iödlOJ)
Prot.-Chr. Kolonisatie en Emrgratie-
vereeniging opgericht
RIDDERORDEN
Na de strijd orn de wereldtitel
MAANDAG 20 DECEMBER 1937
„Emigratie kan slechts succes
hebben, als zij gebaseerd is op
geestelijken grondslag"
„TEN aanzien van de emigratie heb-
ben we één groote organisatie
noodig, die het geheele Protestantsch-
Christelijk volksdeel omvat". Aldus de
heer A. Warnaar Jzn. van Hazers-
woude in zijn rede ter opening van de
oprichtingsvergadering eener Chr. Kolo
nisatie- en Emigratievereeniging.
Deze vergadering is Zaterdagmiddag in
Amipitia te Den Haag gehouden. Is de be
langstelling aanvankelijk vrij gering, lang
zamerhand echter loopt de flinke zaal be
hoorlijk vol.
Na gebed en woorden van welkom merkt
de heer Warnaar op, dat do geschiede
nis van de landverhuizing ons weinig reden
geeft tot zelfgenoegzaamheid. Zeker 1 ten
kwade van de emigranten behoeven we
niets te zeggen. Hun werk geeft veelal aan
leiding tot respect Doch weinig zelfgenoeg
zaamheid betaamt ona. als we denken aan
de organisatie van de emigratie der achter
geblevenen. Zoo is het te verklaren, dat
toen spr. tusschen 1925 en 1932 vele kolo
nisten uit Canada gezocht, hem steeds ge
vraagd werd. hoe toch de geringe belang
stelling uit Nederland te verklaren viel.
Aan den anderen kant valt de geringe
belangstelling toch wel weer te begrijpen.
Men denke slechts aan het sluiten van de
grenzen door Amerika, terwijl ook Canada
geen mogelijkheden van beteckenis meer
biedt Doch waar vroegere mogelijkheden
opgehouden hebben te bestaan, dienen de
nieuwe te worden onderzocht
Spr. ontveinst zich niet, dat de toestand
in Zuid-Amerika anders is dan in Canada,
zoowel kerkelijk als maatschappelijk. Om
verschillende redenen is het daarom van
beteekenis, dat men in groepen de emfgra-
tle ter hand neemt, en niet langer indivi
dueel.
De nood in ons land heeft belangstelling
voor de emigratie gewekt Zoo is het ver
klaarbaar, dat los van elkaar, kringen zich
vormden, zooals van tuinders om den heer
A. van Kampen te Stompwijk, van arbei
ders en werkloozen in Rotterdam om den
heer TJ. Elsinga aldaar. Wenschelijk is
evenwel één groote organisatie, die het ge
heele Prot.-Chr. volksdeel omvat
De te stichten organisatie zal tot taak
hebben het onderzoeken van mogelijk
heden, het geven van inlichtingen en
het samenwerken met regeeringsinstan-
ties.
De heer A. van Kampen merkt op.
dat mede door de artikelen van Ds
A. C. Sonneveldt over de emigratie
in ons blad bij hem belangstelling voor
dit ondefwerp is gewekt
Als spr. verantwoording aflegt van bet
werk, door de groep rondom hem verricht,
zest hij, dat de conclusie moet zijn: Ver-
f/scht is geduld en harde arbeid.
De heer van Kampen maakt melding van
een brief, door hem uit Tres Aroyos ontvan
gen, welke brief althans ten aanzien van
den landbouw pessimistisch gestemd is.
Toch meent spr. yat er wel perspectief is.
Men zorge slechts voor een behoorlijke ba
sis, b.v. door het leeren van de Spaansche
taal
De heer Tj. Elsinga spreekt namens
een Rotterdamsche groep, waaronder vele
werkloozen. Deze werkloozen zijn veront
rust geworden uoor mededeelingcn in de
pers, volgens welke het aantal werkloozen
in de toekomst misschien iets zal afnemen,
maar zeker allerminst tot nul zal worden
teruggevoerd. Als in ons land geen arbeid
is. zullen we die elders hebben te zoeken.
