Toen Prinses Juliana geboren werd
NU JUICHT HEEL HOLLAND
FEESTNUMMER van 3e Vijf Samenwerkende Christelijke Dagbladen
Herinneringen aan 1909
Ontroerende blijdschap van een geheel volk
H.M. Koningin Wilhelmina en Z.K.H. Prins
Hendrik in de eerste jaren van hun huwelijk
OP dezen voor Nederland zoo gedenkwaardigen
dag, nu Gods goedheid „de blijde verwach
ting", waarin onze Prinses leefde, tot heerlijke,
rijke werkelijkheid maakte, gaan de gedachten
van ons ouderen, vanzelf terug naar 't warme
voorjaar van 1909.
Toen zag ook een geheel volk met spanning uit
naar de vervulling van zijn vurigste wensch. En
toen die, wensch in vervulling mocht gaan, golfde
een geestdrift door óe lage landen aan de zee, die
later slechts tweemaal werd geëvenaard: bij de
verloving van Prinses Juliana en op dézen dag,
nu diezelfde Prinses de moederweelde smaken
mag.
Prinses Juliana Moeder we moeten aan dit
lang verwachte geluk nog even wennen. Maanden
geleden maakte de Prinses zelf in even schuohtere
als fijnzinnige woorden haar volk van haar vreug
de deelgenoot en in waarlijk blijde verwach
ting heeft dat volk dezen dag ingewacht.
En nu „Nu juicht heel Holland!"
We hebben een zeer groot deel van onze Holland-
sche degelijkheid en deftigheid afgelegd; we haas
ten ons de vlag uit te steken, en op dezen blijden
dag vertoont zich niet één waar vaderlander op
straat zonder de borst gesierd te hebben met de
geliefde Oranjekleur,
t Is Oranje! 't Blijft Oranje!
'Als vanzelf gaan we weer in gedachten terug naar
dien blijden laatsten Aprildag van het jaar 1909.
Toen werd Juliana geboren.
Onder Gods goede gunst mocht ze opgroeien tot
een Oraiijeprinses, waarop heel t vaderland
trotsch is.
En thans is Prinses Juliana moeder geworden.
Ons oude Oranjehuis wenkt weer een nieuwe
toekomst
Op beding van Gods genade zal 't ook in de toe
komst blijven: 't Is Oranje boven!
DE BLIJDE VERWACHTING
Na het huwelijk van onze Koningin met Hertog
Hendrik op 7 Februari 1901 brak een tijd van be
proeving voor de Koninklijke Familie aan. De hoop
dat ons Vorstenhuis verrijkt zou borden met de
geboorte van 'n spruit, scheen niet in vervulling te
zullen gaan. Een zware ziekte bracht de Koningin
aan den rand^an 't graf en men vreesde het ergste
Maar God waakte over het leven van Koningin
Wilhelmina en gaf haar aan haar Huis en Volk
terug.
Toch zag het er in ons land, wat de troonopvol
ging betreft, niet rooskleurig uit. Allerlei bereke
ningen werden gemaakt, en in die dagen wilde
ons volk maar liefst niet spreken over een opvol
ger van Koningin Wilhelmina. De „Parijsche
Revue" had al uitgerekend, dat er niet minder dan
41 personen zouden zijn, die aanspraak zouden
kunnen doen gelden.
De mededeeling echter, die Minister Th. Heems
kerk op 22 December 1908 in de Tweede Kamer
over de blijde verwachting deed, veroorzaakte een
uitbundige vreugde. De oude Oranjeboom ou,
als God het wilde, opnieuw vrucht dragen.
Ons volk gevoelde de beteekenis der naderende ge
beurtenis en de band met 't Vorstenhuis werd er
buitengemeen door versterkt.
Wat een spanning had zich in Grasmaand van het
jaar 1909 van heel ons Nederlandsche volk mees
ter gemaakt Om dit duidelijk te beseffen, bestaat
er geen beter middel dan de dagbladen van dien
tijd nog eens door te neuzen.
Dagen, weken vóór den dag, dat de groote gebeur
tenis plaats vond, zag men onder het hoofd „De
Blijde Verwachting" een gansche réeks berichten,
die ons nu, bijna dertig jaar later, doen glimlachen
Hoevele wiegen werden door onderscheidene
damescomité's aangeboden! Wij zijn de tel kwijt
geraakt, maar kunnen u wel verzekeren, dat alle
wiegen een prachtige bestemming hebben gekre
gen, al was die dan ook anders als de vriendelijke
schenksters bedoelden.
