Svalöf kweekte een nieuwe
van cJdazr an. tu&Lrtsi,
vttvr* /oouner ojttuCn,
graansoort
LANDBOUWERS,
zoekt Uw voordeel!
..UNICUM"
GRONINGEN'
d'Ervaring van den mensch
Neemt toe met ieder uur,
d'Illusies daarentegen
Verdwijnen op den duur.
WOENSDAG 1 JUNI 1938 No. 436
Bastaardtype tusschen
rogge en tarwe
Zal deze oen voorname rol
gaan spelen
Het Zweedsche veredelingsinstituut te
Svalöf heeft zich sedert jaren met deze
onderzoekingen bezig gehouden, die op het
oogenblik zoover zijn, dat men een overzicht
heeft, wat de praktische landbouw in de
naaste toekomst hiervan kan venvachten.
Het gaat in dezen om het verkrijgen van
hoogere opbrengsten door het kweeken van
nieuwe bastaardtypen nl- tusschenvormen
van Rogge en Tarwe en verhcoging van
gerst-opbrengsten door chromosomen-ver-
hooging. zoo lezen we in de „Deutsche Land
wirtschaftliche Prcsse".
Men vraagt zich af, zoo gaat het blad
verder, wat deze wet e nschapp? lijke vooruit
gang voor den ipraktischen landbouw kan
beteekenen en daarom is het goed even in
de geschiedenis terug te gaan.
Het Instituut Svalöf werd cO jaar geleden
met een staatsbijdrage van 5 millioen kro
nen opgericht. De directeur, prof. Nilsson
Ehle, wijst erop, dat alleen de Zweedsche
landbouw per jaar, als gevolg van de weten
schappelijke prestaties van Svalöf, een
meer-opbrengst van 100 millioen kronen ont
vangt. Dit is alleen het tastbare resultaat
van het verdienstelijk werk van Svalöf. Rij
tarwe zijn bv. de oogst-opbrengsten in Zwe
den miet 70 pet gestegen, hiervan komen 35
pet voor rekening van de zaadveredeling en
35 pet voor cultuurtechnische vooruitgang
en sterkere bemesting. Hiermede zijn wij
hij de hoofdzaak van het probleem geko
men, nl.:
Veredeling van zaaigraan, sterkere plan
ten betere korrclkwaliteit en daardoor ver-
hooging van opbrengsten.
Het hoofd van de Chromosomen-afdeeling
te Svalöf prof. dr Müntzing, die enkele
weken geleden in ons land pp verschillende
plaatsen over deze studie lezingen
hield, heeft er op gewezen, dat de chromo
somen-vermeerdering voor de cultuurplan
ten in den landbouw en voor de oogstver-
meerdering nieuwe mogelijkheden opent.
Chromosomen zijn de energiecentra's van
de celkernen en hoe grooter het aantal
chromosomen, des te bever zal de betreffende
vrucht (rogge, tarwe, appels enz.) zijn- Ge
wone appels bevatten 34 chromosomen (2 x
17), duurzame appels van goede kwaliteit
51 chromosomen, de eerste bevatten 11 m.
gr. C-vitainine op iedere 100 gram, „de
tweede 23 m. gr. C-vitamine op 100 gram.
In Svalöf heeft men een nieuwe appel
met 68 chromosomen gekweekt met een nog
hooger vitamine-gehalte. De toepassing in
de praktijk zal tengevolge hebben, dat deze
nieuwe appel met een zoo hoog chromoso
men-getal, de beste Amerikaansche appel
niet alleen gelijkwaardig is, doch nog zal
overtreffen.
Vermeerdert men bv. gerst van een chro
mosomen-tal van 14 tot 28, dan worden de
korrels 20—25 pet erooter. Prof. Müntzing
deelde nog mede, dat bij de laatste proeven
door de verhooging van het ohromosomen-
getal een korrel werd verkregen, die 50 pet
grooter was dan de gewone gerstekorrel. Deze
gerst met een zoo hoog chromosomengetal
heeft op dit oogenblik nog maar één gebrek,
nl. dat de korrelopbrengst nog niet aan de
verwachtingen heeft voldaan. Men slaat dit
gebrek in Svalöf echter niet zeer hoog aan,
omdat men gelooft, dat in korten tijd de ge-
wenschte opbrengstvermeerdering zal kun
nen worden bereikt.
