EEN BRIEF UIT ZWEDEN Stekeligheden KNIPPATRONEN Iets over de kleeding uit den tijd van den Grooten Trek UITGAVE DER VTJF SAMENWERKENDE CHRTSTET TJKE DAGBI ADEN 19—24 DECEMBER 1 938 Een lezeres in Zweden zendt ons, na eerst dank gezegd te hebben voor de uitstekende recepten in ons Sint-Nicolaasnummer, het volgende aardige artikel: Een brief nit Zweden Zooals men zich in Holland reeds lang van te voren op Sint Nicolaas verheugt, zoo is 't hier in Zweden met de Kerst. De kranten beginnen al een tijd van te voren en veel leuke dingen worden bedacht. Reeds de laatste week van November be ginnen de meesten met de slacht, opdat alles niet op 't laatst komt. Hier merkt men eigenlijk pas goed dat No vember slachtmaand is. De z.g.n. kneuterboertjes slachten alleen een varken, maar de grootere, met meer per soneel, slachten een kalf ook. Mag men dan eens een kijkje nemen in de kelder, dan is 't een lust om al die gecon serveerde gehaktballetjes en karbonaden te zien. Niet alleen de boeren, maar ook de mensen met particuliere- of gemeente-betrekking slachten een varken of soms samen een. Er worden dan kolossale massa's worst ge draaid en vleesch gegeten. Als dat dan achter den rug is, dan gaan de huisvrouwen aan de schoonmaak, want met Kerstmis moet alles in de puntjes zijn. Eigenlijk is de eerste feestdag (behalve de adventszondagen als kerkelijke hoogtijden) de 13de December, 't Lucia-feest Steden als Stockholm kiezen dan een Lucia en deze wordt door de straten gereden be geleid door muziek^ Maar 't leukst is het wel voor de patiëntjes in de Ziekenhuizen. Een verpleegster is Lucia-godin (godin van het licht) en is gekleed in lang gewaad en moet liefst lang loshangend haar hebben. Op het hoofd draagt ze dan een krans waar in kaarsjes gestoken zijn, die branden. Er volgen een paar andere mee, die, bijzon der voor die gelegenheid gebakken brood jes ronddeelen. De godin zingt dan een versje en aan de glundere gezichtjes ziet men wel dat de kinderen het heel leuk vinden. Dat is dus een voorproefje en allen weten dat het groote feest nu heel dichtbij is. Voor de menschen in de steden en omtrek is er dan nog op den 3den adventszondag de groote Kerstuitstallingsdag. Alle winkels maken dan hun speciale étalages en op de straten is het propvol met nieuwsgierigen. Te meer daar op Maandag al weer een deel weg is, omdat andere artikelen dan weer hun ruimte vragen. Ondertusschen is dan bij de huismoeders de schoonmaaklust gestild en begint men met het bakken van groote en gevarieerde voorraden koekjes. Kerstmis van 24 Dec. tot 14 Januari Dat lijkt een beetje overdreven, maar Kerst mis duurt hier van den 24sten December tot en met 13 Januari. In dien tijd wordt er niet extra gewerkt, niet gewasschen of gebakken. Ook is dit de tijd bij uitnemendheid om gasten te ontvangen. Buiten weinig werk en van alles goed voor- Dus moet er wel op zoo'n 3 weken gere kend worden. Ook omdat men in Zweden heusch niet met één koekje bij een kopje koffie tevreden zou zijn. Er worden echter ook voor die gelegenheid veel speciale handwerken gemaakt. Alle kamers hebben een of meer van die leuke opgewerkte wand kleedjes in frissche kleuren met aardige spreuken. Men heeft andere tafelkleedjes, andere kof- fiedoeken en tafellakens. Maar ook buiten in de steden en dorpen doet men alles om 't heuglijk feit, dat bui ten de hooge beteekenis, voor de bewoners van het Noorden