Samenspreking met de Geref. Emigratie
vereeniging deed blijken, dat men in deze
veréeniging bereia was, de doelstelling te
verruimen, zoodat niet slechts emigratie,
maar ook kolonisatie kon worden beoogd
Als daarop het doel en de grondslag van
de te stichten vereeniging in algemeene be
spreking wordt gegeven, herinnert de heer
D E V E O
STEUNKOUSEN
WASCHBAAR EN LUCHTIG
Alleen-verkoop:
Wester-Apotheek
Deveo-Depöt hT. a'g.' "cl cfoon18337055
Fa. C. Roosen Zn.
Elders wende men zich tot de fabrikante:
Fa. D. VAN OORT, te Baarn.
De Obelisk, vorig jaar verrezen ter gedach
tenis aan de siichting van Buenos Aires,
400 jaar geleden.
an den Helm. burgemeester van Pijn-
acker aan een vroegere poging tot centra
liseering van de emigratiegroepjes. Mis
schien kunnen thans aan die vroegere po
ging enkele gedachten worden ontleend. Zoo
konden in het eerste plan de organisaties
haar zelfstandigheid behouden, maar sa
menwerking zou mogelijk zijn.
Emigratie kan volgens spr. slechts succes
hebben, als ze gebaseerd is op geestelijken
grondslag. Namens een comité van emigra
tie op Christelijken grondslag zegt spr
medewerking toe.
Voorts doet de heer van den Helm
enkele belangrijke mededeelingen over
mogelijke emigratie naar Suriname. Uit
zijn woorden blijkt, dat reeds een co
mité plannen daartoe heeft ontwikkeld.
Er is particulier initiatief en ook is ka
pitaal beschikbaar gesteld. Zelfs is
reeds een werkschema opgesteld.
De bedoeling van deze emigratie naar
Suriname is de cultuur van citrusvruchten.
Weldra is men met de plannen misschien
zoo ver, dat menschen gevraagd worden.
Emigratie naar Suriname heeft het voor
deel, dat men geen rekening behoeft te hou
den met vreemde mogendheden en vreemde
wetgeving. Weliswaar geeft mevrouw Ver-
kade-Cartier van Dissel in haar dissertatie
over Suriname van de toestanden aldaar
geen opwekkend beeld, maar wellicht kun
nen we de toestanden zelf verbeteren. Spr
dringt dan ook onder applaus van de aan
wezigen aan op het instellen van een com
missie tot onderzoek.
Bij de bespreking, die nu volgt wordt-het
woord nog gevoerd door de heeren C. L.
Tomson, Ou w erker k, H. Flinte
man Jr. (Loosduinen), de Jong (Rijns
burg), H. Oudekerk, secretaris van den
Chr. Landarb.bond (Utrecht), Sch
(Don Haag) en Booms ma. Zoo komen
aan de orde de emigratie naar Zuid-Afrika,
bezwaren tegen Suriname, de nood in den
landbouw, en andere punten.
Het resultaat van de besprekingen is het
oprichten van een Prot.-Chr. Emigratiever
eeniging. die echter op voorstel van den
heer T. Sonnevelt zich allereerst op
kolonisatie zal toeleggen. De commissie van
voorbereiding wordt bestendigd en uitge
breid. Ze bestaat thans uit de heerpn A.
Warnaar. Hazerswoude; A. van Kam
pen, Stompwijk; Tj. Elsinga, Rotter
dam; T. Sonnevelt Rotterdam; Ds. M.
Vreugdenhil, Meliskerke; Mr. W. R i p,
Don Haag; T. Cn ossen. Amsterdam; en
M. A. Marra, Lioessens (Fr.).
De grondslag van de nieuwe ver
eeniging is Gods Woord. Doelstel
ling is werkzaam te-zij-1 op het ge
bied van kolonisatie en emigratie, en in
bijzonderen zin de geestelijke en econo
mische belangen van de Prot.-Chr. emi
granten te behartigen.