De eerste phase op den weg daarheen is
5ntussch<yi met zeer groot succes afgelegd-
De chromosomen-vermeerdering bereikte
men, doordat men de tarweplanten, tempe
raturen van 4042 gr. liet ondergaan, maar
ook hierin zal men wel een voor de prak
tijk eenvoudiger methode kunnen aangeven.
Zijn dus reeds goede tastbare resultaten
met het kweeken van gerst met een hoog
chromosomengetal bereikt, daarnaast kan
men zeggen, dat de proeven in Svalöf met
Rogge-Tarwe, nog betere perspectieven voor
den practischen landbouw geven. Het is ech
ter van groot belang, dat naast zekerheid
van hooge opbrengsten, zooals bij de ver
edeling van rogge en tarwe wordt beoogd,
ook meer dan tot dusverre gestreefd wordt
naar betere kwaliteit van het graan. Voor
de dichtbevolkte Europeesche landen is een
goede kwaliteit en voedingswaarde van het
broodgraan van veel belang.
De proefnemingen in Svalöf met het
bastaardtype Rogge-Tarwe, zijn hierop ge
richt.
Aangezien veelal nog geen duidelijk in
zicht heerscht omtrent het product, dat
Rogge-Tarwe wordt genoemd, is het van
helane om voor den praktischen landbou
wer min of meer duidelijk te maken, wat
dit begrip eigenlijk inhoudt. Uitgegaan
wordt van het kruisen van rogge met tanve,
teneinde e>en product te verkrijgen met een
hooger chromosomengetal. Rogge heeft 14
chromosomen, tarwe 42. De uit dezen arbeid
Verkregen nieuwe planten kunnen een ver
schillend aantal chromosomen bezitten,
welk aantal op een bepaalde wijze kan wor
den vastgesteld.
Ontdaan van alle wetenschappelijke ter
men en theoriën zal men kunnen zeggen,
dat er zijn: de primaire-typen, dat zUn de
bastaarden, die 28 chromosomen bezitten en
hun nakomelingen; de secundaire-typen, die
meer chromosomen hebben en welke laatste
groep kan worden verdeeld in 2 categorieën
n.l. typen met 42 chromosomen en met 56
chromosomen.
Iedere practisohe landbouwer weet, dat
'tanve en rogge, botanisch en biologisch ge
zien zeer veel verschillen. Vroegere proeven,
waarbij men rogge al moederplant nam,
mislukten geheel.
Beter gelukten de proeven, wanneer men
ïarwc als moederplant nam, maar men moest
gemiddeld noc 300 bloeiende tanveplanten
met roggestuifmeel bestuiven om één bas-
taardplant te krijgen-
Neemt men voor een kruising een naald-
looze tarwe (wat men in den regel zal doen)
dan gelijkt de bastaardplant meer op tarwe
dan op rogg.e aangezien de roggebaarden ge-
boel wee blijver.
De primaire Rogge-Tarwebastaarden heb
ben in den regel een goede groeikracht doch
een groote onvruchtbaarheid. De oorzaak
daarvan is de ongelijkmatige onderlinge
verhouding der tarwe en rogge chromoso
men, n.l. 42 tarwe tot 14 rogge.
Betere rogge "tarwe krijgt men door z.g.
terugkruising maar ook deze kruisingspro
ducten schijnen niet de noodzakelijke hoog
waardige rogge-tarwe in de toekomst te
kunnen geven.
De hoogopbrengende rogge-tarwe der toe
komst zal .het 56 chomosomenhoudende rog-
getarwe-type zijn. Dat is de rogge-tarwe, die
in de toekomst voor de practisohe landbou
wer een voorname rol zal spelen.
Oppervlakkig gezien onderscheiden de 5G
chomosomcnhoudende roggetarwe"korrels
zich nauwelijks van 28 chromosomenhoudeu
den, maar des te meer door de eigenschap
pen, daar de 56 chromosomenhoudende
rogge-tarwe een merkwaardige vrucht
baarheid en standvastigheid bezit, twee
eigenschappen die beide eerstgenoemde rog-
getarwesoorten missen.
Een wetenschappelijke verklaring kan
hiervoor gemakkelijk gegeven worden, doch
kan in dit verband achterwege blijven.
Het zij voldoende vast te stellen, dat deze
rogge-tarwe de bruikbare soort in de prak
tijk za] zijn.
Ook heeft men de wintervastheid van de
56 chromosomenhoudende rogge-tarwe on
derzocht, waarbij aan het licht is gekomen,
dat ze een Finschen en Noord-Zweedschen
winter -roed kan doorstaan.