ook 't feest van de terug keer van het licht is, zoo luisterrijk moge lijk te maken. Prachtige huishooge kerstboomen worden opgezet, met kleine vriendelijke electrische lichtjes erin, die eiken avond branden. In den familiekring En als dan eindelijk Kerstavond den 24sten December gekomen is, dan is 't een genot om dien avond in een echt Zweedsche fa milie door te brengen. Voor de buitendeur ligt een groote bos spar- regroen en binnen om de lampen is ook meest heel fijn groen. Het avondeten volgt, de traditie gerouw, 't menu van stokvisch met brood en rijst toe. Ieder is in spanning, want daar naast de Kerstboom ligt een heel hooge stapel ca- Later wordt er op de deur geklopt en roept een met een zware stem „de Kerstman". Zoomaar rolt er een groot pak naar binnen, maar niemand is te bekennen, als men komt kijken. Dat komt dan vanzelfsprekend van een na bij familielid en 't maakt de flinke hoop nog grooter. Als allen verzameld zijn en terug uit de kerk dan krijgt ieder z'n cadeaux. De boom brandt zoo in-gezellig met flikke rende kaarsjes. 't Is echt een fijne avond en vooral omdat dit zoo van te voren gebeurt stoot men er zich niet zoo licht aan. De eigenlijke Kerstdagen zijn wel bijna ge lijk aan de onze. Alleen heeft men Eersten Kerstdag een kerkdienst om 6 uur 's gens, een om 7 en een om 8 uur. Vooral de verlichting met echte kaarsen, of zooals wij 't hier noemen „levend licht", geeft een echte hoogtijstemming. Na de twee Kerstdagen duurt echter de Kerst nog voort. Tot Oudejaar is alles eigen lijk gewoon. Alleen hebben de meesten vrij en staan de fabrieken zooveel mogelijk stil. En ook aan de schoof haver die buiten vast gebonden staat voor de vogeltjes en die pas na den 13den Januari weggehaald wordt, merkt men dat 't nog niet afgeloopen is. Nieuwjaar komt met den gezelligen Oude jaarsavond eraan vooraf. De traditioneele Hollandsche chocolademelk ontbreekt echter. Dan volgen tot den 6den Januari weer een paar gewone dagen, maar waarop men toch extra eten krijgt Een groote ronde roode kaas bijvoorbeeld uit Holland is een van de bijzondere lekker nijen. En het „god jul"«), „vroolijk Kerst feest", lacht je er tegen. Dan komt 't feest van de Wijzen uit het Oosten. Dit is ook een Zondag hier, maar daarna beginnen de fabrieken en menschen weer met 't werk. Voor de kinderen meest, maar ook in wer kelijkheid eindigt het pas echt als ze op den 13den alle eetbaars van de boom mogen plunderen. Dit wordt ook Kerstboomplundering ge noemd. Alle sier, waar het feest mee begon, wordt weggehaald en vooral de boom-uit-de-huis- kamer, die zoo ontzettend veel naaldjes laat vallen, wat een ware opluchting voor de moeder is. N. OLSSONBAKHUYZEN Spreek uit goed juuL Prinses Manna met een serie van haar meest flatteerende hoeden ZONDAGAVOND zijn we bij de Jansens op visite geweestwant mevrouw Jansen had op het kransje tegen Daatje al zoo dikwijls gezegddat we vast eens moesten komen, dat Daatje tenslotte ging gelooven, dat het meenens was en toen ze dat eenmaal ge loofde, brak ook na eenige weken de tijd aan, dat ze de zekerheid kreeg, dat we nu niet langer konden weigeren, omdat het anders net zou zijn alsof wij niet wilden. Zoodoende gingen we bij de Jansens op visite. Daatje heeft ze me uit de kerk wel eens aangewezen en zoo kende ik ze vat gezicht, maar nu we er een avondje ge weest zijn ken ik ze van haver tot gort. Jansen is iets op het