ÜJsEE s a Het vraagstuk der Joodsche vluchtelingen De Zuid-Afrikaansch-Britsche betrekkingen Het optreden tegen de Joden Het Belgische Monument te Amersfoort WOENSDAG 16 NOVEMBER 1938 EERSTE BLAD PAG. a Welk land kan herberg verleenen „Schwarze Korps" wil van geen matiging weten Te Londen heeft de Amerikaansohe gezant Kennedy besprekingen gevoerd over het lot der Duitsche Joden. In antwoorl 'op vra gen van Kennedy heeft Engeland verklaard, dat het gaarne bereid is, voorloopig onderdak te verleenen aan Joodsche vluch telingen, indien andere landen later perma nent onderdak kunnen geven. Kennedy moet daarop gezegd hebben, dat de Vereenigde Staten aan de immigratie- quota gebonden zijn, die voor Duitschland reeds vol zijn tot Juli 1939. Kennedy moet daarop het denkbeeld geopperd hebben, dat er in dun bevolkte streken van het Britsche Empire misschien wel wat ruimte te vinden zou zijn. Van Engelsche zijde antwoordde men, dat er toch al wat meer vluchtelingen zijn toe gelaten dan officieel wordt gezegd en het moederland is dan ook vrijwel „verzadigd" In Noord Rhodesia, Kenya en misschien In Tanganjika kunnen nog wat gezinnen worden opgenomen, maar die mogelijkhe den zijn beperkt. Australië neemt wel vluch telingen op, doch Zuid-Afrika en Canada weigeren. Voor de Europeesche landen is eveneens het verzadigingspunt bereikt en Zuid-Ame rika kan slechts landbouwers opnemen. De meeste vluchtelingen komen uit de stad en bovendien is alle hoop, dat aan de vluchtelingen zou worden toegestaan, toch wat bezit mee te nemen, thans vervlogen. Zoo is men nog niet verder gekomen dan te constateeren, dat tijdelijk onderdak wel wordt aangeboden, in de eerste plaats wel door Nederland en voorts ook door Enge land, doch dat geen enkele uitweg naar een definitieve oplossing te vinden is. Noch het Initiatief van de Vereen. Staten, dat door Kennedy Is ondernomen, noch dat van Nederland, overleg te plegen met En geland, Frankrijk, Denemarken, België en Zwitserland, heeft in diplomatieke kringen veel optimisme gewekt, daar het reeds lang bekend is, dat geen der landen eigenlijk meer plaats kan bieden aan een eenlgszins belangrijk quantum Joodsche vlnchtolingen De nauwe samenwerking, die er thans tusschen Engeland en de Vereen. Staten bestaat, heeft echter ln Joodsche kringen toch eenlge hoop gewekt Deze belde mo gendheden Immers zijn heerschers over groote gebieden en de omvang van het vluch- telingen-vraagstuk maakt het duidelijk, dat Ingrijpende maatregelen noodlg zijn. Roosevelt over het Duitsche optreden Do algemeene verontwaardiging in de .Vereen. Staten heeft haar duidelijkste uit drukking gevonden in de woorden van pre aident Roosevelt de in onverholen af keer het Duitsche optreden heeft gegispt „Om uit de eerste hand een beeld te krij gen van den toestand in Duitschland, heb ik onzen ambassadeur gevraagd, naar Wash ington te komen", aldus Roosevelt „Het nieuws van de laatste dagen heeft 'de publieke opinie tot het diepst geschokt. Waar dergelijke berichten ook vandaan ge komen waren, zij zouden steeds dezelfde uitwerking hebben op het Amerikaansohe wolk. Ikzelf kon nauwelijks gelooven, dat dergelijke dingen voor konden komen in de twintigste eeuw". Op een vraag, zijn standpunt nader uit een te zetten, antwoordde Roosevelt, dat zijn verklaring duidelijk genoeg was. Op de vraag, of hij een formeel protest heeft ingediend, antwoordde hij: „nog niet". Hij wilde zióh er niet over uitlaten, of een dergelijk protest aJsnog zou worden ver zonden. Senator King heeft in Washington aan de pers meegedeeld, dt hij voornemens