De regeering handhaaft haar plannen
Voortaan... versche cigar etten!
Voorgestane belastingpolitiek
heeft de minste bezwaren
WOENSDAG 2 NOVEMBER 1938
DERDE BEAD PAG. 9
Politiek in Christelijk-nationalen zin
Steun aan eenige bedrijfstakken
Zoo spoedig mogelijk drie kruisers*
In de memorie van antwoord
betreffende de algemeene be
schouwingen over de rijksbegroo-
ting words ten aanzien van de
Zondagsrust gezegd, dat de regee
ring er zooveel mogelijk naar
streeft uitwassen af te snijden.
Ontkend wordt, dat wij voor een
stelsellooze verhooging der mili
taire uitgaven staan.
De „werkverschaffing" zal naar
de richtlijnen van het rapport-
Wcsthoff uitgebreid en gewijzigd
worden.
Wat de belastingen betreft, blijft
de regeering op haar standpunt
staan. De lasten zullen zwaar zijn,
doch zij kunnen worden gedragen.
Verschillende maatregelen om te
zwaren belastingdruk te voorko
men, zullen alsnog worden geno-
Het financieel beleid zal in geen
enkel opzicht worden herzien.
Inzake het Centrale Vliegveld
zal de regeering spoedig haar
standpunt bepalen.
We lezen in de memorie het volgender
Wat het karakter van het kabinet en de
grondslag van zijn beleid betreft, bestaat er
aan de zijde der regeering geen behoefte aan
nadere verklaringen of ophelderingen. Het
vorig jaar is hierover uitvoerig gedebat
teerd en er is sindsdien niets veranderd. De
regeering heeft voortgearbeid in de toen uit
gestippelde richting en indien destijds niet
alle misverstanden opgeheven zijn en daar
na een jaar van arbeid evenmin de noodige
opheldering heeft gebracht, dan is niet te
verwachten, dat een nieuw debat over deze
dingen tot grootere klaarheid zal voeren.
De soberheid der Troonrede
Ten aanzien van de klacht over de sober
heid der troonrede en haar gemis aan opge
wektheid wordt liet volgende opgemerkt.
Voor een „opgewekte" Troonrocle was geen
grond en het volk heeft er recht op de zoo
rtiicht mogelijk'benaderde waarheid te hoo
ien van de regeering. De Troonrede gaf de
verwachtingen naar waarheid weer.
Wat betreft de soberheid van de Troon
rede, wordt opgemerkt, dat onze Troonredes
traditioneel kort zijn en meestal slechts de
aankondiging van voornemens bevatteii.
Het gemis aan homogeniteit
Ook ditmaal is op meer dan één plaats in
het voorloopig verslag gezinspeeld op een
zeker gemis aan homogeniteit tueschen de
groepen in de Kamer, waarvan do regeering
in de eerste plaats steun verwacht. De juist
heid daarvan kan in zeker opzicht worden
toegegeven. Er zijn vele dingen te noemen,
waarover amtirev., chr. hist, en roomsch kath
anders denken. Maar wat bewijst dat nu?
Bewijst liet. dat op staatkundig terrein
r.-kath.. anti rev. en chr.-hist, niet moeten sa
menwerken? Die stelling zou slechts kunnen
worden opgesteld, wanneer het zekere ge
mis aan volkomen homogeniteit-bij-voorbaat
liet karakter zou aannemen van heterogeni
teit, ofwel wanneer er een samenwerking
practisch denkbaar ware, waarbij de leem
ten in de homogeniteit-bij-voorbaat nog ge
ringer zouden zijn. Maar welke combinatie
blijft er dan practisch over, buiten die eene,
waarop van eén zijde de hoop gevestigd
wordt en van de andere zijde met het doov
oor geluisterd wordt?
