LIFTEN
DE VRIJE
UNIVERSITEITSDAGEN
13 en 14
Juli te Assen
M
mm
WOENSDAG 13 JULI 1938
DERDE BLAD PAG. 9
Recht en historie
der
- Uit de geschiedenis
spelling
Te Assem voor het eerst sinds
de stichting der V.U. zijn van
daag en morgen de vrienden der
Vrije Universiteit bijeen, deels tot 't
bijwonen van de wetenschappelijke
samenkomst en de vergadering van
het Vrouwen-Comité op heden, en
in grooteren getale voor de alge-
meene vergadering van morgen. De
bidstond, ter inleiding van de alge-
meene vergadering wordt vanavond
in de Zuidersingelkerk
Hedenmorgen te 11 uur werd de weten
schappelijke samenkomst in het Concerthuis
geopend. Er waren twee sprekers, t.w. Prof.
Dr. H. Dooyeweerd en Dr. J. Karsse-
m e ij e r. De eerste heeft een referaat gehou
den over
Recht en historie
Prof. Dooyeweerd stelde voorop, dat twee
Stellingen niet meer voor serieuze bestrijding
vatbaar zijn: le alle positief recht is als zoo
danig een historisch verschijnsel, dat den
Prof. Dr H. Dooyeweerd
risch ontwikkelde recht geen tweede rechts
systeem van eeuwigen on verander lij ken in
houd bestaan, dat apriorisoh uit de mensche
lijke natuur of de mensohelij-ke rede zou zijr
af te leiden.
Prof. Dooyeweerd spreekt als zijn meening
uit, dat de historische denkwijze, bij al haar
moeilijk te overschatten waardij, een gevaar
lijke keerzijde voor de rechtstheorie heeft
geopenbaard en dat de overspanning
haar beteeken is juist in de moeilijke grens-
vragen van rechts- en geschiedwetenschap
een verwarring heeft gesticht, waaruit de
wijsbegeerte des rechts nog geen bevredigen
den uitweg gevonden heeft.
Ter ontwikkeling van deze beschouwing
sprak Prof. Dooyeweerd eerst over den socio-
logischen inslag van het historisme, welks
eigenlijke beteekenis ligt in de i n n e r 1 ij k
(historificeerimg van alle normatieve aspecten
der menschelijke samenleving. Deze heeft als
tijdelijke werkelijkheid haar onderscheiden
aspecten of zin-modaliteiten en dus ook haar
historische ontwikkeling. Haar vereen:
v i g i n g met haar historisch aspect berust
op ontologisch historisme, dat door de
aanvaarding van boven-tijdelijke „ideeën" of
eeuwige „waarden" niet wordt prijsgegeven,
doch hoogstens gemitigeerd.
Na aangetoond te hebben, hoe het ontolo
gisch historisme het wetenschappelijk denken
in onoplosbare antinomieën moet voeren,
komt spr. tot een beschouwing over de nood
zakelijkheid van een nadere wijsgeerige be
zinning op de verhouding van recht en ge
schiedenis van Calvinistisch standpunt.
De historische denkwijze is gegrond in een
historische visie op de werkelijkheid der
menschelijke samenleving. Wie aan de histo
rische rechtsbeschouwing wal ontkomen, en
niet op den subjectivistischen bodem der hu
manistische denkvormen en ideeën zijn toe
vlucht wil zoeken, moet die werkelijkheids
visie in den wortel aantasten. De Calvinisti
sche wijsbegeerte heeft hier een onafwijsbare
taak te vervullen, want juist met betrekking
tot de vraag welke plaats de historische ont
wikkeling naar Gods wereldorde in den
tijdelijken kosmos inneemt, heerscht ook in
onzen eigen kring nog allerminst wijsgeerige
klaarheid.
Spr. beziet dit probleem dan in het licht
van de theorie der wertskringen en die van
de indivMuaUtedtsstructuren der samenleving.
