ÜJsEE
s
a
Het vraagstuk der
Joodsche vluchtelingen
De Zuid-Afrikaansch-Britsche
betrekkingen
Het optreden tegen de Joden
Het Belgische Monument
te Amersfoort
WOENSDAG 16 NOVEMBER 1938
EERSTE BLAD PAG. a
Welk land kan herberg
verleenen
„Schwarze Korps" wil van
geen matiging weten
Te Londen heeft de Amerikaansohe gezant
Kennedy besprekingen gevoerd over het
lot der Duitsche Joden. In antwoorl 'op vra
gen van Kennedy heeft Engeland verklaard,
dat het gaarne bereid is, voorloopig
onderdak te verleenen aan Joodsche vluch
telingen, indien andere landen later perma
nent onderdak kunnen geven.
Kennedy moet daarop gezegd hebben, dat
de Vereenigde Staten aan de immigratie-
quota gebonden zijn, die voor Duitschland
reeds vol zijn tot Juli 1939. Kennedy moet
daarop het denkbeeld geopperd hebben, dat
er in dun bevolkte streken van het Britsche
Empire misschien wel wat ruimte te vinden
zou zijn.
Van Engelsche zijde antwoordde men, dat
er toch al wat meer vluchtelingen zijn toe
gelaten dan officieel wordt gezegd en het
moederland is dan ook vrijwel „verzadigd"
In Noord Rhodesia, Kenya en misschien
In Tanganjika kunnen nog wat gezinnen
worden opgenomen, maar die mogelijkhe
den zijn beperkt. Australië neemt wel vluch
telingen op, doch Zuid-Afrika en Canada
weigeren.
Voor de Europeesche landen is eveneens
het verzadigingspunt bereikt en Zuid-Ame
rika kan slechts landbouwers opnemen.
De meeste vluchtelingen komen uit de
stad en bovendien is alle hoop, dat aan de
vluchtelingen zou worden toegestaan, toch
wat bezit mee te nemen, thans vervlogen.
Zoo is men nog niet verder gekomen dan
te constateeren, dat tijdelijk onderdak wel
wordt aangeboden, in de eerste plaats wel
door Nederland en voorts ook door Enge
land, doch dat geen enkele uitweg naar een
definitieve oplossing te vinden is.
Noch het Initiatief van de Vereen. Staten,
dat door Kennedy Is ondernomen, noch dat
van Nederland, overleg te plegen met En
geland, Frankrijk, Denemarken, België en
Zwitserland, heeft in diplomatieke kringen
veel optimisme gewekt, daar het reeds lang
bekend is, dat geen der landen eigenlijk
meer plaats kan bieden aan een eenlgszins
belangrijk quantum Joodsche vlnchtolingen
De nauwe samenwerking, die er thans
tusschen Engeland en de Vereen. Staten
bestaat, heeft echter ln Joodsche kringen
toch eenlge hoop gewekt Deze belde mo
gendheden Immers zijn heerschers over
groote gebieden en de omvang van het vluch-
telingen-vraagstuk maakt het duidelijk, dat
Ingrijpende maatregelen noodlg zijn.
Roosevelt over het Duitsche optreden
Do algemeene verontwaardiging in de
.Vereen. Staten heeft haar duidelijkste uit
drukking gevonden in de woorden van pre
aident Roosevelt de in onverholen af
keer het Duitsche optreden heeft gegispt
„Om uit de eerste hand een beeld te krij
gen van den toestand in Duitschland, heb
ik onzen ambassadeur gevraagd, naar Wash
ington te komen", aldus Roosevelt
„Het nieuws van de laatste dagen heeft
'de publieke opinie tot het diepst geschokt.
Waar dergelijke berichten ook vandaan ge
komen waren, zij zouden steeds dezelfde
uitwerking hebben op het Amerikaansohe
wolk. Ikzelf kon nauwelijks gelooven, dat
dergelijke dingen voor konden komen in de
twintigste eeuw".
Op een vraag, zijn standpunt nader uit
een te zetten, antwoordde Roosevelt, dat
zijn verklaring duidelijk genoeg was. Op
de vraag, of hij een formeel protest heeft
ingediend, antwoordde hij: „nog niet". Hij
wilde zióh er niet over uitlaten, of een
dergelijk protest aJsnog zou worden ver
zonden.