In dit opzioht kan ook de tegenstelling
met het vorige kabinet hoe men daar
over overigens ook moge denken niet wor
den aanvaard. Ook bij een kabinet als dat
van 1933 blijven alle verschilpunten. <lie
er nu zijn, bestaan. Het eenige onderscheid
is: er komen dan nog ettelijke verschilpun
ten bij. Bij eiken vorm van samenwerking
tusschcn personen van verschillende politie
ke kleur zal moeten worden gezocht naar de
grootst mogelijke overeenstemming.
Er is aatuurlijk ook een vorm van
staatsbestuur mogelijk, waarbij alle
politieke verscheidenheid wordt weg
gewerkt en de eenstemmigheid van
het kerkhof heeredht, maar die vorm
wordt ten onzent slechts door zeer
weinigen begeerd.
Wat betreft de houding, door de re
geering tot dusver met betrekking tot de
Zondagsrust aangenomen, wordt opge
merkt, dat de regeering niet volstaat met
het gadeslaan van het proces van actie
en reactie op dit gebied, doch dat zij er
tevens naar streeft, uitwassen zooveel
mogelijk af te snijden en de plaatselijke
overheid bij de toepassing der wet lei
ding te geven.
Voorzichtigheid is te dezen echter ge
boden, mede in verband met de zoozeer
uiteenloopende opvattingen en wenschen
der bevolking. Slechts stap voor stap
dient de regeering te dezen voorwaarts
te gaan. Daar waar het inmiddels moge
lijk is om door een met beleid gerichte
actie te doen herleven hetgeen slechts
schijnbaar dood was, grijpt de regeering
Voor een invloed uitoefenen op de ge
meenteraden is ander de bestaande om
standigheden aanleiding, indien blijkt, dat
een belangrijke groep van ingezetenen zich
door do toepassing der Zondagswet ge
krenkt voelt. Doch over het algemeen zijn
de klachten, welke de regeering ter zake
bereiken, slechts gering in aantal.
Dat het regeeringsjubileum hier en daar
op Zondag is gevierd, betreurt ook de re
geering.
Nuchtere erkenning
Om nu terug te kceren tot de verscheiden
heid die op politiek terrein aanwezig is,
sdhijnt het eenig juiste standpunt de nuch
tere erkenning: dc' velschillen zijn er en
wie zich daarbij niet kan neerleggen, heeft
maar één uitweg: niet deelnemen aan het
actieve bewind.
De sterke uitzetting van de grenzen der
staatsbemoeiing is uiteraard oorzaak, dat
-niet altijd overeenstemming kan heerschen.
Dit zal men zich helder voor oogen moeten
stelhni, indien men de homogeniteit van het
kabinet beschouwt.
Naar den rommelzolder
Zoo wordt o.a. in de stelling, dat de
heer Colijn vrijhandelaar is en de R.K.
Staatspartij (die intusschen nog in haar
program-1937 de bevordering van buiten-
landschen afzet voorop heeft gesteld en
eerst daarna spreekt van verdediging ei
stimuleering van de binnenlandsch"
'arkt) protectionistisch zou zijn, oorzaak
gezien van een zekere machteloosheid op
economisch gebied, ja zelfs van een opeen
stapeling van tegenstrijdigheden. Toch o
tuigt zulk een opmerking, ook van uit de
'ooropgezette stelling, van weinig inzicht.
De heer Colijn is inderdaad de overtui
ging toegedaan, dat het vrije goederen
verkeer tusschen de landen de meeste
waarborgen biedt voor de bevordering
van de welvaart der volken en voor de
bevestiging van den vrede en dat zulks
inzonderheid van belang is te achten voor
Nederland. Hij is evenwel „realist"
noeg om te beseffen, dat men voor het
oeren van zulk een politiek internationaal
partners noodig heeft. En dat, wanneer
die ontbreken, ook voor Nederland
andere gedragslijn beter kan zijn. dan vol
harding bij een eenzijdig vrijen invoer met
steeds toenemende belemmering van on
zen uitvoer. Men kan daarom de óp dit
punt gecreëerde tegenstelling tusschen den
leider van het kabinet en de R.K. Staats
partij veilig naar den rommelzolder ver
wijzen.
