DE VLOOT VAN PIET HEYN NEERLAND JUICHT! IK ZAL HANDHAVEN! HERDENKINGSNUMMER van 3e Vijf SamenwèrEen3e Christelijke Dagbladen blz. 15 WOORDEN VAN LEO LENS I N I— 1 I 1 I N I—VU W I V 1111 MUZIEK VAN MAR EGBERTS stond de geheele scheepsmacht uit 21 schepen en 4 jachten, met ruim 3000 koppen bemand. Het hoofddoel was de Spaansch-Portugeesche sterkte San Salvador aan de Allerheiligenbaai in Brazilië te veroveren. Naar sommige geschiedschrijvers meenen was deze expeditie onderdeel van een grootsch offensief, n.l. om Spanje als zeevarende en koloniale mogendheid den nekslag te geven. Daartoe was admiraal Swartenhondt met een eskader naar de Middellandsche zee gezonden. De Staten hadden in vereeniging met de Oost- Indische Compagnie een vloot naar de Stille Zuid zee afgezonderd, bekend als de N a s s a u's c h e vloot. Terwijl als derde in de rij de reeds genoemde tocht naar San-Salvador op het program stond. Om deze laatst genoemde tocht gaat het nu, waarbij Piet Heyn een zeer belangrijke rol heeft gespeeld en het aan zijn beleid en moed te wijten is, dat de Allerheiligen baai op 9 Mei 1624 ons in handen viel. Op 46-jarigen leeftijd was Piet Heyn, toenmaals lid der vroedschap van Rotterdam, door de W.I.C. tot vice-admiraal aangezocht. Zijn schepen, die een maand na admiraal Willekens zouden koers zetten naar den Atlantischen Oceaan, vormden het smaldeel, dat de Kamer van Rotterdam of die der Maze gezonden had. Zij bestonden uit de schepen: Neptunus, groot 240 last (480 ton), uitgerust met 6 metalen- en 22 ijzeren stukken; Oranjeboom (van Rotterdam) niet te ver warren met het gelijknamige schip van Delft, 200 last, 16 stukken en 2 metalen „draken". Deze draken of slangen waren een soort geschut en heetten wel naar de godinnen der wrekende straf: Megara en Tisiphone. Behalve de beide schepen had de Kamer van de Maze eveneens twee jachten gezonden, n.l. de Z e e j a ge r (70 last) en de Hazewindt (75 last). Naar dit smaldeel gebouwd zal in de a.s. Sep temberdagen De Vloot van Piet Heyn ge vlagd en gewimpeld op de Maas voor Rotterdam verschijnen. Vooral het Jacht is hierbij merkwaardig en vraagt nog eenige toelichting. Dit type schip werd in het laatst der 16de eeuw voor het eerst onder de Hollandsche schepen gezien. Het moeten goede zeilers geweest zijn met weinig diepgang, die bij windstilte werden geroeid. Zij deden tijdens den slag dienst voor het overbrengen van boodschappen en orders van den admiraal, want het seinen met vlaggen ging toen nog zeer primitief. Met name Piet Heyn en na hem Tromp gebruikten Jachten voor den „verbindingsdienst". Eerst in 1660 kwam dit scheepstype in Engeland, als geschenk van de Nederlanden aan Koning Karei II. Men kende verschillende soorten jachten. O.a. het Stadsjacht, te Amsterdam ook wel Stadse h a lo up geheeten. Dit was een sierlijk gebouwd vaartuig. Voorts, om niet meer te noemen, het Staten- en Prinsenjacht, schepen, die eveneens voor de Maasstad zullen verschijnen, rijk versierd en gebeeldhouwd. Zij namen geen deel aan den strijd, maar werden gebruikt voor het overbren gen van vorstelijke personen en hooge regee- ringsambtenaren. De Oranjes beschikten vroeger over verscheidene Jachten, waarvan de Konin klijke Sloep een laatste „afstammelinge" is. De Vloot van Piet Heyn, waarbij do Admiraalssloep eveneens niet ontbreekt, zal een waardige vertegenwoordiging vormen van onze macht ter zee uit de eerste jaren der