Uit de chemische analyse bleek, dat hei
eiwit in deze roggoriarwe de eigenschappen
bezit die soms typeerend zijn voor tarwe en
dan weer voor rogge, terwijl bovendien het
werkelijke eiwitgehalte verrassend hoog
bleek te zijn.
Prov- Ackermann van Svalöf heeft op uit
gebreide wijze deze nieuwe rogge-tarwe ty
pen op de bakwaarde onderzocht en vr-
kreeg daarbij brood van de beste kwaliteit
en 6maak-
De rijpheid van de rogge-tanve valt tus
schen dit van rogge-tarwe in; in ieder geval
rijpt ze belangrijk vroeger dan de andere
tanvesoorten. De opbrengst heeft echter nog
niet de gewenschie hoogte bereikt. Dit laat
ste zal wel niet moeilijk te bereiken zijn
door verdere selectie arbeid. Voorloopig
wordt dan ook ijverig aan verdere vererde
ling gewerkt. Prof. Müntzing zelf hoopt, dat
de nu groeiende rogge-tanve typen mogelijk
de oplossing voor de praktijk zullen bren
gen, maar de oogst in 1938 zal hierover uit
eindelijk moeten beslissen.
De vooruitzichten blijken in ieder geval
bemoedigend, en rechtvaardigen de ver
wachting, dat aan den landbouw in de toe
komst een rogge-tarwe type kan worden af
gegeven, dat die niet alleen grootere korrels
met hoog gehalte produceert en waarvan
beter en meer brood met grooter gebruiks
waarde wordt verkregen, maar naast deze
eigenschappen ook hoogere opbrengsten zal
geven.
Ook heeft men reeds Kropaar met 35 in-
plaats van 28 chromosomen, die een hoogere
opbrengst geeft, terwijl een 63 öhromoso-
mige T#nothee 14 pet. meer opbrengst gaf
dan de gewone Timothee met 42 chromoso
men.
Het laat zich aanzien, dat Svalöf, welk
Instituut hier te lande reeds zoo vele goede
rassen heeft gebracht, door deze nieuwe on
derzoekingen ook in de toekomst z;jn lei
dende positie zal weten te handhaven.
Dreigende insectenplagen
Dennenbladwesp, dennenscheerder en
loofhoutrups komen in actie
De Nederlandsche Heidemaatschappij
wijst er op, dat wanneer het mooie lente
weer aanhoudt, thans de kansen voor 1
ontstaan van dennenbladwesp-p 1
en gunstig-zijn.
Het is binnenkort zaak, dat de eigenaren
hun opstanden op de aanwezigheid van
eierlegsels onderzoeken en dit na ongeveer
drie weken nog eens herhalen.
Vooral de Zuidranden der fcosschen vor
men de plaatsen, waaruit zich een plaag
verder verbreidt en deze verdienen dus uiter
aard de meeste aandacht.
Treft men vele legsels aan, dan drale men
niet, de Ned- Heide Maatschappij te waar
schuwen. Nu is er nog niets aan te doen,
DE COLORADOKEVER
Vooral letten op
beschadigde bladeren
In de Wieringermeerpolder staan thans uitgestrekte velden met koolzaad in bloei, die
de bijen een groote hoeveelheid honig bevatten. Geen wonder, dat te midden van
die gele zeeën de bijenhouders hun volken plaatsen om in ruil voor den diensit, die de
bijen voor de bestuiving verrichten, zoo mogelijk een honigvloed te ontvangen. Een
imker slaat het drukke gedoe der bijen met belangstélling gade.
maar zoodra uit de eieren de jonge bast
aardrupsjes zijn te voorschijn gekomen, wat
over ongeveer een maand gebeurt, dan kan
men door een eenvoudige be6tuivlng met
derrispoeder de plaag in de kiem smoren
en kaalvreterij van het bosch voorkomen.
Bovendien verzoekt de Nederlandsche Heide
Maatschappij, mede namens enkele buitcn-
landsche geleerden, die op het oogenblik
een studie maken van de denneniblad-wesp,
opzending van legsels naar haar hoofd
bureau te Arnhem- Men kan, om een te
snelle uitdroging te voorkomen, de vakjes
met legsels pakken in vochtig mos.