Waar het op aankomt Is alleen, of
het kabinet ten slotte eensgezind is
bij de bestuursmaatregelen, die het
toepast en bij de voorstellen van wet,
die het indient. Welnu, de eerste on-
derteckenaar dezer memorie (minis
ter Colijn), die nu voor de vijfde maal
deel uitmaakt van een kabinet, aarzelt
niet te zeggen, dat onder dit kabinet
Ihct bereiken van overeenstemming
met betrekking tot onderscheidene
concrete maatregelen op economisch-
soclaal terrein tusschen de leden niet
meer overleg vordert dan in vorige
kabinetten, waarvan hij deel uitmaak
te. Daarnaast bevordert de gemeen
schappelijke grondslag op onderschei
dene andere gebieden homogeniteit
van beleid.
's Lands weermiddelen
Het algemeen beleid der regeering is in
dezen tijd ook in sterke mate betrokken bij
de zorg voor 's lands weermiddelen. De re
geering betreurt de noodzakelijkheid der be
treffende uitgaven en zij is er eerst laat toe
overgegaan, doch toen de noodzakelijkheid
urgent werd, heeft zij niet geaarzeld. Het is
t juist, dat wij voor een stelsellooze
verhooging der militaire uitgaven staan.
Wat den thans aangevraagden vervangen-
den kruiser betreft, wordt liet volgende op
gemerkt. In verband met dc ontwikkeling
an de intemationaal-politieke omstandig-
heoen acht de regeering liet gewenscht, dat
zoo spoedig mogelijk worde beschikt over
een drietal volwaardige schepen van liet
genoemde type.
Het door de regeering opgesteld schema
van onze maritieme macht, zooals dat ten
vorigen jare werd medegedeeld, blijft ge
handhaafd, behoudens de thans aangevraag
de aanvullingen van klein materieel.
Wat betreft het Staatsbedrijf der Artille
rie-inrichtingen, wordt medegedeeld, dat een
samenwerking ontstaan is met particuliere
bedrijven. Daarvoor is 1.000.000 op de be
grooting uitgetrokken en ook in volgende
Jaren zal deze post warden uitgetrokken.
Vervolgens komt de regeering
aan de kenschetsing van de alge
meene richting van het regee-
ringsbeleid.
Politiek in Christelijk'
nationalen zin
Het kabinet staat zoo n a als
voor een politiek voor in Chris
telijk-nationalen zin. Christelijk in
dien positieven zin, dat het Gods
wet tot richtsnoer voor zijn beleid
wenscht te nemen. Nationaal,
doordat het met eerbiediging van
een inderdaad groote verscheiden
heid van schakeeringen op gees
telijk terrein en van de rechtmati
ge vrijheden des volks op dien
Christelijken grondslag samenbin
ding en samenwerking wil brengen
en z o o het algemeen welzijn be
vorderen.
Economisch wordt gestreefd naar bevor
dering der volkswelvaart, waarbij, nu zoo
wel als vroeger, geen enkel middel, dat
aan dat doel dienstbaar wordt geacht, van
te voren uitgesloten mag worden.
De sociale werkzaamheid blijft, ten deele
in nauwe samenwerking met de economi
sche politiek, allereerst gericht op een doel
matige bestrijding van de werkloosheid.
De internationale toestand noopt nog al
tijd tot uitvoering van de plannen voor ver
sterking van de landsverdediging. De voor
nemens tot verbetering van de uitrusting
van de landmacht en de voltooiing van de
marineplannen behooren, zoo eenigszins
mogelijk, in versneld tempo te worden uit
gevoerd.