Aan het slot van de vergadering heeft de
heer Cnossen in aansluiting op het reeds
besprokene, nog iets meegedeeld over prac-
tische emigratie-mogelijkheden.
RECHTERLIJKE MACHT
Benoemd z(jn tot raadsheer In het Gerechts
hof te Amsterdam: Mr. H. J. HUI
thans rechter in de urrondissementsr
te Amsterdam; Jhr. Mr, P. J. H. M.
arrondlss*
Will
s, thai
9-rechtbank te
■echter ln de
De oude Zondagswet
Welke nog niet vorouderd is
In de Rotterdamsche raadsoverzichten is
duidelijk cn uitvoprig op gewezen, dat de
Burgemeester elke discussie over de hand
having dor Zondagsrust ontweek, doch op
andere wijze duidelijk toonde niet het voor
nemen te hebben ernstig rekening te hou
den met „deze verouderde en versleten wet"
zooals het algemeen in vrijzinnige klingen
heet
Is dat juist? De redactie van de Magi
stratuur denkt er anders over en
schrijft:
Dat de Zondagswet verouderd is, wordt
veel beweerd; dat ze krachteloos is, kan
niemand redelijkerwijze volhouden. In
geen geval zal een Burgemeester, die
voor zijn ambtsaanvaarding in de han
den van den Commissaris der Koningin
onder eede verklaard of beloofd heeft:
trouw aan de wetten des Rijks, bij nadere
overweging zulk een meening durven vol
houden. Op hom rust dus de plicht, de be
palingen van de wetten, dus ook van de
Zondagswet, te handhaven, ook van art.
3 en 4. Dat eventueele processen-verbaal
niet helpen zullen, is een volkomen fan
tastische bewering.
Dat de Regeering er niet anders over
denkt blijkt uit de schriftelijke en monde
linge verklaringen van den minister van
nnenlandsche Zaken voldoende. Daaruit
valt te concludeeren. dat er vooreenst geen
nieuwe Zondagswet komt en dat de Regee-
ring de bestaande wil handhaven.
5 Magistratuur bewijst dat met
citaten en iaat er od volgen:
Uit do zooeven geciteerde ministerieelp
rede zou de Burgemeester echter wel iets
anders hebben kunnen lezen, namelijk
dat, dat. wanneer de locale Overheid
en dat is toch de R a a d zich uitspreekt
vóór handhaving dei Zondagswet, dit
streven onvoorwaardelijk moet worden
gesteund.
En daarom:
Wie opkomt voor de Zondagsrust en de
striid aanbindt tegen allérlei, dat een
christelijke viering van 's Heeren dag
hindert, vindt steun bij de Regeering. Of,
zooals de minister zei:
„Dat er aanmerking kan en mag wor
den gemaakt on veel. wat er op dit oogen
blik op Zondag ongehinderd geschiedt,
staat voor de Regeering vast".
Sommige burgemeesters maken er echter
aanmerking op, dat men aanstoot neemt
aan de verstoring der Zondagsrust.
TERUG NAAR DE GARNIZOENEN
Na' maandenlang patrouilleeren en mee-
doogenlooze jacht op bandieten, die gebieden
in West-Java, zoo groot als een of meer Ne-
derlanc.sche provincies terroriseerden, zul
len thans zes brigades infanterie en mare
chaussee naar haar garnizoenen terugkeeren
zoodat de militaire bijstand in de thans tot
rust en orde gebrachte streken zal zijn terug
gevoerd tot 4 brigades marechaussee. Twee
daarvan zullen in de residentie Buitenzorg
de twee andere in de residentie Batavia
blijven patrouileercn.
„Het Zonnehuis"
Plaatsing van een gedenksteen
In de gevel van den vleugel die gebouwd
wordt aan het bestaande Tehuis van de
C.hr. Ver. tot verpleging van behoeftige chro
nische zieken „Het Zonnehuis" te Beek
gen is thans een gedenksteen ge
plaatst
De plaatsing geschiedde door de directri
ce van het tehuis mej. J. V ssei, „grond
legster van het werk der vereeniging", zoo
als op den steen staat vermeld, in tegen
woordigheid van het hoofdbestuur en en
kele genoodigden, de verpleegsters en enke
le patiënten-hèwoncrh van het tehuis.
