- MAANDAG ax MAART 1938
He*
DERDE BLAD PAG. 9
"'Het dagelijksch leven
wli
"der hoofdstad
■•ent
'°oi Gunstige cijfers, uitgezonderd vooral
ia*i Kerkei-jk bevestigde huwelijken,
echtscheidingen en
werkloosheid
[(Van onzen Amsterdamsdhen redacteur);
'aaj Elk jaar, tegen den nazomer, verschijnt 't
f* ^jaarverslag" van Amsterdam, een dik boek
Ma waarin een stortvloed van bijzonderheden
>ing pmtrent alle mogelijke gebeurtenissen, toc-
1 1; standen, verhoudingen enz. van de hoofd-
vu! siad 011 haar bevolking wordt geleid in de
bedding van drie k vierhonderd kolommen
Ler. druks, keurig gerangschikt. I-Ict is een la-
I wine van cijfers, die op den lezer aankomt,
waarvan in vele gevallen derhalve slechts
ambtshalve in bijzonderheden kennis zal
I .worden genomen.
Het is het jaaroverzicht, dat B. en W.
krachtens de Gemeentewet over den toe-
/V.N, stand van Amsterdam hebben uit te bren-
01 gen.
■lint Dezer dagen is de voorlooper van dit
lijvige boekdeel uitgekomen in den vorm
eerier publicatie van het Gemeentelijk Eu-
p reau van Statistiek. Met vermijding van
tor .vermoeiende cijferreeksen willen wij uit dit
di interessante overzicht het een en ander
lde» piededeelen,
Weersgesteldheid
Wü beginnen dan met een ipraatje over 't
weer. Weinig zonneschijn hebben de Am
sterdammers in 1937 genoten, slechts 1318
,a uur en wij hebben het nog getroffen, want
'dfl elders in het land heeft men zich nog min-
m der in het zonnetje gekoesterd. Veel regen
dei hebben we nochtans niet gehad, wel in het
g* eerste kwartaal. Het was een bewolkt jaar
v* met weinig onweer, en nogal wat sneeuw,
niet bijzonder warm cn ook niet bijzonder
koud, behoudens dan gedurende enkelo
korte perioden.
Bevolking
viuj
d' Op Nieuwjaarsdag telde de bevolking
J1"*! 1783.351, op Oudejaarsdag 788.375 zielen, 5021
d7inwoners dus meer. Het geboortecijfer was
14.5 per 1000 inwoners of totaal 11.395, iels
di lager dan het vorig jaar. Ilct sterftecijfer
•h"1 .was iets hooger, in bet geheel 6S93 personen.
De verhuiswagen kwam wat minder tal
rijk voor de deur dan in 1936, toen 50.482
gezinnen naar een andere woning trokken.
an< In 1937 was het aantal 47048, toch nog „ruim
.voldoende",
Van de 7125 bruidsparen zocht slecht
31 pet de kerkelijke hmvelijkswijding.
Ongunstig teeken des tijds, hetwelk nog
ge- verergert als men er op let, dat 764 echt-
■d« scheidingen plaats vonden. Of krachti
ger bescherming van huwelijk en gezin
ook noodig ia!
De gezondheidstoestand der bevolking
vjj. bleef goed.
J Verkeer
Zeescheepvaart, Rijnvaart, het ludhtver-
keer, vreemdelingenbezoek waren alle druk-
lm- ker dan in 1936, hetgeen dus wijst op eco
nomische opleving. Ook de hoogcre cijfers
van de posterijen en de betrokken gemeente-
hiJ bedrijven (telefoon, girokantoor, tram) spre-
rw ken hiervan,
Het aantal verkeersongevallen, dat
ru sterk vermeerderde, drijft als een som-
bere wolk boven deze grootere welvaart.
In totaal waren de cijfers voor 1937 8830
tegen 8300 in 1936, dus 530 of 6.4 pet
meer. Het aantal ernstige ongevallen
steeg van 1156 in 1936 tot 1308 in 1937,
dus 13.1 pet hooger. Het aantal dooden
rI* bleef nagenoeg gelijk: 55 (56),
tril Economische toestand
In aansluiting od de gegeven mededeelin-
gen omtrent het drukkere verkeer kan wor-
den opgemerkt, dat het verbruik van elec-
trlciteit, gas en water is toegenomen, vooral
f" het stroomverbruik.