West-Ind. Compagnie. De Vijf Samenwerkende Christelijke Dagbladen: De Rotter dammer, Nieuwe Haagsche Courant, Nieuwe Leidsche Courant, Nieuwe Utrechtsche Courant en Dordtsch Dagblad zijn verheugd hun lezersschaar dit Herdenkingsnummer bij het 40-jarig regeeringsjubileum van HM. Koningin Wilhelmina te kunnen aanbieden. Moge 't een plaats vinden bij de verzameling „merkwaardige nummers", welke wij in den loop der jaren gaven. Koningin der NederlandenI Moeder van ons Vaderland! Neerland draagt U op de handen, 't Volk van elke rang en stand. Neerland wil U hulde brengen Nu Ge in vrede jubileert En in vrijheid, kloek en moedig Veertig jaar hebt geregeerd. Neerland juicht en Neerland jubelt, Neerland roept Gods zegen in: Spaar, o God, nog lange jaren Onze dierbre KoninginI Vroomheid was Uw kracKt en sterkte. Wijsheid sierde Uw beleid. Waar Uw liefde troostend werkte Schitterde Uw majesteit. In Uw Rijk der Nederlanden, Hier zoowel als overzee. Hebt Gij koninklijk gehouden Uw devies: Je maintiendrai! Neerland juicht en Neerland jubelt. Neerland roept Gods zegen in: Spaar, o God, nog lange jaren Onze dierbre Koningin! relatie stonden tot de oude Maasstad, bij een feest als thans „de held van San Salvador en Matan- zas" voor de stad Rotterdam een goede keuze kan worden genoemd. De geschiedenis leidt er vanzelf toe. Toen in 1621 de oorlog met Spanje opnieuw ontbrandde, werd in datzelfde jaar de West- Indische Compagnie opgericht. Deze beide feiten houden met elkaar verband, gezien het strategisch en politiek karakter van de onderne ming der Heeren XIX. Mocht de W.I.C. organisa torisch veel overeenkomst vertoonen met haar oudere zuster op de Oost-Indiën (zij bestond uit 5 Kamers en 19 Bewindhebbers), haar taak was een geheel andere, n.L om Spanje zoowel ter zee als in zijn Amerikaansche bezittingen zooveel mogelijk afbreuk te doen. Daartoe werd in het najaar van 1623 een groote vloot uitgerust. Elk der 5 Kamers zond een eskader, terwijl de 59- jarige Jacobus Willekens het opperbevel kreeg. Volgens de geschiedschrijver De Laet (1646) be Overal waar Nederlanders Wonen op het wereldrond Wappren de Oranjevlaggen. Trilt van het gejuich de grond. Ver, ver over onze grenzen Klinkt het tot de wereld door: Neerland zingt zijn jubelzangen Voor zijn Koningin in koor: Neerland juicht en Neerland jubelt, Neerland roept Gods zegen in: Spaar, o God. nog lange jaren Onze dierbre Koningin! Neêrland juicht! (Voor muziek zie hier boven) ALS Rotterdam binnenkort een oud Maas beeld zal ten aanschouwe geven met aan zijn oever de vloot van Piet Heyn, worden we teruggevoerd naar de twintiger jaren van de 17de eeuw. Het heeft zijn reden, dat het regeeringsjubileum van H.M. de Koningin in Neerlands eerste haven stad opgeluisterd wordt o.a. door begin 17de eeuwsche scheepstypen met den admiraal van Delfshaven aan het hoofd. De oorzaak daarvan is niet ver te zoeken. Men zou Piet Heyn de eerste vlootvoogd onzer Marine kunnen noemen. Door hem werd de orga nisatie der zeemacht ter hand genomen, zoowel op de vloot als aan den wal. Het welzijn der schepelingen, de tucht aan boord, het dienen van God. het beloonen van dapperen hadden zijn volle aandacht en steun. Geen wonder dan ook, dat, waar het zeewezen een der belangrijkste steunpilaren van ons volksbestaan de eeuwen door gebleven is en Piet Heyn en zijn vloot in nauwe

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1938 | | pagina 27