Helmondsche Textiel-Mij
De Weg der Vaderen
n- en Meubelstoffen
Wollen Dek ens.
NEDERLANDSUID-AFRIKA-NUMMER van de Vijf Samenwerkende Christelijke Dagbladen 31 MAART 1938 BLZ. 17
Op zee, omtrent de evenaar
HET duurt eenigen tijd voor ik tot het besef kom,
dat ik heb zitten dutten en dat ik droomde. En
Ijk droomde, dat wij maanden geleden bij den Hel
der het zeegat waren uitgevaren en na veel te-
jgenwind eindelijk in het mooie weer waren terecht
gekomen. Dat is natuurlijk, omdat ik juist heden
morgen het „Journaal, gehouden in het admiraals
schip ,.De Liefde", zeijlende van Cabo de Goede
[Hoop na het vaderland, in den Jaare 1751-5 Maart-
10 Juni 1751 (door de gezusters Helena en Johan
na Swellengrebel .dochters van den afgetreden
Kaapschen Gouverneur en Admiraal van de re
tourvloot, Hendrik Swellengrebel)" heb gelezen,
met de opsomming hier en daar: „in een maal 15
jnijle gezijlt". Ën die reisbeschrijving gaat nog wel
over een reis in omgekeerde richting, dus van de
Kaap naar Holland, terwijl wij juist van Holland
naar de Kaap gaan. Vreemd toch, want ik meende
de zeilen te hooren klapperen in den wind en de
bemanning in kuitbroeken en schoenen met ges
pen te hebben zien rondloopen. Komt het, omdat
bet onderbewustzijn zich deed gelden en het ver
trek, tien dagen geleden uit IJmuideri, mij in den
droom parten heeft gespeeld. Tiert dagen: het lijkt
of wij eerst een paar dagen onderweg zijn. Dan
moet ik onwillekeurig glimlachen: 15 mijlen per
dag! Het is inderdaad lang geleden, dat het zoo
langzaam ging. Onze onvolprezen „Bloemfontein"
legde heden 380 mij'en af, het kunnen er een paar
meer of een paar minder geweest zijn, het doet er
niet toe. En toch gaat het schip zoo rustig door het
water, dat ik droomen kon dat ik op een zeilschip
was, dat op een oliegladde zee voor den wind voer.
En nu weet ik ook in eens, hoe het komt dat ik
droomde dat ik de zeilen hoorde klapperen in den
wind. Op het promenadedek, dat leeg was toen ik
het opzocht, vermaken een paar medepassagiers
zich met een spelletje tafeltennis en het tikken
van de balletjes verklaart veel. En ook de gemak
kelijke, sportieve kleeding der spelenden: een ge-
door C. Kreuger
makkelijk sporthemd en een turnbroekje. De stap
naar de deftige kuitbroeken onzer voorvaderen is
niet meer zóó bijster groot; vreemd toch hoe men
in den droom zoo gemakkelijk de dingen vervormt
Intusschen hebben mijn mede-passagiers schoon
gelijk en ik ongelijk. Na de lunches, die men op
dit schip te verorberen krijgt, is het beter de spijs
vertering te bevorderen door wat sportbeoefening,
dan door een dutje. Men oordeele zelf na kennis
neming van het menu, dat ons hedenmiddag werd
voorgezet en dat er als volgt uitzag:
SOUPES
Consommé Douglas
Crème Solferino
Omelette aux Champignons
ENTREES
Ragout de Gibier aux Croutons
Escalopes de Veau Viennoise
PLAT SPECIAL
Haricots rouges a la Hollandaise
GRILL
Entrecóte Double
Een der sportdekken op de Bloemfontein
SALADES
Laitues, Concombres, Tomates
Compote de Poires
ENTREMET
Pain a la Reine
Fromages divers
FRUITS
Oranges, Poires, Pommes,
Prunes, Bananes
Café
BUFFET FROID
Cóte de Boeuf Paimentier
Galantine de Volaille
Salade Beatrice
Het helpt niet, of men met de beste voornemens
naar de eetzaal gaat en zichzelf op handslag be
looft nu eens slechts van èèn of twee schotels te
proeven. Mijn tafelsteward is een verleider, die
met den kok een verbond gesloten schijnt te heb
ben al deze goede voornemens te schande te ma
ken. Nu al tien dagen lang bespreekt hij het menu
met mij, vertaalt de Fransche culinaire uitdruk
kingen voor mij (uiterst discreet, zoodat ik mij
steeds nog verbeeld hetzelf ook wel te weten) en
overreedt mij om dan dit te probeeren, dan dat.
En hier hoort dit bij en daar moet dat op volgen.