is, een voorstel in te dienen tot een resolutie, waarin het optreden van Duitschland wordt veroordeeld als in strijd met het internatio nale recht. „Indien Duitschland zijn hou ding niet verandert, sta ik verbreking van de diplomatieke verbindingen voor" Joden graven tunnels De Joden, die uit Duitschland trachten te Vluchten, hebben in den nadht onder de Fransch-Duitsche grens tunnels gegraven, waarvan er enkele bijna 50 M. lang -/ijn. Sedert den móórd op von Rath hebben fvelo honderden Joden gepoogd Frankrijk binnen te komen, doch de Fransche grens posten zijn zóó versterkt, dat de Joden tot allerlei slinksche methoden him toevlucht moeten nemen. Aan de Fransche Saargrens zijn reeds 500 Vluchtelingen teruggezonden, terwijl onge- rveer 150 zijn binnengelaten. Hoeveel erin geslaagd zijn, door de tunnels binnen te ko men, is niet bekend. Incidenten in Danzlg Tweehonderd te Danzig wonende Poolsche Joden, die aldaar voor het Poolsche commis sariaat-generaal stonden te wachten om hun passen aan de gewone controle te doen onderwerpen, werden door de politie ge arresteerd en ondanks hun protesten naar het politiebureau gebracht Vele huiseigenaren hebben hun Joodschen huurders aangezegd, dat de woningen vóór 1 December ontruimd moeten worden. De autoriteiten hebben de goederen eener handelsfirma van een Zwitserschen eige naar in beslag genomen. Na een huiszoeking in do Joodsche vrijmetselaarsloge heeft de politie een kistje, inhoudende een millioeu gulden, in beslag genomen. De meening van het „Schwarze Korps" Het orgaan der S.S. „Schwarze Korps" wil van geen medelijden met het lot der Joden en van geen matiging weten. „Wij, voor ons part", aldus dit blad, „zul len met een spookachtige consekwentie ge bruik maken van de gijzelaars, die 't Joden dom ons biedt, en wel volgens het door de Joden zelf opgestelde principe van oog om oog, tand om tand 1000 oogen om één oog, duizend tanden om één tand. Wee den Joden, als nog een van hen, of een door hen omgekochte of opgehitste handlanger zijn moorddadige hand tegen een Duitscher verheft. Niet één van hen staat borg voor een dooden of gewonden Duitscher, maar zij allen staan borg. Dat moge een ieder weten, die het na onze eerste zachte waar schuwing nog steeds niet mocht weten. „Wij laten ons niet in met ingewikkelde rekenkunsten omtrent schuld of onschuld van enkelingen. Want wij voeren met de Joden geen volkenrechtelijken oorlog, gelijk mannelijke oprechte volken dien tegen elkaar voeren. „Joden en Duitschers zijn geen partijen met gelijke rechten; wij komen er tegen op, dat men hen met ons in één adem noemt. Er is hier slechts één recht, dat is ons recht, het recht van onze noodweer, en wij alleen bepalen, wanneer en hoe het wordt toegepast „Den hoogst verdachten ijverigen bemid delaars wordt dringend aanbevolen, uit de vuurlinie te gaan. „Ieder van ons heeft wel ln de laatste da gen met zulk een trouwhartig verdediger van de ocrchristelijke en bijna reeds voor- Aziatische naastenliefde te doen gehad, omdat zij in iederen vleeschwinkel, aan ieder krantenstalletje, aan iedere koffie huistafel ongeroepen verschenen." Uit deze laatste uitlating blijkt derhalve nog eens overduidelijk, dat er in'het Derde Rijk nog heel wat menschen zijn. die het onbesuisde optreden tegen de Joden onvoor waardelijk afkeuren! DIESELMOTOREN STOOMTURBINES STOOMMACHINES STOOMKETELS POMP.INSTALLATIES APPARATEN - GIETWERK ENZ. 4200 PX. STORK-D1ESELMOTOR In Februari Engelsche verkiezingen De Londensche correspondent van de „Manohester Guardian" verneemt van ver- scheiaene