Want toen 't wiegen blééf stroomen, verscheen
plots 't simpele berichtje in de pers, dat het te
verwachten Vorstenkind zou liggen in de wieg,
waarin ook de Moeder eens had gerust; deze wieg
was reeds lang te voren door H.M. de Koningin-
Moeder in gereedheid gebracht De andere wiegen
zijn later door Koningin Wilhelmina geschonken
aan behoeftige gezinnen, waarin ook een nieuwe
wereldburger was verschenen.
s letterlijk geschenken in het Paleis aan
singh, die met 't oog op de blijde gebeurtenis aan
't hof vertoefden, konden geen voet buiten de deur
zetten of ze werden van alle zijden aangeklampt
Uitgebreide maatregelen de radio was toen nog
onbekend! werden overal genomen om de blijde
tijding zoo gauw mogelijk bekend te maken; zoo
werd b.v. te Den Haag een reserve-brigade van
100 telegrafisten in dienst genomen!
Hoe. bleek ook toen dé toegewijde liefde van nu
wijlen de Koningin-Moeder voor haar Dochter, die
weldra Moeder hoopte te worden. En hoe juichte
het volk, dat steeds voor het paleis aan het Noord
einde saamgroepte, de vroegere Regentes hartelijk
en geestdriftig toe.
En dan die löoze geruchten, die telkens het halve
land in rep en roer brachten. In de Residentie
werden om den haverklap de vlaggen uitgesto
ken en weer ingehaald en een dag voor 30 April
wist men ook te Rotterdam, Amsterdam, Utrecht
en Groningen zeker, dat er een Koninklijke telg
geboren was.
Torens en officieele gebouwen vlagden reeds; in
sommige plaatsen werden de klokken geluid en
droeg iedereen oranje. Zelfsde minister van
Justitie had zich van de wijs laten brengen en
liet de nationale driekleur vroolijk van zijn wo
ning wapperen. En weer kwam even later do
waarschuwing: Patience pas encore!
Wij lachen om deze dingen en wie van de
ouderen, die zich deze spanningsvolle dagen nog
levenoig herinnert, lacht niet hartelijk mee?
Maar toch lag er niet iets ontroerends in: heel
het Noordeinde. Leerlingen van een Meisjesschool
te Scheveningen boden een keurig spreitje aan voor
de kinderwagen van doorstopte tulle met kant-
steekjes; een blinde vrouw zond een wagenkleedje,
een andere blinde vrouw gebreide schoentjes; de
Hollandsche vrouwen te Londen vervaardigden een
batisten kinderjurk met Iersche kant; van Indische
officiersvrouwen werd een kostbaar kinderservies
ontvangen. Dergelijke berichten kon men eiken
dag in de dagbladen aantreffen; wie daarvan een
volledig relaas zou willen geven, zou zonder moei
te kolommen kunnen vullen.
De belangstelling had soms een hinderlijke zijde,
ook al was 't ongetwijfeld goed bedoeld. Van alle
wandelingen, die de Koningin in den pal^stuin
maakte, verscheen een volledig verslag: hoe H.M.
gekleed was, wie Haar vergezelde, hoe lang ae
wandeling duurde enz. enz.
Hoe meer de groote dag naderde, hoe intenser de
belangstelling werd. Hoogwaardigheidsbekleders,
die even aan het Paleis informeerden, werden door
binnen- en buitenlandsche journalisten bestormd.
Zoo ook Dr. A. Kuyper Sr., die zich met moeite
uit het cordon wist los te maken en lachende ant
woordde: „Patience messieurs, pas encore!" (Ge
duld heeren, nog niet!) Prof. Kouwer en Dr. Roes-
MOEDERGELUK ONZER
KONINGIN
Een van de mooiste foto's uit de
orille jeugd van onze Prinses. Een
gezond en welvarend kind. in de
armen van een overgelukkige
Moeder
een volk in nauwelijks te bedwingen verwachting
dat de blijde gebeurtenis toch maar spoedig in
vervulling mocht gaan?
En hoe vurig is Zondag 25 April in de kerkge
bouwen van alle steden en dorpen en gehuchten
van heel Nederland gebeden, of de Heere de hoo-
ge Landsvrouwe in haar ure nabij wilde zijn en
haar met Haar huis en Volk verblijden door
Zijn groote daden. Als we ons goed het beeld wil
len herinneren hoe 't was in April 1909 dan
mogen we vooral ook d&t trekje niet vergeten!
DE BLIJDE VERWACHTING VERVULD
Als de dag van gisteren zóó helder staat ons die
blijde morgen van 30 April 1909 nog voor den
geest.