En wanneer ik na tafel oprijs en in den muziek
salon een kopje mokka heb genoten, spoed ik mij
naar het deken schaam mij. En neem mij voor
tenminste des avonds het diner waj minder eer
aan te doen. Tot ik tot de slotsom kom dat het al
les geen zin heeft en ik mijn tegenstand maar
moet opgeven tot na aankomst te Kaapstad. Dan
had ik ook maar geen Hollandsch schip moeten
kiezen.
Niet dat ik spijt behoef te hebben over de keus
van het schip. De hut heeft een ruim, echt bed;
warm en koud stroomend water op de waschta-
fels en een aangrenzende badkamer met zeewater
in de badkuip en zoet water in de douche. De voor
uitgang is heusch niet beperkt tot de 380 mijl tegen
vroeger 15. Het zwembad is nu, in de warme stre
ken, een ware verkwikking; wat moeten onze
voorouders naar zooiets verlangd hebben en in hun
stoutste droomen voor onmogelijk hebben gehou
den op hun lange, eentonige reizen. Frissche lucht
wordt in de hut en de salons geblazen; de salons
zijn ruim en de promenade- en sportdekken doen
daar niet voor onder.
Een Amerikaan, die een reis rondom de wereld
maakt en over Afrika naar het Verre Oosten reist
zegt mij, dat hij een genegenheid voor dit schip
gekregen heeft als voor zijn eigen huis. En zoo
gaat het mij ook. Ik laat mij door de bedienden
verwennen, alsof het de meest gewone zaak van
de wereld is. Ik kan het niet bevatten, dat wjj
eerst 10 dagen geleden IJmuiden uitvoeren en
ever 7 dagen in Kaapstad zullen zijn.
Ik zie de „Bloemfontein" nog in het Noordzeeka
naal liggen. Wij waren met de salonboot van de
Alkmaar Packet", die de lijn voor dit doel huurt,
van Amsterdam gekomen en na in IJmuiden an
dere passagiers te hebben opgenomen, naar het
schip gevaren. Het was al donker, en daar lag de
„Bloemfontein" badend in een zee van licht. De
oranjeband om den korten schoorsteen, door
flood-light beschenen, leek van zuiver goud. De
salonboot was stampvol passagiers en wegbrengers,
want menig passagier gaat naar Zuid-Afrika om
zich een nieuwe toekomst te veroveren en de
familieleden weten niet over hoeveel jaren zij hem
of haar zullen terugzien. Als de salonboot eindelijk
met de wegbrengers afvoer, passeerde zij nog eens
onzen trotschen oceaanstoomer en gaf drie stooten
op de fluit. Vaarwel! -
En de machtige sirene van de „Bloemfontein be
antwoordde dezen laatsten groet, voor wij de slui
zen ingingen en dan zee kozen.
Den volgenden morgen waren wij reeds in Dover,
waar een herhaling van IJmuiden plaats vond.
Weer een boot met passagiers, ditmaal Engelschen,
weer een laatsten groet, en toen begon de reis
eerst in ernst. We hadden wel wat tegenwind,
maar de „Bloemfontein" liet er zich nauwelijks
door ophouden. De scherpe Maierboeg sneed door
het water, wind of geen wind, golven of geen
golven.
Ik verwonderde er mij over, dat zooveel Engel
schen en Zuid-Afrikanen met dit Nederlandsche
schip reizen. Doch nu begrijp ik het; zij hebben
ook graag waar voor hun geld, juist als de Hol
landers en zij krijgen het hier aan boord.
Het moet op een vorige reis gebeurd zijn, dat bij
het afscheidsmaal, dat de kapitein den passagiers
namens de reederij aanbood, waar goede wijn
werd geschonken en de passagiers een aandenken
ontvingen, dat door allen zeer op prijs werd ge
steld, een oude Engelsche kolonel, die nogal prat
ging op zijn geschiedkundige kennis de „Bloem
fontein" meende te moeten loven door een speech
te houden, die ongeveer op het volgende neer
kwam:
„U weet wellicht niet, behalve de Nederlan
ders aan boord natuurlijk, dat de Hollanders
„vroeger een bezem in den mast boden om te
„kennen te geven, dat zij de zee schoon bezem
den van vijanden. Well, that's „long ago" en
„van vijanden wegbezemen is geen sprake meer.
„En toch voeren zij op dit schip nog steeds een
„bezem in den mast, niet om de vijanden weg
„te vegen, maar om de passagiers naar hun
„schepen te bezemen. Zij hanteeren hun bezems
„met opvallend succes, niet alleen bij het schoon
„houden van hun huizen en schepen, maar ook
„bij het aan boord vegen hunner passagiers.