Door den voorzitter, Dr. M e e r w a 1 d t te
Pernis, den sercetaris, den heer V e r m e u
len te Hilversu en door de directrice zijn
gevoelvolle woorden gesproken, getuigende,
van groote dankbaarheid en blijdschap in
den gestadigen groei van het werk der ver
eeniging in het belang van de lijdende
menschheid.
In April 1929 werd het Tehuis geopend en
werden de eerste patiënten opgenomen en
nadat in den loop der jaren reeds voorzie
ningen waren getroffen, die het mogelijk
maakten, het aantal patiënten tot 48 op te
voeren, werd dit aantal in 1936 bereikt Aan
gezien nog steeds aanvragen om opneming
binnen komen, werd besloten door het doen
aanbouwen van een vleugel het g-ebouw te
vergrooten, na totstandkoming waarvan het
aantal patiënten, dat ongenomen kan wor
den, de 100 nadert
In Mei 1938 hoopt het hoofdlbestuur de
deuren te kunnen openstellen voor ieder
clie belang in het werk der vereeniging stett
Een verkeerde deelsom
Minister Romme, zoo betoogt de heer Van
Houten in de Christen-Democraat, heeft
voor de werkloozen 3 miLHoen gulden méér
„los" gekrezen en, laat hij er op volgen, daar
er ruim 300.000 werkloozen zijn, beteekent
dit per gezin en per jaar één dubbeltje meer.
Daarbij teekent Friesch Dagblad
in:
Stellig is hij door de vele nullen bij het
deelen in de war geraakt. Dat is heelemaal
geen schande.
Wij vestigen er dan ook alleen even de
aandacht op, omdat de mogelijkheid anders
niet is uitgesloten, dat eerlang op debat-
vergaderingen ook dit „dubbeltje" van
Romme een rol zou gaan spelen.
Officieele Berichten
ONDERSCHEIDING
Dp eere-medaille, verbonden aan de Orde t
Oranje-Naasau, In goud., is verleen aan H. P.
K r u U f f, organist bl) d® Ned. Herv. Gem.
Zcelen.
Pa. VAN WIE LIK
9 NOORDEINDE DEN HAAG
Telefoon 112246
JAPANS OPMARSCH IN CHINA. Een tanlcafdeeling der Japanners opruk-
kend langs een riviertje nabij Tai-Yoean in de provincie Soei-Yoean.
Schaken
ALJECHINS ZEGE
VOLKOMEN VERDIEND
Etiwe speelde beneden
zijn kracht
Wéér hebben wc 2V& maand lang de in
tense spanning van nabij mogen medema
ken. dat twee uitnemende schakers elkaar
tot het uiterste hebben bestreden. Wéér
slaken we na afloop een zucht van verlich
ting: „Gelukkig, dat het afgeloopen is".
Men kan ook van het goede te veel krijgen.
De definitieve beslissing is reeds enkele
weken bekend: Aljechin won de revanche
match met I5V2—19^ punt, terwijl de 5
„vriendschappelijke" partijen een 3—2 zege
voor Euwe opleverden.
Het heeft niet de minste zin om achteraf
te gaan verklaren, dat wij er ernstig mede
zouden hebben gerekend, dat Aljechin den
titel van wereldkampioen zou terugwinnen.
Wij hebben dat niet en vrijwel niemand
had dat. Zelfs van de grootmeesters had de
overgroote meerderheid onomwonden ver
klaard. dat F.uwe hun favoriet was.
En deze meening was op goede gronden
gebaseerd Men had opgemerkt, dat Euwe's
speelsterkte in de laatste twee jaar nog
was toegenomen, terwijl men van Aljechin
hoogstens kon zeggen, dat hij niet achteruit
was gegaan.
In Euwes voordeel was voorts, dat hij vol
op gelegenheid had gehad om zich met
Aljechin's speeltrant vertrouwd te maken.
