BEHANGSELPAPIEREN HIERVOOR Fa. J. P. C. MEERBURG, NIEUWE RIJN 30 De Leidsche feesfen in 1898 OVERZICHT DER FEESTELIIKHEDEN IN LEIDEN Tentoonstelling „Leyds Goedt" in de Stadsgehoorzaal De eere-promofie van H. M. de Koningin LEIDEN EN ORANJE WOENSDAG 31 AUGUSTUS 1938, PAG. 2 ALS meii met de oudere Leidenaars, die het nog hij hun volle bewust zijn hebben meegemaakt, praat over de Leidsche inhuldigingsfeesten van veertig jaar geleden, dan ziet men hun gezich ten verhelderen en in vroolijk terug denken zeggen ze: Dat is nog eens een feest geweest. Van het programma zelve zullen zij zich misschien niet zooveel meer herinneren, maar twee dingen staan hun nog helder voor den geest: de fraai versierde en goillumineerde stad en de ongedwongen vroolijkheid, waar mee een bonte schare van Leidenaars, lijk en arm door elkaar in die dagen door de straten rondsprong. Men haakte maar in met zijn naasten buurman en men was bij wildvreemde mensdien hartelijk welkom, Wij hebben hier voor ons liggen het officieel programma van die inhuldigings feesten, die t°en PP 22 en 23 Sept., dus wel wat laat gevierd zijn, maar waarmee Leiden in dien tijd toch een fraai figuur onder de steden gemaakt heeft. Het wijkt nog niet eens zooveel af van de tegenwoordige feest- wjjzen van de 3 October-vereeniging (die toen ook haar medewerking aan de festivi teiten verleende Het is zelfs al geillustreerd met teekeningen (lichtelijk onbeholpen) van de volksspelen en van de optochtgroepen, waarvan versohillende praalwagens al zoo fraai zijn weergegeven dat ze zoo uit het teekenboek van Jan de Quack zouden kun nen zijn gereproduceerd. Er was twee dagen feest in Leiden. De eerste dag was voor een groot deel voor de vreugde der kinderen bereid en werd aan gevuld met een bespeling van het carrillon, een concert in de buiten-societeit „Amici- tia" en lichtbeelden op de Papengracht. De tweede dag begon met klokgelui en reveille, waaraan deelgenomen werd door de muziek corpsen van het 4e R.V.I., van het 3c Rog. Huzaren en van de Schutterij. Ze zijn alle drie reeds ter ziele. Vanwege de 3 October-Vereeniging werden Haring en wittebrood uitgereikt aan 3600 vrouwen, alsmede tabak, pijpen en bier aan 3300 mannen. De volksspelen bestonden uit mastklimmen, zakloopen, blaastrappen, drie- beenlcopen, boegsprietloopen, tonsteken, Kwa 'den Dries-steken, ringrijclon te paard, blok- jesrapen, bsllenikruien, knipspel en potslaan. Zoowel uit het groot aantal spelen als uit het groot aantal deelnemers en deelneem sters, dat genoteerd staat, blijkt met welk een intensiteit en enthousiasme de grootere jongens en meisjes in die dagen nog aan de volksspelen deelnamep. In het Plantsoen bij de Plantage werd de Wilhelmina-linde geplant (door burgemees ter Was) met een fraaie oorkonde in een blikken koker bij haar wortelen. Ieder Leide- naar kan zich er van overtuigen, dat de boom inmiddels uitstekend is gegroeid. Een groote allegorische optocht was het hoogtepunt van den dag. De eerste afdeeling bestond uit de vertegenwoordigers van een groot aantal vereenigingen, waarvan de namen, als b.v. „Eendracht (of Hulp of Nut) door Vriendschap", „Welvaart (of Steun of Ondersteuning of Eendracht) zij ons doel" ons de laatste roem van een liberalistischen tijd in herinnering roepen. De tweede groep was samengesteld uit aller lei wagens die de Leidsche industriën in beeld brachten en uit fraaie wagens van de gemeente en van de studenten, de derde groep bracht weer de vertegenwoordigers van Leidsche Vereenigingen. Dezelfde ver maningen die ook thans nog aan het publiek worden uitgedeeld voor de goede orde, ston- iden ook toen reeds in het programma afge drukt 's Avonds waren er een groote militaire taptoe in het