter met zijn staf, maar
dan ook voor de deelnemers in 't algemeen,
die de 16 rapporten der secties, plus nog die
van een zevental speciale groepen binnen
eenige dagen te lezen kregen, en bovendien
-nog in de reeks slotzittingen de discussies
daarover hadden te voeren of bij te wonen.
Het is hier wel de plaats om een en ander
te zeggen over Dr John R. Mott, den 74-
jarigen voorzitter van den Internationalen
Zendingsraad, die
wederom 't maxi
mum van z'n kun
nen en kennen in
deze dagen heeft
gepresteerd; op de
dagen Maandag,
Dinsdag en des
Woensdags, was
de leiding van 't
geheel in zijn han
den. Vanaf 8.15 tot
12 uur, van 16.30
tot 18 uur en dan
wederom van 19.30
tot 21.30 werden
de plenaire zit-
tingen gehouden
en daartusschen i:
dan nog in beslag genomen door tal van
detailbesprekingen of aangelegenheden van
vertrouwelijken aard, die vooral door de
delicate verhoudingen op internatio
naal gebied nu meer dan ooit te voren
noodig waren en waarvan uit den aard der
zaak slechts hier en daar een of ander werd
[vernomen.
De ingewijden weten echter, dat niet het
ininst op dit gebied de groote gaven van
dr Mott liggen, zoodat 't dan ook vooral aan
hem te danken was, dat tenslotte alle sectie
rapporten mlet nagenoeg algemieene stem
men konden worden aanvaard.
Het werd dan ook in die laatste dagen
fileer dan ooit duidelijk, dat zijn leiding een
zeer effectieve is, en dat hij die gedurende
die lange en vermoeiende zittingen ook geen
©ogenblik liet glippen, maar voortdurend
ten volle in actie was, zoowel om te zorgen,
dat geen spreker den toegemeten tijd van
5, later van 4 en 3 minuten overschreed, en
elk rapport binnen den daarvoor gestelden
tijd werd afgewerkt, maar ook om er voor
te waken, dat er geen onverzoenlijke tegen
stellingen omtrent een of ander onderwerp
ontstonden. Zoodra gevaar daarvoor dreigde,
werd het debat afgebroken en het bewuste
rapport naar de commissie van redactie
teruggezonden, om, gebruikmakende van het
geen in de discussie naar voren was ge
bracht, een meer bevredigende formuleering
te vinden, wat dan ook zonder uitzondering
gelukte.
De centrale gedachte
De centrale gedachte, die de conferentie
béheerschte, was de beteekenis van de kerk
en dan de kerk als oecumenisch
lichaam. De eenheid der kerk kreeg dan
ook telkens den vollen nadruk, en al was
men zich bewust, dat dit in de praktijk door
de historische ontwikkeling, die elke kerk-
formatie nu eenmaal heeft doorgemaakt, nog
niet zoo gemakkelijk in daden is om te zet
ten, er is toch ook in dit opzicht zeer be
slist vooruitgang op te' merken. Zeer duide
lijk sprak dit uit de meer tegemoetkomende
houding der Anglikanen, waarin sedert de
conferentie van Jeruzalem in 1928 veel ver
anderd is. Trouwens het zendingsveld zelf,
of liever: de jongere kerken geven op dit
gebied een goed voorbeeld. Juist In Zuid-
Indië is de vereeniging van verschillende
kerken sedert een aantal jaren reeds een
feit geworden: de inheemsche kerken, die
uit de zending van Presbyterianen en Con-
gregationalisten voortkwamen zijn vereenigd
tot de South India United Church, en nu
zijn onderhandelingen gaande om te berei
ken, dat ook de Anglikanen en de Metho
disten zich daarbij aansluiten. Gedurende
de conferentie werd over dit plan een druk
bezochte vergadering gehouden, waarin ver
tegenwoordigers der verschillende betrokken
kerken van hun groote sympathie daarvoor
lieten blijken. Het wachten is nu, wat de
Anglikanen betreft, op de volgende Lam
beth-Conference om voor de toetreding van
hun kerk de sanctie der vereenigde bis
schoppen te verwerven.