Voegt men daarbij, dat Euwe bewezen had
over een onverzettelijk doorzettingsvermo
gen en een zeldzame objectiviteit te be
schikken, dan is het volkbmen begrijpelijk,
dat welhaast een ieder Euwe dc beste kan
sen gaf.
De bij voorbaat hoog gespannen verwach
tingen zijn intusschen wel deerlijk be
schaamd. De marge, waarmede Aljechin de
titelmatch won, laat nauwelijks ruimte
voor het aanvoeren van excuses. Hier kun
nen hoogstens verklaringen gegeven worden
Zou men al geneigd zijn om uit overwe
gingen van (misplaatst) chauvinisme te be
weren, dat het Euwe heeft tegengezeten, of
zoo men wil dat Aljechin geluk heeft
dan moeten wij zulke beweringen met klem
tegenspreken. Integendeel Aljechin heeft
volkomen verdiend gewonnen
Er zijn telkens en telkens weer in deze
match twee hoofdmomenten te onderschei
den geweest: Euwe's fabelachtige openings
techniek en Aljechin's onovertroffen behan
deling van het middenspel.
In vele partijen heeft men kunnen waar
nemen, dat Euwe onverschillig of hij wi:
of zwart had met voordcel uit de ope
ning kwam. En in vele van die gevallen
wist Aljechin dit voordeel in het midden
spel te niet te doen en in sommige gevallen
zelfs tot winst om te zetten.
Erkend moet worden, dat Euwe verschei
dene malen in het middenspel tactische
fouten heeft begaan, die tfoor een spèler
van zijn talent 'uimogelijk schenen. Een feit
is echter dat hij ze begaan heeft en het
moge al waar zijn, dat hii in enkele geval
len daardoor op onvrijwillige wijze mede
werkte aan een overwinning van Aljechin.
wii zouden laatstgenoemde groot onrecht
aandoen, indien wij dit feit zouden willen
aanvoeren om de waarde van Aljechins
overwinning te verkleinen.
Deze heeft ontegenzeggelijk beter be
speeld dan twee iaar geleden. Ook beter
dan hij een half jaar geleden deed. De
nauwkeurige opmerker kan gedurende de
match de kracht van Aljechin hebben zien
toenemen. Hij heeft vooral in het tweede
deel van de match prestaties verricht
waarvoor wij de grootste bewondering heb
ben en waartoe wij geen van de schaakmees
ters, die men den laatsten tijd wel als ad-
spirant-wereldkampioenen noemt in staat
achten. Men moet het grootste respect heb
ben voor de onverzettelijke wilskracht en
energie, waarmede Aljechin zich heeft ge
concentreerd op het gestelde doel: het terug
winnen van den titel. Hij heeft, met dit
groote doel voor oogen, zijn spelpeil weten
op te voeren tot een hoogte, welke hij de
laatste jaren niet meer gekend had.
geenszins het geval geweest. Het begin van
de match wekte de meest hoopvolle ver
wachtingen en het scheen of het verdere
verloop tot een debacle voor Aljechin zou
leiden
Het is moeilijk een plausibele verklaring
te geven voor de 5 partijen, welke toen
volgden. Hoogstwaarschijnlijk is Euwe zich
na de vijfde partij bewust geworden van
zijn vermogen om Aljechin te verslaan en
heeft hij de beslissing willen forceeren. Te
laat is hij toen tot het inzicht gekomen, dat
dit toch niet mogelijk was. Te laat, omdat
zijn experiment hem evn achterstand van
drie punten had bezorgd. Vanaf dit mo
ment moest Euwe met de grootste behoed
zaamheid spelen om nog niet verder ach
terop te geraken. Na de 17e partij leed
Euwe duidelijk aan een inzinking, waar
door hii de drie volgende partijen, welke hij
door fraai ooerdngsspel reeds gewonnen
had, niet in winstpunten wist om te zetten.