Hij bespreekt vervolgens de poging, gedaan
om den mod alen zin der geschiedenis theore
tisch te analyseeren. Het positieve recht
moet worden gevormd in naiuwen samen
hang met den historiscben ontwikkelingsgang
eener samenleving. Het kan hieraan de wet
niet voorschrijven, evenmin als de histori
sche ontwikkeling als zoodanig de rechts-
zijde der samenleving kan reguleeren. Er
bestaat slechts een onverbrekelijke zin-
samenhang tusschen recht en historie,
een tijdelijke vervlechting der modale
aspeoten, waarbinnen zij besloten zijn, maar
met handhaving van beider souvereini-
teit in eigen kring. Dit is door de
Historische School uit het oog verloren, toen
zij de historische ontwikkeling tot een inner
lijke verborgen wetmatigheid van het posi
tieve recht proclameerde.
Na de historische en juridische continuïteit,
de revolutie als juridisch probleem en de
historische en juridische causaliteit te heb
ben bezien (o.m. het probleem van het ont
staan van het leenrecht), komt spr. tot het
orvtsluitrngsproces in de cultuurontwikkeling
en in het rechtsleven. Om dan tenslotte
erop te wijzen, dat de door hem verdedigde
opvatting inzake den normatieven zin der
geschiedenis in haar eigen modaal karakter,
eerst is te verstaan, wanneer men rekening
.houdt met de strenge onderscheiding van
wet en sujet, van historische
norm en het daaraan onderworpen
subjectief historisch gebeu-
r e n, een onderscheiding, welke voor
Calvinistische wetsidee karakteristiek is,
die zoowel de rationalistische als de irrationa-
listische geschied-opvatting bij den wortel
afsnijdt.
Daardoor wordt van meet af het argument,
als zou de aanvaarding van een normatieven
zin der historie geen rekening houden met
het feit der zonde van zijn kracht beroofd.
De Christelijke geschiedbeschouwing heeft
sinds Augustinus haar religieus uitgangs
punt genomen m de belijdenis, dat de strijd
in den wortel der gevallen schepping tusschen
civitas Dei en civitas terrena zich ook ii
groote drama der wereldhistorie openbaart.
Dit religieuze grondmotief blijft in de ont
wikkelingsidee der Christelijke geschiedbe
schouwing het centrale.
De bruikbaarheid van deze ontwikkelings
idee voor de theorie der geschiedenis is ech
ter afhankelijk van de toespitsing harer
ligieuze grondconceptie op den eigen aard, de
eigen modale structuur van het historisch
proces, waardoor ook de i m m a n e
normatieve grondslagen van dit laatste
het licht word'en gebracht.
Als tweede spreker trad op Dr. J. K
seme ij er van Dordrecht met het onder
werp: „Admominale flexie en pronominale
aanduiding in het Nederlandsch".
Referaat Dr Karssemeijer
Spreker begint met er rich tegen te verzet
ten dat hij „als vurig volgeling van Kolle-
wijn", zich in zijn taalbeschouwing zou laten
leiden „door deducties uit een anti-goddelijk
beginsel", zooals Prof. Wille zijn bezwaren
heeft geformuleerd. De referent bouwt dan
zijn betoog op aan de hand van vier punten
die Prof. Wille
tegen de vereen-
voudigers heeft
aangevoerd.
Om zich te ver
dedigen tegen het
verwijt van ge
brek aan goeden
historiscben zin
gaat de ref. na
hoe er in de laat
ste eeuwen over
de spelling ge
schreven is. Spie-
ghel constateert in
1584 een volsla
gen wanorde ten
opzichte van het
geslach t der woor
den. Hij tracht
dan regels op te
stellen. Het blijkt diat hij een hoorbaar dis
tinctief tracht te vinden, m^ar hij laat .vrij
wat soepelheid toe. Bij Hooft en Bredero
de doorwerking van Spieghel te merken.