kanten, welke hij voor welinge lichte houdt, dat thans besloten is begin Februari algemeene verkiezingen te houden. Niet gevoelens, maar belangen geven den toon aan Minister Pirow spreekt te Londen Pirow, de Zuid-Afrikaansche mi nister van defensie, die op het oogen- blik in Londen vertoeft, heeft in een rede voor de South-Africa Club ver klaard, dat hij allereerst daarheen gekomen was om tegenover C h a m- berlain uitdrukking te geven aan een gevoel van dankbaarheid, voor wat de premier voor de zaak van den vrede heeft gedaan. Vervolgens behandelde de minister de verdere bedoelingen van zijn reis naar Londen, ten gevolge waarvan zooveel gesproken is over de houding van Zuid-Afrika in geval Groot- Brittanië in een oorlog verwikkeld raakte. Deze houding, aldus Pirow, zal door ons parlement voor elk oorlogs- geval afzonderlijk worden beoordeeld. Ik kan mij gevallen voorstellen, waar in het voor ons zelfmoord zou zijn, ons er buiten te houden. Ik kan mij andere gevallen voorstellen, waarin deelneming aan oorlog niet zou wor den gesteund, zelfs nifet door de meer derheid van Engelsch sprekende Zuid- Afrikanen. De reden voor onze houding is duidelijk Zij is gebaseerd op het gezonde verstand. In de eerste plaats, hoe ook de omvang van onze deelneming in den aanvang zou rijn, ten slotte zou het beteekenen, dat een uelangrijk gedeelte van de jeugd des lande gedood of verminkt zou worden tijdens zoo'n oorlog. In de tweede plaats hebben wij een bevolking, die tot 60 bestaat Uit menschen, die geen Britsch bloed in de aderen hebben en voor wie een beroep op gevoelsgronden van imperieelen aard niets bet eekent MJen heeft mij gezegd, dat, wanneer de houding van Zuid-Afrika toegepast zou worden op het Rritsohe gemeenebêst in zijn geheel, dit de ontbinding van het imperium zou beteekenen. Ik kan slechts verklaren, dat voor. zoover Zuid-Afrika betreft het beter is de bestaande hartelijke samenwer king van het gameenebest te grondvesten op feiten dan op sprookjes. Het beginsel waarbij de betrekkingen gegrondvest worden op onderlinge belangen in plaats van op gevoelens, heeft, zoo ging de minister voort, zeer goede vruchten af geworpen in verband met de handelspositie. Zuid-Afrika is niet alleen de beste klant van Groot-Brittannië in het gemeenebest, doch tevens de beste klant in de geheele wereld. Engeland is de beste klant van Zuid-Afrika en wij hopen, dat deze toestand zoo zal blijven, terwijl wij op den grondslag oezer betrekkingen zelfs nog hartelijker sa menwerking in de toekomst tegemoet zien. ,Zoo doet men in Duitschland!' (Van Duitschen correspondent) Hoewel thans officieel is medegedeeld, dat de moord op Ernst von Rath de directe aanleiding was tot het nemen van de bekende draconische maatrege len, kondigde het „Schwarze Korps" van 2 November, toen er dus van den moord aanslag nog niets bekend kon zijn, de nieuwe phase in het optreden der Duit sche regeering tegen de Joden reeds aan. Deze vage aankondiging is thans door de feiten bevestigd, welke aan duidelijkheid niet te wenschen overlaten. De genomen maatregelen, stellen de we reld, doch in de eerste plaats de duizenden Joden, die nog in het „A'ltreich", de „Ost- mark" en het teruggewonnen gebied der Sudeten-Duitschers woonachtig zijn, voor het ontstellende feit, dat alle joden zonder pardon uit de burgerlijke samenleving definitief worden uitgeschakeld! Er is voor hen, althans in het huidige Derde Rijk, geen plaats meer onder Gods zon! En door het eischen van.een milliard Rijksmark boete en het herstel van iedere vernieling en schade, welke door