stadhuis, maar als iemand iets op het stadhuis, of by de be lastingen of bij het kadaster of bij de pro vinciale griffie is, weet je nooit wat hij is en daar ben ik dan ook niet achter geko men. In elk geval is hij op een afdeeling en hij heeft andere menschen onder zich want hij zei tegen Cornelisse: Hoor hier, Cornelisse, dat wil ik nou niet meer hebben; als je een ander soort papier ge bruikt en van een ander formaat en je doet dat in de klapper bij de andere stukken, dan geeft dat een slordig gezicht. Mevrouw Jansen en Daatje zaten op dat oogenblik net te zwijgen en toen zei mevrouw Jansen tegen Daatje: Hij is zoo precies, 't moet allemaal even netjes en in de phntjes zijn. Ik houd niet van slordigheid op mijn afdee ling, zei mijnheer Jansen en als je dat je menschen van het begin af aan bij brengt, dan leeren ze dat wel. Behalve Cornelisse heeft hij nog meer menschen onder zich. want hij zei tegen die dit en tegen deze dat en die menschen den niet veel bijzonders terug. Hij heeft den wind er onder, die Jansen, want als je dat niet hebt, nou, dan steken ze tenslotte den draak met je, net als met z'n collega bij de afdeeling Onderwijs, die al begint met zelf een half uur te laat te komen en die dan nog eens rustig begint met het ochtendblad te lezen. Je moet niet vragen naar de bende die daar is. Als je een stuk moet hebben van Onderwijs dan moeten ze 't vaak uit stapels ongeordende rommel zoeken. Bij hem, Jansen, grijp je maar in de kast en je hebt het. Maar in elk geval is Jansen dan op 't Stadhuis en hij heeft zijn beide ouders nog. Zijn vader is nog flink en zijn moeder suk kelt vooral in den winter, tegen 't voorjaar knapt ze weer wat op. Hij heeft twee ge trouwde zusters en en broer, die een onge lukkige liefde heeft gehad, waar hij een hoop van weet, zooals je nog steeds merken keen. Hij zal niet zoo gemakkelijk tot een trouwdag komen, die Joop maar hij heeft gelukkig een goeie betrekking bij den Raad Arbeid, waar hy ook een stuk of wal menschen onder zich heeft en waar hy goed aangeschreven by zyn chefs, want als er wat is, waar ze niet uit Kunnen komen, wordt Joop er by geroepen. '.vrouw Jansen is eeiugsle dochter, zoo als je wel merken Kam zei de heer Jansen een Knipoog) en zy heeft alleen haar r nog, aie na tn zyn eentje zit te huizen {.met een meid overaag). De heer en mevr. lansen hebben al eens aangeboden, dat hy oy hen overnuis zou Komen, maar daar aeejt hy geen ooren naar. tiy Kan er ook oest van Komen, want ny heeft een aardig penstoen ais gemeentesecretaris van Veen- aaien, waar hy dus ook wel een stuk of wat inenscnen onaer zich genaa zal heboen. tiy ueejt last van zijn maag .maar aenk je nou, uut zuike mensuten naar reae luistereni uat eet maar raak, spruitjes en bruine ooo- nen en wnaere zware Kost en dat blijft na tuurlijk niet zonaer gevolgen, mijnheer Jan sen heeft zelf ook last van zyn maag. maar iiy houut een nauwkeurig dieet en zoo heeft ny er geen last van. Loirnelisse heeft oob tast van zyn maag. maar die heeft het weei anders net aagmetsje van mevrouw Jansen deug niet, te veei nukken. mevrouw Jansen noodt zoo van cactussen, maar je kunt je er anders leelyk aan prik- ken. mynneer Jansen rookt matig, twee si garen per aag, ook at m verband met zyn maag. Comensse rookt veel te veel snap je nou zoo n ventt) De Jansens zyn nog jamilie van aie anaere Jansens. Hun neej assistent-resiaent m Lndie. (.Die