In 1625 komen van verschillende zijden
beschouwingen over het geslacht los. Bijv.
van Mr. Anten-is de Hubert, en van Christi-
aen van Heule, die nieuwigheden wil invoe
ren en bijv. onderscheid wil maken tusschen
„dien en „denn". Uitvoerige lijsten gaf hij
met regels en uitzonderingen. Ref. gelooft in
een beslissenden invioed van deze beide
nen op de flexie van het Nederlandsch in de
17e eeuw.
In 1628 gaf Ds. Samuel Ampzing zijn „Be-
sch-rijviinge ende lof der stad Haerlem in
Holland", waarin hij een „Nederlandsch
Taelbericht" gaf. Hij toont zich een man in
wien een star doctrinisme strijd voert met een
fijn en zuiver taalgevoel, maar hij geeft geen
uitgewerkt systeem. In hetzelfde jaar 1628
stellen de Statenvertalers hun regels vast,
waarbij zij zich in hoofdzaak richten naar de
regels van Van Heule. Zij hechtten aan het
algemeen taalgebruik, wat ook blijkt uit de
lange lijst van woorden, die ze zoowel man
nelijk als vrouwelijk zullen gebruiken. Pas de
Vries en te Winkel stelden voor ieder woord
zijm eigen en eenig geslacht vast.
Daarna bespreekt ref. de praotijk bij enkele
toonaangevende auteurs, zooals Vondel en
Huygens. Bij Vondel vindt men geen n's in
den nominatief, wel herhaaldelijk bij Huygens.
Sedert 1625 richt Vondel zich naar de voor
schriften van Van Heule en De Hubert.
De grondslagen van de 17e eeuw bleven in
de 16e
Dr J. Karsemeijer
Daarmede is aangetoond, dat van het
begin af de verdeeldheid' en de verwar
ring op het gebied der flexie groot is
geweest, dat men naar willekeur voor
schriften opstelde en wijzigde, vaak in
strijd met het algemeen gebruik, dat met
het te loor gaan van de distinctieven het
gevoel voor de geslachten verdween en
dat dientengevolge ook op dit gebied der
taal, evenals op zooveel andere, de ver
schillende vormen door elkaar heen
gingen loopen, waardoor zich langzamer
hand nieuwe regels ontwikkelden.
Na drie en een halve eeuw van eindeloos
men de vo 11
zoeken en veranderen
werkelijkheid m
den. Als men wat verdween in het leven wil
terugroepen, krijgt men veel willekeurigs
aanleiding tot twist en verdeeldheid. De
Vries en te Winkel hebben op papier alles
geregeld. Maar historisohe zin diene rijn
grenzen te hebben en geen achting of eerbied
mag men eischen voor willekeur en chaos.
Daarna bespreekt ref. de vraag of de vetr-
eenvoudfigersopvatting van flexie een prono
minale aanduiding in strijd is met een juiste
taalbeschouwing. Hij komt daarbij tot de
conclusie, dat juiste taalbeschouwing vordert,
dat we de realiteit aanvaarden en eerlijk
erkennen, dat strakke regeling hier meer
kwaad dan goed zou doen. De fout der tegen
standers van een nieuw systeem is dat zij
uitsluitend het hooger taalgebruik voor oogen
hebben, waar andere regels gelden en andere
gebruiken beerschen of bezig zijn zich te
vormen dan in de gewone conversatietaal.
Breed meet men ook uit het bezwaar, dat
taalverarming zich zou doen gelden bij het
gebruik van den vorm „der", maar volgens
ref. zal ook hier het gebruik het
er is geen reden om hierover het hoofd te
schudden.
Prof. Wille heeft gezegd, dat wijze levens-
praetijk eischt, dat we vasthouden
tot voor kort officieel voorgeschreven systeem.
Ref. toont echter aan hoe sterk de afwijkin
gen zijn van deze voorschriften, waartoe hij
tal van voorbeelden bijbrengt. Wijze levens-
praotijk zou hier eischen te erkennen, dat
geen redden meer aan is, hoe vurig men he:
ook zou wenschen.