opgeschoten jongens in alle deelen van Duitschland aan winkels, synagogen of particuliere woningen aangericht, zonder daarbij gebruik te mogen maken van vroeger aangegane con tracten met een verzekeringsmaatschappij, zal menige joodsche burger, die nog wat geld op de bank heeft staan of ergens heeft weg gestopt, tot den bedelstaf worden gebracht. Want men behoeft er niet aan te twijfelen, dat al deze draconische maatregelen en ver ordeningen, welke in de Zondagsbladen met dikke letters op de voorpagina aangekondigd worden, met onverbiddelijke hardheid ten uitvoer gebracht zullen worden! Het gaat hierbij om 360.000 orthodoxe joden het vroegere Duitschland, daarbij komen dan 200.000 rasgenooten uit het voormalige Oostenrijk en het veroverde gebied van Tsjecho-Slowakije, terwijl we het aantal halve, liberale of gedoopte joden, die volgens de Duitsche wet thans niet meer tot het Duitsche volk geteld mogen worden, niet eens in cijfers kunnen noemen. „So macht es Deutschland"! Zoo doet men in Duitschland! Dat lazen we heden boven een uitvoerige beschouwing over al deze nieuwe verordeningen en het spreekt vanzelf, dat men in de tegenwoordige eemheidspers lofliederen zingt op deze doortastendheid. „Duitschland antwoordt ommegaand, legaal doch hard!" Zoo hoorden we dr. Goebbels zeggen, die voor zijn ressort de verantwoor delijkheid op zich genomen heeft voor een vernieling van winkels, synagogen en parti culiere eigendommen, welke ongetwijfeld meerdere millioenen Rijksmark omvat. En men heeft dit dreigement binnen tweemaal vierentwintig uur in daden omgezet. De kans, om in het huidige Duitschland eenig beroep of vak uit te oefenen, zaken te doen, deel uit te maken van een onderne ming is voor den joodschen burger voorgoed verkeken.. Aan het cultureele leven mag hij niet meer deelnemen, bioscopen, concerten of voordrachten zijn voor hem niet langer toe gankelijk. Men herinnert er weliswaar aan, dat dr. Goebbels reeds vier jaar geleden de kans heeft gelaten, uitgesproken joodsche concerten en voorstellingen te organiseeren, maar men verzuimt daaraan toe te voegen, dat na den moordaanval te Parijs direot deze vergunning is ingetrokken. Zelfs het drietal in Berlijn verschijnende joodsche weekbla den met religieuse berichten mag niet meer gedrukt worden! Waar vrijwel alle synagogen in Groot- Duitschland leeggebrand of totaal vernield zijn, en de kans van wederopbouw ons zeer onwaarschijnlijk voorkomt, kunnen de joden hoogstens nog met en onder elkaar verkee- ren en het heeft ons gefrappeerd, hoe snel en hoe sterk thans dit onderling verkeer is toegenomen. Het is de. angst voor de naaste toekomst, de wanhoop, welke de menschen als gejaagd wild bijeendrijft! Met vele anderen verheugden wij ons de laatste weken over de geslaagde pogingen voor toenadering tusschen de landen en volken, die door den rampzaligen oorlog van twintig jaar geleden aartsvijanden geworden schenen te zijn en Chamberlain en Daladier werden als de helden van den dag gevierd. In hun landen echter wonen ook duizenden joodsche burgers en wij gelooven niet, dat zij de in Duitschland gevolgde methode zullen waar- deeren. De aanvallen, welke beide staatslie den moesten beantwoorden, zullen ongetwij feld thans aan scherpte toenemen en het zou ons niet verbazen, wanneer men te Berlijn binnenkort moet erkennen, dat deze felle en onverbiddelijke actie tegen het joodsche deel der bevolking Duitschlands aanzien in het overige deel van Europa allerminst heeft bevorderd. Het inboorling1 Voorts wijddi L-vraagstuk w eenige aandacht aan het