EEN BRIEF UIT ZWEDEN
Stekeligheden
KNIPPATRONEN
Iets over de kleeding uit den tijd van
den Grooten Trek
UITGAVE DER VTJF SAMENWERKENDE CHRTSTET TJKE DAGBI ADEN
19—24 DECEMBER 1 938
Een lezeres in Zweden zendt ons, na eerst
dank gezegd te hebben voor de uitstekende
recepten in ons Sint-Nicolaasnummer, het
volgende aardige artikel:
Een brief nit Zweden
Zooals men zich in Holland reeds lang
van te voren op Sint Nicolaas verheugt, zoo
is 't hier in Zweden met de Kerst.
De kranten beginnen al een tijd van te
voren en veel leuke dingen worden bedacht.
Reeds de laatste week van November be
ginnen de meesten met de slacht, opdat
alles niet op 't laatst komt.
Hier merkt men eigenlijk pas goed dat No
vember slachtmaand is.
De z.g.n. kneuterboertjes slachten alleen
een varken, maar de grootere, met meer per
soneel, slachten een kalf ook.
Mag men dan eens een kijkje nemen in de
kelder, dan is 't een lust om al die gecon
serveerde gehaktballetjes en karbonaden te
zien.
Niet alleen de boeren, maar ook de mensen
met particuliere- of gemeente-betrekking
slachten een varken of soms samen een.
Er worden dan kolossale massa's worst ge
draaid en vleesch gegeten.
Als dat dan achter den rug is, dan gaan de
huisvrouwen aan de schoonmaak, want met
Kerstmis moet alles in de puntjes zijn.
Eigenlijk is de eerste feestdag (behalve de
adventszondagen als kerkelijke hoogtijden)
de 13de December, 't Lucia-feest
Steden als Stockholm kiezen dan een Lucia
en deze wordt door de straten gereden be
geleid door muziek^
Maar 't leukst is het wel voor de patiëntjes
in de Ziekenhuizen.
Een verpleegster is Lucia-godin (godin van
het licht) en is gekleed in lang gewaad en
moet liefst lang loshangend haar hebben.
Op het hoofd draagt ze dan een krans waar
in kaarsjes gestoken zijn, die branden.
Er volgen een paar andere mee, die, bijzon
der voor die gelegenheid gebakken brood
jes ronddeelen.
De godin zingt dan een versje en aan de
glundere gezichtjes ziet men wel dat de
kinderen het heel leuk vinden.
Dat is dus een voorproefje en allen weten
dat het groote feest nu heel dichtbij is.
Voor de menschen in de steden en omtrek
is er dan nog op den 3den adventszondag
de groote Kerstuitstallingsdag. Alle winkels
maken dan hun speciale étalages en op de
straten is het propvol met nieuwsgierigen.
Te meer daar op Maandag al weer een deel
weg is, omdat andere artikelen dan weer
hun ruimte vragen.
Ondertusschen is dan bij de huismoeders
de schoonmaaklust gestild en begint men
met het bakken van groote en gevarieerde
voorraden koekjes.
Kerstmis van 24 Dec. tot 14 Januari
Dat lijkt een beetje overdreven, maar Kerst
mis duurt hier van den 24sten December tot
en met 13 Januari.
In dien tijd wordt er niet extra gewerkt,
niet gewasschen of gebakken.
Ook is dit de tijd bij uitnemendheid om
gasten te ontvangen.
Buiten weinig werk en van alles goed voor-
Dus moet er wel op zoo'n 3 weken gere
kend worden. Ook omdat men in Zweden
heusch niet met één koekje bij een kopje
koffie tevreden zou zijn.
Er worden echter ook voor die gelegenheid
veel speciale handwerken gemaakt. Alle
kamers hebben een of meer van die leuke
opgewerkte wand kleedjes in frissche kleuren
met aardige spreuken.
Men heeft andere tafelkleedjes, andere kof-
fiedoeken en tafellakens.
Maar ook buiten in de steden en dorpen
doet men alles om 't heuglijk feit, dat bui
ten de hooge beteekenis, voor de bewoners
van het Noorden ook 't feest van de terug
keer van het licht is, zoo luisterrijk moge
lijk te maken.