heeft een heele serie menschen onder zich). Mynheer Jansen leest nooit romans, dat is toch r allemaal fantasie. Mynheer Jansen heeft voor zyn Sinterklaas een wollen vest gehad. Daar heeft mevrouw Jansen toch zoó'n werk aan gehad. En dan moest natuurlyk alles stiekum gebeuren. Mynheer Jansen heeft eens een nog zoo goed als nieuw bureau ministre voor dertig gulden gekocht. Dat ging zoo en zoo.... Mevrouw Jansen bakt zei) krentenbrood werkelijk, heel lekker. En wat wordt er tegenwoordig veel ge vraagd. Je kunt wel met je portemonnaie in je handen blijven staan. Ja, we zyn Zondagavond bij de Jansens op visite geweest. Heel gezellig. Ze moesten het heusch eens gauw terug komen doen. Nou, dat deden ze heel graag. Volgende week niet, want dan kwam Joop, enfin, dat spra ken ze op de krans nog wel af. Ik zit er wel een beetje mee, want ik heb alleen Katie en den loopjongen onder me en ik heb het ook niet aan mijn maag, terwijl Her man en Hendrik de Man geen familie van me zijn, maar er zal vn de familie Jansen nog wel verder perspectief zitten. En op achterhand heb ik een broer, die kleuren blind is. Zoo teeken ik dan, MIJNHEER DE MAN. Iets over kaarsen Het is aan te bevelen eenigen tijd vóór men kaarsen denkt te gebruiken, enkele pakken hiervan in te slaan en in een blik te bewa ren. De stearine wordt daardoor harder zal langer branden. Een kaars brandt veel zuiniger, indien men op de pit een randje fijn zout strooit, terwijl de vlam rustiger is. Kaarsen, die langbewaard zijn, worden soms geel, doch door afwrijven met spiritus her krijgen ze hun oorspronkelijke kleur. Krom getrokken kaarsen worden weer recht, indien men ze warm laat worden en daarna op een gladde oppervlakte met de hand heen en weer rolt. Gebroken kaarsen, waarvan de pit onbe schadigd is, worden op de breuk verwarmd, waarna men de zachte was aaneendrukt. Een kaars, die te dik is voor de kandelaar, wordt met het uiteinde in heet water ge dompeld, waardoor de was week wordt ei zich gemakkelijk laat vervormen. Breit rij reeds met NE VEDA- WOL? Hebt g(J NEVEDA-brei- patronen? Indien niet, gelieve U het onderstaande Ingevuld aan ons ln te zenden: Aan de N.V. Ned. Wolspinnerij, Heerengr. 483, A'dam (C.). U gelieve my GRATIS toe te zenden een NEVEDA- patroonsbeschryving voor een: Damesblouse, Deux - Plèces, Heeren-sllpover, Meisjesjurkje (doorhalen wat niet verlangd wordt), en den naam van den Neveda-winkelier te mijner stede op te geven. m Wat eten we volgende weelc 1STE KERSTDAG Tomatensoep Gebraden haas Roode kool Plumpudding 2DE KERSTDAG Hazenpastei Gesneden ham Doperwtjes Appelmoes DINSDAG Runderlapjes. Gest. uien Beschuit met kaas WOENSDAG Haché (van overgebleven vleesch) Zoete appelen Bananenvla DONDERDAG Gest. kabeljauw. Wortelen Drie-in-de-pan VRIJDAG Geb. spek. Capucijners Appelvla ZATERDAG Gebraden worst Stamppot v. Savoyekool en Aardap. Rijst met boter en suiker GEBRADEN HAAS 1 haas: (100 gram lardeerspek), 250 gr. bo ter, 6 gr. zout Wasch den panklaar gemaakten haas en zout hem. Snijd het lardeerspek in dunne reep jes en lardeer desverlangd hiermee den rug en achterbouten. Laat de boter in een hazepan of braadslee warm en bruin worden. Braad hierin den haas plm. 2i/2 uur. Bedruip hem dikwijls. Leg het deksel, of een met boter besmeerd stuk grauw papier tijdens het braden over den haas. Maak de jus af met het hazenbloed, dat met water en wat rooden wijn