D* E^Vi E> O
Buikgordels, soepef én gemakkelijk
Goed waschbaar
Alleen«verkoop» iS&v
Wcster-Apotheek 5^ #««oS
D eVeO-DepÖt mne,,UTe"ioon18SS7035
Fa. C. Roosen Zn.
Elders wende men zich tot de fabrikante:
Fa. D. VAN OORT, te Baarn.
Goed voorbeeld
doet goed volgen
Weer twee bijdragen voor
's lands defensie
,.Bewaert uwe Unie wel"
Het verheugt den minister van
Defensie te kunnen mededeelen, dat
hij wederom twee bijdragen als be
wijzen van daadwerkelijke belang
stelling in 's lands defensie heeft
mogen ontvangen.
Bij het ontvangen bedrag, groot
10, was een schrijven gevoegd van
den volgenden inhoud.
„Hedenavond las ik in de dag
bladen een bericht betreffende
een vrijwillige gift van een Ne
derlandsche vrouw voor verster
king van de grensbewaking.
Gaarne wil tk dit goede voor
beeld volgen. Daar mijn jman-
cieele omstandigheden een groote
gift niet toelaten, hoop ik, dat
het bijgesloten bedrag van 10
u als „geste" toch welkom zal
zijn. God beware ons dierbaar
vaderland. Wij willen Holland
houden." Een werkende vrouw.
Bij het ontvangen bedrag, groot
1500, was een schrijven gev i igd,
luidende:
„Diep getroffen door den ont
stellenden loop der gebeurtenis
sen in ons werelddeel en elder*,
waar wapengeweld en onrec t
onherstelbaar leed en verderf
brengen, verzoek ik Uwe Excel
lentie om deze bijdrage wel te
willen aanvaarden en aan te
wenden ter verdediging van ons
luchtruim en onze grenzen, opdat
ons kostbaar vaderlijk erfgoed
ongerept bewaard blijve."
„Ende wij segghen ulieden noch
meer, jae segghen het soo luyde,
dat wij wel begeerden dat het
niet sy alleene, maar oock de ge-
heele wereld hoorde:
Onderhoudt uwe Unie wel. Be-
waert uwe Unie wie. Doch siet
neerstich toe, mijne heeren, dat
ghij niet alleene met woorden of
bij gheschrifte, maar oock met
der zaeck ter executie pijlen ('t
samen gecnoopt) ende gebonden
(houdt)". Prins Willem, Apologie.
„Deze woorden indachtig geef
ik Uwe Excellentie eerbiedig in
overweging om voor de verster
king onzer weermacht een fonds
te stichten, zoodat allen Neder
landers de gelegenheid wordt
geboden om hun groote er
kentelijkheid en vaderlandsliefde
te uiten." Dankbaar vaderlander.
In aansluiting hierop kan worden
medegedeeld, dat bij eenige vooraan
staande ingezetenen van 's-Graven-
hage de gedachte is opgekomen om in
onderlinge samenwerking te trachten
een landelijk comité samen te stellen,
dat beoogt gelden bijeen te brengen,
teneinde aan defensie een nationaal
weerbaarheidsgeschenk te kunnen
aanbieden.
Deze actie is uiteraard de betref
fende autoriteiten niet onwelgevallig.
De gevolgen van het
Mond- en Klauwzeer
Uitgebreid onderzoek wordt
ingesteld
Geen uitbreiding van
den tuinbouw
Minister Steenberghe over het
Landbouwcrisisfonds
In de Memorie van Antwoord aan de
Eerste Kamer inzake de begrooting van
liet Landbouwcrisisfonds voor 1938 deelt de
Minister van Economische Zaken t.a.v. de
gevolgen van het mond- en klauwzeer
mede, dat door den ccntralen crisis-con-
tröledicnst in overleg met den Veeartsenij-
kundigen dienst een uitgebreid onderzoek
wordt ingesteld,, waarbij aan het aantal
als melkvee onbruikbaar geworden runde
ren bijzondere aandacht wordt besteed. De
minister hoopt binnenkort, aan de hand
van de resultaten van dit onderzoek, een'
beslissing te nemen nopens de in verband
daarmede te nemen maatregelen op het
gebied van de teeltregeling.