Voor de prenominale aanduiding verdient
een eenvoudige en practische natuurlijke re
geling gekozen te worden, die zooveel mo
gelijk -bij het gebruik aansluit. Daartoe stelt
ref. de volgende regels voor:
lo. met het pronomen h ij (z ij n) duidt
men aan: alle concreta, zooals tafel, stoel,
2o. met het pronomen zij (haar) duidt
men aan: alle abstracta, zooals goedheid,
liefde, angst enz.
3o. met het pronomen zij duidit men aan
alle stofnamen,
4o in het meervoud gebruikt men het pro
nomen hun als possessivum.
Ten slotte komt ref. tot de beschuldiging,
dat de nieuwe taalbehandeling in strijd is
met c. - Heilige Schrift.
Hierbij is de hoofdvraag of men inderdaad
de taalschool van de 19e eeuw van christelijk
standpunt zoo vernietigend moet tegentreden
als Prof. Wille gedaan heeft. Om dit te be
strijden beroept ref. zich op Prof. Woltjer
Sr., die een veel milder en billijker oordeel
velde. Deze concludeerde zeer terecht, dat de
taalwetenschap der 19e eeuw de fout maakte
dat zij „in de eerste en eigenlijke plaats het
geschreven, zichtbare woord tol
voorwerp had en eerst in verband daarmee
het gesproken en gehoorde woord".
En al vindt men „niet zelden hypothesen die,
van het Christelijk standpunt beoordeeld,
beslist verwerpelijk rijn, toch staat vast, dat
wij in vergelijking met vroegere tijden tot
een diepere, meer organische opvatting va
de taal in haar verband met het zielelevci
gekomen zijn." Deze woorden onderschrijft
ref. volkomen. Bij behoud van eigen principe
aanvaarden zij uit de ongeloovige wetensohap
datgenie wat onmiskenbaar tot gezonder en
natuurlijker beschouwing van de levende taal
heeft geleid.
Referent concludeert ten slotte:
Historisch., taalwetenschappelijk en
practisch is het aanbevelenswaardig de
voorgestelde en bij het onderwijs reeds
bijna acht jaar met voldoening en succes
toegepaste verandering in flexie en pro
nominale aanduiding te aanvaarden, ter
wijl van principieele bezwaren geen
sprake kan zijn.
„Vrouwen V.U.-hulp"
Hedenmiddag te 2 uur is in den foyer van
het Concerthuis de samenkomst van „Vrou
wen V.U.-hulp" geopend door Mevr. S.
Verda m-O k m a van Amsterdam. Mevr.
Verdam wees er, na een hartelijk welkomst
woord op, dat dat de eerste samenkomst van
„Vrouwen V.U. Hulp" is. Vorige jaren zijn
wij als vrouwen ook wel bijeengekomen, doch
als „Vrouwen V.U. Plan 1937", welk plan
voltooid is op den 28sten October van het
vorig jaar, toen wij op dien honderdsten ge
denkdag van Dr. Kuypers geboorte, God
mochten danken voor den zegen waarmee Hij
n arbeid als vrouwen had gekroond. Op
dien dag, bij de beëindiging van „Vrouwen
V. U. plan 1937" is „Vrouwen V. U. Hulp"
geboren, als een organisatie van meer blij
kenden aard, om onze mannen in den arbeid
voor de Vrije Universiteit bij te staan. De
Vrije Universiteit is een zaak niet enkel van
hoogleeraren, niet enkel van mannen, ze is een
gave Gods voor geheel ons volk. Zoo zijn ook
vrouwen, geroepen om voor haar welzijn
te bidden en te werken. Niet door onzen
mannen het werk uit de handen te nemen,
maar door op een speciaal aan vrouwen eigen
er, door het bijeenzamelen van luttele
bedragen, het ontbrekende aan te vullen en
uitbreiding mogelijk te maken.