Dennenscheerders: maakten reeds
maanden geleden haar inboorgatcn; maar
veel verder dan eierleggen war1;) zij nog
niet gekomen. Thans tchter heeft het war
me weer de jonge larf jet verlokt, ue eieren
te verlaten en daarmede i3 Jan tevens net
tijdstip aangebroken, dat met. het schillen
der boomsvammeu kan worden begonnen,
hoewel de tijd nog niet dringt, waclite men
daarmede niet te lang. Tevens kappe en
schille men met deze vangbonmen de den
nen, waaraan harspijpjes ven-aden, dat zij
door dennenscheerders zijn aangetast
Loofhoutrupsen beginnen schadelijk
te worden bastaardsatijn-vlinderrupsen
waren dit reeds. Zij toch hebben reeds
vele knoppen uitgevreten. Een bestrijding
dezer dieren is nog mogelijk met pyrethrum
poeder, tevens bestrijde men daarmede de
jonge rupsen van plakker en ringelspinner,
die onderscheidenlijk sinds 5 en 13 Mei haar
eieren beginnen te verlaten.
Nu zijn de jonge rupsjes nog uiterst ge,-
voelig en is afdoende bestrijding door py-
retrum mogelijk, eer wij ernstiger schade
lijden door kaalvreterij. welke vooral in de
boomgaarden nadeelig op de opbrengst kan
werken- Men bedenke, dat bij voedselgebrek
deze dieren zich uit de omringende beplan
tingen naar onze boomgaarden begeven.
DORDEN
Vraag 28. Gaarne zou ik iets weten over
die behandeling van de Deutzia, die nu
is uitgebloeid. Moet deze verpot worden?
Welke grond?
U- A IL
Antwoord: Wij kennen de Deutzia niet
aLs kamerplant, wel als sierstruik in de
duinen, waarin deze fraaie heester in
vele variëteiten (een vijftiental) het
zéér mooi doet. Doch als kamerplant en
zoo bedoelt U het toch, naar we uit Uw
schrijven op moeten maken, is ons de
Deutzia geheel onbekend. We hebben
er nog verschillende boeken en boekjes
die over kamerplanten handelen, op
nageslagen, doch ook daar niets ge
vonden.
Nu kan het heel wel, dat een parti-
DE DAKRUITER. Het belangrijke droogtoestel
voor den landbouw, waarop in 1936 door de
Nederlandsche Heidemaatschappij in ons land
in het groot de aandacht werd gevestigd.
DE KLAVERRUITER. Het droogtoestel met
een meer dan 25-j arige reputatie.
LEVERING DOOR HET GEHEELE LANIÏ Brochures en prijsopgave
verstrekt de Directie der Nederlandsche Heidemaatschappij te Arnhem.
VERZEKERT UW OOGST DOOR GEBRUIK
VAN DAK- en KLAVERRUITERS
culier een of andere sierheester in de
kamer zet en daar met succes laat
groeien. Ook met een Deutzia is dat
m.i. zeer goed mogelijk. Er zijn n.l. laag-
blijvende variëteiten, o.a. de Deutzia
gracilis en D. Lemoinei (de meeste
soorten worden echter 1 tot 2 M. hoog),
die zich goed laten trekken in kassen en
dus ook wel bij wat goede behandeling
het in de kamer zu'len doen.
Ik zou deze plant, als het inderdaad
een Deutzia is, na de bloei 4n den tuin
zette Als U de plant weer als kamer
plant wilt hel>. cn. moet U ze in de pot
laten nadat eerst versche aarde is ge
geven als dit noodig is. Klop de klui»
uit de pot. Is de aarde zoo goed als
verteerd en alles een wortelmassa ge
worden, geef dan een iets grootere pot
Geef gewone tuinaarde met wat oude
koemest vermengd. Houd de plant
matig vochtig, zooals de gewone tuin
heesters.
Nadat we bovenstaande reeds den
vragensteller hadden geschreven, bleek
ons, dat inderdaad hier en daar boven
staande variëteiten als kamerplanten
gezien worden.
Vraag 29. Ik heb in mijn tuintje achtei
mijn woning veel last van oorwormen
en z.g. issibedden. -Ze kruipen vooral
"s avonds uit den grond en dringen
soms hot huis binnen. Is hier iets tegen
ie uoen? Ruimen moerasschildpadider.
utze insecten op?
H G. J.
Antwoord: Beide door U genoemd?
insecten kunnen vooral als ze
grooten getale voorkomen, groote schadt
doen aan de planten, daar ze jonge
planten en knoppen aanvreten, zoowel
van verschillende groenten als van
bloemen. De oorworm is daarbij ook
een liefhebber van zacht fruit
Het aangewezen middel tegen beide is
Parijsch grpen. Dit is zeer giftig, dus
voorzichtig met huisdieren; kippen en
eenden.