v. d. Werfpark, verschillende concerten in de stad en een feest in de Stadsgehoorzaal, terwijl de dag werd be sloten (neen niet met een groot schitterend vuurwerk, maar) met een fakkeloptocht. Een prachtige verlichting Er was dus genoeg te doen in de Sleutel stad op dien dag, maar een groot gedeelte van de feestvreugde werd toch ook verwekt door de algemeene versiering en illuminatie waarvan het programma ook verschillende afbeeldingen geeft. Het Stadhuis, langs al de fraaie lijnen van zjjn ouden gevel met vetpotjes verlicht, leverde een prachtigen aanblik en de Stadszaal en de Waag deden daar nauwelijks voor onder. Talrijke brug gen hadden eere-poorten gekregen en het fraaist van al was ongetwijfeld de Koren beurs versierd. We lezen daarover in een I Toen onze Koningin de troon besteeg Een schitterend versierde en verlichte stad verslag van de feestelijkheden in het L. D! van die dagen: „Hoog schitterde de tempel op de Korenbeurs" (er was n.l. een 25 M. hooge toren boven de brug gebouwd) „verspreidend een zee van licht en tot zich trekkend als tot een machtigen magneet aller menschen bewonderend, moeilijk te verzadigen oog. Zou het thans levend geslacht hier ooit meer iets dergelijks aanschouwen. En hoe sierlijk gingen de dbizenden lichten van dezen slanken reus over in die breede flonker- zee van zijn twee vleugelig steunsel, om vandaar uit weer aan weerszijden in een enkfl vlammend lint door te loopen langs, boven het water, ver, ver weg." Ja, die Korenbeurs moet wel iets zeer bijzonders geweest zijn. Nog heden ten dage kunnen de oudere Leidenaars er over in enthousiasme ontsteken. We spreken nu maar niet over de tal- looze versieringen in straten en wijken. We telden in het programma niet minder dan 67 buurtcommissies, die zich met dat ver- sieringswerk bezig hielden. Kom daar nu reis om, om met den ouden heer Stastok te spreken Niet alle versieringen waren ïntusschen even mooi. Er waren er ook wel bij die men slechts moest prijzen om de goede bedoe ling. Zoo was er op de Beestenmarkt een student, die met één vetpotje illumineerde en daarbij het volgende gedicht geschreven had: Oranje in het hart geplant Is beter dan veel licht gebrand; Daarom bestaat mijn illuminasie Uit één glasie. Er zou over het programma der inhuldi gingsfeesten nog wel het een en ander te vertellen zijn, maar er is tenslotte ook op het gebied van festiviteiten niets nieuws onder de zon. Eén merkwaardigheid moeten we nog noe men. Er staan natuurlijk ook advertenties in het programma. De aardigste daarvan is ongetwijfeld de reclame voor de volgende .hypermoderne inrichting met telefoon en al: Telephoonnummer 238 DE LEIDSQHE WIELRIJSCHOOL, geheel overdekt, verlicht en verwarmd, is dagelijks geopend. Grondig onderricht in 't Wielrijden, op- en afstappen, enz. Aanbevelend, Gebrs STRAATSBRUG 42 Haarlemmerstraat 42. Het lijkt wel een manege. Maar, ach, hoe zullen de menschen over veertig jaar mis schien glimlachen over de advertenties uit 't huidige feestprogramma- Het raadsel der Pauweveeren Waarin school hnn magische krachf tot het kwade IN het L. D. van veertig jaar geleden, dat een verslag geeft van de toen op 22 en 23 Sept. gehouden inhuldigingsfeesten lazen we het volgende merkwaardige be richt: Bij de hier gehouden feesten is geen aangifte gedaan van zakkenrollerij e n zijn geen pauweveeren verkocht of gebruikt. Bij het lezen' van een dergelijk bericht wrijft men zich eerst eens de oogen uit en daarna leest men het nog eens over. Maar het staat er duidelijk: Er werden geen pauweveeren verkocht of gebruikt. In het verband kan het niet anders beteekenen dan dat het dus verboden was bij de wet om pauweveeren te verkoopen of te gebrui ken. En er rijzen onmiddellijk twee vra