't Zal ongeveer half acht geweest zijn, toen we
voor een boekwinkel de menschen zagen saam-
stroomen.
Zou 't nu waar. écht waar zijn?
En met blijde verbazing lazen we wat heel Neder
land al dagen lang venvacht had:
H.M. de Koningin, die hedenmorgen
om 6.50 uur van een Dochter be
viel, is naar omstandigheden
zeer goed. Ook de jonggeboren
Prinses is welvarend.
(w.g.) Kouwer
(w.g.) Roessingh
Het historisch nieuws wós er, en in de lage landen
aan de zee klonk een luide jubelkreet op.
Aan het wachten was eindelijk een einde geko
men en met stokkende stem deelde de heer Van
Geen, particulier secretaris oer Koningin, aan de
buitenlandsche journalisten mede: „Messieurs j'ai
l'honneurde vous communiquer, qu'une Prin-
cesse est née!" („Mijne heeren, ik heb de eer, u te
berichten, dat een Prinses geboren is!")
In de paleisgangen stonden plechtige lakeien en
statige kamerdienaars elkander de hand te schud
den, met tranen van vreugde in de oogen.
Van alle Europeesche hoven en uit alle wereld-
deelen stroomden weldra oe gelukstelegrammen
naar het paleis aan het Noordeinde, waar een
Moeder vol geluk en trotsch haar Dochter aan het
hart drukte.
Treffend mooi was de stilte, die vóór het. Paleis
in acht genomen werd. Schooner nog de lieve aan
hankelijkheid van het volk, die bleek uit wat
gevraagd werd. Niet: „Wat is er geboren?" Maar:
„Zijn kraamvrouw en kind wel?" Misschien wat
familiaar, maar des te hartelijker. Geen wonder
het behoud onzer lieve Vorstin lag de natie zoo
•na aan het hart.'
Even vóór negen kwam een ruiterstoet op het
Malieveld aandraven. Door de artillerie werd ruim
baan gemaakt en weldra donderde na elke minuut
een kanonschot door de glanzende lentelucht
Een-en-vijf tig schoten de massa, waarvan velen
nog twijfelden, had nu zekerheid: er was in het
oude paleis een jonge prinses geboren!
En machtig klonk uit duizenden kelen het Wil
helmus.
Kanonschoten dreunden bij 't luiden der klok!
Heel Nederland vloog overend!
De vlag kwam het raam uit
En golfde langs haar stokl
Zoo'n vreugde had z'in lang niet gekend.
Het Koninklijk
Paleis aan het
Noordeinde te
's-Gravenhage,
waar Prinses
Elk droeg toen Oranje, het werk lag aan kant
Voor elk was 't vacantia, 't was feest in het land,
't Was al voor de kleine Prinses!
Telegraaf en telefoon hadden 't dien morgen druk.
En als bij too verslag was Nederland één groot
feestend volk, dat op de uitbundigste wijze aan zijn
vreugde uiting gaf.
Men liet 't werk maar in den steek, ieder wilde
ten volle in de feestvreugde deelen.
In De Rotterdammer van dien dag vonden
we dit typeerend staaltje: „De man, die ons el-
ken dag de prijsnoteering van de vischmarkt te
Kralingscheveer levert, schrijft ons vandaag: Van
de prijzen kunnen wij geen melding maken, aan
gezien de vischvrouwen vol vreugde waren en
niets deden dan Oranjeliederen zingen. Drommen
van jongens komen telkens over oe markt, allen
zingende en verrierd jnet de Oranjekleuren. Vele
banken zijn versierd. Van den "afslag komt niets
terecht
In alle plaatsen werden dank- en bedestonden ge
houden; 't kleinste dorp vierde feest; de beide Ka
mers en alle gemeenteraden hielden plechtige zit
tingen, waarin de nationale vreugde werd vertolkt
en telegrammen van gelukwensch aan de Konink
lijke familie verzonden.
De Prinses werd in de regisiers van- den burger
lijken stnnd ingeschreven als: Juliana Louise
Emma Maria Wilhelmina Prinses van Oranje-
Nassau, Hertogin van Mecklenburg, enz. enz. Als
ambtenaar.van den burgerlijken stand fungeerde
wijlen de heer H. de Wilde, vader van onzen te-
genwoordigen minister van Financiën.
De Prinses werd genoemd naar beide grootouders
en naar haar Moeder, terwijl in den naam Louise
de nagedachtenis van de godvruchtige echtge-
noote van Willem den Zwijger Louise de Coligny
geëerd werd. De Prinses ontving den „roepnaam"
Juliana, ter eere van de nagedachtenis aan de uit
nemende vrome moeder der stamvaders van beide
takken van het Huis van Oranje. Gravin Juliana
van Nassau, geboren Gravin van Stolberg.