Prachtige huishooge kerstboomen worden
opgezet, met kleine vriendelijke electrische
lichtjes erin, die eiken avond branden.
In den familiekring
En als dan eindelijk Kerstavond den 24sten
December gekomen is, dan is 't een genot
om dien avond in een echt Zweedsche fa
milie door te brengen.
Voor de buitendeur ligt een groote bos spar-
regroen en binnen om de lampen is ook
meest heel fijn groen.
Het avondeten volgt, de traditie gerouw, 't
menu van stokvisch met brood en rijst toe.
Ieder is in spanning, want daar naast de
Kerstboom ligt een heel hooge stapel ca-
Later wordt er op de deur geklopt en roept
een met een zware stem „de Kerstman".
Zoomaar rolt er een groot pak naar binnen,
maar niemand is te bekennen, als men komt
kijken.
Dat komt dan vanzelfsprekend van een na
bij familielid en 't maakt de flinke hoop nog
grooter.
Als allen verzameld zijn en terug uit
de kerk dan krijgt ieder z'n cadeaux.
De boom brandt zoo in-gezellig met flikke
rende kaarsjes.
't Is echt een fijne avond en vooral omdat
dit zoo van te voren gebeurt stoot men er
zich niet zoo licht aan.
De eigenlijke Kerstdagen zijn wel bijna ge
lijk aan de onze. Alleen heeft men Eersten
Kerstdag een kerkdienst om 6 uur 's
gens, een om 7 en een om 8 uur.
Vooral de verlichting met echte kaarsen, of
zooals wij 't hier noemen „levend licht",
geeft een echte hoogtijstemming.
Na de twee Kerstdagen duurt echter de
Kerst nog voort. Tot Oudejaar is alles eigen
lijk gewoon. Alleen hebben de meesten vrij
en staan de fabrieken zooveel mogelijk stil.
En ook aan de schoof haver die buiten vast
gebonden staat voor de vogeltjes en die pas
na den 13den Januari weggehaald wordt,
merkt men dat 't nog niet afgeloopen is.
Nieuwjaar komt met den gezelligen Oude
jaarsavond eraan vooraf.
De traditioneele Hollandsche chocolademelk
ontbreekt echter.
Dan volgen tot den 6den Januari weer een
paar gewone dagen, maar waarop men toch
extra eten krijgt
Een groote ronde roode kaas bijvoorbeeld
uit Holland is een van de bijzondere lekker
nijen. En het „god jul"«), „vroolijk Kerst
feest", lacht je er tegen.
Dan komt 't feest van de Wijzen uit het
Oosten. Dit is ook een Zondag hier, maar
daarna beginnen de fabrieken en menschen
weer met 't werk.
Voor de kinderen meest, maar ook in wer
kelijkheid eindigt het pas echt als ze op den
13den alle eetbaars van de boom mogen
plunderen.
Dit wordt ook Kerstboomplundering ge
noemd.
Alle sier, waar het feest mee begon, wordt
weggehaald en vooral de boom-uit-de-huis-
kamer, die zoo ontzettend veel naaldjes laat
vallen, wat een ware opluchting voor de
moeder is.
N. OLSSONBAKHUYZEN
Spreek uit goed juuL
Prinses Manna met een serie van haar meest
flatteerende hoeden
ZONDAGAVOND zijn we bij de Jansens op
visite geweestwant mevrouw Jansen had
op het kransje tegen Daatje al zoo dikwijls
gezegddat we vast eens moesten komen,
dat Daatje tenslotte ging gelooven, dat het
meenens was en toen ze dat eenmaal ge
loofde, brak ook na eenige weken de tijd
aan, dat ze de zekerheid kreeg, dat we nu
niet langer konden weigeren, omdat het
anders net zou zijn alsof wij niet wilden.
Zoodoende gingen we bij de Jansens op
visite. Daatje heeft ze me uit de kerk wel
eens aangewezen en zoo kende ik ze vat
gezicht, maar nu we er een avondje ge
weest zijn ken ik ze van haver tot gort.