is opgeklopt Marineer oude kaas eenigen tijd vóór het braden. Verwijder vóór het opdoen de touwtjes en de pennen van den haas. BANANENVLA L. melk, 50 gr. suiker, een stukje vanille, 30 gram maïzena, 1 ei, 2 a 3 niet te rijpe bananen. Schil de bananen en snijd ze in plakjes. Be strooi ze met een gedeelte van de suiker en leg ze onder in de vlaschaaL Breng de melk met de vanille en de overige suiker aan de kook. Roer het ei door de maïzena en maak er met wat lauwe melk een papje van. Roer een gedeelte van de kokende melk langzamerhand bij het maïzena-papje en giet dit daarna geheel over in de pan. Op een zacht vuur blijven ren, tot de vla gebonden is. Onder af en toe roeren, laten afkoelen. Daarna in de vla- schaal overdoen. In aansluiting aan het jongenspakje No. 13 voor kleine jongens, wordt nu een jongens blouse met broekje gegeven, geschikt voor eiken leeftijd, die een blouse kan dragen. Op deze blouse met hoog gesloten hals laat men voor groo tere jongens ter versiering een stropdas dragen. Wil men een goed geheel verkrijgen dan dient de kleur de das goed te harmonieeren met die van de blouse. blouse kan voor den winter gemaakt worden flanel of zware popeline. voor den zomer katoen, zijde verdere wasch bare blousestoff en. Het patroon kan besteld worden mét of zonder ruimte onder het schouderstuk. Men vermelde hierbij ook den leeftijd van den jongen, omdat het model van het kraagje voor kleine jongens niet geheel gelijk is aan dat van groote jongens. Wat vrouwen interesseert Een bijzondere bruidstoet trok onlangs de bijzondere aandacht in de Engelsche hoofd stad. De bruid was gekleed in een licht blauwe japon met sluier in dezelfde kleur. Haar hoofdtooi bestond uit een krans van rose bloemen, hetgeen een ietwat onwen- nigen indruk maakte, doch ongetwijfeld zeer apart was. In Amerika het land van vele mogelijk heden heeft men vastgesteld, dat geel de beste kleur voor regenkleeding is. Men zegt, dat geel bij nevelachtig, miezerig en regenachtig w-eer steeds opvalt en automo bilisten minder ongelukken veroorzaken, als de voetgangers in regendagen „in het geal" gekleed gaan. De bescheiden paarse viooltjes, die men in den regel omstreeks Maart ziet dragen op de revers van damesmantels, worden thans in groote toefs nagemaakt natuur lijk! op avondjaponnen gedragen aan hals en ceintuur. GUto -futwlBKon rrijaolotojo No. 14 De halve bovenwijdte van midden-achteï tot midden-voor. De lengte van de blouse, van het hoogste punt op den schouder naast den hals, tot laag in de taille (de lengte onder de taille behoeft men niet te meten, dit wordt aan het patroon toegevoegd). De mouwlengte, van den schouderknokkel, recht meten tot den pols. De polswijdte, glad meten, daar de over- wijdte voor de manchet wordt bijgevoegd. De zijlengte voor het broekje van uit dg taille, zoo lang men het broekje wenscht. De heupwijdte om het breedste gedeelte van de heup, glad meten (de overwijdte wordt in het patroon bijgevoegd. De taillewijdte, glad om de taille. De hoeveelheid stof die men noodig heeft wordt op het patroon aangegeven. De pry's van het patroon voor de blouse af zonderlijk bedraagt 35 cent plus 5 cent porto, voor het broekje 30 cent plus 5 cent porto. Voor beide patronen te zamen 50 cent plus 5 cent porto, toe te zenden aan de Redactie van „Van en Voor de Vrouw". Adres administratie van ons blad. ALLES wat U noodig hebt voor JAPON- of MANTELSTOFFEN vindt U het voordeeligst bij: HOOGSTRAAT 351 hoek Spul, Rotterdam Ook kunt U Uw japon laten knippen voor 1.