Senator King heeft in Washington aan
de pers meegedeeld, dt hij voornemens is,
een voorstel in te dienen tot een resolutie,
waarin het optreden van Duitschland wordt
veroordeeld als in strijd met het internatio
nale recht. „Indien Duitschland zijn hou
ding niet verandert, sta ik verbreking van
de diplomatieke verbindingen voor"
Joden graven tunnels
De Joden, die uit Duitschland trachten te
Vluchten, hebben in den nadht onder de
Fransch-Duitsche grens tunnels gegraven,
waarvan er enkele bijna 50 M. lang -/ijn.
Sedert den móórd op von Rath hebben
fvelo honderden Joden gepoogd Frankrijk
binnen te komen, doch de Fransche grens
posten zijn zóó versterkt, dat de Joden tot
allerlei slinksche methoden him toevlucht
moeten nemen.
Aan de Fransche Saargrens zijn reeds 500
Vluchtelingen teruggezonden, terwijl onge-
rveer 150 zijn binnengelaten. Hoeveel erin
geslaagd zijn, door de tunnels binnen te ko
men, is niet bekend.
Incidenten in Danzlg
Tweehonderd te Danzig wonende Poolsche
Joden, die aldaar voor het Poolsche commis
sariaat-generaal stonden te wachten om hun
passen aan de gewone controle te doen
onderwerpen, werden door de politie ge
arresteerd en ondanks hun protesten naar
het politiebureau gebracht
Vele huiseigenaren hebben hun Joodschen
huurders aangezegd, dat de woningen vóór
1 December ontruimd moeten worden.
De autoriteiten hebben de goederen eener
handelsfirma van een Zwitserschen eige
naar in beslag genomen. Na een huiszoeking
in do Joodsche vrijmetselaarsloge heeft de
politie een kistje, inhoudende een millioeu
gulden, in beslag genomen.
De meening van het „Schwarze Korps"
Het orgaan der S.S. „Schwarze Korps" wil
van geen medelijden met het lot der Joden
en van geen matiging weten.
„Wij, voor ons part", aldus dit blad, „zul
len met een spookachtige consekwentie ge
bruik maken van de gijzelaars, die 't Joden
dom ons biedt, en wel volgens het door de
Joden zelf opgestelde principe van oog om
oog, tand om tand 1000 oogen om één oog,
duizend tanden om één tand. Wee den
Joden, als nog een van hen, of een door
hen omgekochte of opgehitste handlanger
zijn moorddadige hand tegen een Duitscher
verheft. Niet één van hen staat borg voor
een dooden of gewonden Duitscher, maar
zij allen staan borg. Dat moge een ieder
weten, die het na onze eerste zachte waar
schuwing nog steeds niet mocht weten.
„Wij laten ons niet in met ingewikkelde
rekenkunsten omtrent schuld of onschuld
van enkelingen. Want wij voeren met de
Joden geen volkenrechtelijken oorlog, gelijk
mannelijke oprechte volken dien tegen
elkaar voeren.
„Joden en Duitschers zijn geen partijen
met gelijke rechten; wij komen er tegen op,
dat men hen met ons in één adem noemt.
Er is hier slechts één recht, dat is ons
recht, het recht van onze noodweer, en wij
alleen bepalen, wanneer en hoe het wordt
toegepast
„Den hoogst verdachten ijverigen bemid
delaars wordt dringend aanbevolen, uit de
vuurlinie te gaan.
„Ieder van ons heeft wel ln de laatste da
gen met zulk een trouwhartig verdediger
van de ocrchristelijke en bijna reeds voor-
Aziatische naastenliefde te doen gehad,
omdat zij in iederen vleeschwinkel, aan
ieder krantenstalletje, aan iedere koffie
huistafel ongeroepen verschenen."
Uit deze laatste uitlating blijkt derhalve
nog eens overduidelijk, dat er in'het Derde
Rijk nog heel wat menschen zijn. die het
onbesuisde optreden tegen de Joden onvoor
waardelijk afkeuren!
DIESELMOTOREN
STOOMTURBINES
STOOMMACHINES
STOOMKETELS
POMP.INSTALLATIES
APPARATEN - GIETWERK
ENZ.