inboorlingen-vraagstuk, in het bijzonder ten aanzien van de overdracht der protectoraten. Niets is pathetischer, al dus Pirow, dan de meening van sommige lieden, volgens wie geen politiek geluk mo gelijk is, behalve op den grondslag van democratie, zooals die bekend is in Groot- Brittannift en de Dominions. Zoo ver spr kon zien, is het Rritsohe systeem, missohien met lichte hervormingen, het eenige, dat altijd passend zal zijn voor het Britsche politieke temperament. Het is echter geheel een kwestie van traditie en politiek tempe rament Waar deze beide afwezig zijn, is het systeem een volledige mislukking. F.uropa is vol voorbeelden, die de juistheid dezer bewering bewijzen. Wanneer mien derhalve sommigen hoort verklaren, dat de protectoraten nooit zouden moeten worden overgedragen, tenzij men den inboorlingen het democratische stemrecht geeft op de manier waarop de blanke dit uitoefent, dan weet men eigenlijk niet of men zijn schou ders moet ophalen over deze menschen, dan wel medelijden moet hebben. Het gros der inboorlingen is thans in een primitiever stadium dan onze voorouders tweeduizend jaar geleden en het zou een misdaad rijn, wanneer het stamverband werd opgeheven en den inboorling een oppervlakkige opvoeding zou worden ver strekt, zoodat hij een democratisch stem recht zou kunen uitoefenen De inboorling zal geholpen worden, om langs rijn eigen ontwikkelingslijn tot ontwikkeling te ko men, waarbij hij zijn waardigheid en zelf respect kan behouden zonder veranderd te worden in een goadkoope nabootsing van den blanke. Bovendien zijn de inboorlingen econo misch geheel afhankelijk van de Zuid-Afri kaansche Unie en zouden zij binnen een (jaar van honger omkomen, wanneer de Unie haar gremaen voor hien sloot Spreker vatte zdjn standpunt in dezen samen met de woorden: Ofschoon wij niet gelooven in moderne democratie voor den inboorling heeft Zuid-Afrika voor zoo ver zijn feitelijk welzijn betreft meer voor hem gedaan dan de geheele reet der staten in Afrika te zaïmen. Pirow besloot rijn rede met nogmaals de Zuid-Afrikaansche waardeering uit te spréken voor hetgeen Chamberlain voor den wereldvrede heeft gedaan. Wij rijn van meening, aldus Pirow, dat de tot dusverre ondernomen stappen doorgezet moeten worden In de hoop, dat zij zullen leiden tot een permanente basis voor den wereld vrede. Wij rijn echter tevenB van meening, dat het geen vrede tot iederen prijs moet zijn. Er rijn manieren om vrede te sluiten, die in zich het zaad van moeilijkheden voor de toekomst dragen en onze meening is, dat vrede tot zoo'n prijs nauwelijks geprefereerd kan worden, zelfs niet boven den tegeniwoordigen toestand van onzeker heid. Onze meening is derhalve: „Geen vrede tot iederen prijs, maar vrede tot iede ren redelijken prijs". Pirows reisplannen Reuter meent te weten, dat minister Pirow vandaag van Londen naar Berlijn zal vertrekken, en dat hij daarna eveneens bedoeken zal brengen aan Rome, Parijs, Den Haag en Brussel, alvorens op S December a.s. de terugreis naar Zuid- Afrika te aanvaarden. Hongarije krijgt nieuwe regeering Imredy met kabinetsvorming belast De Hongaarsche regeering is gisteren af getreden; minister-president Imredy is opnieuw met de vorming van een kabinet belast. Men neemt aan, dat de volgende mi nisters niet weder in de nieuwe regeering zullen worden opgenomen: Rdcz (oorlog); Mikecz (justitie); Sztramyavszky (land bouw) en Bomemisza (industrie). Als nieuwe minister van oorlog wordt reeds genoemd generaal Bartha. die bekend staat als een der bekwaamste officieren van het Hongaansohe leger. Dat