Inzake het financieel beleid mag het her
stel van 't budgetair evenwioht geen oogen-
■blik uit het oog worden verloren, omdat alle
andere voorzieningen van staatswege op
den duur anders gevaar loopen niet te kun
nen worden in stand gehouden.
Wat het buitenlandsch beleid aangaat, is
onjuist de gedachte alsof dc regeering het
zou willen doen voorkomen, dat Nederland
nog steeds voert en moet voeren do oude
neutraliteitspolitiek. Daartegenover merkt
zij op, dat in haar uitlatingen niet sprake is
van terugkeer tot een neutraliteitspolitiek,
maar tot de zelfstand.igheidspolitiek.
De regeering heeft geen enkele reden om
aan te nemen, dat geruchten nopens een
internationale conferentie tot herverdeeling
van koloniaal gebied, waarbij ook Nederland
zou worden betrokken, eenigen grond van
waarheid hebben.
Ten aanzien van de voornemens tot be
strijding der werkloosheid wordt gezegd, dat
er vele omstandigheden zijn, die de regee
ring nauwelijks kam beïnvloeden. De ver
houdingen van de wereldeconomie zijn voor
ons land van beslissende beteekenis. Daar
om is de band met de wereldhuishouding
een onmisbare en deze band denkt de re
geering te handhaven door het kostenpeil
in Nederland op een niveau te houden, dat
concurrentie op de internationale m
mogelijk blijft. Nu de wereldmarkkt al sinds
jaren niet meer beschouwd kan worden als
een gebied, waar men min of meer stabiele
concurrentieverhoudingen kan waarnemen,
is de regeering genoopt vaak zeer uiteenloo
pende middelen toe te passen teneinde tc
voorkomen, dat de volkswelvaart onder
mijnd wordt. Hieraan is toe te schrijven, dat
er vaak maatregelen genomen of voorgesteld
worden, die naar hun aard en op zich zelf
beschouwd tegenstrijdig kunnen zijn.
Voornemens op tariefgebied
De voornemens der regeering op tarief-
gebied beoogen eenige bedrijfstakken, oio
voor de binnenlandsche markt van groote
beteekenis zijn, eenigen steun te geven, ten
einde de werkgelegenheid in die bedrijfs
takken te bevorderen en op een meer sta
biele basis te brengen. Daarbij zal de regee
ring twee belangrijke zaken in het oog hou
den. In de eerste plaats zal rekening gehou
den worden met het belang, dat velen heb
ben bij een niet te hoog binnenlandsch prijs
peil. Om die reden o.a. heeft do regeering
het noodig geoordeeld een recht van 20
ad valorem als maximum te nemen bij be
doelde voorstellen.
In de tweede plaats wenscht de regeering
ook de handelspolitieke belangen in het oog
te houden. Naast de beperking, die de regee
ring zich zal opleggen, wat het niveau der
rechten betreft, wenscht zij niet over de ge-
Oieele linie tot verhooging van invoerrech
ten over te gaan.
De regeering heeft, wat den export betreft,
onder racer op twee middelen gewezen, tw.
exportcredietverzekering en geldelijken
steun aan den uitvoer. Wat de door de re
geering hierbij gevorderde samenwerking
an het bedrijfsleven betreft, deze houdt
vooral verband met de noodzakelijkheid, dat
de toepassing van deze middelen niet gaat
leiden tot een ongezonde onderlinge con
currentie van Nederlandsche bedrijven.
Wat de exportcredietverzekering betreft,
overweegt de regeering binnen het kader
van haar bevoegdheden herverzekeringen
toe te laten voor transacties met langere®
looptijd dan tot dusverre werd toegestaan.
Wat den geldelijken steun van den export
betreft, wordt gedacht aan de bediening
van nieuwe en de herovering van ten ge
volge van abnormale, vreemde concurrentie
verloren gegajne markten. Daarbij zal aan
bepaalde voorwaarden voldaan moeten
worden.
In de eerste plaats zal ongezonde concur
rentie van Nederlandsche bedrijven met
staatsgeld geheel uitgesloten moeten zijn.