De Kerk moet Evangeliseeren
Een tweede belangrijke gedachte was
deze, dat die kerk veöl meer dan nu veelal
hot geval is, evangeliseerend moet optreden
en haar leden persoonlijk aan het
werk zetten. In dit opzicht geven ook weer
de jongere kerken een dikwijls beschamend
voorbereid aan die oudere, terwijl toch ieder
het er over eens is, dat er in de landen
der oudere keuken evenveel aanleiding
bestaat tot getuigenis naar buiten in de
steeds meer ontkerstende maatschappij ah
dit in de zoogenaamde niet-Ohristelijke
landen het geval is.
Trouwens heit is ook teekenend
voor den geest der besprekingen, diat
m.n zich ernstig af ging
vragen of er nog wel reden
is om de onderscheiding
van Christelijke en niet-
C h r i st eJiij ke la n den nog lan
ger vast te houden; evenzoo
kwam er van de zijde der zoogenaam
de jongere kerken nu en dan een pro
test tegen die onderscheiding van
jongere en oudere; men voelt daarin
nog een zekere neiging om de oude
verhouding van bevoogding door de
Westersdie kerken voort te zetten en
wil daarom liever van „de kerk" spre
ken. Dergelijke dingen mogen dten
indruk geven van woordenzifterij, er
spreekt toch een gezindheid uit, waar
mede wij, zendende landen, ernstig
rekening hebben te houdlen.
Een Nat. Christenraad
In elk geval moet er meer wisselwerking
komen tusschen de zendend'© en ontvangen
de kerken (een nieuwe team die gedurende
«ie conferentie opkwam daar er dan ten
Slotte toch eenigerled onderscheiding moet
worden gemaakt.) Daartoe werken de in
vele landen bestaande nationale Christen
raden reeds belangrijk mede; voor ons in
Ned. Indië, waar een dergelijk centraal
lichaam nog niet bestaat, is dan ook wel
een der eerste dingen waartoe de conferen
tie van Tambaram ons opnieuw heeft aan
gespoord, dat ook tot de oprichting
van een Nationale Christenraad
In Ned. Indië zoo spoedig moge
lijk moet worden overgegaan.
Wanneer er eenmaal een lichaam is
waarin de zending en de inheemsche ker
ken organisch samenwerken, kan er in deze
lichting veel worden bereikt. Daartoe be
staat te meer aanleiding, omdat er voorts
is komen vast te staan, dat, terwijl er
eenerzijdB de algemieene vcnsch bij de jong&
kerken bestaat dat het Westen zal voort
gaan met het zenden van zendelingen naai
het Oosten, deze steeds meer in een and er o
positie daar zullen moeten komen, dan tot
dusverre het geval was.
De verhoudingen in de verschillende
landen en volken verschillen, maar één
ding staat toch wel vast, dat de zendeling
overal zal moeten komen als „collega"
van de voorgangers der inheemsche
kerkenen. niet langer als super
intendent of controleur. In ver
band daarmee werd er nadruk op gelegd,
dat de zendelingen voortaan eerst voor een
proefperiode zullen gaan, omidat er
pas op het zenddoigysterrein kan blijken, in
hoeverre zij voldoen aan de edsoben die er
zoowel door omgeving als door klimaat aan
hen worden gesteld. Hiermede houdt dan
verband de onafwijsbare noodzaak om
hun een zoodanige opleiding te geven dat
zij, wanneer mocht blijken dat zij toch niet
c!e geschikte en gewensöhte mensahen zijn
voor den arbeid zooals die tegenwoordig
moet worden gedaan, toch een plaats
kunnen vinden in de kerk die hen
uitzond.
Ik heb er reeds meer op gewezen, dat het
allerbelangrijkste van d'öze conferentie on
getwijfeld ds geweest de sterke geestelijke
RamenJbinding die Ghristenleiders uit oosten
vesten hebben gevonden. Terwijl wij
allen die moeilijkheden gevoelden om elkan
der gehee. te vinden waai bet geld ver
standelijke formuleeringen te ontwerpen die
beantwoorden aan de algemeen gevoelde
behoefte aan meerdere eenheid, werd de
eenheid in de aanbidding telkens meer een
levende werkelijkheid voor ons allen. En
waar die eenheid de grondslag is, mogen
W]ij ook van God verwachten, dat Hij ons
de wegen zal wijzen om die in de practijk
van ons werk beter tot uiting te brengen.