„Captain, your health!"
en de oude heer ging, zichtbaar voldaan over zijn
speech, zitten; het applaus moet voor zichzelf ge
sproken hebben. Si non vero
De meeste Engelschen gaan naar Zuid-Afrika om
er den Europeeschen winter te ontvlieden; het is
nu volop zomer in Zuid-Afrika! De Engelschen
'ijn nu eenmaal zoo. Zij gaan gemakkelijker van
honk dan de meeste Hollanders; ook die van onze
landgenöoten, die tijd en geld genoeg hebben, ko
men er niet zoo gemakkelijk toe. Als het er om
gaat een nieuw bestaan te scheppen in den vreem
de, dan is de Hollander niet langzaam; integendeel,
dat bewijzen de talloozen, die naar Zuid-Afrika
trokken en trekken om er een werkkring te vin
den. Maar een reis voor puur genoegen, heelemaal
naar Zuid-Afrika, neen, daartoe komen slechts
enkelen.
Toch neemt het aantal toe en de passagierslijsten
zijn er een bewijs van. Het bleek ook op het Nep-
tunusfeest, gisternamiddag, toen er juist onder de
Hollanders heel wat doopelingen waren. Nep-
tunus was uit zee geklommen, ten pleiziere van
groot en klein en er was niemand, die zich niet dol
vermaakte met deze onschuldige pret. En toen des
avonds de feestverlichting aangestoken werd, de
salons en dekken vroolijk versierd en verlicht wa
ren en de muziek vroolijk speelde, kende de
feestvreugde geen grenzen.
De officieren zijn al sinds eenige dagen in tropen-
uniform, de passagiers in gemakkelijke zomer-
kleeding en de witte tenten zijn over het schip
gespannen. Het is moeilijk te realiseeren, dat het
in Holland wellicht sneeuwt, of regent, of mist. De
dolfijnen duiken soms uit het water op; aan den
horizon is het silhouet van een „meeligger" of
„tegenligger", zooals een passeerend schip ge
noemd wordt, te zien. Als wij geluk hebben zien
wij dezer dagen wellicht een walvisch, maar als
wij hem niet zien, is 't ook goed. Een mensch
wordt een tevreden schepsel aan boord, die laat
komen wat komt en eiken dag de goede gaven ge
niet, die het schip te geven heeft. En alleen even
opschrikt als hij bedenkt, dat over een paar da
gen dit heerlijke leven zonder zorg een einde
neemt, om zich daarna ook .hierover geen zorgen
meer te maken; immers, aan boord maakt men
zich geen zorgen en vooral niet, als „Zonnig Zuid-
Afrika" hem wacht. Men kan moeilijk een betere
bestemming kiezen, als men den winter ontvlie
den wil.
Het Neptunusfeest op de „Bloemfontein"
In our factories situated at Helmond, Deurne
and Geldrop, we manufacture manykinds of
textile goods: besides printed cotton table
covers, which we have always supplied to
Natal in large quantities, we mention: woollen
blankets, fabrics for curtains and furniture,
plush and velours (cotton, wool and mohair),
cloths and carpets in various descriptions and
qualities, woollen and half-woollen fabrics for
ladies and gentlemen. Spinning, dying, appre-
teeren and any farther finishing operations
are performed in our own mills.
Our factories provide work to upwards of one
thousand labourersthe situation is favourable
in every respect. We are therefore able to
manufacture all the above-mentioned articles
in a competitive way; we are even able as a
result of this good situation and establishment
and our skilled hands, to compete with coun
tries in which social laws reguire less
expenditure than in Holland and where wages
are lower.
In onze fabrieken, gelegen te Helmond,
Deurne en Geldrop, vervaardigen wij vele
soorten textielgoederen: behalve bedrukte
katoenen tafelkleeden, die wij steeds in zeer
groote hoeveelheden naar Natal leverden,
noemen wij nog wollen dekens, gordijn- en
meubelstoffen, pluche en velours (katoen,
wol en mohair), afgepaste kleeden, tapijten
in diverse soorten en kwaliteiten, wollen en
halfwollen Dames- en Heerenstoffen. Het
spinnen, verven, appreteeren en alle verdere
afwerking geschiedt in onze eigen fabrieken.
Onze bedrijven geven werk aan meer dan
duizend arbeiders; de ligging is in alle
opzichten gunstig. Wij zijn daardoor in staat
alle bovengenoemde artikelen concurreerend
te vervaardigen; zelfs is het ons mogelijk
door die ligging en inrichting en onze bekwame
arbeidskrachten, het op te nemen tegen landen
die in sociaal opzicht bij Nederland achter
staan of waar het loonpeil beneden het
Nederlandsche ligt.
Woollen Blankets, Fabrics (or Curta'ns and Furniture
FABRIEKEN TE HELMOND, DEURNE EN GELDROP
HELMOND