Jansen is iets op het stadhuis, maar als
iemand iets op het stadhuis, of by de be
lastingen of bij het kadaster of bij de pro
vinciale griffie is, weet je nooit wat hij is
en daar ben ik dan ook niet achter geko
men. In elk geval is hij op een afdeeling
en hij heeft andere menschen onder zich
want hij zei tegen Cornelisse: Hoor
hier, Cornelisse, dat wil ik nou niet meer
hebben; als je een ander soort papier ge
bruikt en van een ander formaat en je doet
dat in de klapper bij de andere stukken,
dan geeft dat een slordig gezicht. Mevrouw
Jansen en Daatje zaten op dat oogenblik
net te zwijgen en toen zei mevrouw Jansen
tegen Daatje: Hij is zoo precies, 't moet
allemaal even netjes en in de phntjes zijn.
Ik houd niet van slordigheid op mijn afdee
ling, zei mijnheer Jansen en als je dat je
menschen van het begin af aan bij brengt,
dan leeren ze dat wel.
Behalve Cornelisse heeft hij nog meer
menschen onder zich. want hij zei tegen die
dit en tegen deze dat en die menschen
den niet veel bijzonders terug. Hij heeft den
wind er onder, die Jansen, want als je dat
niet hebt, nou, dan steken ze tenslotte den
draak met je, net als met z'n collega bij de
afdeeling Onderwijs, die al begint met zelf
een half uur te laat te komen en die dan
nog eens rustig begint met het ochtendblad
te lezen. Je moet niet vragen naar de bende
die daar is. Als je een stuk moet hebben
van Onderwijs dan moeten ze 't vaak uit
stapels ongeordende rommel zoeken. Bij
hem, Jansen, grijp je maar in de kast en je
hebt het.
Maar in elk geval is Jansen dan op 't
Stadhuis en hij heeft zijn beide ouders nog.
Zijn vader is nog flink en zijn moeder suk
kelt vooral in den winter, tegen 't voorjaar
knapt ze weer wat op. Hij heeft twee ge
trouwde zusters en en broer, die een onge
lukkige liefde heeft gehad, waar hij een
hoop van weet, zooals je nog steeds merken
keen. Hij zal niet zoo gemakkelijk tot een
trouwdag komen, die Joop maar hij heeft
gelukkig een goeie betrekking bij den Raad
Arbeid, waar hy ook een stuk of wal
menschen onder zich heeft en waar hy goed
aangeschreven by zyn chefs, want als
er wat is, waar ze niet uit Kunnen komen,
wordt Joop er by geroepen.
'.vrouw Jansen is eeiugsle dochter, zoo
als je wel merken Kam zei de heer Jansen
een Knipoog) en zy heeft alleen haar
r nog, aie na tn zyn eentje zit te huizen
{.met een meid overaag). De heer en mevr.
lansen hebben al eens aangeboden, dat hy
oy hen overnuis zou Komen, maar daar
aeejt hy geen ooren naar. tiy Kan er ook
oest van Komen, want ny heeft een aardig
penstoen ais gemeentesecretaris van Veen-
aaien, waar hy dus ook wel een stuk of wat
inenscnen onaer zich genaa zal heboen. tiy
ueejt last van zijn maag .maar aenk je nou,
uut zuike mensuten naar reae luistereni
uat eet maar raak, spruitjes en bruine ooo-
nen en wnaere zware Kost en dat blijft na
tuurlijk niet zonaer gevolgen, mijnheer Jan
sen heeft zelf ook last van zyn maag. maar
iiy houut een nauwkeurig dieet en zoo heeft
ny er geen last van. Loirnelisse heeft oob
tast van zyn maag. maar die heeft het weei
anders
net aagmetsje van mevrouw Jansen deug
niet, te veei nukken.
mevrouw Jansen noodt zoo van cactussen,
maar je kunt je er anders leelyk aan prik-
ken. mynneer Jansen rookt matig, twee si
garen per aag, ook at m verband met zyn
maag. Comensse rookt veel te veel snap
je nou zoo n ventt) De Jansens zyn nog
jamilie van aie anaere Jansens. Hun neej
assistent-resiaent m Lndie. (.Die heeft een
heele serie menschen onder zich). Mynheer
Jansen leest nooit romans, dat is toch r
allemaal fantasie. Mynheer Jansen heeft
voor zyn Sinterklaas een wollen vest gehad.