Voorts kan de regeering hier alleen haar
medewerking verleenen, wanneer het be
drijfsleven zelf door het brengen van offers
de wenschelijkheid der transactie aantoont.
Verder zal de volle aandacht geschonken
moeten worden aan zekere handelspolitieke
belangen, die de toepassing van het hier
bedoelde middel op bepaalde markten ge
heel uitsluiten.
Onder de middelen der positieve welvaarts
politiek rekent de regeering stellig de eco
nomische samenwerking tusschen Nederland
en de overzeesche gebieosdeelen, in het bij
zonder Nederlandsch Indië.
Het rapport-Westhoff
Ten aanzien van Sociale Zaken wordt al
lereerst genoemd de uitbreiding en wijziging
der „werkverschaffing". Ingrijpende voorzie
ningen, bijvoorbeeld wat betreft het verkrij
gen van medewerking van derden zullen
noodig zijn en een geheel nieuwe organisa
tie wordt ook voorbereid. De tewerkstelling
zal bevrijd worden uit de sfeer van werk-
loozenzorg. Deze wijziging zal bekroond wor
den door het tot stand komen van de nieu
we organisatie.
Aangaande de financiering kan voorloopig
worden medegedeeld, dat bet ten laste van
het rijk komende .gedeelte is begroot op een
jaarlijksoh bedrag van f 75.000.000, waarvan
bet verantwoord is geacht f 20.000.000 te
brengen ten laste van den kapitaaldienst
Tegenover een vermeerdering van uitgaven
voor den gewonen dienst van f 55 millioen
staat een verlaging van uitgaven voor steun
en werkverschaffing tot gelijk bedrag. Gelijk
voor de hand ligt, zullen voorts ook de ge
meenten, waterschappen, particulieren en
anderen, wier medewerking voor de totstand
Natuurlijk, van heden af Skippy... ook
voor U! Skippy is immers de Ameri-
kaansche cigaret, waar U naar gezocht
hebt, de cigaret, die zoo behandeld en
verpakt is, dat ze versch is en versch
blijft. Steek maar eens een Skippy op!
Dan zult U zeggen„Inderdaad, dat is
tabak... dat is goede tabak... dat is versche
tabak! Dat is 'n wonder van een cigaret:
pittig» geurig en toch zoo zacht!
...maar SKIPPY
smaakt duurder!
koming van het door de regeering
resultaat onmisbaar is, ook financieel erbij
betrokken zijn. Hoe daarbij precies de ver
houding tusschen het rijk en in het bijzonder
de gemeenten zal zijn, kan nog niet worden
gezegd.
De regeering heeft, na op den grondslag
van het meerbedoelde rapport-Westhoff tol
haar beslissingen in groote lijn te zijn ge
komen. opdracht gegeven tot nadere concro-
tiseering en uitwerking.
Naast de bemoeiingen met de tot nog
toe besproken tewerkstelling heeft de
regeering ook een nader onaerzoek met
betrekking tot het werkfonds ter hand
genomen.
Ten aanzien van de jeugdwerkloosheid
worden in de memorie de plannen genoemd,
welke wij dezer dagen publiceerden naar
aanleiding van de rede van minister Romme.
Dat bij een tot stand gekomen regeling ook
een aantal onderwijskrachten een taak zal
vinden, moet waarschijnlijk worden geacht.
Wat de ouderdomsverzorging betreft,
wordt onjuist genoemd de opmerking in het
voorloopig verslag, dat Dr Colijn tijdens de
Meerdere maatregelen
om te zwaren druk te
voorkomen
Aart 'de 'directie 'der Kori. Fabriek vart Rijtuigen en Spoorwagens J. j. Beynes te
Haarlem werd gisteravond ter gelegenheid vart het 100'jarig bestaan voor hotel
Brinkman een muzikai. huldebetuiging gebracht.