4200 PX. STORK-D1ESELMOTOR
In Februari Engelsche
verkiezingen
De Londensche correspondent van de
„Manohester Guardian" verneemt van ver-
scheiaene kanten, welke hij voor welinge
lichte houdt, dat thans besloten is begin
Februari algemeene verkiezingen te houden.
Niet gevoelens, maar belangen
geven den toon aan
Minister Pirow spreekt te Londen
Pirow, de Zuid-Afrikaansche mi
nister van defensie, die op het oogen-
blik in Londen vertoeft, heeft in een
rede voor de South-Africa Club ver
klaard, dat hij allereerst daarheen
gekomen was om tegenover C h a m-
berlain uitdrukking te geven aan
een gevoel van dankbaarheid, voor
wat de premier voor de zaak van den
vrede heeft gedaan.
Vervolgens behandelde de minister
de verdere bedoelingen van zijn reis
naar Londen, ten gevolge waarvan
zooveel gesproken is over de houding
van Zuid-Afrika in geval Groot-
Brittanië in een oorlog verwikkeld
raakte.
Deze houding, aldus Pirow, zal
door ons parlement voor elk oorlogs-
geval afzonderlijk worden beoordeeld.
Ik kan mij gevallen voorstellen, waar
in het voor ons zelfmoord zou zijn,
ons er buiten te houden. Ik kan mij
andere gevallen voorstellen, waarin
deelneming aan oorlog niet zou wor
den gesteund, zelfs nifet door de meer
derheid van Engelsch sprekende Zuid-
Afrikanen.
De reden voor onze houding is duidelijk
Zij is gebaseerd op het gezonde verstand.
In de eerste plaats, hoe ook de omvang
van onze deelneming in den aanvang zou
rijn, ten slotte zou het beteekenen, dat een
uelangrijk gedeelte van de jeugd des lande
gedood of verminkt zou worden tijdens
zoo'n oorlog. In de tweede plaats hebben
wij een bevolking, die tot 60 bestaat
Uit menschen, die geen Britsch bloed in de
aderen hebben en voor wie een beroep op
gevoelsgronden van imperieelen aard niets
bet eekent
MJen heeft mij gezegd, dat, wanneer de
houding van Zuid-Afrika toegepast zou
worden op het Rritsohe gemeenebêst in zijn
geheel, dit de ontbinding van het imperium
zou beteekenen. Ik kan slechts verklaren,
dat voor. zoover Zuid-Afrika betreft het
beter is de bestaande hartelijke samenwer
king van het gameenebest te grondvesten
op feiten dan op sprookjes.
Het beginsel waarbij de betrekkingen
gegrondvest worden op onderlinge belangen
in plaats van op gevoelens, heeft, zoo ging
de minister voort, zeer goede vruchten af
geworpen in verband met de handelspositie.
Zuid-Afrika is niet alleen de beste klant
van Groot-Brittannië in het gemeenebest,
doch tevens de beste klant in de geheele
wereld. Engeland is de beste klant van
Zuid-Afrika en wij hopen, dat deze toestand
zoo zal blijven, terwijl wij op den grondslag
oezer betrekkingen zelfs nog hartelijker sa
menwerking in de toekomst tegemoet zien.
,Zoo doet men in Duitschland!'
(Van
Duitschen correspondent)
Hoewel thans officieel is medegedeeld,
dat de moord op Ernst von Rath de
directe aanleiding was tot het nemen
van de bekende draconische maatrege
len, kondigde het „Schwarze Korps" van
2 November, toen er dus van den moord
aanslag nog niets bekend kon zijn, de
nieuwe phase in het optreden der Duit
sche regeering tegen de Joden reeds aan.
Deze vage aankondiging is thans door de
feiten bevestigd, welke aan duidelijkheid
niet te wenschen overlaten.
De genomen maatregelen, stellen de we
reld, doch in de eerste plaats de duizenden
Joden, die nog in het „A'ltreich", de „Ost-
mark" en het teruggewonnen gebied der
Sudeten-Duitschers woonachtig zijn, voor het
ontstellende feit, dat alle joden zonder pardon
uit de burgerlijke samenleving definitief
worden uitgeschakeld! Er is voor hen, althans
in het huidige Derde Rijk, geen plaats meer
onder Gods zon!