CHR. GEREF. KERK
Beroepen Te Murmerwoude, N. Brands-
ma te Wildervamk,
NED. HERV. KERK
AFSCHEID, BEVESTIGING, INTREDE
Batenburg
Ds. J. H. Jansen, pred. der Ned. Herv.
Gemeente te Batenburg nam Zondag j.l. af
scheid van zijn gemeerube wegens vertrek
naar Den Helder (Ned. Herv. Evang.). Tot
afscbeid&tekst was gekozen Openb. 3 8ib en
11b. De consulent Ds. Meeuwenberg
vam Wychen sprak hem toe.
Na des morgens bevestigd te zijn door
Ds. D. den Br e ems em.-pred. van Amster
dam, secr. der Algem. Synode der Ned.
Herv. Kerk -met een predikatie over 1 Joh.
1 57 deed Zondag j.l. oand. W. Th. v. d.
Windt gekomen van Driebergen, waar hij
hulpprediker was, zijn intrede bij de Ned.
Herv. Gemeente te Kage, sprekende naar
aanleiding van 1 Car. 3 9a. De nieuwe
leercir werd toegesproken door Ds. A. Ver-
w a a 1, em .-pred. van de Kaag en Ds. W. G.
K r ij k a m p van Sassenhekn, consulent, die
beiden ook aan de handoplegging hadden
deelgenomen.
Eibergen
Wegens vertrek naar Sleeuwijk heeft
Ds. E. Masselink te Eiibergen j.l. Zondag
van de Gerei. Kerk afscheid) genomen. Hij
sprak daarbij over 1 Petrus 5 10 en 11.
Na de predikatie werd de scheidende pre
dikant toegesproken door den heer A. Mid
delkoop namens den Kerkeraad; Ds. O. C.
Broek-Roelofs te Geesteren, namens de
classis Zutfen; Ds. K. Meima, namens de
kerk van Neede en Ds. F. C. Zwaai, na
mens de kerk van Winterswijk.
Toegezongen werd Psalm 101 4.
Rb enen
Cand. W. J. Meister, hulpprediker te
Rhenen is gisteren door de classis Amersfoort
der Geref. kerken peremptoir geëxamineerd
en met algemeene stemmen toegelaten tot de
Bediening des Woorde en der Sacramenten.
Hij hoopt Zondag 29 Januari e.k. intrede te
doen te Rhenen, na bevestigd te zijn door Ds.
J. C. Brussaard van Bloemendaial.
JUBILEA TE DOESBURG
Op denzelfden datum herdachten j.l. Zondag
de heeren J. M. Berger en A. G. Schra-
het feit. dat zii resp. als lid van den
kerkeraad en als koster de Evang. Luthersche
Kerk te Doesburg 40 jaar hebben gediend.
In den kerkdienst heeft de predikant Ds.
P. H. B o r g e r s de beide jubilarissen harte
lijk toegesproken. Later werden cadeaux aan
geboden.
GIFTEN EN LEGATEN
De vereeniging van Vrijz. Hervormden te
Apeldoorn ontving dezer dagen van
wijlen den heer J. W. Memeiink een
legaat van 5000, wij van rechten, voor het
stamkapitaal van haiar predikaintsfonds.
Maandagavond heeft de
heet A. Mieog afscheid
genomen als hoofd der
Ned. Herv. School te
Koudekerk aan den Rijn,
terwijl het nieuwe hoofd,
de heer E. A. Bloem als
zoodanig geïnstalleerd
werd. In het midden de
heer Mieog vierde van
links); zesde van links
het nieuwe hoofd de heer
E. A. Bloem. Verder
schoolbestuur en onder
wijzend personeel.
Kerk en Staat te Alblasserdam
Een küein-plaatseilijk geschil van kerk en
Staat is gisteren in de openbare vergadering
van Gedep. Staten van Zuidholland aan het
oordeel van dit college onderworpen.
De vereeniging van vrijz.-hervormden, af-
deeling Alblaisserdiaim, Ndeuw-Lekkerland en
omstreken), wenschte voor de uitoefening van
den openbaren godsdienst te Alblasserdam 't
voormalige Nutsgelbouw, waarin men onder
den naam „Utile Duller", het aangename aan
het nuttige placht te paren, in te richten.