De minister merkt op, dat hij, gezien de
gegevens waarover hij beschikt, den richt
prijs van tarwe op 10 voldoende acht.
Wat de roggeprijzen betreft, deelt de
minister mede, dat daaraan voortdurend
aandacht wordt geschonken.
De aandacht moge er op worden geves
tigd, dat ondanks de teruggang van het
areaal in 1937 ten opzichte van 193(1, nog
immer een belangrijke vergrooting van het
tarweareaal vergeleken met de voor de
sis gelegen jaren aanwezig is. Zoo beliep
het areaal van 1937 nog ruim het dubbele
van dat van 1930.
De vraag omtrent een mengverbod
boter en margarine is nog bij den minister
in onderzoek.
De aardappelregelingen
Een verlaging van de heffingen op mar
garine, vetten en oliën kon onder de hui
dige omstandigheden niet worden over
wogen.
Naar aanleiding van het verzoek van
eenjge leden deelt de minister mede,
dat de nadeelige saldi der aardappelen-
regelingen 1936 en 1937, die ten laste
van het Landbouwcrisisfonds komen,
ongeveer 2.600.000 bedragen. Voor 1938
wordt geraamd, dat de aardappelrege
ling bij een teeltheffing van 50 per
ha van het Landbouwcrisisfonds nog
een offer zal vragen van 1.500.000.
Onder deze omstandigheden merkt de
minister op, dat hij het wenschelijk acht
te trachten een beter evenwicht te verkrij
gen tusschen de inkomsten en uitgaven
dan tot dusver het geval was. Na bcstudee-
ring van de voor- en nadeelen van e«en cn
ander werd aan een verhooging der teelt
heffing de voorkeur gegeven boven verla
ging der denaturatievergoeding.
Geen uitbreiding tuinbouw
De minister is van meening, dat uitbrei
ding van den tuinbouw onder de bestaan
de omstandigheden niet kan worden toe
gestaan. Het nog beschikbare areaal in de
verschillende provinciën is tot nu toe vol
doende gebleken om aan de aanvragen van
de jonge tuinders, die daarvoor in aan
king komen, te voldoen. Tot uitreiking van
teeltvergunning voor vlas wordt niet over-
HET MOOIE VOORJAAR
Aan belastingen werd ruim f 16^5 millloen
meer ingevorderd dan in 1936,
Het aantal werkloozen bood in derl
aanvang des jaars een gunstiger beeld
(12 pet minder) dan bij 't einde (0.4 pet
minder). Daardoor was het eind Decem
ber ongeveer gelijk: 56.452 tegen 56.674
in 1936. Voor de jongeren is de toestand
verhoudingsgewijs sterk verbeterd, nl,
30 pet lager dan eind 1936.
Ruim f 9 millioen werd bij de spaarbank
meer ingelegd dan terugbetaald. Het heaoek
aan vermakelijkheden in den zin der wet
bleef ongeveer gelijk.
Alles samengenomen geeft tfo economi
sche toestand een lichte verbetering te zien,
terwijl overigens het beeld van het dage
lijksch leven der hoofdstad goed, in menig
opzicht zelfs uitmuntend is. uitgezonderd
dan de cijfers over Kerkelijke huwelijksbe
vestiging, de toegenomen echtscheidingen
en de werkloosheid. Ook de „vermakelijk
heden" spreken ontmoedigende taal, als men
er op let, dat van de bijna 13 millioen be
zoekers, ruim 9 millioen de bioscoop binnen
stapten,
Hoe druk 't op de Scheveningsche boule vard was
Heen. nu heeft de meer dan drie
eeuwen oude Enkhuizec het toch
niet geraden en is de voor velen zoo
betrouwbare bron een troebele ge
bleken.
Het weer is juist het tegenoverge
stelde van wat de Almanak zegt, dat
het zijn zou of misschien wel vol
gens 307-jarige ervaring wezen
moest.
Maar dat komt meer voor. Zelfs
De Bilt, dat zich met den naam
Koninklijk mag tooien, heeft het wel
X eens mis.