Dat wei-ken geschiedt niet om deugden in
de Universiteit zelve gelegen, niet om eenig
persoon, maar omdat die Universiteit een
stichting is, die God aan ons volk gegeven
Als spreekster trad op Mevr. S. G. C. F i
b e r-M e y n e n te Hoogeveen, die een cai
serie hield over
De Calvinistische vrouw
en de V.U
Spr. ving aan met de vraag, of er, na al de
actie die er reeds voor de V. U. gevoerd
thans nog een vergadering van de vrouwen
noodig is. Er is echter gebleken, hoeveel
kunde en liefdeloosheid ten aanzien van deze
stichting nog altijd heerschen.
Vervolgens merkte zij op, dat het een
„unicum" is, dat vrouwen medewerken tot
instandhouding van een inrichting van hooger
onderwijs. Wat drijft haar daartoe? Wat wil
deCalvinistische vrouw? Zij wil de s<
reiniteit Gods erkennen op ieder levensterrein
en in gebondenheid aan Zijn Woord haar
leven inrichten en dat toonen in haar gan-
sche levenshouding.
Na een kort historisch overzicht stelde spr.
de vraag: wat hebben wij, als vrouwen, voor
de V.U. te doen? Is het voldoende, dat wij
mee helpen steunen in den financieelen nood"
Neen, de V.U. vraagt meer. Zij vraagt onz<
liefde, ons hart, ons gebed.
Vervolgens wees spr. op de drieërlei taak,
die de vrouwen hebben tegenover de Calvi
nistische Hoogesohool. Ten eerste tegenover
den echtgenoot. Zij kunnen hem steunen, op
bouwen in zijn liefde voor de V.U., maar ze
kunnen ook afbreken door onwil en lauw
heid. Spr. toonde dit met een enkel voorbeeld
uit de practijk aan. Ten tweede hebben zij
een roeping tegenover de kinderen. Reeds
de jeugd kunnen rij hun de groote beteekenis
der V.U. bijbrengen. In de derde plaats, even
zeer tegenover onze omgeving. Ook hier doen
zij van tweeën één: opbouwen of afbreken.
Wat doen ze als de naam der V. U. wordt
genoemd? Staan ze dan klaar met haar
scherpe critiek? Oordeelen ze dan over din
gen, waarover zij, als leden, soms in 't geheel
geen oordeel kunnen vellen? Zoo ja, dan zijn
ze bezig af te breken het schoone gebouw,
waaraan eenmaal door onze voormannen
heerlijken geloofsmoed, met zooveel liefde
inspanning gearbeid is. Maar, aldus spr., als
we de beteekenis van de V.U. goed verstaan
als onze beginselen ons lief zijn, dan zullen
we ze mee helpen uitdragen tot zegen
ons land en van ons gansche volksbestaan.
Straks moeten wij heengaan, zoo b(
spr., maar dan leggen wij dit erfstuk, dit
pand, veilig in de handen onzer kinderen,
met de bede, dat God Zijn eens begonnen
werk niet zal laten varen, doch het dienst
baar moge maken tot de komst van Zijn
Koninkrijk.
.e*®
RIN
TABLETTEN h e I p e n d a d e 11 j li
Ho! »8o$fe*«-knjis waarborgt B"\
uitstekende werking (BAYERj
en onschadelijkheid. y|y
ar O..o|*h»4 aa faya*k..l.-
Frof. Dr. J. H. BAVINCK
Naar voorloopig het voornemen is, legt Dr.
J. H. B a v i n c k, die benoemd- is tot hoog
leeraar in de Zend-ingsvakken aan de Theol.
School te Kampen en aan de Vrije Univer
siteit, in Juni 1939 zijn arbeid als docent
aan de Opleidingsschool op Java neer, om
daarna naar Holland te komen en in Septem
ber van dat jaar zijn arbeid als hoogleeraar
te Kampen te beginnen.
AFSCHEID Dr. W. VAN OORDE
Gistermiddag heeft dr. W. van O o r d e,
benoemd tot rector van het Gymnasium te
Middelburg in de met groen en bloemen
getooide aula van het gebouw aan den Wy-
temaweg afscheid genomen als leeraar van
het Gymnasium Erasmianum te Rotterdam,
welk Gymnasium de heer van Oorde
twaalf jaren is verbonden geweest.