Aangezien ddt gebouw „binnen twee honderd
ellen'' van een besta-and kerkgebouw (de
Geref. Kerk) is gelegen, terwijl de vereemi-
ging zichizelve eveneens als kerkgenootschap
beschouwt, vroeg zij ingevolge art. 7 van de
wet van 6 Sept. 1853 toestemming aan. het
Gemeentebestuur. Het college van B. en W.
was bevoegd, deze toestemming te verleenen,
doch het gaf een afwijzende 'beschikking. De
burgemeester, de heer J. van Scheers,
had geen enk-el bezwaar, dooh de beide wet
houders, de heeren L. Smit (s.d.) en ir. F.
Boersma (c.'h.) waren er tegen. Een andier
geschikt gebouw was te Alblasserdam niet te
vinden, zoodot de vereeniigimg genoodzaakt
werd:, haar godsdienstige bijeenkomsten in
een naburige gemeente te houden.
Inmiddels stelde de vereeniging beroep in
bij Ged. Staten van Zuidholland.
Ds. Mr. H. v a n E w ij c k uit Terwolde,
secretaris van de Ver. van Vrijz. Hervorm
den, heeft gistermiddag voor het College van
Ged. Staten het bezwaarschrift van de afdee-
ling Alblasserdam toegelicht.
Wethouder Boersma heeft opgemerkt,
dat voor alle Hervormden geldt, dat zij de
kerkelijke overheid hebben te erkennen.
Wanneer zrij bezwaren hebben, dan moeten
zij zich wenden tot kerkeraad en predikant.
Dat hebben deze Hervormden niet gedaan
en nu achtte spr. het strijdig met de open
bare orde en rust, indien aan hen door B. en
W. zou worden toegestaan er een eigen kerk
gebouw op na te houden. Wanneer de klokken
van de Ned. Herv. Kerk te Alblasserdam
luiden, dan gaat het niet aan, dat een groep
Hervormden op eigen houtje een godsdienst
oefening in een ander gebouw gaat houden.
De Ver. van Vrijz.. Herv. moet eerst haar
bezwaren bij den keifceraad van de Ned.
Herv. Gemeente brengen. Nu zij dat niet
heeft gedaan, rust volgens spreker op de
schouders van de burgerlijke overheid de
plicht om deze inconveniëntie te voorkomen.
Daarom heeft spr. met zijn ambtgenoot ge
meend geen toestemming aan deze vereeni-
;ing te moeten -geven tot het houden- van
godsdienstoefeningen op den Dijkweg.
van E w ij c k heeft tenslotte kort ge
repliceerd en betoogd, dat er van het be-
al van scheiding van kerk en staalt weinig
Allerlei bizonderheden die alleen
op persoonlijke indrukken
kunnen berusten
De situatie van de Belijdeniskerk
(Van onzen Duitsohen correspondent),
Onder dezen titel zag kortelings in de
„Evangelische Buchhandlumg" te Zollikon in
Zwitserland een hoogst merkwaardig en
zeer lezenswaardig boekje over den wereld
vermaard geworden predikant der Düitsche
Evangelische Kerk het licht, die nu al weer
ruim een jaar geleden op 1 Juli 1938
wegens „verzet tegen den staat" gevangen
genomen werd. Merkwaardig aan dit boekje
van nauwelijks tachtig pagina's is in de
eerste plaaits het feit, dat de auteur zijn.
naam zorgvuldig verzwijgt en dat is ook be
grijpelijk, want uit den inhoud valt af te lei
den, dat hij zooal niet tot de naaste vrien
den, dan toch tot de geestverwante ambts
broeders van Ds Niemöller moet behooren,
want hu vertelt allerlei bijzonderheden om
trent de pastorie te Dahlem, die alleen
gegeven kunn en worden door iemand,
die daarvan door persoonlijke indruk
ken goed op de hoogte is.
Inmiddels is het boekje ook in onze taal
bij Callenbach uitgegeven en de vlotte
Nederlandsche bewerking berustte in han
den van Ds K. H. Kroon, die er de vol
gende inleiding aan toevoegde: „Op 1 Juli
1938 zat Martin Niemöller een jaar in de ge
vangenis. Aan dit feit willen de volgende
bladzijden herinneren. Ze bevatten geen
biografie en geen kerkhistorische kroniek.