Daar heeft mevrouw Jansen toch zoó'n werk
aan gehad. En dan moest natuurlyk alles
stiekum gebeuren. Mynheer Jansen heeft
eens een nog zoo goed als nieuw bureau
ministre voor dertig gulden gekocht. Dat
ging zoo en zoo.... Mevrouw Jansen bakt
zei) krentenbrood werkelijk, heel lekker.
En wat wordt er tegenwoordig veel ge
vraagd. Je kunt wel met je portemonnaie
in je handen blijven staan.
Ja, we zyn Zondagavond bij de Jansens op
visite geweest. Heel gezellig. Ze moesten het
heusch eens gauw terug komen doen. Nou,
dat deden ze heel graag. Volgende week
niet, want dan kwam Joop, enfin, dat spra
ken ze op de krans nog wel af. Ik zit er
wel een beetje mee, want ik heb alleen
Katie en den loopjongen onder me en ik heb
het ook niet aan mijn maag, terwijl Her
man en Hendrik de Man geen familie van
me zijn, maar er zal vn de familie Jansen
nog wel verder perspectief zitten. En op
achterhand heb ik een broer, die kleuren
blind is.
Zoo teeken ik dan,
MIJNHEER DE MAN.
Iets over kaarsen
Het is aan te bevelen eenigen tijd vóór men
kaarsen denkt te gebruiken, enkele pakken
hiervan in te slaan en in een blik te bewa
ren. De stearine wordt daardoor harder
zal langer branden.
Een kaars brandt veel zuiniger, indien men
op de pit een randje fijn zout strooit, terwijl
de vlam rustiger is.
Kaarsen, die langbewaard zijn, worden soms
geel, doch door afwrijven met spiritus her
krijgen ze hun oorspronkelijke kleur.
Krom getrokken kaarsen worden weer recht,
indien men ze warm laat worden en daarna
op een gladde oppervlakte met de hand heen
en weer rolt.
Gebroken kaarsen, waarvan de pit onbe
schadigd is, worden op de breuk verwarmd,
waarna men de zachte was aaneendrukt.
Een kaars, die te dik is voor de kandelaar,
wordt met het uiteinde in heet water ge
dompeld, waardoor de was week wordt ei
zich gemakkelijk laat vervormen.
Breit rij reeds met NE VEDA-
WOL? Hebt g(J NEVEDA-brei-
patronen? Indien niet, gelieve
U het onderstaande Ingevuld
aan ons ln te zenden:
Aan de N.V. Ned. Wolspinnerij,
Heerengr. 483, A'dam (C.).
U gelieve my GRATIS toe
te zenden een NEVEDA-
patroonsbeschryving voor een:
Damesblouse, Deux - Plèces,
Heeren-sllpover, Meisjesjurkje
(doorhalen wat niet verlangd wordt), en den
naam van den Neveda-winkelier te mijner
stede op te geven. m
Wat eten we
volgende weelc
1STE KERSTDAG
Tomatensoep
Gebraden haas Roode kool
Plumpudding
2DE KERSTDAG
Hazenpastei
Gesneden ham Doperwtjes
Appelmoes
DINSDAG
Runderlapjes. Gest. uien
Beschuit met kaas
WOENSDAG
Haché (van overgebleven vleesch)
Zoete appelen
Bananenvla
DONDERDAG
Gest. kabeljauw. Wortelen
Drie-in-de-pan
VRIJDAG
Geb. spek. Capucijners
Appelvla
ZATERDAG
Gebraden worst
Stamppot v. Savoyekool en Aardap.
Rijst met boter en suiker
GEBRADEN HAAS
1 haas: (100 gram lardeerspek), 250 gr. bo
ter, 6 gr. zout
Wasch den panklaar gemaakten haas en zout
hem. Snijd het lardeerspek in dunne reep
jes en lardeer desverlangd hiermee den rug
en achterbouten.
Laat de boter in een hazepan of braadslee
warm en bruin worden. Braad hierin den
haas plm. 2i/2 uur. Bedruip hem dikwijls.