De wensch, waarmede De Rotterdammer
waaraan we de verschillend^ bijzonderheden om
trent dezen historischen dag ontleenden haar
feestartikel besloot, mocht in heerlijke vervulling
gaan: „Mogen alle verdere berichten gunstig blij
ven. Schenke de Heere God onze geliefde Ko
ningin een spoedig en volledig herstel! Groeie
het Koningskind voorspoedig op, onder de zege
ningen Gods, tot hartelijke verheuging van de
Vorstelijke Familie en oprechte blijdschap van het
geheele Nederlanasche Volk".
En de „Leo Lens" van dien dag zong:
Verheffend rijst in warme tonen
Het juichend lied van dankbaarheid,
Nu 't morgenlicht op Hollands zonen
Zijn blijden, gulden gloed verspreidt.
Een profetie van zonneluister,
Lang afgesmeekt bij beêgefluister,
Begroet door 't rijkste feestaccoord.
Zoo blijft ons volk zijn aier'bre krone,
Zoo speelt er vreugde in de oude wone
Zoo duurt Oranje en Neerland voort.
„GEDOOPT MET D'ALLERSCHOONSTEN
NAAM"
De doopplechtigheid van Prinses Juliana had
plaats Zaterdag 5 Juni in de Willemskerk te
's-Gravenhage, die hiervoor in gereedheid was ge
bracht, en nu prijkte niet een eenvoudige, rustig-
mooie plantenversiering van „enkel groen", zooals
de Koningin verlangd had.
Vóór den preekstoel, waaromheen hooge palmen
gegroepeerd stonden, was, door het wegnemen van
een deel aer banken, een groote ruimte gemaakt,
die geheel belegd was met een donkerrood tapijt.
Daarop waren, naast elkaar, elf groen-fluweelen
'leuningstoelen geplaatst, voor de Koninklijke Fa
milie; en één er tegenover, naast den preekstoel,
voor de hofdame, die het Prinsesje op den schoot
zou houden. In het midden, op een eenvoudig voet
stuk, stond de zilveren doopvont.
Beneden en boven zat ae kerk vol menschen,
waaronder de aanzienlijksten van het land.
Even half twee, een kwartier na haar Ouders,
werd het Prinsesje naar de kerk gereden in de
„Gouden Koets" met zes paarden bespannen, onder
het gelui van de klokken en het gejuich en ge-
wuif van de dicht opeengepakte menigte, die tus-
schen Paleis en Kerk stond geschaard, om het
Koningskindje op haar eersten tocht ooor de stad
te begroeten.
Dat was één lange, blijde jubel, die daar opsteeg
uit die breede menschenrijen; vooral wanneer de
dame, die het kindje op den schoot hield, het wat
ophief en de heer, die er bijzat, de beslagen ruiten
afveegde, opdat de menschen het goed zouoen
kunnen zien.
In het kerkgebouw hield de waarnemende hofpre
diker Dr. Gerretsen (da-oude hofprediker Ds. van
der Flier was door ongesteldheid verhinderd de
zen gedenkwaaroigen dienst te leiden) een toe
spraak naar aanleiding van Lu kas 7 15: „En Hij
gaf hem zijne moeder", waarin hij er op wees, dat
de ouders hun kind van den Heere terugontvangen
nadat zij het Hem met den doop hebben gegeven,
maar anders, rijker, begenadigd. Spr. eindigde zijn
korte .toespraak met de woorden: „We smeeken
van God voor ons kleine Prinsesje: laat ae geest
van Moeder en Grootmoeder ook het deel zijn van
deze jongste Oranjetelg".
Weldra hoorden de aanwezigen aan het gebeier
der klokken, dat de Prinses in aantocht was; en
te kwart vóór twee, toen de voorafspraak van den
hofprediker geëindigd was, werd ze met groote sta
tie binnengedragen.
Al de menschen waren eerbiedig opgestaan; en
terwijl alle oogen in gespannen verwachting naar
den ingang tuurden, verscheen daar, begeleid door
heeren in van goud glinsterende hofcostuums. de
grootmeesteres, mevrouw Groenincx van Zoelen,
met het kindje in de lange doopjurk, waar het
kleine gezichtje en de rose handjes zoo lief kwa
men uitkijken. Twee achter haar gaande kamer-
heeren hielden, over haar schouders heen,
pen van het doorzichtige doopkleed.