ONDERWLJSBENOEMINGEN
Dordrecht. Rijkslandb. winterschool.
Tot leeraar: de heer J. C. Colder te Pa-
pendrecht.
Enschedé. Gem. Lyceum. Tot tijdel.
leeraar: de heeren drs. R. B ij k e r k voor
scheikunde, drs. A. J. Staal voor Neder
landsch, drs. H. G. Brinkman voor werk
tuigkunde en dr. J. A. Heberle
Duitsch.
vers cl.ie. De Sav. LohmanschooL Tot
tijdel. onderwijzer: de heer P. Speijer te
Rotterdam.
Scherpenzeel. School m. d. Bijbel.
Tot onderwijzeres: Mej. E. van Schuy-
1 e n b u r g, onderw. Chr. school te SommeLs-
dijk.
Wierden. School voor Chr. Voorber.
L.O. Tot hoofd: Mej. W. D. Jansen, te
Vriezenveen, thans werkzaam aan de Herv.
Kleuterschool te Almelo.
1SSS
tjiïïjtjti
INSCHRIJVING van LEERLINGEN
voor de op 2 SEPTEMBER a.s. aanvangende
MONDELINGE dag- en avondcursussen voor
RADIOTECHNICUS
RADIOTELEGRAFIST
RADIOMONTEUR
Schriftelijke cursussen voor:
Radiotechnicus, Radiomonteur,
Radioservicetechnicus, Radio
distributie Radioamateur,
Studior en opnametechnicus,
Filmtechnicus.
Volledig prospectus en fotoboekje gratis op
aanvraag aan het secretariaat van het Insti
tuut voor Radiotelegrafie en Radiotechniek
(Radio-instituut Steehouwer) N.V., Graaf
Florisstraat 74, Rotterdam, tel. 34520, 37301,
met internaat.
De Directeur H. D. DE BOER.
L. S. C.
Het honderd-jarig bestaan van het Leid-
y Vjnï -,gBsriamy
Het s.s. „HoutmanTt "dat rfa ten 25']arlgert dieftsl bi de tropische water erf is 'gerepatrieerd erf, op weg Is Haar den slooper
te H. I. Ambacht.
STENOGRAFIE „GROOTE"
Van het Nieuw Leerboek voor het Ned.
Alfab. Kortschrift Stenografie „Groote" voor
schoolgebruik en zelfondericht II (Het ver
korte schrift), door A. van Veen en J.
van Waardhuizen, is bij Henry Brons
geest, Den Haag, reeds de vijfde, vermeer
derde. druk uitgekomen. Aan de lofwoorden,
die wij voor en na hebben gewijd aan deze
logische leermethode van het onvolprezen
Nedierlandsohe Kortschrift, behoeven wij geen
woord toe te voegen. Samenstellers en uit
gever zijn trouwens in sitaat op den omslag
van het werkje een goede bagage gunstige
beoordeeling aan dezen vijfden druk mee te
geven. Het valt op, dat ook de verkortingen
van dit kortschrift volkomen verantwoord
zijn. Wie de vaste regels, die daarvoor zijn
uitgedacht, eenmaal in zijn geheugen heeft
geprent, heeft weinig moeite bij het terug
lezen. Voor stenografie moet vanzelf een
andere maatstaf aangelegd worden dan v>
gewoon schrift, waaraan immers de eis
moet gesteld worden, dat het den lezer voor
geen raadseltjes plaatst iets wat sommigen
onzen tijd geneigd zijn te vergeten. Moet
men, teneinde vlug te schrij ven, letters
weglaten, dan komt het aan op een
lijken sleutel. Groote heeft daarvoor
in rijn „Reportersohrift". De eer van de
menstellers van dit boekje is, dat zij diens
regels hebben gesystematiseerd en vereen
voudigd.