Leg het deksel, of een met boter besmeerd
stuk grauw papier tijdens het braden over
den haas.
Maak de jus af met het hazenbloed, dat
met water en wat rooden wijn is opgeklopt
Marineer oude kaas eenigen tijd vóór het
braden.
Verwijder vóór het opdoen de touwtjes en
de pennen van den haas.
BANANENVLA
L. melk, 50 gr. suiker, een stukje vanille,
30 gram maïzena, 1 ei, 2 a 3 niet te rijpe
bananen.
Schil de bananen en snijd ze in plakjes. Be
strooi ze met een gedeelte van de suiker en
leg ze onder in de vlaschaaL
Breng de melk met de vanille en de overige
suiker aan de kook. Roer het ei door de
maïzena en maak er met wat lauwe melk
een papje van. Roer een gedeelte van de
kokende melk langzamerhand bij het
maïzena-papje en giet dit daarna geheel over
in de pan. Op een zacht vuur blijven
ren, tot de vla gebonden is. Onder af en toe
roeren, laten afkoelen. Daarna in de vla-
schaal overdoen.
In aansluiting aan het jongenspakje No. 13
voor kleine jongens, wordt nu een jongens
blouse met broekje gegeven, geschikt voor
eiken leeftijd, die
een blouse kan
dragen. Op deze
blouse met hoog
gesloten hals laat
men voor groo
tere jongens ter
versiering een
stropdas dragen.
Wil men een goed
geheel verkrijgen
dan dient de kleur
de das goed
te harmonieeren
met die van de
blouse.
blouse kan
voor den winter
gemaakt worden
flanel of
zware popeline.
voor den zomer
katoen, zijde
verdere wasch
bare blousestoff en.
Het patroon kan
besteld worden
mét of zonder
ruimte onder het
schouderstuk.
Men vermelde
hierbij ook den
leeftijd van den
jongen, omdat het
model van het
kraagje voor
kleine jongens
niet geheel gelijk
is aan dat van
groote jongens.
Wat vrouwen interesseert
Een bijzondere bruidstoet trok onlangs de
bijzondere aandacht in de Engelsche hoofd
stad. De bruid was gekleed in een licht
blauwe japon met sluier in dezelfde kleur.
Haar hoofdtooi bestond uit een krans van
rose bloemen, hetgeen een ietwat onwen-
nigen indruk maakte, doch ongetwijfeld
zeer apart was.
In Amerika het land van vele mogelijk
heden heeft men vastgesteld, dat geel
de beste kleur voor regenkleeding is. Men
zegt, dat geel bij nevelachtig, miezerig en
regenachtig w-eer steeds opvalt en automo
bilisten minder ongelukken veroorzaken,
als de voetgangers in regendagen „in het
geal" gekleed gaan.
De bescheiden paarse viooltjes, die men
in den regel omstreeks Maart ziet dragen
op de revers van damesmantels, worden
thans in groote toefs nagemaakt natuur
lijk! op avondjaponnen gedragen aan hals
en ceintuur.
GUto -futwlBKon
rrijaolotojo
No. 14
De halve bovenwijdte van midden-achteï
tot midden-voor.
De lengte van de blouse, van het hoogste
punt op den schouder naast den hals, tot
laag in de taille (de lengte onder de taille
behoeft men niet te meten, dit wordt aan
het patroon toegevoegd).
De mouwlengte, van den schouderknokkel,
recht meten tot den pols.
De polswijdte, glad meten, daar de over-
wijdte voor de manchet wordt bijgevoegd.
De zijlengte voor het broekje van uit dg
taille, zoo lang men het broekje wenscht.
De heupwijdte om het breedste gedeelte van
de heup, glad meten (de overwijdte wordt
in het patroon bijgevoegd.
De taillewijdte, glad om de taille.
De hoeveelheid stof die men noodig heeft
wordt op het patroon aangegeven.
De pry's van het patroon voor de blouse af
zonderlijk bedraagt 35 cent plus 5 cent
porto, voor het broekje 30 cent plus 5 cent
porto. Voor beide patronen te zamen 50 cent
plus 5 cent porto, toe te zenden aan de
Redactie van „Van en Voor de Vrouw".
Adres administratie van ons blad.