Zoo, op het zachte kussen liggend, rustig, me
oogjes, werd het Koninklijk wicht langzaan
den wachtenden zetel gedragen, gansch onl
van het pleohtig gebeuren en van de spannit
honderden, die op dat oogenblik allen slech
verlangen hadden de kleine Juliana te
De grootmeesteres had ook alleen maar ooge
het kindje. Zachtjes wiegde zij het op haar
toen ze er mee gezeten was; want het begc
de vuistjes te spartelen en had misschien
plan, haar stemmetje eens te laten hoon
toen de hofprediker, nu vóór den preekstoel
de, het doopformulier gelezen had, en de
nu ook staande, de gebruikelijke vragen h
beantwoord, kwam zij het met een diepe b
neerleggen in Moeders toegehouden armen.
De Koningin trad nu met haar kind na
doopvont, de Prins aan haar zijde. En toen
daar op dat kleine voorhoofdje het doopwat
sprengd en klonk plechtig, voor allen hoo
„Juliana Louise Emma Maria Wilhelmina, il
U in den Naam des Vaders, en des Zoons,
Heiligen Geestes", waarop heel de schare h
doopte Prinsesje de bekende zegenbede toi
„Dat 's Heeren zegen op U daal!"
Toen boog de gelukkige Moeder zich over
kind heen, drukte het tegen zich aan, kus
op het voorhoofd en hield het toen Vader tc
zijn dochtertje ook een kus gaf. Daarop ke
ze naar hun plaatsen terug, de Koningin n
tijd met haar kind in de armen. Dat bleef
Moeders schoot, onder het dankgebed en he
gen van den slotpsalm:
Die gunst heeft God Zijn volk bewezi
Opdat het altijd Hem zou vreezen,
Zijn wet betrachten en voortaan
Volstandig op Zijn wegen gaan.
Men roem' dan de Oppermajesteit,
Om zooveel gunst, in eeuwigheid.
Toen nam de grootmeesteres het kind weer
En even statig als het binnenkomen, was oo
verlaten van het kerkgebouw door de
Prinses.
Precies drie uur was ze weer thuis, op den
weg weer hartelijk toegejuicht door de onte
menigte, die geduldig haar terugkomst had
afwachten. En door een der paleisramen he
de menschen toen heusch teruggegroet, oj
arm van haar Moeder, die zoo aardig het
handje nam en het een wuivende beweginj
maken.
Maar toen was het volk, dat op het voor
stond, niet meer te houden. Onder luid gc
stormden allen naar voren, tot vlak voor de
gang van het Paleis. Tot plots het gejuich u
duizenden kelen oversloeg in eên oorverdot
W i 1 h e 1 m u s
Door den Kerkeraad der Hervormde Gem
van Den Haag werd de Prinses op haar doo
een prachtig kerkboek aangeboden, in een
van ivoorkleurig leder, met een gekroonde J i
lauwertak, in gedreven goud.; op het gouden
den doopdatum.
Nog dienzelfden namiddag ontving de voor
een telegram van de Koningin als dankbetu
„voor het fraaie boek, op dezen gedenkwaan
dag aan onze Dochter geschonken. Ik geef
verzekering, dat. zij dit geschenk, haar aani
den door den Kerkeraad der Gemeente waarti
het voorrecht heeft te behooren, steeds in
eere zal houden".
's Is haast niet te gelooven, dat 30 April 19!
weer meer dan 28 jaar achter ons ligt.
Wat is er in die kwarteeuw veel gebeurd!
Keizers en koningen zijn in den storm van
rumoerige periode in de wereldgeschiedenis
Maar Oranje is gebleven, en sterker dan <x
de band, die Oranje bindt aan Nederland.
Uit den schier afgehouwen tronk van den Ofi
stam ontsproot nieuw, jong leven.
Met eerbied schrijven we deze gewijde wooi
ontleend aan de Heilige Schrift, neer. Zóó al
mogen we ze gebruiken om de vreugde die i
jubelt in woorden uit te drukken.
Dezelfde God. die de Koningsloot uit Isaï's
deed uitschieten, waakte en beschermde ook
Oranjestam.
Prinses Juliana is Moeder geworden!
Dit is van den Heere geschied!
En daarom ga ook door middel van dit feesin
mer de blijde opwekking uit tot heel den brei
kring van lezers, die ons blad mag bestrijken:
Wilt heden nu treden voor God den Heert
Hem boven al loven van harte zeer,
En maken groot Zijns lieven Namens eet
iWijlen dp Koningin-Moeder met h
kleindocl