En door het eischen van.een milliard
Rijksmark boete en het herstel van iedere
vernieling en schade, welke door opgeschoten
jongens in alle deelen van Duitschland aan
winkels, synagogen of particuliere woningen
aangericht, zonder daarbij gebruik te
mogen maken van vroeger aangegane con
tracten met een verzekeringsmaatschappij,
zal menige joodsche burger, die nog wat geld
op de bank heeft staan of ergens heeft weg
gestopt, tot den bedelstaf worden gebracht.
Want men behoeft er niet aan te twijfelen,
dat al deze draconische maatregelen en ver
ordeningen, welke in de Zondagsbladen met
dikke letters op de voorpagina aangekondigd
worden, met onverbiddelijke hardheid ten
uitvoer gebracht zullen worden!
Het gaat hierbij om 360.000 orthodoxe joden
het vroegere Duitschland, daarbij komen
dan 200.000 rasgenooten uit het voormalige
Oostenrijk en het veroverde gebied van
Tsjecho-Slowakije, terwijl we het aantal
halve, liberale of gedoopte joden, die volgens
de Duitsche wet thans niet meer tot het
Duitsche volk geteld mogen worden, niet
eens in cijfers kunnen noemen.
„So macht es Deutschland"! Zoo doet men
in Duitschland! Dat lazen we heden boven
een uitvoerige beschouwing over al deze
nieuwe verordeningen en het spreekt vanzelf,
dat men in de tegenwoordige eemheidspers
lofliederen zingt op deze doortastendheid.
„Duitschland antwoordt ommegaand, legaal
doch hard!" Zoo hoorden we dr. Goebbels
zeggen, die voor zijn ressort de verantwoor
delijkheid op zich genomen heeft voor een
vernieling van winkels, synagogen en parti
culiere eigendommen, welke ongetwijfeld
meerdere millioenen Rijksmark omvat. En
men heeft dit dreigement binnen tweemaal
vierentwintig uur in daden omgezet.
De kans, om in het huidige Duitschland
eenig beroep of vak uit te oefenen, zaken te
doen, deel uit te maken van een onderne
ming is voor den joodschen burger voorgoed
verkeken.. Aan het cultureele leven mag hij
niet meer deelnemen, bioscopen, concerten of
voordrachten zijn voor hem niet langer toe
gankelijk. Men herinnert er weliswaar aan,
dat dr. Goebbels reeds vier jaar geleden de
kans heeft gelaten, uitgesproken joodsche
concerten en voorstellingen te organiseeren,
maar men verzuimt daaraan toe te voegen,
dat na den moordaanval te Parijs direot deze
vergunning is ingetrokken. Zelfs het drietal
in Berlijn verschijnende joodsche weekbla
den met religieuse berichten mag niet meer
gedrukt worden!
Waar vrijwel alle synagogen in Groot-
Duitschland leeggebrand of totaal vernield
zijn, en de kans van wederopbouw ons zeer
onwaarschijnlijk voorkomt, kunnen de joden
hoogstens nog met en onder elkaar verkee-
ren en het heeft ons gefrappeerd, hoe snel en
hoe sterk thans dit onderling verkeer is
toegenomen. Het is de. angst voor de naaste
toekomst, de wanhoop, welke de menschen
als gejaagd wild bijeendrijft!
Met vele anderen verheugden wij ons de
laatste weken over de geslaagde pogingen voor
toenadering tusschen de landen en volken,
die door den rampzaligen oorlog van twintig
jaar geleden aartsvijanden geworden schenen
te zijn en Chamberlain en Daladier werden
als de helden van den dag gevierd. In hun
landen echter wonen ook duizenden joodsche
burgers en wij gelooven niet, dat zij de in
Duitschland gevolgde methode zullen waar-
deeren. De aanvallen, welke beide staatslie
den moesten beantwoorden, zullen ongetwij
feld thans aan scherpte toenemen en het zou
ons niet verbazen, wanneer men te Berlijn
binnenkort moet erkennen, dat deze felle en
onverbiddelijke actie tegen het joodsche deel
der bevolking Duitschlands aanzien in het
overige deel van Europa allerminst heeft
bevorderd.