—; knippen en rijgen 2.—; Mantelknippen 2.knippen en rijgen 3.Japon geheel gemaakt 7.50. NIEUWSTE PLATEN ter Inzage. REFLECTO NIEUW MODERN OLIE-SHAMPOO VERF ln 18 perfecte kleuren gemaakt door: Societé KEMOLITE - PARIS Do direct vervende „RBKLKCTO" shampoo ls een nieuwe vinding om grtla. wit, gebleekt, te veel gebleekt, vaal of dor haar te kleuren De REFLECTO kan U al dl. H. MESKER, Taai I 108, DEN HAAG „Als jij een nooi (jong meisje) wou zoen, moet jij bijna vier voet inkruip, anders kom jij nie bij nie". EEN vorig maal vertelden we, hoe de Afrika ners zich thans weer kleeren maakten, zoo als men ze een eeuw geleden droeg. Het is wel aardig, eens te hooren, hoe men er in dien tijd uit zag. Vooral onze vrouwen en meisjes zullen zich interesseeren voor die oude kleederdracht, met name wanneer we vermelden, hoe vrywel alle kleedingstukken toen door de vrouwen en dochters zelf gemaakt werden. Dat was nog eens iets anders dan het fluks gemaakte japonnetje van tegenwoordig, dat we als een heele prestatie vol trots aan de huisgenooten toonen! Moeders en dochters droeigen gelijke kleeren. Het haar werd bedekt met een wit linnen kapje, dat met streepjes en bloemetjes uitgewerkt was. Potlooden kende men niet en daarom deed een lepelsteél dienst om de streepjes en bloemetjes op het linnen de juiste plaats te geven. Volgens de ïoo geteekende figuren werden de kapjes met de hand uitgewerkt. Evenmin als potlooden had den de vrouwen katoen. Maar daar wisten ze raad op. Uit oude kousen werden draden getrok ken en de aldus verkregen draden en een rjjg- naald waren de hulpmiddelen, waarmee zoo'n kapje tot stand kwam. Wanneer vrouwen bezig waren, zoo'n hoofdbe dekking te fabriceeren, hadden ze voortdurend zgn. „kappie-bloemen", van papier gesneden, bij de hand. Het kapje had, wat men noemde een lang fatsoen, was ongeveer 12 duim lang, met een kleinen, ronden bol en een kleinen, witten kraag, alles van linnen gemaakt. Wat was het „fatsoen"? Het zgn. fatsoen was een breede strook, welke hel gezicht omlijstte. De jongemannen waren op dezen overigens flatteuzen hoofdtooi van het jon ge meisje niet zoo bijster gesteld, blijkens de gang bare uitdrukking: „Als jij een nooi wou zoen, moet jij.bijna 4 voet inkruip, anders kom jij nie by Onder het kapje droegen de vrouwen nóg een witte muts, met kant opgemaakt, die strak om het hoofd zat. Met deze beide hoofdbedekkingen gesierd, geleken de vrouwen veel op Roomsch- Katholieke nonnen. Van het haar was practisch niets te zien. Dadelyk na de geboorte kregen de kinderen al een muts op, en zij bleven die dragen, tot ze groot waren. Meisjes zetten haar mutsje nooit af. Zoo wordt het begrijpelijk, dat het haar, dit sieraad voor de vrouw, feitelijk nooit zichtbaar was. En dan kunnen we ook gelooven, hetgeen de heer C. J. N. du Plessis in een oud boek aangaande zyn moeder vertelt: „Als jongetje van 8 jaar liep hij de kamer in, waar zijn moeder hetgeen hij niet wist bezig was, haar haren te kammen. Zij gaf hem toen een oorvijg, terwijl ze uitriep: „Wat heb jij hier te doen, als ik mijn haren kam?", en met een wierp zy haar groot voorschoot over haar hoofd om de haren te bedekken. „Dat was", zoo schrijft haar zoon later, „de eerste en ook de laat ste maal, dat ik de haren mijner moeder zag".... De