Ze laten alleen maar aan enkele voorbeel
den, waar het om gaat: „Hij richtte zijn
gansche hart op den Heere, hij beurde den
waren godsdienst weder op, toen het land
vol afgoderij was" (J. Sirach 49 9). Dat is
zijn getuigenis, dat onder ons niet mag wor
den vergeten".
In een negental hoofdstukken slaat de
anonyme schrijver spijkers met koppen. Op
zijn Duitsch zou men kunnen zeggen: „Er
geht der Sache auf den Kern" en dat is een
eigenschap, welke hij ongetwijfeld met Ds.
Niemöller gemeen heeft. Want ook deze
houdt vast aan een formuleering, welke aan
duidelijkheid niets te wenschen overlaat.
Dit konden wij in de jaren, toen we in de
buurt van Dahlem woonden, herhaaldelijk
vaststellen, wanneer we zijn sobere predi
king in het oude dorpskerkje, dat uit den
tijd van Frederik den Groote stamt, bijwoon
den, dat beleefden wij in de druk bezochte i
'bijbelsche besprekingen in de gemeentezaal
dicht bij de stille pastorie en daar lette de
gansche wereld op, toen zijn proces te
Moabit achter gesloten deuren plaats vond.
Het was deze directe formuleering, dit recht
uit afgaan op het voor oogen gestelde doel,
wielke hem in het land van denkers en dich
ters tot een vijand van dep. staat maakte.
De schrijver van het boekje zegt dat zoo-
Terug naar de kerkelijke tucht
„Niets heeft hem zooveel bittere vijanden
bezorgd als deze taal. Maar hij had ze noo
dig om deze mensclnen, wier zie-1 hij in ge
vaar zag, de oogen te openen voor het war
net, waarin ze verkeerden. Wat daarin aan
buitenstaanders zoo nu en dan een terugval
in orthodoxe overspannenheid toescheen, is
in werkelijkheid niets anders dan het weer
opnemen van de kerkelijke tucht, die sedert
de 17e eeuw in het Düitsche protestantisme
was ingesluimerd en waarvan het laatste
middel de excommunicatie van den onboet
vaardige is. In 1934 heeft, de Belijdende Kerk
het voor de eerste maal gewaagd, opienlijk
voor de gemeente uit te spreken, dat door
Ludwig Muller en August Jager de Satan
zijn' werk deed en dat zij zich door hun han
delwijze van de Kerk hadden afgescheiden.
Niemöller trok daaruit de practische conse
quentie door geen enkelen „Duitschen Chris
ten" tot den kansel van Dahlem toe te laten
De eenig mogelijke oplossing van het kerke
lijk vraagstuk lag en ligt voor hem in de
verdwijning van het kettersche systeem en
zijn vertegenwoordigers buiten de muren
van de Evangelische Kerk. Alle onheil komt
voort uit den waan, dat „Christus en Belial"
met elkander onder één dak zouden kunnen
wonen".
Ziedaar in het kort de situatie weergege
ven, waarin de Belijdende Kerk en met haar
de millioenen ©eloovigen, die blijven vast
houden aan het christelijk geloof hunner va
deren, zich in den nation^al-sooialistischen
eenheidsstaat bevindt. Herr Jager, de juridi
sche raadgever, met wien wij indertijd meer
dere malen over het kerkelijk vraagstuk van
gedachten wisselden, is sedertdien allang
verdwenen en rijksbisschop Muller, die wel
iswaar nog steeds blijft vasthouden aan zijn
hooge functie hij verrichtte nog kortgele
den de doopplechtigheid van het dochtertje
van generaal-veldmaarschalk Herman Goe
ring verschijnt allang niet meer op den
kansiel, maar niettemin kan niet gezegd
worden, dat de situatie der christelijke
kerk er sedertdien op vooruit is gegaan.
Het tegendeel van dien is waar!
Geen duimbreed wijken
Niemöller heeft, dit gevaar bijtijds inge
zien. Zoo bijvoorbeeld, toen in de periode
van 1935 tot 1937 een zekere .vermoeidheid
Ds. Niemöller
en bereidheid tot compromissen zich mees
ter maakte van de predikanten en de ge-
meenten en menschen met klinkende
namen als Zoellner en Eger aanstuurden
op een minnelijke schikking. Niemöllevs
blik bleef helder en hij liet zich zelfs door
zijn vroegeren „chef", Zoellner, noch door
zijn voorganger in Dahlem, Eger, ook maar
een voetbreed van zijn lijn afbrengen. Want
hij zag beter dan de mannen der kerkelijke,
commissies, hoe spoedig zij met hun goeden
naam voor een verkeerde zaak werden
misbruikt: „namelijk voor een tweede
nationaal evangelie naast het eene Bijbel
sche Evangelie en voor knechting van de
Kerk onder de heerschappij van den staat.'