X Voor spelde de Almanak koude,
X regen. wind. storm, buiig, guur
x regenachtig en pas voor 23 dezer:
opklarend, zoo goed als de geheele
maand is het stralend voorjaars-
<a weer. Zoo stralend, dat de men-
schen het strand gaan opzoeken
X waar reeds een gezellige drukte
V heerscht, en op gevaar af van een
verkoudheid op te doen, want uit de
zon en 's avonds kan het nog
Maarts koud zijn.
Men ziet de menschen in de bui
tenwijken der steden en in de dor
pen reeds zitten „braden" in de zon.
De boomen staan in knop. de blaad
jes komen hier en daar in hun
jeugdige teerheid voor den dag. De
voorjaarsbloemen bloeien volop. Hei
eerste kievitsei is reeds gevonden,
drie dagen voor normale tijd. In de
weide dartelen dc lammeren en
graast reeds jong vee en zelfs koeien
ziet men hier en daar het vroegtijdig
ontwikkelde gras met graagte con-
sumeeren.
Alles geeft den indruk alsof we
zoo de zomer in zullen gaan.
Maar eer het zoover is zullen we
nog wel wat anders beleven.
Het zou waarschijnlijk ook niet
goed zijn. Zelfs nu geeft de bodem
in veel gevallen reeds een beeld van
schraalheid en zou een groeizaam
voorjaarsregentje geen kwaad doen.
DINSDAG 22 MAART
OVUKSVM X. 1875 «n 415.5 M. AVRO-Ulti»^
dlnsr. 8.00 Gram.muziek. 10.00 Morgenwijding.
10.15 Gram.muziek. 10.30 Piano en viool. 11.00
Huishoudelijke
9.platen. 1.00
aten. 2.45 Knii
5.00 V<x
kinderen. 5.30 De Palladians. 6.30 Gram.muz.
7.00 Voor de kinderen. 7.05 AVRO-Dansor-
kest. 7.30 Engelsohe lee. 8.00 Belichten ANP.
Mededeelineen. 8.15 Bonte Dinsdagavond-
trein. 9.15 Gram.muziek. 9.45 Vervolg Bonte
Dinsdagavondtrein. 10.30 Schaakles. 11.00 Be
richten ANP. hierna: het AVRO-Dansork&st.
11.4012.00 Gram.muziek.
HlLVItiKSOM II. 301.5 M. KRO-Fltsendln*.
8.009.15 en 10.05 Gram.muziek. 11.30 Gods
dienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-
Orkest. (1.00—1.20 Gram.muziek.). 2.00 Voor
de vrouw. 3.00 Modecursus. 4.00 KRO-Melo-
disten. solist en Gram.muziek. (Om 5.45 Fell-
citatiebezock). 6.40 EsRerantoles. 7.00 Berich
ten. 7.10 KRO-Orkest en solist. 7.35 Sport-
praatje. 8.00 Berichten ANP en KRO-Mede-
Radiotot...
4.20 Voor de vrouw. 4.50 Kwintet 5.20 Fluit
5.40 Orkest 6.45 Orkest 7.20 Zang bij de
vleugeL 7.50 Orkest en koor. 8.50 Band. 10.00
Orkest. 10.35 Radiotooneel. 11.35 Orkest
RADIO-PARIS 1648 BI. 12.40 Orkest 3.05 ViooL
3.20 Zang. 4.20 Vocaal ensemble. 5.30 Orkest
5.20 Orkest 8.20 Cabaret 9.20 Symphonle-
484 M.': 12.50 Orkest 1.30 Orkest-. 5.20 Orkest
gegaan, omdat daarvan geen reserve in het
totale areaal aanwezig is. In verband met
den toestand in den tuinbouw kan de mi
nister geen vrijheid vinden te bevorderen,
dat hierbij eenige grootere soepelheid zal
worden betracht.
De positie van onze fruitteelt heeft de
aandacht van den minister. De aanleg van
nieuwe boomgaarden en de moderniseering
der fruitteelthedrijven zullen ongetwijfeld
binnen enkele jaren grooten invloed op
den afzet uitoefenen. Tot op heden is er
voor het goede fruit dezer nieuwe aan
plantingen nog voldoende vraag. Hoewel
bij de te verwachten toenemende productie
op het mindere fruit een prijsdruk onver
mijdelijk lijkt, ziet de minister op dit
oogenblik nog geen aanleiding tot ingrij
pen.