Rdcz niet in het nieuwe kabinet zal terugkeeren, wijt men aan meeningsver- schillen tusschen hem en de meeste overige ministers over de kwestie van het behoud van het parlementaire regime. Overigens heet het, dat de demissie van het kabinet bespoedigd is door oneenigheden over de agrarische hervormingen. Het af treden wordt dan ook uitgelegd als een daad welke den minister-president in staat moet stellen, een regeering te vormen, welke de voorgenomen agrarische hervormingen kan doorvoeren. Koning Carol arriveert te Londen Koning Carol en kroonprins Michaël van Roemenië zijn gisteren te Londen aan gekomen. Aan het Victoria-station werden zij verwelkomd door den Engelschen ko ning, den hertog van Gloucester, Chamber lain Halifax, Hoare. Backhouse en vele an dere hooggeplaatste persoonlijkheden. On derweg naar Buckingham Pal ace werden de koninklijke bezoekers geestdriftig door de bevolking toegejuicht Koningin Maud zal operatie ondergaan De „Daily Express" meldt, dat koningin Maud van Noorwegen, die sedert vier dagen ziek te Londen vertoeft, gisteren is onder zocht door vier geneesheeren, die een chi rurgisch ingrijpen onvermijdelijk achtten. Ingevolge dit besluit heeft de koningin koning Haakon van Noorwegen telegrafisch verzocht om over te komen. UIT OOST- EN WEST-INDIE De toekomst van Sumatra Een dicht-bevolkt gebied door kolonisatie Naar aanleiding van een interview van de Deli Crt. met Edeleer K u n e m a n over de Javanen-kolonisaties in de buitengewesten, verband met de overbevolking op Java, schrijft het „Alg. Ind. Dagblad", dat de tijdens dit persgesprek geproduceerde cijfers bijzonder indrukwekkend zijn. Het blad meent dat de groote beteekenis van dit ko lonisatiewerk nog veel te weinig bekend is of wordt onderschat. Men spreekt en schrijft over de overbe volking van Japan en andere landen, maar de overbevolking van Java.... daar rept niemand over, noch over de machtige wijze vaarop dit vraagstuk thans wordt opgelost door de her-bevolking der ledige gebieden in de buitengewesten. Het A.I.D. is van oordeel, dat het in het belang van ons aanzien in de wereld zal zijn, indien aan dergelijken arbeid meer bekend heid in het buitenland wordt gegeven. Men maakt in het buitenland veel propaganda werken als de drooglegging der Zuider maar de „verovering van vruchtbaar ak kerland op het oerbosch staat niet ten achter j een dergelijke drooglegging". Het A.I.D. merkt tenslotte op: „Aandacht, internationale aandacht, voor dezen arbeid gevraagd, moet op den duur leiden tot waardeering voor hetgeen hier is ingezet met de zorgvuldigheid en den ernst, die zooveel belangrijken arbeid kenmerkt, welken ons volk op zich neemt. Maar niet alleen de uiterlijke waardeering moeten wij zoeken, doch het daaruit voort vloeiende besef, dat het een wereldbélang is, dat deze arbeid wordt voortgezet." De Bodjonegoro-aifaire krijgt een staartje Onthullingen van een oud-bestuursambtenaar Men herinnert zioh, dat de ex-regent van Bodjonegoro dezer dagen veroordeeld werd tot twee jaar gevangenisstraf. Tijdens de behandeling van deze zaak voor den Raad van Justitie te Soerabala kwamen echter enkele feiten aan het licht met be trekking tot de houding van het Europeesche B. B. in die streek, welke terecht bij velen ergernis hebben gewekt, en het vermoeden deden rijzen, dat het bestuur volkomen op de hoogte moet zijn geweest van de handelingen van den regent. Dit vermoeden wordt vrijwel zekerheid, nu de „Ind. Crt." melding maakt van de door de redactie ontvangen brief van een oud-be stuursman, die indertijd als