ALLES wat U noodig hebt voor
JAPON- of MANTELSTOFFEN
vindt U het voordeeligst bij:
HOOGSTRAAT 351 hoek Spul, Rotterdam
Ook kunt U Uw japon laten knippen
voor 1.—; knippen en rijgen 2.—;
Mantelknippen 2.knippen en rijgen
3.Japon geheel gemaakt 7.50.
NIEUWSTE PLATEN ter Inzage.
REFLECTO
NIEUW MODERN
OLIE-SHAMPOO
VERF
ln 18 perfecte kleuren gemaakt door:
Societé KEMOLITE - PARIS
Do direct vervende „RBKLKCTO" shampoo
ls een nieuwe vinding om grtla. wit, gebleekt,
te veel gebleekt, vaal of dor haar te kleuren
De REFLECTO kan U al dl.
H. MESKER, Taai
I 108, DEN HAAG
„Als jij een nooi (jong meisje) wou zoen, moet jij
bijna vier voet inkruip, anders kom jij nie bij nie".
EEN vorig maal vertelden we, hoe de Afrika
ners zich thans weer kleeren maakten, zoo
als men ze een eeuw geleden droeg. Het is wel
aardig, eens te hooren, hoe men er in dien tijd
uit zag. Vooral onze vrouwen en meisjes zullen
zich interesseeren voor die oude kleederdracht,
met name wanneer we vermelden, hoe vrywel
alle kleedingstukken toen door de vrouwen en
dochters zelf gemaakt werden. Dat was nog eens
iets anders dan het fluks gemaakte japonnetje
van tegenwoordig, dat we als een heele prestatie
vol trots aan de huisgenooten toonen!
Moeders en dochters droeigen gelijke kleeren.
Het haar werd bedekt met een wit linnen kapje,
dat met streepjes en bloemetjes uitgewerkt was.
Potlooden kende men niet en daarom deed een
lepelsteél dienst om de streepjes en bloemetjes
op het linnen de juiste plaats te geven. Volgens
de ïoo geteekende figuren werden de kapjes met
de hand uitgewerkt. Evenmin als potlooden had
den de vrouwen katoen. Maar daar wisten ze
raad op. Uit oude kousen werden draden getrok
ken en de aldus verkregen draden en een rjjg-
naald waren de hulpmiddelen, waarmee zoo'n
kapje tot stand kwam.
Wanneer vrouwen bezig waren, zoo'n hoofdbe
dekking te fabriceeren, hadden ze voortdurend
zgn. „kappie-bloemen", van papier gesneden, bij
de hand. Het kapje had, wat men noemde een
lang fatsoen, was ongeveer 12 duim lang, met een
kleinen, ronden bol en een kleinen, witten kraag,
alles van linnen gemaakt.
Wat was het „fatsoen"?
Het zgn. fatsoen was een breede strook, welke hel
gezicht omlijstte. De jongemannen waren op
dezen overigens flatteuzen hoofdtooi van het jon
ge meisje niet zoo bijster gesteld, blijkens de gang
bare uitdrukking: „Als jij een nooi wou zoen, moet
jij.bijna 4 voet inkruip, anders kom jij nie by
Onder het kapje droegen de vrouwen nóg een
witte muts, met kant opgemaakt, die strak om
het hoofd zat. Met deze beide hoofdbedekkingen
gesierd, geleken de vrouwen veel op Roomsch-
Katholieke nonnen. Van het haar was practisch
niets te zien.
Dadelyk na de geboorte kregen de kinderen al
een muts op, en zij bleven die dragen, tot ze groot
waren. Meisjes zetten haar mutsje nooit af. Zoo
wordt het begrijpelijk, dat het haar, dit sieraad
voor de vrouw, feitelijk nooit zichtbaar was. En
dan kunnen we ook gelooven, hetgeen de heer
C. J. N. du Plessis in een oud boek aangaande zyn
moeder vertelt: „Als jongetje van 8 jaar liep hij
de kamer in, waar zijn moeder hetgeen hij niet
wist bezig was, haar haren te kammen. Zij gaf
hem toen een oorvijg, terwijl ze uitriep: „Wat heb
jij hier te doen, als ik mijn haren kam?", en met
een wierp zy haar groot voorschoot over haar
hoofd om de haren te bedekken. „Dat was", zoo
schrijft haar zoon later, „de eerste en ook de laat
ste maal, dat ik de haren mijner moeder zag"....