Tegen oorwormen neme men het
volgende mengsel: 20 dln. tarwekorrels,
10 dln. suiker, 10 dln. vleeschmeel en
3 dln. Parijsch groen. (Dit zijn gewichts
verhoudingen (his b.v. een ons tarwe
korrels, een half ons suiker, een half
ons vleeschmeel en 15 gram Parijscn
groen). Meng dit alles droog goed door
elkaar en strooi dit droge mengsel bij
en om de planten, die aangetast worden.
De oorwormen eten dit mengsel graag
en sterven er aan.
Tegen pissebedden neemt men
50 dln. havermout, 5 dln. suiker en 2
dln. Parijsch groen (ook gewichtsdeelen)
Ook dit mengsel droog uitstrooien. Stuk
gestooten Zelio-korrels eten de pisse
bedden ook graag en is dus ook een
goed middel.
Van de opruiming door Moerasschild
padden moet U zich niet veel voorstellen
D.VAN DEN BOSCH
Telefoon 28 NAALDWIJK
Tuinbouw gereedschappen
KASSENBOUW IN IJZER
VERWARMING WATERLEIDING
STALEN WAGENS en BURRIES
De meest volmaakte
Hooi- en Graanelevator! 0
GEBR. OLDENH UIS
T ransporleurbouw
B1ERUM (GR.). TELEFOON
De Plantenziektenkundigen Dienst tóWa
geningen schrijft ons:
Hei' tijdstip, waarop het optreden van
den Coloradokever in de aardappelvel
den verwacht kan worden, is wederom
aangebroken. Als het warmer wordt,
verlaat de kever den grond, waarin hij
den winter heeft doorgebracht en be
geeft hij zich naar aardappelplanten om
zidh daarmede ve voeden en daarop
eieren te leggen. Bij flink warm en zon
nig weer en bij wind uit Zuidelijke rich
ting, kunnen ook kevers uit België aan
vliegen en in onze aardappelvelden te
recht komen.
Daarom moet in alle aardappelvelden,
kleine zoowel als groote, van nu af aan
weer nauwkeurig op de aanwezigheid
van het insect gelet worden en als spo
ren ervan gevonden worden, moet daar
van onmiddellijk mededeeling worden
gedaan, opdat alle maatregelen voor
een volledige uitvoering genomen kun
nen worden.
Het vorige jaar is de Coloradokever op
drie plaatsen in ons land gevonden. Door
den Plantenziektenkundigen Dienst zijn toen
alle maatregelen genomen, die in verband
met het tijdstip van ontdekking genomen
konden worden, om deze haarden volledig
uit te roeien. De kever ie dus niet meer een
bedreiging op een afstand, maar is een wer
kelijk gevaar voor onze aardappelcultuur en
voor onzen uitvoerhandel geworden.
Wij zullen echter met alle beschikliare
middelen daartegen vechten en wij kunnen
zonder twijfel daarin veel bereiken, als wij
de medewerking van alle verbouwers van
aardappelen in de provinciën Limburg,
Noord-Brabant en Zeeland verkrijgen.
Van rijkswege zal zeer veel gedaan wor
den, om de gevaren voor verspreiding van
den kever, die aan het optreden in het vo
rige jaar verbonden zijn, tegen te gaan, zoo
wel door bespuiting van de velden in de
omgeving van de drie haarden met loodar-
senaat, als door het organiseeren van een
zoekdienst in het meest bedreigde deel van
ons land. Maar het zijn ook de aardappel-
verbouwers zelf, die daarbij moeten mede
werken en die voortdurend met aandacht
hun gewas, plant voor plant, moeten gade
slaan en van elke vondst of van een verden
king van de aanwezigheid van net insect
melding moeten maken. Wij moeten met de
mogelijkheid dat het insect op meerdere
plaatsen optreedt, rekening houden en er is
zooveel aan gelegen, dat de uitroeiingsmaat
regelen met de grootste nauwkeurigheid
worden genomen, dat zij alleen onder toe
zicht van den Plantenziektenkundigen
Dienst mogen worden uitgevoerd.
Laat dus elke aardappelverbouwer in de
provinciën Limburg, Noord-Brabant en Zee
land. of hij vele hectaren dan wel een klein
.hoekje in zijn tuin verbouwt, van nu af aan
gelmatig zijn gewas onderzoeken op de
aanwezigheid van kevers of larven en van
de door deze veroorzaakte vreterij aan de
bladeren.