assistent-resident te Bodjonegoro fungeerde. Deze schrijft n.l.: „Toen ik in 1925 bevorderd werd «n om J. M. Milders-Zaayer, Hee bel, Terwinselen; Mevr. BURGERS E. N. R. RIJWIELEN Hr. A. J. Mulder, Helmond; Mej. W. H. Doncker-v. Maren, Zaltbommel; Truus Neiji, Neer; Mevr. S. Terhorat-Via, Woubrugge; Hr. C. M. Crum, Heelium. AUTOPEDS i Hr. L. de Wilde, Nijmegen; Mevr. W. '.arlerixielMev: S. H. J. v. d Zuidbroek; Hr. N. v. d. Burg, Bi MakkumMej. Pethr. Klaasae, Sc A enhag™; Hr^ll terMevr. K. Boelhouwer-owci», HUiegera, GeleenMevr. E. Hallink-va Fr. H. W. Lentelink, Ootterhout; Mevr. W. J. Streekstra» Klaarhamer, DokkumMej. Miep Duncker, Amsterdam; Mevr. P. L. Kockkoek-Baon, Almkerk Mevr. J. J. H. Smeeta-Timmermans, Sittard; Mej. M. A. van Gent, Hr. H. G. Gazenbeek, HillegersbergHr. H. J. G. v. d. TT „bizondere karaktereigenschappen" tot assi stent-resident, hoofd van plaatselijk bestuur van Bodjonegoro werd uitverkoren, kreeg ik de opdracht, die functie niet te aanvaarden alvorens ten departemente over de heer» schende toestanden op het gebied der dessa- kassen te zijn ingelicht. Het bleek me, dat men in de hooge re gionen geheel au fait was van de verdwijning van ruim een halve ton aan bevolkingsgel- den, in beheer bij mijn aanstaanden „jonge ren broeder". Raadpleging van het archief bracht mij van de finesses op de hoogte en indachtig aan het spreekwoord: „Voorkomen is beter dan genezen", haalde ik de kat van het spek af, zoodat verdere plundering was uitge sloten. Daarmede behoorden de roemruchtige fees ten in den Kaboepaten tot het verleden, tot- i dat.een paar jaren later verwisseling in de gewestelijke bestuursvoering plaats vond. Door mijn nieuwen superieur werd mijn beleid als „van weinig tact getuigende" ge kwalificeerd en de zaken moesten hun ouden loop hernemen: de dwarskijker uit het Euro peesche bestuur ging heen, ineens ontdaan van zijn „bizondere karaktereigenschappen". Die waren zoek en bleven het, evenals de gelden uit de dessakassen, armenfondsen, e.d., sedert wederom in festijnen omgezet. Het was de tweede maal in mijn ambtelijke periode, dat ik het bevolkingsbelang tegen de „buiten en boven de wet" staande per sonen meende te kunnen beschermen." Koning Leopold van België zal op 22 No vember a.s. in gezelschap van H. M. de Ko ningin een bezoek brengen aan het Belgi sche monument te Amersfoort. Dit zal in de historie van het sobere oorlogsgedenkteoken, dat zich hoog op den top van den Amers- foortschen Berg verheft, een hoogvijdag zijn. In een wijd groen panorama rijst dit ge- denkteeken in rustige vlakken omhoog. Uen bouwwerk van donker baksteen, welks vorm beheerscht wordt door drie vierkante, sym metrisch geplaatste zuilen. Het wil de herinnering zijn aan een bij zondere episode uit den tijd van den wereld oorlog. En wel aan die jaren, toen in Amers- toort intemeeringskampen groeiden, waar in duizenden gevluchte en gewonde Belgen een nieuwe wereld vonden. Toen deze oorlogsslachtoffers in 1918 naar vaderlandschen bodem terugkeerden, wisten zij dat zij hun dank voor altijd zwijgend ge symboliseerd hadden in het eenvoudige en toch zoo expressievolle monument daar op het hoogste punï van de omgeving der oude provinciestad. De beeldhouwer Hildo Krop heeft op het meer lager gelegen ge- aeelte van deze schepping een reliëftrip tiek gebeiteld, dat als het ware in enkele flitsen het gebeuren dier dagen in beeld brengt. Men zou kunnen spreken van een korte, maar aangrijpende vertelling in steen. Op het rechtergedeelte van den muur, die een oppervlakte heefv van 20 bij 4 meter, ziet men