De opleiding voor radiotelegrafist
en radiotechnicus
Nu de M.U.L.O.-scholen en de H.B.-scholen
zich wederom van een stroom van jongelie
den zullen ontlasten, die op den drempel van
het maatschappelijk leven staan uit te zier
in de richting, waarin zij zullen kunnen gaan.
lijkt het ons in het belang der jeugdige toe-
komstmenschen om daarbij als verkeers
agent van dienst te zijn.
Ofschoon de tijden voorbij rijn, waarin een
van de school komend jongmensch maar te
kiezen had wat hij wilde worden om dan al
spoedig in de begeerde functie werkzaam
gesteld te zijn, is er toch, na een vrij lange
periode van stilstand, weer een aanzienlijke
en eigen-lijk vrij onverwachte' opleving ge
komen in de aanstelling van radiotelegrafis
ten en ook die van radiotechnici en radio
monteurs.
De werkverruiming in déze bedrijven is
zelfs van dien aard, dat alleen reeds van het
te Rotterdam gevestigde Radio-Instituut Stee
houwer in het afgeloopen jaar 60 geslaagde
candidaten in het radiobedrijf tewerk weiden
gesteld.
Hier is derhalve een behoorlijke kans om
In het leven te slagen, terwijl de studie niet
van langen duur behoeft te zijn, mits men
bezield is met den ernstigen wil om het ge
stelde doel te bereiken en er een zekere ge
schiktheid voor deze vakken aanwezig is.
In een zeer uitvoerig prospectus en in een
bijbehoorend fotoboekje, uitgaande van bo
vengenoemde onderwijsinrichting wordt ons
op onderhoudende wijze van de opleiding
verteld, wordt aangegeven, welken aanleg men
moet bezitten voor de verschillende richtin
gen, die men kan inslaan en wordt de plaat-
singskans besproken, kortom men wordt in
deze boekjes geheel ingewijd in de voor
velen nog geheimzinnige sfeer van de radio.
Het zou te veel plaatsruimte vergen, indien
wij zelfs maar een resumé zouden geven van
hetgeen daarin wordt geboden.
Belangstellenden kunnen wij niet beter
raden, dan een volledig prospectus met foto
boekje aan te vragen aan het secretariaat van
het I. v. R., Graaf Florisstraat 74, Rot ter-
Bovengenoemde school, welke tot 1 Januari
•38 stond onder leiding van den heer L. F.
Steehouwer en die op 16 Januari van dit jaar
haar 20-jarig bestaan herdacht heeft, is op
eerstgenoemden datum omgezet in een naam-
looze vennootschap onder directie van der
heer H. D. de Boer, welke het pionierswerk
den afgetreden directeur met dezelfde
voortvarendheid voortzet.
Verschillende aanvullingen en modernisee
ringen hebben zich in den laatsten tijd vol
trokken: we vermelden daarvan de automa
tische seingeving bij het onderwijs in gehoor-
opnemen, de inrichting van een lokaal voor
practisch werken en de invoering van een
luisterddenst, beide voor de radiotelegrafisten,
de uitbreiding van het instrumentarium voor
het technisch onderwijs, o.m. met een katho-
destraal oscillograaf, enz.
Zooals bekend wordt ook schriftelijk on
derwijs gegeven voor de vakken radio
technicus. radioservicetechnicus, radiodis-
tributietechnicus, radiomonteur, filmtechni
cus, radioamateur en studio- en opname
technicus, welke cursussen alle werden sa
mengesteld en worden geleid door experts
op hun terrein.
Proeflessen en uitvoerige gegevens rijn op
aanvraag ?an het secretariaat van het I. v.
R. eveneens gratis verkrijgbaar.
Aan de school is een uitstekend bestuurd
internaat verbonden. De nieuwe mondelinge
cursussen zullen alle aanvangen op 2 Sep
tember as.
De schriftelijke cursussen kunnen ten al
len tijde beginnen.