Het inboorling1
Voorts wijddi
L-vraagstuk
w eenige aandacht
aan het inboorlingen-vraagstuk, in het
bijzonder ten aanzien van de overdracht
der protectoraten. Niets is pathetischer, al
dus Pirow, dan de meening van sommige
lieden, volgens wie geen politiek geluk mo
gelijk is, behalve op den grondslag van
democratie, zooals die bekend is in Groot-
Brittannift en de Dominions. Zoo ver spr
kon zien, is het Rritsohe systeem, missohien
met lichte hervormingen, het eenige, dat
altijd passend zal zijn voor het Britsche
politieke temperament. Het is echter geheel
een kwestie van traditie en politiek tempe
rament Waar deze beide afwezig zijn, is
het systeem een volledige mislukking.
F.uropa is vol voorbeelden, die de juistheid
dezer bewering bewijzen. Wanneer mien
derhalve sommigen hoort verklaren, dat de
protectoraten nooit zouden moeten worden
overgedragen, tenzij men den inboorlingen
het democratische stemrecht geeft op de
manier waarop de blanke dit uitoefent, dan
weet men eigenlijk niet of men zijn schou
ders moet ophalen over deze menschen, dan
wel medelijden moet hebben.
Het gros der inboorlingen is thans in een
primitiever stadium dan onze voorouders
tweeduizend jaar geleden en het zou een
misdaad rijn, wanneer het stamverband
werd opgeheven en den inboorling een
oppervlakkige opvoeding zou worden ver
strekt, zoodat hij een democratisch stem
recht zou kunen uitoefenen De inboorling
zal geholpen worden, om langs rijn eigen
ontwikkelingslijn tot ontwikkeling te ko
men, waarbij hij zijn waardigheid en zelf
respect kan behouden zonder veranderd te
worden in een goadkoope nabootsing van den
blanke.
Bovendien zijn de inboorlingen econo
misch geheel afhankelijk van de Zuid-Afri
kaansche Unie en zouden zij binnen een
(jaar van honger omkomen, wanneer de
Unie haar gremaen voor hien sloot
Spreker vatte zdjn standpunt in dezen
samen met de woorden: Ofschoon wij niet
gelooven in moderne democratie voor den
inboorling heeft Zuid-Afrika voor zoo ver
zijn feitelijk welzijn betreft meer voor hem
gedaan dan de geheele reet der staten in
Afrika te zaïmen.
Pirow besloot rijn rede met nogmaals
de Zuid-Afrikaansche waardeering uit te
spréken voor hetgeen Chamberlain voor
den wereldvrede heeft gedaan. Wij rijn van
meening, aldus Pirow, dat de tot dusverre
ondernomen stappen doorgezet moeten
worden In de hoop, dat zij zullen leiden
tot een permanente basis voor den wereld
vrede. Wij rijn echter tevenB van meening,
dat het geen vrede tot iederen prijs moet
zijn. Er rijn manieren om vrede te sluiten,
die in zich het zaad van moeilijkheden
voor de toekomst dragen en onze meening
is, dat vrede tot zoo'n prijs nauwelijks
geprefereerd kan worden, zelfs niet boven
den tegeniwoordigen toestand van onzeker
heid. Onze meening is derhalve: „Geen
vrede tot iederen prijs, maar vrede tot iede
ren redelijken prijs".
Pirows reisplannen
Reuter meent te weten, dat minister
Pirow vandaag van Londen naar Berlijn
zal vertrekken, en dat hij daarna eveneens
bedoeken zal brengen aan Rome, Parijs,
Den Haag en Brussel, alvorens op S
December a.s. de terugreis naar Zuid-
Afrika te aanvaarden.
Hongarije krijgt nieuwe regeering
Imredy met kabinetsvorming belast
De Hongaarsche regeering is gisteren af
getreden; minister-president Imredy is
opnieuw met de vorming van een kabinet
belast. Men neemt aan, dat de volgende mi
nisters niet weder in de nieuwe regeering
zullen worden opgenomen: Rdcz (oorlog);
Mikecz (justitie); Sztramyavszky (land
bouw) en Bomemisza (industrie).
Als nieuwe minister van oorlog wordt
reeds genoemd generaal Bartha. die bekend
staat als een der bekwaamste officieren van
het Hongaansohe leger.