De kever is pl.m. 1 cm lang, in den
vorm van een lievenheersbeestje, met
gele dekschilden waarop 10 zwarte stre
pen in de lengterichting. De larven zijn
rood van kleur, zaoht van huid en met
sterk gezwollen achterlijf. Zoowel de ke
ver als de larven vreten in de bladeren
der aardappelplanten. Het is vooral op
deze aanduidingen dat moet worden
Volgens de bepalingen van de Colorado-
keverwet is ieder, die een kever of larven
vindt, verplicht, daarvan onmiddellijk aan-
Landbouwers naar Frankrijk
De Rijkslandbouwconsulent te Parijs be
schikt over de adressen van een aantal land
bouwers, die bereid zijn dezen zomer een of
meer jongelieden uit Nederland als volon
tair op hun bedrijf te plaatsen. Zij, die voor
een van deze plaatsen in aanmerking wen-
schen te komen, kunnen zich rechtstreeks,
onder opgave van volledige inlichtingen
over hun opleiding, enz., in verbinding stel
len met den Rijkslandbouwconsulent voor
noemd, Dr. A. Sevenster, Rue de Grenelle 85
te Parijs.
WEET GE
dat thans ook in Japan lanital melkwolver
vaardigd zal worden volgens het patent
Farretti, welk patent thans wordt toe
gepast in Italië, Frankrijk, Duitschland
Engeland, België, Polen, Canada, N e-
derland en Japan;
dat in Berlijn 104 erfhoeven zijn, die geza
menlijk een oppervlakte beslaan van
ruim 100 h.a.;
dat de aspergeteelt in Duitschland zich zóó
heeft hitgebreid, dat het moeilijk is een
goeden middelmatigen oogst geheel en
al af te zetten, zoodat van overheids
wege ingegrepen is en de afzet geregeld
wordt en prijzen worden vastgesteld;
dat de vlasuitvoer uit Sovjet-Rusland in de
laatste jaren sterk is teruggeloopen; deze
liep van 65.200 ton in 1930 op tot 96.000
ton in 1934, doch daalde sinds en be
droeg in 1937 slechts 34.500 ton.
dat de prijs van volle-melkpoeder in het
eerste kwartaal van 1938 ongeveer 35
pet. hooger was dan een jaar geleden
doch nog geen ioonenden melkprijs
Alg. Onderl. Maatsch. tot Verzekering
van Paarden en Rundvee.
Catbarijnesingel 75 UTRECH1
TELEFOON 12138.
Directie: Leopold.
Verzekering op billijke Voorwaarde^
tegen lage onderlinge of vaste premi^
RESERVE: 178.799.44.
Deskundige vertegenw. gevraagd!
°l
TE KOOP
Schitterende HENNEN en HANE^'
met 8 dagen op zicht. on
Witte legh. en Rode Islands Reds en gi
kruiste Hennen, 5 wk. 70 en 7 wk. 80 en sc
wk. 85 en 11 wk. 1.05 en 13 wk. f 1.1aJ
Witte legh. hanen 5 wk. 6 ct. en 7 wk. 9 c
Reds hanen 7 wk. 25 ct. Alle dieren raszui126
ver, kerngez. Vanaf station franco remb. me
zichtb. verp. gratis. Uitsluitend eigen folt0
Bekend fokker.
HOENDERPARK ka
JAN v. ASSELT
MEENT No. 1 GELD. VEENENDAAL.
gifte te doen bij den burgemeester zijner go
meente, terwijl het ook wenschelijk is, dai
ten spoedigste mededeeling gedaan wordL
aan een ambtenaar van den PlantenziektenL
kundigen Dienst. L
Het ie zoowel voor onze aardappelcultuuï
als voor onzen uitvoerhandel in aa.rdappeleno
en andere land- en tuinbouwproducten, vaije
het grootste belang, dat alles gedaan wordili
om een verspreiding van den Coloradokever
over ons land tegen te gaan, maar daarvood 1
is een krachtige en eensgezinde samenwerk
king tusschen de aardappelverbouwers e»1
den Plantenziektenkundigen Dienst noodirfr
Wij rekenen dan ook op aller medewerking;
In de andere provinciën is waakzaamheid
wel gewensoht, maar de kans op optreden
nog zeer gering.
LET OP DEN COLORADOKEVER
De Coloradokever verricht bij een aardappelplant zijn verwoestend werk