VISSCHEN MET EEN ZUIVER GEWETEN
Ds. Emerson W. Harris te Butte in Mon
tana (Vereenigde Staten) kondigde volgens
de Christian Labor Ilerald van den kansel
af, dat naar hij meende te weten vele leden
der kerk lust hadden, evenals hijzelf, om
's Zondags te gaan visschen en dat hij
daarom in de zomermaanden geen dienst
zou houden, doch in plaats daarvan op
Woensdagavond. (,,Go to church on Wed
nesday and fish with a clear conscience on
Sunday", proclameerde de pastor.)
(Ga Woensdags naar de kerk en visch
Zondags met een jsuiver ge\veten)4
DONDERDAG 14 JULI f
HILVERSUM I. 1875 en 415,5 M. AVRO-Uitren-
dlng. 8.00 Gram muziek. (Om 8 30 Berichten).
10.00 Morgenwijding. 10.15 Grammuziek/
10.30 Pianovoordracht. 10.55 Declamatie. 11.1?
Omroeporkest en solist. 12.00 Kovacs Lajos*
orkest. (Om 12.15 Berichten). 12.45 Gram.-
muziek. 1.15 AVRO-Aeolian-orkest. 2.00 Pae-
dagoglsche causerie. 2.30 Renova-kwintet eö
solisten. 4.00 Voor zieken en thuiszittenden.
4.30 Gram.muziek. 4.50 Voor de kinderen.1
5.30 Kovacs Lajos' orkest. 6.30 Sport-halfuur-
ten ANP. hierna tot 12.00 De „Blue Synco-
HILA ERSUM II. 301.5
8.00—9.15 KRO. 10.00
>—12.00 XCRV. 8.00—
8.15 Berichten). 10.0(i
9.15 Cram.muziek. (Oi
Gram muziek. 10 15 Mc: gv-ndiem
richten). 12.15 KRO-Orkest (1.001.20 Gi
muziek). 2.00 Handwerkuurtje. 2.55 Grarr
lek. 3.00 Vo
8.05 Berichten ANP. herhal
8.15 Chr. Oratoriumvere
NCRV-Orkest en solister
het Chr. Onderwijs. 9
10.30 Berichten ANP.
11.50—12.00 Schriftlezing
muziek. 6.4C
Gram.muaieki
9.20 Variété. 10.00 Kerkdienst. 10.45 Kwintet!
11.20 Orkest.
RADIO PARIS 164S M. 12.40 Orkest. '4.20 Ac
cordeons*) li. 4.35 Chansons. 5.20 Radiotoo-
neeL 8.35 Zang. 8.05 Symphoniecoincert en
Koor. 11.20 Orkest.
KEULEN 456 M. 7.30 Ensemble. 8.50 Orkest.
12.20 Orkest 2.30 Concert 4.20 Orkest 6.33
Zang en piano. 7.30 Orkest 8.50 Orkest ei?
Mannenkoor. 10.50 Orkest 12.20 Kleinorkest
ItRl'SSEL 322 en 4S4 M. 322 M.: 12.50 en 1.3»
Orkest 5.20 Orkest. 8.20 Orkest
1.30 Orkest. 8.20 Orkest
484 M.: 1.00
DEUTSCHLANDSEXDER 1571 M. 7.30 Pianoduo.
820 Declamatie. 8.30 Orkest. 10.50 Viool en
VRAAGBAAK
CHRISTELIJKE INSTEIUNGEI
V ertrouwensadressen ten dienste va'rt,
Stichtingen van BarmhartigheidZieken*
huizenSanatoria. Instellingen. Tehuizen
bouwt sedert 1906
J.C.VAN STRAATEN N.vl
Tel.: 333618 'sGravenhage
Tafelzuren,
Mosterd, Pkcaiilly, Peekoflie
N.V. WED. MATTHEEUSSENS 8 ZOtiEH
Ossen dr echt (Holland)
BRUYNZEEL'S
RIFTVLOEREN
duurzaam
hygiënisch
gemakkelijk te onderhouden
CENTPALE yEPWAPMlNG
DADIATODEN
KETELS jj-jl
i
N. J. MENKO
HEDEMAN
ENSCHEDE
Specia-iteit in on
gebleekte katoen
en graslinnen
Confectie in degelijke afwerking