Dat Rdcz niet in het nieuwe kabinet zal
terugkeeren, wijt men aan meeningsver-
schillen tusschen hem en de meeste overige
ministers over de kwestie van het behoud
van het parlementaire regime.
Overigens heet het, dat de demissie van
het kabinet bespoedigd is door oneenigheden
over de agrarische hervormingen. Het af
treden wordt dan ook uitgelegd als een daad
welke den minister-president in staat moet
stellen, een regeering te vormen, welke de
voorgenomen agrarische hervormingen kan
doorvoeren.
Koning Carol arriveert
te Londen
Koning Carol en kroonprins Michaël
van Roemenië zijn gisteren te Londen aan
gekomen. Aan het Victoria-station werden
zij verwelkomd door den Engelschen ko
ning, den hertog van Gloucester, Chamber
lain Halifax, Hoare. Backhouse en vele an
dere hooggeplaatste persoonlijkheden. On
derweg naar Buckingham Pal ace werden de
koninklijke bezoekers geestdriftig door de
bevolking toegejuicht
Koningin Maud zal operatie
ondergaan
De „Daily Express" meldt, dat koningin
Maud van Noorwegen, die sedert vier dagen
ziek te Londen vertoeft, gisteren is onder
zocht door vier geneesheeren, die een chi
rurgisch ingrijpen onvermijdelijk achtten.
Ingevolge dit besluit heeft de koningin
koning Haakon van Noorwegen telegrafisch
verzocht om over te komen.
UIT OOST- EN WEST-INDIE
De toekomst van Sumatra
Een dicht-bevolkt gebied door kolonisatie
Naar aanleiding van een interview van de
Deli Crt. met Edeleer K u n e m a n over de
Javanen-kolonisaties in de buitengewesten,
verband met de overbevolking op Java,
schrijft het „Alg. Ind. Dagblad", dat de
tijdens dit persgesprek geproduceerde cijfers
bijzonder indrukwekkend zijn. Het blad
meent dat de groote beteekenis van dit ko
lonisatiewerk nog veel te weinig bekend is of
wordt onderschat.
Men spreekt en schrijft over de overbe
volking van Japan en andere landen, maar
de overbevolking van Java.... daar rept
niemand over, noch over de machtige wijze
vaarop dit vraagstuk thans wordt opgelost
door de her-bevolking der ledige gebieden in
de buitengewesten.
Het A.I.D. is van oordeel, dat het in het
belang van ons aanzien in de wereld zal zijn,
indien aan dergelijken arbeid meer bekend
heid in het buitenland wordt gegeven. Men
maakt in het buitenland veel propaganda
werken als de drooglegging der Zuider
maar de „verovering van vruchtbaar ak
kerland op het oerbosch staat niet ten achter
j een dergelijke drooglegging".
Het A.I.D. merkt tenslotte op:
„Aandacht, internationale aandacht, voor
dezen arbeid gevraagd, moet op den duur
leiden tot waardeering voor hetgeen hier is
ingezet met de zorgvuldigheid en den ernst,
die zooveel belangrijken arbeid kenmerkt,
welken ons volk op zich neemt.
Maar niet alleen de uiterlijke waardeering
moeten wij zoeken, doch het daaruit voort
vloeiende besef, dat het een wereldbélang is,
dat deze arbeid wordt voortgezet."
De Bodjonegoro-aifaire krijgt
een staartje
Onthullingen van een oud-bestuursambtenaar
Men herinnert zioh, dat de ex-regent van
Bodjonegoro dezer dagen veroordeeld werd
tot twee jaar gevangenisstraf.
Tijdens de behandeling van deze zaak voor
den Raad van Justitie te Soerabala kwamen
echter enkele feiten aan het licht met be
trekking tot de houding van het Europeesche
B. B. in die streek, welke terecht bij velen
ergernis hebben gewekt, en het vermoeden
deden rijzen, dat het bestuur volkomen op de
hoogte moet zijn geweest van de handelingen
van den regent.
Dit vermoeden wordt vrijwel zekerheid, nu
de „Ind. Crt." melding maakt van de door de
redactie ontvangen brief van een oud-be
stuursman, die indertijd als assistent-resident
te Bodjonegoro fungeerde.
Deze schrijft n.l.:
„Toen ik in 1925 bevorderd werd «n om
J. M. Milders-Zaayer, Hee
bel, Terwinselen; Mevr.