„Niet de zorg voor de Kerk is onze drijf
veer zoo verklaarde Niemöller tijdens
de gedenkwaardige audiëntie op 25 Januari
1934 tegenover den toenmaligen rijkskanse
lier Adolf Hitler maar de zorg voor het
Derde Rijk." Maar hij kreeg ten antwoord:
„Laat u de zorg voor het Derde Rijk maar
rustig aan mij over!" En inderdaad, niet
Ludwig Müller met zijn „Düitsche Christe
nen". doch Martin Niemöller met zijn
„Noodbond van Predikanten" is in onge
nade gevallenEn toen hij na afloop van
het proces in vrijheid gelaten zou worden,
zagen wij van' dichtbij, hoe bezorgd zijn
trouwe echtgenoote keek. Of zij reeds wist,
dat buiten de Geheime Staatspolitie stond
te wachten, om den gevreesden „staats
vijand" in „Schutzhaft" te nemen? Maar
met deze arrestatie is de „militia Christi"
niet ten einde, waarin Martin Nietnöller
en met hem de Belijdende Kerk staat en
is van de ecclesia triumphans"!
waarin ook deze gevangene nog een getuige
'(Nadruk .verboden),
zou overblijven, indien de plaatselijke over
heid zich op den weg zou begeven, welken
de leden der kerkelijke gemeente hebben te
bewandelen.
Met groot vertrouwen wachtte spr. de be
slissing van Ged. Srbaten af.
Deze zal later volgen.
Ds. R. MEEUWENBERG
Ds. R. Meeuwenberg, Ned. Herv. pre
dikant te Driel bij Arnhem, zal 12 Februari
zijn 40-jarige Evangeliebediening gedenken.
Mede in verband met zijn afscheid van ambt
en gemeente op 26 Maart, zal hij den 12den
Februari stil laten voorbijgaan en dien dog
elders verblijven.
KORTE BERICHTEN
Het adres van oand. G. W. Rijks en is
niet meer Kr. te Gracht 20 te Utrecht, maar
Heerenlaan 35, Zeist. Hij is gaarne bereid, de
kerken des Zondags te dienen en een even
tueel beroep in overweging te nemen.
KAGAWA
In een correspondentie van zijn secreta
resse miss T o p p i n g leest men, dat Kagawa
heeft deelgenomen aan de wereldzendings
conferentie te Tambaram bij Madras en thans
van 30 December tot 23 Februari een tournée
door Voor-Inddë maakt. Op 24 Februari gaat
hij in Colombo scheep naar Japan. Zijn reis
programma vermeldt bezoeken aan kerkelijke
vergaderingen van ■verschillende kerkgemeen
schappen, aan universiteiten en andere on
derwijsinrichtingen en aan verschillende
stichtingen van socialen aard. Ook staat op
het programma een verblijf in den Asjsem
van Stanley Jones te Luchnow. Omtrent een
eventueel bezoek van Kagawa aan Europa,
waarvan het vorige jaar sprake is geweest,
is niets bekend. Met het oog op de toestan
den in Japan lijtot het niet waarschijnlijk, dat
hij dit jaar opnieuw zijn land voor langen
tijd aal verlaten.
STEMMEN UIT DE GEVANGENIS
Bij G. F. Callenbach te Nijkerk is
verschenen de vertaling van een reeks getui
genissen van predikanten en leeken, die in
Duitschiand in arrest of gevangenis zijn. Het
is een uitgave van de Zwitsersche Prot. hulp
actie voor de Belijdeniskerk' in Duitschiand
door den Züriichschen predikant Paiul V o g t
bezorgd.