gen: Waartóé werden die pauweveeren wel verkocht of gebruikt en waarom was dat verboden? De oudere Leidenaars zullen misschien om deze domme vragen lachen omdat het antwoord voor hen simpel genoeg is, maar toen wij eens zoo bij dezen en genen gin gen informeeren naar de mogelijke be tee kenis van dat o.i. zonderlinge bericht bleek toch, dat iedereen er al even verwonderd over stond en zelfs een politie-agent, die een behoorlijken staat van dienst achter den rug heeft, kon ons geen inlichtingen verstrekken. Alleen herinnerde hij zich en legde ons later voor, dat nog heden ten dagen in de verordening op de straatpoll- tie, die niet lang geleden opnieuw is vast gesteld, het gebruik van pauweveeren strafbaar wordt gesteld. Maar waarom dat zoo was, daar haalde hij zijn schouders over op. Zoo hebben wij ons dus eenigen tijd vermoeid in het raadsel der pauwe veeren. Wat voerden onze grootouders daarmee uit? Ze legden ze in hun psalmhoekjes, maar dat kon toch moei lijk een strafbaar feit worden genoemd. Het antwoord op deze vraag hebben wij ten slotte achterhaald. Het luidt een voudig: kriebelen of als men wil kietelen. De opgeschoten jongens kriebelden er de meisjes mee in den hals of het gezicht en misschien om gekeerd de meisjes de jongens ook wel. Dat was natuuniijk heel erg n g en zal wel meermalen tot stoeipartijen aanleiding hebben gegeven, waarom het natuurlijk te doen was. Dat gekrie bel schijnt intusschen niet van gevaar ontbloot geweest te zijn omdat ook een pauweveer ten slotte een vrij scherpe schacht heeft, die gevaar voor b.v. de oogen opleverde, terwijl het gebruik er van bovendien zooveel jool opleverde^ dat het in de buurt van optochten met schichtige paarden enz. heelemaal niet aan te bevelen was. In de nieuwe ver ordening althans wordt het gebruik van pauweveeren in één adem genoemd met dat van confetti en serpentines bij optochten. 't Is ook nog wel mogelijk, dat men den pauwenstand door deze verbodsbepaling heeft willen beschermen, zooals iemand,, dien we er over spraken, opperde, maar dat lijkt ons toch de teerhartigheid onzer voorouders te hoog aangeslagen. Wij hebben naar het gebruik van pauweveeren alleen maar zoo hier en daar eens geïnformeerd, maar 't is niet onmogelijk, dat een gron diger onderzoek nog interessante bijzonder heden aan 't licht brengt. In elk geval bij de inhuldigingsfeesten schijnt het gebruik van pauweveeren al tot de zeldzaamheden te zijn gaan behooren en 't geslacht van tegenwoordig kijkt vreemd op als het er van leest. En zou er iemand zijn, die naar aanleiding van dit artikeltje eens persoonlijk zou willen gaan probeeren tijdens de a.s. feestdagen, waarin de magi sche kracht tot het kwade van de schoon ste aller Hollandsche vogelveeren mag be staan, hij wete, dat ook de moderne Leid sche agent hem er nog even zoo vroolijk voor op den bon slingerden kan als zijn col lega van 40 jaar geleden. Leidsche Universiteit werd in 1925 aan H. M. de Koningin het eere-doctoraat in de Rechtswetenschappen verleend, waarmede de Senaat eerc wilde bren gen aan het geheele geslacht der Oran jes, in 't bijzonder aan den stichter der Hoogeschool, Prins Willem van Oranje, maar waarin hij ook een hulde wilde brengen aan de draagster der Kroon in dat huidige tijdsgewricht zelve voor de wijze waarop zij land en volk door de moeilijke oorlogsjaren met recht en ge rechtigheid had heengeleid. Deze gebeurtenis ligt dus nog geen veer tien jaren achter ons. Zij is misschien nog niet in de vergetelheid weggezonken, maar toch meenen wij er goed aan te doen haar bij dit rcgeeringsjubileum weer in herin nering te mogen brengen. Op Maandag 9 Febr. 1925 vond de plech tigheid plaats in de Pieterskerk in tegen woordigheid van een brillante