BURGERS E. N. R. RIJWIELEN Hr. A. J. Mulder,
Helmond; Mej. W. H. Doncker-v. Maren, Zaltbommel;
Truus Neiji, Neer; Mevr. S. Terhorat-Via, Woubrugge;
Hr. C. M. Crum, Heelium.
AUTOPEDS i Hr. L. de Wilde, Nijmegen; Mevr. W.
'.arlerixielMev:
S. H. J. v. d
Zuidbroek; Hr. N. v. d. Burg, Bi
MakkumMej. Pethr. Klaasae, Sc
A enhag™; Hr^ll
terMevr. K. Boelhouwer-owci»,
HUiegera, GeleenMevr. E. Hallink-va
Fr. H. W. Lentelink, Ootterhout; Mevr. W. J. Streekstra»
Klaarhamer, DokkumMej. Miep Duncker, Amsterdam;
Mevr. P. L. Kockkoek-Baon, Almkerk Mevr. J. J. H.
Smeeta-Timmermans, Sittard; Mej. M. A. van Gent,
Hr. H. G. Gazenbeek, HillegersbergHr. H.
J. G. v. d.
TT
„bizondere karaktereigenschappen" tot assi
stent-resident, hoofd van plaatselijk bestuur
van Bodjonegoro werd uitverkoren, kreeg ik
de opdracht, die functie niet te aanvaarden
alvorens ten departemente over de heer»
schende toestanden op het gebied der dessa-
kassen te zijn ingelicht.
Het bleek me, dat men in de hooge re
gionen geheel au fait was van de verdwijning
van ruim een halve ton aan bevolkingsgel-
den, in beheer bij mijn aanstaanden „jonge
ren broeder".
Raadpleging van het archief bracht mij
van de finesses op de hoogte en indachtig
aan het spreekwoord: „Voorkomen is beter
dan genezen", haalde ik de kat van het spek
af, zoodat verdere plundering was uitge
sloten.
Daarmede behoorden de roemruchtige fees
ten in den Kaboepaten tot het verleden, tot- i
dat.een paar jaren later verwisseling in
de gewestelijke bestuursvoering plaats vond.
Door mijn nieuwen superieur werd mijn
beleid als „van weinig tact getuigende" ge
kwalificeerd en de zaken moesten hun ouden
loop hernemen: de dwarskijker uit het Euro
peesche bestuur ging heen, ineens ontdaan
van zijn „bizondere karaktereigenschappen".
Die waren zoek en bleven het, evenals de
gelden uit de dessakassen, armenfondsen,
e.d., sedert wederom in festijnen omgezet.
Het was de tweede maal in mijn ambtelijke
periode, dat ik het bevolkingsbelang tegen
de „buiten en boven de wet" staande per
sonen meende te kunnen beschermen."
Koning Leopold van België zal op 22 No
vember a.s. in gezelschap van H. M. de Ko
ningin een bezoek brengen aan het Belgi
sche monument te Amersfoort. Dit zal in de
historie van het sobere oorlogsgedenkteoken,
dat zich hoog op den top van den Amers-
foortschen Berg verheft, een hoogvijdag zijn.
In een wijd groen panorama rijst dit ge-
denkteeken in rustige vlakken omhoog. Uen
bouwwerk van donker baksteen, welks vorm
beheerscht wordt door drie vierkante, sym
metrisch geplaatste zuilen.
Het wil de herinnering zijn aan een bij
zondere episode uit den tijd van den wereld
oorlog. En wel aan die jaren, toen in Amers-
toort intemeeringskampen groeiden, waar
in duizenden gevluchte en gewonde Belgen
een nieuwe wereld vonden.
Toen deze oorlogsslachtoffers in 1918 naar
vaderlandschen bodem terugkeerden, wisten
zij dat zij hun dank voor altijd zwijgend ge
symboliseerd hadden in het eenvoudige en
toch zoo expressievolle monument daar
op het hoogste punï van de omgeving der
oude provinciestad. De beeldhouwer Hildo
Krop heeft op het meer lager gelegen ge-
aeelte van deze schepping een reliëftrip
tiek gebeiteld, dat als het ware in enkele
flitsen het gebeuren dier dagen in beeld
brengt. Men zou kunnen spreken van een
korte, maar aangrijpende vertelling in steen.