Wat het financieel beleid betreft,
zegt de regeering, dat zij ook na
kennisneming van de, van haar mee
ning afwijkende indrukken, welke
bepaalde leden van den huidigen
financieelen toestand hebben ge
kregen, meent haar inzichten in geen
enkel opzicht te mogen en te kunnen
herzien.
Dat de regeering het Jaar 1929 als verge
lijkingsjaar noemde vindt zijn oorzaak hier
in, dat in dat jaar de economische inzinking
is begonnen. Dat jaar leent zich veel beter
voor vergelijking dan het jaar 1923, toen
door deil grooten oorlog en de daaruit voort
gevloeide crisis, de schuld hoog was opge-
ioopen. In de daaropvolgende jaren is de
regeering er in geslaagd extra-aflossingen
te doen, hetgeen een goede politiek is ge
weest. Ais dat niet geschied was, zou thans
oe staatschuld niet ver van de f 5 milliard
zijn geweest.
Daar komt nu nog bij, dat blijkens de cij
fers, in de millioenennota verstrekt, de
schuld in de eerstvolgende jaren nog aan
merkelijk stijgen zal. Alleen voor het jaar
1939 zal die stijging naar raming omstreeks
f 180 millioen bedragen. Daarbij valt de
jaarlijksahe aflossing van f 59 millioen in
het niet. En nu wordt door 6ommige leden
in het voorloopig verslag jvel betoogd, dat
men die beide cijfers niet met elkaar verge
lijken mag. omdat het Biier zou gaan om
toevallige kapitaalsuitgaven, van een jaar.
Maar zoo staat het toch niet. Vooreerst is
gebleken, dat de jaren 1937, 1938 en 1939 een
aanmerkelijke stijging van de kapitaals
uitgaven vertoonen. En in de tweede plaats
zal het heel wat moeite en inspanning kas
ten om den kapitaalsdienst voor het jaar
1940 omlaag te krijgen.
De in de begrooting voor 1939 vervatte sa
neering kan derhalve geen grond opleveren
voor het gunstiger oordeel, dat verscheidene
leden zich omtrent de financieele positie van
het land hadden gevormd.
Naar de mcening der regeering kan niet
in nog sterkere mate geanticipeerd worden
op een toekomstige welvaartsperiode; doch
ondanks deze conclusie is zulks op het
oogenblik nog niet te vermijden.
Bij het opstellen van haar saneeringsplan-
nen voor het budget is de regeering tot de
overtuiging gekomen, dat zij noch door
bezuiniging alleen, noch door belastingver
hooging alleen, haar doel kan bereiken.
Beide middelen in combinatie met elkaar,
zullen hiervoor noodig zijn.
Het contingenteeren der uitgaven van de
departementen wordt, evenals de z.g. pers
pectiefbesparingen door de regeering onder-
Het belastingbeleid
Na nauwgezette overweging is de
regeering tot de overtuiging geko
men, dat de belastingmaatregelen,
die zij heeft aangekondigd, het minst
bezwaarlijk zullen zijn voor het eco
nomisch leven, en dat ook de bevol
king langs dezen weg de middelen,
die thans noodig zijn, het best kan
opbrengen.
Bij de beoordeeling van deze belasting
plannen moet wel in het oog worden gehou
den, dat dc nationale inkomsten- en winst
belasting bestemd is om ook te dienen tot
dekking van een tekort, dat in hoofdzaak
wordt veroorzaakt door de bijzondere uit
gaven ven behoeve van de defensie en ter
bestrijding van de werkloosheid. Deze be
langen raken het gcheele volk, zoodat het
billijk is, dat iedereen in de daartoe nood
zakelijke uitgaven naar vermogen bijdraagt
In verband met het systeem der bestaande
belastingen is dit a 11 e e n re bereiken langs
den weg van heffingen bij de bron.
Dc regeering blijft van oordcel, dat het
door haar voorgestane stelsel dc minste be
zwaren heeft.