schaar van geleerden en autoriteiten. Aan den toen- rnaligen recton-magnificus, Prof. Mr A. J. Blok, viel de eer te beurt de promotie rede te mogen uitspreken, welke tot onder werp had de ontwikkeling van het straf stelsel in Nederland. Bij de promotie- plechtigheid zelve sprak Prof. Blok o. a. deze woorden: De Senaat heeft gemeend, dat hij aan de gevoelens van piëteit en dankbaarheid die ieder onzer voor den grooten Stichter der Hoogeschool koestert, niet beter uiting kan geven, dan door U, zijn nazaat, de grootste eer te bewijzen, waarover de Senaat be schikken kan. Hij heeft gezocht naar een middel om Uwer Majesteit duidelijk te maken, hoe de woorden, door U op 21 Juni 1905 in de senaatskamer der Academie gesproken, nog steeds weerklank vinden in onze harten. Gij hebt Uzelve toen gelukkig gepnezen, er op te mogen wijzen, dat de banden door haar Stichter tusschen Leidens Hooge school en het Huis van Oranje gelegd, nim mer zijn verslapt. Het eerbetoon thans aan U en uitsluitend aan U, gebracht, strekke Uwer Majesteit ten bewijze, dat de Leidsche Universiteit, steunende op dat Koninklijk woord, zich nog altijd beschouwt als de Academie der Oranjes en dat zij van haar kant, wat zij kon wilde doen om dien band te verstevigen. Doch zij zou daartoe dit mid del niet hebben mogen kiezen, wanneer daarvoor geen andere grond aanwezig ware geweest dan het vervullen van een plicht van piëteit tegenover Prins Willem en het betoonen van onze innige aanhankelijk heid en genegenheid voor U en Uw huis. Want de Academie is het bovenal aan Hare waardigheid verplicht het eere-doc toraat, van des te meer waarde, nu het zoo zelden wordt toegekend, uitsluitend te ver- leenen aan hen, wien dit om hunne ver diensten toekomt. Verdiensten op het gebied van het Recht Zoodanigeverdiensten heeft de Senaat bij Uwe Majesteit aanwezig geacht op het gebied van het recht. Zij betreffen niet de theorie van een bepaald onderdeel van hel recht, neen zij liggen op het teirein van de practijk, in Uw streven om het recht zooveel mogelijk in de bir.nenlandsche zot wel als in de buitenlandsche betrekkingen te verwezenlijken. Met name rijst als vanzelf voor ieder de herinnering aan den tijd, toen het lot van ons volk was samengeweven met de wijze, waarop Nederland den weg des rechts zou weten te bewandelen, een herinnering, waaraan onafscheidelijk is verbonden de overtuiging der gansche natie, dat Gij toen voor het recht van Uw volk U gesteld hebt op de bres met een geestkracht en een toe wijding, welke bij die vam, Prins Willem niet ten achten bleef, De doctorsbul De doctorsbul van de Koningin is op perkament geschreven in een Renaissance - letter met rood afgewisseld door den heer J. van Krimpen te 's-Gravenhage. Het groot zegel der Universiteit in roode was hangt uit aan een oranje zijden lint en wordt omsloten door een mat zilveren j doosje. Tot berging van den bul dient een eenvoudige koker van rood marobijnleer met vergulde versiering. De bul meet 30 bij 90 c.M. De vertaling ervan luidt: De Rector en de Senaat der Leidsche j Universiteit met diepen eerbied herden kend Prins Willem van Oranje, die op 2 Jan'. 1572 de stichting der Universiteit mo gelijk maakte, en na de stichting haar voorvechter en beschermer bleef; met groote dankbaarheid ziende, dat het doorluchtige geslacht van den Prins tot op den huidigen dag voortleeft in Koningin Wilhelmina, Prinses van Oranje, de bloei ende en gelukkige loot van dit geslacht; daar het geheele Nederlandsche volk ge meend heeft, dat de rector en de Academi sche Senaat door een duidelijke uitspraak moesten getuigen, dat Koningin Wilhel- I mina in de afgeloopen jaren de zaak van liet Recht krachtig gehandhaafd heeft door bijzondere