Op het rechtergedeelte van den muur, die
een oppervlakte heefv van 20 bij 4 meter,
ziet men de wilde actie van den oorlog:
wanhopige en vallende burgers worden be
dreigd door de punten van de bajonetten.
In het middenvak barst een bom en spat
zijn doodend geweld naar alle zijden. Moe
ders vallen met haar kinderen, anderen
trachten aan het noodlot te ontkomen. Het
zijn sobere, verwrongen figuren, die Hildo
Krop in het leven heeft geroepen, doch van
een groote overtuigingskracht Langzaam
groeit de lange vluchtelingenstroom, die
naar links trekt naar het land, waar rust
heerscht en de hoop op leven gebleven is.
Links wordt de intemeering geteekend door
een liggenden soldaat onder een boom
een visioen van den dood rijst in bewogen
lijnen voor hem op.
Krop gaf hier weer een bewijs van zijn
groot vakmanschap. Doch het is te betreu
ren, dat de gekozen steensoort niet op de
invloeden der verweering is berekend. Bar
sten en scheuren zouden op den duur het
heele werk als het ware uiteen hebben laten
vallen, indien men niet ingegrepen had. Nu
heeft de gemeente de scheuren diohtgekit,
hoewel men zich af kan vragen, of dit niet,
beter door een bekwaam beeldhouwer liad
kunnen geschieden. Want deze restauratie
heeft tal van minder fraaie lichte strepon,
over het geheel gebracht.
De beteekenis van de alleenstaande muur,
waarop het reliëfwerk is aangebracht, wordt
door vele bezoekers wel eens verkeerd ge
ïnterpreteerd. Men begrijpt niet goed, dat dit
gedeelte bij het hoofdmonumemt hoort. Doch
deze wand wordt aangeduid als het oorlogs-
gedenkteeken in tegenstelling met het
andere bouwwerk, dat vredesmonument
heet hier vindt gij namelijk reliëfs, die
de waarden van den vrede symboliseeren»
De geschiedenis van het alleenstaande
muurvlak is wel iets eigenaardigs. In het
begin wilde men hier namelijk een ge
bouwtje optrekken, dat tot blijvend museum
ingericht zou worden. Dit zou dan de berg
plaats vormen voor tal van foto's, teekenin»
gen, platen en wat dies meer zij uit den in»
temeeringstijd. Zoover is het echter nooit
gekomen. Men bouwde namelijk slechts de
frontmuur en liet toen het plan schieten. De
wand kreeg een aardigen decoratieven vorm,
opdat zij tot achtergrond zou dienen van'
Krops meesterwerk.
De symbolen op het hoofdgebouw aange
bracht, werden door Frangois Gos uit Lau
sanne vervaardigd. Hij personifiëerde op do'
achterzijde der linkerzuil de industrie en
aan den anderen kant de arbeid. Hiertus-
sohen hangt een uitgebeitelde leeuw, die ge
dachten wekt aan rustig staatsgezag en
welvaart Voorts ontwierp hij nog een ta
bleau. dat de gezonde rust van den vrede in
de maatschappij moet uitbeelden.
Aan weerszijden van de statige vredesfi-
guur, die de middenzuil aan den voorkant
van het monument beheerscht, leiden sym
metrisch gebouwde trappen omhoog. Zoo
komt men op de galerij en belandt in het
„interieur" van het gedenkteeken.
Een cel is opgedragen aan de nagedach
tenis van de 176 Belgen, die op Amersfoort-
schen bodem aan de gevolgen van hun oor-
logs verwon dingen bezweken.
Een steenen gedenkplaat vermeldt de lan
ge lijst van namen van die personen, die op
eenigerlei wijze medegewerkt hebben aait
de totstandkoming van het monument.
In een sober stil vertrekje hangen de bron
zen reliëfs van verschillende Belgische en
Nederlandsche legerautoriteiten uit den we
reldoorlog, alsmede de afbeeldingen vart
Koning Albert van België en H.M. Koningin
Wilhelmina der Nederlanden.
Vanaf de galerij ziet men een bijzonder
mooi vergezicht, dat vooral bij helder weer
een groote aantrekkelijkheid heeft.
Belgisch monument te 'Amersfoort