Het vraagstuk aangaande tabakscultuur
heeft de aandacht In de gebieden, waar
de teelt van tabak van beteekenis is, wor
den met medewerking van de regeering
reeds proeven genomen. 1-Iet verloop van
die proeven is echter nog niet zoodanig,
dat daarin aanleiding is gevonden het
weer op ruime schaal ter hand nemen van
deze teelt van regeeringswege te bevorde
ren.
MOTORSCHIP GEZONKEN
Het motorschip „Francina", schipper G.
Lok uit Werkendam, met rijshout geladen,
dat op weg was naar de Zuiderzeewerken
te Lemmer, is tengevolge van den vrij ster
ken wind tusschen Enkhuizen en Lemmer
door het water overspoeld, volgeloopen en
gezonken. De schipper en zijn gezin wisten
zich tijdig in veiligheid te brengen door in
een sloep over te stappen, waarmede zij de
kust onder Oude Mirdum bereikten.
De nieuwe sociale
lasten
Zij zullen niet zwaarder zijn
dan strikt noodzakelijk
Maatregelen tegen ontduiking
van de winkelsluitingswet
In de Memorie van Antwoord aan de
Eerste Kamer inzake de begrooting van
Economische Zaken voor 1938 deelt de
Minister mede, niet de opvatting te dee-
len, dat het depreciatiepercentage van
den gulden op het oogenblik te gering is
belemmerend voor 't concurrentievermo
gen van onze industri'.
Met zijn ambtgenoot van financiën is hij
van meening, dat op het oogenblik een zeker
evenwicht bestaat tusschen het Nederland-
sche en het buitenlandsche kosten-peil. Dii
wil uiteraard niet zeggen, dat er onder de
producten, welke onze land fabriceert, geene
zouden zijn waar dit evenwicht nog ont
breekt, wel echter moet worden aangenomen,
dat in het algemeen gezien, het evenwicht
momenteel aanwezig is.
Wat aangaat de opmerking van eenige le
den betreffende de nieuwe lasten, welke oj
het bedrijfsleven zullen worden gelegd zo<
de plannen van den Minister van Sociale
Zaken met betrekking tot de invoering van
kinderbijslag-verzekering e.d. worden ver
wezenlijkt, diene, dat hij met zijn betrokken
ambtgenoot over dit punt voeling heeft ge
houden, ten einde te voorkomen, dat deze
lasten zwaarder zouden worden dan strikt
noodzakelijk zou zijn.
De regeering houdt het oog gevestigd op
de afzetmogelijkheden in het onder de feite
lijke heerschappij van generaal Franco
staand gebied. Uitvoer naar dit gebied vindt
reeds plaats en wordt voor uitbreiding vat
baar geacht.
De Minister is van meening, dat de
verkoop door middel van automaten kan
leiden tot ontduiking van de winkelslui
tingswet 1930, zoodat een wettelijke re
geling wellicht niet zal kunnen uitblijven.
Bij nadere bestudeering van het aanhan
gige wetsontwerp betreffende dit onderwerp
is hem gebleken, dat nog uitvoerig overleg
met belanghebbenden en deskundigen zal
moeten worden gevoerd alvorens de zeer vele
moeilijkheden van verschillenden aard, die
zich bij dit vraagstuk voordoen, zullen zijn
opgelost.
Daar de bestudeering van het groot
bedrijf in verhouding tot het kleinbedrijf
(warenhuizen e.a.) nog niet is beëindigd,
is het den Minister op dit tijdstip nog
niet mogelijk zijn standpunt in deze
materie te bepalen.
Wel kan hij verklaren, dat tijdens deze
studie zooveel ingewikkelde problemen naar
voren zijn gekomen, en dat met name de
resultaten van de wetgevingen ter zake in
de omringende landen zooveel verschillende
aspecten hebben doen zien, dat nadere mede-
deelingen omtrent het resultaat van zijn over
weging niet op korten termijn zijn te ver
wachten.
Een wettelijke regeling van den markt- en
straathandel, welke in voorbereiding is, is
zeker noodzakelijk, nu als gevolg van de uit
voering van de vestigingswet kleinbedrijf
1937 het gevaar niet denkbeeldig is dat een
ongekend groote toeloop naar den markt- en
straathandel zal ontstaan van diegenen, die
geen vergunning tot het vestigen van een
inrichting kunnen verkrijgen.