bewijzen van Trouw, Godsvrucht i en Wijsheid en alzoo het recht ongeschon den en van elke smet vrij heeft gehouden; I hebben, opdat de oude band, waardoor de Leidsche Universiteit en de Vorstin uit het Huis van Oranje zijn vereenigd, nog nauwer zal worden toegehaald, besloten aan Hare Majesteit Wilhelmina, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje Nassau, op plechtige wijze den titel te verleenon van Doctor in de Rechten. Om van dit feit j een vaststaand getuigenis te geven hebben wij dit officieele diploma door den Rector en den Secretaris van den Senaat doen onderteekenen, het met het grootzegel doen bezegelen en het der Koningin ter hand doen stellen. Slechts vijf Jaar later ontving de dochter van Koningin Wilhelmina, Prinses Juliana in tegenwoordigheid van de geheele Ko ninklijke familie het eere-doctoraat in de Letteren en Wijsbegeerte na een toege wijde en vruchtbare studie. Beide Koninklijke vrouwen, Koningin en Kroonprinses bezitten dus den doctorsbul der Leidsche Universiteit Men kan den band. die Oranje aan Leiden bindt moeilijk overtuigender in het licht stellen. 11.K.H. Prinses Juliana in de reunistenstoet bij de viering van het 6e lustrum van de Vereeniging voor Vrouwelijke Studenten te LeidenJanuari 1930 VAN 30 AUGUSTUS TOT 3 SEPTEMBER 30 AUGUSTUS TOT 6 SEPTEMBER 30 AUGUSTUS 8.00 tot 11.00 uuri 31 AUGUSTUS 8.30 tot 12.00 uur: 10.30 uur: 2.00 tot 2.30 uuri 2.30 tot 4.00 uur: 6.30 tot .8.00 uur: 8.00 tot 11.00 uur: 1 SEPTEMBER 9.00 tot 12.00 uur: 2.30 tot 6.00 uur: 2 SEPTEMBER 3 SEPTEMBER 7.00 to.t 7.30 uur: 8.00 tot 9.00 uur: 10.00 tot 12.00 uuri 1.30 tot 4.30 uur: 3.00 tot 4.30 uur: 5.00 tot 5.45 uur: 6.00 tot 8.00 uur: 8.30 tot 9.30 uur: 8.00 tot 9.00 uur: 8.30 tot 9.30 uur: 8.30 tot 10.00 uur: 10.30 tot 11.15 uur: Historisch blijspel in „Den Burcht" (L. Chr. Oranjevereen.), De Leidsche Schooljeugd viert feest (Gem. Commissie). Parade van het Garnizoen te Leiden op het Schuttersveld. Schoolsgewijze optrekken naar het feestterrein Zoeterwoudsche singel, klassen V en VI van alle Leidsche scholen. Kinderfeest feestterrein Zoeterwoudsche Singel. Historisch Openluchtspel, terrein Zoeterwoudsche Singel. Historisch blijspel, „Den Burcht", (L. Chr, Oranjevereen.) Vee- en Zuiveltentoonstelling, demonstratie bereiding Goudsche en Leidsche kaas, wedstrijd in het vee-beoordeelen, melkwedstrijd (V.E.B.O.). Concours Hippique, Sportterrein Nieuwe Kanaal (Springconcours, schoolpaarden- demonstraties, rennen, gecostumeerde caroussel en verdere fraaie show-nummers). Estafette „Dwars door Leiden", Zwem- en polo-wedstrijden in ,,De Overdekte", Nationale Liederenavond „Den Burcht", Historisch blijspel, „Den Burcht", (L. Chr, Oranjevereen.), Reveille „Den Burcht", Kinden-Aubade „Den Burcht". „Jubileum-ronde" voor Leidsche renners. Reclame-optocht en bloemencorso. Openluchtspel (alleen voor werkloozen) gratis. Tocht door de stad van „Sterrif'-deelnemers op motoren. Uitgebreid Openluchtspel, terrein Zoeterwoudsche Singel, met optreden Gorsselsche boeren-dansers en Vendel-zwaaierte. Verlicht plankier bij den „Hortus", volksdansen en nationale liederen. Verlicht plankier' in het Plantsoen, Gymnastiek, Vlaggenparade, Volksliederen, Verlichte gondelvaart. Hos-Concert, Parkeerterrein. Vuurwerk op het Schuttersveld. In October 1924 had te Leiden de onthulling plaats van het 3 October- monument. Deze plechtigheid geschiedde door H.M. de Koningin die vergezeld was van, Z.K.H. Prins Hendrik DE jaren gaan snel en steeds snel ler. Zij zinken ook veel spoedi ger in de vergetelheid weg. Ter gele genheid van het 350-jarig bestaan der Voor handhaving van het recht in moeilijke dagen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1938 | | pagina 10