Door dezen tegenslag ontmoedigd trachtte
hij nog eenmaal de kansen te forceeren,
om opnieuw te ervaren, dat dit tegen Alje
chin, die nu beter speelde dan ooit. niet
mogelijk was. Dit beteekende meteen het
einde van de match. Aljechin kon od be
trekkelijk gemakkelijke wijze de volgende
partijen winnen en daarmede de match in
"jn voordeel beslissen.
Het staat wel vast, dat Euwe ln deze
match beneden zijn normalen spelvorm
gespeeld heeft.
Inmiddels is dit geen excuus voor zijn
nederlaag. Evenmin als wij in 1935 aan Al
jechins verminderde kracht een excuus
mochten ontleenen om te beweren, dat
Euwe de overwinning niet verdiend zou
hebben, evenmin mogen wij thans uit het
feit, dat Euwe minder sterk heeft gespeeld
dan gewoonlijk, afleiden, dat Aljechin de
overwinning niet zou verdienen.
Zoowel in 1935 als nu ging het erom. wie
van beide spelers op het moment van de
match zelf het sterkst was. In 1933 was dat
Euwe, nu was het Aljechin.
Appelmoes die
„BLOM" bereidt
Is niet duur
en smaakt altijd
dinsdag 21 december
in. 12.15 KRO-orkest
2.00 Vrouwenuur. 3.02 Modecursus. 4.00 Gram.
muziek. 4.05 „Mensch en wereld onder Theo-
;art, techniek en de machlne-kamer-offl-
cieren". causerie. 5.10 De KRO-Melodlsten
en solist (Om 5.45 Felicltatlebezoek). 6.41
Esperantocursus. 7.00 Berichten. 7.15 „Katho
licisme en Communisme", causerie. 7.35 Sport
halfuur. 8.00 Berichten ANP.. Mededeelingen,
8.15 Stedelijk Orkest van Maastricht en so
list 9.30 Gram-muziek. 9.40 KRO-orkest,
10.30 Berichten ANP. 10.40 Lily Mathé's Zi
geunerorkest „1.1012.00 Grara.muzlek.
HILVERSUM II. 301 M. A VRO-UI trending. 11.00
—11.30 v.m. en 6.307.00 RVU. 8.00 Gram.-
muziek. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gram.-
muziek. 10.30 Orgelspel. 11.00 Lezing „De aan
moeder en haar kindje". 11.30 Lyra-
5.00 Voor de kinderen, j.30 Het J
Orkest 6.30 Lezing „Kerstmlsltcht op de
donkerste dag". 7.00 Voor de kinderen. 7.05
Kinderkoor „Zanglust". 7.30 Engelsche les.
8.00 BeTichten ANP. Mededeelingen. 8.10
Gram.muziek. 8.30 Bonte Dlnsdagavontreln.
10.15 Gram.muziek. 10.45 Actuallteitsflltsen.
11.00 Berichten ANP.
DROïTWICH 1500 M. 11.50 Strljksextet 12.35
Radlotooneel. 2.05 Orkest 3.05 Orgel. 4.20
Kwintet 5.20 Uit Hilversum: Kovacs Lajos.
RADIO-PARIS 164S M. 12.40 Orkest 3.05 Plano.
3.20 Zang. 4.20 Ensemble. 6.30 Orkest 8.35
Kamermuziek. 9.50 RadiotooneeL
KEULEÏ. 456 M. 7.50 Orkest. 11.20 Orkest 12.35
Orkest. 3.20 Orkest 4.40 Zang er plano. 5.20
Piano. 6.30 Symphonle-orkest 8.20 Wlnter-
zonnewendefeest 8.60 Orkest 9.66 Orkest
BRUSSEL 3—2 en 4S4 M. 322 M.: 12.50 Orkest,
1.30 Orkest. 5.20 Orkest 8.20 Bonte Avond.
484 M.: 12.50 Orkest 1.30 Orkest 1.60 Orkest
5 20 Orkest. 6.35 Zang. 7.00 Cello. 8.20 Bonte
Avond. 9.05 Accordeon. 9.20 Radlotooneel.