stoffen, in dien tijd in zwang om japonnen en rokken te maken, waren alpaca, tijk en baai, lin nen en het ijzersterke voeringchits. Over het kleed droegen de vrouwen nog een groot, breed geruit voorschoot en een klein doekje, op de manier van een sjaaltje, over de schouders met de punt op den rug. Alle boerenvrouwen over de geheele streek droe gen hetzelfde. De kleinste verandering ln de klee derdracht bij de vrouwen of bij de mannen, in het scheren of kammen van den baard, werd haast als een vergrijp beschouwd; zóó vast waren de gewoonten in dezen. Wat het sterke geslacht betreft, de jongens droegen z.g. velkleeren, tot ze volwassen waren. De vel- broek werd gemaakt van zelf-gelooide en zelf-toe- bereide bokvellen. Als kinderen een nieuwe vel- broek aanhadden en gingen loopen, dan kon men elkander bijna niet verstaan door het gekraak en gepiep van het nieuwe kleedingstuk! Een linnen hemd, een mollevellen baatje en een doek om den hals voltooiden de dagelijksche kleeding van de jongens. De kinderen kregen kruisbanden over de schou ders, maar de groote menschen droegen die niet. Daarom werd voor de mannen de broekband zeer nauw gemaakt, zoodat de broek boven de heupen vastkneep. Dit soort broeken had den karakteris tieken naam van „nierknijpers". „Nierknijpers" en „stevels" „Stevels", of, op z'n Hollandsch, laarzen, droegen de oude menschen alleen, en dan nog slechts als zij naar de kerk gingen. Anders stelde ieder zich tevreden met zelf-gemaakte velschoenen. Als de zoon 12 jaar oud was, moest hy leeren, zijn eigen schoenen te maken. Het kwam weinig voor, dat de een ze voor den ander maakte. En de jonge meis jes letten er wel terdege op, of de jongeman mooie velschoenen aan had' Naar den 16-jarigen leeftyd zag elke jongen met verlangen uit, want dan mocht hy belijdenis doen, gaan rooken engaan vryen. Bovendien raakte men dan van de „velbroek" ontslagen en kreeg men een broek van mollevel of fluweel, net als de volwassen mannen. De moeder moest dit onderdeel van de garderobe, evenals de rest van de kleeding, gewoonlijk zelf maken. Het verbaast ons dan ook niet, dat de moeders in dien tijd vaak over rugpijn klaagden. Een naai machine immers bezaten zy niet, en het geheele gezin moest toch van kleederen voorzien worden. Zij zaten dikwijls van den vroegen morgen tot den laten avond met de naald in de hand voorover gebogen te werken. Ja, dat moest wel in die kinderrijke gezinnen. Men bedenke alleen maar eens, dat het lange, witte kapje soms tot twee maanden arbeid kostte, om van de moeilijke, in 't verwerken stugge mannen- kleeding maar te zwijgen. Was het donker, dan moest een kaars het daglicht vervangen. En zelfs die kaarsen maakten zij zelf. Andere dan thuis gefabriceerde kaarsen kenden zy niet eens! Als de overgrootmoeders van het tegenwoordige geslacht thans eens rond konden zien in de Zuid- Afrikaansche gezinnen, zouden ze waarschijnlijk de taak van de huisvrouw, die zooveel practische hulpmiddelen tot haar beschikking heeft, wel zeer gemakkelyk vinden. Zulks niet ten onrechte; en het is goed, zich te realiseeren, dat de moderne tijd met zijn vernuftige vindingen ook op huis houdelijk gebied aan de vrouwen veel voordeel en besparing van werk heeft verschaft. Daarom kun nen we des te meer waardeering hebben voor dg „Oiwna's" Tan het xorige geslacht

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1938 | | pagina 8