De lezing van deze treffende (door den
samensteller als authentiek gewaarborgde)
fragmenten van brieven laat niet na, diepen
indruk te maken. Zij doet ons eigenlijk be
schaamd staan bij de weelde der kerkelijke
voorrechten in eigen land en 't zóó blijmoedig
dragen van leed. dat deze mannen èn als pre
dikers van het Evangelie, maar óók als man
nen en vaders, moeten draigen. Bijzonder trof
ons de afwezigheid van elk bitter woord1 t.a.v.
degenen, die dit leed' over hen brengen, en
niet minder de kracht., waarmee zij hun' kin
deren vermanen, geen politieken wrok te koes
teren en zich als trouwe staatsburgers te ge
dragen. En overigens is dit boeltje een kost
baar document van wat het geloof vermag,
als het in de smeltkroes der persoonlijke be
nauwing toomt. In zooverre zal het voor dui
zenden ten persoonlijken zagen kunnen zijn.
ONDERWIJS
Prof. T. J. BEZEMER
Prof. T. J. Bezemer, hoogleeraar aan de
Landibouw-hoogeschool te Wageningen,
hoopt 13 Januari 70 jaar te worden.
Geboren te Delfshaven in 1869, werd hij
eerst opgeleid voor zendeling-leeraar in In
dië, waartoe hij de zendingsschool van het
Ned. Zendelingen Genootschap te Rotterdam
bezocht. Na een verblijf in Indië is hij naar
ons land teruggekeerd, om te Leiden aan de
universiteit de studie in de Oostersche talen
voort te zetten. Tot 1S9S was hij privaat
docent in het Maleisch en Jav^tansch; in dat
jaar werd hij op 6 September benoemd tot
leeraar aan de Rijkslandhouwschool te Wa
geningen, om onderwijs te geven in de Oos
tersche talen en de Oostersche land- en vol
kenkunde. Toen in 191S deze school tot Land-
bouw-hoogeschool werd verheven, werd hij
benoemd tot hoogleeraar in de Indische ta
len en volkenkunde.
Van 1925 tot 1934 is hij bijzonder hoog
leeraar geweest aan de rijksuniversiteit te
Utrecht in het Javaansch.
RIJKSUNIVERSITEIT TE UTRECHT
Bij beschikking van den minister van On
derwijs, is dr. E. J. SI ij per te Utrecht toe
gelaten als privaat-docent in de faculteit der
veeartsenijkunde aan de Rijksuniversiteit te
Utrecht, om onderwijs te geven in de vete
rinaire zoölogie.
JUBILEUM KARTINIFONDS
Gisteren herdacht de Vereen. Kartinifonds
haar 25-jarig bestaan met een openbare ver
gadering in hotel de Wibtebrug te 's-Gravcn-
hage. Zooals bekend heeft het Kartinifonds
de zorg voor de in Indië gevestigde Kartini-
en van Dev enter-schol en, waar nijverheids- en
huishoudelijk onderwijs wordt gegeven aan
inheemsche meisjes.
V. C. O. O.
De Ver. vam Chr. Omderwijizers aam Over-
heidsschoien heeft onder leiding vam den
heer Mostert te 's-Gravemhage haar jaar,
vergadering gehouden. In 1938 traden 60
nieuwe leden toe. De secretaris deelde im zijm
jaarverslag o.a. mede, dat op een openbare
school in Amsterdam, waar alle leerkrachten
lid der V.C.O.O. waren, in alle klassen op het
godsdaenstuur Bijbelsche geschiedenis vertild
werd door de leerkrachten zelf. Alle leerlin
gen der school, op slechts twee na, volgden
de Bijbelles.
In Haarlem, waar een V.C.O.O.'er im de
klassen, 3 en 4 geregeld Bijibelsche geschiede
nis vertelt, nemen vam die 72 UB. er 64 deel
aam diie les.
Ervaringen elders bevestigen, dalt, waar.
het edgen personeel in diazen dienen will,
als regel 80 tot bdjoa 100 pet. dhr leer
lingen damikJbaar van dien dienst ge
nieten.
Als spreker trad: pp de heer Bamdiel, die
de vraag inleidde „Hoe bevordert eert
V.C.O.O.'er het geregelde Bdjbelcomitact op
school?".
Voorts leidde de heer Buul in de vraag
„Wat heeft het vertellen Mam de Bdjbelsché
geschiedenis door den eigen onderwijzer vóóq
op het vertellen door een buitenstaander?"
De heer Nijboer heeft ten slotte nog
gewezen op wat von R.K. zijde gedlaan wordt
tot bevordering van het Bijbeiccmtaiet ini 'gezinj
en school.