Zij is van meeming, dat de nieuwe belas
tingverzwaring in ernstige mate op het volk
zal drukken, maar dat toch het algemeen
welvaartspeil in Nederland van dien aard
is, dat zij kan worden gedragen.
Onder de maatregelen, welke genomen
zullen worden om tc zwaren belastingdruk
Afschaffing van den geslacht-
accijns gepaard gaande met ver
hooging van omzetbelasting van de
artikelen waarop de accijns drukt
van 4 op 6 pCt.:
vrijstelling van omzetbelasting
voor varkensvleesch, paardenvleesch
en dgl.;
afschaffing van zoutaccijns;
verlaging van de omzetbelasting
op thee en benzine;
herziening van den grondslag
dienstboden in de personeele belas
ting in dien zin, dat één dienstbode
steeds vrij zal zijn en verlaging van
de tarieven; en ten slotte
verlaging van den druk van de
personeele belasting op motorrij-
Verschillende van de maatregelen, welke
dienen moeten om te zwaren drug te voor*
komen, hebben tevens de strekking om de
werkgelegenheid te vermeerderen. De regee
ring stelt zich voor daamaastr nog enkele
maatregelen van fiscalen aard te nemen ver
stimuleering van het bedrijfsleren. Zoo za!
worden voorgesteld geen personeele belas
ting meer te heffen van winkels, hotels,
café's en restaurants, van biljarten en van
pleizervaartuigen, terwijl ook in overweging
is de personeele- belasting voor motorrijtui
gen aan zienlijk te verminderen of deze hef-»
fing af te schaffen met gelijktijdige invoe-
ring van een geringe veirhooging van de an-»
dere belastingen, welke op het motorrijtui.
genverkeer drukken.
Daarnaast ligt het in de bedoeling den!
gedistilleerd- en bier-accijns te verlagen.
De afschaffing van de zakelijke bedrijfsbe
lasting is door de regeering buiten het voin
band van de onderhavigevoorstellen in over
weging genomen.
De uitwerking van de verschillende belas-
tingontwerpen bevindt zich in een zoodanig
stadium dat de regeering goede hoop kocs-
terd voor het einde van het jaar deze ont
werpen bij den Raad van State aanhangig
ve kunnen maken.
Geen verhooging van salarissen
Te naanzien van de positie der ambtena-
ren zegt de regeering, dat zij van meening
is, dat, zoolang zij zich in verband met den
zorgelijken toestand van 's lands financiën
genoopt ziet, een afwijzend standpunt dient
ingenomen te worden tegenover een ver
hooging van de salarissen en loonen van
het rijkspersoneel.
Ten aanzien van de kwestie van het
centrale vliegveld blijft dc regeering on
veranderd van zienswijze, dat het voor
het behoud der positie van Nederland
in het internationale luchtverkeer nood
zakelijk is versnippering van het ver
keer over verschillende vliegvelden zoo
veel mogelijk te vermijden en onder
linge concurrentie dier velden uit te
schakelen.
De regeering stelt zich voor, omtrent
de in dc gegeven omstandigheden meest
aangewezenoplossing spoedig haar
standpunt te bepalen.
Mei' betrekking tot dc in het voorloopig
verslag genoemde onder het ambtenarenver
bod vallende vercenigingen, dient te worden
geconstateerd, dat zij niet schromen midde
len te bezigen, zooals het samenwerken met,
dan wel het zich aansluiten bij organisaties
die als extremistisch bekend staan, waar
door het volstrekt ontoelaatbaar is, dat
ambtenaren zich op eenigerlei vijzf-met do
werkzaamheden dier veroenigin inlaten.
Wat betreft de voiming van trusts en kar
tels in ons land, waakt dc regeering tegeh
een ontwikkeling op dit gebied, die voor
de volkshuishouding schadelijk zou kuniu-n
zijn.