DEUTSCHLANDSKNDER 1571 M. 7.20 Orkest
8.36 Gevar. concert 9.50 Viola en piano. 10.20
Wlntorzonnewendefeest
Waar Liefde Woont....
NAAR HET AMERIKAANSCH
.VAN GRACE S. RICHMOND
(8
HOOFDSTUK V
„Er is een dame voor u In de spreekkamer, Mrs. Burns",
zei Cynthia, terwijl ze met een kaartje boven kwam.
Het was vroeg op den ochtend. Ellen had haar man zien
wegrijden in „De Groene" en was druk bezig. Ze was wel
«enigszins verwonderd over het kaartje op dit vroege uur,
maar niet zoodra had ze den naam gelezen: „Miss Ruston", of
ze vloog verrast op en ijlde naar beneden.
Een persoontje met stralend gezichtje en gekleed in keurig,
stijlvol reispakje, stond op, toen Ellen binnenkwam, en in
minder dan geen tijd voelde die zich in onstuimige omhelzing
gesloten.
„Maar, Lotte, kind!Waar kom Je zoo ineens vandaan
en waarom heb je het mij niet laten weten?"
„Regelrecht van huis. Len! Ik heb 't je niet laten weten,
omdat ik het zelf nog niet wist, eer ik goed en wel hier was.
Laat ik je eens goed bekijken. Ik had bijna veregten, dat
iemand er zóó allerhelst kon uitzienl"
„Echt iets van jou. enthousiast, als je altijd was! Maar nu
blijf je ook wat bij mij!"
„Niet langer dan een dag, lieveling, en dan keer ik terug
haar Groopje; die heb ik in Washington achtergelaten".
„Ja heusch? Heb je haar heelemaal van Charleston daarheen
gebracht? Dan moet zij nogal goed zijn".
„Net als een stuk oud porselein, dat je het beste doet, maar
Voorzichtig boven in de kast te zetten. Ze isnu bij de Bailey's,
die verbazend goed op haar passen zullen. Maar ik moet je
even komen vertellen van mijn plannen en ik kan er ook niet
lang mee wachten. Als ik mij maar even wat mag opfrisschen.
Ik heb je raad en je medewerking noodig".
„Kom dan maar eens gauw mee naar boven!"
„Wat een allerliefst huis! O, die kamer is zeker van jou? Ik
zou ze al herkend hebben aan die groote, ouderwetsche schrijf
tafel van Tante Lucie. Maar wacht, laat ik nu even mijn ge
zicht wat mogen opfrisschen; dat ik geen minuut hoef te ver
liezen van dezen heerlijken dag met jou! Is dat je man?
vroeg zij, terwijl ze over Ellens schouder heen naar een por
tret keek in een zilveren lijstje. „Ja, dit moet dokter Burns
zijn. Wat een vastberaden kin! Maar je bent innig-gelukkig
met hem. dat kan ik aan alles zien. En mag ik nu verder over
mijzelve praten? Ik heb nog zooveel te verhandelen in korten
tijd, zie je".
„Begin alsjeblieft dadelijk, kind!" drong Ellen en instal
leerde haar vriendin in een lagen, makkelijken stoel bij het
venster, waarna ze zelve naast haar ging zitten.
„Wat zou je er van zeggen, als ik eens een jaar hier in
de stad kwam, er een optrekje huurde en er mijn vak van
fotografe uitoefende?"
„Charlotte RustonDat klinkt niet kwaad!"
„Charlotte Chase Ruston, alsjeblieft! Dat klinkt nog eens
zoo deftig!"
„Maar zeg, kindje, durf je dat aan? Ik weet, dat je uitste
kend amateurs-werk leverde, maar nu zelve een atelier te
openen
„Ik heb ontwikkeld voor de dames Kendall, moet je denken
en daar heb ik heel wat geleerd. Zij leveren de mooiste open
lucht-opnamen en zijzelven hebben mij aangeraden, dat ik mij
nog een jaar buiten zou vestigen, om daar veel te studeeren,
en mij dan in een grootere plaats te vestigen. Is dat geen
mooi plan?"