ONDERWIJS IN DE STAATSWETEN
SCHAPPEN
In de te Utrecht gehouden jaarvergadering!
van de Ver. tot behartiging van het onderwija
in de staatswetenschappen, was de morgen
vergadering grootendeels gewijd aan een be
spreking van de geen voldoening schenkende
regeling van het eindexamen der H.B.S. A
en B. Terzake van' het A-eindexamen achtte
de vergadering een schriftelijk schoolexamen!
voor staatshuishoudkunde benevens een mon
deling examen zeer gewenscht en werd sub
sidiair een uitsluitend mondeling examen
van 30 minuten bepleit (huidige regeling: IS
minuten).
Voor staatsinrichting word op die scholen
een mondeling examen aan alle candidaiten
af te nemen voorgestaan.
Voor het eindexamen der H.B.S. B zou de
vergadering de wederinvoering van een
mondeling examen in de staathuishoudkunde
gedurende 29 minuten voor alle leerlingen
hartelijk toejuichen.
LANDBOUWHUISHOUDSCHOLEN
Het bestuur Van de Geldersch-Overijsel-
sche Maatschappij van landbouw bereidt de
stichting van een vierde landibouwhuishoud*
school in zijn gebied voor, welke te Does*
burg gevestigd zal worden. De derde school,
te Eilbergen, zal binnenkort geopend worden1,
UIT DE TIJDSCHRIFTEN
Wie van het eeuwfeest vaiï „De Groote?
Treik" in Transvaal de beteekenis wil ken
nen vanuit het kerkelijk en religieus ge
zichtspunt, vindt daartoe keur van artikelen
(o.m. een gedicht van Totius) in het
feestnummer van „Die Kerkblad". Ds C o e t-
z e e, C. J. H. de We t, J. A. L. T a 1 a a r d,
Prof. d u P 1 e s s i s, Prof. Dr J. Ch r. C o e t-
z e e, zijn de schrijvers van bijdragen, welkQ
den achtergrond dezer „volksverhuizing'®
met vaardige pen en Zuid-AfrikaanschS
frischheid teekenen,
De Unie-collecte
Visvliet
mhuizc
(boven) Gr.
3.78
Zuidlai
Zwolle
Heerde
erbroek
lerwouda
oude
(bij Hoogeveen)
47.8S
67.75
65.90!
79.20.
48.25
61.—
174.60
616.85
Vaassen |30\ï7'
Koog-Zaandijk 107.82
Uitgeest 8.75
Asperen 267.—
Dubbeldam (2e Tol) 77.15
Leerbroek 23.30
Nieuwland (bij Leerdam) n 142.15.
Reeuwijk 70.-—
Terneuzen 78—
Breda 105
Ruhrort (Duitschiand) u 7.45
Veendam 196.75
Woldendorp 112.50
Hoornsterzwaag J"* 50.50
PIngjum 32.15
Veenwoudsterwal 146.75:
Zuid-Barge 69.50
Eibergen 263.10
Winterswijk Z, 'u 300.38
Nigtevecht 35 02
Overschie II - 14.34
Hoofddorp 145.35
Rijk (Haarl.meer O.Z.) 164.45
IJmuiden 139.85
Delft 356.01
Hazersw. a/d Rijnd. en Koudek. 68 06
Zorinemaire 62.40
Waardhuizen (N.Br.) 200.—
Delfzijl 221.—
Roodeschool 76 50
Stadskanaal II 6.3.
Wildervank t, 281.35
Zevenhuizen (Oost-Indië) 35.35
Broek o. Akkerswoude 27.80
Ferwerd 158.45
Njiemirdum 35.85
H o o ex' v e nZ Z Z .7.' 135.Z
IJsselmuiden 293—
Tiel Z.ZZZ-7Z7..- u 100.65
Wageningen -159.40
Kockengen 98.10
18.38
66 22
64.31
23.81
114.38
137.—
48.79
195 4.3
130.—
115.—
Nrd.-Scharwoude
ormer (N.H.)
•ielle
Leiderdorp
Groote Lindt
Ouddorp
regge
Oud-Vosmeer
Fünaart
i 500 Locale Comlté's f 59.926.98
Mr. J. J, HANGELBROEK, i
Secretaris van do Unie
„Een Scliool met den Bijbel'-*