de wilde actie van den oorlog: wanhopige en vallende burgers worden be dreigd door de punten van de bajonetten. In het middenvak barst een bom en spat zijn doodend geweld naar alle zijden. Moe ders vallen met haar kinderen, anderen trachten aan het noodlot te ontkomen. Het zijn sobere, verwrongen figuren, die Hildo Krop in het leven heeft geroepen, doch van een groote overtuigingskracht Langzaam groeit de lange vluchtelingenstroom, die naar links trekt naar het land, waar rust heerscht en de hoop op leven gebleven is. Links wordt de intemeering geteekend door een liggenden soldaat onder een boom een visioen van den dood rijst in bewogen lijnen voor hem op. Krop gaf hier weer een bewijs van zijn groot vakmanschap. Doch het is te betreu ren, dat de gekozen steensoort niet op de invloeden der verweering is berekend. Bar sten en scheuren zouden op den duur het heele werk als het ware uiteen hebben laten vallen, indien men niet ingegrepen had. Nu heeft de gemeente de scheuren diohtgekit, hoewel men zich af kan vragen, of dit niet, beter door een bekwaam beeldhouwer liad kunnen geschieden. Want deze restauratie heeft tal van minder fraaie lichte strepon, over het geheel gebracht. De beteekenis van de alleenstaande muur, waarop het reliëfwerk is aangebracht, wordt door vele bezoekers wel eens verkeerd ge ïnterpreteerd. Men begrijpt niet goed, dat dit gedeelte bij het hoofdmonumemt hoort. Doch deze wand wordt aangeduid als het oorlogs- gedenkteeken in tegenstelling met het andere bouwwerk, dat vredesmonument heet hier vindt gij namelijk reliëfs, die de waarden van den vrede symboliseeren» De geschiedenis van het alleenstaande muurvlak is wel iets eigenaardigs. In het begin wilde men hier namelijk een ge bouwtje optrekken, dat tot blijvend museum ingericht zou worden. Dit zou dan de berg plaats vormen voor tal van foto's, teekenin» gen, platen en wat dies meer zij uit den in» temeeringstijd. Zoover is het echter nooit gekomen. Men bouwde namelijk slechts de frontmuur en liet toen het plan schieten. De wand kreeg een aardigen decoratieven vorm, opdat zij tot achtergrond zou dienen van' Krops meesterwerk. De symbolen op het hoofdgebouw aange bracht, werden door Frangois Gos uit Lau sanne vervaardigd. Hij personifiëerde op do' achterzijde der linkerzuil de industrie en aan den anderen kant de arbeid. Hiertus- sohen hangt een uitgebeitelde leeuw, die ge dachten wekt aan rustig staatsgezag en welvaart Voorts ontwierp hij nog een ta bleau. dat de gezonde rust van den vrede in de maatschappij moet uitbeelden. Aan weerszijden van de statige vredesfi- guur, die de middenzuil aan den voorkant van het monument beheerscht, leiden sym metrisch gebouwde trappen omhoog. Zoo komt men op de galerij en belandt in het „interieur" van het gedenkteeken. Een cel is opgedragen aan de nagedach tenis van de 176 Belgen, die op Amersfoort- schen bodem aan de gevolgen van hun oor- logs verwon dingen bezweken. Een steenen gedenkplaat vermeldt de lan ge lijst van namen van die personen, die op eenigerlei wijze medegewerkt hebben aait de totstandkoming van het monument. In een sober stil vertrekje hangen de bron zen reliëfs van verschillende Belgische en Nederlandsche legerautoriteiten uit den we reldoorlog, alsmede de afbeeldingen vart Koning Albert van België en H.M. Koningin Wilhelmina der Nederlanden. Vanaf de galerij ziet men een bijzonder mooi vergezicht, dat vooral bij helder weer een groote aantrekkelijkheid heeft. Belgisch monument te 'Amersfoort

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1938 | | pagina 2