„Ieder plan, dat je! dicht bij mij brengt, is voortreffelijk
Maar vertel eens even: hoe ben je op dit plaatsje gekomen?"
„Wel. omdat de streek hier als heel mooi bekend staat en
omdat ik dan meteen nog jouw bescherming kan genieten. Mag
ik daar op rekenen?"
„Je weet, wat ik voor je doen kan, zèl ik doen. Heb je hier
al eens rondgekeken naar iets?"
„Als je er niet op tegen hebt, mij zoo vlak bij te te krijgen,
geloof ik, dat ik aan den overkant terecht kom. Toen ik zoo
even bij je binnenging, zag ik daar een bordje met: „Te huur"."
„O. maar dat is zoon verschrikkelijk vervallen villa'tje!
Daar hebben twee oude dametjes gewoond, haar leven lang
en binnen het jaar zijn ze beiden gestorven."
„Maar Groopje zou zoo genieten van een tuin! En wat een
achtergrond voor een atelier in de open lucht! Laten wij eens
even oversteken en er een kijkje gaan nemen."
Het kostte eenige moeite, om het hek open te krijgen, maar
Charlotte was zóó verrukt over de artistieke wildernis, die
ze toen te zien kregen, dat zij riep:
„Al valt het dak mij dan ook op het hoofd, en storten de
muren in. als ik er loop. dit huis moet ik hebben; maar al
leen moet het kurkdroog zijn. Want Groopje in een vochtig
huis brengen, zou ik nooit willen riskeeren! Wie is de eigenaar
dat wij de ruimte van binnen eens kunnen zien?"
Een uur later hadden ze den sleutel bemachtigd en de eige
naar. die zelf meeging. een neef van de overleden dametjes
stond versteld over de bereidwilligheid van de jonge dame.
om de door hem gevraagde huur te betalen. Hiermee nam hij
enkel de verplichting op zich. dat hij het dak zou laten maken
en stroomend water zou aanbrengen in een kamertje naast de
keuken, dat dan kon dienst doen als „donker kamertje".
„Wanneer kunt u het voor mij in gereedheid hebben? Half
Juli?" vroeg Miss Ruston.
Dat dacht hij wel. En dus in de grootste opgewektheid trad
k* **te ,aan de ,unchtafeI- waar zij in het eerst enkel nog
Miss Mathewson zou ontmoeten.
„Mijn patiënt is in slaap gevallen na de wandeling," lichtte
Amy toe tot Mrs. Burns. „En ik geloof, dat het maar beter
is, hem met rust te laten."
„Dat denk ik ook." vond Ellen, die daarop de beide dames
aan elkaar voorstelde.
Toen dokter Burns midden in den maaltijd binnenstormde,
vond hij het drietal in levendig gesprek. Hij reikte Miss
Huston de hand en nadat die twee elkaar met onverholen be
langstelling hadden gadegeslagen, zei Charlotte:
„Ik geloof, dat ik een veel beter portret van u zou kunnen
maken, dan uw vrouw op haar kamer heeft staan."
••Zoo?Maar ik ben nu toch vrij van uw fotografische
aanvallen: anders vlucht ik onmiddellijk!"
„Zeker, voor het oogenblik wel. Maar later moet u er toch
nog eens aan gelooven. Ik zal u zoo dadelijk een paar proeven
van mijn kunst laten zien. Mag ik ze even boven halen.
Ellen?
ln een wip was ze terug en legde bi) Burns en bij Miss
Mathewson ieder zulk een proeve neer. Ze waren er beiden
door getroffen; Burns had er een van een paar kinderen, zóó
natuurlijk, dat de kleine jongens er zeker niets van gemerkt
hadden, dat ze „genomen" werden: en Miss Mathewson een
portret van Groopje.
„Prachtig werk; Mis Ruston!" sprak het verpleegstertje.
V an mijn moeder zou ik ook graag zoo n portret hebben."
(Wordt vervolg#.)