De mogelijkheid om tot een betere rege
ling in de uitoefening van het jachtbedrijf te
geraken, is in studie genomen.
Gaarne wil de Minister toezeggen, dat bij
de voorbereiding van het wetsontwerp-na-
tuurmonumentenwet voortvarendheid zal
worden betracht.
j Hans zweeg, keek somber voor zich uif.
„Jongen", ging Hilda voort, „geloof me, ik vind het
lam, om zoo tegen je te moeten spreken. Ik zag er tegen
op, maar voelde, dat het moest. Ik heb op je ridderlijkheid
vertrouwd, Hans, daarom ben ik bij jou gekomen. Ik had
ook naar Willy kunnen gaan, om haar te waarschuwen.
Zoo zouden de meeste meisjes in mijn geval gedaan hebben,
dat weet je wel. Misschien had ik er beter aan gedaan,
maar ik wou het niet om jóu. Als ik dacht, dat je een ge-
wetenlooze losbol was, nou, óf ik dan Willy gewaarschuwd
zou hebben. Maar dat ben je niét. Je bent enkel zwak en
dat kun je niet helpen. Maar nou, wees nou voor één keer
Sterk, Hans!"
„Je weet niet. wat je vraagt, Hilda! Willy opgeven
je kon me even goed vragen, of ik me voor mijn kop wou
schieten, maar
„Onzin. Maak er geen drama van."
„Dat doe jij. Wat wou je me nou eigenlijk komen ver
tellen? Dat ik ongetrouwd moet blijven, omdat ik volgens
jou onstandvastig ben?"
„Dat ben je niet volgens mij, maar volgens jezelf. En, als
'je niet ongetrouwd wilt blijven, welnu, er zijn genoeg meisjes,
die er net zoo voorstaan als jij. Neem er daar een van, dan
breek je geen harten."
k „Ik heb Willy lief. Let op, Hilda, ik heb haar lief'j
„Dat zal je je vroeger ook wel verbeeld hebben, als hef
een ander meisje gold".
„Juist omdat ik al eerder intiem met een meisje ben ge
weest. kan ik mijn gevoelens beoordeelen. Een eerste liefde,
o, dat is erg mooi en erg poëtisch ook, maar wie kan bij
zoo'n eerste keer zeker zijn, dat dat nou hét is? Niemand.
Maar ik zeg je, of je het gelooven wilt of niet, wat ik voor
Willy voel, heb ik nog voor geen enkel ander meisje ge
voeld. Voor haar zou ik mijn leven willen geven. Haar ge
luk zou ik willen, zelfs al moest dat mijn ongeluk worden.
Je liet me daareven niet uitpraten, toen ik dat zei van voor
mijn kop schieten. Ik had er bij willen voegen, dat, hóé
zwaar het me ook zou vallen, ik tóch Willy zou opgeven,
als ik er van overtuigd was, dat het tot haar bestwil was.
Maarals Willy nu ook mij liefheet?"
„Doet ze dat?"
„Acht ik mogelijk".
„Ik ook. Nou, dan moet je je nooit meer aan haar ver-
toonen".
„Hil, wat ben je hard. Jij, juist jij, moest gelooven aan het
goede in den mensch, moest waardeering hebben voor
iemand, die zijn leven beteren wil".
„Dat hèb ik. Maar wat bedoel je met dat: juist jij?"
„Omdat je geloovig bent".
„Als geloovige behoorde ik je te zeggen, dat ik niets
verwacht van verbeteringspogingen, die in eigen kracht
worden ondernomen."
„Daar moet je bij bidden, hè?"
„Ja," antwoordde Hilda, zijn spot negeerend. „Biddend,
oprecht biddend, bereikt een mensch veel. En toch. al werd
je op dit oogenblik een Christen, dan nog zou ik je vragen:
laat Willy los. Als je een Christen was, zou je biddend, ja
biddend. Hans, zeker kracht krijgen, om haar trouw te
blijven, maar iemand, als Willy, vraagt meer dan trouw, die
vraagt liefde,"
„Maar ik hèb haar toch lief, zooals ik nooit iemand an
ders heb liefgehad?"