De stoffen, in dien tijd in zwang om japonnen en
rokken te maken, waren alpaca, tijk en baai, lin
nen en het ijzersterke voeringchits.
Over het kleed droegen de vrouwen nog een groot,
breed geruit voorschoot en een klein doekje, op
de manier van een sjaaltje, over de schouders
met de punt op den rug.
Alle boerenvrouwen over de geheele streek droe
gen hetzelfde. De kleinste verandering ln de klee
derdracht bij de vrouwen of bij de mannen, in het
scheren of kammen van den baard, werd haast
als een vergrijp beschouwd; zóó vast waren de
gewoonten in dezen.
Wat het sterke geslacht betreft, de jongens droegen
z.g. velkleeren, tot ze volwassen waren. De vel-
broek werd gemaakt van zelf-gelooide en zelf-toe-
bereide bokvellen. Als kinderen een nieuwe vel-
broek aanhadden en gingen loopen, dan kon men
elkander bijna niet verstaan door het gekraak en
gepiep van het nieuwe kleedingstuk! Een linnen
hemd, een mollevellen baatje en een doek om den
hals voltooiden de dagelijksche kleeding van de
jongens.
De kinderen kregen kruisbanden over de schou
ders, maar de groote menschen droegen die niet.
Daarom werd voor de mannen de broekband zeer
nauw gemaakt, zoodat de broek boven de heupen
vastkneep. Dit soort broeken had den karakteris
tieken naam van „nierknijpers".
„Nierknijpers" en „stevels"
„Stevels", of, op z'n Hollandsch, laarzen, droegen
de oude menschen alleen, en dan nog slechts als
zij naar de kerk gingen. Anders stelde ieder zich
tevreden met zelf-gemaakte velschoenen. Als de
zoon 12 jaar oud was, moest hy leeren, zijn eigen
schoenen te maken. Het kwam weinig voor, dat de
een ze voor den ander maakte. En de jonge meis
jes letten er wel terdege op, of de jongeman mooie
velschoenen aan had'
Naar den 16-jarigen leeftyd zag elke jongen met
verlangen uit, want dan mocht hy belijdenis doen,
gaan rooken engaan vryen. Bovendien raakte
men dan van de „velbroek" ontslagen en kreeg
men een broek van mollevel of fluweel, net als de
volwassen mannen. De moeder moest dit onderdeel
van de garderobe, evenals de rest van de kleeding,
gewoonlijk zelf maken.
Het verbaast ons dan ook niet, dat de moeders in
dien tijd vaak over rugpijn klaagden. Een naai
machine immers bezaten zy niet, en het geheele
gezin moest toch van kleederen voorzien worden.
Zij zaten dikwijls van den vroegen morgen tot den
laten avond met de naald in de hand voorover
gebogen te werken.
Ja, dat moest wel in die kinderrijke gezinnen. Men
bedenke alleen maar eens, dat het lange, witte
kapje soms tot twee maanden arbeid kostte, om
van de moeilijke, in 't verwerken stugge mannen-
kleeding maar te zwijgen. Was het donker, dan
moest een kaars het daglicht vervangen. En zelfs
die kaarsen maakten zij zelf. Andere dan thuis
gefabriceerde kaarsen kenden zy niet eens!
Als de overgrootmoeders van het tegenwoordige
geslacht thans eens rond konden zien in de Zuid-
Afrikaansche gezinnen, zouden ze waarschijnlijk
de taak van de huisvrouw, die zooveel practische
hulpmiddelen tot haar beschikking heeft, wel zeer
gemakkelyk vinden. Zulks niet ten onrechte; en
het is goed, zich te realiseeren, dat de moderne
tijd met zijn vernuftige vindingen ook op huis
houdelijk gebied aan de vrouwen veel voordeel en
besparing van werk heeft verschaft. Daarom kun
nen we des te meer waardeering hebben voor dg
„Oiwna's" Tan het xorige geslacht