„Maar je weet toch niet, of dat zoo blijft?"
„Ja, dat wéét ik."
„Nee, dat weet je niet!"
„Je schijnt te meenen, dat je me door en door kent. Hilda,
maar uit de conclusie, die je trekt, blijkt het tegendeel. We
moesten eigenlijk deze zitting maar opheffen. Je bent jong,
je bent bevooroordeeld en kent het leven nog niet Dat ver
ontschuldigt je. Als je Willy over me wilt inlichten, welnu,
doe het. Dan kan ik alleen nog hopen, dat ze milder is dan
jij en me gelooft, als ik zeg, dat ik haar liefheb, zooals een
man maar eenmaal in zijn leven liefheeft. Ze is milder, dat
weet ik. In haar gezelschap voelt een mensch zich beter,
reiner. Ze heft je op. Maar ook dat zul je wel niet willen
aannemen, je gelooft eenmaal niet, dat ik anders kan wor
den. Je ziet in mij enkel den zoon van mijn vader en vergeet,
dat ik ook een moeder heb gehad."
Een moeder, die stervend voor hem bad, wist Hilda.
„Hans, jongen, nee, ik wil niet van je praten, maar zou
je me dan één groot genoegen willen doen?"
„En dat is?"
„Dat je nog niet spreekt, nü nog niet. Je gaat óp reis, dat
geeft afleiding. Als je terugkomt en nog net zoo gestemd
bent als nu, spreek dan."
„Ik was juist van plan, die heele reis te laten schieten. Ik
wou liever Kerstfeest vieren met haar. Ruim drie weken zou
ik wegblijven, dat is een heele tijd."
„Die vliegt om, als je met je vrienden uit bent. 't Zou een
mooie tijd zijn voor zelfonderzoek. Als je haar die weken
niet ziet. haar ook niet schrijft
„Dan vergeet je haar wel, denk je."
't Was zoo. Van elke reis bracht Hans een verliefdheidje
mee. Waarom niet van deze?
„Dat hoeft niet. Hans, toe, doe het in Willy's belang,
maar ook in dat van je zelf. Wat ik al eerder zei, je zoudf
er zelf onder lijden en zijToe nou. Hans! Je weet toch
zelf hoe je bent. Denk nog eens na. Neem je besluit daar."
„Dat ïs genomen."
„Hernieuw het dan daar. Beschouw het als training van
van je wil."
„Als ik je verzoek inwillig, zul je dan nooit spreken over
die ellendige vergissingen van vroeger?"
„Nee. Maar, Hans, mocht je haar verloofd of getrouwd
ooit ontrouw worden, dan zwijg ik niet."
„Dan mag je spreken, hoor!"
t Is misschien beter zoo, overlei hij na haar vertrek. Ze
heeft gelijk. Ik bèn een slappeling. Alleen een beetje beroerd,
als zoo'n jong kind je dat komt vertellen."
Het „jonge kind was blij met haar overwinning. Nog
blijer zou ze geweest zijn, als ze had kunnen gelooven. dat
Willy niet om Hans gaf. Ze was bang, dat dit wèl zoo was.
Dat Willy meer voor Hans voelde, dan ze erkennen wou,
werd Hilda tot zekerheid toen ze in Woudewijk de Kerst-*
dagen doorbracht. Willy kon niet zwijgen over haar ver-*
wondering, dat Hans nog niets van zich had laten hooren,
kon moeilijk haar teleurstelling verbergen bij het ontvangen
van een kaart met enkel zijn naam. Mooi. dat hij woord
hield. Och. hij zou zich wel amuseeren. Overdag de sport en
s avonds de danszaal. Dat arme ding maar wat zien op te
vroolijken. Probeeren, er haar door te helpen.
Inderdaad. Hans amuseerde zich. Maar de dansvloer bei
trad hij slechts een enkele maal.
Dansen met die geschilderde, opgedirkte wezens? Hij
gruwde er van. Zijn meisje. Haar in de armen te houden,
met haar heen te zweven op de deinende cadans der muziek.
Ze kón waarschijnlijk niet eens dansen. Wat hinderde het?
Als ze maar bij hem was, het meisje, dat hij zoo miste. Zijn
meisje.
(Wordt vervolgd)